Adviesrapport

Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Beschrijving Bogerman 2.1 Bogerman 2.2 Vestigingen 2.3 Missie 2.4 Samenwerkingsverbanden 2.5 Organisatie en organogram 2.6 Onderscheidende kenmerken Bogerman 2.7 Doelgroep 2.8 Communicatiedoelstelling 2.9 Communicatie

3 4 4 4 4 4 4 5 6 6 6

3 Theoretische verkenning met betrekking tot de consument 3.1 Geografische kenmerken 3.2 Socio-economische kenmerken 3.3 Psychografische kenmerken 3.4 Schoolkeuze 3.5 Betrokkenheid 3.6 Pacing

7 7 7 7 8 8 8

4 Theoretische verkenning met betrekking tot de concurrent 4.1 RSGMagister Alvinus 4.2 Marne College 4.3 CSgGaasterland 4.4 Verschillen en overeenkomsten

9 9 10 10 11

5 Theoretische verkenning met betrekking tot huidige trends 5.1 Demografische factoren 5.2 Economische factoren 5.3 Politiek-juridische factoren 5.4 Ecologische factoren 5.5 Technologische factoren 5.6 Sociaal-culturele factoren

12 12 13 14 14 14 15

6 Bogerman Wommels 7 Uitkomsten kwantitatief en kwalitatief onderzoek 8 Conclusies 9 Adviesvraag en doelstellingen 10 Strategie

16 17 19 20 21

11 Communicatiemix 11.1 Communicatiemiddelen 11.1.1 Proeflessen 11.1.2 T没ke Rakkers voor Meertalig Voortgezet Onderwijs 11.1.3 Profilering delen met gemeenschap 11.1.4 Sterrenwedstrijd

22 22 22 22 22 22

11.1.5 Tekenwedstrijd ten aanzien gebouw 11.1.6 Clinics voor kinderen van sportverenigingen 11.1.7 Clinics voor kinderen van toneelverenigingen 11.1.8 Nieuwsbrief 11.1.9 Blog/Sociale media 11.2 Mediaplanning

23 23 23 24 24 24

12 Conclusie

25

Literatuur

26

Bijlage 1

Methode van onderzoek

Bijlage 2

Uitkomsten kwantitatief en kwalitatief onderzoek

2

Hoofdstuk 1

Inleiding

Niemand kan zeggen dat hij het niet gedaan heeft, de middelbare school. In Nederland is iedereen leerplichtig tot zijn zestiende, dus iedereen heeft de middelbare school meegemaakt. De één vond het de mooiste tijd van zijn leven en een ander vond het de vreselijkste periode ooit meegemaakt.

Eén van de vele middelbaren scholen in Nederland is Bogerman. Dezeschool biedt onderwijs op de niveaus lwoo, vmbo, havo, atheneum en gymnasium. Bogerman wil leerlingen opleiden tot volwaardige en kritisch denkende leden van de samenleving (Bogerman, 2011).

Bogerman is benieuwd of er voor de locatie Bogerman Wommels meer mogelijkheden zijn om leerlingen naar Bogerman toe te trekken. Daarom luidt de adviesvraag: Hoe kan Bogerman communicatie inzetten om leerlingen te werven? De modaliteit van dit vraagstuk is een marketingcommunicatievraagstuk, omdat het uiteindelijke doel is om meer leerlingen te werven.

Dit vraagstuk wordt beantwoord door middel van deskresearch, kwantitatief onderzoek en kwalitatief onderzoek. Door het gebruik van kwantitatief en kwalitatief onderzoek kan er dieper worden ingegaan op hoe de doelgroep kan worden benaderd.

In hoofdstuk 2 wordt Bogerman en de branche waar Bogerman zich in bevind beschreven. In hoofdstuk 3 wordt de consument nader bekeken. Vervolgens komt in hoofdstuk 4 de concurrent van Bogerman aan bod. In hoofdstuk 5 worden de huidige trends besproken. Hoofdstuk 6 omvat informatie over Bogerman Wommels. In hoofdstuk 7 worden de uitkomsten van het kwantitatief en kwalitatief onderzoek besproken. Vervolgens worden in hoofdstuk 8 de conclusies uit het onderzoek gegeven. In hoofdstuk 9 wordt de adviesvraag herhaald en de doelstellingen beschreven. Daar op volgend wordt in hoofdstuk 10 de gekozen strategie besproken. In hoofdstuk 11 komen de communicatiemiddelen aan bod en tenslotte wordt er in hoofdstuk 12 een conclusie gegeven.

3

Hoofdstuk 2

Beschrijving Bogerman

In dit hoofdstuk wordt de organisatie Bogerman besproken.

2.1

Bogerman

Bogerman is een christelijke scholengemeenschap voor lwoo, vmbo, havo, atheneum en gymnasium met vestigingen in Sneek, Koudum en Wommels. Met zo’n 2600 leerlingen, 200 leraren en 70 mensen met een onderwijsondersteunende functie is Bogerman één van de grotere scholengemeenschappen in Fryslân (Bogerman, 2010).

2.2

Vestigingen

De vestiging in Wommels heeft een breed onderwijsaanbod, dicht bij huis. Het kleine aantal leerlingen maakt de school overzichtelijk en zorgt voor een aangename sfeer. In de eerste beide leerjaren biedt Wommels alle vmbo-leerwegen, eventueel met leerwegondersteuning. Leerlingen die vmbo gemengde of theoretische leerweg volgen, kunnen ook het derde en vierde jaar in Wommels terecht. De andere vmbo-leerlingen gaan verder in Sneek. Havo/vwo-leerlingen (inclusief Gymnasium) kunnen tot en met het derde leerjaar in Wommels naar school. Vanaf klas 4 havo/vwo kunnen zij naar de vestiging Hemdijk 2 in Sneek.

Koudum heeft, met uitzondering van het gymnasium, dezelfde opleidingsmogelijkheden. De Koudumer Bogermanleerlingen zijn gevestigd in multifunctionele accommodatie De Swel. In hetzelfde gebouw zitten ook de bibliotheek, een jeugdhonk, een popbunker van de muziekschool en studio’s van de lokale omroep RTN. De gezamenlijke huisvesting geeft bijzondere mogelijkheden voor samenwerking. Daarvan maakt Bogerman dan ook regelmatig gebruik. De leerlingen kunnen bijvoorbeeld een mediaprofiel kiezen en door de samenwerking met de lokale omroep leren om een scenario te schrijven of een film te monteren. Ook voor sport is in Koudum veel aandacht, zowel onder schooltijd als daarna.

In Sneek heeft Bogerman twee vestigingen. Op Hemdijk 47 zit de onderbouw (klas 1 en 2) van vmbo, havo en vwo, inclusief technasium en gymnasium. Vanaf klas 3 gaan de leerlingen naar Hemdijk 2.

Vmbo-leerlingen kunnen daar onder meer de bovenbouwopleidingen Consumptie/Horeca en Digitale Dienstverlening volgen, die Bogerman sinds 2008 aanbiedt. Havo, atheneum en gymnasium hebben alle drie een eigen gezicht. De havo, de meest praktische opleiding van de drie, bereidt leerlingen voor op een hbo-opleiding. Atheneum- en gymnasiumleerlingen kunnen doorstromen naar het wetenschappelijk onderwijs (Bogerman, 2010).

2.3

Missie

Bogerman is een gemeenschap van jongeren en volwassenen die zich willen ontwikkelen met hoofd, hart en handen. De school wil leerlingen opleiden tot volwaardige en kritisch denkende leden van de samenleving. De jongeren leren hun eigen vaardigheden en talenten ontdekken en verdiepen die gaandeweg.

De mensen op en rond Bogerman laten zich inspireren door de bijbel en vormen een gemeenschap van gedeelde waarden. Respect, verantwoordelijkheid, betrouwbaarheid, betrokkenheid en liefde zijn leidende begrippen in het werken en denken op de school en in de omgang met elkaar.

We dagen leerlingen uit om na te denken over hun eigen levensvisie en leren hen hoe ze die kunnen verwoorden. Op alle afdelingen en in alle klassen volgen leerlingen het vak godsdienst. Dit vak is een (school-)examenvak voor havo- en vwo-leerlingen (Bogerman, 2011).

2.4

Samenwerkingsverbanden

Bogerman werkt op verschillende manieren samen met andere scholen. Samen met het Marne College in Bolsward, CSGGaasterland in Balk en De Zuiderpoort in Sneek valt Bogerman onder de stichting voor Christelijk Voortgezet Onderwijs (CVO) in Zuid-West Fryslân. De stichting staat onder leiding van een College van Bestuur, dat wordt bijgestaan door een secretaris en een centraal bureau. Het bureau is ondergebracht op de Bogermanlocatie Hemdijk 2 in Sneek.

Alle christelijke en openbare scholen voor voortgezet onderwijs in Zuid-West Fryslân ontmoeten elkaar in de stichting Fultura, die ze in 2004 oprichtten. Via Fultura hebben de scholen regelmatig

4

overleg over hun leerlingenzorg, met name in het praktijkonderwijs en het vmbo. Ieder jaar stellen de Fultura-scholen samen een zorgplan vast. Dat gaat onder meer over de begeleiding van leerlingen met leerproblemen, het regionaal overleg van zorgcoördinatoren en het gezamenlijke dyslexiebeleid.

Daarnaast neemt Bogerman deel aan Fricolore, een vereniging van vijftien protestants-christelijke en interconfessionele scholen in Fryslân, de Noordoostpolder en Steenwijk. Via de Fricolore Akademy organiseren zij samen nascholing voor hun personeel. Daarnaast leggen de scholen over en weer bezoeken (visitaties) af om de kwaliteit van het onderwijs te onderzoeken en hoog te houden, en spreken ze samen over identiteitszaken (Bogerman, 2010).

2.5

Organisatie en organogram

Het personeel van Bogerman bestaat uit twee groepen: onderwijzend personeel en onderwijs ondersteunend personeel. Het onderwijzend personeel levert het primaire arbeidsprocesen is de grootste groep van de organisatie. Ondersteunend personeel faciliteert en creëert mogelijkheden voor het primaire arbeidsproces.

2.6

Onderscheidende kenmerken Bogerman

Leerlingen krijgen alle ruimte om hun talenten te ontwikkelen. Bogerman neemt hiervoor allerlei initiatieven.

Denk bijvoorbeeld aan bands, het mediaprofiel in Koudum, de uitwisseling met buitenlandse leerlingen en verschillende projecten met het bedrijfsleven. Uit gesprekken met leerlingen blijkt dat zij zich thuis voelen op Bogerman. Er is een sterke gemeenschapszin. Iedereen uit de regio kent wel iemand die op Bogerman werkt, heeft gewerkt, onderwijs volgt of heeft gevolgd. Leerlingen hebben het gevoel dat ze er toe doen (Bogerman,

2010).

2.7

Doelgroep

De doelgroep van Bogerman is de groep 8 leerling. Intermediaire doelgroepen die de primaire doelgroep beïnvloeden zijn: de ouders van de groep 8 leerling, de basisschoolleerkracht, broers en zussen en vriendjes van de groep 8 leerling (Bogerman, 2010).

5

2.8

Communicatiedoelstelling

Groep acht leerlingen: Groep acht leerlingen uit de Zuid-Westhoek van Friesland, met een straal van twintig kilometer rondom Sneek, Koudum en Wommels: 1. Kennen Bogerman als een school die mogelijkheden biedt voor hun talent in een vertrouwde leeromgevingl 2. Hebben het gevoel dat Bogerman hierom wel eens de beste keus zou kunnen zijn voor hen.

3. Gaan op onderzoek uit om te ontdekken of Bogerman de juiste school voor hen is (Bogerman 2010).

2.9

Communicatie

Bij Bogerman is al een groot aantal communicatiemiddelen ontwikkeld. Er zijn voorstellen voor een aantal nieuwe communicatiemiddelen. Hieronder een lijst met de bestaande communicatiemiddelen van Bogerman gericht op de doelgroep.

•

• • • • • •

• •

Open dag Doe dag (meeloopdag) Website Persoonlijk bezoek bij basisschooldirecteur Voorlichting op de basisschool Mailing na de Open dag Workshop sociale media Welkomgids voor alle basisschoolleerlingen Aanvullende folders

6

Hoofdstuk 3 consument

Theoretische verkenning met betrekking tot de

In dit hoofdstuk wordt er nader naar de consument van Bogerman gekeken. Aan de hand van onder andere socio-economische en psychografische kenmerken wordt de consument beschreven.

3.1

Geografische kenmerken

De doelgroep van Bogerman bevindt zich in de Zuid-Westhoek van Friesland (Bogerman, 2010).

3.2

Socio-economische kenmerken

De groep acht leerling is twaalf jaar en woont nog thuis bij zijn ouders. Hij heeft oudere of jongere broers of zussen of hij is enig kind. Hij heeft geen bijbaan, hoogstens een oppas- , schoonmaak of ander klusbaantje. Hij krijgt wellicht zakgeld van zijn ouders maar heeft duidelijk nog niet veel te besteden. De groep acht leerling is toe aan de volgende stap in zijn leven: de middelbare school.

Dezestap wordt ervaren als leuk en een nieuwe uitdaging en is op een goede manier spannend. De groep acht leerling is de grootste en oudste op school en moet nu naar een school waar het weer de jongste is. Het is voor hem belangrijk om bevestigd te worden in het gevoel dat hij er ook op de middelbare school toe doet. Dan hij een eigen persoon is en alle ruimte krijgt op school. Tegelijk wil hij zich graag ontwikkelen in een omgeving waar het vertrouwd en veilig is. De groep acht leerling is vertegenwoordigd op hyves en weet goed hoe hij informatie moet verzamelen op het internet (Bogerman, 2010)

3.3

Psychografische kenmerken

Vrijetijdsbesteding 62%van de jongeren in de leeftijd van 12 tot 18 kijkt meer dan 9 uur per week naar de televisie. In vergelijking tot 2000 is dat percentage afgenomen. Die afname kan deels komen door de toegenomen populariteit van internet. Jongeren besteden tegenwoordig veel tijd aan gamen en chatten. Ook kunnen jongeren via internet televisieprogramma’s bekijken wanneer ze dat willen.

Jongeren sporten graag. Bijna negen op de tien jongeren van 4 tot 18 jaar doet minimaal een uur per week aan lichamelijke sport. Jongeren van 12 tot 25 jaar hebben vaak contact met vrienden en kennissen. Het gaat hierbij om ontmoetingen, of om telefonische en schriftelijke contacten, zoals via sms en msn (CBS,2010).

Sociale activiteiten Jongeren zijn gevoelig voor wat anderen van hen vinden, zowel in hun on- als offline netwerken. Ze hebben niet één groep waar ze deel van uitmaken, maar meerdere. Ze organiseren zich op basis van hun interesses,waarbij ze steeds van interessesfeer wisselen. Online profileren ze zich met hun eigen bijzonderheid/merk met mooie foto’s. Op MSN praten ze vooral met jongeren van twee straten verderop en niet zozeer met jongeren in de rest van de wereld. Online contacten zijn vooral belangrijk om de dagelijkse nieuwtjes niet te missen (Muis, 2010).

Mediagebruik Traditionele media als kranten en tijdschriften zijn minder populair bij jongeren, er wordt vaker gekozen voor nieuwe media als internet. Jongeren beginnen vaak al jong met chatten en hebben vaak een account op social media websites. Ze hebben vaak veel media tegelijk openstaan. Van radio, tv tot internetsites. Ze schakelen met hun aandacht tussen al die ‘kanalen’, waardoor ze een stortvloed aan informatie te verwerken krijgen. Ze verdiepen zich pas in iets als ze het relevant vinden of als hun vrienden het interessant vinden (Muis, 2010).

7

3.4

Schoolkeuze

Het schoolkeuzegedrag van leerlingen lijkt grilliger te worden en minder langs traditionele lijnen te lopen (Bogerman, 2010). Basisschoolleerlingen zijn mondiger en weten beter wat ze willen.

Bovendien is ervaring en sfeer steeds belangrijker. Een leerling wil zich kunnen identificeren met de school. Persoonlijke kennismaking met een school is belangrijk. Bij de schoolkeuze van leerlingen is ook de afstand tot de school belangrijk. In die zin heeft Bogerman een goede positie, aangezien er vestigingen zijn in Sneek, Koudum en Wommels. Zo kunnen leerlingen zo lang mogelijk onderwijs volgen in hun eigen regio.

Er zijn verschillende partijen die invloed hebben op de schoolkeuze van de groep acht leerling. Dat zijn de ouders, broers en zussen, de basisschoolleerkracht en vriendjes. Indien de ervaringen met de middelbare school van het oudste kind goed zijn, zullen ouders willen dat hun jongere kinderen ook naar die middelbare school gaan. Dezeouder heeft vaak de grootste invloed op andere ouders omdat deze ouder praktijkervaring heeft.

Broers en zussen zitten in het voortgezet onderwijs. Zij weten hoe het er aan toegaat en komen met verhalen thuis. De groepachtleerling ziet vaak op naar de oudere broer of zus. Positieve ervaringen met de huidige middelbare school zijn dus van grote invloed op de schoolkeuze van de basisschoolleerlingen.

De basisschoolleerkracht heeft vaak grote invloed op de aanmelding van de basisschoolkinderen. Hij draagt ieder jaar zijn klas over naar de middelbare school en heeft hiermee in de ogen van de ouders een grote schat aan ervaring. De leerkracht vult vaak samen met de ouders het aanmeldingsformulier in en geeft ouders advies over welke middelbare school het best bij het kind past (Bogerman, 2010).

3.5

Betrokkenheid

Bij de doelgroep van Bogerman is een hogebetrokkenheidshierarchie aanwezig. De betrokkenheid van de doelgroep is hoog, omdat ze nog geen ervaring heeft met een middelbare school en omdat er meerdere scholen zijn om uit te kiezen. En de doelgroep weet niet wat de gevolgen van de keuze zullen zijn.

3.6

Pacing

Er is hier sprake van een combinatie van externe en interne pacing. Aan de ene kant zorgt Bogerman voor informatie op scholen en organiseert de school een open dag en doedag. Aan de andere kant kan de doelgroep zelf informatie opzoeken op bijvoorbeeld internet of in folders bijgaand bij een open dag bijvoorbeeld. Ook kunnen ze informatie vragen van mensen die al ervaring hebben met Bogerman. De betrokkenheid van de doelgroep is hoog.

8

Hoofdstuk 4 tot de concurrent

Theoretische verkenning met betrekking

Naast Bogerman zijn er meer middelbare scholen in de Zuid Westhoek in Friesland. In dit hoofdstuk worden de concurrenten van Bogerman behandeld.

4.1

RSG Magister Alvinus

RSGMagister Alvinus is gevestigd in Sneek en biedt alle onderwijsvormen van vmbo tot vwo. RSG heeft ongeveer 1750 leerlingen. De leerlingen komen uit de Zuidwest Friesland.

Missie RSGMagister Alvinus begeleidt elke leerling zo dat hij of zij de kennis, vaardigheden en houding ontwikkelt om succesvol te zijn in de vervolgopleiding, werk en als burger. Ontwikkelen van talenten, zowel bij de leerling als bij de medewerker, staat binnen onze school centraal. Iedere leerling en medewerker haalt het maximale uit zich zelf, onze begeleiding is daar op gericht (RSG,2011).

Visie • • • • • •

RSGwil leerlingen uitdagen met afwisselend en kwalitatief goed onderwijs, waardoor elke leerling gestimuleerd wordt optimaal te presteren en zijn talenten te ontwikkelen.

RSGwil een hechte gemeenschap vormen met een lerende, professionele cultuur, waarin leerlingen en medewerkers verantwoordelijkheid nemen voor de kwaliteit van het eigen functioneren en zich committeren aan de waarden van onze school.

RSGstaat midden in de samenleving en helpt mee de wereld beter te maken door vanuit de openbare identiteit een actieve invulling te geven aan democratisch burgerschap, sociale integratie en duurzaamheid.

De leerlingbegeleiding is gericht op het welbevinden van de leerlingen, zodat leerlingen optimaal kunnen presteren in een veilige leeromgeving.

RSGzorgt voor een efficiënte organisatie en een stimulerende werkomgeving met een goede interne en externe communicatie.

RSGbiedt een breed aanbod van onderwijsmogelijkheden aan, zodat zij als brede scholengemeenschap van meerwaarde is voor de leerlingen, ouders en medewerkers.

Onderwijsconcepten die hierbij als uitgangspunt kunnen dienen, zijn: • • •

uitdagen verbinden afwisselen activeren durven delen

In de onderwijspraktijk betekent dit voor elk team een specifieke invulling: • •

zesinvullingen voor de zesteams, passend bij de leerlingen van dat team de missie, visie en concepten zijn leidraad, c.q. uitgangspunt. Uiteraard kan een concept toegevoegd worden. Missie en visie staan vast en zijn leidend.

Bij leiding geven vanuit de missie/visie werken we vanuit een bepaalde ‘huisstijl' van leidinggeven. Deze ‘huisstijl' krijgt vorm vanuit ‘gedragen' waarden. Tot nu toe hebben we de volgende waarden geformuleerd: vertrouwen, integriteit, samenwerken, eenvoud en ontwikkeling. (RSG,2011)

Communicatie Op dit moment heeft RSGMagister Alvinus een website, schoolkrant, schoolgids, open dag en een doedag.

Op de website is er een apart gedeelte voor leerlingen en ouders ingericht. Maar er staat niets speciaal op wat gericht is op groep acht leerlingen. Op de website staat ook de schoolkrant.

Er zal door de RSGmeer gericht worden op public relations. Daarbij richten ze zich op primair onderwijs. Er worden mentoren van de onderbouw aangewezen als ambassadeurs op de

9

basisscholen. Er is een actieplan wat verder ontwikkeld wordt ten aanzien van de externe communicatie. De school maakt geen gebruik van social media (RSG,2007).

4.2

Marne College

Het Marne College is een middelbare school voor tweetalig vwo, atheneum, havo, vmbo en lwoo. De school is gevestigd in Bolsward en telt 1450 leerlingen. De leerlingen van het Marne College komen uit de Zuidwest Friesland.

Missie en visie De missie van de school is “Sterk en inspirerend onderwijs in een veilige leeromgeving”.

Vanuit onze visie betekent sterk onderwijs dat leerlingen leren verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerprocesen daardoor maximaal resultaat bereiken binnen hun eigen mogelijkheden. Wij dagen leerlingen uit om initiatieven te nemen. We nemen iedere leerling serieus. Wederzijds respect draagt bij aan een pedagogisch klimaat waarin leerlingen, maar ook medewerkers, optimaal kunnen presteren.

Inspirerend onderwijs ontstaat als creativiteit de ruimte krijgt en de variatie in het aanbod groot is. Dit betekent niet dat alles zomaar kan en mag, want dan ontstaat vrijblijvendheid.

Wij willen dat leerlingen bewuste keuzesmaken in hun leven. Het onderwijs in onze school begeleidt en stimuleert de leerlingen hierin. Het is belangrijk dat leerlingen zich bezig houden met ethische en zingevingsvragen. De belangrijkste bron van inspiratie wordt bepaald door de inhoud en vorm van het onderwijs. Een rijke leeromgeving is de beste stimulans voor het leren van leerlingen.

Om een veilige leeromgeving te creëren zijn eigenlijk twee regels voldoende: we hebben respect voor een ieder en we komen de gemaakte afspraken na. Als iedereen in de school dezeuitgangspunten naleeft dan voelen leerlingen en medewerkers zich veilig en thuis.

Hierbij hoort ook dat fouten maken mag. Tenslotte is leren ook kijken hoe ver je kunt komen binnen je eigen mogelijkheden. Het onderwijs richt zich ook op de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen. Alleen een leerling die zich prettig voelt kan optimaal presteren (Marne College,

2008).

Communicatie Het Marne College heeft een website, schoolgids, open dag, doemiddagen, informatieavonden, een schoolkrant en een keuzegids voor groep acht leerlingen. Op de website zijn er enkele pagina´s speciaal ingericht voor huidige leerlingen, ouders en voor groep acht leerlingen. Hier is ook de keuzegids te downloaden. Hierin staat informatie over het Marne College en deze wordt ook op scholen in de buurt verspreidt. De school maakt geen gebruik van social media.

4.3

CSG Gaasterland

De Christelijke Scholengemeenschap “Gaasterland” is een christelijke scholengemeenschap voor lwoo, vmbo en havo en vwo tot en met jaar 3. De school is gevestigd in Balk in de gemeente Gaasterlân-Sleat en vervult een streekfunctie. Een klein aantal leerlingen komt uit de buurgemeenten Skarsterlân en Wymbritseradiel. De school telt ongeveer 360 leerlingen, verdeeld over 19 klassen.

Visie

10

Voor ons als school voor voortgezet onderwijs is het leren van kinderen natuurlijk van groot belang. Leren doen we samen, van en met elkaar. Er wordt geleerd op vakinhoudelijk niveau maar er wordt ook geleerd door aandacht te schenken aan de manier waarop je met elkaar omgaat. Wij vinden het belangrijk dat we op school op een respectvolle manier met elkaar omgaan. Het omzien naar anderen dichtbij of verder weg mogen we niet vergeten. Door leerlingen zoveel mogelijk persoonlijke aandacht te geven hopen we ervoor te zorgen dat ze zich gaan thuis voelen op onze school.

Door ons samen verantwoordelijk te voelen voor de school kunnen we er voor zorgen dat er een goed pedagogisch klimaat ontstaat. Daarbij is een goedesamenwerking en communicatie tussen leerlingen, ouders en personeel van wezenlijk belang.

Het onderwijs proberen we zo vorm te geven dat leerlingen actief meedoen. Er wordt rekening gehouden met verschillen tussen leerlingen. Leerlingen leren om zelfstandig te werken en zelf verantwoordelijkheid te nemen.

Tijdens de keuzewerkuren worden, onder begeleiding van de docent, door individuele leerlingen keuzes gemaakt om bezig te zijn met datgene wat voor hem of haar op dat moment van belang is. Onderwijs op niveau en aandacht voor iedere leerling! Op deze manier wil de CSg“Gaasterland” de leerlingen zo goed mogelijk voorbereiden op het vervolgonderwijs en deelname aan onze samenleving (CSg,2011)

Communicatie CSgGaasterland heeft een website, schoolgids en nieuwsbrieven. Op de website staat een apart gedeelte voor huidige leerlingen met roosters en enzovoort. Ook is er een gedeelte voor ouders. Er is geen aparte sectie voor nieuwe leerlingen. De school maakt geen gebruik van social media.

4.4

Verschillen en overeenkomsten

Er zijn tot nu toe een aantal duidelijke verschillen en overeenkomsten tussen de concurrenten en Bogerman.

Verschillen Alleen Bogerman en Marne College hebben op hun website een aantal pagina´s ingericht voor groep acht leerlingen. RSGMagister Alvinus en CSgGaasterland hebben dat niet.

Overeenkomsten Ook RSGMagister Alvinus, Marne College en CSgGaasterland organiseren open dagen en doe dagen voor de groep acht leerlingen. Nog een overeenkomst is dat geen van de scholen gebruik maakt van social media.

11

Hoofdstuk 5 Theoretische verkenning met betrekking tot huidige trends In dit hoofdstuk worden de huidige trends besproken. Dit wordt gedaan door de macroomgevingsfactoren nader te bekijken. Dit zijn de demografische, economische, politiek-juridische, ecologische, technologische en de sociaal-culturele factoren.

5.1

Demografische factoren

Bevolkingsontwikkeling en -spreiding Súdwest Fryslân is een gebied met steden en platteland. Van de Friese Elf Steden liggen er zes in de nieuwe gemeente. In de gemeente is dynamiek rondom steden en gebieden die worden gekenmerkt door rust en ruimte. De gemeente Súdwest Fryslân heeft de spreiding en concentratie van de inwoners in het grondgebied geanalyseerd en constateert dat er een patroon van stedelijkheid waarneembaar is. Tegen de noordoostrand van de gemeente tekent zich een stedelijke zone af met 55.000inwoners. Dezezone bestaat uit het gebied van Bolsward, Sneek, de nabijgelegen stad IJlst en de dorpen Scharnegoutum en Oppenhuizen.

De toekomstige ontwikkelingen zijn afhankelijke van demografische trends. Waar in het verleden sprake was van bevolkinggroei, is de verwachting dat in de komende decennia de bevolking structureel minder zal groeien en op termijn, na 2030, zal krimpen. Voor de ontwikkelingsambities heeft dat effect. Daar waar in het verleden groei de basis vormde voor stedelijke, sociale en economische ontwikkeling zal in de komende decennia een beperkte groei, stabilisatie en zelfs daling van bevolking de context vormen voor de ambities. De uitdaging is om welzijn en leefbaarheid van de inwoners in die context op peil te houden en te versterken (Gemeente Sudwest Fryslan, 2011) In het Streekplan Fryslân wordt Sneek gezien als één van de zes stedelijke centra van Fryslân.

Rondom deze stedelijke centra zijn in dat plan bundelinggebieden benoemd. Doel van het bundelingbeleid is het borgen van voldoende schaal en massavoor sterke steden en voldoende draagvlak voor hoogwaardige stedelijke voorzieningen en werkgelegenheid. De bijdrage van de kleinere kernen in het bundelinggebied is vooral kwalitatief; gericht op de toevoeging van specifieke woonkwaliteiten in en rond stedelijke centra (Gemeente Súdwest Fryslân, 2011).

Er zijn in de gemeente vijf min of meer gelijkwaardige landelijke clusters. Dat zijn Witmarsum- Arum, Makkum, Workum, KoudumStavoren en Heeg-Woudsend. Ieder cluster bestaat uit één of twee grotere kernen met een inwonertal van tussen 4.500 en 6000 inwoners en een samenhangend netwerk van kleinere dorpen (waarvan 45 met minder dan 500 inwoners). In deze clusters wonen in totaal circa 26.500 inwoners (30%van het aantal inwoners van de gemeente). In de periode 2010-2030 wordt voor Súdwest Fryslân een lichte groei in de omvang van de bevolking voorspeld. De bevolkingssamenstelling verandert (vergrijzing, ontgroening) met een voorziene afname van de beroepsbevolking. Verwacht wordt dat, zonder aanvullend beleid, er sprake zal zijn van een De ring van vijf landelijke clusters en de teruglopende bevolking in de meer landelijke delen stedelijke zone van de gemeente en groei in het meer stedelijke deel.

Deze

12

demografische ontwikkelingen hebben invloed op het behoud van voorzieningen – ook ten aanzien van zorg – en daarmee de leefbaarheid. Binnen de ring, die wordt gevormd door de stedelijke zone Sneek/IJlst/Bolsward en de vijf clusters van steden en dorpen Witmarsum- Arum, Makkum, Workum, Koudum-Stavoren en Heeg-Woudsend ligt een uitgestrekt landelijk gebied met voornamelijk meren en landbouwgrond en enkele kleinere kernen met minder dan 500 inwoners (Gemeente Súdwest Fryslân, 2011).

Leerlingendaling in primair onderwijs In Groningen, Friesland, Drenthe, Gelderland en Limburg krimpt tussen 2010 en 2015 het aantal leerlingen in het primair onderwijs naar verwachting met ongeveer twaalf procent. Landelijk ligt het gemiddelde ongeveer op zeven procent. Vanaf 2015 krijgt ook het voorgezet onderwijs met een flinke daling te maken (Onderwijsarbeidsmarkt, 2011).

Marktontwikkelingen Er ontstaat steeds meer samenwerking tussen verschillende basisscholen, of door middel van het ontstaan van de zogenaamde ´brede scholen´, of door middel van functionele samenwerkingsverbanden. Ouders willen graag de beste opleiding voor hun kind. Dit betekent dat bij niveaukeuze vaak zo hoog mogelijk ingezet wordt, ongeacht of het kind dat aankan.

Leerlingen kiezen steeds vaker ´bureauberoepen´. De dienstverlening heeft in Nederland een positief imago. In tegenstelling tot beroepen in de techniek. Mensen willen niet meer vuil worden van hun werk en doen liever werk met hun hoofd dan met hun handen (Bogerman, 2010).

5.2

Economische factoren

Algemeen in Nederland De Nederlandse economie groeide eerder dit jaar, maar die groei is alweer afgenomen. Huishoudens besteden minder en geven daarmee de economie nauwelijks een impuls (CBS,2011).

Toename werkloosheid De werkloosheid in Nederland is de afgelopen maanden toegenomen. In augustus waren er 421 duizend mensen werkloos. Dat zijn er 25 duizend meer dan gemiddeld in de eerste helft van dit jaar. In de eerste zes maanden van 2011 lag de werkloosheid steeds tussen de 392 en 400 duizend.

Het aantal werklozen is vooral bij 25- tot 45-jarigen toegenomen. In de eerste helft van 2011 waren er in deze leeftijdsgroep gemiddeld 170 duizend werklozen. In augustus is dit aantal opgelopen tot 186 duizend. Onder jongeren tot 25 jaar en onder 45-plussers is het aantal werklozen minder sterk gestegen (CBS,2011).

De handel is de grootste bedrijfstak met 1,5 miljoen banen. De zorg volgt op de voet met 1,4 miljoen banen, terwijl de industrie derde staat. Het belang van de industrie, maar ook van de landbouw en de bouw, is de afgelopen decennia fors kleiner geworden. Veertig jaar geleden stond de industrie op de eerste plek en de zorg op de vijfde. De handel is sinds 1989 de grootste bedrijfstak (CBS,2011).

Werkgelegenheid Gemeente Súdwest Fryslân Het geschetste beeld van de bevolkingsspreiding herhaalt zich voor de verdeling van de werkgelegenheid in de gemeente Súdwest Fryslân. Van het totaal aantal banen (30.000) bevinden 22.000(70%) zich in de stedelijke zone. Het stedelijk gebied biedt duidelijk een ander type werkgelegenheid dan het landelijk gebied. Meer dan 80%van de arbeidsplaatsen in de landbouw en visserij bevindt zich in het plattelandsdeel van de gemeente. Rond 70%van de werkgelegenheid in de handel, industrie, dienstverlening en zorg is te vinden in de stedelijke zone (Gemeente Súdwest Fryslân, 2011).

13

5.3

Politiek- juridische factoren

Scholen in het voortgezet onderwijs hebben met verschillende wetten en regels te maken. Zoals de zomervakantie, die wordt centraal vastgesteld door het rijk. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap werkt op het moment aan een wetswijziging. Het voorstel is om de kerstvakantie en meivakantie centraal te regelen en de zomervakantie van het voortgezet onderwijs een week te bekorten. Dit zou in het schooljaar 2012-2013 in moeten gaan. Er zijn nog meer onderwerpen waar het voortgezet onderwijs mee te maken heeft, onder andere de onderwijskwaliteit, de onderwijstijd, CAO´svoor leraren en boekengelden (Rijksoverheid, 2011).

5.4

Ecologische factoren

In de strategische samenwerkingsagenda tussen de Provincie Fryslân en de gemeente Súdwest Fryslân van 2011-2012 staan de ambities van de gemeente beschreven. De gemeente is onder andere voor een weids en open landschap en ze kiest er voor om de kwaliteit van het groen en het blauw te behouden en te beheren. Ook wordt duurzaamheid als speerpunt genoemd. Súdwest Fryslân is gericht op de toekomst en neemt daar ook verantwoordelijkheid voor. Ze draagt er zorg voor dat economische, sociale en ecologische evenredig zijn gewaarborgd binnen haar beleid. Dit is een vast criterium waarop zij alle beleid zal toetsen (Gemeente Súdwest Fryslân, 2011).

5.5

Technologische factoren

Jongerentrends van 2011 1.

Infobatical

In 2010 was infobesitas nog de trend onder jongeren. Het constant opvragen van nieuwe informatie om maar niets te hoeven missen. Blijkbaar hebben jongeren daar genoeg van want de trend voor 2011 is infobatical. Mensen zijn uitgeput geraakt van de constante toestroom van informatie en zijn toe aan een moment van rust (Onderwijs van morgen, 2011).

2.

Clicktivism

van

In plaats van de demonstreren op straat met spandoeken komt nu het protesteren op internet, het zogenaamde clicktivism. Dit hoeft dan niet per se te gaan over politieke kwesties, jongeren laten over van alles hun ontevredenheid blijken op het net (Onderwijs morgen, 2011).

3.

Uit de muur trekken

Het idee hierbij is usb sticks in de muur. Zo kan iedereen er de laptop op aansluiten en elkaars bestanden uitwisselen en laten zien. Dit is uitgevonden door een Duitse media artiest (Onderwijs van morgen, 2011).

4.

Cloudsounds

Na het succesvan Spotify in 2010 zet Google Music in 2011 de aanval in. Met een handig systeem harkt Google muziek bij elkaar van allerlei sites en servers (de cloud). De gebruikers kunnen vervolgens de muziek streamen naar allerlei apparaten. Dit gaat via de browser, dus er hoeven geen programma´s geïnstalleerd te worden (Onderwijs van morgen, 2011).

14

5.

Verouderde nieuwe media

Sms´en is op zijn retour na de komst van What´s app en Ping. Bellen maakt plaats voor Skypen op de smartphone. Alle communicatie verloopt in 2011 via (mobiel) internet (Onderwijs van morgen, 2011).

6.

Whitewallen

Jongeren krijgen steeds meer behoefte aan privacy en geheimhouding. Daarom gaan ze in 2011 whitewallen. Tijdelijk het facebookprofiel op wit zetten, zodat niemand meer berichten kan achterlaten op het prikbord (Onderwijs van morgen, 2011).

7.

Alles in 3D

3D

Na 3D in de bioscoop zal het ook zijn weg vinden naar de huiskamers. Daarnaast komen er mobieltjes (Onderwijs van morgen, 2011).

8.

Durftevragen

Jongeren met een vraag gaan gewoon het internet op en leggen de vraag voor aan twitteraars. Jongeren worden er steeds beter in zelfstandig gebruik te maken van deze collectieve kennis (Onderwijs van morgen, 2011).

9.

Trashtv

Aso zijn is hip. Met Oh Oh Cherso en New Kids zet in 2011 de trend zich voort (Onderwijs van morgen, 2011).

5.6

Sociaal- culturele factoren

De gemeente Súdwest Fryslân heeft als ambitie aandacht hebben voor de Friese taal en cultuur: ze wil de Friese cultuur uitdragen en stimuleren, met aandacht voor de Friese taal en het behoud van cultureel erfgoed. De gemeente is een tweetalige gemeente die de burger in haar voorkeurstaal bedient (Gemeente Súdwest Fryslân, 2011).

Een speerpunt van de provincie Fryslân is het Friese DNA. Dit wordt vormgegeven in het `Merk Fryslân`. De Friese taal en cultuur worden uitgedragen en gestimuleerd. Naast de Friese taal is er een eigen identiteit in de vorm van bedrijven die bijvoorbeeld streekproducten produceren of simpelweg een Friese eigenheid hebben dat ze vrijwel niet meer losgekoppeld kunnen worden van de regio. Ook de Friese cultuur in Súdwest Fryslân en het behoud van haar culturele erfgoed waarmee haar DNA gevormd wordt is aan de orde. In de samenwerkingsagenda met de gemeente staan projecten die zorgen voor realisatie van deze ambitie. De projecten zijn: • Friese Elfsteden; • Overeenkomst inzake Fries taalbeleid Ministerie BZK, provincie Fryslân en gemeente Súdwest Fryslân; • Behoud en ontwikkeling cultureel erfgoed (o.a. musea, kerken); • Behoud en ontwikkeling monumenten, en beschermde stads- en dorpsgezichten; • Ontwikkeling van lokale Friese culturele sporten als skûtsjesilen, kaatsen, fierljeppen, it Frysk hynder; • Behoud en ontwikkeling van (traditionele) Friese culturele evenementen als “Slach om Warns”, de Heamieldagen, en de Sneker Simmer/Sneekweek (Gemeente Súdwest Fryslân, 2011).

15

Hoofdstuk 6

Bogerman Wommels

In dit hoofdstuk wordt er meer informatie gegeven over Bogerman Wommels.

Algemeen Bogerman Wommels is een school met ongeveer 170 leerlingen. Het is een kleine school en dat zorgt ervoor dat leerlingen en leraren elkaar kennen.

Op Bogerman Wommels zijn alle onderwijsniveaus mogelijk. Vmbo basis beroepsgericht, vmbo kaderberoepsgericht, vmbo theoretisch, havo en vwo. Bij de basis- of kaderberoepsgerichte leerweg, moeten leerlingen na de tweede klas naar een andere school. Als ze kiezen voor vmbo theoretisch dan kunnen ze in Wommels het diploma halen. Havo en vwo leerlingen gaan na klas drie naar een andere school.

De school heeft flexibele leslengtes. Dat betekent dat gymnastiek bijvoorbeeld 100 minuten duurt, en de mentorles maar 25 minuten (Bogerman, 2011).

Leergebieden In Wommels krijgen leerlingen les in zogenaamde leergebieden. Dat zijn een soort van pakketten met vakken die met elkaar te maken hebben. Er wordt dus niet les gegeven in een vak, maar in een leergebied. Er zijn drie leergebieden: • Mens en maatschappij, met de vakken aardrijkskunde, geschiedenis, economie en godsdienst.

• Mens en natuur, met biologie, verzorging, techniek, natuurkunde en scheikunde.

• Profilering, met gymnastiek, muziek en beeldende vakken.

Het voordeel van deze leergebieden is dat leerlingen het verband kunnen zien tussen de verschillende vakken. Bijvoorbeeld aardrijkskunde heeft ook veel met geschiedenis te maken.

Wanneer en hoe is bijvoorbeeld Nederland ontstaan?

Met profilering worden regelmatig creatieve opdrachten gedaan. Zo hebben leerlingen al een drietalige rapmusical en een lipdub gemaakt. De lipdub is op GPTV uitgezonden en staat nu nog op youtube (Bogerman, 2011).

Meertalig Voortgezet Onderwijs In de onderbouw wordt er op havo/vwo niveau meertalig onderwijs gegeven. Dat betekent dat leerlingen aardrijkskunde in het Engels krijgen en Geschiedenis in het Fries. Ook Engels volgen ze in het Engels (Bogerman, 2011).

Leerlingwerving Bogerman Wommels doet op dit moment het volgende aan leerlingenwerving en contacten met basisscholen: Doe dag Open dag eerstejaars gaan terug naar hun eigen basisschool met een foto en een maandjournaal en vertellen hoe het gaat op Bogerman Wommels.

Locatieleider Wommels gaat naar basisscholen waarvan oud leerlingen op Bogerman zitten.

Zij vertelt daar hoe het met de leerlingen gaat.

Locatieleider Wommels heeft dit jaar een les Nederlands gegeven op It Funemint in Wommels. Dit werd erg enthousiast ontvangen (Bogerman, 2011).

16

Hoofdstuk 7 onderzoek

Uitkomsten kwantitatief en kwalitatief

Na de uitkomsten van het deskresearch is er verder onderzoek gedaan. Ten eerste is er een enquête afgenomen onder 45 van de 51 eersteklassers van Bogerman Wommels. Ten tweede heeft er een groepsgesprek plaatsgevonden met een groepje eersteklasleerlingen. Ten slotte is er door een aantal leerlingen van andere middelbare scholen een vragenlijst ingevuld. Uiteraard is er ook gesproken met de locatieleider van Bogerman Wommels. In dit hoofdstuk staan de belangrijkste uitkomsten uit het onderzoek beschreven. Kijk in de bijlage voor de uitgebreide resultaten.

Algemeen Iets meer dan de helft van de geënquêteerde eersteklassers is jongen. Ongeveer één vijfde van de leerlingen komt uit Wommels, met It Fûnemint als school waarvan het grootste gedeelte Wommelser leerlingen komt. Toch is relatief gezien Wommels met It Funemint niet de grootste leverancier van leerlingen aan Bogerman Wommels. Andere leerlingen komen uit plaatsen als Winsum, Spannum, Itens, Bolsward en andere dorpen tot twintig kilometer van Wommels. Uit die plaatsen komen variërend van één tot vier leerlingen. De meerderheid van de ondervraagde leerlingen doet de theoretische leerweg van het vmbo. Dit is ook de leerweg die in Wommels afgemaakt kan worden.

Schoolkeuze Uit de enquête blijkt dat leerlingen zich bij de schoolkeuze het meest laten adviseren door hun ouders. Toch maken ze veelal zelf de beslissing voor een school. Bij de keuze voor een school blijkt de sfeer op een school het belangrijkste te zijn voor de leerlingen. In het groepsgesprek wordt gezegd dat de leerlingen onder sfeer vooral verstaan: gezelligheid, hoe het er op school aan toe gaat en hoe leraren en leerlingen met elkaar omgaan. De keuze voor een school wordt het vaakst na de Doe dag gemaakt, maar ook redelijk vaak komt de keuze na een opsomming van de Open dag, Doe dag en de cito uitslag. De leerlingen geven in de enquête aan vooral voor Bogerman te hebben gekozen vanwege het onderwijs, de sfeer en het feit dat de school klein en dichtbij huis is.

Leerlingen over Bogerman Wommels Meer dan de helft van de ondervraagde leerlingen vindt het gezellig op Bogerman Wommels en zou daarom Bogerman Wommels aanraden bij vrienden. Ook voelen ze zich thuis en vinden ze het fijn dat het een kleine school is en dichtbij huis.

Uit het groepsgesprek komt naar voren dat de leerlingen in groep acht al een beeld hadden van Bogerman Wommels. Dat beeld was vooral dat het een kleine en gezellige school is. Nu de leerlingen daadwerkelijk op Bogerman onderwijs volgen, zeggen zij dat dit beeld klopt. De leerlingen zijn aan hun beeld over Bogerman gekomen door broers of zussen die al naar de school gingen. Van hen hebben zij vaak positieve verhalen gehoord. De leerlingen van het groepsgesprek vinden het klein en gezellig op school en vinden de leraren goed en leuk. Volgens de leerlingen is het gezellig op school omdat het klein is en dat daardoor iedereen elkaar kent. Leerlingen kennen elkaar en de leraren en leraren kennen de leerlingen en weten daardoor ook hoe ze met elke leerling om moeten gaan. Dat maakt dat er goede sfeer hangt op Bogerman Wommels, zeggen de leerlingen in het groepsgesprek. Daardoor voelen ze zich ook allemaal thuis op Bogerman Wommels. Ze weten dan ook niet wat er beter kan op Bogerman Wommels.

Waarom niet Bogerman Wommels In de enquête geven leerlingen aan dat klasgenoten van de basisschool niet voor Bogerman Wommels hebben gekozen omdat ze de school te klein vonden, stom vonden en omdat broers en/of zussen ook ergens anders op school zaten. Dit strookt met antwoorden van kinderen die naar concurrerende scholen gaan en die een vragenlijst ingevuld hebben. Zij komen uit Wommels, Easterein, Reahûsen Sneek en gaan naar het Marne College en naar RSGMagister Alvinus. Eén

17

meisje heeft voor Bogerman Sneek gekozen, omdat ze anders na twee jaar in Wommels toch ook naar Sneek zou moeten. De kinderen zeggen niet voor Wommels te hebben gekozen omdat ze de school te klein vinden, een andere school hen leuker leek en zussen van hen ook naar die andere school gaan. Ook noemen de kinderen dat ze graag eens wat anders wilden, in een andere plaats. Dus naar de stad, waar er in de tussenuren geshopt kan worden, in plaats van in Wommels blijven.

Over communicatiemiddelen Meer dan de helft van de ondervraagde leerlingen van Bogerman Wommels heeft informatie gezocht over Bogerman Wommels bij de schoolkeuze. De meesten hebben dit gedaan door naar de Open- en Doe dag te gaan. De Open dag, Doe dag, website en folders van Bogerman worden over het algemeen goed beoordeeld door de eersteklasleerlingen. Sociale media worden veel gebruikt door de eersteklassers, vooral hyves, msn en youtube worden veel gebruikt. Meer dan de helft van de ondervraagden had wel met Bogerman willen hyven of twitteren in groep acht.

Open dag

In het groepsgesprek zeggen de leerlingen dat ze de Open dag leuk vonden. Ze hebben veel gezien.

Wat de leerlingen het meeste bij is gebleven is dat ze figuur hebben gezaagd en spelletjes gedaan hebben in een paar lokalen. Ook hebben ze een proefje gedaan met de hartslag. Ook het eten die dag is de leerlingen bijgebleven. De sfeer zoals die normaal is op Bogerman Wommels was er niet echt op de Open dag volgens de leerlingen. Eén leerling zegt dat ze de open dag meer iets vindt voor de ouders. Haar ouders werden meer aangesproken dan zij, zegt ze. De leerlingen zeggen genoeg informatie gekregen te hebben op de Open dag.

Doedag

De leerlingen zijn voor de Doe dag opgehaald met een bus. De Doe dag duurde van negen tot drie.

Tussen de middag kregen ze broodjes. Dat is de leerlingen vooral bijgebleven. Wat ze ook nog goed weten en wat ze erg leuk vonden is dat ze shampoo en een verpakking voor die shampoo hebben gemaakt. De sfeer was volgens de leerlingen gezellig op de Doe dag. Er waren allemaal kinderen uit groep acht, ze werden in groepjes gedeeld en zo moesten ze langs de verschillende lokalen. Zo kon je kinderen leren kennen waarbij je misschien wel in de klas zou komen, zegt een leerling. Eén leerling zegt dat hij dankzij de Doe dag voor Bogerman Wommels heeft gekozen.

Website

De leerlingen vinden de website redelijk. Alle informatie staat er wel op maar ze missen meningen en verhalen van leerlingen. Ook hebben de leerlingen als tip meer foto´s op de website, ook foto´s van het gebouw. De leerlingen zouden graag het maandjournaal van Bogerman Wommels op de website terug willen zien.

18

Hoofdstuk 8

Conclusies

In dit hoofdstuk staan de belangrijkste conclusies uit het onderzoek op een rij.

•

Leerlingen hebben in groep acht al een mening over de verschillende middelbare scholen.

•

Leerlingen laten zich het meest adviseren door hun ouders, maar maken veelal zelf de beslissing voor een school.

•

Bij de keuze voor een school blijkt de sfeer op een school erg belangrijk.

•

De keuze voor een school wordt het vaakst na de Doe dag gemaakt.

•

Leerlingen vinden het gezellig op Bogerman Wommels. Ook voelen ze zich thuis en vinden ze het fijn dat het een kleine school is en dichtbij huis.

•

Leerlingen hebben vooral voor Bogerman gekozen vanwege het onderwijs dat er gegeven wordt, de sfeer en het feit dat de school klein en dichtbij huis is.

•

De Doe dag wordt erg goed beoordeeld door leerlingen.

•

Vooral de ‘bezigheden’ op de Open- en Doe dag zijn leerlingen bijgebleven.

•

Op twee leerlingen na zijn alle eersteklassers op de Doe dag geweest.

•

Een veelvoorkomende reden waarom kinderen niet voor Bogerman Wommels kiezen is omdat ze het een te kleine school vinden.

•

Sociale media worden veel gebruikt door leerlingen, vooral hyves, msn en youtube.

•

Bogerman Wommels beschouwt de Doe dag als hét moment om leerlingen te werven (Grooters, 2011).

•

Bogerman Wommels wil zich op dit moment profileren als een school waarbij de kinderen voorop staan, waar goed onderwijs wordt gegeven, waar kinderen de kans krijgen om alles eruit te halen wat erin zit, waar geen angst is om nieuwe ontwikkelingen te proberen, bijvoorbeeld met Meertalig Voortgezet Onderwijs en leslengtes (Grooters, 2011).

•

Leerlingen zijn erg tevreden op Bogerman Wommels. Ze vinden het gezellig, de leraren zijn leuk en goed, ze kennen iedereen, ze kennen de leraren, de leraren kennen hen, oftewel; leerlingen voelen zich thuis. Er worden leuke acties gedaan, zoals de lipdub en de drietalige rapmusical. Het bruist op Bogerman Wommels.

19

Hoofdstuk 9

Adviesvraag en doelstellingen

Leerlingen zijn erg tevreden op Bogerman Wommels. Ze vinden het gezellig, de leraren zijn leuk en goed, leerlingen kennen iedereen, ze kennen de leraren, de leraren kennen hen, leerlingen voelen zich thuis. Er worden leuke acties gedaan, zoals de lipdub en de drietalige rapmusical. De sfeer is goed op school, het leeft er en er worden creatieve, leuke activiteiten gedaan. Jezou kunnen zeggen dat het bruist op Bogerman Wommels. Na dit te concluderen, blijft de adviesvraag hetzelfde:

Hoe kan Bogerman communicatie inzetten om leerlingen te werven?

Voor dit marketingcommunicatieplan zijn drie doelstellingen opgesteld, een kennis-, houding- en gedragsdoelstelling. Alle drie doelstellingen zijn effectdoelstellingen, ze hebben namelijk betrekking op het effect dat er met de communicatieactiviteiten behaald moet worden.

•

De kennisdoelstelling is dat groep acht leerlingen in dorpen in een straal van 7 km rondom Wommels voor maart 2013 weten dat Bogerman Wommels een bruisende school is.

•

De houdingsdoelstelling is dat groep acht leerlingen in dorpen in een straal van 7 km rondom Wommels voor maart 2013 het gevoel hebben dat Bogerman Wommels de juiste school voor hen is.

•

De gedragsdoelstelling is dat groep acht leerlingen in dorpen in een straal van 7 km rondom Wommels voor maart 2013 ervaren dat Bogerman Wommels een school is die bruist.

In een straal van zeven kilometer zijn de volgende dorpen belangrijk om te bereiken omdat daar relatief weinig kinderen vandaan komen: o Wommels o Easterein o Winsum o Reahûs o Itens o Burgwerd

20

Hoofdstuk 10 Strategie Gebaseerd op de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek is er een strategie ontstaan. In dit hoofdstuk wordt beschreven welke strategie Bogerman Wommels kan gebruiken om de doelstellingen te behalen.

Leerlingen van Bogerman voelen zich thuis op de school en vinden het gezellig, oftewel, Bogerman Wommels doet het goed qua sfeer. Het is van belang dat groep acht leerlingen dit weten en nog beter; zelf ook eens kunnen ervaren.

Wat blijkt uit het onderzoek is dat leerlingen het contact en het zien van de school en het bezig zijn op de school het meest hebben gewaardeerd in aanloop naar de keuze voor een middelbare school.

Het blijkt dat de meeste kinderen voor Bogerman Wommels kiezen na de Doe dag. De Doe dag doet soms zelfs kinderen van mening veranderen van school. De Doe dag wordt door leerlingen zeer goed beoordeeld en ook vanuit Bogerman wordt de Doe dag gezien als dé dag om leerlingen te werven.

Het laat dus zien dat contact met de (toekomstige) leerlingen en laten zien en ervaren wat de school is, werkt!

Een goede strategie voor Bogerman Wommels om meer leerlingen enthousiast te maken voor de school is: laat meer zien wie je bent in het contact met mensen en maak daarbij gebruik van de gemeenschapszin.

Daarbij zijn de volgende punten belangrijk: •

Vaker contact creëren met kinderen en in dat contact laten zien en liever nog laten ervaren wie Bogerman Wommels is,

•

Vaker het gezicht laten zien in de omgeving, zodat er binding en relatie ontstaat tussen Bogerman Wommels en de gemeenschap. Proberen zo een deel uit te gaan maken van de gemeenschap,

•

Dit kan door activiteiten/gebeurtenissen op Bogerman te delen met de omgeving. Zoals activiteiten en opdrachten van het leergebied profilering laten zien in de omgeving.

•

Hierbij kan gebruik gemaakt worden van faciliteiten in dorpen, zoals dorpshuizen, bibliotheken en verenigingen.

Bogerman laten zien!

Door mensen, en dan met name kinderen, meer en vaker te laten zien en laten ervaren wat voor school Bogerman Wommels is en wat de school te bieden heeft, kan er contact en binding ontstaan tussen Bogerman en de gemeenschap. Dus als Bogerman vaker zijn gezicht laat zien, kan de school deel gaan uitmaken van het dagelijkse leven van de mensen in de gemeenschap. Daardoor ontstaat er binding en relatie en kunnen er meer kinderen enthousiast voor de school worden gemaakt.

Contact met de mensen is belangrijk.

Gemeenschapszin Bogerman Wommels begeeft zich in een regio met veel gemeenschapszin. Er zijn veel dorpshuizen, cafés, sportverenigingen, muziekkorpsen/verenigingen, toneelverenigingen en noem maar op. Dit zijn faciliteiten waar Bogerman gebruik van zou kunnen maken om zichzelf te laten zien. In de communicatiemix wordt er verder op in gegaan hoe Bogerman van die faciliteiten gebruik zou kunnen maken. Ook wordt er aangegeven wat voor middelen Bogerman nog meer zou kunnen gebruiken om zichzelf te laten zien en meer leerlingen te laten ervaren hoe de school is.

Hoofdstuk 11 Communicatiemix 21

In dit hoofdstuk komen de communicatiemiddelen aan bod. De middelen komen voort uit de strategie beschreven in het hoofdstuk hiervoor. Verderop in dit rapport wordt de planning van de verschillende middelen gegeven.

11.1 Communicatiemiddelen De middelen die hieronder beschreven staan zijn er allemaal op gericht om contact te maken en te houden met de doelgroep en met de gemeenschap waarin Bogerman Wommels zich begeeft.

11.1.1 Proeflessen Bogerman Wommels zou aan basisscholen aan kunnen bieden om proeflessen op de basisschool te verzorgen. Dit kunnen lessen zijn uit de leergebieden, maar ook bijvoorbeeld in het kader van het Meertalig Voortgezet Onderwijs. Op deze wijze kunnen groep acht leerlingen van de betreffende basisschool kennismaken met de manier van onderwijs krijgen en Bogerman Wommels kan zich laten zien op de basisschool en contact maken met de leerlingen en de groep acht leerkracht.

Als basisscholen aangeven bij de locatieleider van Wommels dat bij een bepaald vak de overgang erg groot is naar het voortgezet onderwijs, kan er ook worden aangeboden om in dat vak een proefles te verzorgen. Hierbij geldt hetzelfde idee als hierboven, de leerlingen van groep acht hebben er wat aan en ze zien wie de leerkracht is van Bogerman. Bogerman kan zich laten zien op de basisschool en contact leggen met de leerlingen en leerkracht.

11.1.2 Tûke Rakkers voor Meertalig Voortgezet Onderwijs In Sneek is er Tûke Rakkers voor MVO, Technasium en vwo en gymnasium. Een kennismakingsmiddag voor groep acht leerlingen met deze onderwijsstromen.

In Wommels zou er ook Tûke Rakkers georganiseerd kunnen worden, maar dan uiteraard voor MVO. Zo kan Wommels het MVO meer aankaarten en kinderen kennis laten maken met meertalig onderwijs. Tegelijk maken kinderen zo kennis met de school Bogerman Wommels. Het is dus een kans voor Bogerman om zich te presenteren aan de leerlingen van groep acht. De leerlingen zouden een middag leuke, indrukwekkende proeflessen kunnen krijgen op Bogerman zelf. Dit is waarschijnlijk een hele ervaring voor hen en zo kunnen ze ervaren hoe het is om op Bogerman les te krijgen. Tevens kunnen ze ervaren wat voor sfeer er op de school hangt.

11.1.3 Profilering delen met gemeenschap De drietalige rapmusical en de lipdub zijn voortgekomen uit het leergebied profilering. De musical en de lipdub is de leerlingen goed bijgebleven en heeft dus indruk gemaakt. Het is een voorbeeld van de creativiteit die er op Bogerman Wommels is. De musical zou een prima voorbeeld zijn om te delen met de regio om zo te laten zien wat Bogerman allemaal doet. Nodig bijvoorbeeld basisscholen uit om de musical te komen bekijken. Of ga met de musical de dorpshuizen af. Zo krijgen de mensen in de gemeenschap inzicht in wat voor leuks er allemaal gedaan wordt op Bogerman. Profilering zou meer van soortgelijke creatieve activiteiten voort kunnen brengen wat gedeeld kan worden met de gemeenschap. Bijvoorbeeld met musicals/toneelstukken langs de dorpshuizen, cafés en dorpsfeesten. Mooie werkstukken zouden wellicht in bijvoorbeeld de bibliotheek geëxposeerd kunnen worden. Dus als er iets leuks met profilering wordt gemaakt/gedaan, kan het zo veel mogelijk gedeeld worden met de buitenwereld. Dus ook zo veel mogelijk op de website en nieuwe media, inclusief foto’s en filmpjes. Zo kunnen mensen volgen wat er speelt op Bogerman.

11.1.4 Sterrenwedstrijd Om contact te maken met de doelgroep, groep acht leerlingen, kan zij betrokken worden bij een project van profilering. Bijvoorbeeld bij een musical. Er kan door Bogerman Wommels een soort van sterrenwedstrijd georganiseerd worden waarbij kinderen van 10 tot 12 jaar uit de omgeving mogen strijden om een bepaalde rol in de musical. Denk hierbij aan het programma Op zoek naar Mary Poppins. Er kunnen meerdere rollen verdeeld worden, zodat er meer kinderen elke week naar

22

Bogerman komen om te repeteren. Diegene die de wedstrijd winnen, mogen in de musical spelen.

Omdat de musical in verschillende dorpen opgevoerd zal worden, zijn de kinderen extra gebrand om te winnen. Er zou elke woensdagmiddag gerepeteerd kunnen worden, aangezien de basisscholen dan vrij zijn. Omdat de kinderen elke week naar Bogerman komen om te repeteren, kunnen zij de sfeer op de Bogerman uitgebreid meekrijgen. Er zou zo een band kunnen ontstaan tussen de kinderen en de leerlingen en betreffende leerkrachten van Bogerman. De kinderen zouden hun ervaringen kunnen delen met klasgenoten en vriendjes. Zo is Bogerman Wommels aanwezig in de dagelijkse levens van de doelgroep.

De sterrenwedstrijd kan uitgezet worden buiten de basisscholen om. Basisscholen geven wel eens aan dat ze regelmatig door middelbare scholen benaderd worden voor acties en dergelijke. Dit hoeft niet zo vaak voor de basisscholen. Daarom wordt er bij deze actie gebruik gemaakt van promotie van de wedstrijd elders in de gemeenschap. Bijvoorbeeld via de supermarkten, bibliotheken, bij verenigingen en elders in de dorpen. Daarbij kunnen posters gebruikt worden en ook kan er geflyerd worden in de dorpen. De website kan zich ook lenen voor deze actie.

11.1.5 Tekenwedstrijd ten aanzien gebouw Het gebouw van Bogerman Wommels is niet meer zo nieuw als het geweest is. Dit zien toekomstige leerlingen ook. Het kan geen kwaad om het gebouw hier en daar een kleine ‘oppimp beurt’ te geven.

Hier kunnen (toekomstige) leerlingen bij betrokken worden, met als voordeel voor Bogerman dat er contact ontstaat met de groep acht leerlingen.

Een voorbeeld van een actie die gehouden kan worden ten bate van het aanzicht van de school van buiten. Er zou een tekenwedstrijd uitgeschreven kunnen worden op alle basisscholen die contact hebben met Bogerman. Het zou als volgt kunnen zijn: Een tekenwedstrijd voor groepen acht; ontwerp de mooiste graffititekening voor op de zijwand van de Bogerman. Elke groep acht mag drie ontwerpen opsturen. De Bogerman zoekt uit alle deelnemers de allermooiste en dat ontwerp wordt ook daadwerkelijk op het gebouw gespoten. Dit zullen de kinderen fantastisch vinden en het gebouw fleurt er ook van op. Op een speciaal moment wordt de graffititekening onthuld. Op de dag van de onthulling van de tekening op de muur, kunnen alle deelnemende groep achten van de basisscholen uitgenodigd worden, met de ouders. Dan is er de onthulling, met een klein prijsje voor de winnaars en daarna een hapje en drankje met muziek in de aula voor alle kinderen en ouders en leerkrachten van de deelnemende scholen. Uiteraard zijn er ook leerkrachten van Bogerman aanwezig. Zo kan Bogerman zich mooi presenteren. Er kunnen e-mailadressen verzameld worden van kinderen en/of hun ouders zodat zij een nieuwsbrief van Bogerman kunnen ontvangen. Zo kunnen ze altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws en van leuke acties op Bogerman Wommels.

11.1.6 Clinics voor kinderen van sportverenigingen Bogerman zou contacten kunnen leggen met de sportverenigingen in de buurt, zodat ook daar Bogerman zichtbaar is en zo nog meer in de omgeving gaat leven.

Bogerman zou voor jonge leden van sportverenigingen in de buurt clinics kunnen organiseren waarbij aspecten van alle sporten in de buurt belicht worden. Denk hierbij aan voetenwerk, teamwork, communicatie, respect en balvaardigheid. Een voorbeeld zou kunnen zijn een rugby clinic. In deze sport zijn aspecten als communicatie, respect, teamwork en voetenwerk belangrijk.

Dezelfde aspecten die ook belangrijk zijn bij volleybal, korfbal en voetbal, sporten die in de omgeving erg populair zijn. Wellicht dat gymleraren hier meer ideeĂŤn over hebben. Kinderen die meedoen aan de clinic zijn een ervaring rijker en zullen die niet snel vergeten.

23

11.1.7 Clinics voor kinderen van toneelverenigingen Hetzelfde idee als hierboven maar dan met creatieve verenigingen zoals toneelverenigingen. Met het vak profilering kunnen er clinics aangeboden worden aan kinderen die bij bijvoorbeeld een toneelvereniging zitten. In de clinics kunnen er bepaalde aspecten belangrijk bij toneel behandeld worden, mimiek bijvoorbeeld. Hier hebben de kinderen wat aan en zij zullen de ervaring niet snel vergeten. Door de clinics te verzorgen ontstaat er zo ook contact met toneelverenigingen in de buurt waardoor er meer relatie met de omgeving ontstaat.

11.1.8 Nieuwsbrief Bij alle middelen hierboven beschreven kunnen er e-mailadressen van kinderen en ouders verzameld worden. Dan kunnen zij de nieuwsbrief van Bogerman Wommels ontvangen en blijven ze op de hoogte van wat er allemaal speelt op Bogerman.

11.1.9 Blog/Sociale media Het hoeft niet gezegd, sociale media is populair bij de jeugd. Sociale media is ideaal om de buitenwereld, en dan met name groep acht leerlingen, te laten weten waar leerlingen op Bogerman mee bezig zijn. Bijvoorbeeld met een blog. Een blog van leerlingen op de website of op een hyvespagina biedt groep acht leerlingen inzicht in de schoollevens van middelbare scholieren. Iets waar kinderen erg nieuwsgierig naar zijn, wat ook blijkt uit het onderzoek. Via de blog kunnen er verhalen gedeeld worden waar de kinderen ook weer op kunnen reageren. Zo ontstaat er contact tussen de school en de groep acht leerlingen. Op de blog kan naast tekst uiteraard ook foto’s en filmpjes geplaatst worden. De blog en de hyvespagina kunnen bijgehouden worden door een leerling die fanatiek is met verhalen en sociale media. Zodoende hoeft het geen extra tijd te nemen van een werknemer.

11.2 Mediaplanning Communicatiemidde l Proeflessen Tûke Rakkers Sterrenwedstrijd Musicaloptredens Tekenwedstrijd

Sept

Okt

Nov

Dec

Jan

Feb

Sportclinics Open dag Doe dag Basisschoolbezoeken Eerstejaars naar basissch Blog/sociale media Website

24

De mediaplanning loopt van september tot en met februari. Dit is omdat de inschrijving voor een middelbare school tot maart mogelijk is. Dus bovenstaande is de periode dat kinderen en ouders zich ori毛nteren op een middelbare school. In het schema staan ook de al bestaande middelen verwerkt.

Proeflessen kunnen worden gegeven in november en december. Dan zijn kinderen in groep acht inmiddels gewend in groep acht. T没ke Rakkers kan plaatsvinden en januari. Dan komen de open dagen en doe dagen er ook aan en wordt er dan meestal een besluit gemaakt. T没ke Rakkers ligt dan bij de kinderen nog vers in het geheugen. De sterrenwedstrijd kan worden gehouden in oktober. Als dan de winnaars bekend zijn, kan er nog in oktober, november en december gerepeteerd worden.

Dan kan er in januari en februari opgetreden worden in de dorpshuizen. In oktober kan de tekenwedstrijd georganiseerd worden. Dat kan een voor groep acht leerlingen een mooie eerste kennismaking zijn met Bogerman Wommels. De sportclinics kunnen in september en oktober aangeboden worden. Dan is het wellicht nog mooi weer en is het mogelijk het veld op te gaan. De blog op de website en de sociale media gaat het hele jaar door. Uiteraard ook in de maanden die niet in de mediaplanning staan.

Hoofdstuk 12 Conclusie De adviesvraag luidde:

Hoe kan Bogerman communicatie inzetten om leerlingen te werven?

Uit het onderzoek blijkt dat het voor leerlingen belangrijk is dat ze contact hebben met de school en kunnen ervaren hoe het er op de school aan toe gaat. Dat ze als het ware onderdeel kunnen worden van de school. Dit gegeven heeft geleid tot een advies: Laat zien hoe de school is in contact met anderen en maak daarbij gebruik van de gemeenschapszin in de dorpen. Bogerman kan meer zijn doelgroep laten ervaren wat er allemaal speelt op Bogerman en hoe het er aan toe gaat. Dit kan de school doen door middel van proeflessen, T没ke Rakkers, een sterrenwedstrijd, een ontwerpwedstrijd voor een graffititekening op de buitenmuur, een blog/sociale media en door meer proberen te halen uit het leergebied profilering. Daarmee is er meer mogelijkheid om Bogerman te laten zien in de omliggende dorpen en in de gemeenschap waardoor er uiteindelijk meer kinderen enthousiast zullen raken over Bogerman Wommels.

25

Literatuur Floor, J.M.G.& Raaij, W.F. (2006). Marketincommunicatiestrategie. Groningen: Wolters-Noordhoff.

Verhage, B. (2004). Grondslagen van de marketing. Groningen: Wolters-Noordhoff.

Websites Bogerman www.bogerman.nl Geraadpleegd 7 juli 2011 RSGMagister Alvinus www.rsg-sneek.nl Geraadpleegd 10 juli 2011 Marne College www.marnecollege.nl Geraadpleegd 10 juli 2011 CSgGaasterland www.csggaasterland.nl Geraadpleegd 10 juli 2011 CBS(2010). Landelijke jeugdmonitor rapportage 2e kwartaal 2010. http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/FC1C89C3-37DE-459A-9C83-4CF160D1BAC4/0/10P579.pdf Geraadpleegd 10 juli 2011 CBS(2011). Groei Nederlandse economie afgezwakt in tweede kwartaal. http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/macro-economie/publicaties/dne/economischegroei/archief/2011/2011-16-08-01-ne-e.htm Geraadpleegd 16 september 2011 CBS(2011). Geen groei consumptie huishoudens. http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/macroeconomie/publicaties/dne/bestedingen/archief/2011/2011-16-08-01-ne-btxt.htm Geraadpleegd 16 september 2011 CBS(2011). Bevolkingstrends http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/B3B93D6C-2BE0-4E39-A9DF-311FA4A0791B/0/2011k2b15pub.pdf Geraadpleegd 16 september 2011 CBS(2011). Werkgelegenheid zorg groeit spectaculair. http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/macroeconomie/publicaties/artikelen/archief/2011/2011-3440-wm.htm Geraadpleegd 16 september 2011

CBS(2011). Werkloosheid verder gestegen.

26

http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/arbeid-sociale zekerheid/publicaties/artikelen/archief/2011/2011-059-pb.htm Geraadpleegd 16 september 2011 Gemeente Súdwest Fryslân (2011). Strategische samenwerkingsagenda http://www.gemeentesudwestfryslan.nl/document.php? m=15&fileid=11593&f=e83f3300e0447cee04b0b1b56d115b79&attachment=&c=0 Geraadpleegd 16 september 2011 S. de Graaff (2011). Let´s Learn http://www.surfsharekit.nl:8080/get/smpid:4283/DS2 Geraadpleegd 16 september 2011 Muis. J. (12-12-2008). Reclamebureau Young Works over jongerenmarketing. http://www.decommunicatiedesk.nl/admin/pdfcreator/default.asp?artid=9265 Geraadpleegd 10 juli 2011 Onderwijs van morgen http://www.onderwijsvanmorgen.nl/jongerentrends-van-2011/ Geraadpleegd 10 juli 2011 Onderwijsarbeidsmarkt (2011). http://www.onderwijsarbeidsmarkt.nl/cijfers-en-trends/2010/spreadsheet-leerlingendaling-po/ Geraadpleegd 10 juli 2011 Holsheimer. M. Social media strategisch inzetten (2010). http://www.decommunicatiedesk.nl/articledetails.asp?articleid=9549 Geraadpleegd 14 september 2011 Goede. K. GeoTargeting, bereik je online klant in de buurt (2010). http://www.decommunicatiedesk.nl/admin/pdfcreator/default.asp?artid=9734 Geraadpleegd 14 september 2011 Muis. J. Zes principes van Cialdini om gedrag te beïnvloeden (2010). http://www.decommunicatiedesk.nl/admin/pdfcreator/default.asp?artid=9898 Geraadpleegd 14 september 2011 Graffitinetwerk http://www.graffitinetwerk.com/opdrachtgevers.asp Geraadpleegd 7 januari 2012 Sport Campsand Clinics http://www.sportcampsandclinics.nl/?file=kop4.php Geraadpleegd 7 januari 2012

Rapport Wiersma. J. (2010). Communicatiebeleidsplan. Bogerman.

Bijlage 1 Methode van onderzoek

27

Na de deskresearch is er nader onderzoek gedaan.

Kwantitatief onderzoek Enquête eerstejaars Bogerman Wommels

Ten eerste is er een enquête afgenomen onder de eerstejaars van Bogerman Wommels. De enquête is uitgedeeld in de les en tijdens de les ingevuld en vervolgens weer ingeleverd. De enquête is in overleg met de stagebegeleider en locatieleider van Wommels Trienke Grooters opgesteld.

Vragenlijst voor leerlingen concurrerende school Bogerman

Een vragenlijst voor leerlingen van een concurrent van Bogerman is in de sporthal te Easterein uitgedeeld en door een overzichtelijke groep volleyballers ingevuld.

Kwalitatief onderzoek Groepsgesprek eerstejaars Bogerman Wommels

Met een zestal eerstejaars leerlingen is er een groepsgesprek gehouden. Gebaseerd op de uitkomsten van de enquête zijn er gespreksonderwerpen opgesteld.

Gesprekken met Trienke Grooters

Er zijn een aantal gesprekken geweest met locatieleider van Bogerman Wommels Trienke Grooters om meer te weten te komen over onder andere de inzichten van haar in het onderwerp. Ook is er een gesprek geweest over hoe Bogerman Wommels de werving van leerlingen op dit moment aanpakt.

Dagje meedraaien in de klas in Wommels

Om inzicht te krijgen in hoe het in de klas er aan toe gaat en hoe de sfeer is op Bogerman Wommels was er de mogelijkheid om een dagje mee te lopen met een leerling.

28

Bijlage 2 Uitkomsten kwantitatief en kwalitatief onderzoek Uitkomsten kwantitatief onderzoek betreffende de consument Het kwantitatieve onderzoek is gedaan in de vorm van een enquête onder 45 eersteklassers van Bogerman Wommels.

Demografisch Van de in totaal ondervraagde eersteklassers zijn er 24 jongens en 21 meisjes.

De geënquêteerden komen uit de volgende dorpen, per dorp het aantal geënquêteerden: - Wommels 11 - Winsum 5 - Itens 4 - Bolsward 4 - Hilaard 4 - Spannum 3 - Burgwerd 3 - Easterein 2 - Welsrijp 2 - Kubaard 1 - Leons 1 - Tzum 1 - Baaium 1 - Boksum 1 - Makkum 1 - Bitgummole 1 De geënquêteerden komen van de volgende basisscholen, per basisschool het aantal geënquêteerden: - It fûnemint, Wommels 8 - De Romte, Itens 5 - CBSDe Reinbôge, Hilaard 5 - CBSDe Stapstien, Winsum 5 - It Skûlplak, Burgwerd 3 - De Tarissing, Spannum 3 - De Grûnslach, Welsrijp 3 - De Foareker, Easterein 2 - Súdwester, Sneek 2 - Otto Clant, Boksum 1 - CBSMooitaki, Bitgummole 1 - ABBSDe Reinboge, Kubaard 1 - OBSDe Opslach, Wommels 1 - OBSMiedskoalle, Winsum 1 - It ambyld en de zwaai, Bolsward 1 - OBSIt iepen Stee, Makkum 1 - De Opbouw, Bolsward 1 - St. Maartenschool, Bolsward 1

29

De meerderheid van de eersteklasleerlingen doen vmbo theoretisch. Dat zijn er 18. Daarna volgt het havo/vwo met 11 leerlingen. Vervolgens komen vmbo b en k met ieder 8 leerlingen.

Verdeling leerlingen per niveau

Aantal leerlingen

20 15

Vmbo t Vmbo b

10

Vmbo k Havo/vwo

5 0

Schoolkeuze Leerlingen laten zich bij de schoolkeuze het meest adviseren door hun ouders. Ouders wordt gevolgd door broers/zussen, dicht daarbij staan meesters/juffen. Daarna laten leerlingen zich adviseren door kinderen die al naar Bogerman gaan en vrienden.

Meer dan de helft van de geënquêteerde eersteklassers heeft uiteindelijk zelf de keuze voor Bogerman gemaakt. Dat zijn 28 leerlingen. 11 leerlingen hebben de keuze samen met de ouders gemaakt. Bij 4 leerlingen hebben de ouders de keuze gemaakt en bij 2 leerlingen heeft de meester/juf met de ouders en de leerling zelf de keuze gemaakt.

Uiteindelijke keuze

Aantal leerlingen

30

Zelf

25 20 15 10 5 0

Ouders Samen Samen en docent

Factoren belangrijk bij kiezen

Sfeer blijkt de belangrijkste factor te zijn bij de leerlingen bij het kiezen van een middelbare school. Daarna volgt of het een kleine school is en het onderwijs. Dan komt de factor of de school dichtbij huis is en begeleiding op de school.

Moment keuze

Het vaakst wordt genoemd dat de keuze gemaakt is na de doe dag. Daarna volgt de open dag, de uitslag van de Cito toets en aan het begin van groep acht. Het wordt echter vaak in combinatie genoemd; aan het begin van groep achtt, na doe- en open dag en soms daarbij na de uitslag van de cito. Er zou dus gezegd kunnen worden dat leerlingen de keuze niet na één moment maken, maar na meerdere momenten. Ze maken als het ware een opsomming voor henzelf.

Informatie zoeken

30

25 leerlingen hebben informatie gezocht over Bogerman Wommels, 20 niet. Van degene die informatie gezocht hebben wordt het vaakst genoemd dat ze zich op de doe dag geïnformeerd hebben. Daarop volgt dat ze na de open dag informatie gezocht hebben. 8 maal wordt de open- en doe dag in combinatie genoemd.

Meningen over Bogerman Wommels Meer dan de helft van de geënquêteerde eersteklassers zou Bogerman Wommels aanraden bij vrienden omdat het volgens hen gezellig is op Bogerman Wommels. Dat zijn 23 leerlingen. Daarna wordt genoemd door elk 16 leerlingen; het is er leuk en klein. Twee leerlingen geven aan Bogerman niet aan te willen raden. Maar het merendeel van de eersteklassers vind het op Bogerman Wommels dus gezellig.

Redenen voor kiezen Bogerman Wommels

Er zijn twee factoren die het meest genoemd worden als reden dat leerlingen voor Bogerman Wommels gekozen hebben, dat zijn het onderwijs dat op Bogerman gegeven wordt en het feit dat het dichtbij huis is. Daarna komt de factor kleine school en ook geven leerlingen aan dat ze gekozen hebben voor Bogerman Wommels vanwege de leergebieden. Daarna volgt de factor leslengtes en vervolgens MVO. Redenen waarom klasgenoten uit groep acht niet naar Bogerman Wommels

Leerlingen geven aan dat hun klasgenoten Bogerman Wommels te klein vinden. 5 leerlingen zeggen dat klasgenoten de school stom vonden en 5 leerlingen geven aan dat broers of zussen van klasgenoten op een andere school zaten, en daarom de klasgenoten daar ook heen zijn gegaan.

Daarna wordt genoemd dat klasgenoten een andere school beter vonden en dat klasgenoten naar het Marne College zijn gegaan.

Uitspraak over Bogerman Wommels

Leerlingen zeggen vooral dat ze het gezellig vinden op Bogerman Wommels. Daarna volgt dat ze zich thuis voelen, dat ze het fijn vinden dat de school klein is, dichtbij huis, dat de lessen leerzaam zijn en de leraren leuk. De uitspraak ‘ik vind het niet erg dat ik naar Sneek moet om de opleiding af te maken’ wordt door de meerderheid van de geenqueteerden als minst mee eens bestempeld.

Leerlingen vinden het dus blijkbaar wel erg dat ze na een aantal jaar de opleiding ergens anders af moeten maken. Of het kan zijn dat deze uitspraak minder op hen van toepassing was dan de andere uitspraken, dat de uitspraak genoodzaakt als minst mee eens gestemd wordt.

Over communicatiemiddelen Bogerman Wommels Open dag

37 van de 45 leerlingen zijn op de open dag geweest. 34 van de 35 leerlingen vonden de open dag aansprekend. 27 van de 34 vonden de open dag informatief. 24 van de 32 vonden de open dag modern. De open dag scoort bij de leerlingen een gemiddeld cijfer van 8,3. De open dag wordt over het algemeen dus positief gevonden. De factoren informatief en modern scoren minder vergeleken met aansprekend.

Doedag

42 van de 45 leerlingen zijn op de doe dag geweest. 39 van de 41 leerlingen vonden de doe dag aansprekend. 30 van de 38 vonden de doe dag informatief, 29 van de 38 vonden de doe dag modern.

De doe dag scoort een gemiddelde van 8,6.

Bijna elke eerste klas leerling is dus op de doe dag geweest. De factoren informatief en modern scoren vergeleken met aansprekend niet goed.

Website

31

29 van de 45 leerlingen heeft de website bezocht. 12 van de 24 leerlingen vonden de website aansprekend. 24 van de 26 vonden de website informatief, 19 van de 26 vonden de website modern.

25 van de 28 vonden de website mooi ingedeeld. 22 van de 27 vonden het mooi opgemaakt. De website scoort een gemiddelde van 7,8.

Niet iedereen heeft de website bezocht. Hier kan wellicht meer mee gedaan worden. De website wordt niet echt aansprekend en modern gevonden. De website wordt echter wel informatief genoemd.

Folders

24 van de 44 leerlingen hebben de folders gelezen. Net iets meer dan de helft. 16 van de 23 vonden de folders aansprekend, 19 van de 22 vonden de folders informatief, 14 van de 22 vonden de folders modern, 15 van de 22 vonden de folders mooi opgemaakt. De folders scoren een gemiddelde van 7.6.

De folders zijn dus niet door veel leerlingen gelezen. De folders scoren hierin het slechtst van alle in de enquĂŞte genoemde communicatiemiddelen.

Informatie gemist website

Twee keer wordt genoemd dat er gemist wordt wat voor docenten er werken op Bogerman Wommels. Ook zouden leerlingen meer nieuwtjes willen zien, welke opleidingen en vakken er zijn en meningen(verhalen) van leerlingen. De site mag volgens leerlingen overzichtelijker, en dat bezoekers minder vaak hoeven te klikken.

Mediagebruik Er wordt door de ondervraagde leerlingen weinig gebruik gemaakt van lokale televisie, lokale radio en lokale kranten. Hiermee bestaat er dus weinig kans om leerlingen te bereiken.

Sociale media

Er zijn 2 leerlingen die zeggen geen sociale media te gebruiken. Hyves wordt het meest gebruikt met 42x, daarna komt Youtube met 37x, MSN met 32x, Twitter met 15x en Facebook met 13x. Habbo hotel wordt 3x genoemd en e-buddy 2x. Hyves, Youtube en MSN worden door de ondervraagde eersteklassers dus het meest gebruikt.

Hyven/Twitteren met Bogerman in groep acht

Meer dan de helft van de 45 leerlingen had in groep acht wel willen hyven of twitteren met Bogerman.

32

Kwantitatief onderzoek leerlingen concurrent In dit hoofdstuk komen de uitkomsten van het kwantitatief onderzoek betreffende de leerlingen van de concurrent aan bod. Dit onderzoek is gedaan door middel van een korte enquĂŞte onder een aantal leerlingen van concurrerende scholen van Bogerman Wommels. Kijk in de bijlage voor de enquĂŞte.

Reden keuze school De meerderheid van de ondervraagden komt uit Wommels en gaat naar het Marne College in Bolsward. Anderen gaan naar RSGMagister Alvinus in Sneek. Redenen voor de keuze voor het Marne College zijn dat het hen een leuke school leek, de school is niet te klein en niet te groot. Een ander reden die genoemd wordt is dat er de mogelijkheid is om te shoppen in de tussenuren.

Redenen voor de keuze voor de RSGis dat zussen ook naar die school gaan.

Reden voor niet kiezen Bogerman Wommels Vaak is er niet voor Bogerman Wommels gekozen omdat ze de school te klein vinden. Een andere school leek hen leuker. Andere redenen die genoemd worden zijn: tweetalig onderwijs is er niet op Bogerman Wommels, Wommels is te ver weg en ook wordt genoemd dat ze graag wel eens wat anders willen in een andere plek, dus naar de stad in plaats van in Wommels blijven. Ten slotte wordt nog genoemd als reden dat in Wommels de opleiding niet afgemaakt kan worden en dat ze daarom maar gelijk naar Sneek is gegaan.

Kwalitatief onderzoek betreffende de consument Hieronder staan de belangrijkste uitkomsten beschreven van een groepsgesprek met zes eersteklassers van Bogerman Wommels.

Beeld van Bogerman Wommels Het beeld dat leerlingen van Bogerman Wommels hadden in groep acht was vooral dat de school klein is. Gezellig en leuke leraren wordt ook genoemd. Achteraf nu de leerlingen naar het Bogerman gaan, zeggen ze dat dit beeld klopt. Oud klasgenoten van de leerlingen die naar een andere school zijn gegaan hadden ook het beeld van Bogerman dat het klein is.

De leerlingen zijn aan hun beeld van Bogerman gekomen door broers of zussen en vrienden die al naar Bogerman gingen. Van hen hebben de leerlingen vaak positieve verhalen gehoord. De leerlingen vinden het klein en gezellig op school, ze vinden de leraren leuk en goed. Ze zouden niet weten wat er beter kan op Bogerman Wommels.

Sfeer De leerlingen verstaan onder sfeer vooral gezelligheid, hoe het er op school aan toe gaat en hoe leraren en leerlingen met elkaar omgaan. De leerlingen vinden het gezellig op Bogerman Wommels.

Ze geven aan dat dat komt omdat het klein is en dat daardoor iedereen elkaar kent. Leerlingen kennen leraren en leraren kennen leerlingen en weten daardoor ook hoe ze met elke leerling om moeten gaan. Dat maakt dat er een goede sfeer hangt op de school, volgens de leerlingen. Dat maakt ook dat ze zich allemaal thuisvoelen op Bogerman Wommels.

Naar welke school zijn vrienden gegaan

33

De leerlingen geven aan dat vrienden van hun naar RSGMagister Alvinus, Bogerman Sneek, Comenius in Leeuwarden en naar het Marne College zijn gegaan. Volgens de leerlingen zijn vrienden daarheen gegaan omdat de school groter is, er zijn meer mensen, ze vinden die school leuker, broers of zussen van diegene zit ook op die school en er valt op de school meer te kiezen. Zo is er op het Marne College tweetalig onderwijs voor vwo.

Communicatiemiddelen Open dag

De leerlingen vonden de open dag leuk. Ze hebben veel gezien en ook hier en daar een beetje gepraat met leraren. Wat de leerlingen het meeste bij is gebleven is dat ze figuur hebben gezaagd en spelletjes gedaan hebben in een paar lokalen. Ook hebben ze een proefje gedaan met de hartslag.

Ook het eten is de leerlingen bijgebleven. De sfeer zoals die normaal is op Bogerman Wommels was er niet echt op de open dag volgens de leerlingen. Eén leerling zegt dat ze de open dag meer iets vindt voor de ouders. Haar ouders werden meer aangesproken dan zij, zegt ze. De leerlingen zeggen genoeg informatie gekregen te hebben op de open dag, ze hebben geen verbeterpunten.

Doedag

De leerlingen zijn voor de doe dag opgehaald met een bus. De doe dag duurde van negen tot drie.

Tussen de middag kregen ze broodjes. Dat is de leerlingen bijgebleven. Wat ze ook nog goed weten en wat ze erg leuk vonden is dat ze shampoo en een verpakking voor die shampoo hebben gemaakt.

De sfeer was volgens de leerlingen gezellig. Er waren allemaal kinderen uit groep acht, ze werden in groepjes gedeeld en zo moesten ze langs de verschillende lokalen. Zo kon je kinderen leren kennen waarbij je misschien wel in de klas zou komen, zegt een leerling. De leerlingen werden in het Nederlands en normaal aangesproken door de leraren. Alles was volgens de leerlingen goed aan de doe dag, ze hebben dan ook geen verbeterpunten. Eén leerling zegt dat hij dankzij de doe dag voor Bogerman Wommels heeft gekozen.

Website

De helft van het groepje leerlingen heeft in groep acht op de Bogerman website gekeken voor informatie. Zij hebben toen op het Wommels gedeelte van de website gekeken. De leerlingen vinden de website redelijk. Alle informatie staat er wel op maar ze missen meningen en verhalen van leerlingen. Ook hebben de leerlingen als tip meer foto´s op de website, ook foto´s van het gebouw en ze zouden graag het maandjournaal van Bogerman Wommels op de website terug willen zien.

34