Ik-reflex

LIDA SCHILDER MARTIN SCHULZ Ikre ex

I nleiding

jij bent de belangrijkste persoon in jouw leven

– dat is geen ego

Als we je vragen wie de belangrijkste persoon is in jouw leven, wat antwoord je dan? Je partner, je moeder, je kinderen? Zij zijn allemaal heel belangrijk, maar niet het belangrijkst. Degene die je hele leven bij jou is, ben je zelf. Jij bent echt zelf de belangrijkste persoon in jouw leven. We ontmoeten zoveel mensen in ons leven. Sommigen blijven lang bij ons, anderen kort, maar we zijn altijd samen met onszelf. We weten alleen niet zo goed hoe dat moet, zelf de belangrijkste persoon zijn. We denken al snel dat dat egoïstisch is. Bovendien vinden we die anderen nu eenmaal heel erg belangrijk, ook voor onszelf. We worden er blij van dat ze in ons leven zijn. Tegelijkertijd kun je alleen iets voor anderen betekenen als het goed gaat met jezelf. Ook dat maakt jou tot de belangrijkste persoon in jouw leven. Dat is geen ego. Je verheft jezelf er niet mee boven anderen, je maakt jezelf niet groter dan je bent. Je hebt aandacht voor jezelf zonder daarmee iemand anders te benadelen.

Wij hebben onszelf vele jaren afgevraagd hoe we de belangrijkste persoon in ons leven kunnen zijn. We hebben gemerkt dat we daarvoor werkelijk geïnteresseerd in onszelf moeten raken. We hebben ontdekt dat we onszelf moeten leren kennen. En we hebben die ene vraag gesteld, die alles heeft veranderd: ‘Wie ben ik?’. Om jezelf deze vraag te kunnen stellen, heb je interesse nodig in jezelf. Het moet je iets kunnen schelen wie je bent, hoe je bent, waarom je bent zoals je bent.Voor heel veel dingen in het leven hebben we interesse. We besteden er eindeloos veel tijd aan: van werk tot familie, van hobby’s tot vrienden. Maar wie is

werkelijk geïnteresseerd in zichzelf? En wie investeert dan ook echt tijd in zichzelf, om zichzelf beter te begrijpen? Wie wil werkelijk al haar of zijn eigen gedrag, gedachten en gevoelens begrijpen en de problemen onder ogen komen die deze veroorzaken?

Wij zijn steeds meer geïnteresseerd geraakt in onszelf en dus zijn we onszelf gaan bestuderen. We zijn op – wat dan heet – het ‘pad naar binnen’ gaan lopen. Over dat pad gaan we je vertellen. Het is een pad waarop we de vraag ‘Wie ben ik?’ steeds verder hebben uitgekleed en waarop we van ons gedrag naar onze gedachten en van onze gedachten naar onze gevoelens zijn gegaan. We kunnen je alleen over dit pad vertellen met woorden. Woorden kunnen je helpen. Ze kunnen je gids zijn op je eigen weg naar binnen. Woorden kunnen ook een obstakel zijn. Misschien gebruiken we soms woorden die voor jou iets anders betekenen dan voor ons. Of misschien gebruik je zelf andere woorden dan wij en bedoelen we hetzelfde. Dan vind je iets van de woorden en blijf je aan de oppervlakte. Je vergeet naar binnen te kijken. En soms hebben we nieuwe woorden nodig om iets te beschrijven waarvoor tot nu toe geen woorden bestonden.Wij hebben bijvoorbeeld de ‘ik-re ex’ (en als alternatief de ‘ik-impuls’) als taal voor dit boek bedacht. Probeer dus voorbij de woorden te kijken. Het gaat niet om de woorden, maar om het ervaren van wie je zelf bent, met alle handelingen, gedachten en emoties, alle frustraties, irritaties, onrust, ongemakken en gedachten die daarbij horen. Al wat je maakt tot wie je bent.

Je krijgt in dit boek de kennis aangereikt die je nodig hebt om te begrijpen wat het pad naar binnen is en we vertellen je onze ervaringen met het bewandelen van dat pad. Voor ons bestaat weten uit kennen (kennis) en kunnen (eigen ervaring). Die kennis gaat over het vinden van het antwoord op de vraag ‘Wie ben ik?’. We vertellen je bijvoorbeeld wat je ego is, wat de ‘ik-re ex’ is en hoe die twee ‘boefjes’ je leven iedere dag beïnvloeden. We vertellen je wat handelen, gedachten, emoties en innerlijke gevoelens van pijn, ongemak, onrust, frustratie en irritatie met elkaar te maken hebben. Onze ervaringen zullen je helpen

jouw eigen pad naar binnen te vinden. Ze zijn ook een steuntje in de rug voor als je zelf aan de slag gaat. Het zelf doorleven, dat is ‘zelf over het pad naar binnen gaan’. Jij hebt eigen, directe ervaringen nodig. We zijn ervan overtuigd dat jij op jouw pad terechtkomt door je eigen ervaringen. Wat we in dit boek vertellen, is dus ook niet dé weg, maar een weg naar binnen. Een weg die je helpt om jouw innerlijk lijden van ego te beëindigen en te leven vanuit innerlijke liefde. Je brengt zo steeds minder ego en steeds meer liefde in de wereld.

Er zijn heel veel boeken die je vertellen dat ‘Wie ben ik?’ de belangrijkste vraag van je leven is. Zo zijn er loso sche boeken, psychologische boeken, boeken over yoga, mindfulness en zendboeddhisme en vele andere boeken, verhalen en essays over deze ene vraag geschreven. Veel van deze teksten hebben wij in de loop der jaren gelezen. Er staan inzichten in zoals: ‘niets in de wereld is het waard om jezelf binnenin in de war te laten brengen’, ‘je maakt alle negatieve gedachten zelf’, ‘gelukkig zijn is een keuze’, ‘laat het verleden los’, ‘denk er maar niet meer aan’ en ‘leef zonder angst’. Prachtige en tegelijkertijd frustrerende inzichten en suggesties als je niet weet hoe dat allemaal moet. En dat is precies wat wij in veel boeken misten: hóé we de weg naar binnen kunnen bewandelen, hóé we omgaan met al die gedachten, hóé we met angst kunnen omgaan, hóé we bij innerlijke vrijheid, vrede en rust kunnen komen. We hebben dan ook aardig wat boeken ‘in een donker hoekje van de kamer gesmeten’. Er zat niets anders op dan zelf op zoek te gaan. En in wezen is dat de essentie: zelf zoeken en vinden. Dit boek is onze poging om een antwoord te geven op de ‘hoe-vraag’.

Veel voorbeelden in dit boek gaan over Lida of Martin. Dat doen we omdat het normaal zou moeten zijn om te spreken over al die leuke, gekke, verrassende, tragische, ongewenste, verschrikkelijke gedachten en gevoelens die we de hele dag door hebben en al dat interessante, vreemde, onbegrijpelijke gedrag dat we daardoor vertonen.

In het volgende hoofdstuk stellen we samen die ene vraag, ‘Wie ben ik?’, en bekijken we waar die vraag ons naartoe leidt. We hebben het boek zo opgebouwd dat we je eerst kennis laten maken met het ego, de ‘ik-re ex’ en wat die twee teweegbrengen. In de tweede helft van het boek gaan we uitgebreid in op hoe je daarmee omgaat en wat onze ervaringen zijn. Dus als je in de eerste helft van het boek weleens denkt #hoedan: geen zorgen. Het komt allemaal aan bod in de tweede helft van dit boek.

– en waarom het zo moeilijk is om dat te zien

1. 1 wie ben ‘ ik ’ ?

De vraag ‘Wie ben ik?’ is de belangrijkste vraag van je leven. Het gaat erom dat je beseft wie je bent, zodat je met jezelf kunt leren omgaan. Als je jezelf die vraag stelt, dan wil je begrijpen wie of wat dat is: ‘ik’. Je wilt doordringen in ‘ik’ en dat gaan we nu samen doen door ‘ik’ laagje voor laagje af te pellen.

We beginnen bij dat deel van ‘ik’ dat voor de hand ligt. Als je jezelf bekijkt in de spiegel, dan zie je een lichaam. Dat lichaam ben jij. Als je jezelf vervolgens aan iemand voorstelt, dan ben je iemand met een voor- en achternaam. Je bent een afstammeling van dit en dat geslacht, van deze ouders en (over)grootouders. Je bent in dat jaar op die datum geboren, dus je bent zo oud. Je bent daar, in die stad, in dat dorp of ergens op het platteland opgegroeid. Je bent naar die school gegaan voor die opleiding. Je bent dit en dat geworden in je werk. In je vrije tijd ben je graag bezig met de hobby’s die je leuk vindt. Je bent wel of niet getrouwd of anderszins verbonden met een partner en je bent wel of niet moeder of vader van een of meer kinderen. Je kunt dat voor jezelf op een rijtje zetten. Dat is de eerste stap in het leren kennen van wie je bent.Wie je bent is dan deels van nature, bij je geboorte gegeven en door anderen bepaald. Naarmate je ouder wordt, is het ook steeds meer iets geworden wat je doet. Je handelingen bepalen wie je bent in de wereld.

Wie je bent, is dus geen vaststaand iets. Het is een momentopname van het nu. Je kunt dat veranderen als je dat wilt. Je kunt bijvoorbeeld een nieuwe studie oppakken en verder leren. Zo kun je een andere baan