Gewoon Speciaal - Bart Heeling

Page 1

Bart Heeling Gewoon Speciaal

Kijken vanuit kindperspectief

It has been said that something as small as the flutter of a butterfly’s wing can ultimately cause a typhoon halfway around the world.

Chaos theory

Voor Nicole, Leon en Didier. Mijn bloed, mijn spiegels, mijn inspiratie.

1

Inhoud (dit inkijkexemplaar bevat een selectie)

Hoofdstuk 1 Ons voorbeeldgedrag en feedback

Faalangst, oplossingsvaardigheden, fouten maken, onmogelijke opdrachten, straffen en belonen, complimenten geven, eigenwaarde, mindset, eigenaarschap, stigma's.

Hoofdstuk 2 Het erkennen van het kind

Relatie, luisteren, selffulfilling prophecy, alfagedrag, fantasie, de irritante leerling, agressie, afscheid, succeservaringen, sfeer bepalen, verkering.

Hoofdstuk 3 Het herkennen van signaalgedrag

Oordelen, oogcontact, trauma, weerstand, uitdagen, aankijken, ADHD, aandacht verleggen, signalen geven.

Hoofdstuk 4 Het omgaan met stoornissen

TOS, communicatie, spanning, autisme, medicatie, tics, zekerheid bieden, erkennen of negeren.

Hoofdstuk 5 Het bieden van autonomie

Pesten, autonomie, sociale vaardigheden, tegenbeweging, procesgericht kijken, buiten de kaders denken, ontspanning, stigma, kindperspectief.

Hoofdstuk 6 Het oplossen van ruzie

Samenwerken, slachtoffer, dader, stigmatisering, intrinsieke motivatie, goedmaken, conflicten.

2

Hoofdstuk 7 Traumasensitief lesgeven

Stemverheffing, stilte, angstsignalen, triggers, verdriet, trauma, stress, schooltrauma, boosheid, onmacht, grens, traumabril, weerstand, controle, traumasensitief.

Hoofdstuk 8 Omdenken in het onderwijs

Omdenken, overtuigingen, controle, onverwachte reactie, observatie, echtheid, meebewegen, interventie, de les aanpassen.

Hoofdstuk

9 Verbinding tussen ouders en school

Erkennen, gelijk geven, hulpvraag, emotionele verwaarlozing.

Hoofdstuk 10 Onderwijs tijdens de lockdown

In beeld, steunfiguur, thuisonderwijs, beeldbellen, fysieke nabijheid.

Hoofdstuk 11 Voorbeelden uit het regulier onderwijs

Leerkrachtgedrag, kleuters, samenwerken, kringgesprek, faalangst, concentratie, gastlessen, vertrouwen, observatie.

Hoofdstuk 12 Verhalen uit de praktijk

Belevingswereld, hier en nu, dankbaarheid, kinderdagverblijf, veerkracht, winkelen, levensverhalen.

3

Auteur: Bart Heeling

Illustraties: Mariët van de Merwe

Omslagontwerp: Wilma Mulder

Copyright © 2021 Bart Heeling en Taleswapper Publishing. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd zonder toestemming van de uitgever. www.taleswapper.com

4

Inleiding

"Ik werk in het speciaal onderwijs cluster 4. Dit cluster is gericht op kinderen met ernstige gedragsproblemen en/of psychiatrische problematiek.

De eerste dag herinner ik mij nog goed. Over gedragsproblemen gesproken. Twaalf kinderen tussen de zes en negen jaar, die naar believen in en uit het lokaal renden, ja sommigen zelfs via het raam. Er werd geschreeuwd, gegild, gescholden, gevloekt en gevochten. Binnen vijf minuten moest ik al een kruk uit de lucht plukken. De onderwijsassistent die aanwezig was, zat onder de blauwe plekken en schrammen. Zij had de twee maanden daarvoor het meeste moeten opvangen in de klas, aangezien er een invaller was geweest die het niet zag zitten…

Ik kreeg gevoelens van twijfel en spijt, maar voelde tegelijkertijd de noodzaak om er middenin te blijven staan. Een simpel, doch niet eenvoudig doel werd: de kinderen blijven in de klas, ze zijn veilig en het is rustig. Onderwijs komt later wel. De daaropvolgende maanden leerde ik ze beter kennen en was ik verkocht.

Wanneer ik in mijn omgeving vertel waar ik werk, krijg ik nog wel eens reacties als: “Knap hoor, zou ik niet mee kunnen omgaan, dat gedrag!” Of: “Nou respect hoor, jeetje, die agressie, dat je daar tegen kan.”

5

Ik besloot daarop om verhalen te gaan delen op social media en ontdekte LinkedIn als geschikt professioneel kanaal.

Het doel van de verhalen was, en is, om de beeldvorming van dit type onderwijs positief te beïnvloeden en mensen kennis te laten maken met de kinderen achter dat gedrag. Deze kinderen, die in mijn ogen onschuldig zijn, zijn vaak getraumatiseerd en handelen doorgaans vanuit overlevingsdrang. Het zijn kinderen met een heftig verleden of een triest heden. Hun gedrag is een signaal dat het niet goed met ze gaat. Ik heb kinderen in mijn klas die het moeilijk hébben, in plaats van dat ze moeilijk zijn. Het gedrag dat ze aan de buitenkant laten zien is een teken van onvermogen en een uiting van dat wat zich aan de binnenkant afspeelt.

Dat inzicht geeft een andere kijk op gedrag.

De praktijkverhalen zijn verzameld en gerangschikt op onderwerp in dit boek. Hierin lees je een mix van humor, sentiment en professionaliteit. En het is juist deze mix die nodig is binnen het onderwijs. Humor werkt ontwapenend, sentiment raakt het hart en professionaliteit is de verantwoording van waaruit je het werk doet.

Heel veel les- en leesplezier gewenst en vooral veel plezier in het werken met kinderen en jongeren. Zij zijn niet alleen de toekomst, zij zijn vooral het heden."

Bart Heeling

6

Hoofdstuk 1 Ons voorbeeldgedrag en feedback

Als begeleider van kinderen oefen je veel invloed uit. Om een betrouwbare volwassene te zijn, is het belangrijk dat je voorspelbaar bent, dat je aansluit bij de belevingswereld en bij het ritme van het kind. Het getuigt van respect om het gedrag dat je van kinderen verwacht, zelf ook te laten zien.

Dit voorbeeldgedrag heeft verschillende functies. Je kunt daarmee ten eerste laten zien dat jij ook een mens bent die fouten mag maken. Dat zorgt er voor dat je betekenis geeft aan een veelvoorkomende regel op scholen: “Bij ons mag je fouten maken”. Ten tweede zorgt voorbeeldgedrag voor het aanleren van algemeen geaccepteerd gedrag. Een belangrijk voorbeeld hiervan is het zitten op een stoel in plaats van op een tafel.

Ten derde helpt voorbeeldgedrag kinderen bij het ontwikkelen van oplossingsvaardigheden. Door middel van ‘modeling’ laat je dan stap voor stap zien hoe je een vraagstuk oplost. Dit helpt bij het ontwikkelen van een oplossingsvaardigheid. Door dit zelf hardop te doen, kan het kind jouw methode volgen en overnemen.

Tenslotte kan voorbeeldgedrag middels feedback tot uiting worden gebracht. Je schenkt dan aandacht aan het proces in plaats van het resultaat. Dat haalt voor veel kinderen een onnodige hoeveelheid druk van de ketel. Ze hebben immers meer invloed op het proces dan op het resultaat, waar vaak een beoordeling op gegeven wordt. Wanneer zij in staat zijn om hun eigen resultaat te beoordelen, dan komt de

7

uiteindelijke externe beoordeling minder hard binnen. En zo maak je het kind sterker.

Voorbeeldgedrag en feedback kan op deze manier helpend zijn bij kinderen die te kampen hebben met faalangst, trauma of een negatief zelfbeeld en andere uitdagingen. Het voorkomt ook probleemgedrag.

Wanneer je dit tot een succes wilt maken, zul je eerlijk naar jezelf moeten kijken. Welke overtuigingen heb je zelf (nog)? Vind jij dat je gewoon op je tafel moet kunnen zitten, hoger dan de leerlingen? Heb jij er moeite mee om fouten te maken, omdat je vindt dat jij als volwassene de wijsheid in pacht hebt? Heb je wel goed zicht op je eigen oplossingsvaardigheden? Zijn de opdrachten die je aan kinderen geeft wel duidelijk, of zijn ze eigenlijk onmogelijk?

Een aantal situaties uit mijn onderwijspraktijk ten aanzien van voorbeeldgedrag en het effect daarvan op de leerling(en) staat beschreven op de volgende pagina’s.

8

Faalangst en een foutje

"Nee hè, hier heb ik geen zin in."

Dimitri legt z'n hoofd op het boek en zucht om het extra kracht bij te zetten.

Zo begint hij z'n werk regelmatig.

Het lijkt wel alsof hij op die manier onder z'n werk uit wil komen. Ik weet echter dat er altijd meer achter zit.

Faalangst bijvoorbeeld. Of controleverlies.

Het zijn minsommen over het tiental. Zoals '24-7='.

Prima te doen voor een twaalfjarige, maar niet wanneer je veel onderwijs gemist hebt, onzeker bent en ook nog uit een ander land komt.

Tijd voor een mini-omdenkertje, dus ga ik naast hem zitten. De rest van de groep werkt zelfstandig.

"Mag ik je potlood even vasthouden?"

"Ja hoor meester."

"Er moet 7 van 24 af. Kijk, ik doe eerst 24-4, dat is 20. Dan nog 3 eraf. Dat is 18."

Ik schrijf het op en hij zegt: "Dat is 17 hoor."

"Dank je wel", zeg ik, verbeter het en begin aan de volgende.

Halverwege het rijtje zeg ik: "Oeps, ik zit jouw werk te maken! Waarom zeg je niets?"

Hij lacht.

"Wil je nog één som maken meester?"

9

Ik begin aan de volgende som, weer vertellend wat ik doe. Dimitri pakt het potlood uit m'n hand. "Ik kan het nu zélf wel, meester."

Ruimte om fouten te kunnen maken en erop vertrouwen dat dat oké is. Een basis voor ontwikkeling.

Modeling is een methode waarbij je de opdracht voordoet en daarbij hardop nadenkt over de te nemen stappen.

10

Gevoelens op papier

"Wat is er aan de hand jongen?"

Yordi van twaalf loopt wat verloren over de gang, terwijl zijn groep al naar de gym is. Mijn groep is aan het knutselen.

"Ik heb ruzie met juf."

"Oh, wat naar, ruzie. Hoe is dat gekomen?"

"Ik zei kutjuf tegen haar."

"Ja, dat vindt de juf niet fijn om te horen. Je zei het vast niet zomaar."

"Ik moest vooraan lopen, terwijl ik altijd achteraan loop. Ik zei alleen maar tegen Twan dat ik z'n tas mooi vond."

"En juf had net gezegd dat het stil moest zijn?"

"Ja... nou ja, ze werd boos en ik ook en toen moest ik vooraan lopen, dus."

Yordi. In de pauze voetbalden we wel eens. Sportieve, beweeglijke jongen. Hart op de tong. Hij loopt m'n klas in.

"Ik denk wel dat je het even goed moet maken straks, als juf terug is. Hoe wil je dat doen; zeggen of misschien opschrijven?"

Yordi kiest voor schrijven. Hij schrijft anderhalf kantje vol. Na schooltijd lopen we naar zijn juf. Ze zit achter haar bureau na te kijken. Ze kijkt hem aan, leest de brief en zegt:

"Oké, opgelost", verscheurt de brief en gaat verder met haar werk.

11

De blik in zijn ogen vergeet ik nooit meer. Een kind dat z'n gevoel toevertrouwt op papier. En dat gevoel verscheurd ziet worden.

Een tekening of een briefje van een kind is meer dan papier.

12

Een simpele wens

Bryan komt bij ons in de SO+ klas. Hij kon wegens ernstige omstandigheden een tijd niet naar school. Het is bijzonder om een leerling na zo'n tijd weer te zien. Van jongen opeens een kerel geworden; in juli wordt hij twaalf jaar.

Tijdens het intakebezoek gaan z'n ouders in gesprek met gedragsdeskundige en ambulant hulpverlener, zodat ik met Bryan en de orthopedagoog naar ons lokaal kan.

“Ga maar zitten Bryan. Wil je een wiebelkruk? Ik kan zélf niet zo goed stilzitten namelijk”

Zijn gezicht is meteen open en daar zitten we, beiden op een wiebelkruk.

“De leerlingen in onze klas werken individueel aan hun les. Gewoon, aan hun eigen tafel,” zeg ik.

“Gelukkig," zegt hij, “mag dat in mijn eigen tempo?”

“Absoluut. Waar jij je het prettigst bij voelt.”

Dan komt het moment waarop we met de leerling bespreken waar hij graag aan zou willen werken. Daar komen vaak specifieke doelen uit. Zo wil Wout leren om minder op anderen te reageren, Jasper wil alle dino's kennen en Bradley heeft als doel om weg te kunnen lopen uit spannende situaties, in plaats van direct te vechten.

“Wat zou jouw doel zijn in deze klas Bryan?”

“Gewoon, weer naar school gaan…”

En daar hoef ik niets meer aan toe te voegen. Lukt ook niet, met zo'n brok in m'n keel.

13

Eigenwaarde

"Meester, ik heb nieuwe schoenen."

Barry showt z'n Nikes. Thuis hebben ze het niet zo breed.

"Ze zijn eigenlijk niet écht nieuw, ze waren van m'n broer, maar die past ze niet meer."

"Heb je ze voor het eerst aan?"

"Ja, vandaag."

"Dan zijn ze nieuw! Laat mij eens even goed kijken."

Ik ga op m'n hurken zitten en pak z'n schoenen even vast. Ondertussen strik ik z'n ene veter.

"Flexibele zolen, goed gestikte naden en ook nog een complete set van een linker en een rechter! Perfect voor jou! Maar ik ga weer staan, anders krijg ik kramp in m'n hurken."

Hij kijkt me scheef aan, lacht en rent trots het plein op. Met z'n nieuwe schoenen.

Waardering zit in beleving. Je reactie doet ertoe.

14

Hoofdstuk 2 Het erkennen van het kind

Gedrag is vaak het eerste waar je tegenaan loopt wanneer je werkt met kinderen. Gedrag in de breedste zin van het woord. Stilzitten op een stoel en de leerkracht aankijken is een vorm van gedrag. Na het eten je tanden poetsen is dat ook. En de wc niet doorspoelen. Door middel van het gedrag vorm je je een beeld van het kind zelf, maar ook van degene die het kind opvoedt. Een kind dat zijn spullen opruimt en dank je wel zegt, vind je al snel een goed opgevoed kind. Een kind dat zijn spullen laat slingeren en zonder te zeggen wegloopt, vind je wellicht minder goed opgevoed. Wat jij echter vindt, komt grotendeels voort uit eigen overtuigingen. Zo zal de ene opvoeder een kind terugroepen om de spullen op te ruimen, terwijl de andere opvoeder de keuze maakt om het zelf op te ruimen. En ook daar vind je weer iets van.

Dit hoofdstuk gaat over het erkennen van het kind voor wie het is. Van daaruit kun je werken aan de relatie. Met name vanuit situaties die we bestempelen als probleemgedrag.

Het kind achter het gedrag. Het kind dat zich gezien weet, dat er mag zijn en elke dag welkom is. Het kind dat op een gegeven moment beseft dat gedrag nog maar een bijzaak is. Omdat het gedrag dat hij vertoonde wellicht niet meer nodig is. Hij wordt immers erkend, hij wordt gezien.

Wanneer jij je als volwassene dat realiseert, vanuit de wetenschap dat het kind in grote mate zorgafhankelijk is van jou, dan kan er een verandering plaatvinden.

15

Dat kan in het speciaal onderwijs, dat kan op een reguliere school, en in een groep van 30 leerlingen. Dat kan in de jeugdhulpverlening. Dat kan thuis.

Het is een verademing voor iedereen, zowel voor het kind als voor jou, wanneer je je realiseert dat ieder gedrag een uiting is van datgene wat zich aan de binnenkant afspeelt. Het moment waarop je doorhebt dat jouw primaire reactie op het gedrag van een kind veel zegt over hoe je zelf in elkaar steekt, is het moment waarop je dat veranderen kan.

Wacht bijvoorbeeld maar eens drie seconden met je reactie op gedrag (er zijn uiteraard uitzonderingen; de situatie moet wel veilig blijven). Kijk en luister wat er gebeurt. Wat er gezegd wordt. Zie hoe een kind boos voor je staat, hoor hoe hij scheldt. Observeer hoe hij zit te wippen op zijn stoel. Let op de houding wanneer het kind in jouw ogen niet oplet. Lees het gezicht van het kind dat lacht wanneer een ander zich pijn doet.

Wanneer je daar voor open staat, kan er een verbinding tot stand komen. Relatie is een van de basisbehoeften van ieder mens. En erkenning kan alleen plaatsvinden binnen de relatie.

De volgende casussen gaan over erkennen van het kind.

16

De jarige leerling

"Ik ben morgen jarig meester!"

"Zo jongen, de belangrijkste dag van je leven. Hoe oud word je?"

"Elf jaar, meester."

Eerder deze week kwam ik hem tegen in de gang en hij keek uit naar 'zijn' dag, maar zag er ook tegenop. Vandaag wordt me duidelijk waarom. Hij is in z'n eentje komen lopen naar school, zonder traktatie en in z'n oude kloffie.

Z'n juf heeft hem direct in het zonnetje gezet en aan de conciërge gevraagd om snel wat boodschappen te doen. In de pauze mag hij met twee klasgenootjes langs de klassen met een kaart en een dienblad met cake. Wanneer ik ze op de gang signaleer, is al te zien dat de cake het niet lang zal overleven.

Op het moment dat ze al kauwend bij mij komen, feliciteer ik hem en maak een tekening op z'n kaart. Als dank krijg ik een handje cake. Ik bekijk deze catastrofe en zeg:

"Lekker...straks bij de koffie. Bedankt en nog een fijne dag!" Maar hij blijft staan.

"Proef maar, meester!" en hij kijkt me verwachtingsvol aan. Deze jongen kan ik niets weigeren en ik eet het kleffe hoopje op...

De koffie daarna smaakt beter dan ooit tevoren, maar zijn goede humeur smaakt uiteindelijk tóch het best.

17

Het kind met fantasie

"Uw kind heeft nog erg veel fantasie. Maar maakt u zich maar geen zorgen; dat krijgen we er nog wel uit."

Dat kregen de ouders van een leerling (8 jaar) te horen op zijn vorige school.

De jongen heeft héél veel fantasie. Werkelijk alles komt bij deze jongen tot leven. Een sok wordt een popje, hij praat tegen lego, voert gesprekken met de schommel, is wel eens boos op z'n tas en laat de pen lopen over zijn schrift.

Antropomorfisme wordt dat genoemd; het toeschrijven van menselijke eigenschappen aan dieren of dingen.

18

De eerste dag dat hij bij me in de klas zat, haalde hij een banaantje tevoorschijn. Ik ging bij hem zitten en vroeg of ik die voor hem kon openen. Ik maakte er een horizontaal gleufje in, iets onder het uiteinde. Daar tekende ik twee oogjes boven. Door het uiteinde heen en weer te bewegen was het nét of het mondje open en dicht ging. En de banaan zei: "Ik mag dan wel króm zijn, maar ik heb wel récht om te spelen!"

Ik heb hem extra veel laten spelen dat jaar en hij mocht tekenen in z'n werkboek.

Hopelijk blijft hij zo fantastisch de rest van z'n leven.

19
20

Afscheid van een hondje

"Mijn hond gaat dood."

Het houdt Martijn duidelijk bezig, want hij is de hele week al van slag. Hij kan hooguit enkele minuten aan het werk, is snel boos en gaat vaak naar de wc.

"Wat is er aan de hand met je hond?"

"Hij heeft kanker en krijgt vanmiddag een spuitje. Hij is al mijn hele leven bij me."

"Ach jongen, wat vind ik het naar voor je. Gaan jullie hem begraven?"

"Nee, we gaan hem crimineren."

"Oh, je bedoelt cremeren."

"Ja, crimineren."

"Laten we een mooie kleurplaat van een hond zoeken. Dan leg je die er vanmiddag bij."

Dat vindt hij een goed idee en al snel is hij aan het kleuren. Voor het eerst die week kan hij zich meer dan tien minuten richten op een activiteit. Opeens legt hij de potloden neer en zegt: "De as gaan we uitstrooien. Op dezelfde plek als waar we oma hebben uitgestrooid."

Van die gedachte raak ik zelf wat verstrooid.

"Zijn oma en je hond daarna samen in de hemel?"

"Oma wel," zei hij, "maar m'n hond gaat naar Pluto." Hij kijkt mij aan, ik kijk verbaasd. Dan moet hij een beetje lachen, kleurt verder en zegt: "Dat was een grapje hoor. Dan vind ik het wat minder erg."

Kinderen hebben ruimte nodig voor de verwerking van emoties.

21

Signalen die kinderen geven

"Bradley van 10 komt binnen met zijn knuffellapje vast en zijn duim in z'n mond. Dat hebben we de afgelopen twaalf weken niet meer gezien. Wat een onzin zeg. Daar kan hij toch prima zonder!"

"Wat zit Dimitri te zuchten en te steunen zeg, tijdens het rekenen. Hij probeert er zeker weer onderuit te komen."

"Jasper blijft maar hangen in die verhalen over een huis met een derde verdieping en een sloopkogel. Hij moet gewoon aan zijn werk gaan. Ik heb het hem al drie keer gezegd."

Als je echter goed kijkt, zie je dat Bradley een weekendtas bij zich heeft. Hij gaat dit weekend naar het logeerhuis.

Bij Dimitri kan je zien dat hij zijn potlood heel verkrampt vasthoudt, hij trilt wat en werkt krassend; er zit blijkbaar veel lading op het rekenen.

En van Jasper weten we dat hij onlangs verhuisd is. Van Den Haag naar Emmen. Dat is een life event, dat hem blijkbaar behoorlijk bezighoudt.

Gedrag dat je aan de buitenkant waarneemt, is een signaal van de belevingswereld die zich aan de binnenkant afspeelt.

22

Meester Bart als kleine jongen

Het is 30 december 1978. In een klein dorpje in Drenthe wordt op een boerderij een jongetje van bijna acht jaar wakker. Hij kijkt uit het raam.

De vorige dag had het nog geregend en was het nog niet zo koud. Maar nu begint het er toch winters uit te zien. Hij bedenkt zich geen moment, trekt zijn warmste kleren aan en speelt de rest van de dag met zijn zusjes buiten. De temperatuur daalt die dag enorm, tot ver onder het vriespunt en er steekt een flinke sneeuwstorm op. Het wordt een legendarische winter, waarin hij op sommige dagen op straat kan schaatsen vanwege ijzel. Op 14 februari is er een sneeuwstorm waardoor onder andere zijn dorp van de buitenwereld is afgesloten, met sneeuwduinen tot aan zolder.

23

Door de warmte van de koeien in de stal ontstaat er smeltwater op het dak en vormen zich enorme ijspegels langs de rand. Vader melkt de koeien en moeder maakt er hete chocolademelk van.

Mijn ouders hebben ons niet belast met de zorgen die ze gehad moeten hebben. Ik koester warme herinneringen aan deze koude winter.

Ik gun alle kinderen momenten van zorgeloosheid, als anker in het geheugen.

24

Dit is een selectie uit het boek Gewoon Speciaal, kijken vanuit kindperspectief. Een inspirerende bundel ‘omdenkstrategieën’ en praktijkverhalen uit het speciaal onderwijs, door docent Bart Heeling. Voor docenten, jeugdwerkers, ouders en andere opvoeders.

Luxe editie, hardcover met illustraties in kleur.

Verschijnt in oktober 2021. Nu te bestellen voor € 24,95 incl. verzending. www.taleswapper.com/gewoon-speciaal

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.