Advanced Course Copywriting

Page 1

Portfolio write club “Nobles scribes”

Naam Studentnummer Opleiding AC Docent Datum

Sarah Bartholomé 2188970 CO IEMES Copywriting Piet van Beurden 20-10-2015

1


Dit portfolio is met veel plezier geschreven door: Sarah BartholomĂŠ Mailadres: sarahbartholome@gmail.com Telefoonnummer: 0610436896

2


inhoudsopgave - Reflectie over de course

4

- Challenge 13 AVIA - Challenge 12 Culinice

6 7

- Challenge 11 Je eigen klanten klus 1 kabergroep klus 2 storytime klus 3 culinice

9 10 13 19

-

21 22 24 26 28 30 31 32 35 36

Challenge Challenge Challenge Challenge Challenge Challenge Challenge Challenge

10 Schrijf een brief 9 De Baksteen 8 WZBZ 7 Bulletsproef 6 Geen commando’s 5 Schrap de bijzaken 4 Bedenk een evenement 3 Bedenk een boekcover

- Challenge 2 Vrij schrijven - Challenge 1 Je verwachtingen bijlage - vaktuur write club

3


reflectie “De kop is eraf. U bent uit de startblokken. Goede ambities en al een redelijke start

gemaakt. Voor jou is het vooral fijnslijpen denk ik. Er zitten nog wat dingen in je schrijftaal die rommelig overkomen. Gelukkig is dat goed te trainen. Ben benieuwd naar je verhalen en scripts”

Wat is voor jou de WriteClub?

WriteClub is een ervaring die mijn verwachtingen op heel veel vlakken overtreft heeft. Ik heb er echt van genoten en vind het stiekem jammer dat de course bijna klaar is. De ‘sessies’ (zo noem ik de lessen) waren soms lekker chaotisch, boordevol verrassingen en leuke verhalen. Aan het einde van de course vallen de puzzelstukjes echt op hun plaats. De opdrachten zijn vrij in te vullen waardoor je je vaardigheden, maar ook vooral jezelf tegenkomt. Het voelde in het begin daarom ook als een echte uitdaging, al die challenges en zelfs eigen klussen. Maar als ik terugdenk heb ik mooie verhalen op papier weten te zetten. Je geeft er uiteindelijk toch je persoonlijke draai aan en het is fijn om te zien dat Piet dan ook enthousiast is en openstaat voor je ideeën.

Ik vond het ook erg fijn om deze course met deze groep ervaren te hebben. Echt iedereen, waaronder ikzelf, was gemotiveerd en wilden er het beste uit halen. Er hing een positieve vibe waar iedereen deel van uitmaakte: een echte club. Ook het feit dat we voor echte opdrachtgevers aan de slag zijn gegaan vind ik een pluspunt. Zo ben ik met CuliNice in contact gekomen en ben ik nu foodblogger en onderzoekstagiaire bij hun. WriteClub is een creatieve vorm van lesgeven dat velen docenten van IEMES als voorbeeld kunnen gebruiken. Naar mijn mening moeten meer creatieve lessen zo worden ingericht.

Pluspunten

Interessante en boeiende lessen | lekkere pannenkoeken | motiverend | echt goed voor je schrijfvaardigheid en creatief denken | uitdaging.

Minpunten

Jammer dat we het geheim moeten houden (maar dat doe ik wel uiteraard!) | ik kan zo verder niets bedenken.

Interessante zaken

Externe opdrachtgevers | vaktuur | persoonlijk | geen lessen maar echte workshops | de hele tijd boeiend | Piet zijn verhalen.

Vanuit de feiten, wat is WriteClub voor jou?

Een geheime club verkapseld in een Advanced Course.

Vanuit gevoel, wat voel je bij WriteClub? 4

Een ervaring om jezelf en anderen beter te leren kennen.


Als positief denker, wat is er positief aan WriteClub

Dat jouw eigen toekomst erg centraal staat.

Als donkerdenker, wat was er negatief aan WriteClub

Met een 6jes cultuur ga je het niet redden, dus er gaat wel tijd in zitten

Kansdenker, wat zijn de mogelijkheiden van WriteClub?

Nieuwe kansen op het gebied van creatief schrijven, zelfs ervaring voor op je C.V.

Als ‘manager’ hoe vond je dat WriteClub geregeld was?

Veghel verliep op de heenweg niet erg soepel, maar uiteindelijk zijn we toch op tijd daar aangekomen. Voor de rest verliep alles wel goed.

Deze ronde deden we een experiment. We hadden deelnemers van buiten de opleiding. Wat vind jij daarvan? Graag je ongezouten mening.

Ik vond het wel een interessante uitkomst hebben. Het heeft wel voor- en nadelen. Voordeel is dat je ook meekrijgt hoe het bij andere opleidingen eraan toe kan gaan. Maar een nadeel is dat ze er misschien iets minder prioriteit aan geven, omdat het niet echt ergens vanaf hangt. Maar je mag het naar mijn mening gewoon blijven doen!

Andere op- of aanmerkingen?

Ga zo door en tot de volgende samenwerking!

5


Challenge 13 avia

* groepsopdracht Samen met Roel en Cleo

Uitkomsten van het groepswerk (links) 1. Conceptboek AVIA

• Interactive: https://www.dropbox.com/s/a4obivvw2rbnom5/Plan%20AVIA%20INTERACTIVE.pdf?dl=0 • Print: https://www.dropbox.com/s/utzk4hdpkgealfa/Plan%20AVIA%20PRINT.pdf?dl=0 2. Presentatie https://drive.google.com/open?id=0B74Kpc-AqE-EUUY3UVo2blZRY0U

Individueel deel:

• Beschrijving communicatiemiddel Congres: van A tot Z beschrijven waar dit evenement over gaat waarin de beleving de grootste prioriteit heeft. • Photoshoppen van de ‘AVIA babe’ voor de presentatie • Visualiseren van het bijbehorende Conceptboek/hand-out met InDesign: ook hierbij het AVIA gevoel naar voren brengen in een aantrekkelijk boekje voor de opdrachtgever om nog eens na de presentatie in te kunnen zien. • Feedback geven en in overleg aanpassen van de delen van Roel en Cleo.

reflectie

In deze opdracht hebben we geleerd om in groepsverband een communicatie-opdracht uit te voeren voor een opdrachtgever. De branche waarover de opdracht gaat, is de olie-industrie en het bedrijf AVIA. Dit is een hele verrassende opdrachtgever geweest en ik heb er veel van geleerd.

Ik vond het aan de ene kant erg fijn dat we juist deze opdracht in groepsverband moeten doen. Omdat je met je groepsgenoten je over de opdracht kan buiten, krijg je verschillende invalshoeken en zo kun je op verschillende oplossingen uitkomen. Het risico hierbij is dat je het niet met elkaar eens wordt en dit was bij ons vaker het geval. In overleg werden we het uiteindelijk wel eens met elkaar. Ik vond het in het begin lastig om de missie en visie te herschrijven, maar wel een leuke uitdaging. Wat ik ervan geleerd heb is dat je kort, krachtig en duidelijk moet zijn. Keuzes maken in de schrijfstijl, de doelgroep en welke zaken écht belangrijk zijn om te benoemen hebben we samen gemaakt. Ik vind dat we goed resultaat geleverd hebben en dat ik mij goed heb ingezet. Op het gebied van schrijven heb ik mij kunnen buigen over het communicatiemiddel Congres, dit ging goed. En ik heb een deel design kunnen doen wat ik leuk vind om te doen.

Ik ben minder tevreden over de presentatie. Het doel ervan was om een gevoel over te brengen die klopt. Een sterk beeldende presentatie en goed verhaal waren beiden aanwezig. Maar dit gevoel werd helaas niet overgebracht. Dit heeft naar mijn mening te maken gehad met een slechte voorbereiding.

6


Challenge 12 culinice

De zin en onzin van een powerhap

Daar sta je dan, om 9:00 in de ochtend een smoothie te maken met spinazie. Het ziet er niet echt smakelijk uit en ik laat het liever staan, maar het moet erg gezond zijn. Tenminste, een vriendin van mij claimt dat het een superfood is. Het proces van de smoothie verloopt niet helemaal vlekkeloos. Maar eindelijk na een half uur resulteert het powersapje in een groenige, schuimige brij die je met moeite door je strot heen krijgt. Na een slok of twee heb ik weer meer dan genoeg gehad. Die groene brij was een echte uitdaging: moet ik gaan lijden om gezond te zijn? Zijn deze superfoods echt zo super en de moeite waard? De laatste tijd ben ik meer bezig met het gezonder maken van mijn levensstijl. Maar hoe kun je beoordelen wat echt gezond is en wat de fabels zijn? Ik ontkomt niet aan de ‘superfoods’ trend die ik steeds meer zie om mij heen. Zo zijn vriendinnen en collega’s ook druk bezig met deze gezonde voeding door het toevoegen van die ‘powerhap’. Hier kunnen dan redelijk wat discussies over ontstaan of deze foods wel echt zo goed voor je lichaam zijn als wordt beweerd door ‘experts’.

Zo heb ik de proef op de som genomen en de powerfood quinoa geproefd als rijstvervanger in een rijstgerecht. Quinoa heeft een hoop gezonde voedingsstoffen, zoals eiwitten, vitamines en ijzer. Dit lijstje past goed in een gezonde levensstijl. Ik vraag me af hoe dit super middel in een gerecht

smaakt en of het de rijst echt kan vervangen. Ik ben eerlijk gezegd niet erg enthousiast over de pitjesachtige structuur die door de quinoa ontstaat in mijn mond. Maar over het algemeen is het wel te doen. Qua smaak komt het totaal niet in de buurt van rijst, het is echt iets anders. En rijst is naar mijn mening zo slecht nog niet: het bevat vitamine B1 en al de koolhydraten die je lichaam nodig heeft. Dit past ook in een gezonde voeding. Ik heb het internet afgespeurd om erachter te komen welke reguliere groenten ook als superfoods gezien kunnen worden. Ik kom uit op avocado’s: deze bevatten goede vetten die je ook vind in vis. En wetenschappers laten zien dat deze vetten nodig zijn voor het zenuwstelsel. Avocado’s zijn ook nog eens goedkoop en gemakkelijk te krijgen in de supermarkt. Zo kunnen ook reguliere groenten veel vitamines, mineralen en antioxidanten bevatten en kan ik zeggen dat ik lekker reguliere groenten kan blijven eten die ook passen in het rijtje van superfoods, zoals bijvoorbeeld bananen, broccoli, zoete aardappelen en avocado. Waarom zijn superfoods zo mysterieus? De gezondheidseffecten ervan worden namelijk niet voldoende wetenschappelijk onderbouwd: er wordt beweerd dat de voedingsstoffen harten vaatziekten voorkomen, kanker bestrijden, weinig calorieën bevatten en je een boost van energie geven. Het klinkt zo mooi, zo goed. Iedereen zou dan toch massaal aan de zaden, bessen en pitten gaan? Maar naar die gunstige langetermijneffecten is nog geen onafhankelijk onderzoek gedaan.

Dus hoe kan iemand zo klakkeloos aannemen dat

7


deze mysterieuze effecten echt het gevolg zijn van het eten van superfoods? Ondanks dat het niet wetenschappelijk onderzocht is. Dit gegeven geeft mij een wrang gevoel. Hoe zit het met andere wetenschappelijk bewezen factoren voor een goede gezondheid, zoals lichaamsbeweging? Dit kan meer effect hebben en is toegankelijker voor iedereen: sporten kan gemakkelijk in de huiskamer. Als iemand op zijn voeding let en meer beweegt, dan leeft men al bijna gezond. Voldoende lichaamsbeweging bijvoorbeeld in combinatie met gezonde voeding. En die gezonde voeding hoeft niet voornamelijk met superfoods verbonden te zijn. Mensen vergeten al snel dat er zoiets bestaat als het placebo effect en dat dit ook kan optreden bij het experimenteren met die powerhap. Het blijft wat mij betreft een ongeloofwaardig kwestie. Ondanks mijn lichtelijk sceptische houding tegenover superfoods, ben ik bereid om wat gezonde alternatieven uit te proberen. Ik wil niet zomaar in deze voedselhype meegaan, omdat ik eerst precies wil weten waar ik relatief veel geld voor zou betalen. Ook omdat er genoeg ‘normale’ groentes zijn die een gezondere levensstijl kunnen waarborgen. Ik wil eerst goed wetenschappelijk bewijs op tafel zien dat de heilzame werking van superfoods onderbouwt. Tot die tijd laat ik mijn spinazie smoothie lekker staan.

Reflectie

8

Ik vond deze opdracht erg leuk om te maken, erg tof dat we voor een echte opdrachtgever aan de slag gaan en iets schrijven dat ook daadwerkelijk gepubliceerd wordt! Vooral omdat we veel vrijheid hebben gekregen als we kijken naar het onderwerp: eigenlijk mag het overal over gaan, als er maar eten aan bod komt. Ik heb voor een lifestyle artikel gekozen, omdat ik al een thema in mijn hoofd heb: superfoods. Ik wil mij even uitdagen om een langer artikel te schrijven. Omdat ik er nog niet zo veel over af weet en ik het steeds meer om mij heen zie verschijnen, maakt dit het iets interessanter om over te schrijven. In mijn werkwijze ben ik eerst begonnen met de conclusie: waar ik naartoe met mijn verhaal over superfoods? Omdat ik op CuliNice nog geen artikel over superfoods tegenkwam, wilde ik er een informatief, maar pakkend stuk over schrijven. Maar de dag dat ik het artikel wil schrijven, ja hoor, verschijnt

er een artikel op CuliNice over superfoods met deze insteek. Nu moet ik dus beslissen: of totaal iets anders, of een andere insteek. Ik kies voor het tweede en probeer er een artikel te schrijven én over superfoods, én door mijn eigen ervaring en opinie voorop te stellen. De eerste alinea was na feedback in de eerste instantie te algemeen (feitelijke opsomming over superfoods), deze schrap ik en maak het interessanter door de tweede alinea “Daar sta je dan…” naar voren halen op basis van de gekregen feedback. Ook komt de term ‘superfoods’ vaak aan bod, dus heb ik op basis van de feedback synoniemen gebruikt om het leuk en vloeiend te maken. Deze tips zijn ook erg bruikbaar voor in de toekomst. Ik heb er zelfs voor gekozen om stage te lopen bij CuliNice, omdat ik ook erg te spreken ben over de werksfeer en graag iets voor ze wil betekenen voor hun toekomst. Er zit veel potentie achter het concept.


Challenge 11 je eigen klanten in dit onderdeel van het portfolio vindt u drie klussen met verantwoording/reflectie: 1. persbericht kabergroep 2. schrijfwedstrijd storytime 3. lifestyle artikel culinice

9


klus 1

persbericht voor de Kabergroep

(De)briefing

In de onderstaande mails kunt u de debriefing vinden:

doelgroep

In de mail hiernaast kunt u de doelgroepomschrijving vinden:

10


PERSBERICHT

16-4-2015, Tilburg

NLP in Venetië

Deze zomer wordt vanuit Nederland een NLP Practitioneropleiding inclusief “New Code” georganiseerd in Venetië. Kaber Groep in Breda biedt als eerste NLP-opleidingsinstituut deze NLP-reis aan. Van 26 juli tot en met 9 augustus kun je deze opleiding in Venetië volgen. Kaber is gespecialiseerd in NLP, afkorting voor neuro linguïstisch programmeren. NLP reikt methoden aan om verbale en non-verbale communicatie dusdanig efficiënt in te zetten dat men elkaar beter leert begrijpen. Het komt voort uit het bestuderen van mensen met uitzonderlijke bekwaamheden, die mensen worden “gemodelleerd”. De modellen beschrijven wat deze mensen goed en anders doen, zodat iemand anders het ook kan leren. Kabers kernwaarden zijn NLP, gezelligheid en het geven van en leren omgaan met feedback. Zij vinden het vooral belangrijk dat cursisten zich op hun gemak voelen. Kabers NLP Venetiëreis samengevat: • De perfecte leeromgeving in een inspirerende stad • Een unieke combinatie van de nieuwste NLP-ontwikkelingen (New Code) van de grondleggers zelf en de Practitioner, gecertificeerd door de NVNLP • Intensief en toch genoeg tijd en gelegenheid voor ontspanning en ontdekking • Direct samen oefenen • Trainers die je gepassioneerd opleiden

Redentore in Venetië De training vindt plaats in Venetië, in het Palladiaanse Klooster Redentore. Volgens Kaber is dit een ideale omgeving voor een opleiding: “De omgeving is inspirerend en een andere context werkt leer bevorderend”, aldus Angelique de Graaff, hoofdtrainer bij Kaber. Angelique is opgeleid door de grondleggers van NLP en staat daarmee dicht bij de bron. In het klooster overnacht men tijdens de opleiding; men kan een één- of tweepersoons kamer huren. Venetië is een stad die rijk is aan historie, cultuur en gastronomie. In vrije tijd kan men naar het strand van Lido en genieten van de Italiaanse zon. Overigens worden alleen NLP Practitioners en Masters toegelaten tot deze opleiding. NLP New Code Afgelopen twee zomers blijkt Kabers NLP New Code een doorslaand succes te zijn. Daarom biedt Kaber in 2015 een volledige NLP Practitioner aan, in combinatie met de NLP New Code. New Code is een samenstelling van de nieuwste ontwikkelingen en inzichten op het gebied van NLP. Met behulp van New Code NLP leer je vermogende stemmingen te creëren en leer je al je zintuigen open te stellen, zo beschik je over meer keuzemogelijkheden in (lastige) situaties. De opleiding in Venetië is zo opgebouwd dat in de laatste drie dagen, als afzonderlijke module, New Code wordt aangeboden. Bij de Practitioneropleiding van Kaber staan het omzetten van doelen naar actie en communicatieoptimalisatie centraal. Ook loslaten van negatieve ervaringen en inzicht krijgen in het breken van ongewenste gewoontes zijn belangrijk. - Einde bericht-

11


reflectie

Ik heb deze klus veel makkelijker ingeschat dan dat hij uiteindelijk was. Ik ben begonnen met persberichten bekijken en mijn geheugen op te frissen hoe een persbericht schrijven ook alweer gaat. Ik heb instructies gevonden en heb de persberichten gemaakt in het eerste jaar tijdens het vak Copywriting. Ik probeer het bericht niet al te lang te maken, de meest relevante antwoorden van de 5 W’s naar voren gehaald en proberen vaktermen uit te leggen. Ik heb er echt moeite mee gehad, ik merk dat ik de kennis over NLP nog niet voldoende beheers, het voor mij ook moeilijk is om in een paar zinnen te omvatten. Verder weet ik niet of ik de uitleg van de New Code moet plaatsen als onderdeel van het nieuws of toch als achtergrondinformatie. Ook gebruik ik onbewust de lijdende vorm, terwijl de bedrijvende vorm beter is. Ik heb goede tips gekregen van Suzanne, ook voor in de toekomst met het schrijven van een persbericht. Na de feedback ben ik erachter gekomen dat een persbericht best wat langer mag zijn, zoals in de verbeterde versie te zien is. En de uitleg over de New Code onder een nieuwe paragraaf mag. Ik kies er niet snel voor om weer een persbericht te schrijven, mits ik de kennis beheers over het onderwerp en het ook interessant weet te brengen. Persberichten schrijven is iets wat ik nog beter moet oefenen.

Deel feedback Suzanne:

Suzanne heeft mij hele constructieve feedback gegeven, een gedeelte is hieronder te vinden: “Deze speciale cursus wordt verzorgd door (…) Let op: verzorgd met een d. (…) Maar liefst zet je de zin in de BEDRIJVENDE vorm, in plaats van de lijdende. Dan wordt het dus ongeveer: “Experts op het gebied van NLP zullen deze speciale cursus aanbieden”. -> Die zin staat ook in de onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) Liefst gebruik je vooral de onvoltooid tegenwoordige tijd (ott), maar natuurlijk wel afhankelijk of dit ook mogelijk is. Die tijd leest het makkelijkst”

“Nieuw graag meer definiëren. Nieuw ten opzichte van wat? EN deze zin heeft een betrekkelijke bijzin (het ingesloten gedeelte tussen de komma’s). Liever dit soort zinnen vermijden, tenzij het écht nodig is.” “Houdt dit ook verband met het woordje “nieuw” dat je eerder gebruikte? Voor mensen die al wat van NLP weten is dit “nieuwe” feitje misschien wel erg interessant om te lezen.. Misschien eerder benoemen?”

“Vervolgens (ja, ook op de website van Kaber staan wat foutjes..)”

“(…) om de Venetiaanse omgeving te ontdekken, zoals historische gebouwen en de befaamde Italiaanse gastronomie.”

12

“Een tussenkopje werkt heel goed, maar “achtergrondinformatie” is de functie van zo’n alinea, niet de kop… Maak er bijvoorbeeld van: “New Code bij Kaber” en start dan met het stukje over New Code”

“Liefst lees ik in de tekst ook de bron hiervan. Wie zegt dit? Misschien is New Code wel iets heel concreets en wetenschappelijks (objectief), maar nu wordt het beschreven als een abstracte kunst (subjectief)”


klus 2 schrijfwedstrijd storytime Schrijvers van kinderverhalen gezocht! (wedstrijd)

doelgroep

Met name meisjes - maar ook jongens - tussen 4-10 jaardie graag grappige verhalen lezen - of laten voorlezen - die van dieren houden - of zelf een huisdier hebben - dierenverhalen erg tof vinden - en houden van een avontuur.

(De)briefing

Wie: Storytime

Storytime is op zoek naar leuke voorleesverhalen voor kinderen tussen de 2 en 12 jaar.

Storytime stimuleert het voorlezen van kinderen. Met de gratis Storytime app hebben (groot)ouders altijd en overal een voorleesverhaal bij de hand. De app is beschikbaar voor iOS en Android en zowel te gebruiken op een mobiele telefoon als op een tablet. + Storytime is hard op zoek naar enthousiaste schrijvers. Nadat je jouw verhaal hebt ingestuurd via de website, wordt deze door het team van Storytime gelezen en toegevoegd aan de Storytime app. Storytime ziet je verhalen graag tegemoet!

Deadline: 30 maart 2015 Winnen: Jouw kinderverhaal in de Storytime app Meer informatie: www.storytime.info/schrijfmee Via: www.schrijvenonline.org/schrijfwedstrijd

13


rinus de kat:

Leestijd: 13 minuten

Het conflict met de mieren en de verborgen tuin.

Er lopen tientallen mieren in een lange rij over de armleuning van de tuinstoel.

Ze krioelen over de restjes aardbeiensiroop, want de kat heeft net een glas van zijn baasje omgestoten. De lapjeskat heet Rinus, het is een redelijk lui mannetje en hij is net twee jaar geworden. Hij vindt mieren erg stom, want ze nemen altijd het eten mee dat hij in de tuin vindt: van een appeltje tot een muisje. De tuin heeft helaas niet zoveel schuilplekjes voor het eten van Rinus, dus de mieren vinden het bijna altijd. Rinus heeft tot nu toe de schuilplek van de mieren maar één keer ontdekt. “Wat was dat geweldig, je had die mieren moeten zien toen ik tevoorschijn kwam bij hun schuilplek!”, vertelt Rinus altijd aan Marie-Jane, de poes van de buren. Hij kent haar nu een jaar en ze drinken vaker melk samen in het huis van de baasjes van Marie-Jane. Als hij bij daar is, dan moet hij altijd opscheppen. Hij wil graag indruk op haar maken. “Die mieren denken mij te slim af te zijn, nu zijn de rollen omgedraaid!” Rinus lacht, Marie-Jane rolt met haar ogen. “Nu weten we het wel, Rien. Dit verhaaltje heb je me al 1000 keer verteld en sindsdien kom je hier alleen maar miauwen dat de mieren je eten meenemen. Ik denk dat het tijd wordt dat jij eens van die luie kattenkont af komt en mij een muisje komt brengen!” Rinus gaat geen uitdaging uit de weg: “Als je zo graag een muisje wilt, had het mij dan eerder gevraagd. Overmorgen ben ik er weer terug met wel drie muisjes, dat beloof ik!”

Rinus gaat via de boom weer naar zijn eigen tuin en hoort geschreeuw: “Aah, wat is hier gebeurd?! Liefje, kom naar buiten!” schreeuwt het baasje van Rinus naar haar man die binnen zit. Rinus ziet haar naar het kapotte glas op de grond kijken. Daarnaast ligt een muffin die ze uit schrik heeft laten vallen. De tuinstoel zit helemaal onder de mieren. Rinus verstopt zich, maar houdt de muffin goed in de gaten. “Ik kan niet meer tegen al die mieren, liefje. Bel de ongediertebestrijding!” schreeuwt ze hysterisch door de halfgeopende schuifdeur en ze loopt weer naar binnen. De kust is veilig.

14

Rinus loopt met een bochtje om de tuinstoel heen, richting de muffin. “Psst!”, hoort hij halverwege: “Hey kat, kijk eens naar beneden”. Rinus probeert eerst te ontdekken waar het geluid vandaan komt en loopt twee stappen naar voren. “Kijk uit man, dadelijk maak je mij zo plat als een pizza!” Rinus stopt en ziet de oppermier zijn kant op kijken. “We weten je te vinden, Rinus. We zitten overal. Jouw voer is niet meer veilig. Je hebt al genoeg mierenlevens afgenomen met die poten van je.” Rinus blaast naar de mier. “Scheer je weg, mijn eten is van mij, daar blijven jullie vanaf! Desnoods gebruik ik daar mijn poten voor. Waar hebben jullie muisjes voor nodig? Muisjes zijn voor katten zoals ik. Niet voor mieren zoals jij” miauwt Rinus vastberaden. “Wat willen jullie van mij?” vraagt hij tenslotte. “Daar kom je wel achter” piept de oppermier en hij krioelt met zijn kolonie door een mierenhoop in de tegels. Wat zijn ze toch vervelend, denkt Rinus. De zon schijnt volop in de achtertuin. Rinus voelt zich moe en gaat lekker in de schaduw liggen slapen. Een paar uur later wordt Rinus wakker, omdat hij stemmen hoort. Het gezin zit met de buren aan de tuintafel buiten. Hij ruikt meteen dat er wat lekkers op de barbecue ligt. Marie-Jane komt zijn kant op gehuppeld. “Miauw, zullen we naar de barbecue gaan? Misschien laten de mensen iets vallen, hebben wij wat lekkers voor het rapen! We moeten niet opvallen, anders krijgen we niets”. Dat klinkt als een goed plan en Rinus knikt: “als we via dat muurtje sluipen door het hoge gras, dan zien ze ons niet”. Ze blijven laag en lopen langs de muur en door het hoge gras naar de barbecue. Het baasje van Rinus staat achter de barbecue en laat erg onhandig een stukje


zalm vallen. Jackpot! De katten komen steeds dichter en dichterbij, maar zien langzaam de roze zalm zwart worden, zwart van de mieren. Rinus is het zat en haalt met zijn pootje uit naar de met mieren bedekte zalm. “Dat zal ze leren”, denkt hij. Maar ineens voelt hij nattigheid op zijn vacht, hij wordt zo ontdekt door zijn baasje: “Nee Rinus, geen zalm voor jou! Jij hebt dat glas omgestoten en deze zalm is niet goed voor je, wegwezen! Met een plantenspuit spuit ze een waterstraal richting Rinus en Marie-Jane. “Weg hier!” miauwt Marie-Jane en ze gaan veilig een stukje verderop naast de muur schuilen. “Wat een stomme actie, Rinus, had nou even gewacht tot je baasje weg was.” mauwt Marie-Jane kwaad “nu hebben we niks, nada, noppes”. Rinus probeert zich nog goed te miauwen: “Maar Marie-Jane, als ik niet had ingegrepen, dan hadden de mieren het meegenomen. En dat is het laatste wat we willen!”. Hij gaat naast de muur liggen en krabt met zijn pootjes tegen de bakstenen om zijn nageltjes scherper te krijgen. Hij ontdekt een gat in de muur dat hij nooit eerder gezien heeft. Waar zal dat toe leiden? “Op deze manier zie ik over twee dagen geen muisjes, Rinus. Als je iets belooft, dan moet je het ook waarmaken. Dat is de kattencode, denk daaraan. Als het je niet lukt, dan kan ik je een tijdje niet meer zien. En dat wil ik niet.” Rinus raakt een beetje in paniek. Marie-Jane niet meer zien, zij is de enige vriend die hij nog heeft. “Dat wil ik ook niet Marie-Jane, vertrouw me alsjeblieft! Ik ga de drie muisjes voor je vangen en breng je deze persoonlijk aan je deur. Het is moeilijk om aan eten te komen met zoveel mieren” legt Rinus uit. “Eerst zien, dan geloven” miauwt Marie-Jane ze loopt weg richting de boom en gaat weer naar huis.

De dag erna wordt Rinus onrustig wakker. Hij heeft slecht geslapen door de woorden van Marie-Jane, hij wil de kattencode koste wat het kost niet verbreken. Hij wil Marie-Jane gewoon

kunnen zien, ze spelen altijd zo leuk samen. Zijn baasje ritselt met het eetbakje, wat maar één ding kan betekenen. Rinus springt miauwend op en rent op het geluid af. Zijn eetbakje wordt gevuld met heerlijke brokjes en hij schrokt zijn eetbakje helemaal leeg. Hij denkt ineens aan het gat in de muur dat hij gisteren ontdekt heeft: “Wat zou daarachter zitten? Misschien wel een schat!” Rinus gaat richting de schuifdeur. Deze is niet open, daarom zet Rinus het op een miauwen. Zijn baasje komt aangelopen: “Ja Rinus, je wilt weer naar buiten hè? Maar dat gaat nu even niet, de ongediertebestrijding komt zo in de tuin om wat mieren te verdelgen. Maar je redt je wel met dit speeltje, toch?” ze tovert een balletje uit haar broekzak en beweegt dit heen en weer zodat het ritselt. Rinus kan zijn ogen er niet vanaf houden en concentreert zich. Het baasje gooit de bal richting de woonkamer, wanneer deze op de vloer stuitert, komt er een heerlijk geritsel vrij. Rinus rent erachter aan en springt met zijn poten naar voren uitgestrekt. Zijn bekje gaat open en hij voelt het balletje tussen zijn tanden. Het smaakt heerlijk. Hij heeft geen oog meer voor wat er om hem heen gebeurt, alleen het balletje is nu belangrijk. Hij ziet allemaal muizen om zich heen, is dit nou een droom? “Mevrouw, we hebben uw tuin geïnspecteerd en u heeft een heel mierennest onder uw tegels zitten. Daarom zitten hier zoveel mieren. Het wordt een lastig karwei om ze allemaal te verdelgen, maar met dit nieuwe gif moet het wel lukken!” De ongediertebestrijding is in de tussentijd in de tuin geweest en de mannen maken een afspraak met het baasje om een einde te maken aan het mierennest. Morgen komen ze terug. Rinus wordt wakker uit zijn droom en hij ligt op het tapijt in de woonkamer. Hij weet even niet meer wat er is gebeurd. Hij staat op en weet alweer wat hij wil doen: naar buiten! Hij loopt richting de schuifdeur en ziet dat deze openstaat. Eenmaal in de tuin voelt hij dat er iets niet klopt, het is te rustig, te stil. Hij ziet dat er wat tegels weg zijn en dat de mieren onrustig door elkaar heen kruipen en piepen. Daar heeft Rinus geen zin in, hij moet muizen scoren voor Marie-Jane! Hij trekt een sprint door de tuin naar de bakstenen muur. Hij moet even zoeken, maar vindt dan ook het gat weer terug. Hebbes! Hij kijkt er doorheen en ziet een piepklein grasveldje met heel veel hoge planten met kleine paarse

15


bloemen eraan. Er komt een lekkere geur af. Snel wringt hij zich door het gat en plots schiet er langs hem een muisje voorbij, richting de planten.. Terwijl Rinus rechtstreeks door de planten rent, slaan verschillende bloemen tegen zijn hoofd aan. Het lijkt een nek-aan-nek race te worden, maar het muisje schiet door een piepklein gaatje door een andere muur. Rinus remt af, maar is net te laat. Hij botst tegen de muur en zijn vacht zit onder de planten.

Het is de hoogste tijd voor een wasbeurt. Hij likt de plantjes uit zijn vacht en die zijn nog lekker ook! De smaak en geur doen hem denken aan het balletje waar hij eerder vandaag uren mee lag te spelen. Hij voelt zich erg blij en begint als een gek te spinnen. Dan ziet hij meerdere muizen langs hem sprinten en hij gaat er gauw achteraan. Maar huh, iedere keer als er hij eentje vangt verdwijnt de muis voor zijn ogen! Hij heeft heel veel speeksel in zijn bekje en kwijlt een beetje. Hij heeft honger dus hij moet wel een muis zien te vangen en Marie-Jane opzoeken. Ineens voelt hij zich heel zwaar, zo zwaar als een baksteen. Maar gek genoeg krijgt hij het voor elkaar om een muis te vangen. Hij gaat op zoek naar het gat, maar vindt dit niet meer. Wat maakt het ook uit, hij kan op deze verborgen plek lekker zijn gang gaan en eet de muis op. Daarna valt hij in slaap.

Getjilp van krekels vult de nacht, maar een fel licht doet Rinus ontwaken. Hij ziet het gat, waar licht doorheen komt vanuit het huis. En naast hem ligt de muis waar hij eerder op gejaagd heeft. Hij staat op, neemt de muis mee en betreedt zijn eigen tuin weer. Hij wil meteen naar MarieJane toe en over zijn geheime plek vertellen, maar bedenkt meteen dat hij niet zonder de drie beloofde muizen bij haar aan kan miauwen. Hij denkt goed na en heeft een plan: in plaats van de beloofde drie muizen kan hij de verborgen tuin met haar delen met ontelbaar veel muizen, alleen

16

voor hen samen. De muis die hij bij zich heeft kan als bewijs dienen. Dat gaat ze vast fantastisch vinden en zo houdt hij zich aan de kattencode. Blij miauwt hij bij de boom en Marie-Jane komt verveeld aangelopen: “Wat nu weer, Rien? Ik zie geen muizen” miauwt ze. Rinus staat te popelen: “ik heb goed nieuws, ik heb wat voor je en een plek waar je op zoveel muizen kunt jagen als je maar wilt. En als bewijs heb je hier al een muis, alsjeblieft”, met zijn pootje verhult hij de muis die onder een blaadje ligt, “er is voor de rest niemand. Ik wil je deze plek laten zien, maar dan vind ik wel dat ik mij zo aan mijn belofte heb gehouden. Dus dan hoef ik geen muizen meer voor je te vangen.” Marie-Jane kijkt Rinus een paar seconden met grote ogen aan. Ze zou boos of blij kunnen zijn, dat kan Rinus moeilijk peilen. “Wat een onzin Rinus, denk aan de kattenco...” Rinus onderbreekt haar: “Kattencode? Ja, daar heb ik aan gedacht. Als je je belofte op een betere manier waarmaakt, dan verbreek je de kattencode niet, dat weet je toch wel?” Marie-Jane denkt even na en uiteindelijk knikt ze: “Miauw, laat maar zien dan!” De dag erna kloppen de mannen van de ongediertebestrijding aan bij het baasje van Rinus: “de ongediertebestrijding staat voor u klaar, mevrouw” zegt de leider met een harde stem. Voordat ze aan de slag gaan, krijgen ze eerst een bakkie pleur en bespreken het plan met het baasje van Rinus. Op dat moment zit Rinus buiten bij de mierenhoop die al overhoop ligt. De mieren moeten maken dat ze wegmiauwen, denkt Rinus. Aan de ene kant is hij blij, die mieren zorgen alleen maar voor narigheid in zijn kattenleven. Daar heeft hij geen zin meer in. Bovendien heeft hij zo met Marie-Jane afgesproken om naar de verborgen tuin te gaan.

De oppermier spreekt hem voor de laatste keer aan: “Vaarwel kat, ons zul je de komende tijd niet meer zien, we moeten vluchten. Gisteren was er een aanval, we verwachten dat het nog niet voorbij is. Ik voel het aan mijn sprieten.” Rinus snapt het niet “huh, waarom kun je nu wel aardig zijn?” De oppermier legt het uit: “Herinner je je het moment waarop je dat glas omstootte? Daardoor hebben wij toch nog kunnen genieten van een goede daad van jou. Maar die poot van je erna was niet nodig, daarom was ik zo kwaad. Omdat een goede daad een goede daad blijft, willen mijn kolonie en ik jou als dank


over onze geheime muizenvoorraad vertellen. Deze hebben wij gemaakt in geval van nood. Je zult moeten trainen om hem te bereiken, want je moet over een hoge muur heen, achter de paarse planten.” Er gaat een belletje bij Rinus rinkelen, dat is de muur waar hij tegenaan was gebotst in de verborgen tuin! “Ik weet niet wat ik moet miauwen, mier. Maar wat ik wel weet is dat ik je eeuwig dankbaar ben. Heel veel succes verder!” Rinus kijkt toe hoe de oppermier met zijn kolonie in het gras verdwijnt. De mannen van de ongediertebestrijding komen net door de schuifdeur naar buiten met hun gif. Marie-Jane komt aangetrippeld en Rinus gaat snel met haar naar de verborgen tuin. Alle zorgen over eten en de mieren zijn voorbij, er is alleen nog aandacht voor muizen en paarse planten. Zo leefden Rinus en Marie-Jane, als twee blije katten, nog lang en gelukkig.

reflectie

Zoals ik in de reflectie van Challenge 9 heb beschreven, heb ik deze opdracht met veel plezier gemaakt. Eenmaal bezig met het uitschrijven van het verhaal raakte ik zo in de flow dat ik er uiteindelijk een verhaal van 15 minuten van gemaakt heb. Ik heb gekozen voor deze klus, een schrijfwedstrijd, om meer met storytelling bezig te zijn en omdat ik kinderverhalen interessant erg vind. Het lijkt me een leuke uitdaging om zo een jonge doelgroep aan te spreken met een verhaal. Een paar jaar geleden heb ik aan kinderen streetdance gegeven, het is altijd erg leuk hoe de kinderen je allerlei verhalen willen vertellen. Ook is het leuk om grappige verhaaltjes te vertellen aan mijn neefje en nichtje en om te kijken hoe ze reageren. Deze zaken hebben mij getriggerd om deze klus aan te gaan. Vanuit de baksteen challenge wil ik een dierenverhaal schrijven, vooral over een kat, omdat ik sinds kort een kat als huisdier heb (zie Challenge 2: vrij schrijven). Ik wil daarom proberen vanuit het perspectief van een kat een verhaal te schrijven. Een verhaal over dieren kan voor volwassenen best interessant zijn, maar dan moet je vanuit een heel ander perspectief schrijven, bijvoorbeeld het boek Animal Farm. Bij kinderen kun je een dierenverhaal veel beter uitwerken zodat het hun fantasie prikkelt, dat heb ik proberen mee te nemen in dit verhaal. Door beeldend te schrijven, humor toe te voegen en herkenbaar kattengedrag te beschrijven probeer ik ervoor te zorgen dat de (voor)lezer in het verhaal wordt meegenomen.

Ook heb ik een techniek gebruikt waar Disney ook veel gebruik van maakt in hun verhalen. Door gelaagd te schrijven, heb ik een verborgen laag humor toegevoegd, zodat volwassenen ook worden aangesproken en kunnen lachen om dit verhaal.

Feedback Storytime

Ik heb het verhaal via de Storytime website opgestuurd en vanaf dat punt is het afwachten. Het is even de vraag wanneer ik antwoord terugkrijg. Tot mijn verbazing gaat het allemaal erg snel: twee dagen later krijg ik het bericht dat mijn verhaal is goedgekeurd en wordt toegevoegd aan de Storytime app. Ik heb het verhaal nagelezen op de app, maar ze hebben het niet geredigeerd. Het lijkt erop dat ze de schrijfstijl en het verhaal leuk vinden zoals het is en dat is een goed teken. Het verhaal staat nu vier dagen online en is in totaal negen keer gelezen.

17


e-mails storytime

18


klus 3 Lifestyle artikel culinice

zes dingen waar je visite niet op zit te wachten

Op visite kan je van alles op het gebied van eten tegenkomen: van verschillende culinaire lekkernijen tot de eenvoudige zoutjes. Het liefst zie je jouw gasten met een verzadigde glimlach naar huis gaan. Hoe voorkom je teleurstelling bij je gasten? Vermijd in ieder geval de volgende veelvoorkomende bedroevende hapjes. In de trein krijg ik een gesprek mee waarbij een meid vertelt over de meest bizarre date ooit. Haar date gaat een lekker gerecht voor het meisje koken. Vol verwachting wacht ze aan tafel op het eten. Een tijdje later komt hij met pannen één voor één naar de eettafel gelopen en zet ze neer. De eerste pan bevat pasta zonder saus. Pan nummer twee bevat in totaal 14 uien, weliswaar gesneden en gebakken. En last but not least zet de chef een pannetje met spekreepjes neer ‘voor de smaak’ en daar blijft het bij. Haar vrienden waren vol verbazing geslagen, net als ik. Hier zit je niet op te wachten. Hoe voorkom je teleurstelling bij je gasten? Vermijd in ieder geval de volgende veelvoorkomende bedroevende hapjes.

1. Kip-nuggets uit de frituurpan

Kip-nuggets vallen zeker in de smaak bij je visite, zeker als je ze zelf maakt. Je verwacht smaakvolle kipstukjes in een krokant gouden jasje. Maar het voedsel in de grote kom die voor je wordt neergezet komt niet eens in de buurt. Donkerbruine, verschrompelde stukken kip zitten

onder een laagje vet en dit is niet erg smakelijk voor je gasten. * Tip: als je er al voor kiest zelfgemaakte kipnuggets te frituren, laat ze dan niet langer dan 4-5 minuten in de frituurpan liggen om zo het bovenstaande scenario te voorkomen.

2. Frituurproducten uit de oven

Ben je eenmaal op een feestje waar ze bijv. gefrituurde party-snacks willen serveren, dan kan het voorkomen dat de frituurpan het niet doet of niet aanwezig is. Een alternatief om de snacks op te warmen lijkt de oven, maar dat blijkt toch een vergissing te zijn. Bij het uitladen van de ovenschaal resulteert dit meestal in een droge bedoeling: de hap die je uit de frikadellen heeft de structuur van kauwgom, doordat het vocht uit de frikadellen onttrokken is. * Tip: als je geen frituurpan hebt, maar toch snacks wil frituren, gebruik dan een diepe pan, zoals een wok pan met (een royale hoeveelheid) zonnebloemolie.

3. Borrelnootjes, gezouten pinda’s, chips, zoute stokjes, toastjes, etc. Deze snacks zie je in de meeste gevallen standaard op de snacktafel staan op een feestje. Zeker kan het lekker zijn om deze zoute bende naar binnen te werken op een fuif. Vooral in de late uurtjes als er al een drankje of vijf, zes genuttigd zijn. Maar als de keus gelimiteerd blijft tot zoutjes is het al snel alsof je zeezout zit te kauwen. En dan de dorst nog. Ondanks dat deze party producten zijn snel en gemakkelijk om op

19


te dienen voor je visite is een beetje variatie toch wat aangenamer. * Tip: denk bijvoorbeeld aan mini pizza’s. Als je slim bent, koop je meerdere dozen met verschillende smaken, zo is er zelfs variatie. Zelf mini pizza’s maken zijn natuurlijk bonus punten. Of zet ook een zachte kaas zoals brie en geitenkaas neer bij de toastjes.

4. Kant-en-klaar

Net als punt 3, zijn kant-en-klare hapjes snel en gemakkelijk, zeker als er weinig tijd is voor voorbereiding. Vaak genoeg zie je op een schaaltje kant-en-klare magnetron gehaktballen het feestje rondgaan. Het kauwt als vlees, maar iedereen weet dat het daar niets mee te maken heeft. Op gehakt lijkt het zeker niet, het is een of ander samengeperste grijzen brij omhuld in een dampend bruin jasje dat eraf dreigt te vallen. Je visite zal het meer waarderen als de hapjes zelfgemaakt zijn en een persoonlijke twist hebben.

* Tip: Zo maak je indruk op je gasten door de gehaktballen zelf te maken, voeg een ei, een verkruimeld beschuitje en lekkere gehaktkruiden toe. Wat verder ook kan: zelfgemaakte eiersalade of wraps met gerookte zalm. Dit wordt vaker gezien als tijdrovend, maar met een beetje handigheid hoeft het niet lang te duren om de hapjes te maken.

5. Rauwkost

De gastvrouw op dieet wil haar gasten graag aansteken met haar gezonde levensstijl. Voor je het weet wordt er een grote schaal worteltjes, komkommerschijven en cherrytomaatjes voor je neus neergezet. Tast toe! Natuurlijk kan dit lekker zijn voor erbij, maar als het hierbij blijft voel je je snel een konijn. * Tip: als je kiest voor gezondere hapjes, zet dan ook een dipsausje erbij om de groenten te voorzien van meer smaak. Kleine vegetarische quiches of een schaaltje olijven zijn ook wat gezonder en erg lekker voor je visite.

6. Mond in vuur en vlam

Al die warme hapjes zien er lekker uit en natuurlijk wil je dit zo snel mogelijk aan je gasten serveren. Dit brengt ons bij punt zes. Na een paar biertjes of wijntjes is een logisch

20

gevolg dat de gasten niet kunnen wachten en alle waarschuwingssignalen van de te hete bitterballen of mini pizza’s worden volledig genegeerd. Iedereen heeft dit wel eens meegemaakt: na een hap in de bitterbal te hebben genomen is het al te laat. Je mond is verbrand en je ziet de dampende stoom nu pas uit de bitterbal komen. * Tip: om ongelukken te voorkomen, laat de hapjes even 3-5 minuten (soms wel langer) afkoelen, voordat je met de snackschaal rondgaat om je gasten de hapjes te serveren.

Reflectie

Voor mijn derde klus heb ik gekozen voor een lifestyle artikel die ik geschreven heb voor CuliNice: tijdens ons bezoek aan CuliNice, krijgen we te horen dat ze nog bloggers zoeken om recepten en lifestyle artikelen te schrijven voor hun website. Ik ben meteen geïnteresseerd, omdat ik het eerdere lifestyle-artikel (Challenge 12) met plezier voor hun geschreven heb. En daarbij houd ik van eten, nieuwe ingrediënten en recepten ontdekken. Hun doelgroep spreekt mij ook aan en het is ook weer een manier om te oefenen en beter te worden met schrijven. Dit zijn allemaal redenen waarom ik mij diezelfde dag nog heb aangemeld. En na een paar weken is dit artikel ontstaan: Zeven dingen waar je visite niet op zit te wachten. Het idee is ontstaan in de trein terug van een festival waarbij ik een gesprek meekrijg van vier meiden die naast mijn huisgenoot en ik zitten. Deze anekdote gebruik ik ook in het lifestyle artikel zelf om het persoonlijk te maken. Zo rolde het idee eruit om het over zaken te schrijven waar je visite dus absoluut niet op zit te wachten. Een puntje van verbetering tijdens het schrijven zelf is de structuur geweest. Waarom ik voor dit artikel heb gekozen als klus 3? Ik ben er best trots op, want dit artikel is tot nu toe het meest gelezen lifestyle artikel van CuliNice.com en daarmee 148 keer gelezen (unieke bezoekers). Omdat CuliNice al gelinkt is met dit portfolio door Challenge 12 en ik ook goede feedback erop gekregen heb (leuk geschreven), wil ik deze als klus toevoegen.


Challenge 10 schrijf een brief Ik heb een brief gestuurd naar een goede jeugdvriendin uit ZuidLimburg. Zij komt uit hetzelfde dorpje als ik en ik ben van kinds af aan met haar opgegroeid. Toen we deze opdracht in de klas gingen maken, moest ik meteen aan haar denken en gelukkig heb ik een tijdje terug al haar adres gevraagd. Zo is het meer een verrassing voor haar om de brief te ontvangen. Ze woont namelijk al een tijdje samen met haar vriend waar zij al iets van acht jaar mee samen is. Ik moest aan die tijd terugdenken, aangezien we toen bijna iedere dag samen waren. En nu we beiden een ander pad gekozen hebben, zien we elkaar niet meer zo vaak. Heel toevallig was ik bij de eerste ontmoeting van haar en haar vriend Marcel. Dit heb ik in de brief beschreven en ik heb haar laten weten dat ik trots op haar ben.

Reactie

Ze reageerde erg positief, ik kreeg meteen een WhatsApp-berichtje de dag dat ze de brief zou ontvangen. Ze was erg verbaasd, maar vond het leuk om de brief te krijgen. Dit doen we namelijk nooit! En ondanks dat ik er moeite mee had tijdens het schrijven, deed het me achteraf echt goed om even mijn gedachtes van vroeger op papier te zetten.

Reflectie

Het doel van de opdracht was volgens mij om even bewust weer, met een mooie term, “back-to-basics� te gaan. In deze tijd van het digitale tijdperk komt het nog maar weinig voor dat mensen echt brieven naar elkaar schrijven. Tijdens de les ben ik erachter gekomen dat er organisaties zijn waarmee je in contact kan komen met mensen over de hele wereld. Deze mensen schrijven graag brieven naar elkaar. Dat is toch eigenlijk een mooi, maar toch ongemakkelijk gebaar! Waarom verkiezen al die mensen dan toch het schrijven van brieven boven het typen van mails? Mijn antwoord daarop is dat het persoonlijker is. Je gaat beter nadenken over wat je opschrijft. En uiteindelijk is het toch super leuk om zo een ouderwetse brief te ontvangen in je brievenbus? Ik kreeg ook even tranen in mijn ogen tijdens te schrijven, het maakt toch iets in je los, het maakt het toch veel persoonlijker en meer werkelijk. Er is echt een merkbaar verschil tussen het schrijven van brieven en digitaal typen van een mailtje.

21


Challenge 9 de baksteen

* We verzonnen met de klas samen een verhaal. * De avonturen van je baksteen. * schrijf een van je Verhalen uit + beschrijf de doelgroep

We verzonnen met de klas samen een verhaal.

Waarom deden we die oefening? Leg uit.

Ik denk dat we deze opdracht hebben gedaan om creativiteit aan te wakkeren en te oefenen met improviseren. Er ontstond een leuk verhaal en iedereen deed goed mee. Het leuke is dat iedere keer als je aan de slag gaat met zo een oefening, er steeds meer ‘extensies’ worden gemaakt om in een verhaal te verwerken. Alles kan namelijk en je kunt het zo gek maken als je wilt samen met de groep. Het is een broeiplaats voor nieuwe ideeën en dient daarom ook als een leuke manier om te brainstormen.

Wat kun je met een baksteen? Beschrijf je meest opvallende functies voor de baksteen.

Samen met Judith ben ik op de volgende dingen gekomen, je kunt: • Een muur bouwen • Een huis bouwen • Meubels voor in het openbaar maken • Gebruiken voor een liquidatie • Je kunt er krachttrainingen mee doen • Een vloer leggen • Er iemand mee slaan • Tv programma over maken • Inbreken • Bakken

Omschrijving van het verhaal De avonturen van De Baksteen

De baksteen heeft een rol in het verhaal, maar is geen persoon. Een speciale baksteen die omringd wordt door andere bakstenen vormt een muur. Deze baksteen bevindt zich tussen een rij

22

bakstenen helemaal onderaan. Deze baksteen is speciaal, omdat hij wat kleiner is dan de andere bakstenen. Dit zorgt voor een gleuf in de muur. Deze wordt ontdekt door een kolonie van mieren en ze hebben een goed idee: de gleuf vormt een geheime doorgang waar de mieren hun spullen kunnen vervoeren. De mieren gebruiken de baksteen als ingang voor hun geheime basis. Maar hun krijgen ongewenst bezoek van een kat. De kat wil deze plaats zelf gebruiken als voorraad voor zijn kattenkruid de hij wil verstoppen voor andere katten in de “hood”. Ze zijn een plan aan het verzinnen om de nieuwsgierige kat weg te houden van de speciale ingang.

Overige avontuur-insteken voor de baksteen

• De liefdesmuur: Een gezin dat al jaren in Eindhoven woont, krijgt nieuwe buren. De oudste zoon Ruben, een verlegen jongeman van 17 zit op zijn kamer te gamen en hoort een grote vrachtwagen stoppen. Hij kijkt door het raam naar buiten en ziet een beeldschone meid van zijn leeftijd de verhuiswagen uitstappen. Het word tijd om zich over zijn angsten heen te zetten en met haar kennis te maken, daarvoor gebruikt hij een deel van de muur in de achtertuin om met haar te communiceren. • Jessica (15) heeft het gevoel dat zij niet past in de normen en waarden die onze maatschappij stelt. Deze verwarrende gevoelens hebben ervoor gezorgd dat zij altijd buiten de boot valt. Veel vrienden heeft ze niet, ze trekt zich het liefste helemaal terug bij haar paard Randy op de manege. Ze rijdt vaak buiten, zodat ze even een met de natuur kan worden en na kan denken. Haar ouders besluiten dat Jessica meer onder leeftijdsgenoten


moet komen en schrijven haar in voor een paardenkamp in de hoop dat te bereiken. Jessica voelt zich niet op haar plek tussen de meiden en wil ontsnappen met Randy. Deze ontsnapping verloopt helaas niet vlekkeloos...

Verhaal over De baksteen Gekozen doelgroep:

Met name meisjes - maar ook jongens - tussen 4-10 jaar- die graag grappige verhalen lezen - of laten voorlezen - die van dieren houden - of zelf een huisdier hebben - dierenverhalen erg tof vinden - en houden van een avontuur.

een hoofdpersonage die een proces doormaakt en uiteindelijk een wijze les leert, dat is altijd goed voor kinderen. Daarom heb ik gekozen om dit verhaal in te leveren voor de tweede klus: Storytime. Onderbouwing voor deze keuze kan gevonden worden bij het onderdeel

“Challenge 11, klus 2” Rinus de kat: het conflict met de mieren en de verborgen tuin.

Reflectie

Deze opdracht is erg leuk om te maken, wel erg tijdrovend. Maar dat kan ook de “flow” zijn die ik kreeg toen ik de omschrijving van het verhaal ben gaan uitschrijven. De eerste versie heeft alleen een omschrijving van het verhaal, ik heb wel al nagedacht over de richting die ik op wil: het wordt een kinderverhaal vanuit het perspectief van een kat. Hoewel de omschrijving en het daadwerkelijke verhaal niet meer letterlijk met elkaar overeen komen, er zitten sommige gedeeltes in het verhaal verwerkt. Dit heeft te maken met de gekozen doelgroep: kinderen.

Het is een verstandige keuze dat je bij het uitvoeren van deze challenge al moet kiezen voor een doelgroep, zodat je al van tevoren met jezelf afspreekt in welke stijl je het gaat schrijven en hoe uitgebreid je het verhaal wilt maken. Hier heb ik mijzelf echt tot moeten aanzetten. Eenmaal bij het sluiten van de specifieke doelgroep, gaat het schrijven heel vloeiend. Wel heb ik moeite gehad om een goede start te maken, maar tijdens het schrijven merk ik dat ik in een flow zit en ook duidelijk weet waar ik met mijn verhaal naartoe wil. Eenmaal in die flow lukt het mij makkelijk om een logische opbouw te waarborgen. Ik stel mijzelf constant vragen bij de scenario’s die ik opschrijf, zo blijf ik realistisch in mijn verhaal. Ook heb ik strategieën gebruikt om met kleine stukjes informatie aan het einde om alle puzzelstukjes samen te komen. En gebruik ik een techniek waar ze bij Disney verhalen ook erg goed mee zijn: het verhaal is gelaagd, dus ook voor volwassenen is het leuk om het verhaal voor te lezen doordat er grappen in verborgen zijn. Het is een interessant verhaal geworden met

23


Challenge 8 #WZBZ

Schrijf een tekst in de geest van je favoriete schrijver(ster). Met rep en roer over de toer

Laat ik even duidelijk zijn: houd je van de wielersport, of voel je een of andere connectie met deze sport, dan raad ik aan niet verder te lezen. Wellicht voelt de desbetreffende groep zich persoonlijk aangevallen of benadeeld, daar wil ikzelf liever geen invulling aan geven. Maar ik voel momenteel de noodzaak om mijn gedachtes en vooral frustraties over een kwalijke kwestie van asociaal gedrag te uiten. Hier moet ik gewoon even over zeiken. Reacties kunnen natuurlijk ook anders uitpakken, misschien is het ook eens goed om dat ego van hier tot op de openbare weg opzij te zetten en eens rekening te houden met de andere weggebruikers. En ik bedoel niet alleen weggebruikers, maar ook horecapersoneel bij de terrassen wanneer de wielers een rustpauze houden, een biertje nuttigen en allemaal andere ‘vervelende’ hapjes eten. In beiden scenario’s heb ik niet zo’n fijne herinnering aan wielrenners. Nu ik niet meer woonachtig ben in het Heuvelland, is het moeilijker om wielrenners te spotten. Zo heb ik het gelukkig deels achter mij kunnen laten. Maar alsnog voel ik een diepgeworteld, wrang gevoel, alsof ik er nog niet klaar mee ben. Het wordt de hoogste tijd om deze scenario’s met jullie te delen.

In mijn tienerjaren ben ik dagelijks naar school gefietst. Ja hoor, dan voel je je toch wel stoer op je stalen ros, lekker met tweeën of zelfs drieën naast elkaar fietsend naar huis op het fietspad langs de weg. Druk pratend over de nieuwe leerlingen die bij je in de klas zitten, vieze stinkbommen in de aula, andere kwajongens streken en die docent met die rare bril en geitenwollen sokken. In mijn fietsroute is gebergte is onontkoombaar in het Zuid-Nederlandse landschap, net als wielrenners. Met een rotvaart komen ze als hongerige politiehonden achter je aan gereden. Met de fietsbel een seintje geven dat we even achter

24

elkaar moeten fietsen is blijkbaar geen optie voor de groep strakke hemelsblauwe pakkies. Ze moeten langs! Dat moeten wij als ‘normale weggebruikers’ toch weten? Bij het passeren van ons geven ze als blaffende honden met veel geluid en handgebaren één voor één orders aan ons scholieren: “Huuuu, oan de kaant schuuve! Euj! Oet de weag! Auwe!”. Het voelt weer alsof de dag van gisteren. Ik weet nog zo goed dat als wielrenners de openbare weg betreden, het echt asociale mensen worden. Alsof ze hun front moeten bewaken, gaan ze met drie à vier pakkies naast elkaar fietsen, de rest van de weggebruikers zoeken het maar uit. Dit is ónze weg. Een logische verklaring lijkt mij dat ze hun realistisch inzicht een beetje kwijt zijn geraakt door deel te nemen aan wedstrijden op de openbare weg. Dat ze het verschil niet meer kunnen waarnemen tussen gewoon als weggebruiker deelnemen aan het openbare verkeer en de keren dat ze fietsen als er special wegen zijn afgesloten, zodat zij daar als een motor doorheen kunnen razen. Dat geroep is gewoon asociaal. En als geschrokken scholier is kwaad terugroepen of negeren niet per se de beste oplossing.

Een ander scenario die mij te binnen schiet is de aankomst van wielrenners op het terras van mijn werk als serveerster bij Restaurant OudWittem. De wielrenners hoor je al van een afstand aan komen lopen richting het terras door het irritant geklik van hun schoenen op de tegels. Als serveerster wordt me vaak gevraagd of ik op hun o zo dure fietsen kan ‘letten’. Doei, ik ben geen fietsenstalling beveiliger! Ook rollen ze zonder pardon de fiets tussen nauwe gangen tussen de tafeltjes en stoelen en als het aan hun ligt, stationeren zij deze naast zich midden op het terras.


Alsof het niet erger kan, nemen ze een zweetwalm mee het terras op. Ze bestellen een witbiertje en schromen ze niet om hun lunch op tafel neer te pleuren: bananen, muesli- of energierepen en energydrank. Na afloop heb ik na een groep wielrenners altijd een tafel vol liggen met propjes van zakdoekjes en opgefrommelde aluminiumfolie. Lege papiertjes, zakjes en bananenschillen zijn met enige zorgvuldigheid in de asbak gestouwd. Altijd grote ergernis, want wielrenners ruimen nooit hun eigen rommel op. Fooi geven ze ook zelden aangezien ze niet snel kleingeld op zak hebben. En als ze al met contant geld willen betalen, dan halen ze een doordrenkt boterhamzakje uit een geheim bezweet vakje waar dan een vochtig briefje van vijf uit tevoorschijn komt. Het is eigenlijk echt te vies voor woorden als ik er zo over terug denk. Dit is een kleine selectie uit mijn potje frustraties. Ik kan er gelukkig om lachen als ik eraan terug denk en het met een korreltje zout nemen en achter mij laten. Helaas haalt het ventileren van deze emotie niet het asociale gedrag weg, maar kan het wel dienen als een leermomentje. Een leermomentje om in een soortgelijke situatie toch maar even tot tien tellen en de schouders op te halen.

Analyse en onderzoek

Dinsdag 28 april, de dag naar Koningsdag, zit ik een beetje op Facebook te neuzen. Soms heb je van die dagen, dat je na ongeveer 30 minuten surfen op het web’ bewust wordt van het feit dat je tijd op Facebook spendeert door steeds als een zombie verder en verder te klikken. Vanuit een Facebookgroep kom je terecht bij bepaalde personen. Deze hebben weer wat interessants gepost op hun wall, zoals een leuke kittencompilatie, waarop ik weer klik om meer te weten te komen. Op deze manier kom ik uit op de Facebookpagina “Tussen de regels”, wat al interessant klinkt. Het is blijkbaar een ‘fan’ pagina voor blogger Roy van Dijk: een jongeman die mij (en jou) bekend voorkomt. Ik heb zo het vermoeden dat hij bijna iedere avond dat ik daar ben geweest, bij de Studio was en we een keertje een praatje hebben gehad. Daarnaast delen we ook meer dan 20 gemeenschappelijke vrienden, voornamelijk studiegenootjes. Ik stuit op een artikel die gaat over plus size modellen en Roy geeft zijn omvangrijke opinie op deze paradigma:

https://royvandijk.wordpress.com/2015/03/30/ fors-bouwmodel/

Ik merk meteen dat ik zijn schrijfstijl heel erg kan waarderen, eigenlijk in al zijn artikelen: hij maakt leuke grapjes, woordspelingen en uitgetrokken vergelijkingen. Hij schroomt niet om zelfspot te gebruiken, er zit een goede flow in en hij gebruikt een pakkende, allesomvattende titel. Hij geeft zijn perspectief en ongezouten mening (en waarschuwt daar de lezer van tevoren al voor), zeurt en geeft ook toe dat hij soms zeurt. Ook komt het voor dat hij de lezer (mij) voor is met dingen die je je kan afvragen tijdens het lezen van zijn blog posts. Zijn blog is mij tot nu toe bijgebleven en tovert een lach op mijn gezicht als er weer een herkenbaar en grappig scenario voorbij komt. Tot slot is het heel leuk om te zien dat hij erg persoonlijk is en bij zichzelf blijft. Dit is een schrijfstijl die ik zeker als voorbeeld gebruik voor mijn eigen schrijfstijl verder te ontwikkelen en daarom gebruik ik deze blog voor deze challenge.

Reflectie

Ik vind het erg lastig om een goede start te maken met deze opdracht, ik heb namelijk niet echt een favoriete schrijver en het is ook weer een tijdje geleden dat ik tijd heb genomen om een goed boek te lezen. Vooral de zoektocht naar de schrijfstijl van een passende schrijver heeft veel tijd gekost. Ik heb me eerst voorgenomen om de schrijfstijl van Paulien Cornelisse te onderzoeken en op basis van de uitkomsten een stukje tekst schrijven. Ik vind haar rubriek in DWDD namelijk erg leuk, maar heb haar boek “Taal is zeg maar mijn Ding” nog niet gelezen. Na een paar bladzijdes van haar boek te hebben gelezen, merk dat er een goede flow in zit en humor gelukkig aanwezig is, maar ik vind het toch erg makkelijk en het lijkt me niet de moeite waard om te lezen. Daarom heb ik besloten om op zoek te gaan naar een andere schrijver. Ik pak al wat boeken uit de kast, maar het is het toch allemaal net niet. Ineens schiet mij een leuk geschreven artikel te binnen van een jongeman die ik een tijd terug toevallig op Facebook tegen ben gekomen.

25


Challenge 7 Bulletsproef Vat een TEDtalk, RSA Short of andere weblecture samen en kom tot de essentie in een handjevol krachtige NEDERLANDSTALIGE bulletpoints.EN een zin die de kernboodschap samenvat. Cameron Russell (al 10 jaar model) Uiterlijk is niet alles. Geloof me: ik ben model

Link naar video: https://www.ted.com/talks/cameron_russell_looks_aren_t_everything_believe_me_i_m_a_model

Kernboodschap

Succes in de modellenwereld komt neer op geluk en goede genen. Het maakt je niet per se gelukkig, omdat het alleen maar met imago/uiterlijk te maken heeft en niet met wie je als persoon bent.

Bullet points

- Imago/uiterlijk is krachtig, maar ook erg oppervlakkig en heeft een grote impact op ons leven. - Buiten chirurgische ingrepen en make-up is er weinig wat we kunnen doen om ons uiterlijk te transformeren. - De laatste eeuwen hebben we schoonheid gedefinieerd met gezondheid, jeugdigheid en symmetrie waarin we voorbestemd zijn om te bewonderen.

- Er zijn vijf vragen die Cameron vaak krijgt gesteld: - 1. Hoe wordt je model? - Het ‘winnen’ van een genetische loterij, het is een erfdeel dat wordt bepaald door het gedefinieerde schoonheidsideaal: lange, magere figuren, vrouwelijkheid en een blanke huid.

26


- 2. Kan ik een model worden als ik groot ben? - Zeggen dat je later model wil worden, is hetzelfde als zeggen dat je later de lotto wil winnen. - Model worden ligt buiten je eigen controle en het is geweldig, maar geen carrière-pad.

- 3. Retoucheren ze de foto’s? - Ja, bijna alle foto’s worden geretoucheerd, maar dat is maar een klein deel van wat er gebeurd. - Een groep professionals, waaronder (hair)stylisten, make-up artiesten, fotografen met hun assistentie, voorbereiding en nazorg ‘construeren’ de modellen op de foto’s van top tot teen.

- 4. Krijg je gratis materiaal? - Cameron kreeg die dingen omwille van haar uiterlijk, niet omwille van wie ze is en er zijn mensen, die de prijs betalen voor hoe ze eruit zien en niet omwille van wie ze zijn (ongelijkheid). - 53% van de 13-jarige meisjes in de VS houden niet van hun lichaam. Dit aantal stijgt naar 78% tegen de tijd dat ze 17 zijn (Maine, 2011).

- 5. Hoe is het om model te zijn? - Modellen zeggen: het is geweldig om te reizen, om met creatieve, geïnspireerde, gepassioneerde mensen te werken. Dit is maar de helft van het verhaal. - Wat ze nooit zeggen voor de camera: Ik voel mij onzeker, omdat ik elke dag eraan moet denken hoe ik eruit zie. - Waarschijnlijk zijn modellen de meest onzekere vrouwen ter wereld. - We voelen ons comfortabeler om de kracht van het imago te erkennen in onze vermeende successen en mislukkingen.

Reflectie

Deze opdracht vind ik erg schools, maar wel heel bruikbaar. Het leuke is dat je een weblecture uit mag zoeken die je zelf interessant vindt. Ik moest meteen denken aan een TedTalk die mijn vriend een tijdje geleden liet zien. Het gaat over een model die vertelt over haar succes in de modellenwereld en de lessen die ze daarvan geleerd heeft. Ze gaat ook in op onzekerheid en laat ook duidelijk zien hoe bewust zij is van de heersende schoonheidsidealen en wat voor impact dat op haar gehad heeft. Tijdens het bekijken van de weblecture schreef ik al punten mee die mij belangrijk lijken. Ik heb ook gelet op de structuur die zij in haar verhaal brengt, zodat ik deze ook kan gebruiken in het sommeren van de bullet points. Wat opvalt, is dat zij een soort interviewstructuur aanhoud, waarbij zij FAQ’s gebruikt die zij vaak krijgt. Door middel van ervaring geeft zij inhoudelijk antwoord op die vragen. Ik ben normaal gesproken snel geneigd te veel zaken op te schrijven, ik heb moeite hoofdzaken van bijzaken te onderscheiden. Maar ik heb proberen mijn best te doen de bijzaken te schrappen.

27


Challenge 6 Geen commando’s

Onderwerp: Fontys kan digitaler Beste Piet, Waar u waarschijnlijk van op de hoogte bent, is het besluit van het kabinet om vanaf januari volgend jaar de studiebeurs af te schaffen en om te toveren tot een vervelend leenstelsel. Dit is een leenstelsel waarbij studenten zoals ik vraagtekens neerzetten. Blijft het hoger onderwijs nog wel betaalbaar voor studenten die hun studie en daarbij horende verantwoordelijkheden zelf moeten betalen? Aan de ene kant wil ik als serieuze student mijn tijd en energie goed investeren in mijn studie, maar aan de andere kant heb ik als uitwonende student andere financiële lasten, zoals bijvoorbeeld de huur, kosten van een laptop, licentieprogramma’s en studieboeken. Wat er ook insluipt, zijn de printkosten van alle mooie verslagen die wij, ondanks dat wij in dit digitale tijdperk leven, nog steeds verplicht moeten printen. U als docent krijgt waarschijnlijk ook vaak de vraag van studenten waarom we verslagen in godsnaam nog ‘hard copy’ moeten inleveren. De kosten bij een copyshop lopen al gauw hoog op. LowieKopie in Tilburg heeft haar pieken in de omzet vast te danken aan onze paper day. Ik ben laatst voor twee verslagen 40 euro (!) kwijt geweest, ik mag blij zijn dat het groepsopdrachten waren, zodat we de kosten hebben gedeeld. Bij LowieKopie betaal je al gauw 30 cent per kleurenpagina. Natuurlijk hebben zij ook startkosten en kosten voor het inbinden. Het is al triest dat je als student opdraait voor verplichtingen die Fontys oplegt. Daarom heb ik voorgenomen op Fontys zelf te printen, omdat ik verwacht dat het goedkoper is. Maar wat ik nou nog triester vind is het feit dat je op school, pak ‘m beet, 35 cent per kleurenpagina kwijt bent! Dit is een kwalijke zaak: hoe kan dit van ons gevraagd worden, hoe kan school dit nou van ons verwachten? Als voorzitter van TFAS (Tilburgs Fonds voor Armlastige Studenten) zou ik graag een actieve rol willen spelen voor mijn medestudenten die in hetzelfde schuitje zitten en frustratie voelen iedere keer dat de ‘hard copy verplichting’ onveranderd blijft iedere periode rondom paper day. Het liefst zien we een compensatie terug voor de duidelijk hoge kosten, maar dan is het Fontys flink wat geld kwijt aan al die studenten. Een ‘goedkopere’ oplossing is het inleverproces met spoed te digitaliseren. Helpt u ons om een versnelde verandering van het digitaal inleveren van verslagen via het vernieuwde portal systeem? Dit is ook beter voor het milieu en voor het fysieke schoolarchief die momenteel aan het veranderen is in een usb en cd opslag. Samen staan we veel sterker dan alleen. In de link vindt u een digitaal opgestelde petitie die ons allemaal, zowel docent als student, helpt vordering te creëren rondom het digitaliseringsproces op Fontys. Hard copy printen rondom paper day is daarin van de baan. Springt u ons bij? Met genoeg handtekeningen, 200 om precies te zijn, scheelt het ons als student heel wat euro’s. Alvast bedankt. Vriendelijke groet, Sarah Bartholomé Voorzitter TFAS

28


Reflectie

In deze challenge vind ik het gemakkelijk om te beginnen, omdat ik wat manieren gebruik om aandacht te trekken, zoals een actueel probleem aankaarten en daar de relevante vragen bij stellen. Ook door een schets te geven waarin ik zelf betrokken ben, maakt het wat persoonlijker. Eerst denk ik dat voorstellen dat ik een concept te ontwikkelen genoeg is om aan de opdracht te voldoen, maar de feedback laat zien dat ik te veel vragen open houd. Dit is in de eerste instantie ook mijn strategie geweest, interesse opwekken waarop de geadresseerde gaat reageren om meer te weten te komen. Maar het is, zoals in de feedback geschreven staat ‘nog te vrijblijvend’. Daarom heb ik ervoor gekozen het begin deels te laten staan en de brief op een relevant probleem te richten waar ik me aan frustreer: de verplichte eis van hard copy verslagen in combinatie met de printkosten op school. Dit heeft ervoor gezorgd dat er al veel meer vragen beantwoord zijn en waarin commando’s niet aanwezig zijn.

29


Challenge 5 Schrap de bijzaken

* Een van je favoriete plekken.

Er is een restaurant dat mijn favoriet is.

Het is een plek waar ik naartoe ga voor een smaaksensatie. Ik heb meerdere restaurants bezocht, het eten dat ze serveren is Japans. Deze restaurants schieten de laatste jaren als paddenstoelen uit de grond. Steeds meer restaurants in mijn omgeving maken gebruik van het concept “All you can eat”: je betaalt een bedrag dat vaststaat en de rondes en keuzes per ronde is vijf. De menukaart bevat vooral sushi, maar ook salades, (noedel)soep, vlees, vis, kip en groentes lekker bereid. “Enjoii” in Tilburg is daarbij mijn favoriet, omdat zij divers zijn en gerechten in hun menu hebben die vers zijn. Dat proef je niet, maar dat ervaar je.

Aantal woorden: 116

Reflectie

Deze opdracht lijkt in het begin best gemakkelijk om uit te voeren: ik begin gewoon met schrijven over mijn favoriete eet plek en kom er al snel achter dat het toch lastiger is dan gedacht om zonder bijvoeglijke naamwoorden te schrijven. Dat doe ik namelijk erg vaak. Want zonder het gebruik van bijvoeglijke naamwoorden moet ik via een andere weg mijn enthousiasme uiten en meer ‘beschrijvend’ schrijven. Dat gaat mij in het begin goed af: mijn aanpak is mijn verhaal opschrijven en meteen bijvoeglijke naamwoorden schrappen en beschrijven. Maar bij het herschrijven van het ‘Japans’ restaurant wordt het al erg lastig en toch moet het in het verhaal. Het is een opluchting dat ik in deze reflectie er niet op hoef te letten.

30


Challenge 4 bedenk een evenement

* V&D maakt een doorstart met hulp van lokale ondernemers en knutselaars.

V&D - VIP2B

Samenwerking boven alles

We kunnen er niet meer omheen

Het gaat niet goed met de V&D. Vierhonderd van de ruim vijfduizend arbeidsplaatsen worden geschrapt en structurele huurverlaging moet de V&D helpen om hun hachje te redden. Ze kunnen een steuntje in de rug gebruiken. En aangezien ze een dichte samenwerking hebben met diverse merken is een evenement de manier om de lokale ondernemers en knutselaars aan te spreken voor een samenwerking. V&D zet het evenement VIP2B op: een creatieve ontmoetingsplek voor lokale ondernemers en knutselaars om merken van de V&D te ontmoeten. Dit evenement vindt plaats in de wat meer lokale V&D’s, zo voelt het meer toegankelijk voor de lokale ondernemers. De aanwezigen krijgen onder genot van een lekker hapje en drankje uitleg over de avond: de lokale ondernemers vullen bij aanvang een korte enquête in waarin hun interesses op een rij

worden gezet om zo een match te vinden met de aanwezige vertegenwoordigers van de merken. Er ontstaan matchende groepjes met verschillende VIP2B-bedrijven die rond de tafel gaan zitten om te kijken wat de merken kunnen doen om de lokale ondernemers te helpen en andersom. De aanwezige knutselaars denken ook mee, maar houden zich vooral bezig met de visuele output: V&D zal daarvoor zorgen voor de nodige ‘tools’, zoals kantoorartikelen, pen en (gekleurd) papier, schetsmaterialen, etc. Ideeën worden besproken en samengevoegd in een pitch die na ongeveer twee en een half uur aan elkaar gepresenteerd worden. De aanwezige knutselaars krijgen ook een belangrijke taak in het creatieve proces, hun opdracht is om de ideeën een visuele dimensie te geven.

Reflectie

Dit heb ik als een van de moeilijkere opdrachten ervaren, omdat je een pitch verzint waarbij je een logische link moet leggen in de gegeven scenario’s in de challenge. In de les hebben we al eens over de drie scenario’s gebogen, maar het heeft lang geduurd een link te leggen. Het heeft er wel voor gezorgd dat ik out-of-the-box moet denken, even mijn rationele redenatie uit moet zetten en uiteindelijk met een creatieve oplossing komen om het onlogische logisch te maken. Mijn aanpak begint met het verzinnen van een bijpassende naam voor het evenement. Zo creëer ik meer betekenis rondom het evenement en kan ik eromheen een logisch verhaal maken. Op deze manier lukt het mij om een knoop om te zetten en achter het verzonnen evenement te komen.

31


Challenge 3 boek cover Bedenk twee boek covers Herrieschoppers bij de Amsterdamse Gay Pride Een handboek voor rebellen

Omschrijving

De Amsterdamse ‘Gay Pride’ is de gebruikelijke benaming voor een manifestatie van homo’s, lesbiennes, biseksuelen en transgenders (LGBT). Dit evenement heeft zowel een feestelijk als een demonstratief karakter. In dit boek nemen we een kijkje hoe dit demonstratief karakter tot uiting komt tijdens de Amsterdamse Gay Pride. Fanatieke ‘rebellen’ komen zelf aan het woord en bespreken de maatschappelijke vraagstukken rondom dit evenement, waarden en normen, do’s & don’t’s, stereotypering en hun eigen beleving van het evenement in de loop der jaren. En dit vertelt door de ogen van allerlei soorten rebellen, of zij nu lesbisch, homo-, bi- of transseksueel zijn, of ‘gewoon’ hetero. Dit boek is niet alleen een aanrader voor mensen die uit de kast zijn of willen komen, maar voor iedereen die de Amsterdamse Gay Pride met een rebelse bril wil durven te zien.

Doelgroep

Mannen en vrouwen vanaf die 18+ die interesse hebben in de gang van zaken in de LGBT community rondom de Amsterdamse Gay Pride.

32


Een proost als troost

Een inspiratieboek voor vrijgezellen

Omschrijving

Het vrijgezelle leven, voor mannen meestal een walhalla om de late uurtjes mee door te komen, het liefst bij een mooie vrouw in bed. Maar vrouwen staan daar toch anders in, zij zoeken vaker toch naar iets meer dan een spannende nacht. De laatste tijd zie ik vaker om mij heen dat vrijgezellen steeds wanhopiger worden in het daten, alsof ze de moed op hebben gegeven om hun EIGEN wensen en geluk op nummer 1 te zetten bij het zoeken naar een potentiĂŤle lover. Na een paar dates kiezen ze langere tijd aan een man te plakken die haar eigenlijk niet zo goed behandelt als ze verdient. Maar ach, ze krijgen aandacht alsof dat genoeg is, toch? In dit boek nemen we een groep vrijgezelle dames onder de loep: Wat zoeken zij eigenlijk in een man? Waar liggen hun grenzen en wensen? Hoe communiceren ze deze met hun date? Wat kun je beter wel en wat kun je beter niet delen met je (eerste) date? Door elkaars ervaringen te delen, kunnen we van elkaar leren, elkaar inspireren en pakken we het de volgende keer misschien toch anders aan.

Doelgroep

Vrijgezelle vrouwen aan de date tussen de 20-35 jaar, maar mannen kunnen hier ook wat van leren!

33


Reflectie

Ik vind deze opdracht erg creatief en breed in te vullen. Piet heeft erg leuke ondertitels bedacht om eigen invulling aan te geven. Het heeft me laten inzien dat het leuker is om iets minder vanzelfsprekends te bedenken. De Herrieschoppers van de Amsterdamse Gay Pride ben ik tegen gekomen bij het zoeken voor afbeeldingen van “rebellen”. Dit doe ik ter inspiratie, maar de visual is zo sterk, dat ik deze wil gebruiken voor de opdracht: homoseksuele herrieschoppers. Dit is misschien wel een minder spannende titel, maar wekt in zekere mate interesse op bij de lezer door de vragen die de visual oproepen.

34

Ik heb ervoor gekozen de tweede boek cover te veranderen, omdat deze oude titel erg voor de hand liggend is en niet echt interesse opwekt: “Een dag mee met de politie, een handleiding omgaan met stress”. Bij de challenge-omschrijving is er nog een derde ondertitel als keuze, de hoofdtitel was snel bedacht “Een proost als troost”. Erg spannend, waar zou dat over gaan? De doelgroep van beiden boeken worden verhuld in de omschrijving van de boeken en zouden zomaar de flaptekst zijn voor de boeken.


Challenge 2 vrij schrijven 10 minuten vrij schrijven vanuit je hart. Het is niet te geloven hoe blij ik ben op dit moment.

Sinds kort hebben mijn vriend en ik een gezinsuitbreiding gehad: een superlief poesje! We zijn er al langer mee bezig, maar nu is toch het moment aangebroken dat we de knoop doorhakken en actief gaan zoeken. Na wat teleurstellingen op Marktplaats gaan we op advies naar het dierenasiel van Tilburg. Er zijn veel katten en poezen met verschillende karakters en bij het laatste kennel waar we een kijkje nemen, zijn we meteen weg van Jetje: een Europese korthaar van zes maandjes oud. Ze ligt in een kooi op ooghoogte op een dekentje. Haar vacht heeft wat weg van een tijgertje, een cyperse print. Mijn vriend spot haar meteen, ik geef andere katten nog een kans. Maar Jetje is precies wat we zoeken en we komen er al snel achter wat een lief karakter ze heeft: ze laat zich aaien, spint kei hard als je haar aait en geeft kopjes in het gezicht. Wat wil je nog meer! Ze is nu een paar dagen bij ons in huis en we zijn beide helemaal weg van haar. Ze blijft ons

reflectie

Deze challenge heb ik met plezier gedaan, omdat het erg geïmproviseerd gaat zonder directe controle. Je schrijft als het ware je hele hoofd leeg met een verhaal of herinnering die je op het moment van schrijven hebt. Daarbij heb ik gemerkt dat ik moeite heb met om grammatica en spellingfouten even los te laten: ik heb bij een foutje al snel de neiging deze automatisch te verbeteren, terwijl je dat dan toch even moet laten staan. Het blijkt toch lastig om ‘ongeremd’ te schrijven. De feedback heb ik meteen toegepast op de verbeterde versie: ik heb meer structuur in het verhaal toegepast en de ‘springende’ tijden naar tegenwoordige tijd verbeterd. Ik ben erachter gekomen dat ik voornamelijk daar nog veel moeite mee heb.

fascineren en we voelen ons steeds meer op haar gemak bij ons: we voelen ons helemaal trotse ouders. Nacht twee hebben wij ons ook echt zorgen gemaakt. Ik ben stiekem benieuwd hoe ze mauwt, dag een is ze namelijk erg stil geweest. Mijn vriend en ik liggen net vijf minuten in bed en ja hoor, we horen gekras aan de deur. En bovendien mauwt ze erg hard! Ongelofelijk, dat had ik niet zien aankomen. Het gaat gewoon door merg en been. Net als bij baby’s blijven we liggen en negeren het gemiauw. Als je ze dan aandacht gaat geven, dan blijft ze het gedrag iedere nacht herhalen. Ze blijft maar mauwen en krabben, ik maakte mij zo-een-zorgen. Stel dat ze ergens vanaf gevallen is? Of zich pijn heeft gedaan? Hebben we haar genoeg eten gegeven? Allerlei vragen en scenario’s schieten door mij heen. Als een bezorgde ouder bekommer ik mij over mijn baby’tje. Tot slot is mijn vriend toch maar even gaan kijken. Het waait namelijk ook best hard, misschien dat ze daar een beetje bang voor is. Het raam staat namelijk op een kier, wat zorgde voor geluid. Mijn vriend doet het raam dicht. Zo verdwijnt het enge geluid en ook het miauw. Nu kan ik met een opgelucht gevoel gaan slapen. Ook in de les kregen we dezelfde challenge, alleen moesten we het opschrijven in plaats van typen. De opdracht is dus eigenlijk hetzelfde, maar het voelt toch anders. Voornamelijk omdat je bij typen al sneller geneigd bent foutjes te verbeteren, terwijl dat bij schrijven al wat moeilijker gaat. Ik heb het gevoel dat ik met typen meer op papier kan zetten in 10 minuten dan met schrijven.

35


Challenge 1 verwachtingen: Schrijf je verwachtingen op en schrijf kort iets over jezelf. Waarom ik voor deze advanced course gekozen heb?

Daar zijn verschillende redenen voor. Ten eerste ben ik mij de laatste tijd meer gaan interesseren in schrijven. Ik heb altijd gedacht: schrijven, dat is niets voor mij. Maar in de loop van de studie ben ik erachter gekomen hoe belangrijk een goede en een beheerste schrijfvaardigheid is voor het overbrengen van heldere en vooral pakkende communicatie. Bovendien ben ik erachter gekomen dat schrijven eigenlijk best leuk is om te doen, vooral het schrijven van een leuk verhaal dat dicht bij jezelf ligt. Je kunt je fantasie de loop laten nemen en als je het goed doet, neem je je lezers hier helemaal in mee. Jouw eigen gecreëerde wereld met personages, of dat nu voor een boek is of voor een script. Gedurende mijn productiestage bij een televisieproductiebedrijf heb ik vaker achtergrondartikelen en teksten voor de social media geschreven. Ik ben er snel achter gekomen dat het niet altijd vanzelf gaat en ik mij goed moet verplaatsen in de doelgroep van de klant en welke boodschap ik nu eigenlijk met de tekst over wil brengen. Verder heb ik meegekregen hoe de scripts van items bedacht en geschreven worden. Ik assisteerde tijdens de draaidagen dat de presentatie en geïnterviewde zich aan de scripts hielden. Aangezien mijn stage erg productioneel gericht was en niet redactioneel, heb ik mij daar verder niet mee bezig gehouden. Het is voor mij nogal een uitdaging geweest, omdat het erg commerciële teksten waren en er weinig tijd en ruimte was om de scripts af te krijgen. Punt twee waar ik mij in deze advanced course meer mee bezig wil houden is daarom scripts schrijven. Ik verwacht hier in de Write Club daar ruimte voor te krijgen. Verder verwacht

36

ik dat deze course mijn schrijfvaardigheid gaat verbeteren en ik daar in de toekomst veel aan ga hebben. Boeiende lessen en uitdaging om het schrijven daadwerkelijk op te pakken, dat zie ik ervoor terug.

In de eerste les...

..zijn we al goed aan het werk gezet met, ja hoor, écht schrijven. Het voelt gelukkig laagdrempelig: gewoon onze gedachtes opschrijven, alles is goed en niets is fout: daar houd ik van. Het is een boeiende, dynamische les waarin we lekker van de hak op de tak gaan. We krijgen uitleg over het proces van een (de)briefing en een kwartier later krijgen we echt een briefing voor een echte opdrachtgever: CuliNice. Er komen goede vragen langs van medestudenten en ik heb er ook een paar weten te stellen. Ook hebben we ons bezig gehouden met schrijvers, stijlen en spellingfouten. En tot slot moeten we in duo’s een begin maken aan een van de “challenges”.

reflectie

Tijdens de eerste keer dat ik deze opdracht maakte, heb ik veel gebruik gemaakt van de notoire passivisten. Dat heeft waarschijnlijk ook te maken met het feit dat je bij verwachtingen eerder geneigd bent deze passivisten te gebruiken. Toch verraderlijk hoe vaak je deze dan achteraf gebruikt. Ook het gebruik van het woord “ook” is me niet opgevallen totdat ik het in de feedback zag staan. Ik heb geleerd beter te schrijven door een actievere vorm te gebruiken.


37


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.