Lezen
20
25
30
35
40
45
50
55
2
Vuren De hersencel kan contact maken met andere hersencellen, en daardoor een boodschap doorgeven. Als er contact wordt gemaakt tussen cellen en een boodschap wordt doorgegeven, zegt men wel dat de hersencel vuurt naar een andere cel. Er wordt een heel klein beetje elektriciteit doorgegeven. De totale hoeveelheid energie die je brein verbruikt in een uur kun je vergelijken met een lampje van 15 Watt dat een uur brandt. Lerende hersenen Er gebeurt van alles met je hersencellen als je iets onder de knie probeert te krijgen, iets nieuws wilt leren of iets oefent. In eerste instantie maken cellen met elkaar contact die daarvoor nooit eerder of zelden contact met elkaar hadden. Er worden nieuwe verbindingen gemaakt. Het contact is eerst zwak. Maar als steeds weer dezelfde cellen met elkaar contact maken, met elkaar babbelen en ‘vuren’, dan veranderen die cellen uiteindelijk. Uitlopers en wortels Wanneer je regelmatig hetzelfde oefent of uitprobeert, dan krijgen de takken (dendrieten) meer uitlopers en de stam (het axon) krijgt meer wortels. Er ontstaan meer mondjes en meer oortjes bij een hersencel. De hersencellen kunnen het signaal hierdoor makkelijker en sneller opvangen en doorgeven. Ze ‘praten’ makkelijker met elkaar. Het contact tussen de hersencellen die keer op keer contact met elkaar maken is sterker geworden. ‘Sterke’ hersencellen Breinprofessor Jaap Murre heeft het zo gezegd ‘Neuronen die samen vuren, worden goede buren’. De hersencellen zijn ‘sterker’ geworden. Het contact tussen die ‘buurcellen’ is beter geworden. Dingen die je eerst moeilijk vond om te leren, zijn dan veel makkelijker. Bijvoorbeeld wiskunde of Frans leren of moeilijke breuken maken of schaken of tennis. Als je hersencellen ‘sterker’ worden, kun je dingen steeds beter en wordt het makkelijker om meer te leren en bij te leren. De cellen worden aan elkaar verbonden in een sterk netwerk. Je kunt het vergelijken met een paadje dat je vaak loopt. Stel, je loopt door een veld met lange grashalmen. Je loopt er doorheen en in het begin is het maar een klein spoor. De eerste keer kun je nog net zien waar je hebt gelopen. Als je het paadje niet meer loopt, zie je er na een tijdje waarschijnlijk niets meer van. Maar als je er veel over loopt, wordt dat paadje uiteindelijk een heel grote weg. Dus de volgende keer als je denkt: Oh, dat is zo moeilijk om te leren, dat lukt me nooit!, moet je maar eens aan je brein denken. Juist door veel te oefenen, het uit te proberen en ermee te puzzelen, wordt je brein sterker. Er groeien meer takken en wortels aan je hersencellen en het paadje is een snelweg geworden. Naar: Gerjanne Dirksen. Help, ik word slimmer! Begrijp het brein en leer beter.
92
17405_ONO2_1vwo_compleet boek.indb 92
26/06/15 13:24