Rome tussen 'ooit' en 'nooit': dromen van de Eeuwige Stad. Jubileumnummer Roma Aeterna 6.I en 6.II

Page 125

verschillende pogingen was nog geen andere paus dan Sixtus IV erin geslaagd een permanente brug achter te laten, en het zou weinig verbazen als Alessandro ook op dit gebied zijn stempel op de stad had willen drukken.18 In hoeverre de plannen voor de brug van Farnese ooit zijn uitgewerkt blijft vooralsnog onzeker. Echter, ook als de brug niet meer is dan een stadslegende maakt het gefantaseerde bestaan ervan duidelijk dat, als een verhaal maar mooi genoeg is, ook nooit gelegde stenen van blijvende betekenis kunnen zijn. In dit geval schieten zij nauwelijks tekort, als gedenkteken voor de opdrachtgever en als glorificatie van de blijvende invloed van het geslacht Farnese op de stad Rome. 1. De mogelijke plannen voor de brug worden onder meer beschreven door James S. Ackerman en Christoph Luitpold Frommel. Zie J. S. Ackerman, The Architecture of Michelangelo (Londen 1961) en C. L. Frommel, ‘La construction et la decoration du Palais Farnese. Sangallo et Michel-Ange (15131550)’, in: M. Hochmann, B. Jestaz, P. Sénéchal en F.-C. Uginet (eds.), Le Palais Farnese dl. I,I texte (Rome 1981). 2. Paulus III was de eerste uit Lazio af komstige paus sinds Martinus V (1417-31). 3. Voor de renovatio urbis na de Sacco di Roma en de architectonische en stedenbouwkundige projecten onder Paulus III zie onder meer H. Gamrath, Farnese: Pomp, Power and Politics in Renaissance Italy (Rome 2007) 82-84. 4. Voorafgaand aan zijn pontificaat had Alessandro al tot de bouw van het paleis opdracht gegeven aan architect Antonio da Sangallo, van wie Michelangelo in 1546 de leiding overnam. Voor de bijdragen van Sangallo en Michelangelo aan de bouwgeschiedenis van het paleis zie onder meer Frommel (1981) 127-174. 5. A. A. Witte, The Artful Hermitage: The Palazzetto Farnese as a Counter-reformation diaeta (Rome 2008) 25, 52. Het Palazzetto Farnese werd tijdens de eerste jaren van de 17e eeuw aan de Villa Giulia opgetrokken. Witte toont aan dat Odoardo Farnese in 1604, na voltooiing van het Palazzetto, opdracht gaf tot de bouw van de overbrugging. 6. Eigen vertaling. In het Italiaans luidt de tekst: ‘Hier mattina andò al suo giardino in Transtevere, et perché ebbe a allungare el cammino per ponte Sisto, ha disegnato che si faccia un ponte di legname sopra il Tevere, che sarà a linea retta del Palazzo a detto giardino.’ De brief van Serristori bevindt zich in het Archivio di Stato di Firenze (Mediceo del Principato 3267) en wordt geciteerd in C.L. Frommel, Der Römische Palastbau der Hochrenaissance dl. 2 (Tübingen 1973) 111, doc. 62. Zie ook Frommel (1981) 168. 7. De Villa Farnesina werd gebouwd in opdracht van bankier Agostino Chigi en werd pas in 1577 door de familie Farnese aangekocht. Voor de wijngaarden en het Casino Farnese dat Alessandro er liet bouwen zie C.L. Frommel, La Villa Farnesina a Roma (Modena 2003) 18 en M. Wulffson, The Story of the Casino Farnese: Home to Artists in Rome (Rome 2010). 8. Eigen vertaling, gebaseerd op de vertaling in: A. Kee, De levens van de grootste schilders, beeldhouwers en architecten:

Van Correggio tot Titiaan (Amsterdam 1992) 251. In het Italiaans luidt de tekst: ‘[...] allora Michelagnolo ordinò che si dovesse a quella dirittura fare un ponte, che attraversasse il fiume del Tevere, acciòcchè si potesse andare da quel palazzo in Trastevere a un altro lor giardino, e palazzo, perché per la dirittura della porta principale che volta in Campo di Fiore si vedesse a una occhiata il cortile, la fonte, strada Giulia, et il ponte, e la bellezza dell’altro giardino, fino all’altra porta che riusciva nella strada di Trastevere, cosa rara, e degna di quel pontefice, e della virtù, giudizio, e disegno di michelagnolo.’ De passage over de brug komt voor in de tweede editie van de Vite uit 1568. Geciteerd uit: G. Vasari, Le vite de’ piu eccellenti pittori scultori, e architettori I (apresso i Giunti 1568) 123. 9. Frommel (1981) 168. De Torro Farnese werd in 1545 opgegraven, net als de Hercules Farnese in de Thermen van Caracalla. 10. Voor de aanleg van de Via dei Baullari en de verbreding van de Via di Mascherone en Via dei Farnesini zie C.L. Frommel, Der Römische Palastbau der Hochrenaissance dl. 1 (Tübingen 1973) 23, en V. van de Velde en M. Delbeke, Via Papalis: een architectuurhistorische studie van de pauselijke ceremoniële weg in Rome (15de - 18de Eeuw), dissertatie Universiteit Gent (2007) 76-77. 11. De Via Papalis was de vaste ceremoniële pauselijke route van het Vaticaan naar de Sint-Jan van Lateranen. Over de aansluiting van verschillende Romeinse paleizen op de Via Papalis zie Van de Velde (2007). 12. Beide prenten maakten deel uit van Lafreri’s Speculum Romanae Magnificentiae en worden als zodanig als nummers 102a en 103c beschreven in: C. Huelsen, ‘Speculum Romanae Magnificentiae des Antonio Lafreri’, in: L. Bertalot, G. Bertoni en W. Bombe (eds.), Collectanea Variae Doctrinae Leoni S. Olschki (München 1921). 13. De prent werd gestoken door de Franse immigrant-prentmaker Nicolas Beatrizet wiens monogram linksonder op de prent staat. 14. De volledige inscriptie luidt: Exterior orthographia frontis Farnesianae domus: quam Romae, et magnis impensis, et seruatis architecturae praeceptis PAULUS Tertius Pontifex Maximus, à fundamentis / memoriae caußa, sibi Posterisque suis erexit. 15. Het schietlood of piombino werd gebruikt als verticale equivalent van de waterpas. 16. Het patroon wordt onder meer door Ackerman geïnterpreteerd als mogelijk ontwerp van Michelangelo. Zie Ackerman (1961) 87-88. Vermoedelijk gaat het echter om een inventie van de prentmaker: het was een voor Romeinse architectuurprenten niet ongebruikelijke formule om een bouwwerk uit te lichten, juist door het te onttrekken aan de werkelijke stedelijke context. Beatrizet graveerde de compositie vrijwel identiek nog eens voor Lafreri’s concurrent Antonio Salamanca, waaruit behalve de bekende rivaliteit tussen de twee ook een aanzienlijke publieke belangstelling voor de bouw van het paleis blijkt. Zie onder meer B. Barnes, Michelangelo in Print: Reproductions as Response in the Sixteenth Century (New York 2016) 122-123. 17. Alhoewel elf jaar uiteen gepubliceerd, horen de twee prenten volgens Lafreri’s eigen indice bij elkaar. C. Witcombe, Print Publishing in Sixteenth-Century Rome: Growth and Expansion, Rivalry and Murder (Londen en Turnhout 2008) 156. 18. Ook de wens voor een privé-passage was Paulus III niet ongewoon: in 1534 startte hij een project om het door hem als zomerresidentie gebruikte Palazzo Venezia te verbinden met een nieuwbouwproject op het Capitool. Zie Witte (2008) 52. Af beeldingen: Fig. 1: foto in publiek domein, bron: https://commons.wikimedia.org/ wiki/File:Palazzo_Farnese_Fassade.jpg. Fig. 2: foto in publiek domein, bron: https://commons.wikimedia.org/ wiki/File:Via_Giulia_Farnesebogen.jpg. Fig. 3/4: © Menno Balm. Fig. 5: foto in publiek domein, bron: https://upload.wikimedia.org/ wikipedia/commons/f/f8/Farnese_Bull_MAN_Napoli_Inv6002_n07. jpg. Fig. 6: © Trustees of the British Museum, inv.nr. 1871,0812.788. Bron:http://www.britishmuseum.org/collectionimages/AN00495/ AN00495119_001_l.jpg. Fig. 7: © Trustees of the British Museum, inv.nr. Ee,8.11. Bron: http://www. britishmuseum.org/collectionimages/AN00495/AN00495220_001_l. jpg.

123


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.