Leesfragment de waterboot remmelt mastebroek

Page 1

‘Remmelt Mastebroek vertelt op een prachtige, fijnzinnige manier met gevoel voor sfeer en details’ – Reformatorisch Dagblad

nur 301 ISBN 978 90 435 2237 3

De waterboot

Gabriëlle en Sil hebben een relatie zoals deze maar zelden wordt gevonden: de ultieme liefde tussen man en vrouw. Totdat plotseling hun dochter Lieke overlijdt. Gabriëlle zoekt geestelijk contact met Sil, maar houdt hem lichamelijk op afstand. Voor Sil is seksualiteit de manier om troost te vinden bij zijn vrouw. Nu hij zijn dochter heeft verloren en door zijn vrouw wordt afgewezen, vereenzaamt hij en verliest hij de wil om te leven. Hij besluit een reis naar het eiland Patmos te maken, waar hij gecharmeerd raakt van de gastvrijheid. Maar de vriendelijkheid slaat om in vijandigheid als door een storm de waterboot het eiland niet langer kan bereiken. Op Patmos, niet zelfvoorzienend in drinkwater, breekt paniek uit, waardoor dit eens zo vrome eiland verandert in een hel. Sil ziet in dat de goede onderlinge relaties van de eilanders slechts een dun laagje vernis is dat gaat bladderen bij tegenslag. Hij trekt parallellen met zijn eigen relatie.

R e m m e lt Mastebroek

Verfrissende roman die taboes rond lichamelijke intimiteit doorbreekt

R e m m e lt Mastebroek

De

waterboot Als intimiteit opdroogt…

9 789043 522373

www.kok.nl

roman


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 3

Remmelt Mastebroek

De waterboot


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 4

© Uitgeverij Kok – Utrecht, 2013 Postbus 13288, 3507 LG Utrecht www.kok.nl © Remmelt Mastebroek, 2013 Omslagontwerp Wil Immink Design Opmaak binnenwerk ZetSpiegel, Best Foto auteur Lucas van Twillert-lucasfotografie.nl ISBN 978 90 435 2237 3 ISBN e-book 978 90 435 2238 0 NUR 301 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 2

Voor Petra (als jij ooit van me weggaat, ga ik gewoon met je mee) en voor mijn dochter Maaike (je bent dapper en ik hou van je!)


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 5

Proloog

Sil Patmos Slechts kort haken hun ogen in elkaar, maar die luttele seconden zijn voldoende om hem de reling van de boot te laten vastgrijpen. Amandelvormige, donkere ogen! Zijn knokkels worden wit, zo stevig houdt hij zich vast aan de vochtige, zilte reling van de boot. Herinneringen die naar hij hoopte veilig waren opgeborgen in een afgesloten kamertje, ver weggestopt in zijn geheugen, komen bovendrijven. Lieke! De groene jurk van de jonge vrouw op de kade fladdert om haar benen. De harde wind speelt ermee en doet hem af en toe opwaaien. Een jaar of 25, schat Sil, al doet haar ranke lichaam minder jaren vermoeden. Het donkere, bijna zwarte haar van de vrouw is samengebonden met een zwartfluwelen lint. Haar huid is getint en verraadt een langdurig verblijf in een zonnig klimaat. Of wellicht komen haar ouders van dit eiland, al vertoont haar gezicht ook West-Europese trekjes. Ze draagt leren sandalen. Haar handen omklemmen het hek dat de haven en het havenkantoor van de douane afscheiden van de kade waar het veer zo zal aanmeren. 5


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 6

Gedachteloos strijkt ze haar jurk naar beneden en houdt hem bij haar benen vast, zodat de wind zijn grip erop verliest. Sil ziet dat haar hoopvolle blik plaatsmaakt voor teleurstelling. Dan pakt ze een kruk die tot op dat moment naast haar moet hebben gestaan, draait zich moeizaam om en verdwijnt tussen de mensen die op de kade wachten tot de boot zal hebben aangelegd. Ze sleept met haar linkerbeen.

6


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

1 Helderwit

Pagina 7


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 9

1 GabriĂŤlle Terschelling, 25 jaar eerder Ze kijkt naar de man die tegenover haar zit, aan het net schoongemaakte en nog vochtige tafeltje van Strandpaviljoen Zandzeebar. Ze zitten binnen, achter het beschermende glas. Houtblokken in de openhaard midden in de blauwgeverfde ruimte knetteren af en toe, terwijl de radiator naast hun tafeltje plofgeluidjes maakt. Buiten stormt het. De wind giert over de duinen en zweept de golven op. Wit schuim hoopt zich op in de branding en op het harde, vochtige zand waar de golven stukslaan. Een paar meter verderop striemt het zand tegen de ramen van het half op het strand en half in de duinen gebouwde eethuisje. Een windvlaag tekent figuren op het strand, terwijl een volgende ze weer uitveegt en er nieuwe achterlaat. Ze ziet hoe hij zijn handen geopend op tafel legt, alsof ze de hare zoeken. Ze legt haar handen in de zijne en streelt zijn handpalmen. Ze voelt het eelt, ze ziet de kleine wondjes die houtsplinters hebben achtergelaten en de laatste restjes van wat conserveringsvet moet zijn onder zijn kortgeknipte nagels. Zijn handen zien er nu al stukken beter uit dan een jaar geleden, 9


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 10

toen ze hem leerde kennen.Toen zaten ze zo vol kloven en waren ze zo scherp en hard van het eelt, dat hij haar pijn deed als hij haar aanraakte. Ze had hem geleerd beter voor zichzelf, en dus ook voor zijn handen te zorgen. Ze draait zijn rechterhand om en speelt onbewust met de splinternieuwe trouwring die om zijn ringvinger glanst. Geen enkel krasje ontsiert de ring. Alsof hij niet alleen symbool van eindeloze liefde, maar ook van een onbeschadigd huwelijk is. ‘Ik hou van je, Sil,’ zegt ze zacht. Hij kijkt haar aan en vraagt dan: ‘Altijd? Zul je altijd van me blijven houden? Tot de dood ons scheidt is misschien best lang. Wie weet zullen we ooit uit elkaar gaan. Ik kan het me niet voorstellen, maar…’ ‘Als je ooit van me weggaat, ga ik gewoon met je mee.’ Een meisje, waarschijnlijk een scholiere die een zakcentje wil verdienen, staat voor het tafeltje. Ze heeft een morsig opschrijfboekje in haar hand. ‘Twee koffie, alsjeblieft,’ bestelt Gabriëlle. ‘Twee koffie,’ herhaalt de jonge gastvrouw, terwijl ze langzaam de eenvoudige bestelling van haar eerste – en wellicht enige – klanten van die dag in het boekje schrijft. Dan draait ze zich om en verdwijnt achter de bar om de bestelling klaar te maken. ‘’t Is ook niet eenvoudig om zo’n bestelling te onthouden, in deze overvolle tent,’ grinnikt Sil zachtjes. Opnieuw kijkt Gabriëlle naar Sil, de man die ze sinds een paar dagen de hare mag noemen, met wie ze nu op huwelijksreis is op Terschelling. Ze ziet zijn ogen door de wat vreemd ingerichte ruimte dwalen. Ze volgt zijn blik en herkent oriëntaalse, Afrikaanse, oud-Engelse en oud-Hollandse invloeden. De twee versleten, groene chester banken tegen de helderblauwe achtermuur lijken aanvankelijk te misstaan in de als huiskamer ingerichte ruimte, maar passen op de een of andere manier toch 10


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 11

in het allegaartje van meubels en stijlen. Er hangt een gitaar aan de muur, veel te dicht bij de open haard, waardoor de hals van het instrument zichtbaar kromgetrokken is. Ze ziet Sil naar de lampen kijken, die spaarzaam hun licht laten schijnen door het tamelijk donkere etablissement. ‘Zanzibar,’ zegt Sil peinzend, ‘de inrichting heeft wat weg van het Tanzaniaanse eiland Zanzibar. Zanzibar, Zandzeebar. Leuke woordspeling.’ Hij grinnikt en kijkt zijn jonge vrouw uitdagend en voldaan aan, alsof hij trots is op zijn vondst. Ze voelt zich warm worden onder zijn blik. ‘Zullen… zullen we dansen?’ vraagt ze. Zijn glimlach verandert in een wat dommige gezichtsuitdrukking. ‘Dansen? Ik? Hier? In Zanzibar? Ik bedoel: hier in deze Zandzeebar? Je weet toch dat ik een ouderwetse, puriteinse opvoeding heb gehad? Dansen hoorde daar echt niet bij, hoor. Dansen… niets voor mij!’ ‘Schuifelen dan?’ ‘Plakdansen, bedoel je? Ik dans niet met vreemden,’ grinnikt Sil. ‘Ik ook niet,’ antwoordt ze. De geur van versgemalen koffie kriebelt in haar neus en ze hoort de melkopschuimer sissen. ‘Koekje erbij?’ klinkt de stem van het meisje achter de bar; blijkbaar verwacht ze geen antwoord, want Gabriëlle ziet dat ze twee koekjes op ieder schoteltje legt. ‘Ik… ik wil een kind, samen met jou!’ fluistert Gabriëlle; haar vingers spelen nog altijd met zijn ring. Ze kijkt omhoog, zoekt zijn ogen. Even voelt ze zich onzeker. ‘En jij? Jij toch ook?’ Tot haar niet geringe opluchting ziet ze hem glimlachen. Een blos trekt over haar wangen. Hier en daar begint haar lijf te tintelen, te gloeien. Haar hart bonst wild, haar ademhaling versnelt. 11


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 12

‘Ik ben nog niet eens een week getrouwd!’ ‘Weet ik, Sil. Ik immers ook.’ Opnieuw kijkt ze in zijn ogen en ze ziet dat hij, haar man, jongensachtig naar haar lacht. In zijn ogen leest ze zijn verlangen naar haar, waardoor haar hart nog sneller gaat kloppen. Ze buigt zich voorover en fluistert: ‘Ik wil met je vrijen!’ ‘Ik ook met jou, maar… nu? Hier? Eerst wil je dansen en nu wil je vrijen,’ fluistert hij terug, terwijl zijn glimlach breder wordt. ‘Overigens was dat vrijen ook geen onderdeel van m’n puriteinse opvoeding,’ voegt hij er grinnikend aan toe. ‘Het appartement is best ver,’ zegt Gabriëlle. Hij duwt zijn stoel achteruit, staat op, buigt zich voorover en kust Gabriëlles licht gezwollen lippen. ‘Het is maar drie minuten lopen. En als we rennen, zijn we er in anderhalve minuut.’ Haar stoel krast over de houten vloer als ze hem achteruit duwt. Sil grijpt haar hand, pakt haar jas en houdt hem voor haar open. ‘Wie er het eerst is,’ zegt ze, als ze met een hand de deur van de strandbar opent en met haar andere hand probeert haar jas dicht te houden. ‘Morgen drinken we de koffie en komen we betalen,’ hoort ze Sil nog naar het meisje roepen. Schaterlachend rennen ze de storm in.

12


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 13

2 Sil ‘Meer dan gisteren, maar minder dan morgen? Wat bedoel je daar nu mee te zeggen?’ ‘Nou, gewoon…’ ‘Wat? Wat: nou gewoon? Hoezo minder dan gisteren, maar meer dan morgen?’ ‘Minder dan morgen, maar meer dan gisteren,’ corrigeert Sil zijn vrouw, die naast hem ligt. ‘Ik hou meer van je dan gisteren, maar minder dan morgen. Iedere dag hou ik dus meer van je!’

13


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 14

3 Sil Wat had de verloskundige tegen hem gezegd? Zes centimeter? Had Gabriëlle na al die tijd nog maar zes centimeter ontsluiting? Hij vroeg zich af hoe accuraat de jonge verloskundige gemeten had.Verstond ze haar vak wel? Zijn vrouw was al uren bezig! Hoe lang moet dit nog gaan duren? Ze is nu al doodop! ‘Probeer nog maar een paar uurtjes te slapen. Straks, als de kleine er is, heb je al je energie nodig. Dan moet je je vrouw en je zoon verwennen. Of denk je dat het een dochter is?’ De woorden die de verloskundige zei toen ze aanstalten maakte om weg te gaan, weerklinken in zijn hoofd. Het laatste wat ze van haar hoorde, was het dichtslaan van het autoportier. Het laatste wat hij van haar zag, waren de achterlichten van haar auto, die langzaam verdwenen in de ochtendnevel. Met een wat onbestemd gevoel loopt Sil naar de kade van de oude haven, die vijf meter van hun huis ligt. Zacht klotst het zwarte water tegen de vaak meer dan een eeuw oude vissersschepen die hier zij aan zij aangemeerd liggen. Door de ochtendmist en het langzaam verkleurende hemellicht ziet hij de rode loods van de scheepswerf – zijn werkplaats. Hij zal er straks echter niet aan het werk gaan; hij zal het te druk hebben met heel andere dingen. Zijn blik gaat naar het zwarte water. 14


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 15

Een klein kubbootje danst zacht op de rimpelingen van het donkere water. Zijn gedachten nemen hem mee terug naar het moment waarop hij Gabriëlle voor het eerst echt zag. Natuurlijk had hij haar al eerder gezien, op school en in het dorp. Ook toen al was zij hem opgevallen en ook toen al wilde hij haar ontmoeten, écht ontmoeten. Intuïtief had hij aangevoeld dat deze vrouw meer was dan een mooie buitenkant. Beauty is only skin deep; hij kende de uitdrukking, maar die gold zeker niet voor Gabriëlle! En die avond, tijdens de eerste koffiepauze op die nog vroege, zonnige nazomer schoolavond… Tussen honderden andere leerlingen zag hij haar opeens weer staan in de overvolle aula van het opleidingscentrum waar ze beiden een avond vakopleiding volgden. Hij wist dat zij een opleiding fotografie deed. Ze liep altijd met camera’s en objectieven te sjouwen. Zelf deed hij een opleiding restaurateur houtbewerker. Ze draaide zich om. Haar ogen leken iets of iemand te zoeken. Haar blik gleed door de met mensen gevulde ruimte. Toen haar ogen opeens in de zijne haakten sloeg zijn hart een slag over. In zijn buik kriebelde iets. Het was een prettige sensatie. Hij had dit gevoel niet eerder gehad. Ze was een kleine, tengere jonge vrouw, een meisje nog. Maar in zijn ogen veranderde dit kleine, tengere wezen opeens in een bijzondere vrouw. Zo had hij haar nog nooit gezien. Haar lange, donkere haar werd door een blauw lint in bedwang gehouden. De zon die door de hoge ramen naar binnen viel, leek haar haar in goud te veranderen. Ze droeg een korte, grijze rok en een zwart T-shirt. Het was echter niet haar uiterlijk wat hij zag, maar de zachtheid in haar ogen, die hem trof. Een zachtheid waarnaar hij naar verlangde. Zonder dat hij het zelf besefte, liep hij langzaam op haar toe. De geluiden om hem heen leken te verstommen. Alles leek te 15


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 16

vertragen, te verdwijnen. Hij zag alleen nog haar ogen, die hem aankeken en hem woordeloos iets leken te vertellen. Uiteindelijk stond hij voor haar, zijn gezicht vlak bij het hare. Hij kon zijn blik niet losmaken uit de hare. Aarzelend stak hij zijn hand naar haar uit en stotterend zei hij woorden die opeens in hem leken op te borrelen. Woorden om te imponeren, die hij ooit iemand had horen zeggen. ‘Is… is er vandaag een heilige overleden?’ Met grote, vragende ogen keek de jonge vrouw hem aan. ‘Sorry? Wat bedoel je? Of er een heilige is overleden? Hoezo?’ ‘Ik, eh… Nou, zie je… Ik zie een engel in rouwkleding,’ grinnikte hij verlegen. Toen Sil haar lachende ogen zag, durfde hij verder te gaan. ‘Ik, eh… ik zie er misschien uit als kikker, maar eigenlijk, eh… ben ik een droomprins. Mag ik me aan je voorstellen? Sil van Campen.’ Ze keek hem aan en glimlachte. ‘Dag, Sil; ik ben Gabriëlle. En eh, die mooie woorden heb ik eerder gehoord. Was dat niet in een of andere film die niet zo heel lang geleden draaide?’ Hij voelde zich betrapt en bloosde. Zijn ademhaling ging sneller en toch ook moeizamer.Toch liet hij zich niet door haar uit het veld slaan. Hakkelend vervolgde hij zijn onbewust opgeslagen veroveringszinnen: ‘Je… je hebt een mooie stem. Daarmee, eh… zul je zeker engelen tot tranen roeren.’ De vrouw tegenover hem schaterde het uit. ‘Ja, het is echt die film. Hoe heet hij ook alweer? Wat een charmeur, en wat een omhaal van woorden gebruik je, Sil. Doe je dat bij iedere vrouw die je tegenkomt?’ Hij schudde zijn hoofd. ‘Eerlijk gezegd ben ik… ben ik normaal gesproken nogal stil. Sorry, ik weet ook niet wat ik heb vandaag…’ Langzaam ontwaakt Sil uit zijn dromerij. Het water moet een hypnotiserend effect op mij gehad heb16


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 17

ben, flitst het even door hem heen. Dan slaat zijn hart een slag over: Gabriëlle! Resoluut draait hij zich om en loopt het huis binnen, sluit de deur en rent met twee treden tegelijk de trap op. Als hij de slaapkamer binnenkomt, ziet hij het ontspannen gezicht van zijn vrouw in het zachte licht dat het lampje aan het hoofdeinde van hun bed verspreidt. Ze lijkt te slapen. Zo voorzichtig mogelijk slaat hij het dekbed terug en gaat naast zijn vrouw liggen. ‘Ha, daar ben je weer?’ ‘Waar zou ik anders moeten zijn dan bij jou?’ antwoordt hij met een wedervraag. ‘Hoe was het ook alweer? Meer dan gisteren, maar minder dan morgen, toch?’ Ze lacht ondeugend. ‘Volgens mij heb je die uitspraak van mij gejat, Gab.’ ‘Gemeenschap van goederen, zullen we maar zeggen. Wat van jou is, is ook van mij, weet je nog? Ik jat dus niets. Die uitspraak is gewoon ook van mij,’ grinnikt Gabriëlle. ‘We moeten proberen nog wat uurtjes slaap te pakken,’ fluistert Sil in haar oor. ‘Nog zo’n wijsheid: een paar uurtjes slaap pakken midden in een bevalling! Wie heeft je wijsgemaakt dat ik dat wil? Alsof ik dat zou kunnen…’ ‘Arianne, de verloskundige.’ ‘O, Arianne. Hmm, volgens mij is ze wel goed in haar vak, maar ze is duidelijk geen ervaringsdeskundige.’ Gabriëlle rolt zich moeizaam op haar zij, haar zware buik vasthoudend, en kruipt in de kromming van Sils arm. Dan zucht ze even. ‘Ik ben gelukkig, Sil. Heel gelukkig.’ Ze kijkt hem aan en glimlacht. ‘Mijn man, mijn eigen kerel van weinig woorden, die zich ooit, alweer een paar jaar geleden, met een omhaal van woorden aan me voorstelde.’ Dan sluit ze haar ogen. Hij voelt haar warme ademhaling tegen zijn huid. 17


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 18

Sil graaft in zijn herinneringen. Opnieuw staat hij in het schoolgebouw, in de aula. In zijn herinnering ruikt hij de zoete geur van haar parfum. Hij draait zijn hoofd en ruikt het parfum van zijn vrouw: nog altijd hetzelfde luchtje. Tegenwoordig koopt hij het voor haar. Normaal gesproken zag hij op tegen de schoolavonden. Hij was ’s avonds moe van zijn werk en wilde graag relaxen: wat tvkijken, een beetje klussen aan zijn bootje. Een lange avond naar school na een zware werkdag was dan geen plezierig vooruitzicht. Maar dat was voor hij haar echt had zien staan en zij hem liet voelen dat ze hem wel zag zitten. Na die avond kon hij haar niet uit zijn gedachten bannen en vanaf dat moment keek hij uit naar die ene avond, de schoolavond. Voor de meeste jongens is de laatste schooldag de mooiste schooldag.Voor hem zou de laatste schooldag een groot drama worden: hij zou haar niet meer zien. Hij moest dus iets doen. Voor het eind van zijn opleiding moest hij haar helemaal voor zich zien te winnen. Zijn gedachten gaan terug naar de film die in het oude filmhuis, ergens in het centrum van het nabijgelegen provinciestadje, draaide: El Secreto De Sus Ojos. Toen hij de verlegen hoofdrolspeler gevatte opmerkingen hoorde maken tegen de vrouw die zijn hoofd op hol bracht, vatte hij het plan op de vrouw die zijn hart sneller zou laten kloppen ook met grappige opmerkingen het hof te maken. Niet echt een originele veroveringsstrategie, maar hij kende geen andere. Zo snel als deze gedachte zijn geest binnendreef, had ze zijn bewustzijn ook weer verlaten. Toch waren er kennelijk woorden uit de film blijven hangen. Opnieuw drukt hij zijn neus in het haar van zijn slapende vrouw; hij snuift haar geur diep in. Hij voelt dat GabriÍlle nog dichter tegen hem aan schurkt.

18


De waterboot 1-240:Opmaak 1

21-10-2013

11:23

Pagina 19

Die week erna was het herfstvakantie. Tijdens hun eerste kennismaking in de schoolaula had hij haar uitgenodigd in de vakantie iets te gaan drinken. Ze had immers geen school en kon deze vrije avond dus misschien samen met hem doorbrengen in het restaurant in de oude molen, aan het water. Of ze koffie of thee wilde, vroeg hij haar. Maar nee, daar vond ze het te warm voor. Wilde ze dan liever iets fris? Een biertje, een glas bitter lemon? Ze wilde liever naar buiten, even over het water kijken, de wind door haar haren voelen, misschien een stukje varen met het bootje dat hij gebouwd had. Ze keek hem aan, pakte zijn hand… Sil grinnikt. Hij was eigenlijk wel blij dat ze niets wilde drinken. Op dat moment was hij bijna blut; hij had nauwelijks geld om de maand verder door te komen. Zoals bijna altijd duurde de maand een week langer dan zijn salaris eigenlijk toeliet. Gabriëlle maakt zich van hem los. Ook Sil verdraait zich iets, zodat ze elkaar kunnen aankijken. Gabriëlle legt haar linkerhand op zijn borst, terwijl haar vrije hand zijn vingers zoek. Gedachteloos draait ze aan zijn trouwring; ze voelt kleine beschadigingen aan de ring. ‘Je moet hem afdoen tijdens je werk. Je weet dat het gevaarlijk is met al die machines en zo,’ zegt ze slaperig. Dan vallen haar ogen dicht; ze slaapt. ‘Ik hou van je, Gabriëlle.’ Hij draait zich op zijn rug en staart naar het plafond, maar ziet iets wat daar ver voorbij ligt. Iets wat hem verontrust en hem bang maakt, maar wat hij geen naam kan geven. Hij pakt de hand van zijn slapende vrouw en legt die op zijn buik. Dan hoort hij haar mompelen: ‘En ik hou van jou, Sil.’

19


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.