Samenvatting Goed en eigentijds onderwijs staat in Nederland hoog in het vaandel. Al verscheidene jaren wordt geprobeerd toe te werken naar de actualisering van het curriculum van het funderend onderwijs (primair en voortgezet onderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs). De bijstelling van kerndoelen en eindtermen gebeurde tot nu toe ad hoc. Het is nodig dat er een gecoördineerde aanpak ontstaat, mede met het oog op het bevorderen van de kwaliteit van het Nederlandse onderwijs. Wat echter tot dusver ontbreekt, is een gemeenschappelijke benadering met betrekking tot curriculumherziening op nationaal niveau en gerichte wetenschappelijke inbreng om dat proces te verdiepen en te verrijken. Curriculumherziening vindt plaats in een dialogisch samenspel van diverse bij het onderwijs betrokken actoren. Het onderwijsveld, al dan niet georganiseerd in vakverenigingen of sectororganisaties, is hierin een belangrijke speler. In 2018-2019 is op initiatief van een Coördinatiegroep uit het veld gewerkt aan voorstellen voor curriculumherziening voor negen leergebieden. 1 Deze voorstellen worden in dit rapport op verzoek van de ministers van OCW bezien op hun technische en inhoudelijke bruikbaarheid voor het ontwikkelen van kerndoelen en eindtermen. De commissie heeft een positieve indruk van de opbrengsten van Curriculum.nu, en ziet daarin een bruikbaar vertrekpunt. De vakinhoudelijke opbrengst van de negen leergebieden is rijk, divers en goed in te zetten in de volgende fase, waarin de voorstellen in het traject om te komen tot kerndoelen en eindtermen opnieuw gewogen worden. Het is van urgent belang dat bij de ontwikkeling van de gevarieerde opbrengst consequent gewerkt wordt met heldere ontwerpprincipes. Wat met name ontbreekt, is een praktisch gemaakte rationale die argumentatie aanreikt en richting geeft bij het maken van keuzes in het ontwerpproces. De commissie ziet in de drie doeldomeinen kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming belangrijke richtinggevende uitgangspunten. Deze doeldomeinen zijn bekend en breed geaccepteerd in het onderwijsveld. Ze zijn bij de uitwerking van de voorstellen van Curriculum.nu echter niet consistent gehanteerd. Dat zou in een volgende ontwerpfase wel moeten. Een ander element van de door de commissie voorgestelde rationale betreft het karakter van de kerndoelen en eindtermen. Die moeten een aanbods-, streef- of inspannings- en beheersingscomponent bevatten om een breed curriculum te kunnen realiseren. 2 De toepassing van deze rationale is tevens de maatstaf voor de beoordeling van de technische bruikbaarheid van de voorstellen en met name van de bouwstenen. Terecht merkt de Coördinatiegroep op dat het geheel aan visies, opdrachten en bouwstenen moet worden overwogen in de volgende fase. De commissie sluit zich daarbij aan. Zij merkt op dat het verdere ontwikkelwerk per leergebied een verschillende inspanning zal vragen. Er zijn duidelijk verschillen in aanpak en uitwerking van de leergebieden. De commissie heeft daar een eerste taxatie van gemaakt en reikt deze in dit rapport aan. Een aantal
1
Bewegen & Sport, Burgerschap, Digitale geletterdheid, Kunst & Cultuur, Nederlands, Engels & Moderne vreemde
talen, Mens & Maatschappij, Mens & Natuur, Rekenen & Wiskunde. 2
Het breder opvatten van onderwijsdoelen vindt zijn wortels onder meer in vormingstheoretische benaderingen
van onderwijs en didaktiek, vgl. Bruner en Klafki (Bruner, J. (1996). The culture of education. Cambridge, MA: Harvard University Press; Klafki, W. (2007). Neue Studien zur Bildungstheorie und Didaktik. Zeitgemäße Allgemeinbildung und kritisch-konstruktive Didaktik. Weinheim/Frankfurt: Beltz.
5