Rob Bruntink - Over de dood gesproken

Page 1

vptz biedt palliatieve zorg aan patiënten thuis en in hospices. De teksten zijn geredigeerd door journalist Rob Bruntink. Hij is gespecialiseerd in palliatieve zorg en onder meer hoofdredacteur van het vakblad Pallium.

nur 749

9 789025 904968

Over de dood gesproken

Wat is de verhouding tussen leven en dood? Bestaat de hemel? Is er een ziel? Deze en andere vragen passeerden de revue in de exclusieve ‘Elckerlijck’-lezingen die vptz sinds 2007 organiseerde. vptz Nederland (Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg) nodigde prominente Nederlanders en Vlamingen uit om te spreken over leven en dood. Praten over eindigheid is voor veel mensen geen vanzelfsprekendheid, maar de bijzondere verhalen in deze bundel zullen velen inspireren en uitnodigen het gesprek aan te gaan.

rob bru n t ink

‘Door te leven in een besef van sterfelijkheid, kom je dichter bij de essentie van het leven.’ Kristien Hemmerechts

rob bru n t in k

Over de dood gesproken Stilstaan bij vragen rond leven en sterven

met o.a.

Arjan Erkel, Kristien Hemmerechts, Robbert Dijkgraaf, Bert Keizer en Cees Dekker Op uitnodiging van VPTZ Nederland


Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 2

06-10-15 12:54


Rob Bruntink

Over de dood gesproken Stilstaan bij vragen rond leven en sterven

Uitgeverij Ten Have

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 3

06-10-15 12:54


De wieg schommelt boven een afgrond en het gezond verstand zegt ons dat ons bestaan niet meer is dan een vluchtig kiertje licht tussen twee eeuwigheden van duisternis. Uit: Geheugen, spreek, Vladimir Nabokov

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 5

06-10-15 12:54


Inhoud

Voorwoord 9 Inleiding 15 1 Het geheim van het unieke bestaan  21 2 Ervaringen met de dood  41 3 De dood maakt leven mogelijk  55 4 Is er een ziel? Waar dan?  73 5 Onsterfelijkheid  89 6 Doodloos leven of niet?  101 Niets cadeau – Wisława Szymborska  113 Wie is wie?  117 De lezingen  123 Over VPTZ 125 Over de auteur  127

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 7

06-10-15 12:54


Voorwoord

VPTZ Nederland staat voor de ondersteuning en zorg die bijna 11.000 vrijwilligers bieden aan ongeneeslijk zieken en hun naasten. Dat doen zij bij hen thuis, maar ook in tientallen hospices. Jaarlijks ondersteunen de vrijwilligers zo’n 10.000 cliÍnten en hun naasten. De essentie van hun werk is: er zijn. Tot het einde toe. Behalve deze concrete hulp, vindt VPTZ Nederland het ook van belang dat burgers van Nederland stilstaan bij vragen rondom leven en sterven. Dat belang is alleen maar gegroeid sinds de fusie 9

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 9

06-10-15 12:54


in 2006 met Stichting Elckerlijck, een stichting die deze bewustwording tot doel had. Vanuit die achtergrond zijn sinds 2007 regelmatig Elckerlijck-lezingen georganiseerd. De lezingen werden voor een genodigde groep mensen vanuit organisaties betrokken bij palliatieve zorg uitgesproken in Conferentieklooster Het Cenakel in Soest. In de voorbije jaren hebben diverse mensen – onder wie wetenschappers, filosofen en artsen – een lezing gehouden. Zij gaven vanuit die eigen achtergrond hun visie op leven en sterven. Vragen rond leven en sterven zijn direct verbonden met elementaire levensvragen, zei prof. Cees Dekker in onze eerste lezing: ‘Vragen als: “Waar komen we vandaan, waar gaan we naartoe, wat is de zin van het bestaan, is alles terug te leiden naar toeval of is er sprake van een bepaalde planmatigheid...?” Ze worden opgeroepen als je over het einde nadenkt.’ Levensvragen zijn daarmee dus niet alleen universele vragen, het zijn ook persoonlijke vragen. Daarom was het uitnodigen van sprekers voor dit doel spannend. Bert van Barneveld, destijds 10

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 10

06-10-15 12:54


voorzitter van VPTZ Nederland, en mijn voorganger, Hans Bart, kregen echter van iedereen die benaderd werd een toezegging. Daar zijn wij hun dankbaar voor. En daar zijn we ook trots op, want blijkbaar is het werk van VPTZ Nederland en haar 200 lidorganisaties de moeite waard om tijd voor vrij te maken. Praten over de eindigheid van het leven is geen vanzelfsprekendheid in onze maatschappij. Er lijkt sprake van een ambivalente houding op dit punt. Dat merken ook de vrijwilligers van VPTZ Nederland. Aan de ene kant krijgen zij regelmatig te horen: ‘Wat knap dat je dit werk doet, ik zou het niet kunnen. Het lijkt me zo naar, al die ellende.’ Wat daaruit spreekt, is het idee dat het werk van een enorme zwaarte is; waar men vaak liever ver vandaan blijft. Aan de andere kant merken diezelfde vrijwilligers dat veel mensen vol verhalen zitten over verlies en afscheid. Ook over hun eigen sterfelijkheid kunnen de meesten goed praten. Gelijktijdig lijkt er een stille honger te bestaan die persoonlijke verhalen te delen, verhalen waarin leven en sterven met elkaar gecombineerd worden.

11

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 11

06-10-15 12:54


Met de Elckerlijck-lezingen en met de uitgave van dit boek wil VPTZ Nederland mensen inspireren tot het nadenken over de eindigheid van het leven. Met dit boek sluit VPTZ Nederland de reeks besloten Elckerlijck-lezingen af. Sinds 2015 is het gedachtegoed voortgezet in de vorm van een open Elckerlijck-congres. Dit werd samen met de coalitie ‘Van betekenis tot het einde’ georganiseerd. Deze coalitie bestaat uit organisaties die net als VPTZ Nederland de bespreekbaarheid van het levenseinde én de daarbij horende levensvragen willen vergroten. Nu ik twee jaar aan VPTZ Nederland verbonden ben, heb ik zelf ook meer stilgestaan bij de eindigheid van het leven. Vooral de eerste tijd drukte dat best wel op me. Ik voelde veel weerstand, want de dood is niets voor mij. Ik sta vol in het leven, met twee opgroeiende kinderen. Maar ook heb ik al een aantal verliezen geleden, ben familieleden kwijtgeraakt. Ik ben verdrietig en gedeprimeerd geweest, vooral ook om het verdriet dat ik zag bij mijn geliefden. Nu ik de afgelopen tijd zelf wat ervaring heb opgedaan als vrijwilliger, beleef ik de eindigheid van het leven op een nieuwe manier. 12

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 12

06-10-15 12:54


En ervaar ik de spanningsboog van afstand en nabijheid met mensen met wie ik contact maak. Zij leven me voor hoe het moet. Afscheid nemen van het leven. Steeds minder kunnen. Helemaal afhankelijk zijn van alles en iedereen. Ik voel een oneindig respect. En een intense levenslust om vooral het leven te leven. Ik hoop dat de verhalen van de bijzondere mensen die aan het woord zijn in dit boek u zullen inspireren.

Chantal Holtkamp, directeur VPTZ Nederland

13

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 13

06-10-15 12:54


Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 14

06-10-15 12:54


Inleiding

VPTZ Nederland en Elckerlijck zijn met elkaar verbonden sinds de Stichting Elckerlijck opging in de Vereniging Palliatieve Terminale Zorg Nederland. Dat gebeurde in 2006, zo’n twintig jaar nadat de Stichting Elckerlijck was opgericht. De Stichting had als doel de bewustwording rondom het sterven te vergroten. Met dat sterven werd te eenzijdig en te oneerbiedig omgegaan, vond de Stichting. ‘Als het sterven nabij is, is het enige dat telt, de kostbare, resterende tijd goed en rustig samen door te brengen, om elkaar te troosten en op een goede manier afscheid van elkaar te nemen,’ 15

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 15

06-10-15 12:54


meldt een Elckerlijck-brochure. ‘Onze laatste dagen zouden tot de meest waardevolle van ons leven kunnen behoren. Ze bieden ons de laatste kans om kennis over te dragen, afscheid te nemen, onverwerkte zaken af te maken, herinneringen na te laten en te genieten van het leven.’ De Stichting kende een nauwe verwantschap met de hospicebeweging, die in de jaren negentig van de vorige eeuw langzaamaan vorm kreeg. De Stichting stond dan ook aan de wieg van een van de eerste hospices in Nederland (hospice Rozenheuvel in Rozendaal). Helaas is hiermee ook direct een van de weinige grote betekenisvolle daden genoemd. De vrijwilligersorganisatie kende geen professioneel bestuur en geen professionele krachten, en wist daardoor nauwelijks naam te maken. Omdat het gedachtegoed in de ogen van VPTZ Nederland van grote waarde was, leidden bestuurlijke kennismaking en gesprekken tot de overeenkomst dat de Stichting zou opgaan in VPTZ Nederland. Om eer te doen aan zowel de naam van de Stichting, maar vooral aan het gedachtegoed, spraken de besturen af op regelmatige basis een Elckerlijck-lezing te organiseren. 16

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 16

06-10-15 12:54


Dat gebeurde vanaf 2007. Genodigden uit de gezondheidszorg, de wetenschap, de politiek, de kunsten en het bedrijfsleven kwamen bijeen om van gedachten te wisselen over ‘bewustwording rond leven en sterven’. In de uitnodiging voor de eerste lezing werd nadrukkelijk een link met de thematiek van Stichting Elckerlijck gelegd: ‘Dit thema sluit aan bij vragen, gedachten en gevoelens die elementair zijn voor een ieder en ons vaak intens bezighouden in de laatste fase van ons leven. Die laatste levensfase is even zo vaak een zoektocht naar zingeving. Een zoektocht die zich voor velen afspeelt tijdens ons hele bestaan en zich uitstrekt over ons ontstaan en over ons mogelijk voortbestaan.’ De naam Elckerlijck was niet voor niets gekozen. Het middeleeuwse verhaal Elckerlijc (voluit: Den spyeghel der salicheyt van Elckerlijc) wilde mensen iets zeggen over hoe er geleefd diende te worden om – altijd relatief natuurlijk – gelukkig te kunnen sterven. Het verhaal begint met de vaststelling van God dat de mensen op aarde in zonde leven. Hij roept de Dood bij zich. Iedereen (Elckerlijc) moet ver17

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 17

06-10-15 12:54


antwoording afleggen over zijn leven, vindt God, en Hij geeft de Dood de boodschap om naar Elckerlijc te gaan om hem te zeggen dat hij een pelgrimstocht moet maken (hier synoniem voor: dat hij zal sterven). Eerst probeert Elckerlijc – zonder succes – de Dood om te kopen. Zonder uitstel moet hij op reis. Wel mag hij reisgenoten meenemen. Deze reisgenoten zijn geen echte personages, maar krijgen abstracte namen die deels naar menselijke eigenschappen verwijzen. Elckerlijc vraagt Gheselscap, Tgoet (bezit) Maghe en Neve (vrienden en familie) mee op reis, maar zo gauw ze doorhebben wat de ware bestemming is, haken ze af. Dan ontmoet Elckerlijc de Doecht (deugdzaamheid), maar ook deze is nog te zwak om mee te kunnen gaan. Kennise (zelfkennis), de zuster van Doecht, brengt Elckerlijc nu bij Biechte, en nadat hij boete heeft gedaan, is Doecht weer aangesterkt. Zo kan de Doecht alsnog mee. Nu vergezellen ook Scoenheit, Vroescap (wijsheid), Cracht en Vijf Sinnen (zintuigen) Elckerlijc op zijn tocht. Deze stelt zijn testament op en gaat naar een priester om de laatste sacramenten te ontvangen, precies zoals God het wil. Als hij ten slotte 18

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 18

06-10-15 12:54


bij het graf aankomt laten alle reisgenoten Elckerlijc in de steek, met uitzondering van Doecht, die tot in de dood meegaat en hem zal aankondigen bij God. Een engel brengt de ziel van Elckerlijc naar de hemel. In de epiloog van de tekst volgt de moraal: laten we bidden dat iedereen zonder zonden voor God verschijnt, want alleen zo krijgt de mens toegang tot de hemel. Zonder zonden sterven is tegenwoordig niet meer zo nadrukkelijk aan de orde. In deze tijd draait het meer om wáárdig sterven, een notie die voor iedereen een andere invulling kan krijgen. Sinds de Middeleeuwen is er veel onderzoek naar het sterven verricht. Deze onderzoeken hebben veel kennis opgeleverd. Het sterven blijft echter – net als in de Middeleeuwen – nog steeds met veel mysteries omkleed. In de Elckerlijck-lezingen zijn een paar van die mysteries benoemd. Wat is dat eigenlijk, dood zijn? En wat is leven? Hoe moeten we de ziel positioneren, als die al bestaat? Ook onveranderlijk door de eeuwen heen: moeten we bang zijn voor de dood of niet? Kun je je op het sterven voorbereiden, en zo ja, wat is dan 19

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 19

06-10-15 12:54


een goede voorbereiding? Moet je er veel mee bezig zijn, of valt een ‘zo doodloos mogelijk leven’ te verkiezen? Persoonlijke antwoorden op vele vragen rondom de dood zijn ten dele afhankelijk van de kijk op het leven ná de (biologische) dood. Is er een hemel? Is er ‘slechts’ de onsterfelijkheid in andere vormen, waarbij bijvoorbeeld niets anders dan de herinnering aan overledenen voortleeft? In de nu volgende hoofdstukken komt u als lezer al deze vragen tegen. Denk er het uwe van. Dan is het doel van deze uitgave bereikt.

20

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 20

06-10-15 12:54


1 Het geheim van het unieke bestaan

Het leven. We leiden allemaal een leven. We weten ook dat het aardse leven een begin en een eind heeft. Maar wat is dat nou eigenlijk, dat leven. Natuurkundige Robbert Dijkgraaf wierp in zijn lezing die vraag op, en vertelde er een ontroerend verhaal bij, dat met een beschouwing over het verschijnsel ‘tijd’ begon. ‘Tijd is een medium. Wij leven allemaal met tijd, maar wij fysici werken er ook mee. De tijd kan beginnen, kan eindigen, kan vervormen, je kunt hem met de ruimte mengen. Voor mij is het als een sculptuur. Een van de wonderlijk21

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 21

06-10-15 12:54


ste dingen van hoe je als natuurkundige naar de natuur kijkt, is dat die tijd een soort illusie is. Ik ga u nu niet de hele relativiteitstheorie voorschotelen. Eigenlijk was het al in de achttiende eeuw bekend, bij Newton: dat wat de natuur eigenlijk doet, is het voorspellen van de toekomst. Je kent de wereld nu en je probeert uit te rekenen, op wat voor manier dan ook, met de modernste inzichten, hoe de wereld er een tijdje later uitziet. Vanuit de natuurkundige droom ligt de hele geschiedenis in één keer voor je. Het is een wonderlijk gegeven. Het is alsof je een film koopt, in één keer de hele film. Wij snijden de tijd in plakjes en het is heel wonderlijk dat we de tijd ook plaatje voor plaatje moeten beleven, terwijl dat niet onmiddellijk volgt uit de natuurkundige dictaten. Het ligt aan ons en aan ons bewustzijn dat we zo door die tijd heen lopen en ons zo bewust zijn van het begin en het einde. Er is ook sprake van een symmetrie, het begin en het einde hebben hetzelfde karakter, je zou ze kunnen verwisselen. Een van mijn favoriete auteurs, Vladimir Nabokov, heeft die symmetrie heel goed getroffen in zijn 22

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 22

06-10-15 12:54


fantastische boek Speak, memory*. Het is zijn autobiografie, waarin hij enorm beeldend schrijft over zijn jeugd in het oude tsaristische Rusland. In de inleiding van dat boek zegt Nabokov iets heel wonderlijks. Hij heeft het over het leven als iets korts tussen twee enorme afgronden, namelijk wat ervoor ligt en wat erna ligt. Hij vraagt zich af hoe het komt dat we zo’n universele vrees hebben voor wat erna komt en niet voor wat ervóór komt. Er is immers ook een hele periode geweest dat we er niet zijn geweest, vóór ons leven begon. Dan noemt hij een geval dat ik heel interessant vind. Hij beschrijft hoe een jonge man heel heftige emoties krijgt als hij kijkt naar jeugdfilmpjes van zijn ouders en hij realiseert zich dat daar zijn ouders te zien zijn, maar dat hij er zelf niet bij is. Hij ziet op een gegeven moment wel een wiegje in beeld komen, maar dat is leeg, want hij is er nog niet. Hij wordt echt enorm geraakt door een soort rouwemotie, voor een leven dat er nog niet was. Dat vond ik enorm treffend. Ik denk dat dat soort gevoelens heel mooi het *  Voor het eerst verschenen in 1951, daarna in een uitgebreide versie in 1996. Ook in het Nederlands verschenen, onder de titel Geheugen, spreek, De Bezige Bij, 1998. 23

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 23

06-10-15 12:54


leven plaatsen waar het zou moeten zitten, als een kort interval tussen twee afgronden, zoals Nabo­ kov zegt. Wat dat leven dan precies is vanuit een wiskundig-natuurkundig perspectief, daar kan ik u weinig over zeggen. Ik vond nog een heel mooi beeld dat ook in dat boek voorkomt. Nabokov beschrijft hoe hij met zijn vader, die landeigenaar is, aan tafel zit te eten, op de eerste verdieping. Zijn vader wordt naar beneden geroepen. Alle boeren staan daar klaar. Er is een bepaald ritueel waarbij eens per jaar de landeigenaar gejonast wordt. Zijn vader gaat naar buiten. Opeens ziet Nabokov zijn vader voor het raam hangen, heel eventjes. Ik vind dat een treffend moment dat het leven voor mij samenvat: een kort, briljant moment tussen begin en einde.’ De wetenschappelijke ontdekkingen die in de voorbije, recente tijd zijn gedaan, hebben een grote invloed gehad op hoe wij naar de rol van de mens kijken in het geheel van het aardse leven. Die rol is enerzijds alsmaar onbeduidender geworden, anderzijds vooral van een steeds grotere bijzonderheid, analyseerde Dijkgraaf: ‘De rol van de mens is continu kleiner geworden, omdat wij allang niet meer vanuit biologisch perspectief 24

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 24

06-10-15 12:54


het centrum van de schepping zijn. We weten inmiddels ook dat de aarde zeker niet het centrum van het heelal is, onze zon zeker niet het centrum van het melkwegstelsel is en ons melkwegstelsel slechts een Vinex-stelsel is, ergens aan de rand van veel grotere sterrenstelsels. Tegenwoordig kunnen we dat heelal heel goed verkennen. Ik heb een model op mijn computer staan, waarmee ik 14 miljard jaar ver kan kijken. Dat is zover als we Ăźberhaupt maar kunnen kijken. Verder dan dat kan gewoon niet, want het licht heeft er niet langer over kunnen doen sinds de oerknal. Daarbinnen zie je alle sterrenstelsels die we nu gedetecteerd hebben, dat is ongeveer een kwart. Je kunt je ook nog afvragen wat daar buiten nog zit, maar dat zullen we nooit kennen. We zijn maar een heel klein stukje en misschien zitten we zelfs in ons universum maar in een heel klein buitenplekje. Aan de andere kant, als we dat universum meer en meer leren kennen, dan zien we dat we als mens een heel bevoorrechte plaats hebben op de planeet Aarde. We hebben ook een heel belangrijke rol. Het bijzondere is dat er iemand kijkt naar dat enorme uitspansel. Wij kĂ­jken naar het universum. Een bekend fysicus, Peter Russell, heeft ooit 25

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 25

06-10-15 12:54


gezegd: wij zijn het oog van het universum. Het oog waardoor het universum naar zichzelf kijkt en dat is een teken dat wij in wezen een enorm belangrijke rol hebben, een veel belangrijkere rol dan wij ons realiseren. Al met al kunnen we samenvatten dat wij op een eiland van kennis leven, gelegen in een oceaan van onwetendheid, omgeven door een strand dat vol ligt met interessante vragen.’ Collega-wetenschapper en natuurkundige Cees Dekker sprak op dezelfde avond als Robbert Dijkgraaf, in 2007. Dekker is werkzaam op het terrein van de nanotechnologie. ‘Uw lichaam bestaat uit cellen,’ hield hij zijn publiek voor. ‘De cel is de kleinste eenheid van het leven en zelfs de eenvoudigste cel is een ongelooflijk complex geheel van tienduizenden moleculen. In de nanotechnologie kunnen wij kijken naar moleculen, zelfs naar enkele moleculen. Waar Robbert naar boven kijkt met enorme telescopen, draai ik die telescopen om, zodat we in een mens naar de allerkleinste cellen kunnen kijken. Wij werken met de kleinste deeltjes waar de herkenbare materie nog te behappen is: atomen en moleculen. De materie is op deze schaal nog gewoon te herkennen als ijzer of koolstof en dergelijke.’ 26

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 26

06-10-15 12:54


Aansluitend op de analyse van Dijkgraaf dat de mens zowel een onbeduidende als een bijzondere rol in het universum bekleedt, memoreerde Dekker vooral de enorme bijzonderheid van het menselijk bestaan. ‘Hoe meer wij leren door de inzichten in de kosmologie, hoe meer wij beseffen dat leven heel bijzondere condities veronderstelt. Er zijn namelijk bijzondere astronomische coĂŻncidenties gevonden: bijvoorbeeld dat de uitdijingssnelheid van het heelal heel precies een bepaalde waarde moet hebben, of de massa van neutronen versus die van protonen. Het wordt allemaal wat technisch, maar het punt dat ik hier wil maken is eenvoudig: natuurconstanten hebben een bepaalde waarde. Een heel precies bepaalde waarde: als ze iets groter zouden zijn, dan zouden we hier niet zitten, als ze iets kleiner zouden zijn, zouden we hier ook niet zitten. Het is dus heel precies afgestemd op het leven zoals we dat kennen. Dat is een wetenschappelijk gegeven. De volgende vraag is hoe je dat duidt en dat wordt natuurlijk een filosofische discussie, waarin feitelijkheden, visies en emoties een rol spelen. We zien de natuur om ons heen, we zien dat in verwondering aan, we kunnen sommetjes maken, we kunnen bepaalde beschrijvingen geven, 27

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 27

06-10-15 12:54


maar de duiding van de natuurwetenschappen is een stap verder. De cruciale vraag is of dit alles het resultaat van toeval is, of dat er sporen van een planmatig ontwerp zijn. Over deze oorsprongsvraag bestaat al erg lang discussie. Socrates en zijn school van filosofen van 400 jaar voor Christus waren al in discussie met een andere filosofische school, die van Epicurus. Zij hadden reeds die twee gezichtspunten: de wereld zit planmatig in elkaar, wat wijst op iets religieus, versus de wereld is gedreven door toeval en bestaat alleen maar uit materie. Diezelfde discussie herhaalt zich in elke generatie, bij de oude Grieken, bij Charles Darwin versus William Paley en ook vandaag de dag met Richard Dawkins tegen opponenten als Francis Collins. De oorsprongsvraag is niet louter een wetenschappelijke vraagstelling. Ze roept ook existentiële vragen op, zoals: waar komen we vandaan, waar gaan we naartoe, wat is de mens, wat is de zin van zijn bestaan? Als een kwestie existentiële vragen oproept, raakt het ook aan je levensvisie, iets wat heel diep in mensen zit. Als je bijvoorbeeld praat over de vraag ‘Wat is de mens?’, dan 28

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 28

06-10-15 12:54


bepaalt je wereldbeeld hoe je de mens ziet: alleen een materieel object dat een schakeltje is in de evolutie, of een wezen dat geliefd wordt door God en geschapen is in deze materiële werkelijkheid. Een aantal natuurwetenschappers zoals Freeman Dyson, een leidend fysicus, concludeert uit de bijzondere structuur van de natuur dat als het ware in de eerste momenten van het heelal de condities al zo waren dat er 13 miljard jaar later leven op aarde zou kunnen ontstaan. Natuurkundige Paul Davies stelt dat de indruk van een soort ontwerp in die kosmos eigenlijk onontkoombaar is. En Arno Allan Penzias, Nobelprijswinnaar op het gebied van de achtergrondstraling, zegt het nog nadrukkelijker. Ik deel hun mening. Het zijn dat soort argumenten die mij in de richting van een georganiseerd principe, een ontwerp drijven.’ Wat de menselijke soort uniek maakt in relatie tot al het andere leven op aarde, is het gegeven dat hij weet dat hij zal sterven. Filosoof Gerard Visser benoemde dit in de Elckerlijck-lezing van 2011. Enerzijds maakt dit het sterven van een individuele persoon erg alledaags, anderzijds iets hoogst persoonlijks. ‘Juist dit hoogst persoonlijke maakt het stervensproces van ieder mens zo kostbaar. 29

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 29

06-10-15 12:54


Zowel het geheim van het bestaan van ieder van ons als het unieke bestaan van deze ene mens vult de ruimte. Dat komt omdat de stervende zich aan de rand van de tijd, van zijn of haar levenstijd bevindt. En als ik zeg: rand, dan denk ik daarbij niet alleen aan de dood, maar ook aan de geboorte. Ik zie het leven als een boog die gespannen staat tussen geboorte en dood. Die twee ontmoeten elkaar in deze situatie voor het laatst. De menselijke soort is uniek, omdat onze geest vooruit kan lopen op de dood, en terug kan denken aan waar we vandaan komen. Waarbij de geboorte op een bepaalde manier nog dieper verzonken ligt dan het niets van de dood vóór ons.’ Geboorte en dood, begin en einde. Visser stipt een treffende gelijkenis aan met de anekdote van Robbert Dijkgraaf over Nabokov: de gejonaste vader, die even ter hoogte van het raam van de eerste verdieping verscheen. Het leven als een kort briljant moment, tussen begin en einde. In de metafoor van Visser spant de dood de boog van het bestaan. Maar op welke wijze? Visser verwijst voor een antwoord op deze vraag terug naar het gedicht ‘Niets cadeau’ van Wisława Szymborska, dat dat jaar, voorafgaand 30

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 30

06-10-15 12:54


aan de Elckerlijck-lezing, aan de genodigden was toegestuurd (zie p. 113). Het handelt over het raadsel van onze sterfelijkheid, de omstandigheid dat we, naar het zich laat aanzien, niets mogen behouden. Het is nu eenmaal zo ingericht dat het hart terug moet en de lever terug moet en elke vinger afzonderlijk. (…) Ik kan me niet herinneren waar, wanneer en waarom ik zo’n rekening heb laten openen. De dood is in dit gedicht op twee manieren aanwezig, analyseerde Visser. ‘In de eerste plaats als het concrete lijfelijke sterven of afsterven, en in de tweede plaats in ons besef ervan, als iets hoogst bevreemdends. De dood is wetenschappelijk gezien het natuurlijke einde van het leven. Maar als we het bij die biologische bepaling laten, doen we de dood tekort. Voordat het einde daar is, is het in ons bestaan al lang en breed aanwezig, als de mogelijk31

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 31

06-10-15 12:54


heid die ons wacht. En wel een unieke mogelijkheid, een die zich onderscheidt van alle andere. Terug naar de vraag: op welke wijze spant de dood de boog van het bestaan? Door ons de zekerheid, de onafwendbaarheid van het einde voor te houden. Daarmee wekt hij vragen in ons op die van een heel andere aard zijn dan de vragen van de wetenschap. Ik doel op existentiĂŤle vragen als: wie ben ik eigenlijk, waarom ben ik hier, waartoe leef ik en wat heb ik ervan gemaakt? Met het volste recht bestrijden we de dood tijdens het leven. Maar hij heeft ook een kant die we licht over het hoofd zien. De dood is niet te vermurwen. Hij behoort onlosmakelijk tot het leven. Maar dat niet alleen als het einde ervan. Juist de dood houdt paradoxaal genoeg het leven ook overeind. De wijze waarop wij mensen, anders dan het dier, weet hebben van de dood, verleent aan ons leven een wonderbaarlijke spankracht. Het moet ook om die reden zijn dat wij het woord sterveling reserveren voor de mens. Niet ieder van ons komt in de situatie waarin het zinloos is geworden de dood nog langer te bestrijden, waarin we hem integendeel moeten zien te aanvaarden. Maar als dat gebeurt, verandert de dood steeds meer in de spiegel die hij is, opge32

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 32

06-10-15 12:54


steld aan de rand van de tijd. In die spiegel – van het niets waar we voor staan – verschijnt heel het geleefde leven, tot en met, aan het andere eind, op die andere grens, het begin van het leven, de kiem van de geboorte. De aard van de spankracht die de geboorte aan het leven verleent, lijkt duidelijk. Denken we maar aan de kracht die er nodig is voor een grasspriet om door de korst van de aarde te breken. Maar is dat afdoende, als we zeggen dat de spankracht van de geboorte die is van de levenskracht? Net zomin als de dood, is de levenskracht die ons bezielt iets vanzelfsprekends. Het raadsel van de geboorte, het eerste dat deze kracht teweegbrengt, blijft. Een raadsel dat ik met filosoof Arthur Schopenhauer graag als volgt verwoord: “Je bent kosmische tijden onderweg, ineens ben je er, en je bent weer weg. Wat is dit?” Ik deel zijn verwondering. De eerste vraag van de rooms-katholieke catechismus die ik als kind uit het hoofd moest leren luidde: “Waartoe zijn wij op aarde?” Antwoord: “Wij zijn op aarde om God te dienen en daardoor hier en in het hiernamaals gelukkig te worden.” Daar zou iets in kunnen zitten, althans, ik zou er 33

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 33

06-10-15 12:54


nu een uitleg van kunnen geven op grond waarvan ik deze woorden kan beamen. Maar eigenlijk vind ik het niet kunnen, om een kind dergelijke antwoorden zonder meer in te prenten. Waarom niet? Ten eerste omdat dit antwoord alle vragen doodslaat. Ten tweede omdat het wel zegt waartoe wij op aarde zijn, maar niet waarom ik er ben. “Wie naar zijn kind niet luistert, heeft weinig kans zijn beschermengel te verstaan.” Nijhoff schreef deze regel in de tijd dat ook zijn gedicht Het kind en ik moet zijn ontstaan (1934):* Het kind en ik

Ik zou een dag uit vissen ik voelde mij moedeloos. Ik maakte tussen de lissen met de hand een wak in het kroos.

Er steeg licht op van beneden uit de zwarte spiegelgrond.

*  Uit: Martinus Nijhoff, Verzamelde gedichten, Prometheus, 2013. 34

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 34

06-10-15 12:54


Ik zag een tuin onbetreden en een kind dat daar stond.

Het stond aan zijn schrijftafel te schrijven op een lei. Het woord onder de griffel herkende ik, was van mij.

Maar toen heeft het geschreven, zonder haast en zonder schroom, al wat ik van mijn leven nog ooit te schrijven droom.

En telkens als ik even knikte dat ik het wist, liet hij het water beven en het werd uitgewist.

Met het kind waar je naar dient te luisteren, bedoelt Nijhoff dus niet alleen het kind van jou en je partner dat je opvoedt, maar ook en eerder nog het kind in jezelf. De stem van het kind is de stem van je oudste, nog onbestemde verlangens, van je onbevangenheid, de stem van je geboorte en van de kosmische tijden dat jouw geboortekiem onderweg was. Filosoof Friedrich Nietzsche heeft 35

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 35

06-10-15 12:54


deze stem van het kind de unieke stem van het geluk genoemd dat voor jou en jou alleen is weggelegd. Wie niet naar die stem luistert, moet op zijn levensweg houvast of zelfs bescherming van boven ontberen. Wie ben ik eigenlijk? Wat heb ik ervan gemaakt? De dood alleen zou deze vragen niet kunnen wekken. Zijn spiegel doet dat in eendrachtige samenwerking met de al even ondoorgrondelijke spiegelgrond van de geboorte.’ Vanuit een ervaring uit zijn kindertijd, waarbij hij als achtjarige jongen voor het eerst dankzij een microscoop een pantoffeldiertje in een druppel slootwater zag, sprak huisarts Arie Bos op de Elckerlijck-lezing van 2009 op ontnuchterende wijze over het nut van de dood die de menselijke soort ziet aankomen. Het valt allemaal terug te voeren op de komst van stervende cellen. ‘Het zal u misschien verbazen,’ hield hij zijn gehoor voor, ‘maar het is niet altijd zo geweest dat iets dat leeft onherroepelijk moest sterven. Een miljard jaar heeft onsterfelijkheid geheerst op aarde. Het was de tijd van de bacteriën. Die konden zich tot in de oneindigheid delen. Natuurlijk gingen er weleens bacteriën kapot, omdat het le36

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 36

06-10-15 12:54


ven onmogelijk werd gemaakt. Dat noemen we necrose. Maar de geplande dood, zoals alle dierlijke organismen kennen, de apoptose, dat bestond toen nog niet. Dieren gaan dood omdat hun cellen maar een beperkt aantal malen kunnen delen. Dat begon ooit bij de eencellige voorlopers van de dieren, zoals het pantoffeldiertje. Het pantoffeldiertje bestaat uit slechts één cel met een kern. Het heeft dus geen zenuwweefsel, geen spijsverteringsorganen, geen ademhalingsorganen, geen ogen en geen voortplantingsorganen. De meeste bacteriën bewegen niet, maar worden bewogen door de warmtebeweging van de deeltjes om hen heen. Pantoffeltjes bewegen wel, dankzij trilhaartjes. Ze gaan actief naar iets toe. Naar voedsel of, en dat was nieuw in de evolutie, naar een mogelijke partner. Ze vertonen dus onafhankelijk gedrag, wat je als de eerste vorm van bewustzijn in de evolutie zou kunnen zien. Pantoffeltjes vertonen dus gedrag, spijsvertering, en ze verbruiken zuurstof. En ze kunnen maar een beperkt aantal malen delen. Waarom is dat zo? Het lijkt alsof de natuur problemen zoekt. Als je maar veertien keer kunt delen, sterft de veertiende generatie immers massaal uit. Daar heeft de natuur een oplossing voor uitgevonden: seks. 37

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 37

06-10-15 12:54


Ik wil het niet te ingewikkeld maken, maar de pantoffeltjes hebben twee kernen. Een actieve en een reservekern. De reservekern kan zich delen zoals geslachtscellen dat doen, namelijk door de chromosomenparen te halveren. Het lot van massaal uitsterven ontlopen ze door tegen elkaar te gaan liggen, hun reservekern te halveren en deze uit te wisselen. De actieve kern sterft hierbij een apoptotische, geplande, dood. Dan kunnen de pantoffeltjes weer als nieuw beginnen. Je ziet bij hen dus het eerste begin van bewustzijn, seksuele voortplanting en geplande dood als één pakket maatregelen tegelijk toegepast worden in de evolutie. Eros en thanathos, seks en dood, worden dus niet voor niets in één adem genoemd en je zou kunnen vermoeden dat dit iets te maken heeft met het mogelijk maken van bewustzijn. Maar het pantoffeltje heeft nog geen hersens, evenmin als darmen of geslachtsorganen. De rest van de evolutie zou je kunnen zien als een lichamelijke invuloefening. Voor al die dierlijke eigenschappen: gedrag ofwel bewustzijn, spijsvertering, ademhaling en seksuele voortplanting worden steeds interessantere organen ontwikkeld, die er eerst helemaal nog niet waren. En het ontstaan van die 38

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 38

06-10-15 12:54


organen is alleen maar mogelijk doordat er tijdens de vorming gepland cellen doodgaan. Dat geldt trouwens voor het hele dierlijke lichaam. Zonder apoptose zouden er geen dieren zijn. En zonder geplande dood zouden wij er dus ook niet zijn geweest.’ Des te meer reden het leven te koesteren, zou je denken.

39

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 39

06-10-15 12:54


De lezingen

2007 Cees Dekker en Robbert Dijkgraaf 2009 Arie Bos en Bert Keizer 2010 Arjan Erkel en Kristien Hemmerechts 2011 Gerard Visser en Gijs Scholten van Aschat 2013 Alexander Rinnooy Kan

123

Bruntink Over de dood Vierde proef125x180.indd 123

06-10-15 12:54


vptz biedt palliatieve zorg aan patiënten thuis en in hospices. De teksten zijn geredigeerd door journalist Rob Bruntink. Hij is gespecialiseerd in palliatieve zorg en onder meer hoofdredacteur van het vakblad Pallium.

nur 749

9 789025 904968

Over de dood gesproken

Wat is de verhouding tussen leven en dood? Bestaat de hemel? Is er een ziel? Deze en andere vragen passeerden de revue in de exclusieve ‘Elckerlijck’-lezingen die vptz sinds 2007 organiseerde. vptz Nederland (Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg) nodigde prominente Nederlanders en Vlamingen uit om te spreken over leven en dood. Praten over eindigheid is voor veel mensen geen vanzelfsprekendheid, maar de bijzondere verhalen in deze bundel zullen velen inspireren en uitnodigen het gesprek aan te gaan.

rob bru n t ink

‘Door te leven in een besef van sterfelijkheid, kom je dichter bij de essentie van het leven.’ Kristien Hemmerechts

rob bru n t in k

Over de dood gesproken Stilstaan bij vragen rond leven en sterven

met o.a.

Arjan Erkel, Kristien Hemmerechts, Robbert Dijkgraaf, Bert Keizer en Cees Dekker Op uitnodiging van VPTZ Nederland


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.