20 minute read

Hoe interpreteren we de informatie op voedselverpakkingen?

Je wandelt door de mooi geordende winkelrekken, maar voor je het beseft word je overstelpt met onbekende termen en getallen. Gelukkig schieten Celine Vereeck, erkend diëtiste in Algemeen Ziekenhuis Klina en oprichtster van ‘LUST’, en Jolien Jonckheere, projectmedewerker gezonde voeding van het Vlaams Instituut Gezond Leven, ons te hulp.

Elke verpakking is steeds voorzien van een hele reeks cijfers die aangeven wat we allemaal kunnen terugvinden in het product. Zijn ze essentieel in het vinden van gezonde voeding? Voor de doorsnee consument is deze informatie niet altijd even duidelijk. “Het is vooral belangrijk dat mensen weten wat ze eten”, zegt Celine Vereeck. De voedingsindustrie tracht aan de hand van moeilijke termen bepaalde zaken uit de schijnwerpers te houden. Bijvoorbeeld door het hanteren van pseudonamen voor suiker, zoals ‘fructose’.

Advertisement

De meeste mensen fixeren zich op de voedingswaardetabel en besteden onterecht geen aandacht aan de ingrediëntenlijst”, haalt Vereeck aan. De ingrediëntenlijst geeft aan waar alle stoffen vandaan komen, welke zijn toegevoegd en welke al van nature aanwezig zijn. “De consument mag ‘the bigger picture’ niet uit het oog verliezen”, merkt Jolien Jonckheere op. “Via de voedingsdriehoek krijgen consumenten de perfecte blauwdruk voorgeschoteld waarop ze zich kunnen baseren tijdens hun inkopen. Vervolgens moeten we vooral ons gezond verstand gebruiken. Een koek met een betere score dan een brood wil niet zeggen dat de koek gezonder is. Vergelijk een koek met een koek”, zegt Jonckheere.

Het zou onoverzichtelijk zijn als elk afzonderlijk product een andere puntentelling zou hanteren, daarom werd de Nutri-Score in het leven geroepen. De Nutri-Score is een hulpmiddel voor de consument om de informatie op de achterzijde samen te vatten op basis van één letter. Toch moet de consument zich hier niet volledig op baseren en weten dat het enkel een hulpmiddel is om gelijkaardige producten met elkaar te vergelijken. “Diepvriesfrieten krijgen het A-label. Opvallend is dat dit product het A-label krijgt omwille van zijn aard als aardappelproduct. Hierbij wordt geen rekening gehouden met het bakproces, wat het product ongezond maakt”, legt Vereeck uit. Iets onder de Nutri-Score vind je meestal de vervaldatum. “De term ‘te gebruiken tot’ slaat op producten die snel bederven zoals vis en vlees. Deze datum moet altijd gerespecteerd worden. Er is een groot verschil met het opschrift ‘ten minste houdbaar tot’. Tot die datum kan de producent een optimale kwaliteit garanderen. Daarna is het product niet per se onveilig om nog te consumeren, al kan er sprake zijn van verminderde kwaliteit”, zegt Jonckheere. Het is dus als consument belangrijk om jezelf niet blind te staren op de datum, maar vertrouw ook op je zintuigen.

In veel gevallen worden additieven toegevoegd om ervoor te zorgen dat de voeding lekkerder oogt en smaakt. Ze hebben meestal een negatieve bijklank. “Het gebruik van additieven wordt sterk gereguleerd, de consument moet zich enkel bewust zijn van ultrabewerkte voeding die geen meerwaarde biedt voor het lichaam”, benadrukt Jonckheere. “De eigenlijke functie van additieven is het langer kunnen bewaren van producten om voedselverspilling tegen te gaan”, zegt Vereeck. In gecontroleerde hoeveelheden hebben additieven dus geen negatieve impact op het lichaam.

De veelheid aan informatie kan intimiderend en verwarrend overkomen. De Nutri-Score en de ingrediëntenlijst zijn een goed hulpmiddel in onze zoektocht naar gezonde voeding, maar ze mogen het gezond verstand niet overnemen. Vooral je levensstijl en je relatie met voeding zijn erg belangrijk. Eet bijvoorbeeld niet snelsnel achter je computerscherm, maar neem de tijd om op een ontspannen manier te lunchen.

“In relatie met je gezonde levensstijl maar zeker ook in connectie met de planeet is seizoensgebonden eten de weg die je moet inslaan”, besluiten Vereeck en Jonckheere. “Niet enkel het overmatige transport maar vooral het geforceerd telen van gewassen buiten het seizoen is nadelig voor het milieu.”

Een koek met een betere score dan een brood wil niet zeggen dat de koek gezonder is. Vergelijk een koek met een koek.

— Jolien Jonckheere, Vlaams Instituut Gezond Leven

De toekomst van duurzame voeding komt van bij ons

Meer dan ooit gaan we bewust om met voeding en ruilen we dierlijke producten voor plantaardige alternatieven. Het aanbod wordt bovendien groter én lekkerder. De afgelopen jaren ging de voedingsindustrie met rasse schreden vooruit op het vlak van duurzame en gezonde voeding. Wist je dat een groot deel van die knowhow uit Vlaanderen komt?

Bij SNICK EuroIngredients uit Ruddervoorde wordt hard gewerkt aan het ontwikkelen van innovatieve concepten om voeding gezonder en duurzamer te maken, zonder in te boeten aan smaak. Het bedrijf richt zich niet rechtstreeks tot consumenten maar produceert voedingscomponenten en ingrediënten voor andere voedingsbedrijven in Europa.

Van plantaardige slagroom tot vegan stoofvlees

“Het is een hardnekkige Vlaamse gewoonte om het niet te doen, maar we mogen best trots zijn op ons werk.” Aan het woord is Thomas Verhaeghe, R&D manager bij SNICK EuroIngredients. Het team van Thomas werkt nauw samen met KU Leuven, UGent en het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). Met die laatste ontwikkelde het voedingsbedrijf een plantaardig alternatief voor slagroom. In samenwerking met een masterstudent industrieel ingenieur aan de UGent wordt er gewerkt aan veganistisch stoofvlees. “Onze klanten komen uit diverse sectoren. Zo ontstaat een interessante kruisbestuiving. We combineren procestechnologie uit de vleesindustrie met onze ingrediëntenkennis uit andere sectoren om vegetarische producten van hoogwaardige kwaliteit te ontwikkelen”, zegt Thomas. Aan de nieuwe generatie vleesvervangers, ging jaren van innovatief onderzoek vooraf. “Plant-based voeding is al lang onze focus, net omdat we aanvoelden dat de vraag naar duurzaam maar smaakvolle voeding steeds groter zou worden”.

Lekker én gezond

De eerste generatie vleesvervangers waren niet altijd even voedzaam. “We slagen er vandaag in om kwalitatieve vegetarische producten te ontwikkelen met heel weinig verzadigde vetten, veel vezels en een hoog eiwitgehalte. Een product dat even gezond of zelfs gezonder is dan een stuk mager vlees”, aldus Thomas. Die evolutie kwam er mede dankzij de Nutri-Score, waardoor je als consument altijd goed op de hoogte bent van de voedingswaarde van een bepaald product.

Enkel de Nutri-Score van een product verbeteren is niet zo moeilijk, voeding ook gezonder maken zonder aan kwaliteit in te boeten is lastiger. Zout, suiker en vetten spelen vaak een belangrijke rol in de smaak, textuur en houdbaarheid van een product. “We staan hier steeds verder in. Met een combinatie van innovatieve ingredienten en de juiste procestechnieken slagen we erin om producten lekker én gezond te maken”, zegt Thomas. Ook in koekjes en desserts past het bedrijf deze technieken toe.

Wat met de kritiek dat soja toch niet zo duurzaam is? “Dat valt best wel mee, het hangt vooral af van waar je de soja haalt”. Het grootste deel van de soja die SNICK EuroIngredients gebruikt, komt bijvoorbeeld uit Europa of Rusland waar van ontbossing geen sprake is. Samen met KU Leuven en ILVO werkt het bedrijf ook aan een proefproject dat onderzoekt of het mogelijk is om soja voor industriële toepassingen te kweken in Vlaanderen.

Thomas Verhaeghe

R&D manager

SNOEP EET JE NIET, DAAR GENIET JE VAN

We kennen ze allemaal. De herkenbare metalen blikken van Wycams, gevuld met heerlijke borstbollen. De oer Belgische snoepjes bestaan meer dan 75 jaar en blijven qua smaak onovertro en. “Wist je dat de eerste borstbollen echt op een Leuvense stoof werden gemaakt?”, vertelt Joris Thijs, senior candy o cer. Het verhaal van ons snoepgoed begon in 1946 in Schoten. Camille Wyckmans had er een kruidenierszaakje dat tijdens de oorlog werd geplunderd. Met wat overbleef maakte hij de eerste echte Borstbollen op zijn Leuvense stoof. Die verkocht hij in zijn kleine zaak. Door het succes begon hij er steeds meer te maken en verkocht de Borstbollen in de typische blikjes, die we ook vandaag nog gebruiken.”

Wycams was geboren en het bedrijf blij vol trots het ‘Belgisch’ streekproduct koesteren. “Wij bieden een moment van guilty pleasure aan”, vertelt Thijs. “We weten dat snoep als ongezond wordt bestempeld, maar wij houden er toch van om onze lekkerbekken af en toe een geluksmomentje te schenken. Bovendien werken wij enkel met zuivere lokale suiker en glucosestroop. Het zijn ook de enige ingrediënten van onze borstbollen.”

Het bedrijf investeerde de voorbije jaren in nieuwe technologie waarbij ook duurzaamheid cruciaal is. “We hebben maar één planeet”, zegt Thijs. “We moeten ze koesteren en ervoor zorgen dat ook de volgende generatie van Wycams kan genieten. Onze blikken zijn ondertussen iconisch. Als ze leeg zijn, doen ze vaak dienst als pennenhouder of als pot om vijzen in te stoppen, maar het allerbelangrijkste is dat ze ook milieuvriendelijk zijn. Weinig producten zijn beter te recycleren dan blik. De grondstofprijs mag dan hoger zijn, we zijn niet van plan over te schakelen naar plastic. Dat past gewoon niet in onze visie.”

“We stellen ons iedere dag de vraag hoe we nog optimaler en duurzamer kunnen werken. Zonne-energie, windenergie, water- en grondstofrecuperatie, super isolatie, doorgedreven sortering van onze afvalstromen, optimalisering van logistieke chain met klanten en leveranciers… het zijn allemaal topics die geïntegreerd worden in onze processen.”

Wie het metalen blik van Wycams van dichtbij bekijkt leest ‘Made with pride in Belgium’. We zijn een streekproduct en zijn daar ook trots op, iedere dag”, besluit Thijs. Wij toveren een glimlach op het gezicht. Daarvoor doen we het want snoep eet je niet, daar geniet je van.”

Als het over onze voeding gaat, zijn we ons steeds vaker bewust van het gezondheidsaspect, maar ook van de herkomst. Maar wat doet een bioboer nu eigenlijk anders dan een ‘gewone’ boer? Kurt Sannen, voorzitter van Bioforum Vlaanderen, legt uit: “Een bioboer doet aan landbouw door met de natuur samen te werken. Hij gaat voor kwaliteit en probeert de negatieve impact op het milieu zoveel mogelijk te beperken. Hij draagt zorg voor de bodem, kiest voor diversiteit en heeft aandacht voor het welzijn van de dieren.”

“Bio werkt zoveel mogelijk samen met de natuur”, bevestigt ook Maarten Noë, zaakvoerder van bioboerderij ’t Livinushof. “Daardoor is lokale productie ook een belangrijke factor. Op momenten dat er bepaalde artikelen niet lokaal beschikbaar zijn, kunnen die ook uit het buitenland komen. Bio staat voor het telen van groenten en fruit op een natuurlijke manier. Er wordt dus geen kunstmest of chemisch bestrijdingsmiddel gebruikt tegen ziektes of om onkruid te verdelgen. Lokaal staat voor voeding die in de nabije omgeving geteeld wordt. Lokaal is dus niet noodzakelijk hetzelfde als bio.”

Sannen weet dat een gezonde, levende bodem het sleutelelement is voor de productie van biologische voeding. “Een bioboer draagt dan ook veel zorg voor de bodem en alle levende organismes die de bodem bevolken. Hij gebruikt geen kunstmest, maar voedt de bodem met organisch materiaal zoals dierlijke mest of compost. Via vruchtwisseling zorgt hij dat de bodem niet uitgeput wordt. Door kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen links te laten liggen, kan het bodemleven zich optimaal ontwikkelen en een rijk en doeltreffend bodemvoedselweb vormen. Onkruid verwijderen doet een bioboer op een mechanische manier, dus door het te wieden, of door het onkruid af te branden met een gasbrander. Een chemisch bestrijdingsmiddel inzetten tegen onkruid, zoals bijvoorbeeld glyfosaat, kan in bio absoluut niet.” houdt nooit meer dieren dan zijn grond aankan. Dat betekent dat hij de mest gebruikt om zijn eigen grond of de grond van een collega-bioboer te verrijken. In het ideale geval teelt hij ook het voer zelf.”

Los van de manier waarop vlees, groenten of fruit biologisch worden gekweekt, zijn er uiteraard nog andere voordelen. “De smaak van bio is veel beter en intenser”, vertelt Noë. “Je eet geen schadelijke stoffen die vergroeid zijn in de groente of het fruit. Als bioboer werk je mee aan een meer ecologische manier van leven. En als consument krijg je meer vitaminen en mineralen binnen omdat de bodem waar een bioboer op teelt veel vitaler is.”

Bio is gewoon ook hip, en steeds meer consumenten gaan actief op zoek naar producten met een biolabel. Noé: “Bio is ondertussen heel toegankelijk. Iedere supermarkt heeft biologische artikelen. Ook de initiatieven binnen de korte keten rijzen als paddenstoelen uit de grond. De consumenten vinden opnieuw de weg naar de boer. We zien dat ook in het aankoopgedrag, zeker na de eerste lockdown. Mochten mensen meer correcte informatie krijgen over de bestaande teelttechnieken en het verband met het klimaat en milieu, dan zou er misschien meer bewust gekozen worden.”

De sector is de laatste jaren gegroeid. Steeds meer consumenten kiezen voor bio. De vraag neemt toe, het aanbod volgt misschien in mindere mate. “Klopt”, besluit Noé. “Het is niet eenvoudig om vraag en aanbod op elkaar af te stemmen, want omschakelen naar een bioboerderij vraagt aandacht voor de bodem. Dat is een proces van jaren. Het is onmogelijk om vandaag om te schakelen en morgen een bioboerderij te zijn. Het is een lang en intens proces waarin de kennis en kunde van de boer heel belangrijk zijn. Tegen de achtergrond van de klimaatverandering stimuleert de overheid biologische teelt, maar er is weerstand van de agrarische sector, die overal verweven zit. Het houdt veel grotere bedrijven tegen de stap naar bio te zetten. Er is dus nog werk aan de winkel.”

De snelle opmars van bio en lokaal

Boontjes uit Marokko, vis importeren uit Japan of appelen laten verschepen uit een ander zuidelijk continent. We zijn ons er steeds vaker van bewust dat dit eigenlijk not done is. Vaak vinden we dezelfde of soortgelijke producten immers gewoon in onze achtertuin. Lokaal kopen is helemaal in, net als de snelle opmars van biologisch geteelde groenten, fruit en zelfs vlees.

Lekkere wafels: van ontbijt tot dessert

De Belg eet graag wafels. Heel graag wafels. We kunnen natuurlijk zelf deeg maken en aan het bakken slaan, maar dit is vaak tijdrovend waardoor de diepvrieswafels van Dely een uitstekend alternatief zijn. “Diepvries of vers. Je proeft geen verschil”, vertelt Davy Van Poucke, zaakvoerder van het familiebedrijf Dely. “De smaak en textuur blijven altijd dezelfde.”

“Met onze producten willen we de lekkerbek opnieuw laten genieten van de authentieke Brusselse wafels. We bieden verschillende producten aan die van ontbijt tot dessert op het bord kunnen”, vertelt Van Poucke.

“Eerst is er de Mini Brusselse wafel, een kleine Brusselse wafel met dezelfde unieke textuur en smaak als de grote broer, de Maxi Brusselse wafel. Daarnaast hebben we ook ronde Brusselse wafels in ons assortiment. Die zijn ideaal tijdens het ontbijt of als tussendoortje. Onze overheerlijke wafels kunnen op elk moment van de dag verorberd worden. Dat geldt ook voor de Toaster Wafel. Deze nieuwe wafels zijn in twee minuten klaar. Gewoon uit de diepvries in de toaster steken en genieten. Deze toaster wafels zijn bovendien verkrijgbaar met diverse inclusies – fruit en chocolade - en in verschillende recepturen - neutraal, gezoet, volkoren en keto - waardoor we voor iedereen wel iets lekkers op het bord toveren.”

Dely Wafels biedt enkel diepvriesproducten aan en dat maakt een sterk merk naar export toe.

“Wij produceren en alles gaat meteen de vriezer in”, besluit Van Poucke. “Op die manier behouden we een maximale kwaliteit alsof je ze zelf bakt. Daarnaast blijven de producten tot achttien maanden houdbaar wat het een ideaal exportproduct maakt. Zo liggen we bijvoorbeeld in Guatemala, Mexico, Dubai, Hong Kong… in de winkels en ook in de Verenigde Staten zijn ze alvast gek op onze wafels”, lacht Van Poucke.

“Diepvries of vers. Je proeft geen verschil”

Al 120 jaar jouw favoriete smaakmaker!

Natuurlijk, smaakvol en lekker: dat zijn de ketchups van Zeisner. In onze bekende rode flessen vind je geen bewaarmiddelen, kleurstoffen of smaakversterkers. Enkel fruitige tomatenpuree, gemengd met een kruidenmix van topkwaliteit. Daardoor zijn onze ketchups ook vegan, gluten- en lactosevrij. Redenen genoeg dus om al 120 jaar zot van Zeisner te zijn! Zeisner is een (h)echt familiebedrijf en deze traditie wordt door de 4de generatie trots verdergezet.

Om onze 120ste verjaardag te vieren, brengen we dit jaar 4 limited-editionflessen uit. Benieuwd? Hou dan zeker onze Facebook-pagina in het oog.

facebook.com/ZeisnerKetchup

DUURZAAMHEIDSINITIATIEVEN KRAFT HEINZ

Kraft Heinz is een van de grootste voedingsconcerns ter wereld. Met meer dan 200 merken, verspreid over 40 landen, is Heinz hét iconische merk dat onder de consumenten het meest bekend is. Daarbij komt een grote verantwoordelijkheid en sterke ambitie om een duurzamere omgeving te creëren.

WE DO THE RIGHT THING.

“Doing the right thing is een van de kernwaarden van onze organisatie dat onze intenties, ambities en manier van werken definieert. Alles wat we doen en waar we voor staan, is hieraan gelinkt. Zo ook onze ambitieuze ESG-strategie die drie belangrijke pijlers omvat” vertelt Andreas Pels ons, Sales Director Belgium. De Kraft Heinz ESG-strategie geeft prioriteit aan de kwesties die het belangrijkst zijn voor de activiteiten van het bedrijf en de belanghebbenden – en richt zich op de gebieden waar het de grootste impact kan hebben. Het omvat drie belangrijke pijlers:

Milieubeheer – het verminderen van de operationele ecologische voetafdruk van het bedrijf door middel van waterbesparing, energieverbruik en afvalvermindering in alle productiefaciliteiten, evenals het aanpakken van duurzame verpakkingen

Verantwoorde inkoop - bevordering van duurzame inkoopmethoden, inclusief aandachtsgebieden zoals mensenrechten, duurzame landbouw, ontbossing en dierenwelzijn

Healthy Living & Community Support - identificeren en voldoen aan voedingsdoelen voor Kraft Heinz-producten, met een focus op het beperken van suiker, natrium, verzadigd vet en calorieën, terwijl alternatieve keuzes worden geboden, samen met zijn filantropische missie om de wereldwijde honger te bestrijden.

EEN DUURZAME AANPAK

Verpakkingsafval heeft een nadelige impact op het milieu en is in deze sector een grote uitdaging. Daarom zet Kraft Heinz zich in om stappen te ondernemen om op een operationeel niveau de verpakkingsimpact op het milieu te verminderen. Zo wil Kraft Heinz de overgang naar een meer circulaire economie en het gebruik van duurzamere materialen ondersteunen. Het bedrijf streeft ernaar om tegen 2025 100% van zijn verpakkingen wereldwijd recycleerbaar, herbruikbaar of composteerbaar te maken. Met trots kan Kraft Heinz zeggen dat in 2020 83% van zijn wereldwijde verpakkingen aan deze norm voldoet, en heeft het bedrijf al 90 ton plastic verwijderd uit zijn flesverpakkingen.

“Dit jaar komt de eerste circulaire Heinz Tomato Ketchup PET-fles op de markt. Deze flessen zullen een impact hebben op ongeveer 300 miljoen flessen die op de juiste manier verzameld en gesorteerd kunnen worden en vervolgens mechanisch gerecycled kunnen worden tot PET van voedingskwaliteit. Deze kan opnieuw gebruikt worden om nieuwe verpakkingen te produceren. Op deze manier wil Kraft Heinz duurzaam groeien, door meer consumenten wereldwijd te verrassen. Alle 100% recycleerbare PET flessen van Heinz Tomato Ketchup zullen binnenkort in de winkels verkrijgbaar zijn” aldus Andreas.

Recent deelde het concern mee dat een innovatieve en meer duurzame dop wordt geïntroduceerd. De unieke nieuwe dop - gemaakt van een enkel innovatief type materiaal - is gemaakt na een investering van acht jaar onderzoek en ontwikkeling, met meer dan 185.000 uur en US $ 1,2 miljoen om een geschikte vervangende dop te vinden voor de handige en extreem populaire knijpflesjes, waarvan in 2020 wereldwijd een miljard eenheden werden verkocht.

“Er werden in totaal 45 verschillende ontwerpen gecreëerd voor de missie om de nieuwe dop te maken, die in eigen huis werden geprint met een ultramoderne 3D-printer. Na het maken van de prototypes volgde een strenge testprocedure om er zeker van te zijn dat de dop aan de hoogste kwaliteitsnormen voldeed” licht de directeur verder toe.

Tot op heden hebben Heinz Tomato Ketchup flessen een flexibele klep gebruikt, die was ontworpen om de ideale portie saus per kneepje te leveren, maar die doorgaans moeilijk te recyclen was. De nieuwe innovatieve dop is ontworpen om je dezelfde perfecte hoeveelheid Heinz Tomato Ketchup te geven, met een enkel, stijf en beter recyclebaar materiaal. Het resultaat is dat de dop – en de fles Heinz Tomato Ketchup – gemakkelijk kunnen worden gerecycled.

Verpakking is slechts een van de vele domeinen waarop Kraft Heinz zich focust. Zo engageert het zich ook om 100% duurzaam geproduceerde Heinz Tomato Ketchup tomaten te gebruiken tegen 2025.

Van het inkopen en transporteren van ingrediënten, het produceren en verpakken van de producten tot het weggooien aan het einde van de levensduur, het verminderen van het afval van productie (of het heroverwegen hoe het te gebruiken) is volgens het bedrijf een gezamenlijke inspanning in de totale waardeketen.

WE ARE CONSUMER OBSESSED

Wij zijn een bedrijf van fijnproevers en onze merken hebben een unieke plek in de harten en huizen van onze consumenten. We werken elke dag om hun loyaliteit en liefde te verdienen, samen met onze retailpartners” gaat Andreas verder. “Het juiste doen via onze ESG initiatieven is één ding, maar we moeten ook blijven mee bewegen met de voorkeuren van onze consumenten, en we zetten hen central in alles wat we doen. Denk hierbij aan de Heinz Tomato Ketchup met 50% minder zout en suikers, of de recent gelanceerde biologische lijn Tomato Frito tomatenproducten”

“Als het afgelopen jaar ons iets heeft geleerd, is het dat we allemaal met elkaar verbonden zijn. We voelen allemaal de impact van elkaars acties en passiviteit - of het nu gaat om een wereldwijde pandemie, systemische raciale onrechtvaardigheid of veranderingen in het milieu. Als een van ‘s werelds grootste voedingsconcerns, hebben wij zowel de verantwoordelijkheid, de ambitie en de energie om, samen met onze partners in de keten, een gezonder en duurzamere omgeving te creëren. Samen kunnen we het verschil maken, zelfs met een fles ketchup!“concludeert Andreas.

Produceren met liefde en zorg voor de planeet de planeet

Ter Beke is een innovatieve voedingsgroep die kwalitatieve kant-en-klare maaltijden en fijne vleeswaren produceert en verkoopt. Het bedrijf is beursgenoteerd en is met meer dan 2.500 werknemers een certitude in ons voedingslandschap, met o.a. “Come a casa” als gekend merk. Maar de komende jaren is er meer dan alleen maar lekker en voedselveilig produceren. “Het verhaal van duurzaamheid kan je niet meer wegdenken”, vertelt kersvers CEO Piet Sanders. “Duurzaam innoveren en rekening houden met drie p’s: planet, people en partners wordt de grootste uitdaging.”

Wat het luik ‘planeet’ betreft, is Sanders duidelijk: “Er zijn al heel wat initiatieven geweest de voorbije jaren. Op de parking van onze vestiging in Wommelgem liggen bijna 3000 zonnepanelen. Met andere investeringen kiezen we resoluut voor minder broeikasgasuitstoot en waterverbruik.”

De komende jaren moeten de initiatieven meer gestroomlijnd worden en moeten alle neuzen in dezelfde richting. “Duurzaamheid is een verhaal van allemaal samen. Planet en people gaan hand in hand. Onze medewerkers zijn belangrijk in de dagelijkse bedrijfsvoering, maar ze zijn ook ambassadeurs die de visie van het bedrijf uitdragen. Investeren in mensen is ook investeren in de toekomst. Door de continue bewustmaking van medewerkers, en enkele specifieke investeringen, is al sinds 2008 het waterverbruik en primaire energieverbruik in de vleeswarenfabrieken sterk aan het dalen.

Binnen het project van duurzaamheid wordt er vooral gekeken naar de verpakkingsvisie van de voedingssector. “Innovatieve verpakkingen worden de toekomst”, vertelt Sanders. “Er is van alles in ontwikkeling om vooral het gebruik van plastic te reduceren. Wij zijn er in Nederland al in geslaagd om het gebruik van plastic met tien procent te doen dalen, maar het is mijn ambitie om overal naar twintig procent te gaan. Het blijft wel de prioriteit dat nieuwe verpakkingen de smaak, de voedselveiligheid en de houdbaarheid van onze producten niet negatief beïnvloeden.”

“Al onze verpakkingen dragen bij tot de systemen van afvalpreventie en –recyclage in de landen waar ze gecommercialiseerd worden. Voor België betekent dit concreet de aansluiting bij en een bijdrage aan FostPlus® voor consumentverpakkingen en Val-i-Pack® voor industriële afvalstromen. In een samenwerking met onze leveranciers ontwikkelen wij verpakkingsconcepten van hernieuwbare bronnen die gecertificeerd zijn.”

Voor Sanders is ook de derde ‘p’ heel belangrijk. “Partners. Je kan niet zonder. Maar we moeten het duurzaamheidsverhaal ook samen met hen schrijven. De hele keten van landbouwer tot consument moet economisch duurzaam worden ingebouwd. Pas als alle schakels meedenken in het verhaal, boeken we overal vooruitgang.”

Ter Beke is innovatief in energiezuinig produceren, in verpakkingen, maar evenzeer in de uitbreiding van het assortiment. “We willen leiden in wat de markt vraagt”, stelt Sanders. “Steeds meer gaan wij ook plantaardige maaltijden en beleg produceren. We bieden veganistische en vegetarische alternatieven aan, samen met onze doordachte en duurzame visie over vlees. Ter Beke is een innovatieve voedingsgroep die de consument (h)eerlijke verse bereidingen voorschotelt”, besluit Piet Sanders. “Producten die makkelijk te consumeren zijn, gemaakt met liefde, zorg voor de planeet en onze mensen.”

V.U: Bahlsen – T. Segers – Medialaan 32, B3 – 1800 Vilvoorde

CHOCO LEIBNIZ

This article is from: