INHOUDSTAFEL
INHOUDSTAFEL WOORD VOORAF
3
Hoofdstuk 1 Inleiding
17
HOOFDSTUK 2 koop
21
1
Definitie en constitutieve bestanddelen
23
1.1
Definitie en kenmerken
23
1.1.1 Definitie
23
1.1.2 Kenmerken
23
1.2
Constitutieve bestanddelen
24
1.2 .1
Eigendomsoverdracht
24
1.2 .1.1
Wanneer gaat de eigendom over?
24
1.2 .1.2
Uitvoering van de koopovereenkomst
25
1.2 .1.3
Het belang van het moment van de eigendomsoverdracht
26
1.2 .1.4
Verkoop van andermans zaak
27
1.2 .2
Betaling van de prijs
28
2 Geldigheidsvoorwaarden
29
2 .1
De bekwaamheid
29
2 .1.1
De algemene regel
29
2 .1.2
De uitzonderingen
30
2 .2
Voorwerp
31
2 .2 .1
De zaak moet bestaan
31
2 .2 .2
Het voorwerp moet in de handel zijn
32
2 .2 .3
Het voorwerp moet bepaald of bepaalbaar zijn
33
2 .3
Toestemming
33
2 .3.1
Wat houdt de toestemming in?
33
2 .3.2
Afwezigheid van toestemming – wilsgebreken
34
2 .3.2 .1 Dwaling
34
2 .3.2 .2 Bedrog
35
2 .3.2 .3
35
Geweld
2 .3.2 .4 Benadeling
36
2 .3.3
36
Aanbod en aanvaarding
2 .3.3.1 Aanbod
36
2 .3.3.2 Aanvaarding
37
2 .3.4
Aan- en verkoopopties
37
2 .3.5
Voorkooprecht en voorkeurrecht
38
5