Civiele Techniek 2024 3

Page 1

CIVIELE TECHNIEK

Arbeidsmarkt Innovatie VAKBLAD VOOR GROND-, WEG- & WATERBOUW EN VERKEERSTECHNIEK
JAARGANG 78 NUMMER 3 2024

IK WIL WERKEN BIJ EEN BEDRIJF MET OOG VOOR WATERVEILIGHEID

GEEF JE CARRIÈRE BETEKENIS

Wij werken op verschillende gebieden aan waterveiligheid, met kennis van vandaag en innovatie van morgen. Samen met uitstekende arbeidsvoorwaarden en werkzekerheid voor vele jaren maakt het familiebedrijf Mourik ‘the place to be’.

Heb je ambitie? Bekijk onze vacatures.

Welkom bij Mourik!

www.mourik.com

Arbeidsmarkt

‘Civiele Techniek? … geen idee wat dat is’ Infrabranche in de knel door stikstof en gebrek aan civiel technici

Nederland staat voor enorme opgaven: energietransitie, klimaatverandering, herstel van natuur en biodiversiteit, een duurzaam perspectief voor de landbouwsector en een schrijnende woningnood. De bouwsector speelt in al die maatschappelijke opgaven een cruciale rol, van de bouw van betaalbare woningen tot het aanleggen van dijken. Intussen lijkt de overheid de problemen die diezelfde bouwen infrasector bedreigen, niet onder controle te krijgen. In plaats van meer woningen te bouwen, zoals beloofd, komen er steeds minder en bij uitblijven van een oplossing voor de stikstofcrisis, verdwijnen er steeds meer infraprojecten in de ijskast. Ondanks die tegenwind lijkt de infrasector aardig overeind te blijven; tenminste dat blijkt uit de recente rapportage ‘Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2024’ die het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) begin dit jaar publiceerde.

Innovatie

20 Rural Roadwater Rescue: Europese samenwerking voor multifunctionele en klimaatbestendige wegen

Bij de aanleg van het wegennet speelde klimaatverandering nog geen rol. Weggespoelde wegen na hevige regenval, maar ook schade door droogte onderstrepen het belang van het klimaatbestendig maken van de weginfrastructuur. Rijkswaterstaat heeft daarom het initiatief genomen voor een Europese studie naar klimaatbestendig ontwerpen, inrichten en beheren van wegen waarbij zoveel mogelijk wordt tegemoet gekomen aan de zorgen en wensen van de nabije omgeving. Het initiatief met als titel ‘Rural Roadwater Rescue’ wordt ondersteund door het EU-programma Interreg NorthwestEurope.

24 Windplanblauw

Unieke kofferdamconstructie en natuurbescherming

Op de grens van land en water in het IJsselmeer zijn 28 verouderde windturbines vervangen door 24 moderne en krachtige turbines. De windturbines maken deel uit van het project Windplanblauw, dat in totaal 61 nieuwe turbines bevat. Er waren bij dit project zowel op technisch gebied als wat betreft de bescherming van de natuur (in een Natura 2000-gebied) een aantal uitdagingen. Dit resulteerde in innovatieve constructies en maatregelen.

28 Afstudeeronderzoek treinbeveiligingssysteem Invloed ERTMS op treinverkeer rond Amsterdam Centraal Na een planfase van meer dan tien jaar is de uitvoering gestart van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) Amsterdam Centraal. Om de capaciteit van het station te vergroten, wordt de spoorinfra aangepast, het station wordt verbouwd en tegelijkertijd worden de vijf bruggen bij de Oostertoegang vervangen, die aan het einde van hun technische levensduur zijn. Thijs van Loon, student Built Environment (met specialisatie Mobiliteit) aan de Breda University of Applied Sciences onderzocht tijdens zijn afstudeerstage bij Movares Nederland wat de impact zou zijn wanneer het nieuwe Europese spoorbeveiligingssysteem ERTMS wordt toegepast in het scopegebied van PHS Amsterdam Centraal.

32 Slimme coating visualiseert onzichtbare gebreken constructies

Sensortechnieken die worden gebruikt om de conditie van een constructie te bepalen zijn vaak duur, complex en kosten veel energie. Mohammad Fotouhi, assistant professor in Structural Health Monitoring bij TU Delft, werkt aan een innovatief, kosteneffectief coatingmateriaal dat van kleur verandert als een vroegtijdig waarschuwingssysteem, en zo ruim van tevoren kwetsbaarheden zichtbaar maakt. Deze slimme en duurzame techniek is al geschikt voor gebruik, om bijvoorbeeld de staat van (oude) bruggen te bepalen.

36 Infra innovaties 2023

COLOFON

Civiele Techniek

Verschijning: zeven maal per jaar

Onafhankelijk vaktijdschrift voor civieltechnische ingenieurs werkzaam in de grond-, weg- en waterbouw en verkeerstechniek. De redactie staat open voor bijdragen van vakgenoten. U kunt daartoe contact opnemen met de redactie.

Hoofdredactie

Gerard van Nifterik

SJP Uitgevers

Kalkhaven 53, 4201 BA Gorinchem

tel. (0183) 66 08 08

e-mail: info@civieletechniek.net www.civieletechniek.net

Abonnementen

Abonnementsprijs Nederland (2024) € 100,90 (excl. BTW).

België: € 115,70

Overige landen Europa: € 149,70

Studenten aan de TU, HBO-techniek en MBO komen in aanmerking voor 65% korting. Te bestellen bij de uitgeverij.

Prijzen worden jaarlijks aangepast op basis van inflatiecorrectie.

Abonnementen worden automatisch verlengd, tenzij voor 1 november schriftelijk wordt opgezegd.

Advertenties

drs. Petra Schoonebeek

SJP Uitgevers

telefoon (0183) 66 08 08

e-mail: p.schoonebeek@civieletechniek.net

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van herdruk, fotokopie, of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

1 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK Arbeidsmarkt & Innovatie

Funderingsschade in Nederland in kaart gebracht

Steeds meer Nederlanders hebben te maken met funderingsschade. Funderingen zijn gevoelig voor bodemdaling en -stijging, lage grondwaterstanden en daarmee voor droogte. Klimaatverandering versterkt dit. Een nieuwe analyse van Deltares in samenwerking met TNO, in opdracht van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli), geeft aan dat op korte termijn ongeveer 425.000 gebouwen een verwachte technische levensduur korter dan vijftien jaar hebben. Iets minder dan een kwart hiervan is gefundeerd op houten palen; de overige gebouwen hebben een ondiepe fundering. De analyse maakt onderdeel uit van het Rli-advies ‘Goed gefundeerd: advies om te komen tot een nationale aanpak funderingsproblematiek’ dat onlangs is gepubliceerd.

Funderingsschade aan gebouwen is een groeiend en complex probleem en speelt in grote delen van Nederland. Dit is een gevolg van leven in een laaggelegen land met slappe grond. Het is niet alleen een technisch en financieel probleem, maar ook een omvangrijk maatschappelijk probleem, zoals huizenbezitters van oudere panden op slappe grond ervaren. Ondanks dat in vooral oudere steden funderingsproblemen al

decennia onderwerp van studie en aanpak zijn, is er in veel andere regio’s nog weinig bewustwording rondom deze problematiek. Een nationale aanpak om funderingsproblematiek doeltreffend aan te pakken is vereist, stelt het Rli -advies.

De oorzaak van de funderingsschade ligt vaak in een opeenvolging van veranderingen in de omgeving (bijvoorbeeld de grondwaterstand), processen in de ondergrond en de kwaliteit van de fundering. Denk bijvoorbeeld aan bodemdaling of -stijging veroorzaakt door consolidatie, kruip, oxidatie van veen en krimp of zwelgedrag van klei. Afhankelijk van het type fundering, ondiep of op houten dan wel betonnen palen, kan dit effecten hebben zoals aantasting van houten funderingen, negatieve kleef, verschilvervorming of verlies van draagkracht. Zichtbare schade, zoals scheefstand, scheurvorming of vochtproblemen aan het gebouw is het gevolg.

Op basis van het door Deltares ontwikkelde funderingsrisicomodel blijkt dat een groot deel van de gebouwen in Nederland een bepaalde mate van risico loopt. Nieuw is dat op basis van beschikbare gegevens specifiekere schattingen zijn gemaakt over de

hoeveelheid gebouwen in heel Nederland die kwetsbaar zijn. Het gaat om ongeveer 425.000 gebouwen die een verwachte technische levensduur hebben van vijftien jaar of minder als er geen maatregelen worden getroffen. Een klein kwart hiervan is gefundeerd op houten palen; de overige gebouwen hebben een ondiepe fundering. Gebouwen met betonnen funderingen zijn meestal niet kwetsbaar. In de komende 25 jaar kan dit aantal fors oplopen, vooral door een toename van gebouwen met ondiepe fundering die kwetsbaar worden door klimaatverandering.

Deltares en TNO bepleiten een grof-naarfijn-aanpak om de staat van de fundering te beoordelen. Een eerste stap is dan een brononderzoek waarbij bijvoorbeeld wordt gekeken naar bouwtekeningen of archiefstukken. Een tweede stap kan zijn een schouw van de staat van het gebouw boven de grond. De laatste en meest ingrijpende stap is dan mogelijk een volwaardig funderingsonderzoek onder de grond.

Op nationaal niveau is op dit moment nog niet vastgelegd hoeveel funderingen van bestaande gebouwen gevoelig zijn voor problemen, hoeveel er in het verleden al hersteld zijn, wat de huidige kwaliteit van funderingen is en hoe de problematiek zich zou kunnen ontwikkelen. Hierdoor is nu niet precies te zeggen welk gebouw wel en welke niet kwetsbaar is. Bovendien is de kwetsbaarheid afhankelijk van eigenschappen van het gebouw, de ondergrond en van veranderingen zoals van klimaat of beleid. Een betere inschatting is nodig zodat overheid en huizenbezitters effectievere maatregelen nemen. Het gaat dan vooral om het verzamelen van informatie over type fundering per gebouw, het reguleren en beter modelleren van grondwater, het ontwikkelen van kennis rondom krimp-zwelgedrag van klei en het monitoren en beperken van bodemdaling.

Bron: www.deltares.nl

BERICHTEN 2 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Resultaten risicoanalyse Deltares met de verwachte schade voor paalrot en verschilzetting van gebouwen met ondiepe fundering in 2050 inclusief klimaateffect (Bron: Deltares)

Test ‘s werelds langste zelfsluitende waterkering

In de Deltagoot van Deltares is begin februari met succes een golftest uitgevoerd om de sterkte van een zelfsluitende waterkering, die langs de vernieuwde Scheldekaaien in Antwerpen gebouwd gaat worden, te onderzoeken. De zelfsluitende waterkering zit verborgen onder de grond en komt alleen omhoog bij hoogwater. In het kader van het Sigmaplan, dat Vlaanderen beschermt tegen overstromingen door stormtij, renoveert en stabiliseert De Vlaamse Waterweg nv al enkele jaren stelselmatig de historische kaaimuur langs de Schelde in Antwerpen. Deze kaaimuur is op sommige plaatsen tot 120 jaar oud en is toe aan stabilisatie of vernieuwing.

Deltares heeft van de Antwerpse zelfsluitende waterkering een stuk van 5 meter lang ingebouwd in de Deltagoot. De Deltagoot, een onderzoeksfaciliteit van 300 m lang, 5 m breed en 9,5 m diep, is hiervoor geschikt omdat de kering daarin op ware grootte onderzocht kan worden. De belastingen op de keringen kunnen hiermee ook op ware grootte optreden.

Er zijn verschillende typen testen uitgevoerd. Zo is er is gekeken of de zelfsluitende kering tijdens opeenvolgende getijdecyclussen goed omhoog en omlaag ging. Ook is gemeten hoeveel water langs de afdichtende rubbers kwam. En grote belastingen werden op de kering losgelaten in de vorm van grote golven gedurende enkele uren en een honderden kilo’s zwaar voorwerp, dat tegen de kering werd geslingerd. De kering presteerde op alle punten goed.

De zelfsluitende waterkering zal enkel bij stormtij omhoog komen. Zo blijft het uitzicht op de Schelde gevrijwaard en de openbare ruimte toegankelijk. Het wordt de langste zelfsluitende waterkering ter wereld. Deze waterkering is een Vlaamse technologie en zal worden gebouwd door Aggéres. Naar verwachting is het in 2028 gereed.

(Foto: Deltares)

BERICHTEN 3 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK ipv Delft creatieve ingenieurs • varianten- en kostenstudies • analyses • ontwerpprojecten • design & construct • RAW-bestekken • bestekstekeningen bel voor meer informatie ir Gerhard Nijenhuis: 015 750 25 75

Richtlijn voor hergebruik van constructieve prefab

betonelementen

De bouwsector staat voor de uitdaging om haar milieu-impact te reduceren. Daarom heeft CROW samen met de werkgroep de nieuwe CROW-CUR Richtlijn 4:2023 Hergebruik constructieve prefab betonelementen opgesteld. Deze richtlijn wil duidelijkheid bieden aan de betonsector over wat de beste mogelijkheden zijn voor hergebruik van vrijkomende betonelementen in bouwwerken.

De nieuwe richtlijn benadrukt de voordelen van hergebruik, zoals het verminderen van materiaal- en energieverbruik en het bevorderen van circulariteit in de bouwsector. Belangrijke aspecten van de richtlijn zijn onder meer kaders voor materiaalgebruik en het hele proces van voorbereiding tot en met uitvoering. In de bijlages van de richtlijn wordt hergebruik van respectievelijk prefab kanaalplaten en voorgespannen brugliggers behandeld.

De richtlijn is geschreven voor iedereen die te maken heeft met hergebruik van prefab betonelementen, zoals architecten,

constructeurs, bevoegd gezag, aannemers, beheerders, slopers en leveranciers van elementen. Daarnaast is het specifiek gericht op mensen die wellicht bekend zijn met het onderwerp, maar onvoldoende geïnformeerd zijn over het praktisch hergebruik van prefab betonelementen. Gebruikers

worden aangemoedigd om de richtlijn zelfstandig toe te passen, rekening houdend met de specifieke omstandigheden van hun projecten.

www.crow.nl

Rijkswaterstaat gunt vast onderhoud Zeeuwse rijkswegen

Rijkswaterstaat heeft het vast onderhoud aan de Zeeuwse rijkswegen gegund aan Mourik Infra BV. Vanaf 1 maart 2024 zal de opdrachtnemer onderhoudswerkzaamheden uitvoeren aan de snelweg A58 en de rijkswegen N57, N59 en N61.

De werkzaamheden waar het om gaat zijn onder andere onderhoud aan asfalt en viaducten en het maaien van bermen. Een van de doorslaggevende criteria in de gunning was de planbaarheid van werkzaamheden, met als doel hinder te beperken waar mogelijk.

Binnen dit contract vallen naast het vast onderhoud, ook herstel van schades en ondersteuning bij ongevallen en calamiteiten op het hoofdwegennet.

BERICHTEN 4 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
(Foto: RWS/KrisKras; Civiele Techniek nummer 3 2023) (Foto: Rijkswaterstaat)

Werken op de grens van land en water

Geel bloed, het stroomt door onze aderen

Wij zijn waterbouwers. Al ruim 60 jaar lang. Meewerken aan betere vaarwegen en veiligheid op de grens van land en water, dat is wat ons familiebedrijf drijft. Al drie generaties stroomt er geel bloed door onze aderen. Het zorgt ervoor dat vakmanschap, verbondenheid met elkaar en onze opdrachtgevers en passie voor het beschermen van Nederland in ons DNA verankerd is. Spreekt dit jou aan? Dan verwelkomen we je graag in onze hechte familie.

Informeer naar de mogelijkheden. Beens Groep levert maatwerk op basis van jouw ambities!

Scan

Bel Gerard Cornelis Zeeman op 06 112 251 28 of stuur een bericht naar: gc.zeeman@beensgroep.nl www.beensgroep.nl/werken-bij

WERKEN IN EEN OMGEVING WAARIN JE JE CONTINU ONTWIKKELT?

Den Ouden Infra is specialist in stedelijke herinrichting, civiele betonbouw, betonwegen en landschapsinrichting.

Ook het opsporen en veiligstellen van explosieven en archeologische objecten in de bodem behoort tot onze activiteiten, net als het klimaatadaptief inrichten van groeiplaatsen met onze bodemverbeteraars.

We voeren projecten van ontwerp tot uitvoering uit, in binnen- en buitenland. Als familiebedrijf bieden we je een informele werkomgeving waarin je de ruimte krijgt om initiatief te nemen en jezelf te ontwikkelen.

Weet jij nog niet wat je na het afstuderen wilt doen? Je kunt bij ons onder andere een traineeship volgen zodat je kunt kennismaken met meerdere functies.

Benieuwd naar de andere mogelijkheden? Scan de QR-code voor meer informatie.

Zeewaarts, meebewegen en beschermen: drie denkrichtingen om met zeespiegelstijging om te gaan

Tijdens het congres Zeespiegelstijging op 4 maart in Bussum zijn de eindrapportages over de denkrichtingen ‘zeewaarts’, ‘meebewegen’ en ‘beschermen’ gepubliceerd. De onderzoeken, onderdeel van het Kennisprogramma Zeespiegelstijging, geven een beeld van de mogelijkheden om Nederland voor de langere termijn veilig te houden voor een stijgende zeespiegel. Maar elke optie gaat geld, ruimte en tijd kosten. Sinds april 2023 onderzochten drie breed samengestelde onderzoeksgroepen de opties om met een stijgende zee om te gaan. Elke groep onderzocht een specifieke denkrichting.

De denkrichting ‘beschermen’ bouwt voort op deels al bekende maatregelen zoals zandsuppleties of het wegpompen van overtollig water.

De denkrichting ‘zeewaarts’ benut ruimte op zee om toekomstige knelpunten op te lossen, zoals bij hoogwater in rivieren.

De denkrichting ‘meebewegen’ kijkt naar aangepast landgebruik of bebouwing om water meer ruimte te geven.

De eindrapportages van de drie denkrichtingen bieden allerlei opties om Nederland in de toekomst veilig te houden. Maar elke optie vergt op termijn grote ruimtelijke keuzes en kost geld, ruimte en geld. Volgens deltacommissaris Co Verdaas laat het onderzoek laat zien dat de techniek en de natuurlijke

oplossingen daarbij goed kunnen helpen. En dat Nederland nu al bij alles wat wordt gedaan rekening moet houden met de ruimtelijke opgaven van de toekomst.

Het onderzoek is onderdeel van het Kennisprogramma Zeespiegelstijging, uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de Deltacommissaris. Sinds 2019 bundelen in het Kennisprogramma verschillende overheden,

bedrijven, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties hun krachten. Ze onderzoeken wat de mogelijke gevolgen van de zeespiegelstijging zijn voor ons land en ze verkennen maatregelen die ons voorbereiden op de gevolgen.

Het rapport kan worden gedownload op de website van de Deltacommissie.

www.deltaprogramma.nl

‘Gebrek aan investeringen in infra zorgenkindje’

Bouwend Nederland slaat alarm over het gebrek aan investeringen in de Nederlandse infrastructuur. Daarmee reageerde de organisatie op een artikel in de Telegraaf naar aanleiding van het uitstel van de renovatie van de Van Brienenoordbrug in Rotterdam (22 januari). De Telegraaf stelt dat door achterstallig onderhoud aan bruggen, tunnels en viaducten de bereikbaarheid van ons land in gevaar komt.

Volgens Bouwend Nederland is er struc-

tureel te weinig geld begroot voor de vervanging en renovatie van bruggen en sluizen. De afgelopen tijd werkte Rijkswaterstaat samen met marktpartijen hard aan nieuwe samenwerkings- en contractvormen zoals de tweefasen- en de portfolioaanpak. Deze manier van werken is erop gericht om samen een realistisch plan te maken en onzekerheden die bij complexe projecten komen kijken gezamenlijk te managen. Bouwend Nederland roept op haar website

bestuurders op om de problematiek rond de vervangings- en renovatieopgave niet langer voor zich uit te schuiven. Daarvoor moet meer budget worden gereserveerd en plannen moeten samen met de markt worden uitgewerkt. Een eerlijke risicoverdeling en een goede toepassing van een tweefasenaanpak spelen voor infrabouwers een cruciale rol bij het maken van een keuze om in te schrijven op een project.

BERICHTEN 6 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK

Test veiligere oversteekplaats met LED-OP in Assen

BAM is samen met de gemeente Assen een onderzoek gestart naar het veiliger maken van fiets- en voetgangersoversteekplaatsen. Vanaf 27 februari is de testfase van LED-OP van start gegaan. De komende weken wordt het systeem verder afgesteld, zodat het goed fietsers, voetgangers en automobilisten herkent. Daarna wordt LED-OP officieel in gebruik genomen.

Het systeem is geïnstalleerd op het Stationsplein in Assen; een primeur voor Nederland.

Het aantal verkeersslachtoffers onder fietsers en voetgangers is hoog en het aantal groeit nog steeds, zo blijkt uit de actuele verkeersongevallencijfers. Zeker op oversteekplaatsen lopen fietsers en voetgangers vaak risico om slachtoffer te worden. Daar moet LED-OP iets aan doen.

Het gaat om een innovatief attentiesysteem met dynamische led-belijning voor over-

(Foto: BAM)

steekplaatsen. De oplichtende led-belijning bij de oversteekplaats op het moment dat fietsers en voetgangers oversteken zorgt voor aantoonbaar meer aandacht bij ver-

keersdeelnemers. Deze innovatieve oplossing is toe te passen bij oversteekplaatsen zonder en met verkeersregelinstallaties.

Vlaanderen keurt ontwerp strategisch beleidsplan Kustvisie principieel goed

De Vlaamse Regering heeft het ontwerp strategisch beleidsplan Kustvisie principieel goedgekeurd. Dit plan bevat de strategie waarmee de komende 100 jaar elke zone aan de Vlaamse kust stapsgewijs kan worden aangepast. Zo kan Vlaanderen zich op elk moment beschermen tegen overstromingen uit zee, ondanks de stijgende zeespiegel. Of deze nu één, twee of drie meter stijgt. Daarmee zegt Vlaanderen op dit vlak het voortouw te nemen, en is zo pionier in Europa en ver daarbuiten.

Kustvisie bouwt voort op het Masterplan Kustveiligheid. Dat bestaat uit een reeks maatregelen om de kust tot 2050 te beschermen tegen zware stormvloeden en een 1000-jarige storm en houdt rekening met een zeespiegelstijging tot 30 cm. Uit het eerdere onderzoek voor Kustvisie bleven begin 2023 nog enkele mogelijkheden over om onze kust de komende 100 jaar en langer te blijven beschermen tegen overstromingen. Voor de strandzones waren er nog twee kansrijke alternatieven: de hoog- en laagwaterlijn behouden waar ze nu is of op

termijn gefaseerd verschuiven richting de zee. Voor elk van de vier kusthavens bleven er per haven nog twee tot vier kansrijke alternatieven over. Op basis van verder onderzoek wordt nu in het ontwerp strategisch beleidsplan Kustvisie een voorkeursalternatief voorgesteld.

Op lange tot zeer lange termijn zal de kustlijn gemiddeld 100 meter zeewaarts worden verlegd, door de stranden te verhogen en te verbreden. In veel strandzones is er nog veel tijd voordat er actie moet worden ondernomen. Voor steden aan de kust kan er op termijn worden gekozen tussen het verhogen en verbreden van de dijk, de aanleg van een duin of een gecombineerde oplossing van dijk en duin. Dat staat in het strategisch beleidsplan dat door de Vlaamse Regering principieel werd goedgekeurd.

Het voorkeursalternatief geeft aan dat er vooral in de havens van Oostende, Blankenberge en Zeebrugge de komende decennia veel extra kustbeschermingsmaatregelen nodig zullen zijn.

In de haven van Zeebrugge zal de komende 35 jaar de voorhaven op vele plaatsen opgehoogd moeten worden. In de jachthaven van Zeebrugge, die achteraan in de voorhaven van Zeebrugge ligt, zal over 35 jaar een sluis of stormvloedkering operationeel moeten zijn. Ook in de jachthaven van Blankenberge zal over 25 jaar een sluis of stormvloedkering klaar moeten zijn. Om de keuze tussen een sluis of stormvloedkering voor beide jachthavens uiterlijk 2030 te kunnen maken zal de komende jaren prioritair een toekomstvisie voor alle kustjachthavens opgemaakt worden.

Voor de haven van Oostende blijven er nog drie opties over. Een eerste optie is om over 25 jaar rondom de hele haven een extra ophoging gerealiseerd te hebben, een tweede bestaat erin om tegen 2050 in de havenmond een hele grote stormvloedkering te bouwen, een derde optie is de bouw van een sluizencomplex. Een keuze moet uiterlijk in 2030 worden gemaakt. Om die keuze te kunnen maken, zal de komende jaren prioritair een economische toekomstvisie voor de haven van Oostende gemaakt worden. Ook voor de haven van Zeebrugge zal er een economische toekomstvisie gemaakt worden.

In de haven van Nieuwpoort wordt momenteel al een stormvloedkering gebouwd. Die zal Nieuwpoort de komende decennia beschermen. Op termijn zal op dezelfde locatie een hogere, sterkere stormvloedkering moeten komen, in combinatie met een sluis ter hoogte van de Langbrug, om het achterland te blijven beschermen. De recente overstromingen in De Westhoek tonen aan dat er dringend behoefte is aan de bouw van vaste pompgemalen in Nieuwpoort om bij hevige neerslag voldoende water richting zee te kunnen afvoeren.

Naast een visie voor de lange termijn, bevat het plan ook een eerste actieplan 2024-2034 met onder meer acties op korte termijn.

BERICHTEN 8 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
(Illustratie: Vlaamse Waterweg)

EEN FAMILIEBEDRIJF WAARIN JOUW

Werken bij GMB betekent werken bij een familiebedrijf waar mensgericht ondernemen centraal staat. Bij GMB krijg je veel vrijheid om je functie in te vullen vanuit je eigen kracht en talenten. Zo draag je daadwerkelijk bij aan de missie van GMB om duurzame oplossingen te bedenken en realiseren op het gebied van waterkwaliteit, waterveiligheid, bio-energie en industriële bouw en infra.

Met zo’n 550 medewerkers hebben we veel kennis en vakmanschap in huis in allerlei disciplines. Samen werken we aan veelzijdige uitdagingen en toonaangevende projecten in heel Nederland. Dankzij de verdeling in zes clusters, waarvan de grootste zo’n 120 medewerkers telt, houden we korte lijnen en een persoonlijke werksfeer. Bij GMB houden we van uitdagingen aangaan, heerst er een sterk saamhorigheidsgevoel en is er veel ruimte voor lol met elkaar.

UNIEKE KRACHT TELT

Zie jij jezelf wel werken bij GMB? Kijk op werkenbijgmb.eu en solliciteer direct op een leuke vacature.

Typisch jij. Bij GMB.

We bieden jou:

• Fijne werksfeer

• Een goed salaris

• 40 vrije dagen per jaar

• Veel ontwikkelmogelijkheden

STAGE, TRAINEESHIP OF STARTERSFUNCTIE IN DE WATERBOUW?

Bij Van den Herik ben je welkom om te ontdekken waar jouw passie ligt, of om direct aan de slag te gaan in de functie van jouw dromen! Check onze website voor de elijkheden en ontdek waar jij je thuis voelt

"Er wordt hard gewerkt aan innovaties en verbeteringen met het oog op een duurzame toekomst."

“Binnen

STARTEN IN DE WATERBOUW

STAGE

“Doordat je drie keer een half jaar mee loopt krijg je de tijd om een indruk te krijgen van de diversiteit aan functies binnen het bedrijf."

TRAINEESHIP IN DE WATERBOUW

www.herik.nl E N G I N E E R I N G T H E F U T U R E O F W A T E R
IN
DE WATERBOUW
de afdeling draai je gewoon mee, maar als het even niet lukt is er een ‘Buddy’ dit is een senior collega waarmee je direct samenwerkt "

Ingebruikname nieuw station Ede-Wageningen

Al ruim vier jaar bouwt aannemerscombinatie EdesPoort (Van Hattum en Blankevoort, VolkerRail en Van Wijnen) aan het nieuwe station Ede-Wageningen. Reizigers namen het gloednieuwe station op vrijdag 23 februari voor het eerst in gebruik.

EdesPoort voert afrondende werkzaamheden uit zoals het plaatsen van kaartverkoopautomaten, bankjes en prullenbakken. Ook aan de bewegwijzering voor de reizigers wordt gewerkt in de vorm van treinbeeld- en fietsrouteborden. Bovendien bouwt de aannemer de nieuwe rijwielstalling en het fietsdetectiesysteem af en past hij installaties aan, zodat de treinen op de juiste plek stoppen.

Met de ingebruikname van het nieuwe station zijn de werkzaamheden in de Spoorzone Ede nog niet helemaal klaar. Zo werkt de aannemer na 23 februari ook aan het inrichten van een bouwterrein op het huidige Noord- en Zuidplein. Op deze pleinen staan nu de fietsenstallingen. Deze worden verwijderd omdat het bouwterrein nodig is voor het inrijden van de nieuwe fiets- en voetgangerstunnel (Westtunnel). Ook start een aannemer met de bouw van de P&Rgarage en de sloop van het oude station.

Eind 2020 is gestart met de ontgraving en sanering van terreinen aan de noord- en zuidzijde van het spoor. Aansluitend is in 2021 begonnen met werkzaamheden

aan het treinstation en het spoor. De stationsomgeving van Ede-Wageningen heeft ondertussen een forse metamorfose ondergaan. Zo heeft EdesPoort 21 wissels verwijderd en elf nieuwe wissels gelegd. Negen kilometer spoor is gesloopt en bijna acht kilometer nieuw spoor is gebouwd. Ook een gedeelte van perron 1 en het dak op het oude middenperron is gesloopt. De 8.000 ton zware nieuwe Oosttunnel is binnen twaalf uur op z’n plek geschoven: het zwaarste object ooit geschoven in Nederland.

Daarnaast is afgelopen zomer een nieuw fiets- en voetgangersviaduct opgeleverd. Verder is het nieuwe busstation met toegangswegen gebouwd en zijn er fiets- en voetpaden aangelegd. Het houten dak van het vernieuwde station Ede-Wageningen geeft het station veel allure. De sporenkap is een bijzondere constructie en weegt ruim 1.400.000 kilo. Het geheel van circa 50 meter breed en 180 meter lang is in juli 2023 afgebouwd.

ProRail verwacht in 2026 helemaal klaar te zijn.

BERICHTEN 10 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Alles over materiaalinnovatie Innovatieve Materialen www.innovatievematerialen.nl
(Foto: ProRail)

WIL JIJ MET ONS MEEGROEIEN?

VIND DE UITDAGING BIJ ALLNAMICS

GEOTECHNICAL & PILE TESTING EXPERTS Allnamics is een geotechnisch adviesbureau. Bij Allnamics leiden we je op tot één van onze experts op het gebied van geotechniek, funderingstechniek en paaltesten. De theorie en praktijk van bestaande en nieuwe, de kleinere én de grote funderingen. Van de funderingsproblematiek in Amsterdam tot de heibaarheid van monopiles voor offshore windturbines.

.COM

Is de bouw misschien ook iets voor jou? Friso Bouwgroep geeft onderdak aan alle onderdelen van de bouw. Wij bouwen aan de toekomst en dat doen we graag samen met jou!

Houd jij wel van een uitdaging?

Wij werken onder andere aan de volgende projecten:

- Afsluitdijk Vismigratierivier - Gemaal Streukelerzijl

- Uitbreiding productielocatie Witharen van Vitens

Ben jij ook een échte bouwer die past bij onze bouwgroep? bouwen we graag samen met jou verder aan een duurzame toekomst. We zoeken stagiaires, uitvoerders, werkvoorbereiders en calculators. Ga naar echtebouwers.nl voor alle vacatures of meld je aan voor ons vacature-alert via de QR-code.

beton- water- en industriebouw
Van vooroever tot duin: integraal modelleren van de kust

De druk op kusten wereldwijd neemt toe door een stijgende zeespiegel en toenemende menselijke activiteit. Zandige oplossingen kunnen zorgen voor behoud van waterveiligheid, recreatie en natuur. Het succes van deze natuurlijke oplossingen is afhankelijk van hun dynamische ontwikkeling, gestuurd door water, wind, vegetatie en mens. Een innovatie in modellering maakt het mogelijk om de integrale gevolgen van kustoplossingen nu nog beter te voorspellen; van vooroever tot duin. Dit onderzocht Deltares-onderzoeker Bart van Westen, samen met andere wetenschappers. De schaal van menselijke ingrepen langs de kust neemt toe. Recente voorbeelden hiervan zijn de Zandmotor (21 miljoen kuub) en de Hondsbossche duinen (35 miljoen kuub). Traditioneel gezien ligt de focus bij het ont-

werpen van kustoplossingen onder water: hoe verspreidt het zand zich langs de kust onder de invloed van golven en getij? Met de toenemende schaal, neemt ook de impact op de kust en geleverde diensten toe. Naast de verspreiding onder water, wordt de invloed boven water steeds relevanter, zoals de invloed op strandbreedte, duingroei en de natuurlijke dynamiek.

Binnen zijn studie hebben de onderzoekers gekeken naar de integrale ontwikkeling van de Zandmotor, zowel nat als droog en dit voorspeld met een nieuw model. Met behulp van BMI (Basic Modelling Interface) is een koppeling gemaakt tussen twee bestaande modellen: een Delft3D Flexible Mesh model wat de hydrodynamica beschrijft, en een AeoLiS model voor de wind gedreven ontwikkelingen.

De modelresultaten laten zien dat er inderdaad een uitwisseling is tussen de vooroever en de duinen. Langs plekken met natuurlijke aangroei van het strand door golven en getij neemt de duingroei toe, wat goed overeenkomt met observaties. Bovendien blijkt dat door het groeien van de duinen er minder zand overblijft voor verspreiding langs de kust.

Om wereldwijd kustoplossingen op een dergelijke integrale manier door te kunnen rekenen moet de aanpak opgeschaald worden, zowel in ruimte als in tijd. Door meer bestaande modellen toe te voegen aan het gekoppelde model, moet het ook mogelijk worden om andere domeinen mee te nemen, zoals grondwater en ecologie.

Kijk voor het laatste nieuws en de beste vacatures op www.civieletechniek.net

Uw partner voor Monitoring en Controle 3

Hektec BV biedt u praktische oplossingen op het gebied van geo- en funderingstechnieken. Wij zijn gespecialiseerd in engineering, monitoring en controle en bieden u daarmee een totaalpakket van diensten in het traject van ontwerp tot oplevering.

Bij Hektec zijn wij altijd op zoek naar optimalisatie in ontwerp en technieken. Door de samenwerking met onze partners

Gebr. van ’t Hek, De Waalpaal en Kuipers Funderingstechnieken, blijven wij continu praktijkgericht denken.

Van ons krijgt u altijd een haalbaar advies.

hektec.nl

0299 420808

ENGINEERING EN MONITORING VOOR

GWW EN GEOTECHNIEK
VAN NEDERLAND VERANDER DE KAART MAAK IMPACT ALS STAGIAIR HBO CIVIELE TECHNIEK GA NAAR CAREERS.BOSKALIS.COM/STUDENT-STARTER MEER INFORMATIE?
‘Civiele Techniek? … geen idee wat dat is’ Infrabranche in de knel

door stikstof en gebrek aan civiel technici

Nederland staat voor enorme opgaven: energietransitie, klimaatverandering, herstel van natuur en biodiversiteit, een duurzaam perspectief voor de landbouwsector en een schrijnende woningnood. De bouwsector speelt in al die maatschappelijke opgaven een cruciale rol, van de bouw van betaalbare woningen tot het aanleggen van dijken. Intussen lijkt de overheid de problemen die diezelfde bouw- en infrasector te bedreigen en niet onder controle te krijgen. In plaats van meer woningen te bouwen, zoals beloofd, komen er steeds minder en bij uitblijven van een oplossing voor de stikstofcrisis, verdwijnen er steeds meer infraprojecten in de ijskast. Ondanks die tegenwind lijkt de infrasector aardig overeind te blijven; tenminste dat blijkt uit de recente rapportage ‘Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2024’ die het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) begin dit jaar publiceerde.

Het EIB constateert dat na twee jaar van krimp de GWW-productie in 2023 met 3,5 procent is gegroeid. Nieuwbouw en herstel van infrastructuur nam met 4 procent toe en het onderhoud met 3 procent. De productiegroei komt voor een groot deel voor rekening van de netwerkbedrijven die in het kader van de energietransitie hun investeringen in uitbreiding van de energie-infrastructuur verder hebben verhoogd. Inclusief de investeringen van andere bedrijven in vervoer, havens en industrie is de GWW-productie in opdracht

van bedrijven in 2023 zelfs met ongeveer 7,5 procent toegenomen. In datzelfde jaar investeerde het Rijk 2 procent meer; en ook de gemeentelijke investeringen en de waterschappen lieten na een aantal ongunstige jaren weer groei zien. De totale GWW-productie bereikt daarmee in 2028 een niveau van bijna € 23,5 miljard, zo verwacht het EIB.

Ook ING ziet voor 2024 een positieve trend. De bank meldde in december 2023 dat de orderboeken voor dit jaar beter zijn gevuld dan in 2023. In oktober 2023 lag

14 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK Arbeidsmarkt

Ontwikkeling orderboeken t/m oktober 2023 (Bron EIB/ING Research)

Ontwikkeling [roductievolume infrasector (Bron CBS/ING Research)

EIB: Woningbouw in de min

er voor 8,6 maanden werk in het verschiet, tegenover 7,6 maanden in dezelfde maand een jaar daarvoor. Er was vooral een stijging van de werkvoorraad van grond- en waterbouwers. Ze zagen in deze periode de werkvoorraad oplopen van 9,3 maanden naar 10,5 maand. ING verwacht vooral een toename van de orders bij buizen- en kabelleggers. Dat komt door de aanleg van glasvezelinternet en verzwaring van het elektriciteitsnet. Deze deelsector laat de laatste vijf jaar een gemiddelde omzetgroei zien van ongeveer 10 procent per jaar.

Stikstof

Dat was het ‘goede’ nieuws. Minder positief is dat het EIB voor dit jaar toch een terugval verwacht van om en nabij één procent. Dat heeft voor een goed deel te maken met de stikstofproblematiek. Het uitblijven van een oplossing voor het stikstofprobleem zorgt voor steeds meer zand in de motor van de Nederlandse infra. De broodnodige bouw van woningen stagneert daardoor; en ondanks dat in de GWW steeds meer wordt gedaan aan emissieloos bouwen, worden wegenbouwprojecten vertraagd of zelfs helemaal stilgelegd.

Zo besloot demissionaire minister Mark Harbers van Infrastructuur en Rijkswaterstaat halverwege 2023 veertien wegenbouwprojecten stil te leggen, waaronder verbredingen van de A58 en A27. Een deel van de vier miljard euro, die eerder is uitgetrokken voor de projecten, gaat naar onderhoudswerkzaamheden. Daar zijn minder vaak stikstofvergunningen voor nodig. Volgens Harbers is het efficiënter om in onderhoud te investeren nu de aangescherpte stikstofregels het moeilijker maken om projecten voor de aanleg van infrastructuur van de grond te krijgen.

In totaal werden er zeventien projecten ‘on hold’ gezet:

Over de hele linie staat de bouwsector voor een moeizame periode. De GWW lijkt minder in die malaise te delen, maar de woningbouw wordt hard getroffen. Volgens de nieuwste studie van het Economisch Instituut Bouw (EIB) zakt in 2024 de bouwproductie met 3,5 procent. De woning- en utiliteitsbouwproductie daalt met 4 procent, maar de grootste klap zal zich bij de productie van nieuwe woningen voordoen: -11 procent. Dat leidt in 2024 en 2025 tot zo’n 12.000 banen minder. Voor de middellange termijn is het EIB minder somber.

De dip in de woningbouwproductie is moeilijk of niet te rijmen met de grote woningnood. Die lijkt voorlopig voort te duren, gegeven een daling van het aantal afgegeven bouwvergunningen in 2022 en 2023 en de oplopende doorlooptijden van woningnieuwbouwprojecten.

De verwachting is dat de oplevering van woningen in 2024 zal zakken naar 60.000 woningen. Wat het EIB betreft is er maar één effectieve manier om de woningbouw echt vooruit te helpen: een stevige verandering in de ruimtelijke ordening met (ook) wat vaker (nieuw)bouwen langs randen van dorpen en steden. 2025 is wat EIB betreft een overgangsjaar met een bescheiden productiegroei, waarbij de woningnieuwbouw de belangrijkste groeisector zal zijn.

Van 2026 tot en met 2028 noemt het EIB de vooruitzichten gunstiger. Dan kan de productie met 2,5 procent per jaar groeien en is deze goed verspreid over woningbouw, utiliteitsbouw en infra. De vergunningverlening voor woningen kan dan ook weer aantrekken tot zo’n 75.000 per jaar.

Overigens hebben de vier coalitiepartijen in het regeerakkoord afgesproken om 100.000 woningen per jaar te bouwen.

15 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK

Het EIB constateert dat na twee jaar van krimp de GWW-productie in 2023 met 3,5 procent is gegroeid. Nieuwbouw en herstel van infrastructuur nam met 4 procent toe en het onderhoud met 3 procent. De productiegroei komt voor een groot deel voor rekening van de netwerkbedrijven die in het kader van de energietransitie hun investeringen in uitbreiding van de energieinfrastructuur verder hebben verhoogd

waaronder A9 Rottepolderplein, de A58 tussen Breda en Tilburg, de A27 tussen Zeewolde en Eemnes en de A15 tussen Papendrecht en Gorinchem. Tijdens Prinsjesdag werd bovendien bekend dat de reservering voor doortrekking van de Noord-Zuidlijn naar Schiphol, voorlopig voor een groot deel wordt geschrapt.

Spanning op arbeidsmarkt blijft Stikstof is niet het enige probleem dat de GWW in de wielen rijdt. Hoewel het EIB constateert dat sinds

eind 2022 de eerste voorzichtige tekenen van afkoeling van de bouwarbeidsmarkt zichtbaar zijn; lijkt dat vooral te gelden voor de B&U (Burgelijke en Utiliteisbouw). Sinds het tweede kwartaal van 2020 was daar sprake van een sterke toename van de vacaturegraad, die in het tweede kwartaal van 2022 opliep tot 81 vacatures per duizend banen van werknemers. De vacaturegraad was op dat moment ruim 35 procent hoger dan op het eerdere hoogtepunt in 2019. In het derde kwartaal van 2023 stonden er per duizend werknemers 75 vacatures open.

Dalende studentenaantallen

Ook uit de resultaten van de maandelijkse conjunctuurenquête van het EIB onder hoofdaannemers in de bouw is er een verruiming van de bouwarbeidsmarkt te zien. In de eerste drie kwartalen van 2023 geeft slechts 10 procent van de bedrijven aan stagnatie te ondervinden door personeelsvoorziening. Dat is een halvering ten opzichte van het jaar ervoor. Een opmerkelijke verandering is volgens het EIB dat de stagnatie door personeelsvoorziening historisch gezien in de B&U bijna altijd groter is dan in de GWW. In de tweede helft van 2023 lijkt dit beeld om te keren, constateert het EIB.

En daar zit een probleem. Ondanks dat de spanning in de arbeidsmarkt als geheel een beetje afneemt, is dat in de civieltechnische sector nog maar de vraag. Volgens een artikel in Cobouw (26 juli) lijken HBO-studenten namelijk vaker te kiezen voor de bouw, maar

16 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Ontwikkeling GWW-productie deelmarkten 2022 - 2028 (Bron: EIB)

Ontwikkeling vacaturegraad bouwnijverheid per kwartaal 2018 - 2023 (Bron: EIB)

niet voor de infra: daar daalt het aantal studenten juist snel. Cobouw signaleert dat het aantal bouwkundestudenten groeide van 4.247 (2018) naar 5.939 (2022). Na bouwkunde is built environment de populairste opleiding, gevolgd door civiele techniek. De opleidingen civiele techniek zien het aantal studenten echter

Stikstof

Stikstof uitstoot per Nederland (Cijfers RIVM 2029). De Bouwsector (niet in diagram meenegomen) is verantwoordelijk voor slechts 0,6 procent van de stikstofuitstoot

teruglopen: het aantal kromp de afgelopen jaren van 2.200 (2018) naar 1.745 (2022).

Een vergelijkbare trend is volgens Cobouw bij universiteiten te zien. Ook hier stijgt het aantal bouwkundestudenten, maar daalt het aantal studenten civiele techniek in rap tempo: van 1.668 in 2018 naar 1.157 in 2022. De zelfde trend valt waar te nemen bij de

In Nederland wordt de bodem en lucht sterk belast door reactieve stikstofverbindingen, vooral ammoniak en stikstofoxiden. Die emissies leiden tot milieu- en gezondheidsschade en om die reden is er een Europese Natuurbeschermingswet, waarin die emissies aan banden worden gelegd.

Het dichtbevolkte en verstedelijkte Nederland, met een intensieve agrarische sector, heeft de grootst mogelijke moeite om aan de normen van die wet te voldoen.

Daarom startte de overheid in 2015 het Programma Aanpak Stikstof (PAS) met twee doelen: emissies beperken en schade herstellen. Vooruitlopend op de verwachte, toekomstige positieve gevolgen van het PAS, gaf de overheid alvast toestemming voor activiteiten die mogelijk schadelijk zijn. Maatregelen om de stikstofuitstoot terug te dringen bleven echter vrijwel uit. In 2019 verklaarde de Raad van State de PAS-aanpak van de overheid ongeldig. Het PAS mocht niet meer gebruikt worden voor het verlenen van stikstofvergunningen in de buurt van Natura 2000-gebieden1

Onmiddellijk kwamen allerlei bouwprojecten stil te liggen. ABN AMRO becijferde destijds dat de stikstofuitspraak de infrasector € 9 miljard kostte.

In 2020 presenteerde het kabinet het wetsvoorstel ‘Stikstofreductie en natuurverbetering’, met ruimte voor economische activiteiten. Vanaf juli 2021 konden bouwprojecten daardoor weer doorgaan zonder stikstoftoetsing, op grond van de zogenaamde Bouwvrijstelling. Maar in 2021 verwees de Raad van State de Bouwvrijstelling naar de prullenbak niet voldoet aan het Europese natuurbeschermingsrecht. Het gevolg was dat de overheid duizenden bouwprojecten stillegde en infraprojecten schrapte. Overigens is de bouwsector verantwoordelijk is voor slechts 0,6 procent van de stikstofuitstoot.

Brancheorganisatie Bouwend Nederland constateert intussen dat het kabinet op het stikstofdossier met tijdelijke oplossingen komt die niet de hele sector helpen. ‘Het kabinet schuift de beslissingen die nodig en onvermijdelijk zijn om het stikstofprobleem op te lossen voor zich uit,’ schrijft de organisatie op haar website.

De centrale problematiek in de aanpak van de stikstofcrisis is volgens Bouwend Nederland dat sinds de uitspraak van de Raad van State in 2019 nauwelijks sprake is geweest van een daadwerkelijke daling van de stikstofdepositie op kwetsbare Natura2000-gebieden. Feit is ook dat de bouwsector het kleinste aandeel heeft in het veroorzaken van stikstofdepositie, maar wel voor elk van de tienduizenden projecten die ze jaarlijks uitvoert moet aantonen dat de activiteiten geen verslechterend effect hebben op de natuur. Door uitstel en krimp in de bouwproductie kan niet worden voorzien in de maatschappelijke behoefte aan voldoende betaalbare woningen en een veilig en bereikbaar Nederland.

www.bouwendnederland.nl/actueel/onderwerpen-a-z/stikstof

1 Natura 2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden op het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. Dit netwerk is de basis van het beleid van de EU voor behoud en herstel van biodiversiteit.

17 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK

opleiding universitaire studies civil engineering: hier daalde het aantal studenten van 1.356 (2018) naar 1.129 (2022).

Keuzes maken

Het gebrek aan civiel technici begint inmiddels dusdanig de schuren dat het ook in aanbestedingen een rol gaat spelen. Exemplarisch voorbeeld is de renovatie van de Van Brienenoordbrug waarvoor twee jaar geleden de aanbesteding voor renovatie werd gestart. Het project zou begin dit jaar worden gegund. In de loop van de aanbesteding, waarvoor zich één partij heeft aangemeld, werd duidelijk dat de huidige aanpak grote risico’s met zich meebrengt en er een prijs aan

Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2024

Na jaren van groei krimpt de bouwproductie dit jaar met 3,5 procent. Vooral de nieuwbouw van woningen en utiliteitsgebouwen loopt fors terug. 2025 is een overgangsjaar met een bescheiden productiegroei. De werkgelegenheid in de bouw neemt in twee jaar tijd met 12.000 voltijdbanen af en ook de arbeidsproductiviteit valt terug. Op middellange termijn zijn de vooruitzichten met een gemiddelde productiegroei van 2,5 procent per jaar gunstiger. De groei is dan breed gespreid over de woningbouw, utiliteitsbouw en de grond-, wateren wegenbouw. Ook op middellange termijn blijft verduurzaming in alle sectoren voor extra groei zorgen. De werkgelegenheid trekt dan weer aan, maar dit leidt naar verwachting niet tot oplopende spanning op de bouwarbeidsmarkt.

Het rapport kost 25 euro en is te bestellen bij www.eib/publicaties.

vastzit die voor het Rijk niet te bekostigen is. Rijkswaterstaat kondigde aan een nieuwe aanbesteding in een andere vorm voor te bereiden. Volgens Rijkswaterstaat waren daarvoor twee redenen: de gestegen kosten in de bouw en de risico’s waarmee grote infrastructuurprojecten gepaard gaan. Aannemers zijn daardoor steeds terughoudender in het nemen van risico’s of dat zij hoge kosten in rekening brengen om deze risico’s af te dekken. Daarnaast maakt de krapte op de huidige arbeidsmarkt dat bedrijven keuzes moeten maken waar zij hun schaarse capaciteit inzetten. Zij schrijven dan bij voorkeur in op projecten met minder hoge risico’s. Daardoor is er minder concurrentie voor grote complexe projecten.

18 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Van Brienenoordbrug (Foto: Rijkswaterstaat)

‘Geen idee’

Het gebrek aan arbeidskrachten en met name civieltechnici is natuurlijk de branche niet ontgaan. Vera van Rossem, beleidsadviseur onderwijs en arbeidsmarkt bij Bouwend Nederland, noemde het in Cobouw in juni een ‘zorgelijke’ ontwikkeling. Eerder had Bouwend Nederland samen met veertien hogescholen onderzocht waar dat aan zou kunnen liggen. Daaruit kwam naar voren dat het woord ‘civiel’ ongelooflijk onbekend is bij jongeren. Ze hebben volgens Van Rossum geen idee wat het is. En onbekend maakt onbemind. Inmiddels hebben de betrokken partijen de handen ineen geslagen om het vakgebied civiele techniek beter op de kaart te zetten. Op 16 oktober is daarom de campagne Civiele Helden gestart een initiatief van

‘Water en bodem sturend’. Nieuwe bouwcrisis in de maak?

een aantal hogescholen, Bouwend Nederland en KIVI. (www.bouwendnederland.nl/actueel/nieuws/35978/ studie-civiele-techniek-krijgt-meer-aandacht-metnieuwe-campagne)

Volgens de betrokken partijen is zo’n campagne hard nodig, want ons land heeft dringend meer civieltechnische ingenieurs nodig. De sector staat de komende decennia voor de enorme opgave om onze infrastructuur toekomstbestendig en ons land veilig, leefbaar en bereikbaar te houden, schrijft campagne Civiele Helden op haar website. De focus van de campagne ligt op leerlingen in het voortgezet onderwijs en studenten in het MBO.

De samenwerkende HBO-opleidingen zullen onder andere voorlichtingen in het voortgezet onderwijs verzorgen, met lesmateriaal en met de video Civiele Helden. De website studeercivieletechniek.nl vormt de backbone van de campagne en bevat voor leraren en leerlingen informatie over het vakgebied, studieinformatie en aanvullende informatie voor docenten en bedrijven.

Civiele Helden is een initiatief van het Domein Built Environment. In het bijzonder zijn betrokken: Avans Hogeschool, de Haagse Hogeschool, HAN University of Applied Sciences, Hogeschool Inholland, Hogeschool Rotterdam, Hogeschool Saxion, Hogeschool Windesheim, HZ University of Applied Sciences en NHL Stenden Hogeschool. De campagne wordt mede mogelijk gemaakt door Bouwend Nederland. Ook KIVI is betrokken geweest bij de ontwikkeling van de campagne.

Bronnen: ‘Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid die het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB), januari 2024; Cobouw, ‘Hbo-student kiest vaker voor de bouw, maar niet voor de infra’ 27 juli 2023, ING: ‘Infrasector: Lichte groei verwacht in 2024’, 29 december 2023; Bouwend Nederland; Rijkswaterstaat; Rabobank; Civiele Techniek 2023 nummer 3; ‘Bodem en water sturend voor de bouw’, 23 november 2023.

Sinds 2022 gebruikt het kabinet de term ‘bodem en water sturend’ als het gaat om de ruimtelijke inrichting van ons land. Uitgangspunt is het realiseren van een veilige leefomgeving met een gezonde bodem en genoeg schoon water. Dit initiatief van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W) is in november 2022 vastgesteld door het kabinet en ook omarmd door de minister voor Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting. Volgens een analyse van de Rabobank kan dit uitganspunt ingrijpende invloed hebben op de bouwsector. Zo komen er afspraken om de bodem minder te bedekken. Daarnaast wordt het grondwaterpeil op veel plekken verhoogd. Het kabinet is heel kritisch geworden op het bouwen op plekken die in de toekomst nodig zijn voor waterberging en -afvoer, zoals diepe polders en uiterwaarden. Bij het zoeken naar bouwlocaties voor de 900.000 woningen die er volgens de Nationale Woon- en Bouwagenda tot 2030 bij moeten komen, lijken bodem en water niet altijd het leidende principe te zijn geweest. Vanuit Europa is 2027 een belangrijk meetmoment voor de Europese Kaderrichtlijn water (KRW). Het doel van deze wet is het verbeteren van de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater in Europa. Deze richtlijn bestaat al sinds 2000 en is in de Nederlandse Waterwet is opgenomen. Daarnaast zijn er ook allerlei maatregelen genomen om aan de normen te gaan voldoen. Achterop komen bij de doelstelling van de KWR kan grote gevolgen hebben voor bouwactiviteiten in ons land. De analyse van de Rabobank zegt dat het gevaar dreigt dat als het water in 2027 ergens nog steeds niet schoon genoeg is, er niet op die locaties gebouwd mag worden, wat juridische problemen kan veroorzaken, vergelijkbaar met de stikstofproblematiek. Volgens onderzoek van ingenieursbureau Witteveen+Bos kan dit in het slechtste geval een kwart tot een derde van de totale bouwproductie raken. Op die locaties mag dan geen omgevings(bouw)vergunning worden afgegeven.

Bron: ‘Bodem en water sturend voor de bouw’, Rabobank 23 november 2023

19 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Video Campagne Civiele Helden

Rural Roadwater Rescue

Europese samenwerking voor multifunctionele en klimaatbestendige wegen

Wateroverlast overheerste de afgelopen jaarwisseling het nieuws. Een samenloop van omstandigheden - hevige regenval, storm, hoge stand van rivieren en zee - zorgden voor een met water verzadigd Nederland. Een groot contrast met de zomers, die sinds 2017 allen gekenmerkt worden door droogte, met uitzondering van 2022. Droogte die kan leiden tot een nijpend watertekort. In de zomer van 2021 vond juist hevige regenval plaats die tot grote schade leidde in Limburg. De verwachting is dat periodes van droogte en wateroverlast in de toekomst vaker en heviger zullen voorkomen.

20 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK Innovatie
(Foto: Rijkswaterstaat)

Bij de aanleg van het wegennet speelde klimaatverandering nog geen rol. Weggespoelde wegen na hevige regenval, maar ook schade door droogte onderstrepen het belang van het klimaatbestendig maken van de

weginfrastructuur. Rijkswaterstaat heeft daarom het initiatief genomen voor een Europese studie naar klimaatbestendig ontwerpen, inrichten en beheren van wegen waarbij zoveel mogelijk wordt tegemoet gekomen aan de zorgen en wensen van de nabije omgeving. Het initiatief met als titel ‘Rural Roadwater Rescue’ wordt ondersteund door het EU-programma Interreg Northwest-Europe. Interreg Northwest-Europe beoogt een groene, slimme en rechtvaardige transitie met als doel evenwichtige ontwikkeling en veerkrachtige regio’s.

Rural Roadwater Rescue

In het project Rural Roadwater Rescue komen wegenen waterautoriteiten, kennisinstituten, milieu- en bewonersorganisaties uit België, Frankrijk, Duitsland en Nederland bijeen om kennis en ervaring uit te wisselen met het omgaan met overvloedig water op wegen. Alle kennis rondom de opvang van water, het geleiden ervan, zuivering, opslag en lokale distributie is daarbij zeer welkom, ongeacht de afkomst. De partners in deze samenwerking zien vergaarde kennis niet als eindstation maar als fundament voor de volgende stap; het ontwerpen en opzetten van zogenaamde ‘Climate Adaptive Waterhubs’. Climate adaptive waterhubs zijn plekken waar de waterproblematiek als gevolg van klimaatverandering gezamenlijk wordt aangepakt. Daartoe worden in samenhang infrastructurele, landschappelijke en sociale maatregelen getroffen met, voor en door de lokale gemeenschap.

Om te komen tot climate adaptive waterhubs zijn opeenvolgende technologische stappen nodig. Deze stappen zijn weergegeven in afbeelding 1. De partners brengen kennis en ervaring met een of meerdere stappen in Rural Roadwater Rescue. Het gaat bijvoorbeeld om ervaring met de inrichting en beheer van waterbassins, waar Frankrijk veel ervaring mee heeft.

21 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Afbeelding 1: Technologische stappen om te komen tot climate adaptive waterhubs Het water van de snelweg wordt op drie dieptes gemeten (Foto: Rijkswaterstaat/InnovA58) Goot langs de A58 waar het regenwater wordt verzameld naar de meetput wordt geleid (Foto: Rijkswaterstaat/InnovA58)

Of het monitoren van de kwaliteit van snelwegwater en experimenten om deze te zuiveren, waar in Vlaanderen veel aandacht voor is. Er wordt bijvoorbeeld ook nagedacht over digitale instrumenten om lokaal aanbod en vraag naar water te verenigingen.

Naast de Europese samenwerking in Rural Roadwater Rescue is Rijkswaterstaat gestart met het verkennen van de mogelijkheden voor een climate adaptive waterhub langs de A58 bij verzorgingsplaats Kloosters. Daarbij gaat het niet alleen om de voornoemde technologische stappen, maar ook om het verbinden van instituten met de lokale gemeenschap. De verkenning is nu gestart omdat hier een uitgelezen kans ligt om aan te sluiten bij InnovA58, een open luchtlaboratorium van Rijkswaterstaat, kennisinstellingen en bedrijfsleven voor duurzame innovaties in de wegenbouw.

InnovA58

Langs de A58 tussen Eindhoven en Oirschot ligt verzorgingsplaats Kloosters. Een plaats waar je even de snelweg kunt verlaten voor een moment van rust, om te tanken of de mondvoorraad aan te vullen. Maar op Kloosters gebeurt meer. Op een zogenaamde innovatiestrook van 1400 m lengte voert Rijkswaterstaat samen met kennisinstellingen en aannemers sinds 2021 tal van experimenten uit om CO2-neutrale en circulaire alternatieven te vinden voor huidige snelwegvoorzieningen. Er worden onder andere nieuwe materialen getest voor verkeersborden, wegmarkeringen, lichtmasten en geluidsschermen. Ook wor-

den alternatieven voor asfalt onderzocht en nieuwe funderingen onder het asfalt, bijvoorbeeld geschikt om water op te slaan. En er wordt gezocht naar een nieuwe inrichting van de verzorgingsplaats om beter te voldoen aan de wensen van weggebruiker en omwonende. Al deze experimenten vormen samen het zogeheten ‘Living lab’ van het project InnovA58. December 2023 is hier een weerstation en meetput in gebruik genomen om de komende jaren te meten hoeveel regenwater van het ZOAB wordt afgevoerd en hoeveel ervan verdampt. Hiervoor is een deel van de goot langs de snelweg met cement afgedamd om ervoor te zorgen dat afstromend water in de meetput terechtkomt en niet in de sloot. In de put wordt op drie niveaus het debiet gemeten, het volume water dat per tijdseenheid wordt afgevoerd. Dit meerjarige meetprogramma geeft naar verwachting een schat aan informatie over de beschikbaarheid van water in verschillende periodes van het jaar en daarmee voor de potentie van een climate adaptive waterhub alhier. Die kennis wordt ingebracht in Rural Roadwater Rescue.

Waterhub Kloosters

De huidige experimenten in InnovA58 hebben de warme belangstelling gewekt van de Europese partners in Rural Roadwater Rescue die voorjaar 2023 Kloosters bezochten voorafgaand aan de Europese toekenning. Het ligt volgens hen voor de hand dat de Nederlandse partners nu al de eerste stappen zetten naar ontwerpen en zo mogelijk realiseren van een climate adaptive waterhub. En de Europese partners kunnen

22 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Innovatiestrook A58 Kloosters; hier worden tal van experimenten uitgevoerd gericht op een duurzame ontwikkeling van de wegenbouw (foto: Rijkswaterstaat/InnovA58)

December 2023; een ondergronds buizenstelsel wordt aangebracht voor het meten van het regenwater dat van de A58 afstroomt (Foto: Rijkswaterstaat/InnovA58)

Het instrument waarmee het debiet wordt gemeten. Er worden ook monsters genomen om de waterkwaliteit te onderzoeken (Foto; Rijkswaterstaat/InnovA58)

ervan profiteren. Voor de verkenning naar een climate adaptive waterhub bij de A58 Kloosters is Rijkswaterstaat eind 2023 de samenwerking aangegaan met de Rijksuniversiteit Groningen, Design Academy Eindhoven en Coöperatie Kloostersland. Gezamenlijk zoeken zij naar mogelijkheden voor het opvangen, geleiden, zuiveren, opslaan en distribueren van ‘snelwegwater’ nabij Kloosters uitgaande van lokale kennis en wensen. In de huidige praktijk wordt water veelal zo snel mogelijk weggeleid, ook in gebieden waar door droogte veel behoefte aan water is. De vraag is of de snelweg en naaste omgeving zo kan worden ingericht en beheerd dat het wegwater een bijdrage kan leveren aan de waterbehoefte in de nabije omgeving in tijden van droogte.

Planologie van de Rijksuniversiteit Groningen brengt de (on)mogelijkheden die instanties in de omgeving van Kloosters bieden voor samenwerking met de lokale gemeenschap in kaart en verkent hoe eventuele barrières daarin te slechten. Coöperatie Kloostersland is geworteld in die lokale gemeenschap en daarom de uitgelezen partij om lokale uitdagingen, behoeften, kennis en oplossingen in beeld te brengen. De Design Academy Eindhoven ten slotte ontwerpt de aanpak tot samenwerking van de instanties met de lokale gemeenschap en voert deze uit. Gedrieën dragen zij alle ingrediënten aan om te komen tot een lokaal gedragen waterhub.

Aanvullend onderzoekt het waterinstituut Deltares de kwantitatieve bijdrage van het wegwater in de totale waterbalans van de omgeving.

Stappen tot een strategie

De resultaten van alle onderzoeken die in samenwerking met InnovA58 plaatsvinden worden ingebracht in Rural Roadwater Rescue. Afbeelding 2 geeft de samenhang weer. Hier zijn de stappen in de tijd weergegeven in dit Europese samenwerkingsproject. De afbeelding toont ook hoe Rural Roadwater Rescue tot haar strategie komt voor het realiseren van climate adaptive waterhubs. De eerste stap is het verzamelen van technische en juridische kennis en ervaring als fundament voor het identificeren van oplossingen en het in beeld brengen van behoeften en wensen van lokale gemeenschappen in stap 2. In ruim een jaar moet de strategie er liggen en breekt het moment aan om de kennis en ervaring breed te verspreiden. De partners hopen de samenwerking na Rural Roadwater Rescue voort te zetten in het daadwerkelijk realiseren van climate adaptive waterhubs in Noordwest-Europa.

Hans Brouwer, Stan Kerkhofs, Boris Baetings (Rijkswaterstaat) en Jacco Kwaaitaal (Coöperatie Kloostersland)

Afbeelding 2: De stappen die het EU samenwerkingsproject Rural Roadwater Rescue doorloopt om te komen tot een strategie voor climate adaptive waterhubs. Hier wordt kennis ingebracht uit onderzoeken die in samenwerking met InnovA58 worden uitgevoerd onder de noemer GO-CAWH Rural Roadwater Rescue

23 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK

Windplanblauw: Unieke kofferdam­constructie en natuurbescherming

Op de grens van land en water in het IJsselmeer zijn 28 verouderde windturbines vervangen door 24 moderne en krachtige turbines. De windturbines maken deel uit van het project Windplanblauw, dat in totaal 61 nieuwe turbines bevat. Er waren bij dit project zowel op technisch gebied als wat betreft de bescherming van de natuur (in een Natura 2000-gebied) een aantal uitdagingen. Dit resulteerde in innovatieve constructies en maatregelen.

De nieuwe buitendijkse windturbines maken deel uit van een initiatief van SwifterwinT en Vattenfall: een windpark in de gemeenten Dronten en Lelystad, waarbij 74 verouderde windturbines worden vervangen door 61 moderne turbines met meer vermogen.

Het gaat hierbij om 37 turbines op land en 24 turbines in het IJsselmeer. In totaal heeft het windpark straks een opgesteld vermogen van ruim 335 MW. De 24 turbinefundaties in het IJsselmeer zijn door Ballast Nedam ontworpen en gerealiseerd, waarbij Mammoet

24 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK Innovatie
Montage van de geprefabriceerde wapeningskorven en ankerkooi

medeverantwoordelijk is voor het transport en de installatie van de GE turbines. Door de groene energie die de windturbines produceren, levert dit project een substantiële bijdrage aan het Energieakkoord in de provincie Flevoland.

Nearshore

Het projectgedeelte van Windplanblauw dat in het IJsselmeer plaatsvindt ligt op de grens van onshore (land) en offshore (zee), 100 tot 500 meter van de oevers van het IJsselmeer. Deze locatie wordt nearshore genoemd. De specifieke bodem van een nearshoregebied zorgt voor uitdagingen. Daarnaast is het water ook relatief ondiep. In combinatie met de beperkte breedte van schepen die op het IJsselmeer kunnen komen vanwege de sluizen, heeft dat ertoe geleid dat de fundaties vooral met kleine werkschepen en pontons stukje bij beetje gebouwd moesten worden. Als gevolg van de leveringsbeschikbaarheid van de turbines is voor dit project een oplossing bedacht voor de plaatsing van landturbines op water. De bovenbouw van de fundatieoplossing, die normaal op het land wordt toegepast, is gecombineerd met de onderbouw van een maritieme oplossing. Dit zorgt voor een unieke kofferdamconstructie die de basis vormt voor de turbinefundaties.

Landconstructies in het water

Omdat een deel van deze fundaties op water werd geplaatst in plaats van op land, was er een nieuwe aanpak nodig. Voor het toepassen van landturbines moet de fundatie volgens de opgave van de turbineleverancier een minimale stijfheid hebben van 400 MN/m om ontoelaatbare resonantie te voorkomen. Het IJsselmeer kenmerkt zich door een waterdiepte van ongeveer vijf meter en een zeer slappe veen- en kleibodem van ook zo’n vijf meter dik. Om voldoende stijfheid te kunnen realiseren, is een cirkelvormige combiwand bedacht: een constructie van open stalen

25 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Doorsnede fundatie Fundering met turbine base ring (TBR)

buispalen met een damwand, met daarbinnen een stuk zandvulling en soms ook een stuk grondverbetering. Aanvullend zijn ook de slappe lagen uit de stalen buispalen verwijderd en vervangen door een betonvulling.

De stalen buispalen zijn aan de bovenzijde over twee meter in de betonnen plaatfundering van 2,5 meter dik gestort voor extra stijfheid uit de portaalwerking. Voor het berekenen van de totale stijfheid is gebruikgemaakt van het programma PLAXIS 3D. Hierbij is rekening gehouden met diverse tijdsafhankelijke effecten zoals de zetting, en voor landturbines ongebruikelijke belastingen zoals golfbelasting, ijsbelas-

ting, aanvaarbelasting en ontgronding door stroming. Naast PLAXIS 3D zijn ook rekenmodellen gemaakt in SCIA Engineer en DIANA voor het bepalen van de wapening. De civiele modellen zijn ook gebruikt voor het verifiëren van uitkomsten uit PLAXIS 3D. Deze combinatie van slimme ontwerpwerkzaamheden leidden tot kleine kunstmatig gemaakte eilandjes met een voldoende stijfheid voor het toepassen van een landturbine op het water.

De eerste stap in de uitvoer was het plaatsen van de 22 buispalen van de constructie, met behulp van hulppalen en een heiframe. Op deze wijze kon de cilindervorm gewaarborgd worden. Toen de palen stonden,

26 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
PLAXIS 3D-rekenmodel Prefab taartpunten als verloren bekisting

zijn de damwanden ertussen geplaatst. De buispalen zijn er vooral voor de sterkte, de damwanden voor de grondkering van de zandvulling. Vervolgens is de waterstand aan de binnenzijde verlaagd, waardoor er op de waterlijn een gording kon worden aangebracht. Die gording voorkomt dat de wand bol gaat staan en omvalt. Hiermee was er voldoende sterkte gecreëerd, waarna de binnenzijde van de kofferdam uitgegraven kon worden. Vervolgens zijn de mantelbuizen, ook wel J-Tubes, voor de stroomkabel aangebracht door enkele damwanden te vervangen voor damwanden met een sparing. Hierna kon zand worden aangebracht, waarna een eilandje is ontstaan waarop de fundatie van de windmolen verder kon worden gebouwd. De bereikbaarheid op het water is lastig. In het ontwerp is hiermee rekening gehouden door zoveel mogelijk activiteiten op de wal uit te voeren. Er zijn bijvoorbeeld prefab taartpunten ingezet als verloren bekisting en een groot deel van de wapening is geprefabriceerd.

Bouwen in een Natura 2000-gebied

De Nederlandse overheid heeft in 2022 besloten om tegen 2030 ongeveer 21 GW aan offshore windenergie te realiseren. Offshore wind is een van de drijvende krachten achter de energietransitie die Nederland nastreeft. Tegen 2050 zal nearshore en offshore windenergie een substantiële energiebron zijn om de CO2-uitstoot van de Nederlandse economie naar het nulpunt te brengen.

Tijdens de uitvoering van het project Windplanblauw draait alles om het minimaliseren van schade aan het milieu tijdens zowel de bouw als de operationele fase. Duurzaamheid en behoud van de natuur is daarom een belangrijk aspect in dit project. Ook omdat de windturbines staan in een Natura 2000-gebied. Dieren, planten en hun natuurlijke leefomgeving worden hier beschermd om de biodiversiteit te behouden. Het Natura 2000-netwerk bestaat uit gebieden die zijn aangewezen onder de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn. Beide richtlijnen zijn belangrijke instrumenten om de Europese biodiversiteit te beschermen. Alle gebieden

zijn geselecteerd op grond van het voorkomen van soorten en habitattypen die vanuit Europees oogpunt bescherming nodig hebben.

Ecologische maatregelen

Een van de meest opvallende maatregelen is de plaatsing van zo’n 200 rifballen op de bodem van het IJsselmeer, die ervoor zorgen dat organismen niet weggejaagd worden door de nieuwe bebouwing in hun leefgebied. De ballen zijn gemaakt van PHneutraal en milieuvriendelijk beton. Een rifbal heeft de structuur van een stuk koraal, en is gemaakt om natuurlijk koraalrif na te bootsen waar organismen zich kunnen verschuilen en nestelen. Deze organismen zijn voer voor vissen, die weer worden gegeten door vogels. Zo dragen de rifballen bij aan het behoud van de natuurlijke voedselketen in dit gebied. Wanneer er wordt gebouwd in een Natura 2000-gebied, komt het erop neer dat de verharde elementen die je in het gebied plaatst gecompenseerd moeten worden. En fauna en omgeving moeten worden beschermd. Naast het beschermen van organismen, werd ook aan de vogels in de omgeving gedacht. Zij werden beschermd door roosters die werden geplaatst op de open uiteinden van de heipalen, om te voorkomen dat vogels daarin vast kwamen te zitten. Andere speciale ecologische maatregelen waren onder andere het aanbrengen van opstaande randen op de pontons om te voorkomen dat eventuele vloeibare vervuiling het meer in zou stromen, het gebruik van biologisch afbreekbare olie en een speciaal verlichtingsplan, waarbij de bouwlampen alleen op het werk schenen om zo lichtvervuiling te minimaliseren.

Windplanblauw bracht dus uitdagingen met zich mee. Zowel op technisch gebied als wat betreft de bescherming van de natuur in de omgeving. Ondanks deze uitdagingen zijn de parkbekabeling en de bouw van de fundaties opgeleverd. De laatste turbines worden binnenkort geplaatst, aangesloten en getest.

Roy Hopmans en Rogier van Vught, Ballast Nedam

Iedereen verdient goede zorg
Amref Flying Doctors traint zorgverleners in Afrika. Ga naar amref.nl/zorgverleners of scan de QR-code.
27 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK

Afstudeeronderzoek treinbeveiligingssysteem

Extra treinen mogelijk rond Amsterdam Centraal door spoorbeveiligingssyteem ERTMS

Na een planfase van meer dan tien jaar is de uitvoering gestart van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) Amsterdam Centraal. Om de capaciteit van het station te vergroten, wordt de spoorinfra aangepast, het station wordt verbouwd en tegelijkertijd worden de vijf bruggen bij de Oostertoegang vervangen, die aan het einde van hun technische levensduur zijn. Thijs van Loon, student Built Environment (met specialisatie Mobiliteit) aan de Breda University of Applied Sciences onderzocht tijdens zijn afstudeerstage bij Movares Nederland wat de impact zou zijn wanneer het nieuwe Europese spoorbeveiligingssysteem ERTMS wordt toegepast in het scopegebied van PHS Amsterdam Centraal.

In opdracht van ProRail is Movares al sinds 2015 betrokken bij het ontwerpen (en voorbereiden) van de capaciteitsvergroting op de sporen rondom Amsterdam Centraal, zodat er in de toekomst meer treinverkeer mogelijk is. De verwachting is dat het aantal reizigers op Amsterdam Centraal zal stijgen van 200.000 naar 275.000 per dag in 2030. Er is meer ruimte nodig voor reizigers en voor treinen. Hiervoor wordt de stations- en sporeninfra aangepast, zodat er op/van/naar Amsterdam Centraal meer treinen sneller en dichter op elkaar kunnen rijden.

Verandering in spoorbeveiliging

Een wijziging in de lay-out van de sporen brengt automatisch ook een verandering in de spoorbeveiliging met zich mee. Spoorbeveiliging kan op verschillende manieren worden geïnterpreteerd. In dit geval gaat het over de spoorbeveiliging die ervoor zorgt dat de treinen niet op elkaar botsen of verongelukken. Momenteel gebeurt dit met lichtseinen en treinbeveiligingssystemen. Deze zorgen er onder andere voor dat treinen tijdig stoppen en de correcte snelheid aanhouden. De laatste innovatie op het gebied van spoorbe-

28 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK Innovatie

veiliging is ERTMS (European Rail Traffic Management System). Dit is de nieuwe Europese standaard die het onder andere mogelijk maakt om treinen dichter op elkaar te kunnen laten rijden. ERTMS zal op termijn ook in Nederland de huidige treinbeveiliging gaan vervangen. De uitvoering hiervan duurt langer dan voorzien. Daarom is ervoor gekozen de gehele projectscope van Amsterdam Centraal (van de Singelgrachtbrug tot aan station Duivendrecht) te voorzien van het spoorbeveiligingssysteem NS’54 (lichtseinen). Het kan zijn dat hierdoor niet de maximale spoorcapaciteit wordt benut. Het is interessant om een analyse op te stellen welke effecten ERTMS zou kunnen hebben op het projectgebied rondom Amsterdam Centraal, ten opzichte van het huidige lichtseinensysteem.

Blokkenstelsel

Een van de speerpunten van ERTMS is dat er treinen dichter op elkaar kunnen gaan rijden en een van de speerpunten van het project rondom Amsterdam Centraal is dat er in de toekomst meer treinverkeer mogelijk is. Beide spoorbeveiligingssystemen (lichtseinen en ERTMS) werken met een zogenoemd blokkenstelsel (de afstand tussen twee seinen). Dit blokkenstelsel wordt voor beide beveiligingssystemen anders opgezet. Om de verschillen/gevolgen in rijtijd en opvolgtijd te kunnen analyseren tussen beide beveiligingssystemen binnen het projectgebied, moest een ERTMS blokindeling worden gemaakt voor het projectgebied rondom Amsterdam Centraal. Vanwege de tijd was het niet mogelijk om voor heel het projectgebied een analyse uit voeren. Het onderzoek is daarom gericht op één corridor-verbinding: de zogenoemde A2-corridor die loopt tussen Utrecht naar Alkmaar.

Hoogst haalbare capaciteit op het spoor

Van Loon onderzocht wat de impact is van ERTMS in dit gebied op de hoogst haalbare capaciteit op het spoor. Dit valt te behalen door een mogelijke variant van een conceptueel ontwerp onder ERTMS op stellen en vanuit dit ontwerp de rij- en opvolgtijden te analyseren. Hij formuleerde de volgende hoofdvraag: ‘Hoe komt een conceptueel ontwerp van de blokindeling van de A2-corridor in het scopegebied van PHS Amsterdam Centraal en in de eindsituatie onder ERTMS er uit te zien en welke mogelijke gevolgen heeft dit voor de rij- en opvolgtijden?’

Conceptueel ontwerp

De kerntaken van het onderzoek kunnen in twee onderdelen worden verdeeld. Ten eerste het maken van een conceptueel ontwerp en ten tweede het analyseren van de verschillen tussen de rij- en opvolgtijden. ERTMS kan op diverse manieren in het spoorwegnetwerk worden geïmplementeerd. Dit worden levels genoemd. Er is een conceptueel ERTMS-ontwerp opgezet onder ERTMS Level 2. Onder Level 2 wordt alle benodigde informatie over snelheid en mogelijk remmen via een radioverbinding naar de trein gestuurd. Alle informatie vanuit het seinhuis wordt via een RBC (Radio Block Centre) met GSM-R continu verspreid naar de treinen. Al deze informatie komt binnen op een scherm in de cabine van de trein.

Twee treinen per uur extra

Nadat er een conceptuele opstelling was gemaakt van de blokindeling kon deze met de rekentool Headway II worden nagebouwd en worden vergeleken met de toekomstige NS’54 situatie. Het resultaat is dat er tot

29 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Thijs van Loon

wel 45 seconden per opvolging gewonnen kan worden onder het ERTMS beveiligingssysteem ten opzichte van het NS’54 beveiligingssysteem. Als alle geboekte opvolgwinsten bij elkaar worden opgeteld, kan er tot wel 7,5 minuut aan opvolgtijd worden vrijgespeeld. Met de meest gunstige opvolgingen is dit zeker twee treinen per uur extra.

Kortere opvolgtijd

Hier zijn meerdere verklaringen voor. In het ERTMS ontwerp worden aan de westkant van Amsterdam Centraal meer blokken gecreëerd. Hierdoor verschuiven bij alle opvolgingen (met uitzondering van de goederentrein die niet uit Sloterdijk komt) aan de westzijde de kritische punten buiten het scopegebied, naar het uitrijsein van Sloterdijk. De opvolgverkortingen aan de oostzijde van Amsterdam Centraal zijn vooral te danken aan het feit dat het principe: ‘De trein vertrekt enkel bij een seinbeeld beter dan geel’ vervalt. De treinen kunnen hierdoor sneller en korter achter elkaar vertrekken uit Amsterdam Centraal, maar ook uit Amsterdam Amstel, waar elke treinformule (met uitzondering van de hogesnelheidstrein en de goederentrein) een haltering heeft. Doordat het seinbeeld geel geen uitgangsprincipe meer is onder ERTMS, valt de opvolgtijd op dit deel van de route tot ruim een halve minuut per opvolging te optimaliseren. Dit komt soms neer op een opvolgtijdverbetering van maar liefst 20 seconden op één minuut.

Invloed van andere corridors

Een rij- of opvolgtijdverbetering is helaas niet altijd gelijk te realiseren. Dit komt omdat de dienstregeling

op andere corridors en spoorlijnen mede bepalend is voor het tijdstip waarop een trein een bepaald punt mag passeren. Hierdoor kan een trein soms ook niet eerder op een andere corridor/spoorlijn terecht komen, aangezien er wellicht al een andere planmatige trein voor zit, waardoor er een conflict ontstaat. Als men de rij- en opvolgtijdverbeteringen door wil voeren, moet men de dienstregelingen van de andere treinen op de eventuele conflicterende corridors en routes ook aanpassen. Zolang dit niet gebeurt, leveren de geboekte rij- en opvolgtijdwinsten enkel meer flexibiliteit op in de dienstregeling van de treinen op de A2 corridor op de stukken van Amsterdam Sloterdijk naar Amsterdam Centraal en van Amsterdam Centraal naar Amsterdam Bijlmer Arena.

Uitkomsten afstudeeronderzoek

De uitkomsten van dit onderzoek leveren een positief resultaat op voor vervolgstudies. Van Loon heeft zijn onderzoek gedeeld met ProRail. Prorail gaf aan het mogelijk in een later stadium toe te passen. Als er al op een relatief klein traject zulke winsten in rij- en opvolgtijden te behalen vallen, biedt dit perspectief voor andere drukke knooppunten waar NS’54 weinig extra treinverkeer toelaat. De resultaten van dit onderzoek zijn niet alleen nuttig voor het PHS Amsterdam, maar voor het gehele Nederlandse spoorwegnet.

Thijs van Loon, Technisch specialist treinbeveiliging Movares

30 | 2024 | Nummer 3
In gesprek over innovaties, groeikansen en carrièremogelijkheden

Innovatie is essentieel voor de groei van een organisatie. Het betekent investeren in de kennis van het huidig personeel, maar ook investeren in een nieuwe en frisse kijk op de toekomst. We spreken David Harry, innovatiemanager en begeleider van stagiair(e)s bij civieltechnisch bedrijf Griekspoor.

“Griekspoor is echt een familiebedrijf. Wij werken hard, maar er is altijd ruimte voor gezelligheid. De sfeer onderling is heel goed en je kunt bij iedereen terecht met vragen. Zowel bij directe collega’s als bij de directie. Het kennisniveau is hoog. Als medewerker en stagiair(e) krijg je de kans om jouw kennis en ideeën mee te brengen en te leren van onze vakmensen”.

Jurian Kroon, student Technische Bedrijfskunde en afstudeerder bij Griekspoor, vertelt: “Tegenwoordig moeten organisaties meebewegen met de veranderingen die gaande zijn en hier het liefste op vooruit lopen, en dus innoveren. Mijn stage bij Griekspoor beviel me zo goed dat ik momenteel ook mijn afstudeerproject voor deze organisatie uitvoer. Het project

waaraan ik werk heeft alles te maken met innovatie en ontwikkeling, en draagt daarmee bij aan de toekomst van de organisatie”.

Deze kans wil Griekspoor meer starters geven. “Diegenen die nu op school zitten, vormen onze toekomst”, aldus David Harry. “Door ze alle mogelijkheden te bieden, kunnen ze bij ons theoretische kennis in de praktijk brengen en meewerken aan een daadwerkelijk project. Jouw inspanningen zijn dus echt van waarde voor onze organisatie. Zowel stagiair(e)s, afstudeerders als mensen die een BBL-plek zoeken zijn bij ons welkom. De koffie staat klaar, dus stuur ons een mailtje of bel ons op voor een afspraak en rondleiding!”

Begin februari zijn er 4 stagiairs begonnen bij Griekspoor Thermal Coatings. Een zusterbedrijf van Griekspoor waar ze coatings aanbrengen op cilinders die gebruikt worden in de wereldwijde offshore. “We zijn pas gestart, maar de bedrijfscultuur spreekt ons enorm aan. Je kunt bij iedereen terecht met vragen en alle collega’s zijn ook echt geïnteresseerd in wat je doet. Je bent niet zomaar iemand, als stagiair tel je echt mee”.

Zie jij een (afstudeer) stage bij ons bedrijf ook zitten? Neem dan gerust contact op voor een afspraak en rondleiding!

0252-672614
info@griekspoor.nl www.griekspoor.nl

Slimme coating visualiseert onzichtbare gebreken in constructies

Sensortechnieken die worden gebruikt om de conditie van een constructie te bepalen zijn vaak duur, complex en kosten veel energie. Mohammad Fotouhi, assistant professor in Structural Health Monitoring bij TU Delft, werkt aan een innovatief kosteneffectief coatingmateriaal dat van kleur verandert als een vroegtijdig waarschuwingssysteem, en zo ruim van tevoren kwetsbaarheden zichtbaar maakt. Deze slimme en duurzame techniek is al geschikt voor gebruik, om bijvoorbeeld de staat van (oude) bruggen te bepalen. Met meer onderzoek hoopt Fotouhi de sensorfunctie verder te verbeteren en industrieën te stimuleren om innovatieve materialen te gebruiken.

Wat is de overeenkomst tussen de edelsteen opaal en een kameleon? Ze kunnen allebei van kleur veranderen. Externe factoren zoals warmte (opaal) of gevaar (bij de kameleon) zorgen ervoor dat licht op een andere manier op het oppervlak reflecteert, wat resulteert in kleurverandering. Dit natuurfenomeen vormde voor

Mohammad Fotouhi de inspiratie voor een innovatieve technologie: sensormateriaal dat aan de hand van kleurverandering laat zien of een constructie kritieke schade heeft of dat de resterende levensduur van structuren aangeeft, zogenaamde dunlaagse hybride mechanochrome composietsensoren.

32 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Assistant Professor Mohammad Fotouhi, TU Delft

Fotouhi deed zijn ontdekking tijdens een onderzoeksproject aan de University of Bristol op het gebied van composiet. Met zijn team werkte hij aan de ontwikkeling van een nieuw composiet materiaal, bestaande uit koolstofvezels. Bij het testen hiervan werd duidelijk dat het materiaal niet alleen heel sterk was, maar ook van kleur veranderde wanneer het mechanisch werd belast. Dat vormde een trigger voor meer onderzoek naar deze eigenschap en de potentie hiervan. Bijvoorbeeld door deze functionaliteit in te zetten als visueel afleesbare sensor.

De conditie van een constructie bepalen Fotouhi houdt zich onder meer bezig met onderzoek naar hoe de conditie van een constructie het beste gemonitord kan worden. Door structurele belasting, statische en cyclische krachten kan een constructie beschadigd raken of zelfs breken. Wanneer er goed zicht is op de staat van het materiaal, is vroegtijdig in te schatten in hoeverre onderhoud of een andere ingreep zoals reparatie nodig is. In sommige gevallen kan dat van levensbelang zijn. Denk aan een beschadigde vleugel van een vliegtuig of een brug die op instorten staat.

Huidige technologieën kosten veel geld en energie Kritieke constructies zoals bruggen en windturbines kunnen het plotseling begeven zonder enige zichtbare waarschuwing. Een voorbeeld hiervan is de instorting van een brug in Italië in 2018 waarbij 43 mensen om het leven kwamen. Voor het vaststellen van de fysieke

conditie worden momenteel verschillende diagnostische hulpmiddelen gebruikt die werken op basis van trillingen, akoestische emissie en ultrasone signalen. De informatie die deze instrumenten verzamelen, geven samen een goed beeld van de toestand. Maar er zitten ook nadelen aan deze technologieën, zoals

Kosteneffectieve en betrouwbare oplossingen zijn essentieel voor structurele gezondheidsmonitoring

33 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Kleurveranderend composiet als slimme retrofitoplossing, waarbij de scheurgrootte in een gerepareerd aluminiummonster wordt weergegeven

de hoge kosten, de energie die nodig is en onbetrouwbare detectie op de lange termijn. Sensoren zijn bijvoorbeeld uitgerust met batterijen en kabels. Daarnaast moeten alle verzamelde data ergens worden opgeslagen en verwerkt. Verder zijn inspecties bij sommige constructies tijdrovend en complex en zijn er gespecialiseerde inspecteurs nodig die samples uit het materiaal nemen voor een analyse.

De kracht van eenvoud

Wat Fotouhi vooral fascineert aan de technologie is de eenvoud ervan. Veel huidige technologieën zijn slim en handig, maar ook erg complex en duur. Hij wil laten zien dat ook met relatief eenvoudige en goedkope technieken oplossingen geboden kunnen worden voor vraagstukken. De buitenlaag van het materiaal bestaat uit een dunne laag koolstofvezel en glas. Onder kritieke toestand, bijvoorbeeld bij een hoge belasting, ontstaan er patronen met kleurverschillen. Het materiaal wordt dan - afhankelijk van de belasting - steeds donkerder van kleur.

De sensorsystemen waar Fotouhi aan werkt, zijn gemaakt met behulp van commerciële prepregs en het detectiemechanisme wordt geactiveerd via breuk. Het principe werkt op basis van delaminatie. Het verkleuringseffect wordt bereikt door de juiste materiaaleigenschappen te kiezen, de relatieve dikte van

het materiaal met lage spanning tot de dikte van het materiaal met hoge spanning en de absolute dikte van het materiaal met lage spanning. Hybride sensoren kunnen ook worden gebruikt voor het monitoren van de vermoeiing in het materiaal en de levensduur. Er zijn ook multidirectionele pseudo-ductiele dunlaagse hybridelaminaten met verbeterde ductiliteit en kerf-ongevoeligheid ontwikkeld. Deze multidirectionele laminaten vertoonden vergelijkbare schademechanismen als de unidirectionele laminaten, maar hebben het voordeel dat ze het verloop van de schade kunnen monitoren, omdat de schade rond de inkepingen kan worden waargenomen voordat er een catastrofale storing optreedt.

Birdstrike

Door middel van simulaties en experimenten is de werking van het sensormateriaal getest. Ze hebben bijvoorbeeld van verschillende hoogtes gewichten op composieten panelen laten vallen. Zo is de impact van gebeurtenissen uit de praktijk nagebootst. Een goed voorbeeld hiervan is een ‘bird strike’, een incident waarbij een vliegtuig in aanraking komt met vogels. Dit veroorzaakt vaak interne schade aan het toestel die met het blote oog niet te zien zijn. Maar als de buitenste laag van het toestel wordt voorzien van het sensormateriaal is de impact dus direct zichtbaar aan de hand van kleurverschillen aan het oppervlak.

Innovatie uitdaging

Misschien nog wel meer dan voor de luchtvaartsector, biedt de innovatie uitkomst voor de bouw. Nieuwe duurzame materialen en oplossing bestaan, maar de vraag is of de sector ze betrouwbaar genoeg vindt. Het blijkt lastig iets nieuws te introduceren in de bouwwereld. Er moet worden aangetoond dat een nieuw materiaal voor hele lange tijd op een betrouwbare manier meegaat. Nauwkeurige monitoring kan die sector hopelijk over de streep trekken om deze duurzamere en innovatieve materialen te gebruiken. Wat volgens Fotouhi enorm helpt, is dat industrieën helpen bij het verder ontwikkelen van het sensormateriaal.

Nog slimmer

Ondertussen werkt Fotouhi aan het nog slimmer maken van het sensormateriaal. Zo onderzoekt hij het effect van het aanbrengen van meerdere sensorlagen. Hiermee hoopt hij het materiaal een soort eenvoudig visueel afleesbaar geheugen te kunnen geven. Uit de lagen zijn dan verschillende fasen te onderscheiden waar het materiaal doorheen is gegaan. Dit geeft bijvoorbeeld informatie over het aantal keer dat er een bepaalde belasting op heeft gerust en wanneer die belasting heeft plaatsgevonden.

Bron: TU Delft

Fotograaf: Adam Klugkist

34 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Materialen moeten worden gecontroleerd zoals wij onze bloeddruk controleren

Wat maak jij morgen?

Nog even en je hebt je studie afgerond. Of misschien ben je zelfs al afgestudeerd. Lekker bezig! Nu is het tijd voor je carrière. Maar waar? Wij denken graag met je mee. Maak kennis met onze wereld. Voel je je goed bij Strukton? Kom dan bij ons werken, dan kunnen we direct aan de slag met jouw ontwikkeling. Wat maak jij morgen?

Hoe maak jij het?

We zijn blij om met jou kennis te mogen maken. Welkom in onze wereld! We kijken ernaar uit om je beter te leren kennen. Vandaag stap je op de fiets naar college, morgen bouw je de langste fiets- en voetgangersbrug van Europa, bouw je het eerste energieneutrale station van Nederland of werk je aan de verkeersdoorstroming rond Nederlandse steden. Bij onze civiele bedrijven Strukton Wegen & Beton en Strukton Infra Specials beschikken we over

de professionele en innovatieve slagkracht om deze complexe vraagstukken uit de markt duurzaam te beantwoorden.

Jij maakt het

Wij geloven dat je met passie lekkerder, bewuster en beter werkt. Plezier hebben in wat je doet, altijd. Op dit moment en op de langere termijn. We willen graag dat je je talenten binnen onze organisatie kunt inzetten, dat je fysiek en mentaal in goede conditie blijft en dat jij en je collega’s iedere dag met plezier aan de slag gaan.

Jij gaat het maken!

Samen bouwen we aan iets dat groter is dan onszelf. We dragen bij aan het grotere plaatje. We bouwen slimmer, gericht op wat komen gaat. Werk om trots op te zijn!

Kom jij bij Strukton samen bouwen aan de toekomst? Wat maak jij morgen?

  Strukton Civiel @Strukton Strukton Civiel werkenbijstrukton.nl

Infra innovaties 2023

Scheurvrije en CO2-arme betonvloer

Een van de manieren waarop CO2 wordt bespaard is het beperken van de hoeveelheid cement. Dat is gelukt door het nauwkeurig in kaart brengen van de korrelopbouw in het beton. Met een rekenmodel wordt gekeken naar de manier waarop de bestanddelen in het beton met verschillende groottes zijn gestapeld of gepakt, zoals het cement, het toeslagmateriaal en de vulstoffen. Door het beperken van het cement wordt ook het risico op scheurvorming minder. Vijf jaar lang werkte Van Berlo Cementdekvloeren met de TU Eindhoven aan een technologie voor duurzame en scheurvrije vloeren. Het leverde de hoofdprijs op van de Cobouw Innovatie Award 2023.

Emissieloze rupsgraafmachine met verwisselbaar accupakket

Ploegam ontwikkelde het afgelopen jaar, samen met Staad, een volledig elektrische, 30-tons rupsgraafmachine. Deze machine is voorzien van verwisselbare accupakketten waardoor deze 24 uur per dag inzetbaar is.

Sinds 2019 ontwerpt en bouwt Ploegam samen met Staad elektrische machines met verwisselbare accu’s. Het bedrijf ontwikkelde inmiddels graafmachines, shovels en tractoren. Daarnaast staat een werkschip al in de steigers. De 30-tons rupsgraafmachine was genomineerd voor de publieksprijs van de Cobouw Innovatie Award 2023.

(Foto: Ploegam)

Holle Prefab Schroefpaal

Met de Holle Prefab Schroefpaal van HPS wordt het boormoment via een lange aandrijfas direct overgebracht op de schroefpunt en hoeft het element deze krachten dus niet door te geven. Het systeem is gepatenteerd.

Voor een beter draagvermogen wordt er groutinjectie toegepast. Als het prefab element op diepte is, koppelt de aandrijfas los van de gepatenteerde schroefpunt. Nadat de paal geïnstalleerd is, wordt de paal afgevuld met grout.

De Holle Prefab Schroefpaal van HPS was finalist van de Cobouw Innovatie Award 2023. (Foto: HPS)

Bamboe dwarsligger

Bij de betonfabriek van Strukton Prefab in Utrecht moest een stuk spoor worden vernieuwd. Dat was een mooie gelegenheid om op eigen terrein iets nieuws uit te proberen: de bamboe dwarsligger van Dragonwood Rail. Een milieuvriendelijk alternatief voor de traditionele dwarsligger. Hij gaat langer mee en neemt een substantiële hoeveelheid CO2 op. De nieuwe dwarsligger is gemaakt van bamboevezel. Volgroeide stengels worden samengeperst en verlijmd en zo ontstaat een soort multiplex dwarsligger van bamboecomposiet.

(Foto: Strukton)

36 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK Innovatie

Kustobservatie tot op de centimeter nauwkeurig

Het is een team van onderzoekers van de TU Delft gelukt om op enkele centimeters nauwkeurig de topografie van het strand langdurig in kaart te brengen. De unieke dataset geeft voor elke uur, drie jaar lang, inzicht in veranderingen van de kust. Deze gegevens zijn belangrijk voor het onderhoud van de duinen en om het achterland goed te blijven beschermen. De meetmethode wordt nu ook ingezet om veranderingen van andere kustlijnen en zelfs van gletsjers te monitoren. Met een permanente laserscanner bij het strand van eerst Kijkduin en later Noordwijk zijn minimale veranderingen over lange tijd gekwantificeerd..

Innovatief systeem voor veiligere kademuren

De kades van Amsterdam zijn soms al 300 jaar geleden gebouwd, vaak op houten palen. Al deze kademuren moeten goed onderhouden worden om ook in de steeds drukker wordende steden van nu altijd veilig te blijven. Maar welke moeten eerst? En welke kades zijn nog in goede staat? Onderzoek van AMS Institute en TU Delft, uitgevoerd in samenwerking met gemeente Amsterdam leverde een nieuw model op dat de constructie, belasting en het falen van Amsterdamse kademuren inzichtelijk maakt. Mart-Jan Hemel promoveerde hierop op 30 november 2024 aan de TU Delft.

Verbeterde veiligheidsontwerp waterbox

De International Association of Dredging Companies IADC heeft september 2023 de Safety Award 2023 voor baggerbedrijven toegekend aan Boskalis vanwege het verbeterde veiligheidsontwerp van de waterbox. Een waterbox is een installatie die ervoor zorgt dat opgespoten land water kan afvoeren, terwijl het zand wordt tegengehouden.

Boskalis heeft nieuwe waterboxen geïntroduceerd voor zandaanvulgebieden, waardoor de veiligheid voor medewerkers aanzienlijk wordt verbeterd. De waterboxen zijn zo ontworpen, berekend en geconstrueerd dat het risico op implosie door bodemdruk wordt geëlimineerd. (Foto: Boskalis)

GeoWall

Afgelopen zomer was de officiële start van de testperiode voor de GEOWALL geluidschermen. De geluidschermen zijn een innovatie van de combinatie Holland Scherm (een KWSonderneming), Van Oord en NETICS. Er wordt met de test onder andere gekeken naar de akoestische prestaties en of de geluidschermen bestendig zijn tegen vandalisme.

GEOWALL geluidschermen zijn circulair vervaardigd en volledig opgebouwd uit reststromen. Het systeem is gebaseerd op de door NETICS gepatenteerde GEOWALL techniek en ontstaat door het samenpersen van baggerspecie tot constructieve blokken in combinatie met een geluidsisolerende laag van houtvezels. De blokken worden vervolgens opgebouwd tot een geluidscherm.

(Foto: Netics)

WattHub

Het project Dijkversterking Tiel-Waardenburg heeft als doel om volledig emissievrij te werken. Om dit te realiseren is vanuit bouwcombinatie Mekante Diek (Dura Vermeer, Ploegam en Van Oord) samen met Betuwewind een snellaadplein gerealiseerd: WattHub. Hier kunnen voortaan elektrische vrachtwagens en de accu’s voor zware bouwmachines met groene stroom opgeladen worden. Er wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van lokaal opgewekte duurzame energie, zoals zonne- en windenergie, waardoor het energienet niet belast hoeft te worden. Bovendien is het laadplein toegankelijk voor iedereen.

Mei 2023 won WattHub de Laadinfra Innovatie Award 2023.

(Illustratie: WattHub)

37 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK

Innovatieve oeverafwerking met 3D-geprinte betonnen deksloven

September 2023 zijn de eerste 3D-geprinte betonnen deksloven geplaatst langs de Delftse Schie. Traditioneel worden oeverconstructies afgewerkt met prefab betonnen deksloven. Door deze in 3D te printen ontstaat milieuwinst (lage MKI) en zijn er diverse mogelijkheden voor de vormgeving. In opdracht van de provincie Zuid-Holland ontwikkelden Movares Water en Movares Nederland samen met Bruil en K_Dekker 3D-geprinte betonnen deksloven. Deze duurzame oeverafwerking wordt nu toegepast in een pilotproject.

Doel van de proef langs de Delftse Schie is dan ook ervaring opdoen met geprinte betonnen oeverafwerking en te onderzoeken hoe deze elementen een omgeving van nat, droog, en golfslag doorstaan.

(Foto: Movares)

The shade curtain barrier

Veel kusten in de wereld hebben een verhoogd risico op overstromingen door onder andere zware stormen en bodemdaling. In de toekomst zal het overstromingsrisico aan de kust waarschijnlijk verder toenemen als gevolg van stedelijke ontwikkeling, zeespiegelstijging en mogelijke klimaatverandering. Onderzoekers van de TU Delft ontwikkelden de Shade Curtain Barrier die functioneert als een rolgordijn; onder extreme omstandigheden rolt het naar beneden en vermindert het risico op overstroming, terwijl het onder normale omstandigheden onder de brug hangt.

(Illustratie dissertatie Malou van Schaijk, TU Delft Civil Engineering and Geosciences)

Innovatieve mobiele waterkering voor Antwerpse Scheldekaaien

De Vlaamse Waterweg NV heeft de bouw van de mobiele waterkering in de centrumzone in Antwerpen gegund aan de Tijdelijke Maatschap Artes Roegiers-Aggeres. Met 842 meter mobiele waterkering aan de Scheldekaaien van Antwerpen wil De Vlaamse Waterweg nv waterveiligheid combineren met een fraai uitzicht op de Schelde en maximale toegankelijkheid vanuit de stad. De mobiele waterkering, ingebouwd in ondergrondse betonbassins, kan zowel manueel sluiten (de normale procedure op basis van stormtijvoorspellingen) als automatisch en autonoom. Bij deze twee laatste opties detecteert de kering via sensoren een alarmniveau qua waterstand en sluit ze automatisch of zal de kering, als ultieme back-up, autonoom opdrijven als niemand de storm had kunnen voorspellen.

(Illustratie: De Vlaamse Waterweg)

(Big) data en analyse voor asfaltonderhoud

Asfaltonderhoud is een grote kostenpost. Rijkswaterstaat geeft jaarlijks 200 miljoen euro uit aan asfalteren, voornamelijk onderhoud. Voor alle Nederlandse wegbeheerders samen is het bedrag 950 miljoen euro. Door nieuwe instrumenten te ontwikkelen en bigdata-analyses te gebruiken is beter te voorspellen waar en wanneer het asfalt moet worden onderhouden. Zo worden kosten bespaard, verkeershinder beperkt en verkeersveiligheid vergroot. Ook leidt dit tot minder CO₂-uitstoot en grondstof- en energieverbruik.

In Civiele Techniek nummer 4 2023 werden een aantal projecten van het programma Data & Analyse Voor Asfalt door Rijkswaterstaat toegelicht.

Closing the Loop

Closing the Loop (Antea Group, Nebest, GBN Groep en Strukton Civiel.) zet zich in voor het hergebruiken van grondstoffen voor viaducten. Maar liefst 70 procent van bestaande kunstwerken wordt namelijk niet duurzaam gesloopt voor het einde van de technische levensduur. Zonde, gezien de mondiale schaarste van primaire grondstoffen. In mei 2023 won het concept De Vernufteling 2023.

De Vernufteling is de verkiezing van het meest innovatieve ingenieursproject, georganiseerd door Koninklijke NLingenieurs in samenwerking met vakblad De Ingenieur.

(Foto: Antea Group)

38 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK

On-demand 3D-geprinte putten

Neolithic’s en Dura Vermeer ontwikkelden een 3D-printtechnologie die het traditionele metselproces van walmuurputten volledig verandert. In Amsterdam werden op maat gemaakte 3D-geprinte putten geïntroduceerd, waardoor de bouwtijd aanzienlijk werd verkort. Door de technologische aanpak werd een versnelde levering en installatie binnen een week mogelijk. Deze innovatie biedt een efficiënte en precieze oplossing voor on-demand putten.

Eerste volledig elektrisch aangedreven grote funderingsmachine

Hydrauvision ontwierp de eerste volledig elektrisch aangedreven grote funderingsmachine F4800E. De basismachine, met een makelaar van 48 meter, is compleet elektrisch uitgevoerd. Door een stroombron aan te sluiten kan de machine volledig emissieloos zijn werk doen. Maar dergelijke stroomvoorzieningen zijn er nog niet op elke bouwput. Daarom heeft Hydrauvision een generatorset met compacte dieselmotor ontwikkeld die de elektrische machine voedt. De generatorset vult het accupakket op de basismachine aan, waarmee piekbelastingen opgevangen worden (peakshaving). Deze configuratie zorgt al voor bijna 25 procent lager energieverbruik. Eind 2023 won de F4800E de Zeeuwse Innovatieprijs Emergo 2023.

(Foto: Hydrauvision)

Wegverharding met koude recycling

BAM Infra ontwikkelde een systeem voor de aanleg van wegverharding waarbij ter plekke van de bestaande asfaltverharding een nieuwe verhardingslaag wordt gemaakt. Dat gebeurt met een koude recyclingtechniek die minder CO2-uitstoot veroorzaakt en waarmee het gebruik van primaire grondstoffen aanzienlijk wordt teruggedrongen. BAM zegt hiermee de oude asfaltverhardingslaag volledig te kunnen hergebruiken, waardoor het gebruik van primaire grondstoffen met 95 procent wordt gereduceerd. Het toepassen van koude recycling gebeurt al vaker in het buitenland maar BAM past de methode inmiddels samen met haar partners Wirtgen en Freesmij in Nederland toe.

De circulaire weg: Infra as a Service

Om echt circulair te werken in de infrasector moet er iets veranderen. In het huidige systeem wordt circulair bouwen onvoldoende gestimuleerd. Dus besloten elf organisates de spelregels te veranderen en een circulair businessmodel op te zetten: het zogenaamde Infra as a Service-principe. De aannemer blijft eigenaar van de weg; de klant - bijvoorbeeld een gemeente - betaalt voor het gebruik ervan. De bouwer zal de weg dus zo circulair mogelijk aanleggen omdat hij altijd verantwoordelijk blijft voor wat er met de weg gebeurt, ook als deze aan het einde van zijn levensduur is.. Daarmee krijgt de aannemer de ruimte om duurzame innovaties toe te passen, met een hoge circulariteit als gevolg.. Infra as a Service was een inzending voor de InfraTech Innovatieprijs 2023.

(Foto: Dura Vermeer)

Genetisch ontwerpen: Kunstwerken ontwerpen met AI

Antea Group ontwikkelde een manier om met behulp van kunstmatige intelligentie kunstwerken te ontwerpen. Wat voor een constructeur wekenlang rekenwerk betekent, is voor een algoritme slechts een kwestie van uren. Op basis van kunstmatige intelligentie (AI) bouwde Antea Group een nieuwe generatie ontwerp-tooling. Het bedrijf ontwikkelde een genetisch algoritme voor het optimaliseren van funderingsontwerpen onder tunnel-toeritten. Door AI toe te voegen aan parametrisch ontwerpen is Antea in staat om binnen één dag duizenden varianten door te rekenen. Inmiddels is Antea Group bezig om ‘Genetisch Ontwerpen’ voor andere toepassingen mogelijk te maken. Het voorscreenteam ziet de enorme potentie van deze tool aan de voorkant van het bouwproces, en de potentie tot opschaling in de toepassing. Genetisch ontwerpen was genomineerd voor de InfraTech Innovatieprijs 2023.

39 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK

Dijken van de toekomst: dijkinspecties efficienter met AI

In de categorie dijken van de toekomst won het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier de juryprijs van de Waterinnovatieprijs 2023/24. Met het project ‘Scheuren in dijken detecteren’. Daarbij worden met behulp van Artificiële Intelligentie (AI)’ drone- en vliegtuigbeelden omgezet om de efficiëntie van dijkinspecties te vergroten. Eerst scannen drones de waterkeringen om scheuren te detecteren. Hierdoor kunnen inspecteurs gerichter worden ingezet. Het algoritme legt alle gedetecteerde scheuren geografisch vast. Dat maakt het eenvoudiger om de ontwikkeling van deze scheuren in de tijd te volgen en vergelijkingen te maken met voorgaande jaren of vergelijkbare waterkeringen.

‘Zicht op water’

‘Zicht op water’ is een innovatief project van Waterschap Brabantse Delta. Het geeft inzicht in de grondwateronttrekkingen van agrarische bedrijven. Hiervoor worden digitale meters geïnstalleerd op de waterbronnen, die worden verbonden met een online dashboard. Volgens de ontwikkelaars van het systeem is het een antwoord op de zorgelijke kwestie van waterbeschikbaarheid. Door telers zelf in staat te stellen hun waterverbruik te meten, wordt een groter bewustzijn van het verbruik gestimuleerd. En dat helpt weer om nieuwe maatregelen te nemen om de klimaatrobuustheid van stroomgebieden te vergroten.

Zicht op water sleepte vorig jaar de Waterinnovatieprijs 2023/24 in de categorie ‘Water en bodem sturend’ in de wacht.

TORWASH: circulaire, sliploze waterzuivering

TORWASH is een slibloze rioolwaterzuivering van Waterschap Aa en Maas. Volgens de bedenkers van het systeem is het vernieuwende dat een waterzuivering geen afval meer produceert, maar alleen herbruikbare grondstoffen. Hierdoor kan een waterschap meer dan 50 procent besparen op haar uitgaven voor slibverwerking.

Het project TORWASH van het Waterschap Aa en Maas won de Publieksprijs van de Waterinnovatieprijs 2023/24.

Kade Fundovatie

Amsterdam heeft in totaal zo’n 600 kilometer aan kades in beheer. Een groot deel van die kades zijn honderd(en) jaren oud. Door toename van verkeersintensiteit, verzwaring van het verkeer en diepere grachten worden deze kadeconstructies zwaarder belast dan waar deze oorspronkelijk voor ontworpen zijn. Daarnaast is de sterkte van de kadeconstructies door onder andere degradatie van de houten fundering over de levensduur verminderd. Binnen het programma Bruggen en Kademuren (PBK) is een Living Lab Levensduurverlenging opgericht met het doel een innovatieve maatregel te ontwikkelen om de levensduur van een bestaande kade te verlengen. Eén daarvan was een door Iv-Infra (Iv) ontwikkelde Kade-Fundovatie. (Civiele Techniek nummer 7 2023)

40 | 2024 | Nummer 3 CIVIELE TECHNIEK
Alles over materiaalinnovatie en innovatief materiaalgebruik www.innovatievematerialen.nl

Dag Do-Dreamer

Werken bij Denys, dat is genieten van

Bij Denys bouw je actief mee aan de toekomst van de maatschappij en de planeet. We zijn dag en nacht op zoek naar duurzame oplossingen tegen de klimaatverandering en een steeds drukker wordende wereld. Daarom zijn we vandaag ook actief in alle energieën van de toekomst. We bouwden het koelwatersysteem van de kerncentrale in het Engelse Hinkley Point en kregen de aanleg van de onshore leiding van het Porthos-project in de haven van Rotterdam toegewezen. We legden 44 km O2-ready gaspijpleiding aan in België. In Duitsland installeren we de komende jaren maar liefst 1.254 kilometer ondergrondse hoogspanningskabels. Overal in Europa bouwen we warmtenetten. Maar we excelleren ook in de restauratie, renovatie en herbestemming van erfgoed, en zetten de meest duurzame gebouwen neer. Denk maar aan het energieneutrale provinciehuis in Antwerpen (België), het politiekantoor in Middelburg (Nederland) en het gevangenisdorp in Haren (België).

We nemen geen genoegen met het gewone. We streven naar uitmuntendheid, zonder toegevingen, en dat maakt ons uniek. We verleggen grenzen en slaan telkens nieuwe wegen in. Dat durven we zeggen, want team Denys bestaat uit mensen die groots dromen en fantastische ideeën hebben. We zijn actieve partners in het Nederlandse Hyperloop project en ontworpen de Dreamcutter, een machine waarmee ondergronds kan worden gebouwd met minimale hinder aan de oppervlakte.

Onze mensen zijn het hart van onze organisatie. Inclusiviteit en diversiteit zijn onze norm. Bij Denys werk je in een omgeving die groei stimuleert en talent alle kansen geeft. We zijn bold, we zijn brave, we zijn bright. Welkom bij Denys.

Unieke projecten in een ondernemende, familiale sfeer Nationale en internationale activiteiten Een actieve veiligheidscultuur Teamwork, sport, afterwork activiteiten Een straffe onboarding en persoonlijke loopbaanontwikkeling Cafetariaplan (fiets- of autoleasing)

Employee Assistance Programme “Eerste hulp bij kopzorgen”

www.denys.com/jobs jobs@denys.com

09 254 01 11

denys denysgroup denysglobal #dodreamers #braveboldbright

41 | 2024 | Nummer 3
ZIT ER OOK EEN DO-DREAMER IN JOU? Warmtetransportleiding WarmtelinQ Rotterdam Districtskantoor Politie Middelburg 44 km hydrogen-ready gaspijpleiding Opwijk-Desteldonk

Advies- en ingenieursbureaus

Iv

Noordhoek 37

3351 LD Papendrecht Nederland www.iv.nl

Movares Nederland

Daalseplein 100

Postbus 2855 3500 GW Utrecht www.movares.nl

IPV Delft ingenieursbureau voor productvormgeving Oude Delft 39 2611 BB Delft www.ipvdelft.nl

Civiele werken

Beens Groep

Nylonstraat 16 8281 JX Genemuiden www.beensgroep.nl

Gebr. De Koning

Scheepvaartweg 1, 3356LL Papendrecht

Postbus 88, 3350AB Papendrecht 078 644 2644 www.gebrdekoning.nl

Geotechniek

Fugro NL Land B.V. Veurse Achterweg 10

Postbus 63 2260 AB Leidschendam

Tel 070 311 13 33 www.fugro.nl

Interesse in vermelding in deze rubriek?

Neem contact op met de uitgever: 0183 66 08 08 info@civieletechniek.net

CIVIELE TECHNIEK
CIVIELE TECHNIEK Bedrijven in Civiele Techniek

CRUX Engineering BV

Pedro de Medinalaan 3c 1086 XK Amsterdam www.cruxbv.nl

Brugontwerp

IPV Delft ingenieursbureau voor productvormgeving

Oude Delft 39 2611 BB Delft www.ipvdelft.nl

Funderingstechniek

Funderingstechnieken Verstraeten BV Brugsevaart 6

4501NE Oostburg info@fundex.nl www.fundex.nl

Van ‘t Hek Groep BV

Postbus 88

1462 ZH Middenbeemster

Tel. 0299 313020 www.vanthek.nl

Staal

ArcelorMittal Mannesmannweg 5

4794 SL Heijningen

Postbus 52, 4793 ZH Fijnaart

Tel. 088 0083 700 www.arcelormittal.com/projects

Trappen en klimmateriaal

Easystairs BV 0342-701606 info@easystairs.nl www.easystairs.nl

Interesse in vermelding in deze rubriek?

Neem contact op met de uitgever: 0183 66 08 08

info@civieletechniek.net

CIVIELE TECHNIEK
CIVIELE TECHNIEK Bedrijven in Civiele Techniek

CIVIELE TECHNIEK AGENDA

Intertraffic Amsterdam 2024

16 - 19 april 2024, Amsterdam

Nationale Klimaat Expo 2024 17 - 18 april 2024, Houten

INTERMAT 2024

24 - 27 april 2024, Parijs

TECHNIMAT

15 - 16 mei 2024, Gent

2nd annual Conference on Foundation Decarbonization and Re-use 28 - 30 mei 2024, Amsterdam

Geometius Meet en Weet Event 2024 6 juni, Kamerik

Nationaal Congres Klimaatadaptatie 17 juni 2024, Nieuwegein

Kijk op de website voor meer informatie

THEMA’S CIVIELE TECHNIEK 2024

Nr 4 (16-5): Assetmanagement - Renovatie & Onderhoud

Nr 5/6 (11-7): Duurzaam Bouwen & Klimaatadaptatie (met katern Duurzame materialen)

Nr 7 (19-9): Geotechniek & Ondergronds Bouwen

Extra uitgave: Waterbouwdagspecial

Nr 8 (21-11): Tunnels & Bruggen

Nog geen abonnee?

Neem nu een abonnement op Civiele Techniek (papier of digitaal) en ontvang twee nummers gratis! Mail naar info@civieletechniek.net

Materiaalkeuze wordt ook voor de GWW steeds belangrijker. In de eerste plaats stellen opdrachtgevers steeds scherpere eisen aan duurzaamheid en milieuprestaties (zoals carbon footprint en cradle to cradle). En daarnaast leggen grote, opdrachtgevende partijen meer en meer verantwoordelijkheid bij de markt. Precies daar liggen kansen. Door te kiezen voor slimme, duurzame innovatieve materialen is het voor marktpartijen steeds beter mogelijk zich te onderscheiden. Innovatieve Materialen kan daarbij helpen.

Innovatieve Materialen gaat over materiaalinnovatie in het algemeen, maar is speciaal gericht op de civieltechnische sector, bouw, architectuur en design.

Innovatieve Materialen besteedt veel aandacht aan ontwikkelingen op het gebied van duurzame, innovatieve materialen en/of de toepassing daarvan in bijzondere constructies. Maar ook circulariteit, milieufootprint en hergebruik zijn regelmatig terugkerende onderwerpen.

Innovatieve Materialen verschijnt zowel in het Nederlands als in de Engelse taal.

Interesse in een gratis en vrijblijvend kennismakingsexemplaar?

Stuur een mailtje naar: info@innovatievematerialen.nl

Arbeidsmarkt & Innovatie

ABO-Geomet is op zoek naar een Geotechnisch

Adviseur

Je komt in een uitdagende en innovatieve werkomgeving terecht, waarbij de medewerker centraal staat en er steeds een goed evenwicht bewaard wordt tussen werk en privé.

Jouw profiel:

Je beschikt over een HBO/WO diploma of relevante ervaring

Je kan zelfstandig werken en initiatief nemen

Je gaat zorgvuldig en nauwkeurig te werk

Stuur jouw CV door naar:

career@abo-group.eu

WWW.GEOMET.NL

We gebruiken ons wegen-, water- en spoornetwerk intensiever dan ooit. Tegelijkertijd verwachten we van elke kilometer asfalt, elke vaarweg, elk spoortracé en elk kunstwerk maximale prestaties. Ze moeten veilig, duurzaam en altijd beschikbaar zijn. Het liefst zo kostenefficiënt mogelijk.

Zoek jij werk dat ertoe doet? In een organisatie waarin jij ertoe doet? Kom dan werken in ‘t thuis van trotse ingenieurs en adviseurs.

Wij maken onze organisatie, ons werk en de sfeer graag mooier met jou!

Scan de QR code om direct naar alle vacatures te gaan!

Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.