3 minute read

Biotechnologisch onderzoek zit in stroomversnelling

Biotechnologisch onderzoek zit in stroomversnelling

Bio-economie is een middel om voedselverspilling tegen te gaan, maar ook een tool om de klimaatcrisis te lijf te gaan. Dankzij doorgedreven onderzoek heeft de Vlaamse bio-economie gigantisch veel potentieel om incontournable te worden.

Advertisement

De vezels van tomatenloof als grondstof voor papier, zaadolie van goudsbloem als toepassing in de verfindustrie of biomassa als grondstof voor plastieken bekers: bio-economie is overal, van landbouw of visserij tot chemie. “Bio-economie is het hergebruiken of omzetten van biomassa en biologische nevenstromen tot waardevolle producten zoals voedsel, biogebaseerde producten en bioenergie”, schetsen Peter Goeman en Emily Verhelst van het Vlaams Agentschap Innoveren & Ondernemen. “Aangezien zo’n 20 procent van de bederfelijke gewassen, zoals groenten en fruit, in de vuilbak belandt, zijn reststromen uit de voedingsindustrie een belangrijk deel van bio-economie. Zo is Hogeschool Gent bezig aan casestudies waarin ze nagaan hoe bedrijven broodverlies voedselveilig kunnen verzamelen, triëren en opslaan.”

Bio-economie is een cruciale schakel om de Vlaamse economie klimaatneutraal te maken. Denk aan nieuwe biogebaseerde alternatieven met een minimale klimaatimpact als alternatief voor producten op basis van fossiele grondstoffen. “Om die shift te maken, moet er nog werk worden verzet”, zeggen Goeman en Verhelst. “Biologische grondstoffen ‘leven’, waardoor heel wat uitdagingen rond kwaliteit, bewaring, opslag en verwerking moeten worden overwonnen. En dan moet de mindshift komen, zowel bij de industrie als bij de consument.”

Meer en meer bouwbedrijven zijn geïnteresseerd in biogebaseerde producten, zoals gras dat dienstdoet als isolatiemateriaal. “Voorlopig nog een nichemarkt, maar als die boomt, vinden we hopelijk een natuurlijk alternatief voor minder duurzame materialen”, klinkt het positief. “Alle fossiele brandstoffen vervangen door biogebaseerde oplossingen, zal een utopie blijven, maar bio-economie zal wél bijdragen aan een oplossing voor de klimaatproblematiek.”

Om die kentering te verwezenlijken, moeten we de link tussen bio-economie en circulaire economie naar waarde schatten. “Elk circulair project dat gebruikmaakt van organische materialen valt binnen de bioeconomie. De grote meerderheid van de bioeconomieprojecten richt zich op een evolutie naar gesloten materiaal- en waterkringlopen”, klinkt het. “We willen verantwoord omgaan met onze hernieuwbare en organische grondstoffen en ze zo lang mogelijk in de levenscyclus houden. De circulaire en bioeconomie evolueren dus sterk naar elkaar toe en bevorderen elkaar.” Onderzoek naar bio-economie is al drie decennia bezig, maar het biotechnologisch onderzoek zit de laatste jaren wel in een stroomversnelling. Vlaanderen bekleedt dan ook een voortrekkersrol. “We zitten al decennialang in de voorhoede van biotechnologisch onderzoek”, schetst Dries Maes, beleidsmedewerker bij het departement Economie, Wetenschap en Innovatie van de Vlaamse Overheid. “Dankzij toponderzoekers aan universiteiten sijpelt innovatie vanuit labo’s door naar de bedrijfswereld. Vlaanderen telt een breed scala aan pilootinstallaties waar nieuwe producten worden getest. De interesse vanuit de industrie neemt alleen maar toe en heel Europa kijkt naar ons. De Vlaamse Overheid trok dit jaar nog eens 10 miljoen euro uit voor bio-economie in Vlaanderen en ook via het Europees herstelfonds wordt zwaar geïnvesteerd in bio-economische projecten. Het zijn spannende tijden.”

Uiteraard zijn er ook uitdagingen. “Innoveren betekent risico nemen en geld investeren”, weet Maes. “Maar het is nog belangrijker om alle spelers met elkaar te laten samenwerken. Tussen landbouwers en de voedselverwerkende bedrijven heerst al langer een entente. Maar tussen landbouwers en de non-food of chemische sector is er een cultuurbarrière. Er moet wel nog wat werk verzet worden om die verschillende werelden op één lijn te krijgen. Bio-economische ketens zijn lang en tellen veel tussenschakels. Vertrouwen en transparantie zijn sleutelwoorden.”

Dankzij toponderzoekers sijpelt innovatie vanuit labo’s door naar de bedrijfswereld.

— Dries Maes, Departement Economie, Wetenschap en Innovatie

This article is from: