Voorbeelden Mijn eerste groeiboek, Fred en de wolk

de tuin van fred

de tuin van fred zon boom

wolk

tak

hek

fred

struik

het hok van fred

bloem gras

6

stok

7

het hok van fred

8

het hok van fred

9

feest in het dorp

feest in het dorp

Fred hoort muziek. de muziek klinkt ver weg. hij hoort een drum. iemand zingt een lied. iemand speelt op een gitaar. het klinkt vrolijk.

Fred kan niet stil blijven staan op de muziek. dans je mee, Wolk?

Wolk lacht.

44

Do rent weg. waar ga je heen? roept Fred hem na. naar het feest! zegt Do. er is feest op het plein.

Fred wil ook graag naar het feest. hij kijkt naar Wolk. ga maar naar het feest, zegt Wolk. ik wacht hier wel. er is toch geen wind.

45

46

Fred rent achter Do aan. ze lopen straat in, straat uit. stoep op, stoep af. ze komen op een groot plein.

het is er druk. er loopt veel volk. er hangen slingers. er speelt muziek. dus hier komt de muziek vandaan! zegt Fred.

Do wijst hem een groep aan. ze spelen gitaar en drum. veel mensen zijn aan het dansen.

opeens schrikt Fred. hij verstopt zich tussen de benen van Do. wat is er? vraagt Do. een monster, zegt Fred bang.

Do lacht. waarom lach je? vraagt Fred. dat is geen monster, lacht Do. dat is een man met een masker.

ze kijken naar de man met het masker. de man danst op de muziek. hij beweegt zijn heupen heen en weer. hij stampt met zijn voeten. het masker ziet er eng uit. hij danst voor regen, vertelt Do. het is hier droog. er staat te weinig water in de rivier. er is veel zon en te weinig regen. daarom danst hij voor regen.

47

Fred begint ook te dansen. hij wil helpen. misschien komt er regen als ook hij danst. hij danst en danst.

Do lacht. dans toch mee! zegt Fred. dan komt er regen. ik denk het niet, zegt Do. er zijn te weinig wolken in de lucht.

-

Fred kijkt hem verbaasd aan. zorgen de wolken voor regen? vraagt hij. veel wolken wel, zegt Do. mijn vriend is een wolk, zegt Fred. die wolk is te klein, lacht Do.

Fred danst maar door. hij kijkt naar de lucht. er komen geen wolken. er valt geen druppel regen uit de lucht. toch is het een leuk feest.

48

49