was op de tafel gevallen en keek beduusd om zich heen. Het dier was duidelijk geschrokken, maar het mankeerde zo te zien niets. ‘Ah,’ klonk het uit de zaal. Ravi keek verbaasd. Hij hield zijn handen opnieuw boven de cavia.
‘Zweef,’ zei hij. ‘Zweef op de
kracht van mijn geest!’
3
21 9