5 minute read

Dzia: Zwierige dierenportretten

Next Article
Grabbelton

Grabbelton

Zwierige dierenportretten

Door: Peter van Sparrentak

De Belgische kunstenaar Dzia maakt verbluffend mooie muurschilderingen van alle soorten dieren. Dat doet hij in een aparte grafische stijl met zwierige lijnen. Niet alleen in de stad, maar ook in dorpen en verlaten gebouwen.

Hij woont in de buurt van Antwerpen, maar sinds enkele jaren niet meer in de binnenstad. “De stad spreekt me nu ook minder aan, vanwege het rechtse beleid,” vertelt hij.

Je dieren duiken op veel plekken op. Hoeveel schilderingen maak je?

Ik probeer bijna elke dag te schilderen. In principe doe ik twee muren per week, soms drie. Ik heb dat nodig, want ik maak eigenlijk geen

Je schildert wilde dieren, waterdieren, maar bijvoorbeeld ook een varken. Zit er soms nog een soort thema in?

Ik ben begonnen met insecten en vogels. En nu zit ik meer in de zoogdieren. Ik doe veel exotische dieren, maar ik probeer ook lokale dieren te doen, zoals een varken of een vos.

Heb je favorieten?

Ik niet, het publiek wel. De vos is heel Als je echt ‘Kunst’ met een grote K wil maken voor galeries en musea, spreek je maar een heel selectief publiek aan. Ik probeer direct en laagdrempelig te zijn.

schetsen. Ik begin altijd met een foto van een dier. Die probeer ik in mijn hoofd om te vormen in mijn stijl. Dus elk werk dat ik maak, is weer een oefening. Het is puur improvisatie ook.

En hoe lang schilder je al buiten op de muren?

Drie jaar, maar ik ben al meer dan tien jaar bezig met tekenen en schilderen. populair. Ik ben nu met de grotere dieren bezig: een neushoorn, een olifant; ik vind die massa interessant.

Op welke plekken schilder je het liefst?

Voor mij hoef ik niet per se in het stadsbeeld iets te doen. Ik doe veel in kleine dorpjes en op locaties waar vrijwel niemand komt. En misschien dat daar mijn muurschildering meer impact heeft dan op een plek waar mensen er makkelijk langslopen. Van tevoren ga ik op expeditie op de plek waar ik wil gaan schilderen. Ik kijk bijvoorbeeld hoe ik binnen raak en wat interessante muren zijn.

Hoe ga je te werk?

Per dier dat ik schilder, doe ik wat onderzoek. Ik heb thuis een encyclopedie of ik zoek boeken en haal daar mijn foto’s uit. Ik pak een goede foto en neem die als uitgangspunt. Ik werk altijd met spuitbussen, omdat dat snel werkt en ik niet alle kleuren hoef te mengen. De onderlaag doe ik soms met een roller of licht penseel. Op de muur begin ik eerst met mijn kleuren. Achteraf doe ik de zwarte lijnen.

Op je website vertel je dat door je oom bent gaan schilderen en uit een creatieve familie komt.

Ja, en mijn oom is nog altijd actief. Mijn vader schildert ook en mijn

Heb je een creatieve opleiding gedaan?

Ja, aan de Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen. Ik ben afgestudeerd in de richting In Situ, dat is kunst in de openbare ruimte. Je leert er van elke techniek wel iets, maar er is geen specialisatie. De uitleg was soms belangrijker dan de uitvoering, en dat sprak mij minder aan. En: als je echt ‘Kunst’ met een grote K wil maken voor galeries en musea, spreek je maar een heel selectief publiek aan. Ik probeer direct en laagdrempelig te zijn.

moeder was heel creatief in de mode. Bij mijn oom kwam ik vanaf dat ik vier jaar was in zijn atelier. Hij is keramist en dus veel met klei bezig, heel vormelijk en met een bont kleurgebruik. Hij was heel vrij en zei van: hier is een blok klei en doe er maar iets mee.

Had je na de academie meteen het plan om kunst op straat te maken?

Ik heb van mijn zestiende tot mijn achttiende al puur graffiti gedaan. Niet heel serieus, het hoorde er toen een beetje bij. Tijdens de opleiding heb ik me gericht op kunst en wat de school verwachtte. Daarna ben ik me weer op de straat gaan richten.

Wat was het moeilijke toen je op straat ging schilderen?

De proporties, het is veel groter. Op papier werk je vanuit je pols en op een muur werk je vanuit je schouder. En de oog/handcoördinatie: met een spuitbus heb je geen contact met de muur, zoals je wel met pen en papier hebt.

Wat doe je naast het werk op straat nog?

Ik doe twee of drie betalende opdrachten per maand, waardoor ik kan leven. Particulieren vragen me wel om bij hen thuis iets te doen, maar ik ben vrij selectief. Voor exposities maak ik zeefdrukken, soms prints op papier. Verder probeer ik mijn schilderingen van de straat op canvas of hout te maken. Maar mijn focus ligt op straat. De komende jaren wil ik vooral op locatie gaan en daar mijn ding doen. Verder pro-

beer ik elke week een dag in mijn atelier te tekenen met stiften en Chinese inkt.

Ik werk altijd met spuitbussen, omdat dat snel werkt en ik niet alle kleuren hoef te mengen.

Je hebt in Europa in diverse landen geschilderd. Ben je ook al buiten Europa geweest?

Nee, maar mijn plan is om een keer naar Amerika te gaan en daar wat dingen te doen.

Zijn veel van je schilderingen legaal?

Ik denk dat ik nu zeventig procent legaal bezig ben. Er is dus nog een deel wat ik illegaal doe.

En de politie in België, die is toch niet mals?

In Mechelen heb ik altijd problemen, verder valt het mee. Meestal kan ik me er wel uitpraten. Ik ga niet rennen, maar blijf gewoon staan. Ik geef mijn ID af en als er een klacht van komt, zal ik het wel horen, maar meestal komt het goed.

Ik wil geen te harde statements maken, maar soms gebeuren er dingen waar ik op reageer.

In augustus heb je in Antwerpen een ijsbeer geschilderd met een protesttekst tegen Shell, omdat die naar olie wil boren in de Noordpool. Leg je vaker een boodschap in je schilderingen?

Ik wil geen te harde statements maken, maar soms gebeuren er dingen waar ik op reageer. Deze zomer heb ik een tekening online gezet van een leeuw als reactie op de jacht van die Amerikaanse tandarts. Als schilder vind ik het plezant om dieren uit te vergroten en ze terug een plaats te geven. Dat kan in de stad zijn of bijvoorbeeld in een vervallen fabriek.

www.dzia.be

This article is from: