Magazine #Over 2019

Page 1

…TOEKOMST, HEDEN EN VERLEDEN VAN ONZE LEEFOMGEVING.

07 16 30 68

TIPS OM TE BELEVEN

DIRK SIJMONS VERWACHT EEN ‘BUMPY RIDE’ WONEN EN WERKEN OP EEN BIJZONDERE PLEK JORIS LUYENDIJK KRITISCH OVER DE OMGEVINGSWET

jaargang 1, 2019


  magazine

LAAT DE OMGEVING SPREKEN 2


voorwoord De kwaliteit van onze omgeving doet er toe.

En dat we kunnen doorpraten over omgeving

Misschien zijn we ons daarvan niet altijd bewust,

en herkomst en wat die voor haar of hem

maar ik ben ervan overtuigd dat onze omgeving

betekenen. Welke verhalen zijn eraan verbonden?

in belangrijke mate bijdraagt aan ons levensgeluk.

Waarom spreekt deze plek je aan?

Een klein voorbeeld uit de dagelijkse praktijk

Dit zijn nu precies het soort vragen die wij

in de omgang met elkaar: mensen die we voor

in dit nieuwe magazine naar voren willen

het eerst ontmoeten, stellen we gemakkelijk

brengen: Hoe laten wij onze omgeving spreken?

de onschuldige vraag “waar kom jij vandaan”?

Een magazine met artikelen en beelden om

Dit illustreert dat we waarde hechten aan de plek,

u te inspireren en misschien ook wel om u

de omgeving waar we wonen en leven. Waar we

uit te dagen bewust om te gaan met onze

zijn geboren en opgegroeid. En hoe mooi is het

omgeving. Om samen kwaliteit te koesteren en

dan dat zo’n antwoord aanleiding geeft voor een

te ontwikkelen. Voor onszelf, voor onze buren,

echte kennismaking met die andere persoon.

de samenleving en voor de generaties na ons. Ik wens u veel lees- en kijkplezier. Bart Buijs, directeur Het Oversticht

Waar ik vandaan kom: Hier ziet u mij toen ik vier jaar oud was op de David Brown tractor van mijn opa. In 1968 woonde ik tijdelijk bij mijn opa en oma op de ­boerderij. De Westhoeve, een p ­ achtboerderij van kasteel Broekhuizen in Darthuizen / L ­ eersum ­(zie foto). U weet wel, het landgoed waar de eerste serie ‘Heel Holland Bakt’ werd opgenomen.

3


Inhoud

  magazine

16

08 77 68

07 08 12 14 16 22 25 29 4

TIPS OM TE BELEVEN

30

BUITENLEVEN IN DE STAD wat maakt een plek een fijne plek

35

HARCULO IJsselcentrale Zwolle

36

EEN DAG UIT HET LEVEN VAN EEN STADSBOUWMEESTER kijken naar wat kan DIRK SIJMONS verwacht een bumpy ride GEDEPUTEERDE HESTER MAIJ over Burgemeesterserfgoed DE OMGEVINGSWET wat verandert er DIENSTBAAR ERFGOED

40 42 47

WONEN & WERKEN OP EEN BIJZONDERE PLEK SMAAKVOL ERFGOED smaakmakers opgelet NIEUWE KANSEN VOOR HET PLATTELAND op zoek naar nieuwe functies DE WEERRIBBEN HET STATION DAT ZWOLLE VERDIENT Henk Snel over nieuwe spoorontwikkeling CREATIEF HERBESTEMMEN ruimte voor nieuw gebruik en historische ontwikkeling

3


6

22 42

30 52 54 59 60 66 68 72

WAT WORDT HET LANDSCHAP VAN DE TOEKOMST? lees, kijk, denk en droom mee WEDEROPBOUWKUNST bijzondere collectie in openbare ruimte

77 80 83

VAN A NAAR BELEVING het landschap ervaren tijdens een autorit ERFGOEDEDUCATIE COLOFON

FACTS Overijssel - de tuin van Nederland BEELDBEPALEND ERFGOED IN HET WATERLANDSCHAP over dijken, sluizen en gemalen NAGELE Rietveldwoningen JORIS LUYENDIJK kritisch over de Omgevingswet KOLONIËN VAN WELDADIGHEID

5


advertentie

GROENE PARELS IN OVERIJSSEL Wandelen door lommerrijke landschapsparken 1780-1830 Door Willemieke Ottens, Els van der Laan en Karin Bevaart

r aa 19 gb 20 rij ril rk p ve af a n va

Nieuw boek over prachtige landschapsparken in Overijssel

Groene Parels in Overijssel brengt de rijke collectie in beeld van landschapsparken die in de periode 1780 tot 1830 in Overijssel werden aangelegd. In deze collectie schuilen bijzondere verhalen van prachtige locaties in een gevarieerd landschap, van toonaangevende tuinarchitecten en bijzondere opdrachtgevers, van stadsparken en buitenplaatsen en van diverse ontwerptekeningen en gedetailleerde oude kaarten. Het boek biedt een breed overzicht van de verrassende groene rijkdom die Overijssel al omstreeks 1830 bezat. Deze romantische wereld wordt rijk geïllustreerd aan de hand van oude en nieuwe beelden, waaronder vele nieuwe kaarten waarin de historische situatie gecombineerd wordt met het reliëf van het huidige landschap. € 24,95 - ISBN 978 94 6262 225 8 - verkrijgbaar vanaf april 2019 Een uitgave van Uitgeverij Waanders & de Kunst (www.waandersdekunst.nl)


TIPS OM TE BELEVEN

Unieke monumenten

Er zijn monumenten waarbij het gebouw en de inrichting een geheel vormen. Het meest bekende voorbeeld is misschien wel Jachthuis Sint Hubertus op de Veluwe. Ook in Overijssel zijn er zogenaamde ‘interieurensembles’ te vinden, zoals b ­ ijvoorbeeld Café de Moespot in ­Vollenhove.

www.cultureelerfgoed.nl/interieurensembles

Wonen in een museum

Je belt aan bij Rams Woerthe. Je bent geen bezoeker, maar gast. Ervaar het leven van de familie Tromp Meesters uit Steenwijk. Hier geen afzetkoordjes; hier mag je zitten op de stoelen, kasten opentrekken en knieperties bakken in de keuken. In de museumhuizen van ­H­endrick de Keyser breng je het huis tot leven!

Op avontuur

tussen water, techniek en natuur www.museumhuizen.nl

Internationale rivieren, havens en ­kusten zijn jarenlang nagebouwd in de Noordoost­polder. In het Waterloopkundig ­L aboratorium werd onderzoek gedaan naar het ge-

(On)zichtbaar Zwolle

Onder de grond en achter de gevels van de historische gebouwen van Z ­ wolle gaat een onzichtbare geschiedenis schuil. Tijdens een interactieve wandeling krijgt u via een app informatie over de bouwgeschiedenis van Zwolle en ervaart u de verrassende kant van historische locaties.

Verhalen van vliegbasis ­Twente

Een plek die jarenlang afgesloten is ge-

drag van water. Het ­Waterloopbos is nu rijks­monument waar je tussen de ruïnes ­bijzondere ­wandelingen kunt maken.

www.natuurmonumenten.nl/

natuur­­­gebieden/waterloopbos

weest voor publiek opent haar deuren. Wat is de impact van de vliegbasis op het landschap, de ­natuur en de bewoners? Een ­terrein vol verhalen! Naast een wandel- of fietstocht kun je ook luisteren naar een hoorspel over het gebied

www.wandelroutezwolle.nl

tijdens WOII.

www.vliegbasistwenthe.info/routes

7


magazine

BUITEN LEVEN

IN  DE STA D WAT MAAKT EEN PLEK EEN FIJNE PLEK?

8


HANS KARSSENBERG

Schreef het boek ‘the city at eye level’: Een boek over ‘placemaking’, het verbeteren van steden, straten en plekken. Samen met Gooitske Zijlstra werkt Hans aan het ontwikkelen van straten, pleinen en gebieden.

PLACEMAKING

Bij placemaking worden bewoners en andere belanghebbenden betrokken bij de inrichting van de openbare ruimte. Het observeren, begrijpen, activeren en beheren van ‘veelzijdige ontmoetingsplekken’ in openbare ruimtes, zoals pleinen, straten of parken staat hierbij centraal.

Berber Brand en Ingrid van Herel

KENT U DAT? U BENT OP EEN PLEK WAAR U NOG NOOIT EERDER BENT GEWEEST, MAAR U MERKT METEEN DAT HET EEN FIJNE PLEK IS. U VOELT ZICH THUIS EN VINDT HET NIET ERG OM ER LANGER TE BLIJVEN. DE PLEK IS ZELFS UITNODIGEND. MAAR WAAR LIGT DAT NU AAN? WAT MAAKT EEN PLEK EEN FIJNE PLEK?

We nemen een willekeurige stad in

Onlangs heeft deze kale asfaltplak een

­Overijssel en kijken wat ‘placemaking’

ware metamorfose ondergaan: door de

kan betekenen voor de kwaliteit van onze

kleuren en de speeltoestellen die muziek

buitenruimte. We kiezen voor E ­ nschede:

maken, nodigt dit plein meer uit tot in-

een stad in beweging met kleine en grote

teractie en verblijven. In de korte tijd dat

binnenstedelijke ontwikkelingen. Op

wij hier staan zie je met name jongeren

drie plekken gaan we in gesprek met

langskomen, soms nog met enige twijfel

elkaar en kijken met andere ogen naar

nemen ze plaats op de schommel of ach-

de o ­ penbare ruimte.

ter de DJ-tafel. Er worden korte gesprekjes met elkaar aangeknoopt. “Goh, dit moet

We beginnen op het stationsplein: de

je vaker doen, je voelt je tien jaar jonger”,

toegangspoort tot de stad. Vanuit het

wordt ons toegeroepen.

verhoogd gelegen station kom je de stad binnen door een zone met geparkeerde

Karssenberg: “Leuk om te zien dat jon-

scooters, fietsen en auto’s. Bomen en

geren hier positief benaderd worden

ander groen werken vaak goed in een

in het ontwerp, aangezien ze vaak als

ruimte, maar hier lijken ze neergezet als

probleem (overlast) worden ervaren.

opvulling, in plaats van dat ze een doel

De ­ontwerpers hadden echter meer ge-

dienen. Zijlstra: “Het lijkt ook alsof er geen

bruik kunnen maken van het formaat van

rekening is gehouden met de zon, alle

het plein. Het is zo groot dat er voldoende

bankjes staan in de schaduw.” Op de plek

plek is om meerdere doelgroepen aan

waar je bankjes zou verwachten is nu een

te spreken. De uitdaging is hier om een

lege ruimte of er worden fietsen neerge-

mix van mensen langer te laten blijven.

zet. Een veelvoorkomend probleem bij

Laat ze nog maar even experimenteren.

stations: fietsenstallingen - of ze zijn er

Dit idee heeft tijd nodig, maar ziet er

te weinig of ze zijn verkeerd geplaatst.

veelbelovend uit.”

”Waarom zouden we de bankjes niet kunnen verplaatsen, zoals in een huiskamer? We zijn het niet gewend, we zouden er meer mee moeten experimenteren. Het is nu te statisch. In New York werkt het ook.” Als we doorlopen naar het plein richting het centrum voelt het anders.

9


magazine

“Bij beide pleinen zie je trouwens op geen

We vervolgen onze fietstocht naar Room-

Vaak gaat iedereen voor zijn eigen gewin,

enkele plek mentaal eigenaarschap terug.

beek. De plek van de vuurwerk­ramp in

maar hier zie je dat iedereen er sámen de

De ondernemers die aan het plein geves-

2000. Tegenwoordig is het een plek waar

schouders onder heeft gezet en er dus

tigd zijn hebben hun ramen ­bestickerd en

wonen, werken en ­cultuur op een pretti-

een passend geheel is gevormd.” Iets wat

zijn dus naar binnen gekeerd. N ­ iemand

ge manier samenkomen. De Roombeek

opvalt zijn de gevels. Langs het water zijn

voelt zich betrokken bij het plein waar-

geeft aanleiding ‘iets te doen’, de stenen

winkels gevestigd, met daarvoor een gale-

door dus niemand zorgt voor het plein

zijn spannend om op te stappen. Zo heb

rij. Je loopt wellicht droog, maar de puien

en het niet tot leven komt”, analyseert

je ook weer wat te zien. Karssenberg:

zijn naar achteren geplaatst waardoor

Karssenberg. Op de hoek heeft Perron22

“Je ziet dat hier heel erg vanuit samen-

je zicht beperkt wordt. Ondernemers

haar deuren en terras onlangs geopend.

werking is ­opgetrokken.

zijn daardoor geneigd om hun reclame­

Dit is een kans om bij aan te haken.

uitingen voorbij de gevel te plaatsen,

­Zijlstra: “Goed om met kantooreigena-

zodat ze gezien worden. J­ammer, want

ren te praten. Wanneer de leefbaarheid

hierdoor verrommelt dit stuk.

van het plein omhoog gaat, gaat ook de waarde van hun pand omhoog.”

10


Buitenleven in de stad

TIPS & TRICKS van Hans Karssenberg

1

Vorm een ‘lekkere plekken’ team en creëer mentaal eigenaarschap! Je bent 10x meer betroken wanneer je je eigenaar van een plek voelt.

2

Beschouw een plein als een octopus, niet als een eiland. Pak niet alleen een plein aan, maar ook de toegangswegen er naartoe.

3

Creëer ‘huiskamers’. Plekken met knusse hoekjes, fijne zitplaatsen, beplanting en goede verlichting. Want waar voel je je thuis? Thuis!

4

Zorg voor balans. Een ideaal plein bestaat voor 50% uit betaalde zitplaatsen (terrassen) en voor 50% uit gratis zitplaatsen (bankjes, verhogingen etc.).

5

Geef een plein drie ‘wanden’. Zorg ervoor dat het geen vlakte wordt.

6

Zorg voor samenhang tussen de hardware, software en orgware van een plek. Wat zie je, wat doe je en hoe is het georganiseerd?

We eindigen ons gesprek op het ­Konings­-

Het plein ‘voelt goed’, het is kleinschalig,

­plein bij het ziekenhuis. In 2016 was deze

kleurrijk en er zijn voldoende en fijne

plek een van de kanshebbers voor de

zitplaatsen en de looplijn is heel natuur-

Falco Award (prijs voor de mooiste open-

lijk ontworpen. Karssenberg: “Door ook

bare ruimte in Nederland). Wanneer we

kunstwerken aan de overkant van de weg

op het plein aankomen snappen we deze

te plaatsen, zijn er geen ­bordjes nodig.” n

nominatie gelijk.

7

Zorg ervoor dat de ‘hybride zone’ voor de gevels, de stoep, tussen 0,5 - 2 meter is. Wanneer deze breder is, gaat men deze privaat maken.

8

Observeer of een plek gebruikt wordt zoals bedacht is. Ga nog eens praten met de opdrachgever.

9

Na aanleg is een plein niet af, hier b­ egint het pas! Pas het ontwerp aan als er nieuwe inzichten ontstaan.

11


  magazine

HARCULO

12


Wikipedia formuleert de informatie over Centrale Harculo, in Zwolle en omstreken beter bekend als ‘de IJsselcentrale’ al in de verleden tijd. En dat is correct. De afbraak van de energiecentrale heeft sinds de laatste eenheid in 2015 stil gelegd werd, in rap tempo plaatsgevonden. Haast was geboden, want de sloop­ vergunning liep 31 december 2018 af. Het verhaal van de centrale en de opbouw en afbraak van de ooit kenmerkende schoorstenen, is de afspiegeling van de wijze waarop wij met energiebronnen omgaan. Na steenkolen en stookolie, was aardgas de energiebron. ­Daarnaast kwam ook plantaardige olie en bio-massa. Inmiddels staan er bij de centrale twee velden met zonnepanelen.

foto’s: Ben Vulkers

13


magazine

ATEN L WE KIJKEN NAAR WAT KAN EEN DAG UIT HET LEVEN VAN EEN STADSBOUWMEESTER

Berber Brand

We nemen nog snel een kop koffie en

landschapsarchitecten en cultuurhistorici

­stadsbouwmeester dan gezamenlijk op

dan komt de eerste aanvrager met zijn

die advies uitbrengt aan burgemees-

met een s­ tedenbouwkundige.

architect binnen. Er zijn plannen om een

ter en wethouders van een gemeente.

nieuwe woning op een vrije kavel te bou-

De ­plannen zijn al in behandeling wat

In andere gemeenten is er sprake van

wen. “Doe er referenties bij van hoe je ’t wil

betreft bestemmingsplan en vergun-

een Q-team, ofwel een kwaliteitsteam.

hebben. Kan je zo verder? Wordt mooi!”

ningentraject. De welstandscommissie

Bouwplannen die passen binnen het

Elk kwartier druppelt er een nieuwe aan-

heeft een toetsende rol aan de achterkant

bestemmingsplan, zoals het bouwen van

vrager binnen. ­“ Vertelt u eens wat u

van het proces. Een stadsbouwmeester

een nieuwbouwwoning of een aanbouw

wilt, dan kijken we hoe we gezamen-

daarentegen heeft een meer begelei-

van een bedrijfspand, worden behandeld

lijk tot een oplossing ­kunnen komen”,

dende rol. De stadsbouwmeester, die

tijdens het spreekuur van de stadsbouw-

start stadsbouwmeester Endrie Nijhuis

vanuit Het Oversticht werkt voor een

meester. Bouwplannen die níet passen

het gesprek.

gemeente, doet dit vanuit een solitaire

binnen het bestemmingsplan (qua func-

positie (waardoor de onafhankelijkheid

tie, massa, vorm of maatvoering) worden

Iedereen met (ver)bouwplannen krijgt

gewaarborgd blijft) en is tegelijkertijd

behandeld in het Q-team. Qua samen-

te maken met welstand. Dit is per ge-

goed ingebed in de gemeentelijke organi-

stelling van mensen lijkt het Q-team op

meente anders geregeld. Veelal worden

satie. Afhankelijk van de aard van de plan-

een welstandscommissie, qua rol lijkt

plannen behandeld door een welstands-

nen, bekijkt hij of het nodig is om er een

het Q-team op een stadsbouwmeester;

commissie of een stadsbouwmeester.

deskundige bij te betrekken. In sommige

plannen zijn nog niet langs de gemeente

Een welstandscommissie is een onaf-

gemeenten wordt standaard gewerkt met

gegaan qua bestemmingsplan en ver-

hankelijke commissie van deskundigen

een zogenaamde stadsbouwmeester

gunningentraject. De plannen worden

zoals architecten, stedenbouwkundigen,

plus: in een stedelijke gemeente trekt de

in een vooroverleg besproken, links en

14


item

rechts kunnen er afwegingen gemaakt

gereserveerd. Na een korte toelichting

de gecreëerd? De ‘plus’ moet er in.” Door

worden. “Het is goed om met elkaar een

van de aanvrager stelt ieder lid vanuit

vroegtijdig betrokken te worden bij initia-

startpositie te bepalen. Dat is de volgor-

zijn/haar eigen expertise kritische vra-

tieven, wordt aan het begin van het proces

de; eerst met elkaar praten en dan pas

gen. Soms voelt het als good cop/bad

geïnspireerd en gestuurd om een bijdrage

schetsen, dat versnelt het proces.”

cop. De een haalt punten aan die zeker

te leveren aan de ­ruimtelijke kwaliteit. n

“De ‘plus’ moet er in.” Tijdens een Q-team vergadering komen

besproken moeten worden voordat het

bijvoorbeeld rood-voor-rood aanvragen

goedkeuring kan krijgen, terwijl de ander

langs. Oude schuren worden gesloopt

aanvult en meedenkt vanuit de aanvrager.

waarna er een nieuwe woning op het

“Laten we eens kijken naar wat er kan.”

erf wordt bijgeplaatst. Samen met een landschapsarchitect wordt gekeken naar

Niet alleen bouwplannen van particulie-

een mooie inpassing. “Wat is het haakje,

ren worden behandeld, ook ondernemers

vanuit ruimtelijk oogpunt (dus los van

die willen (ver)bouwen wordt gevraagd

smaak), waar je je ontwerp aan kunt op-

om toelichting op hun plan. “Hoe ontstijgt

hangen?” Voor elk plan is 45 minuten

het de standaard? Hoe wordt meerwaar-

15


  magazine

16


HET WORDT EEN BUMPY RIDE met vele verrassingen

HET IS HEEL MAKKELIJK OM TE

“Wow”, klinkt het uit de mond van Dirk Sijmons: “Dat

ZEGGEN: “IN 2020 ZIJN WE 20%

inzicht heeft bij mij nogal wat tijd gekost. De essentie

DUURZAAM. MAAR REALISEERT IEDEREEN ZICH WEL HOEVEEL HECTARE ZON OF WIND OF BIOMASSA ZE DAARVOOR NODIG HEBBEN?” HET ANTWOORD VULT MEREL ENSERINK ZELF AL IN: ”ABSOLUUT NIET! IK WIL DAARAAN WERKEN.”

van de ruimtelijke opgave is dat we een ongelooflijke hoeveelheid ‘dunne’ energie moeten oogsten en dat je de infrastructuur daarvan dus overal gaat zien!” Voor het onderwerp energietransitie en de betekenis daarvan voor de ruimte, dachten we dat het leuk was om onze Merel Enserink, een jonge landschapsarchitect, van gedachten te laten wisselen met een ouder iemand. Onderwerp zou de energietransitie moeten zijn en de betekenis voor de ruimte. Dirk grinnikt bij de toelichting. “En behalve de generatiekwestie

17


magazine hebben we dan natuurlijk ook het gendergegeven.”

gaat om de energietransitie. Mensen hebben vaak

Zo hadden we het nog niet gezien, maar inderdaad.

geen idee wat er nodig is aan ruimte. Ze verkijken zich daarop.”

Dirk vertelt hoe hij oorspronkelijk in Delft is opgeleid als architect. “Langs veel verschillende rare zijwegen

Het gesprek vindt plaats op een steenworp afstand

ben ik uiteindelijk landschapsarchitect geworden

van IJburg. Een thuiswedstrijd voor Dirk, want het

en zelfs Rijkadviseur voor het landschap. Een van

is de wijk waar hij en zijn vrouw wonen en die hij

de allereerste zaken die op mijn agenda verscheen,

mede ontwierp. Daarbij was bij aanvang al het vraag-

waren de windturbines. Dat was de eerste keer dat

stuk van de warmtevoorziening in beeld. Het is een

ik tegen de energietransitie aanliep. Ik heb daar in

gasloze wijk geworden met stadsverwarming. Wat

2006 een advies over gemaakt en vervolgens een

overigens niet zo heel ingewikkeld was, want de

atlas voor minister Jacqueline Cramer waarin de

elektriciteitscentrale is vlakbij. “Het merkwaardige is

andere vormen van energieopwekking op een rijtje

dat ik in mijn eigen kring bemerk dat weinig mensen

werden gezet. We hebben laten zien dat die andere

serieus beseffen wat de omvang en de impact van

manieren soms ook een enorme footprint hebben.

het energievraagstuk en de benodigde energie-in-

Dat was een opstapje om samen met studenten in

frastructuur is,” overpeinst Dirk in relatie tot zijn

Delft en Wageningen eens te kijken hoe je bepaalde

eigen omgeving. Hoe is dat voor Merel? Denkt zij en

doelstellingen kon halen en wat daarvan de gevolgen

denken mensen uit haar generatie wellicht dat ze

waren op verschillende schaalniveaus, van Europa

alle shit op hun bordje krijgen? Merel: “Het voordeel

tot de individuele huishoudens.”

is dat we het over het algemeen al accepteren dat er overal zonnepanelen liggen of windmolens staan.

Het cv van Dirk is doorspekt met projecten, publi-

Dat is niet per se een punt van discussie. Maar het

caties en lezingen die niet zelden een strijdbaar

scheelt wel heel veel per persoon hoeveel iemand

karakter hebben. Je kunt zeggen: een man met een

zichzelf inzet voor duurzaamheid of daar bewust

missie. Een generatieding? Niet als het aan Merel

mee bezig is. Ook in mijn directe omgeving zijn

ligt. “Ik heb een enorme passie voor landschap

mensen voor wie dit niet leeft. Ik kan zeker niet zeg-

en energie. En voor de zorgvuldigheid waarmee

gen dat er een breed gedeeld bewustzijn is onder

we met ontwikkelingen omgaan. Eerlijk gezegd

mijn ­generatiegenoten.”

ontstond dit min of meer door toeval. Ik was voor

18

mijn afstuderen in Wageningen op zoek naar een

Het generatieverschil, de tijd waarin we leven en de

onderwerp. En toen ik daarvoor met mijn begeleider

verwachtingen, blijft de gemoederen bezig houden.

Sven Stremke in gesprek ging, kwam voor mij de

Dirk: “Ik kom uit een tijd waarin je dacht dat iedere

complexiteit van opgaves tot leven. Sindsdien ben

volgende generatie het ‘beter’ zou krijgen. En dat

ik een vrouw met een missie. En die is dat je er niet

is een beetje over.” Merel vindt dat het zo somber

bent met het bedenken van leuke plannetjes als het

niet ligt. “Ik vind dat te negatief. Wij kijken op een


Samen met Bart Buijs, die het gesprek begeleidt, zit ik in het restaurant van Filmmuseum Eye, met prachtig uitzicht over het IJ. Programmal­eider verduurzaming van Het Oversticht Merel Enserink (1989) is al enige tijd binnen, landschapsarchitect en voormalig hoogleraar en Rijksadviseur Dirk Sijmons (1949) arriveert. Zijn staat van dienst is omvangrijk en met de zeventig in zicht is hij nog altijd druk bezig met lezingenseries, publicaties en complexe projecten, wereldwijd. Hij excuseert zich voor zijn late arriveren. Een invalklus in Den-Haag liep uit. “Ik zei laatst tegen mijn vrouw: ik krijg het steeds drukker. Welnee, zei ze, je bent langzamer geworden en doet er gewoon steeds langer over.”

Petra Versluis

andere manier naar de wereld. Als wij straks een

Hier is Dirk het duidelijk mee eens. Maar toch is

duurzamere wereld voor elkaar weten te boksen,

hij kind van het modernisme. “Mijn hele werkza-

dan hebben wij een betere wereld. Daar zit ook een

me leven was er de grote consensus dat het zou

stuk van mijn drive. De energietransitie wordt voor-

lukken tegelijkertijd economisch te groeien en

al als problematisch benaderd, maar laten we niet

de ecologische footprint te verkleinen. Dat elas-

vergeten dat het ook een kans is. Het is een kans om

tiekje is nu wel geknapt. Je ziet dan ook een soort

op een andere manier naar onze economie te kijken,

scheuring in de milieubeweging aankomen.

en een andere manier om onze maatschappij in te

Zij die dit inzien, zij die op de oude voet door

richten en elkaar daarin mee te krijgen. Ik benader

willen gaan en een derde groep, de ecomoder-

het graag vanuit een positieve kant. Kijk eens naar

nisten die de problemen stuk voor stuk willen

hoeveel banen er zijn en komen in de energiesector!”

aanpakken met nog meer technische middelen. Daaruit zal een roep om geo engineering voortkomen . Mensen hebben niet door wat een hoog tovenaarsleerlinggehalte dit heeft. De problemen laten zich, vrees ik, niet meer geïsoleerd oplossen. De mondiale milieuproblemen van het klimaatprobleem, de verzuring van de oceanen, het beïnvloeden van de geo chemische cycli tot de erosie van de biodiversiteit, gaan met elkaar interactie aan. De ­jongere generatie krijgt de opgave om met het gehele complex te dealen. Vroeger maakten we een deltaplan en klaar. Dat was ingenieursromantiek. De mentaliteit die daaraan kleefde, we zetten de schouders eronder, kan ook nu natuurlijk behulpzaam zijn. Maar het complex en de samenhang van dingen nu, is veel groter. Ik denk dat het uiteindelijk een bumpy ride wordt met vele verrassingen.

19


magazine

Een vloeiende beweging van het ene energiesysteem

klimaatverandering is gekleineerd door de politiek.

naar het andere? Ik denk niet dat dat erin zit. Het is

Dat moeten we niet onderschatten. We hebben

heel complex. Er zullen ook andere offers gebracht

een soort mini-Trump ijstijd gehad, waarbij spre-

moeten worden. Daar wordt het nog moeilijker. Er is

ken over de klimaatverandering niet gewenst was.

veel voor te zeggen om een tamelijk extreme energie-

Die gevolgen ervaren we nog. We moeten van ver

besparing na te jagen. Dat is in mijn ogen minstens

komen. Maar dat mag ons niet verlammen en bo-

zo belangrijk als het opwekken van hernieuwbare

vendien moeten we het zorgvuldig doen. We moeten

energie. Iedere megawatt die je bespaart, scheelt

steeds blijven nadenken hoe je de transitie op een

3 megawatt aan opwekking. Besparen komt voor

liefdevolle manier kunt begeleiden. Milieueffect­

mij dus met stip op nummer 1.”

rapporten beschrijven tot in detail de effecten van ingrepen, maar wat ontbreekt is de culturele com-

Merel: “Dat idee van we maken een blauwdruk en

ponent. Die is onmisbaar als je het ‘liefdevol’ en

klaar, was in mijn opleidingstijd al voorbij. Het ging

zorgvuldig wilt doen. En ook bij meer eenvoudige

om het samenwerken met mensen, scenario’s ont-

opdrachten van zonneweiden bijvoorbeeld, valt er

wikkelen, breed zorgen voor draagvlak. Iedereen

altijd kwaliteit te realiseren door na te denken over

meenemen, maar wel jezelf als expert daarin een

de randen, begrenzingen, ligging van het kavel etc.

rol geven. Ontwerp als proces. Ook de complexiteit

Ik moet zeggen dat ik in mijn praktijk op dat vlak

van dergelijke opgaves, het mondiale niveau, heb

nogal eens frustraties oploop. ­Mensen hebben geen

ik vanuit mijn opleiding meegekregen.

idee dat bij de energietransitie ook een ontwerpopgave is en dat natuur en landschap ook waar-

20

Ik denk dat we in het algemeen een aantal grote

de hebben. Maar wat wil je? In de neoliberale golf

ingrepen moeten doen. Niet alleen de windmolens

was de mentaliteit: nationale ruimtelijke ordening?

op zee, maar ook aan de slag met de vraag wat we in

­Afbreken die hap. We hebben die kostbare vaas uit

de regio’s moeten regelen om met elkaar duurzaam

onze handen laten vallen. Het ligt nu op provinciaal

te zijn. En niet bijvoorbeeld de biomassa uit de VS

niveau. Maar het ruimtelijk ordeningselan zie ik hier

halen om met elkaar duurzaam te zijn. Je mag wat

onvoldoende terug. Er is te weinig oog voor de kan-

mij betreft best energie uitwisselen, maar haal het

senkant. D ­ aarin is Overijssel overigens lang niet de

niet op een vervuilende manier hierheen. Een aan-

slechtste provincie. We moeten steeds weer laten

dachtspunt in de hele energietransitie is kwaliteit.

zien wat de waarde is van het ruimtelijk ontwerp.

Wat is de betekenis voor het landschap en hoe kun

Die waarde is niet vanzelfsprekend. De tijdgeest is

je dit in de d ­ iscussie inbrengen?”

gericht op de ­economische opbrengst.”

Dirk: “We moeten beseffen dat we haast hebben.

Merel: “Het belang, de bewustwording moet breder

Als iedereen de verantwoordelijkheid gaat pakken

gedragen worden. Het kost tijd, maar ik denk dat

zou dat mooi zijn, maar ik vraag me weleens af op

wij als landschappers de opgave beter inzichtelijk

welke termijn dat gaat gebeuren. En vind je het gek?

kunnen maken. Ik denk dat wij daar als ontwerpers

Opeenvolgende kabinetten hebben verkondigd dat

een kracht in hebben. Wij kunnen een doorkijk geven

windmolens bij iedere slag van de wieken subsidie

vanuit verschillende scenario’s. Laten zien wat con-

stonden weg te draaien. Het omarmen van de ener-

sequenties zijn of ideeën. Als landschapper kun je

gietransitie is tegengewerkt. Het probleem van de

breed denken, terwijl veel mensen juist vanuit hun


“Ik wens dat de ‘ontwerpende discipline’ aan tafel vanzelfsprekend mag worden.” eigen vakgebied blijven kijken. Mensen hebben te

Wat wensen beiden elkaar toe voor de toekomst?

weinig inzicht in wat de opgave voor ons allemaal

Merel: “Ik hoop dat je jouw verhaal en je passie

betekent. Als landschapsarchitect en ruimtelijk den-

voor het landschap, mag blijven uitdragen. Ik heb

ker kun je helpen bij het inzichtelijk maken en het

dat altijd als heel inspirerend ervaren. Het belang

verbeelden van mogelijke ontwikkelingen op lokale,

daarvan is erg groot. We hebben goede sprekers

regionale en landelijke schaal. ­Ontwerpend onder-

nodig die vertellen hoe het moet. Dat heeft impact

zoek is daarbij een b ­ elangrijk instrument.”

en dat hebben we nodig.”

Dirk: “Daarbij zijn we als vakgebied in staat om

Mooi, om dit te horen van een jonge vakgenoot.

­problemen aan te pakken die nooit een opdracht-

Het raakt Dirk. Hij op zijn beurt wenst Merel toe dat

gever zullen krijgen.”

ze door haar werk bij Het Oversticht als ontwerper een rol mag spelen bij het ruimtelijk verhaal van de energietransitie. “Ik wens dat de ‘ontwerpende ­discipline’ aan tafel vanzelfsprekend mag worden.” n

21


magazine

BURGEMEESTERS ERFGOED Erfgoed verbindt Europa Petra Versluis

HET IS LEUK OM MET DE OGEN VAN NU NAAR ONS VERLEDEN TE KIJKEN. EN DAT IS PRECIES WAT HET PROJECT BURGEMEESTERSERFGOED DOET. HET TOONT DE SCHAT VAN ONS ACHTERLAND AAN BIJZONDER ERFGOED. DE WERELD DIE OOIT WAS EN INVLOED HEEFT GEHAD OP DE RUIMTE VAN NU.

Ziehier de founding fathers van Het Oversticht. Naar zo’n foto kun je eindeloos kijken. Hier wordt een andere wereld verbeeld. Waar afkomst telde en decorum ertoe deed. Bekijk het schoeisel, de sikjes en sigaren. Als snorrende oude katers zit het gezelschap bijeen. Het is deze foto die het afgelopen jaar is gebruikt als campagnebeeld voor het thema Burgemeesterserfgoed. ‘Tongue in cheek’ natuurlijk. Want de burgemeester heden ten dage is een geheel andere hij of zij.

22

2018 was het Europees jaar van het Cultureel Erfgoed. Het Oversticht vroeg burgemeesters een keuze te maken uit bijzonder erfgoed in hun gemeente met een link naar Europa. Dit is Burgemeesterserfgoed genoemd. En bijna elke week komt er een burgemeester aan het woord op de social media accounts en op de site hetoversticht.nl. Daar zijn al die interessante en ook nuttige verhalen nog eens te lezen. Nuttig, omdat erfgoed juist een verbinder kan zijn: lokaal en door heel Europa heen.


ERFGOED ZIEN EN BELEVEN Hester Maij

Om als gedeputeerde gevraagd te worden een project van burgemeesters af te mogen sluiten, is een hele eer. ­Tegelijkertijd zijn het voor mij niet de titels of functies die tellen – wat dat betreft is er veel veranderd ten opzichte van de tijd waarin de foto van de ‘founding fathers’ is gemaakt -, maar gaat het vooral om het bijzondere erfgoed en de verhalen die in het project voor het voetlicht zijn gebracht en door veel mensen gedeeld zijn. Mij is gevraagd hieruit een keuze te maken. Hoe moeilijk ook, het is gelukt!

Plechelmusbasiliek

len een extra dimensie: de mensen, de voorouders, die daar hun laatste rustplaats vonden. Maar ook kleurrijke beelden: een statige processie vanaf de kerk of een bruisende jaarmarkt. Al die verhalen in en rondom de kerk maken het verhaal van de Plechelmus fascinerend. Een verhaal van onze voorouders dat tot leven komt.

IJsselkogge De Hanzesteden maken Overijssel echt uniek. Economisch en cultureel waren ze een aantal eeuwen het middelpunt van ons land. Intensieve handel door heel Noord-Europa, geestelijke vernieuwingen zoals de moderne devotie. Steden waar Nedersaksisch werd gesproken en geschreven. Dat alles kwam samen in Kampen, Zwolle, Hasselt en Deventer en hun ‘achterland’ Oost-Nederland. En om dan te zien hoe de IJsselkogge, eeuwenlang verborgen

op de bodem van de IJssel bij Kampen, ontdekt wordt en praktisch intact geborgen! Wat voor een verhalen zitten er wel niet vast aan dit schip? Voor mij is de IJsselkogge een van de grootste verrassingen van de afgelopen jaren. Een grote aanwinst voor ons erfgoed in Overijssel. Het Europees jaar van het Cultureel Erfgoed is afgesloten, maar de inwoners van Overijssel staan aan de vooravond van 2 jaren met bijzondere erfgoed events. Erfgoed zien en beleven, erfgoed als kans zien voor ondernemen op een verrassende, creatieve manier. U hoort, ziet en ervaart meer in het project Smaakvol Erfgoed dat binnenkort in de provincie Overijssel van start gaat. Zo behouden we ons erfgoed, de verhalen die ons DNA vormen, voor nu en de toekomst. n

De Plechelmusbasiliek in Oldenzaal. Midden in Twente, de regio waar ik woon en me verbonden mee voel. De kerk is een tastbaar symbool van ons erfgoed, een eeuwenoude kerk die al honderden jaren het middelpunt is voor de inwoners van de stad Oldenzaal. In die stenen zitten duizenden verhalen verborgen. Maar de archeologische opgravingen die er enkele jaren geleden zijn gedaan geven die verha-

23


Landgoed Weldam, Markelo

advertentie

De kroonjuwelen van de provincie Overijssel in het zonnetje bestaat uit landgoederen: een evenwichtig geheel van natuur, landbouw en cultuurgeschiedenis. Ervaar de rust, de schoonheid en de historie. Kom meegenieten op: www.landgoedereninoverijssel.nl

Landgoed Warmelo, Diepenheim

Bijna 10% van de provincie Overijssel

Landgoederen in Overijssel is een initiatief van de Provincie Overijssel, uitgevoerd door Overijssels Particulier Grondbezit in samenwerking met Landschap Overijssel, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, IJsselacademie en Marketing Oost. (foto's: Shera van den Wittenboer)


DE OMGEVINGSWET Rik Onderdelinden

Beter bouwen in de jungle

omstandigheden zijn doordacht geplande

een gezonde, veilige leefomgeving en

Als je wilt gaan bouwen of verbouwen,

wijken ontstaan, gericht op licht, lucht en

het in standhouden van een goede om-

dan lijkt de huidige ruimtelijke ordening

ruimte. En volgens mij houden we daar

gevingskwaliteit. Dus vrijwel alles waar

op een jungle van regelgeving en procedu-

nog steeds wel van.

je in de omgeving mee te maken krijgt.

De essentie van omgevingskwaliteit

Naast architectuur of bouwhoogte, is er

mak, meer integraal, meer bestuurlijke afwegingsruimte en het versnellen en

De wens van een fijne en ordelijke leefom-

sociaaleconomische aspecten bij ruimte-

verbeteren van processen. Daar kan nie-

geving blijft, ondanks veranderingen. De

lijke initiatieven. Amsterdam bijvoorbeeld

mand op tegen zijn. Maar voor wie is dit

Omgevingswet vormt de kapstok voor het

loopt op de Omgevingswet vooruit door

bedoeld, wat betekent dit in de praktijk

bereiken van de ideeën en doelen voor de

in het ruimtelijk ontwerp en inrichting de

en bovenal: waarom doen we dit eigenlijk?

toekomst. Dit geldt voor een gemeente als

‘beweegkwaliteit’ toe te voegen aan de

geheel en voor een individu dat gewoon

stad. Gezondheid zoals in ‘de bewegende

Nederland kent een rijke geschiedenis

een mooi en duurzaam huis wil bouwen.

stad’ is steeds prominenter in de ruim-

van ruimtelijke ordening. Deze wordt

De resultaten van onze ideeën, zoals dat

telijke ordening terug te vinden.

bewust of onbewust door veel mensen

prettige huis en die fijne ontmoetings-

gewaardeerd. Als er in een vertrouwde

plek, bepalen samen de kwaliteit van

situatie iets fundamenteel verandert,

onze leefomgeving. In de Omgevingswet

dan raken velen van slag. Het bewijs dat

noemen we dit begrip omgevingskwali-

de behoefte aan ruimtelijke ordening,

teit. Dit begrip kent zijn voorlopers in de

balans, rust en helderheid brengt! Ruim-

begrippen ‘architectonische ­k waliteit’1 en

telijke ordening speelde een grote rol als

‘ruimtelijke kwaliteit’, begrippen die in de

reactie op de ongezonde steden tijdens

jaren ‘80 en ‘90 opkwamen. Nu is de cen-

de industrialisatie. Vanuit erbarmelijke

trale doelstelling van de Omgevingswet

res. De nieuwe Omgevingswet is bedoeld om dit te verbeteren. Meer gebruiksge-

ook behoefte te kijken naar o.a. ­milieu- en

1 Idee

25


magazine

van het bestemmingsplan. Landelijk

en haar kwaliteiten in die O ­ mgevingswet

De kansen van de Omgevingswet

is dus in essentie gericht op een prettige

Ruimtelijke ordening vinden we dus be-

ontsloten informatie en regelgeving

leefomgeving, een blijvende behoefte.

langrijk en de resultaten daarvan in onze

voor iedereen toegankelijker wordt.

De directe woonomgeving in Nederland

leefomgeving worden vaak gewaardeerd,

En als derde middel kunnen gemeentes

wordt over het algemeen dan ook hoog

maar die jungle van regelgeving en pro-

kiezen om procedures voor ruimtelij-

gewaardeerd. Dat bleek uit het onderzoek

cessen blijft. Kan dat niet wat duidelijker

ke initiatieven anders vorm te geven.

van het CBS vorig jaar waarin ruim 9 op

en makkelijker?

De ­Omgevingswet biedt ruimte en daagt

De integrale benadering van de omgeving

de 10 volwassenen aangeven tevreden te

en uniform van opzet, waarop digitaal

uit om anders te gaan werken, met meer

zijn met hun directe woonomgeving en

Grofweg heeft een gemeente met de

vrijheid voor de ­initiatiefnemer.

daardoor ook geluk ervaren. Daar speelt

Omgevingswet op drie ­fronten invloed

de ruimtelijke ordening een belangrijke rol

op omgevingskwaliteit. Als eerste kan

in. Voor ons misschien vanzelfsprekend

in een omgevingsvisie de ruimtelijke

Wat verandert er in de dagelijkse praktijk

maar je hoeft de grens maar over te rijden

koers voor de lange termijn integraal

Nederland zal er echt niet volledig anders

om te ervaren dat dit niet overal zo is.

worden uitgezet: wat is de identiteit

uit gaan zien. Wel kan het per plek of

en het onderscheidend vermogen van

gemeente meer gaan verschillen. Dat is

onze gemeente; welke ambitie heb-

interessant en biedt mogelijkheden om

ben we daarmee en hoe gaan we die

meer de lokale identiteit in het bouwen tot

samen met onze inwoners bereiken.

uitdrukking te brengen. Hopelijk komt er

Ten tweede krijgt de uiteindelijke regel-

dan onderscheid, want nu kun je midden

geving zijn plek in het omgevingsplan,

in een ­willekeurige bloemkoolwijk niet

een breder en vervangend instrument

zeggen of je in ­Zwolle of in Enschede bent.

2 Participatie

26


3 Bepalen

ambities

l ie ociaa m no S o c E ieu Mil

eer k r Ve

mte i u R

4 Ontwerpen

varianten

De Omgevingswet biedt ook de mogelijkheid voor initiatiefnemers om meer invloed en regie uit te oefenen in de ruimtelijke ordening van de directe omgeving. Een aantal gemeentes pakt

5 Kiezen

plan

de handschoen op door daadwerkelijk meer i­nvloed bij initiatiefnemers te leggen. In dat geval zegt de gemeente niet meer wat er allemaal (on)mogelijk is, tenzij er aan bepaalde criteria wordt voldaan (nee tenzij). Maar een initiatiefnemer krijgt de kans om de gemeente te overtuigen waarom iets wel kan (ja mits). In ruil voor meer mogelijk­ heden voor de initiatiefnemer horen ook meer ­verantwoordelijkheden.

1

In 1985 publiceerde Rijksbouwmeester Tjeerd Dijkstra een verhandeling over het begrip ‘architectonische kwaliteit’; daarop werd de eerste ­Architectuurnota (1991/92) gebaseerd. Architectonische kwaliteit en ruimtelijke kwaliteit vonden hun basis in de theorie van de Romeinse ­architect Vitruvius, die integrale kwaliteit 2000 jaar geleden omschreef als een samenhangend geheel waarbij belevingswaarde, gebruikswaarde en toekomstwaarde in balans zijn.

27


  magazine De initiatiefnemer moet onder andere

De complexiteit van de ruimtelijk ordening

zelf in contact met de buurt gaan, zelf

zal altijd blijven, maar elk individu krijgt

onderzoek doen naar milieucirkels en

nu meer de kans om zelf de route te be-

motiveert bijvoorbeeld waarom zijn idee

palen en verantwoordelijkheid te nemen.

een ruimtelijke verbetering is voor de

Dit verdient een kans en ruimtelijke pro-

omgevingskwaliteit. Ook als dat plan niet

fessionals vanuit zowel de overheid als de

past in het bestemmingsplan (straks het

markt krijgen eveneens de gelegenheid

omgevingsplan).

om opdrachtgevers te faciliteren en te helpen in hun nieuwe rol. Zij kunnen

Leidt dit alles tot eenvoudig en beter

helpen om voor initiatiefnemers ruim-

bouwen in de jungle? Dat blijft afwach-

telijke processen inzichtelijk te maken

ten, maar het perspectief verschuift in

door ontwerp en verbeelding. Dit helpt

elk geval.

in het maken van moeilijke keuzes en

6 Draagvlak

plan

vereenvoudigt de route door de jungle. Dan kan bouwen voor iedereen beter en leuker worden. n

7 Vergund en

gerealiseerd plan

Om vraagstukken al volgens de Omgevingswet op te lossen, heeft Het Oversticht de Werkplaats Omgevingskwaliteit ontwikkeld. Zo kunnen initiatiefnemers aan de slag en kan er ervaring worden opgedaan met het integraal en objectief afwegen van alle belangen.

28


Marieke van Zanten

Hoe zetten we ons erfgoed in om bij te dragen aan onze maatschappij, is voor mij een belangrijke vraag in het werk dat ik doe. Een overtuiging die er voor mij altijd is geweest, is dat erfgoed

Kijk bijvoorbeeld naar de IJsseldelta. Hier kan het landschap

dienstbaar is aan dat wat de omgeving nodig heeft. Erfgoed

heel richtinggevend zijn aan keuzes. Je hebt hier de kans om

verkreeg het bestaansrecht uit functie of schoonheid. Het land-

met inzet van erfgoed een bestaande kwaliteit te versterken

schap, steden en gebouwen zijn gemaakt door mensen die er

en toekomstproof te maken.

een functie aan gaven, die ze wijzigden en anders gebruikten. De voortdurende wijzigingen zijn wat ons erfgoed kenmerkt

Terugtrekkende overheid

en levend houdt.

We zien ook in de erfgoedwereld dat de rijksoverheid zich

Erfgoed kan verbinden

terugtrekt om ruimte te laten aan gemeenten en provincies. Gemeenten en provincies doen er goed aan te investeren in

De maatschappij verandert en dat maakt dat de omgang met

erfgoedprofessionals. Het is van belang dat wij als erfgoedpro-

erfgoed ook steeds verandert. Sterker nog: moet veranderen.

fessionals toegerust zijn op de veranderende wereld waarin

Deze blik op erfgoed is bij mij de afgelopen vijftien jaar steeds

we allemaal leven. Invloed van andere culturen, het belang

scherper geworden. De wil om te anticiperen en je open te

van beleving en verduurzaming, initiatieven van onderop,

stellen voor wat de maatschappij nodig heeft, zijn – vind

samenwerken met andere partners: het komt allemaal in

ik – belangrijke eigenschappen voor een erfgoedspecialist.

ons werk voorbij. n

Even een voorbeeld: een polariserende maatschappij heeft juist behoefte aan verbinding. Hierin kan erfgoed een rol spelen en daar wil ik me voor inzetten. Erfgoed kan ­verbinden en biedt ook kansen voor mooie ontwikkelingen voor de toekomst.

29


magazine

WONEN &WERKEN OP EEN BIJZONDERE PLEK

Op ‘erve Heege Sander’ te Delden wonen Martine Schipper en Hans Douwes in een duurzame schuurwoning. Hun architectenbureau Schipperdouwes heeft ook een plek op het erf en is gevestigd in de voormalige varkensschuur. Eigenlijk kwamen ze per toeval terecht op deze plek. Ze namen deel aan een wedstrijd die Stichting Twickel uitschreef voor het herontwikkelen van het erf. Tijdens het ontwerpen werden ze steeds enthousiaster over de plek en nu wonen ze sinds zes jaar met veel plezier in de door henzelf ontworpen woning. Je woning zelf ontwerpen en kunnen lokaliseren op een erf, heeft zo zijn voordelen. Hans Douwes: “Het energieverbruik hebben we zo laag mogelijk gehouden door natuurlijke isolatie, een warmtepomp, zonnepanelen, zonnecollectoren en luchtverwarming in combinatie met warmteterugwinning. De woning staat zo, dat we optimaal effect hebben van onze zonnepanelen.” Wonen op Twickel verveelt geen dag. “We hebben hier het beste van twee werelden. Dicht bij Delden en de voorzieningen van een stad en tegelijkertijd omgeven door de prachtige natuur van Twickel.”

30


VAN VERVALLEN TERREIN NAAR BRUISENDE TALENTENFABRIEK De plek waar vroeger weefgetouwen

Zo is een bijzondere mix ontstaan van

stonden en later Polaroidcamera’s

bedrijven en maatschappelijke orga-

werden gemaakt is nu omgetoverd tot

nisaties, die behalve hun eigen doelen

­kloppend hart van de buurt. Naast de

ook een gezamenlijk doel nastreven.

vele ZZP’ers die kantoor houden in

Marjolein van der Zee van Magazine

de Performance Factory in E ­ nschede,

­Makers, een van de ondernemers die

zijn er ook een foodhal en sport­

in de Performance Factory gevestigd

complex in dit unieke complex geves-

is: “Ik vind het een heerlijke plek om

tigd. ­Woningcorporatie Domijn, die het

te werken. De wisselwerking tussen

pand in b ­ eheer heeft, stelt eisen aan

de b ­ edrijven is erg leuk, er wordt veel

samenwerking en talentontwikkeling.

georganiseerd. Het ­terrein is prachtig

Participanten moeten een meerwaar-

aangelegd en gebouw Zuid, waar ik

de hebben voor elkaar.

zit, is zorgvuldig en met h ­ istorisch besef ­verbouwd.”

31


magazine

OUDE GRAANSILO IN NIEUWE JAS Het ruwe beton, de kettingen en de trechtermonden vertellen de geschiedenis van de grijze silo in het ­Havenkwartier van Deventer. Waar eerder vrachtwagens naar binnen ­reden om hun containers te vullen met graan, daar werken nu de ­architecten van Studio Groen+Schild aan nieuwe ontwerpen. Ellen Schild: “Hier in onze graansilo kunnen we echt laten zien wat we doen. We zijn een bureau voor architectuur en interieurarchitectuur dat zich graag bezighoudt met herbestemmingen. Een mooier visitekaartje dan dit is er haast niet.” Om meer lichtinval en vloeroppervlakte te creëren is een uitbouw van staal en glas gerealiseerd. “Dit soort gebouwen is niet als kantoor ontworpen, maar door de overmaat kun je er vele nieuwe functies in kwijt, zo ook onze s­ tudio.” Bovenin de silo is een woning gerealiseerd met misschien wel het allermooiste uitzicht van Deventer.

32

foto’s: Roos Aldershoff


Wonen & werken op een bijzondere plek

WONEN IN DE UITERWAARDEN Josée en Willem de Haan zagen ­kansen

De wens was een ontwerp dat zou

in een locatie in de uiterwaarden van

aansluiten bij de ‘schuurwoning’.

Fortmond. Op de plek van een oude

De vrij harde architectuur van de

schuur werd door Tony Williams een

schuurwoning met staal en glas is

ontwerp gemaakt. De metalen balken

nu opgevangen door een schuin

van de oude schuur werden herge-

­sedumdak. Bovendien is er een

bruikt en mochten zichtbaar zijn.

heuvel opgeworpen waarop een tuin

Een bijzonder ontwerp met veel licht

is aangelegd. Daarachter schuilt het

en vooral zicht op de uiterwaarden en

bijzondere ontwerp van architect

op de tuin in de stijl van Piet Oudolf.

Sander Giessen, waarin de slaap-

“Door het ontwerp en alle kunst in

kamers, badkamer en keuken zijn

huis denken mensen weleens dat we

ondergebracht. Van hieruit is er een

in een galerie wonen,” vertelt Josée.

verbinding met het in 1996 gebouw-

Het oude woonboerderijtje naast de

de gedeelte, waar zich de huiska-

voormalige schuur, dat altijd in tact

mer bevindt. “Iedere dag genieten

was gebleven, werd in 2011 aange-

we van deze plek. Het is vooral het

pakt. Ook hiervoor werd besloten

­gevoel van vrijheid.” Josée en Willem

tot sloop.

hebben hun grote tuin van 8000 m2 voor het publiek­ ­o pengesteld: www.detuinvanfortmond.nl

33


advertentie

Bij Landschap Overijssel zetten we ons in voor de bescherming van het landschap, het streekeigen erfgoed én de beleving daarvan. Dat doen we graag samen met jou. Als we samen in actie komen bereiken we meer.

Foto: Hilligen Huesken, Enschede Fotograaf: Nico Kloek

Ben je benieuwd wat jij kunt doen? Kijk op:

WWW.LANDSCHAPOVERIJSSEL.NL/DOEN


Smaakvol erfgoed

SMAAKMAKERS OPGELET!

Mireille Dosker en Marieke van Zanten

ERFGOED? ZIJN DAT NIET OUDE GEBOUWEN? JA, DAT KLOPT. VAAK MET EEN MONUMENTALE STATUS. MAAR ERFGOED IS VEEL MEER DAN GEBOUWD ONROEREND GOED. BINNENKORT KRIJGT IEDEREEN DE KANS OM PLANNEN MET ERFGOED TE ONTWIKKELEN. Allerlei plekken waar historie een belang-

Het Oversticht en de provincie Over-

rijke indruk heeft achtergelaten, vormen

ijssel willen iedereen een kans geven

ons (cultureel) erfgoed. Dus bijvoorbeeld

mee te ondernemen en mee te denken

een landschap, een streek, een plein,

over de mogelijkheden van erfgoed in

de restanten van een kasteel onder de

de samenleving. En dan specifiek binnen

grond, een park of een hele wijk. Denk

deze thema’s:

aan boeren die het landschap hebben vormgegeven, stedelingen die huizen bouwden, industriëlen die fabrieken bouwden en overheden die infrastructuur aanlegden. Allemaal zaken die dienstbaar waren aan de maatschappij. Want erfgoed gaat niet alleen over behouden, maar vooral over levend houden. De historie van een pand of plek biedt vaak unieke kansen om erfgoed nieuwe functies te geven. Het zijn de smaakmakers in je leefomgeving en daar mag iedereen van proeven.

• Anders boeren (agro & food) • Jongeren leren restaureren (human capital) • Iedereen doet mee (sociale kwaliteit)

Nieuw Sion Dit zijn Peter Dullaert (l) en Wil Koning (r), zij geven het goede voorbeeld: het voormalig klooster Sion (Diepenveen) is door hen nieuw leven ingeblazen. Er is al een cider-makerij en er komt onder andere een expositieruimte en een jongerenklooster met gastenverblijven. Ondertussen worden er maatregelen genomen om energie te besparen en op te wekken.

• Energie opwekken en besparen (duurzaamheid) • Bodemvondsten als basis (archeologie) De verbindende kracht van erfgoed is het uitgangspunt van Smaakvol Erfgoed, opgestart in het jaar van het Europees Cultureel Erfgoed 2018. Heb jij daar een idee bij of ken jij iemand die plannen heeft met erfgoed? Mail dan je gegevens naar smaakvolerfgoed@hetoversticht.nl, dan houden wij je op de hoogte.

35


magazine

NIEUWE WOONVORMEN op het platteland

DE LEEGSTAND OP HET PLATTELAND WORDT DE KOMENDE JAREN GROOT. GEMIDDELD STOPPEN ER VIJF BOEREN PER DAG. DE HELFT VAN ALLE 54.000 AGRARISCHE BEDRIJVEN IN NEDERLAND STAAT IN DE PROVINCIES OVERIJSSEL, GELDERLAND EN BRABANT. TEGELIJKERTIJD MOET ER IN NEDERLAND EEN MILJOEN HUIZEN BIJKOMEN EN IS ER DAARNAAST BEHOEFTE AAN NIEUWE FUNCTIES. Berber Brand en Petra Versluis

36


Marian en Theo Kalfs: wonen met meerdere generaties bij elkaar.

Pieter Parmentier wil met meerdere mensen kleinschalig en duurzaam wonen.

Blijven wonen op eigen erf, maar met anderen

de gelegenheid aan jonge mensen, om

men verder. Om samen spullen te

Al 27 jaar wonen Marian en Theo Kalfs in

Juist die mix van oud en jong en het ‘wat

delen, duurzaam te leven vanuit

het buitengebied van Olst-Wijhe, vlakbij

voor elkaar kunnen betekenen’, dát wen-

Een toenemend aantal mensen wil graag in andere woonvor-

daar of in het oude huis te gaan wonen.

sociale perspectieven of om voor

Middel. De burgermanswoning met stal-

sen wij. Nu met onze dochter hier, heeft

elkaar te kunnen zorgen. De leeg-

len, op het boerenerf dat zij ooit kochten,

die wens een extra lading gekregen.”

staande erven bieden perspectief,

is in de loop van de jaren zo duurzaam

herbestemming kan nieuwe en

mogelijk verbouwd. Asbest­daken werden

Dit plan bleek in de praktijk lastig te rea-

nodige vitaliteit van het platte-

verwijderd, alles werd extra geïsoleerd

liseren. De rood-voor-rood regeling kon

land opleveren. Overheden zien

en er werd veel groen aangeplant. Drie

niet worden toegepast. De oude schuren

deze mogelijkheden en willen wel

kinderen gingen het huis uit maar een

waren zelf gesaneerd en de vierkante

meebewegen, maar de praktijk is

paar jaar geleden kwam een dochter, nu

meters die er nu zijn, zijn niet genoeg

weerbarstig. De maatschappelijke

met man en kinderen, weer terug uit het

om voor de regeling in aanmerking te

en ruimtelijke ontwikkelingen gaan

buitenland. En dat betekent inschikken

komen. Met het recent door AtelierOver-

sneller dan onze wetten en regels,

wat ruimte betreft en inleveren waar het

ijssel georganiseerde gesprek lijkt er een

toelaten. #Over tekende de ver-

gaat om privacy. “We zijn al jaren bezig

doorbraak mogelijk. Theo: “De gemeente

halen van vier families op. Zij zoe-

om te kijken of we op deze plek de enige

wil meebewegen met dit soort ontwik-

ken naar nieuwe mogelijk­heden

schuur die we niet aangepakt hebben,

kelingen, maar is ook aangewezen op

om op het platteland te wonen

kunnen ontwikkelen tot woning. Dan kun-

de mogelijkheden die de regelgeving

en lopen tegen regelgeving op.

nen we hier blijven wonen en geven we

biedt. We bewandelen nu de weg van de

“De familie zoekt naar mogelijkheden om hier te kunnen blijven wonen.” 37


magazine

Cristiaan en Bobbi Kloosterboer: nieuwe mogelijkheden op het erf om te kunnen blijven wonen.

Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving en

hij vraag en aanbod aan elkaar en stelt

duurzaam bouwen, beleid en bereidheid

kijken wat wij kunnen toevoegen aan het

mensen in de gelegenheid elkaar op

tot medewerking en juridische insteek.“

platteland en de regio. We onderzoeken

te zoeken en initiatieven te starten. De

Inmiddels zijn verschillende initiatieven

daarbij verschillende ­mogelijkheden die

belangstelling vanuit het hele land hier-

bezig met het concreet maken van hun

tijdens het gesprek geopperd werden.”

voor is groot. “Ook gemeenten beginnen

idealen. Voor Pieter en Dineke Parmen-

in te zien dat dit een kans is voor grote

tier zelf waren de afgelopen twee jaar

Erfdelen

leegstaande schuren, de asbestopgave

een leerzaam proces. Samen met vier

Aan de keukentafel in het gezellige huis

en leegloop van het platteland. Vanuit

andere stellen waren zij ook bezig met

van Dineke en Pieter Parmentier in Diep-

erfeigenaren is er genoeg belangstelling.

het ontwikkelen van een erf. Onlangs

enveen, is het plan ontstaan om samen met anderen te gaan wonen op het plat-

hebben zij besloten daar niet verder mee Wel moeten zij geduld hebben en bereid

te gaan. “De ontwikkelingen van dat erf

“Ook gemeenten beginnen in te zien dat dit een kans is voor grote leegstaande schuren.” teland. Parmentier: “Wij willen graag in

zijn te wachten tot een bestemmings-

lagen te ver af van onze ideeën en wen-

de toekomst met andere mensen so-

planwijziging erdoor is.” Om op regionale

sen. Maar ons ideaal blijft zeker overeind.

ciaal, duurzaam en kleinschalig gaan

schaal een model te ontwikkelen voor

We willen graag met anderen duurzaam

wonen op het platteland. Wij zien kansen

het realiseren van nieuwe wooninitia-

wonen en spullen delen. ­Locaties zijn er

bij de vele boerenerven die vrijkomen.

tieven op het platteland, is de Proeftuin

genoeg. We blijven dan ook rondkijken

”Er is veel aandacht voor krimp, maar

­Erfdelen Salland gestart. “Daarin doen

naar mogelijkheden.”

zelden gaat het daarbij over de kansen

we dit jaar samen met overheden, ban-

die nieuwe woonvormen dan hebben.”

ken, rentmeesters, woningcorporaties

Pieter Parmentier ontwikkelde hiervoor

en wetenschappers onderzoek naar

het c­ oncept ‘Erfdelen’. Hierbij koppelt

verschillende aspecten als financiering,

38


Nieuwe kansen voor het platteland

Joris van der Linde: soepeler om kunnen gaan met de eisen aan een monument.

Lusten en lasten samen delen

terrein te gebruiken voor recreatie, zoals

eenvoudige woning realiseren. “Dit is toch

schuren die verhuurd kunnen worden

een prachtige plek hier, zo met het uitzicht

Gemeentelijk monument Erve Brooks in

aan verenigingen uit het dorp, kan een

over het Reestdal?” De regelgeving staat

Bathmen is al generaties lang in het bezit

langdurig B&B-­verdienmodel een optie

nu bewoning van de niet-monumentale

van de familie Kloosterboer. Door een

zijn. Ook wordt er gekeken naar moge-

schuur in de weg. Is het mogelijk om hier

­ongeluk is Christiaan Kloosterboer niet

lijkheden die liggen in de woonfuncties

soepeler mee om te gaan? Door samen

meer in staat te werken, maar onder-

op het terrein. Door verschillende pan-

met de gemeente op locatie de situ-

tussen hebben Christiaan en zijn vrouw

den anders in te richten kan er meer

atie te bespreken wordt gekeken wat

Bobbi wel een terrein met daarop een

gebruik worden gemaakt van het erf;

de mogelijkheden zijn. Naast de woon-

aantal gebouwen dat onderhouden moet

schuren kunnen omgebouwd worden

opties wordt ook hier gekeken hoe het

worden. De familie zoekt naar mogelijk-

tot woonhuis, de woonboerderij kan

erf duurzaam kan worden ontwikkeld.

heden om hier te kunnen blijven wonen.

opgesplitst worden naar appartementen

Steeds meer boerenbedrijven kennen

Voor hen staat niet vast wat de uitkom-

of er kunnen nieuwe kleinschalige star-

geen opvolging en veranderen daarom

sten zijn: ze staan open voor allerlei in-

terswoningen op het terrein bijgebouwd

van functie. Om leegstand tegen te gaan

vullingen. Ondanks het besef dat er iets

worden. Meerdere mensen genieten zo

wordt gezocht naar andere invullingen.

moet veranderen, wil Christiaan graag de

van de mooie plek en samen dragen ze

Een andere schuur op het terrein kan

huidige situatie behouden. “Het is waar-

zorg voor het ­onderhoud.

wellicht als groepsaccommodatie voor

devol om op je eigen erf te kunnen blijven

­familiedagen worden gebruikt of leer-

is minder emotioneel betrokken bij het

Op zoek naar nieuwe functies

erf en luidt daarom stilletjes de noodklok.

Samen met zijn oom en tante woont

bachten door te geven. “Wij staan open

Er moet iets gebeuren! “Daarom hebben

Joris van der Linde met zijn vriendin Ilse

voor nieuwe ontwikkelingen, zolang het

we een adviseur in de hand genomen. Als

Vedder in het voorhuis van een boerde-

past bij het karakter van het boerenerf.” n

we hier willen blijven wonen, moeten we

rij in IJhorst. Met een baby op komst, is

het onderhoud wel kunnen blijven beta-

de wens van Joris en Ilse om het gehele

len. Alleen redden we het niet, dus kijken

voorhuis te bewonen. Zijn oom en tante

we ook naar andere inkomstenbronnen

willen hen graag deze ruimte bieden en

voor het terrein.” Naast ­opties om het

willen daarom in de achterste schuur een

wonen.” Bobbi, van origine Amerikaanse,

lingen van vakopleidingen kunnen les krijgen in de werkplaats om oude am-

39


  magazine

Marnix Scholman

De Veluwse bossen, de IJssel omringd door weilanden en landschapspark Het Engelse werk: dat is wat je ziet als je station Zwolle binnenkomt vanuit Amersfoort en Amsterdam. En straks staan er ook bomen op het busplatform en komt er een groen stationsplein 40 aan

de centrumkant. Het groenste station van Nederland staat binnenkort in Zwolle.


41


magazine

Impressie van de nieuwe verbinding over het spoor, de passarelle.

Hoe kom je een stad binnen? Henk Snel

Veel stations maakten de afgelopen jaren

Dat betekent ondermeer dat we moeten

stelt zich die vraag iedere keer als hij waar

een grote transformatie door. Zwolle

voorzien in 12.000 plekken voor fietsen.

ook, met de trein arriveert. “In ­Amsterdam

komt relatief laat. Wie dagelijks via trein­

We hebben ervoor gekozen om een kelder

is dat via een ‘kathedraal’, in Arnhem via

station Zwolle reisde, kent de situatie.

te maken onder het plein aan de noord-

een ‘ijsschots’, in Utrecht via het ‘sou-

Een ­s tationsplein waar de chaos van

zijde voor 5500 fietsen. Met de bestaan-

terrain’, in R ­ otterdam via ­architectuur.

bussen en overstekende voetgangers

de fietsenstalling kunnen over een paar

­S tations zijn altijd van die macho-­

door de dagelijkse inzet van verkeers-

jaar 7300 fietsen gestald worden. En we

omgevingen. Je ziet ijzer, staal en hard-

begeleiders beheerst moet worden.

staan nog voor de opgave om er aan de

heid. Een station is nooit ‘zacht’ of ‘lief’.”

En meer verkeersbewegingen door de

zuidzijde een flink aantal kwijt te raken.”

Snel stelde zich ten doel het bij Zwolle

aanleg van de Hanzelijn. Snel: “Het was

anders te doen. Een station met een

duidelijk dat er iets moest gebeuren.

“Ook willen we de noord- en zuidzijde van

fijne sfeer en veel groen. “Ik wilde bomen

Maar wat moesten we met de bussen

het station beter met elkaar verbinden.

hebben op het busplatform! Zodat je,

doen? Een van de belangrijkste beslissin-

Een flinke stap is al de zeer ruime en brede

als je op het treinplatform staat, altijd

gen in de ontwikkelingen rond het spoor-

perrontunnel. Maar daar moeten mensen

groen ziet.”

zonegebied is geweest om de bussen naar

doorheen via poortjes. ­Ontwikkelaars

de zuidzijde van het s­ tation te brengen.

hebben zeker belangstelling om te par-

­Daarbij maken we een langgerekt bus-

ticiperen in de ontwikkeling, maar niet

platform dat meedoet in de systematiek

zonder een openbare verbinding tus-

van de treinplatforms. ­Binnenkort hebben

sen noord en zuid. Dat was een van de

we één logistiek systeem. Gevolg is wel

­redenen om de passerelle (een loopbrug

geweest dat we ook moesten voorzien

over het station heen) zo snel moge-

in een busbrug.” Half februari wordt het

lijk te gaan realiseren. Ook werken we

nieuwe busstation in gebruik genomen.

aan de f­ ysieke entree van het station.

“Veel groen is ook goed voor de klimaat­adaptatie. Want met mooi weer warmt een station snel op; een hitte-­eiland. En dat is gelukt. Het plein aan de noordzijde wordt een groen plein. Daar ligt nog wel een wateropgave. Hier zijn 19e eeuwse wijken waar vroeger waterlopen waren die gedempt zijn. Bij ­hevige regenval, zijn hier problemen te verwachten. We onderzoeken hoe het water geïnfiltreerd en afgevoerd kan worden.”

42

Waar nu de strook met tijdelijke winkels “Een verschil met andere plaatsen in

staat, komen andere voorzieningen en

­Nederland is dat Zwolle maar één station

een overkapping.”

heeft en een echte fietsstad is.

Het station als batterij De ontwikkeling van station Zwolle is middenin de crisis ingezet. Het is een samenwerking van vier partijen – NS, ProRail, provincie Overijssel en gemeente Zwolle, de laatste twee partijen hebben fors bij-


Het station dat Zwolle verdient

Verbinding met de stad gedragen: 100 miljoen. Reden waarom

“Als die bussen aan de noordzijde weg

Met onze veranderende economie en

er ook een maatschappelijke doelstelling

zijn, wordt het stil. Dat zal voor ieder-

voortschrijdende digitalisering wordt

is gesteld. “Al die investeringen moeten

een een eye opener zijn. ­Opeens heb je

het belang van de openbare ruimte

maatschappelijk gaan ­renderen door

stads­ruimte. Het oude stationsgebouw

steeds groter.”

gebiedsontwikkeling. Ik zie het station

willen we programmeren als gebouw

als een batterij die dit gebied moet gaan

van de stad. Een kamer van de stad.

Voegt deze ontwikkeling een nieuw

aanjagen”, zegt Henk Snel. Het transfor-

­Gooitske Zijlstra van Stadsmakers ont-

hoofdstuk toe aan Zwolle toe? Als het

meren van het Hanzeland - het gebied

wikkelt de Wachtverzachter: een c­ oncept

aan Henk Snel ligt wel. “De groei van

waar het station deel van uitmaakt – moet

waar ruimte is voor verblijven en wer-

Zwolle is voor de stad een kans om zich

een mix aan programma’s opleveren.

ken. In de tussentijd zijn we bezig met

fundamenteel verder te ontwikkelen.

“Ik heb weleens uitgerekend wat er nog

reuring organiseren op de korte termijn

Misschien is het de laatste keer dat dat

bijgebouwd zou kunnen worden. Dan ga

– het gevaar bestaat anders dat je jaren

nog kan. Een ­interessant, boeiend hoofd-

je al snel richting 300.000 m . En dan heb

verzandt in plannen maken voordat we

stuk wordt dat.” n

ik het nog niet eens over de transformatie

dingen doen. Tijdelijke dingen, place-

van bestaand vastgoed. Dit is de grootste

making. Er moet van alles gebeuren.

herontwikkelingslocatie van noordoost

Daar hebben we een collega opdracht

Nederland. Hier kun je nog 1200 wonin-

voor gegeven en gezegd: doe van alles

gen aan toevoegen. In de crisis gingen de

en biedt pas na afloop je excuses aan.

boekwaarden van de kantoren omlaag,

Zwolle is een zich ontwikkelende stad.

daardoor konden er woningen in komen.

Een stad van betrokken burgers waar

Ik zou heel graag de nieuwe maakindus-

het begint te bruisen. We hadden hier het

trie hier willen hebben. Dat begint nu

Kattegat­festival, een openlucht­bioscoop,

ook met Perron038, waar de robotica

een graffiti wall en er komt een tijdelijke

industrie een plek krijgt. Een kiem waar

stationskap van 20 x 7 meter, bewerkt

onderwijs, overheid, ondernemers en

door Zwolse kunstenaars. Dit is een plek

onderzoek bij elkaar komen. Mijn zorg

waar je mag ­experimenteren. In mijn

is nu dat je zo’n gebied niet op slot zet.

optiek is het station niet zozeer een ge-

Dat het echt kan door transformeren.

bouw maar een aaneenschakeling van

Het begin is er. De contouren beginnen

openbare ruimtes die ontmoeting en

zich nu af te tekenen.”

interactie faciliteert.

2

Een station dat past bij de entree van Zwolle. Dat komt er mede dankzij de inzet van stedenbouwkundige Henk Snel - al vijfentwintig jaar betrokken bij de ontwikkeling van de stad en de laatste jaren vooral bij de spoorontwikkeling.

43


magazine

Weerribben Nationaal Park Weerribben-Wieden kenmerkt zich door een landschap van smalle stroken water en land. Binnen 300 jaar werd het veen in dit gebied bijna helemaal afgegraven. Het veen werd uit trekgaten (de weeren) omhoog gehaald. Deze werden vervolgens op de smalle akkers (ribben) te drogen gelegd. Een patroon dat nu nog steeds goed te zien is. ­Tegenwoordig vindt er veel recreatie plaats in dit natuurgebied. Te voet, te fiets, per fluisterboot of kano; je kunt er eindeloos­ dwalen.

44


45


Bezoek onze landerijen en landgoederen en geniet!

advertentie

750 12672017

Oostermaat | Ossenwaard De Haere | Nieuw Rande Kranenkamp-Veldhuizen Wechelerveld | ‘t Schol Boxbergen-Lankhorst Gorsselse Heide

www.ijssellandschap.nl Haereweg 4 in Olst | T 0570 - 635 955

IJssellandschap beheert, ontwikkelt en beschermt 4000 hectare natuur- en cultuurgrond rond Deventer. Dit doen wij met hart voor het verleden, oor voor het heden en oog voor de toekomst. Zodat inwoners van stad en land er heerlijk kunnen blijven wonen, werken en recreëren.

Ruimte voor toegewijd en toekomstgericht IJssellandschap. Voor informatie over onze stichting, de landgoederen, excursie’s & recreatie www.ijssellandschap.nl en via social media.


CREATIEF

herbestemmen Mascha van Damme

AL EEUWEN KRIJGEN MONUMENTALE GEBOUWEN EN GEBIEDEN NIEUWE FUNCTIES. EEN PASSENDE HERBESTEMMING BIEDT ZOWEL RUIMTE AAN HET NIEUWE GEBRUIK ALS AAN DE HISTORISCHE foto: BK. architecten

ONTWIKKELING. EEN SPANNENDE ZOEKTOCHT. 47


magazine

Zonder daglicht In een hoge, gesloten (graan)silo zijn bijvoorbeeld nogal wat ingrepen nodig als de nieuwe functie daglicht behoeft. Graansilo Weijers aan de rand van de Raambuurt in Deventer herbergt het provinciale archeologisch depot. Een passende functie voor dit gebouw uit 1889 zonder ramen, omdat het depot alleen gereguleerd kunstlicht nodig heeft. Voor de herbestemming van silo’s zijn verschillende creatieve oplossingen bedacht. I’M ­Architecten uit Deventer transformeerde pakhuis Ten Hove uit 1881 tot modern kantoorgebouw. Vanaf de straat lijkt dit pand vrijwel ongewijzigd. Om voldoende daglicht binnen te krijgen in de diepe, donkere verdiepingen is een lichtstraat op het dak geplaatst en zijn openingen in de verdiepingsvloeren gemaakt. Aan de zijgevel zijn glazen doosjes gehangen, die zorgen voor extra licht in het gebouw en bieden gebruikers de mogelijkheid om op spectaculaire wijze uit het pand te stappen en over de gracht te kijken.

foto: Roos Aldershoff

De Grijze en Zwarte silo Enkele jaren geleden won een jong ontwerpteam de prestigieuze ­A rchiprix met hun idee om in de Grijze silo in het ­­Deventer havengebied verticaal groenten te kweken bij led licht. Deze ruim 50 meter hoge kolos werd in 1961 gebouwd voor de opslag van veevoer. Het plan voor verticale landbouw heeft het ­helaas niet gehaald. Na jaren leegstand startte in 2015 de renovatie. Studio Groen+Schild maakte het ontwerp voor de her­bestemming en nam haar intrek op de begane grond. Het gebouw heeft zijn stoere industriële uitstraling behouden. De ­trechtermonden, kettingen, het ruwe beton en de baksteengevels zijn zoveel mogelijk intact gelaten. Om meer licht en werkruimte te faciliteren is een extra verdieping ingebracht met een uitbouw in glas en staal, die vier meter uitkraagt aan de kant van de haven.

48


Creatief herbestemmen

Technische erfenis Voor de Grijze silo staat een gedrongen

Het inpassen van de historische tech-

betonnen silo uit 1923. Door de inzet

niek is meestal een precair punt. In het

van BOEi, een non-profit organisatie die

Havenkwartier zijn daar verschillende

zich onder meer bezighoudt met de her-

oplossingen voor bedacht. De Zwarte

bestemming van industrieel erfgoed,

en Grijze silo zijn nog steeds met elkaar

herbergt de Zwarte silo nu het levendige

verbonden door een transportband,

Fooddock. De ruimte die in het gebied

een kettingtransporteur waarmee

wordt geboden aan kunstenaars en nieu-

­goederen uit de Grijze naar de Zwar-

we functies maakt van het Havenkwartier

te silo over gebracht konden worden.

een creatieve hotspot op loopafstand

Met een ­Jakobsladder en via een afzuig­

Het terrein van de Twentse ­Stoomblekerij (TSB) in Goor staat aan de vooravond van een grootschalige transformatie van de historische binnenstad. Landelijk

installatie in het elevator­gebouw aan de

gezien is het een succesvol voorbeeld

waterkant werden de goederen vanaf de

van herbestemming en uitnodigings­

schepen aangevoerd. Deze installatie

planologie, waarbij allerlei creatieve

wordt geïntegreerd in het spectaculaire

­ideeën worden omarmd.

nieuwbouwplan Object One. Op een oude vultrechter even verderop is een nieuwe witte kubus geplaatst, die is ingericht als eenkamer-hotel.

ramen meestal nodig. Voor het zwaar met baksteenmozaïek gedecoreerd model in Hengelo is dat een mooie ontwerpopgave. In de Zwolse watertoren is deze exercitie van 19 Het Atelier al geslaagd en zijn de wigvormige appartementen verkocht.

Wat geslotenheid betreft zijn silo’s vergelijkbaar met watertorens. In het voormalige waterwingebied Barfelose Es bij Hengelo staat een in onbruik geraakte watertoren. Anders dan bij silo’s met hun bijna oneindige verdiepingsvloeren, moet bij watertorens juist worden gepuzzeld op een klein en lastig gevormd vloer­oppervlak. Appartementen in de schacht of een restaurant in de oude watertank zijn ­beproefde ­nieuwe functies. Ook dan is het aanbrengen van (extra)

artist impression: Space & Matter

49


magazine

Gebiedstransformatie

Veranderend ­kerkgebruik

Leegloop

Het terrein van Twentse Stoomblekerij

Bij de herbestemming van kerken spelen

Het wordt een ander verhaal als een kerk

(TSB) in Goor staat aan de vooravond

weer heel andere zaken. Vaak roept het

helemaal leeg komt te staan. De ­Johannes

van een grootschalige transformatie.

verwijderen van kerkbanken veel discus-

Vianneykerk in ­Deventer is verkocht aan

Om leegstand en verval tegen te gaan

sie op. In de Annakapel in Kampen, van re-

een particulier die er zijn atelier voor

en de levendigheid in het gebied te ver-

latief bescheiden omvang, is een deel van

Aziatische kunst heeft ondergebracht.

groten zijn enkele gebouwen al tijdelijk

het waardevolle bankenplan verwijderd

Vrijwel alle kerkbanken zijn verwijderd en

herbestemd. Alle gebouwen op het ter-

om optredens, bruiloften, begrafenissen

hergebruikt als schappen om de prachti-

rein een nieuwe functie geven is onbe-

of modeshows te kunnen faciliteren.

ge collectie Boeddhabeelden en andere

gonnen werk. Zoals menig textielfabriek

Dat ging niet zonder slag of stoot; het

sculpturen tentoon te stellen. Hopelijk

kenmerkt de TSB zich ook door veel van

geduld en de financiële middelen van

kan een dergelijke passende functie ook

hetzelfde; uitgestrekte vierkante meters

de initiatiefnemers werden behoorlijk

gevonden worden voor de katholieke

van weefhallen met vervallen sheddaken

op de proef gesteld. ­Uiteindelijk is het

Drie-eenheidkerk van de Plechelmus

en een zee aan daglicht. Om een goed

resultaat beloond met de Erfgoedprijs,

­parochie in Oldenzaal. Al twee jaar wor-

onderbouwde keuze over behoud of sloop

die de gemeenten Zwolle en Kampen

den er geen erediensten meer gehouden

te kunnen maken is een waardestelling

jaarlijks gezamenlijk uitreiken. Ook in de

in deze vrijwel geheel uit bakstenen opge-

opgesteld van het hele terrein, waarin per

Grote Kerk in Zwolle wordt het banken-

trokken kerk uit 1927. De ontkerkelijking

gebouw of element is aangegeven wat

plan ingekrompen om een breder (cultu-

heeft namelijk grote financiële gevolgen;

de c­ ultuurhistorische waarde is.

reel) gebruik mogelijk te maken. Hier ligt

door het teruglopen van de opbrengsten

eveneens een uitgebreide inventarisatie

van collectes, giften en andere bijdragen

en waardestelling aan ten grondslag.

kan de parochie de torenhoge stook- en onderhoudskosten niet meer opbrengen.

foto: Peter Vredeveld

50


Creatief herbestemmen

Doorzicht De meeste kerken lenen zich uitstekend

oneren. Het ontwerp voor de inrichting

voor uiteenlopende publieksfuncties,

en het meubilair is van BK. architecten

bedrijven of horeca. Voor zowel de pro-

uit Utrecht. In de nieuwe aangebouwde

testantse als de katholieke geloofrichting

‘huisjes’ zijn de voorzieningen voor de

geldt echter dat maatschappelijke en

horeca ondergebracht, een ontwerp van

religieuze functies de voorkeur genieten.

het Zwolse bureau 19 Het Atelier. Na een

Helaas zit er een grens aan de markt voor

proces van zeven jaar met de nodige en

vergaderruimte, concertpodia en andere

misschien ook wel onnodige hobbels,

culturele bestemmingen. Daarbij staat

opende de boekwinkel eindelijk haar

wonen meestal niet hoog op de verlang-

deuren. Zo ver is het in Oldenzaal nog

lijst van monumentenzorgers, omdat dat

niet. Een kerk aan de eredienst ontrekken

vaak afbreuk doet aan de ruimtewerking

is ook hier een langdurig proces dat met

van het gebouw. Een goed voorbeeld hoe

veel emoties gepaard gaat.

hiermee op een mooie manier rekening is gehouden, is de Broerenkerk in Zwolle.

Veel van bovengenoemde voorbeelden

Het zicht door het middenschip naar het

kunnen na afloop op (architectonische)

koor is opengelaten door drie ingebouwde

waardering rekenen. Maar ze bewijzen

vloerniveaus langs de wanden te positi-

eens te meer dat een succesvolle herbestemming zich niet een op een laat herhalen en elke keer opnieuw creatief maatwerk is. Dat maakt herbestemmen ook zo interessant. n foto: BK. architecten

51


magazine

LEZEN KIJKEN DENKEN DROMEN

Wat wordt het landschap van de toekomst? >

52


HOE SIGNALEN VAN NU RICHTING GEVEN AAN HET LANDSCHAP VAN DE TOEKOMST “Hey, Doc, we better back up. We don’t have enough road to get up to 88. Roads? Where we’re going, we don’t need roads.” In 1985 spatte de auto van Michael J. Fox van het filmdoek, een landschap zonder wegen was werkelijkheid geworden. Net als in de film wordt er ook in O ­ verijssel een kijkje in de toekomst genomen. Vanuit een wetenschappelijke basis en met de ontwikkelingen van vandaag als opmaat, wordt het Overijsselse landschap van de toekomst onderzocht. Wat willen we voor ons landschap in de toekomst? Is er meer ruimte voor de wolf? Is vervoer straks elektrisch en waar produceren we ons voedsel? De keuzes die wij nu maken, hebben impact op het landschap van 2050. Deze keuzes maken we niet altijd bewust, vaker zelfs onbewust. Denk aan de komst van het internet. Daarbij werd niet nagedacht over de landschappelijke gevolgen, maar die zijn er wel degelijk. Zo is met de komst van het internet thuiswerken veel normaler, ontmoeten we elkaar in een chatroom en bestellen we boodschappen online.

VERKENNING ­TOEKOMSTIG LANDSCHAP In Overijssel worden verschillende ver-

Bij het verbeelden van de toekomst ge-

kenningen uitgevoerd. De meest urgente

bruiken we naast de signalen van nu ook

en actuele is de verkenning naar de im-

het verleden. Het verleden is immers

pact van duurzame energie op ons land-

veel overzichtelijker dan de toekomst.

schap. De andere verkenning is gericht op

We waren erbij of er zijn getuigenis-

het landschap in het algemeen, waarbij

sen in tekst, foto’s of films. We hoeven

verschillende scenario’s worden getoond

uit het verleden alleen maar de meest

en ervaren. Architecten, kunstenaars,

waarschijnlijke dingen te selecteren en

filosofen en wetenschappers werken

we hebben contouren van de mogelijke

mee. Zij stellen zich de vraag: kunnen

toekomst te pakken.

we ons een voorstelling maken van het landschap van 2050? Door veranderingen

Wie nieuwsgierig is geworden, volgt

in bijvoorbeeld demografie, landbouw,

de actuele informatie over verkennin-

klimaat, mobiliteit en technologie expli-

gen en projecten op de website van

ciet te maken, komen de opgaven van

­AtelierOverijssel: atelieroverijssel.nl.

morgen in een ander daglicht te staan.

Ook meepraten, lezen, kijken, denken en dromen over de Verkenning ­Landschap? Dat kan via het blog ‘­Situatie Gewijzigd’. n

Frank Stroeken Ateliermeester AtelierOverijssel

AtelierOverijssel signaleert en agendeert ruimtelijke ontwikkelingen. Doel is om ruimtelijke consequenties van (boven)regionale veranderingen en beleidskeuzes in beeld te brengen. Daarbij faciliteert AtelierOverijssel het gesprek tussen overheid en samenleving.

53


magazine

Maartje van Hellemondt

In Nederland hebben wij iets unieks. Een kunstcollectie die tot stand is gekomen door bemoeienis van de overheid. Een kunstcollectie die niet in een museum kan worden opgenomen omdat deze geïntegreerd is met ­architectuur. ­Architectuur uit de weder­opbouw­ periode.

Het gaat om zogenaamde monumentale wandkunst; een (nog) vrij grote collectie van plastieken, sgraffito’s, reliëfs en mozaïeken die niet alleen aan publieke ­gebouwen prijken, maar ook aan woningen en vooral in kerken. Deze kunstwerken zijn het resultaat van een door de overheid bedachte r­ egeling waarbij een percentage van de bouwkosten aan kunst besteed moest worden. Hoewel zeer divers in gebruikte kunsttechnieken, heeft deze collectie een vrij universeel karakter. Met andere woorden, als je je er eenmaal in verdiept hebt dan herken je het meteen. En er eenmaal in verdiept, is de kans groot dat je het ook meteen mooi vindt. Iets wat we in ons vak ­natuurlijk nooit hardop zeggen.

54


We roepen al meer dan tien jaar dat deze

in de vorm van het toenmalige Instituut

speciale kunstcollectie in Nederland be-

Collectie Nederland (ICN), heeft een paar

dreigd wordt. Dat klopt ook, want een

jaar geleden een dappere poging gedaan

niet aflatende stroom met persberichten

om te inventariseren wat we eigenlijk

spreekt over dreigende sloop, waar en

hebben aan deze kunst in Nederland.

passant het kunstwerk mee de puinbak

Via www.helpwandkunstopsporen.nl kan

in verdwijnt. ‘Slopers zien kunstwerk in

iedereen kunst op de site zetten en daar-

Raalte aan voor oud ijzer en vernieti-

bij ook de bijbehorende gegevens zoals

gen sculptuur’ (maart 2017) valt in die

kunstenaar, d ­ atering en betekenis van

categorie. Zonder onrecht te doen aan

de voorstelling. Een ­dappere p ­ oging in-

Raalte overigens, waar tevens gekopt

derdaad en het geeft ook zeker een mooi

werd ‘Verdwenen wederopbouwkunst

inzicht in de hoeveelheid die we hebben,

Raalte blijkt gered’ (april 2017).

maar zonder verder onderzoek blijft het een druppel op de gloeiende plaat.

Maar doen we er ook wat aan? Z ­ orgen we er ook voor dat niet onnodig monumentale kunst meer in de ­puinbak verdwijnt? Die vraag kent helaas geen ­eenduidig ­antwoord.

Dappere pogingen Iedereen die in de monumentenzorg werkt, weet dat alles willen behouden niet meer van deze tijd is. Ook niet alle monumentale wandkunst heeft evenveel (cultuurhistorische) waarde of kwaliteit. Maar hoe bepaal je de waarde van deze kunst en wat is dan kwaliteit? Het Rijk,

55


magazine

Emotionele waarde Ook heeft het Rijk een poging gedaan

Meer onderzoek naar de lokale kunste-

om handvatten te bieden voor situa-

naars, waarvan wij in de inventarisatie

ties waarin behoud ‘in situ’ (mooi woord

zoveel prachtige dingen hebben gezien.

voor gewoon laten zitten) niet mogelijk is.

Veel kunstenaars zijn al overleden, maar

Die suggesties komen neer op eerst goed

soms leven ze nog, dus wat is mooier

onderzoek doen en waarderen van het

dan hen te interviewen? En hen de vraag

te verdwijnen kunstwerk. Daarna is de

te stellen wat zij vinden dat er met hun

beslissing verplaatsen of slopen er een

kunst moet gebeuren als het pand mo-

van ‘op hoop van zegen’. Uit de praktijk

gelijk wordt gesloopt? Zij ­hebben immers

blijkt dat herbestemming van een mo-

de kunst een ziel gegeven. Nu weten we

numentaal kunstwerk afhangt van twee

dikwijls het verhaal achter de kunst niet

dingen: een (aanzienlijke) pot met geld

eens, hoe moeten we het dan waarderen?

én zeer goede wil van een of meer liefdoen, hangt ook af van de (cultuurhisto-

Onbekend maakt onbemind

rische) waarde van het werk, waarvoor

De wens om meer regionale (­Overijsselse)

door het Rijk tot op vandaag nog geen

kunstenaars te willen onderzoeken komt

criteria zijn vastgesteld. Gek eigenlijk:

ook voort uit een wat recalcitrante tegen-

60 jaar geleden dwong het Rijk architecten

beweging. Opvallend is dat veel publica-

en kunstenaars samen te werken door

ties over naoorlogse kunst met name

de percentageregeling en nu trekken ze

gaan over de ‘grote’ kunstenaars en

hun handen ervan af. Maar ook zonder

kunstwerken in de Randstad. Allemaal

deze criteria durf ik wel te stellen dat de

prachtig en interessant, maar waarom

waarde van deze werken meestal gewoon

verdient een kunstenaarsechtpaar uit

hoog is. Het is een emotionele waarde,

Twente niet evenveel aandacht als Lex

die vooral bij de mensen die er elke dag

Horn, van wie de werken in meerdere

tegen aankijken hevig naar boven komt

publicaties onder de aandacht zijn ge-

bij bedreiging.

bracht? En waarom zouden drie kleine

hebbers. Of men die moeite ervoor wil

Lokale kunstenaars

tegeltableautjes minder belangrijk zijn dan een hele mozaïekwand? Ik roep

In Overijssel liep Het Oversticht tien jaar

daarom gemeenten in Nederland op

geleden al voorop de landelijke aan-

om deze kwetsbare kunstcollectie verder

dacht voor de periode van de wederop-

te laten onderzoeken. Onbekend maakt

bouw. Met financiële hulp van provincie

on­bemind, dus meer kennis is meer waar-

­Overijssel inventariseerden mijn col-

dering. En dat verdient deze kunst. n

lega’s en ik de naoorlogse wijken, kerken en kunst in de provincie. Een mooi begin, tevens het topje van een ijsberg. ­Onvoldoende financiële middelen stelde ons niet in staat om dieper onderzoek te doen.

56


57


PRODUCTIEHUIS VOOR HEDENDAAGSE BEELDENDE KUNST

advertentie

Radiation 05, Rob Sweere 10-jarig bestaan AtelierOverijssel Kunstenlab: opdrachtgever Fotograaf: Rob Sweere

Deventer Raamwerk, Loes ten Anscher Stadhuis Deventer Kunstenlab: advies kunstopdracht

Beulaker toren, Alphons ter Avest (Canonkunstproject) Beulakerwijde Kunstenlab: projectleider en opdrachtgever Fotograaf: Vincent Nijhof

Kunst levert een waardevolle bijdrage aan een open houding en brede kijk bij mensen en verrijkt daardoor de samenleving. Door de inzet van kunst en kunstenaars worden bestaande opvattingen uit hun context gehaald, waardoor nieuwe verbindingen ontstaan, andere perspectieven worden geboden en mensen op een andere manier naar het bestaande of ondenkbare kijken.

Havenplein 20 7411 ME Deventer 0570 611848 info@kunstenlab.nl www.kunstenlab.nl


FACTS

Overijssel

de tuin van Nederland Overijssel kent 662 landgoederen. Deze beslaan samen een oppervlakte van 34.000 ha. Dit is 10% van de oppervlakte van Overijssel en 25% van de ecologische hoofdstructuur. Van de Overijsselse bossen ligt 40% op landgoederen en 8% van de landbouw in Overijssel vindt plaats op landgoederen.

Grote Dorst, Hengelo

Het Stokhorst, Lonneker

Hooge Boekel, Lonneker

Borgbeuningen, Beuningen

Het Langheet, Haaksbergen

De Ziepe, Haaksbergen

Driener Marke, Enschede

Het Stroot, Twekkelo

Peckedam, Diepenheim

Fotocredits: Erwin Zijlstra. Foto’s afkomstig uit het boek ‘Heren op het land’ (ISBN 9789491196300), een rijk geïllustreerd boek over de buitenplaatsen en landgoederen van welgestelde textielfabrikanten in Twente.


magazine

WATERERFGOED SPEELT EEN CENTRALE ROL IN DE BELEVING VAN ONZE WATERRIJKE OMGEVING. BRUGGEN, DIJKEN, KANALEN EN POLDERS ZIJN ONLOSMAKELIJK ­VERBONDEN MET ONZE NEDERLANDSE LANDSCHAPPEN. WATERERFGOED KAN ZELFS HEEL BEPALEND ZIJN VOOR DE IDENTITEIT VAN EEN HEEL GEBIED. 60


Beeld bepalend erfgoed in het water landschap Mascha van Damme

61


magazine

WATERSCHAPPEN HEBBEN VEEL WATERERFGOED IN BEZIT OF BEHEER EN NOEMEN DAT WATERSCHAPSERFGOED. WATERERFGOED KAN OOK IN BEHEER ZIJN BIJ EEN PROVINCIE OF TERREINBEHERENDE ORGANISATIES. OVERIJSSEL IS RIJK AAN WATERERFGOED. EEN AANTAL IN HET OOG SPRINGENDE ELEMENTEN BEPALEN HET KARAKTER.

De Dijkstoelhuisjes op de IJsseldijk

Vanaf circa 1100 zijn langs de Sallandse

werden de dijken beheerd en de schouw

was een deel ingericht als wachtruim-

IJssel kades aangelegd, welke langzaam

(dijkinspectie) uitgevoerd. Het waterschap

te. Tot het eind van de twintigste eeuw

aaneengroeiden tot een doorgaande

trad ook op bij calamiteiten, zoals hoog-

waren de dijkstoelhuisjes nog in gebruik

bedijking. Het onderhoud en herstel

water of een dijkdoorbraak.

voor het beheer en onderhoud van de

van de Sallandse IJsseldijk werd in 1308

dijken. Nu staat een aantal leeg en wacht

voor het eerst centraal geregeld. Iedere

Op en langs de IJsseldijk stonden maga-

op herbestemming. Sommige hebben al

aanwonende kreeg de verantwoordelijk-

zijnen, de zogenaamde dijkstoelhuisjes,

een nieuwe functie gekregen.

heid voor het stuk dijk op zijn eigen land.

waarin zandzakken, schoppen en andere

De ‘verhoefslaging’ bepaalde welk per-

gereedschappen waren opgeslagen om in

centage dijk iedere hoevebezitter moest

geval van nood direct te kunnen optreden.

onderhouden. Later werden de kosten

De gebouwtjes werden in de negentien-

verdeeld over het achterliggende gebied,

de eeuw opgericht in opdracht van het

gerelateerd aan de hoeveel land die een

dijkbestuur, de ‘dijkstoelen’. Op plaatsen

grondeigenaar bezat. Met de ­opbrengsten

waar regelmatig dijkwacht werd gelopen,

62


Beeldbepalend erfgoed in het waterlandschap

De sluiseilanden in de Drentsche Hoofdvaart

De ontginning van het veengebied op het

Om het aanzienlijke hoogteverschil te

Drentse plateau kwam in de zeventien-

kunnen overbruggen, werden in 1892

de eeuw op gang. Tussen 1767 en 1780

verschillende schutsluizen aange-

werd een verbindingskanaal aangelegd

legd, zoals de Paradijsluis, Venesluis,

tussen Meppel en Assen: de Drentsche

­Haarsluis, Dieversluis, Uffeltersluis en

Hoofdvaart. Deze ­verving een smal ka-

de ­Pastoorsluis. De schutsluizen liggen

naaltje dat alleen geschikt was voor kleine

tussen de R ­ ijksstraatweg langs de vaart

turfschepen. De Drentsche Hoofdvaart

en een sluiseiland, dat is uitgerust met een

vervulde in de n ­ egentiende eeuw een

draaikolk. Op de meeste eilanden staat

belangrijke rol bij alles wat de bevolking

een opzichters- of sluiswachterswoning.

nodig had, van turf en voedsel tot het

Aan drie sluiscomplexen heeft men in 1925

vervoer van passagiers. De vaart had te-

een pompgebouw met elektrisch gemaal

vens een belangrijke afwateringsfunctie

toegevoegd en rond 1950 een moderner

voor dit hooggelegen middendeel van de

pompgebouw. Ze vormen opvallende en

provincie Drenthe.

waardevolle ensembles in de lange, rechte Drentsche Hoofdvaart.

63


magazine

De poldergemalen in Salland

Na de Tweede Wereldoorlog werden

De elektrische poldergemalen worden

veel stoomgemalen in de lage delen van

wel oneerbiedig de Sallandse blokken-

Salland vervangen door elektrisch aange-

doosjes genoemd.

dreven gemalen. De stoomgemalen hadden meestal een molen als voorganger.

Overal in de lage delen van Salland zie je dit type gemalen, die allemaal in de-

Bijvoorbeeld in Lierderbroek, één van

zelfde periode gebouwd zijn. Ze hebben

de oudste polders in Nederland en een

een rechthoekige en sobere opzet met

prachtig weidevogelgebied. Het nieuwe

bakstenen gevels en vaak een grote pui

ontwerp werd meestal vervaardigd door

met stalen ramen. Ze zijn bijna allemaal

het Technisch Adviesbureau van de Unie

uitgerust met een elektromotor en een

van Waterschappen (TAUW). Gedurende

­verticale ­schroefpomp.

de wederopbouwperiode (1940-1965) en daarna, werkte dit bureau voor de meer bijzondere gemalen geregeld samen met een aantal zelfstandige architecten.

64


Beeldbepalend erfgoed in het waterlandschap

De windmolens in de Weerribben-Wieden

Van oudsher werd het natuurgebied

Naast de traditionele molens werden

De Weerribben-Wieden bemalen met

vanaf het begin van de jaren twintig steeds

watermolens en Tjaskers: eenvoudige

vaker Amerikaanse windmotoren ingezet.

windmolentjes die bij een klein hoogte-

Deze veelwiekige molens konden zichzelf

verschil water met een schoefvijzel uit

door hun windvanen op de wind richten en

een stuk land konden pompen. Tjaskers

hoefden dus niet meer door een molenaar

moesten met de hand op de wind gesteld

in de wind te worden gedraaid. Deze zijn

worden. Tussen 1850 en 1940 stonden

bijna allemaal gesneuveld. Tegenwoordig

er veel van dit soort molens in de Weer-

bepalen de eenvoudige buis- en Bosman-

ribben-Wieden.

molens het aanzicht in het natuurgebied. Ze worden gebruikt voor het bevloeien van de rietvelden.

De terpboerderijen van de Kampereilanden

Door de aanvoer van slib ontstonden in

De strijd tegen het water bleef aan-

de monding van de IJssel verschillende

spraak maken op de weerbaarheid

‘eilandjes’ die aanvankelijk hoorden bij

en vindingrijkheid van de bevolking.

polder Mastenbroek. In 1364 werden de

Zo hadden bewoners van terpboer-

veertien eilandjes aan de stad K ­ ampen

derijen een speciale noodboot op de

toegewezen en kregen ze de naam Kampe-

zolderbalken in de schuur liggen om

reilanden. Dankzij de vruchtbare rivier- en

bij hoogwater te kunnen vluchten. De

zeeklei ontwikkelden de Kampereilanden

boerderijen dragen geen namen, maar

tot een welvarend veeteelt- en hooiland-

nummers. Tegenwoordig zijn er 173

gebied.

boerderijen met een eigen erfnummer.

Vanaf de vijftiende eeuw vestigden de eerste permanente bewoners zich op Kampereiland. Om zich te weren tegen overstromingen bouwden ze hun boerderijen op terpen. Aan het begin van de zeventiende eeuw telde Kampereiland zo’n 40 erven. Dat aantal groeide tot 108 in 1940.

65


  magazine

NAGELE

Rietveld

66


In 1956 werden er aan de Vlashof en Kla-

laten zien dat hier een modernist aan de

de jaren 1969 veranderden bij renovaties

verhof in Nagele 74 woningen opgeleverd

tekentafel zat. Met kleur werd gespeeld.

de gevels. Vanwege de hoge cultuurhisto-

naar een ontwerp van Gerrit Rietveld

De voorgevel kreeg witte kozijnen en

rische waarde, zijn in 2012 z­ esentwintig

en zijn zoon Jan. De woningen staan in

lichtgele panelen. De achtergevel had

­huizen opgeknapt waarmee het ontwerp

stroken gebouwd rond een groene bin-

donkergrijze kozijnen en blauwe panelen.

van Rietveld werd benaderd.

nenruimte. Het platte dak en de gevel,

De baksteen stroken zijn geel en lichtrood;

samengesteld uit rechthoekige vormen,

de plint is van donkerrode baksteen. In

67


“Het lijkt of iedere betrokkene een ander stukje van de olifant vasthoudt - ervan overtuigd dat juist dat stukje staart, huid of slagtand de essentie van ‘olifant’ belichaamt.”


Lessons Learned? Joris Luyendijk

‘Ik ben er wel in gedoken, maar heb er uiteindelijk nog niks mee gedaan,” schreef een bevriende, zeer ervaren journalist over de nieuwe Omgevingswet. “Ik dreigde te verzuipen.” Dat was weinig aanlokkelijk of bemoedigend, en hoe meer ik ondanks dit negatieve reisadvies hoor en lees over de nieuwe Omgevingswet, hoe beter ik mijn collega begrijp.

Dit is werkelijk complex, en het lijkt of iedere betrokkene een ander stukje van de olifant vasthoudt - ervan overtuigd dat juist dat stukje staart, huid of slagtand de essentie van ‘olifant’ belichaamt. Bij verwarring grijpt het menselijk brein terug op analogieën en parallellen met wat al wel vertrouwd is of althans bekend. Ik moet zo steeds aan de financiële sector denken, die ik de afgelopen zeven jaar van dichtbij en binnenuit heb geprobeerd te volgen en begrijpen. Allereerst die borstwering van DLA’s ofwel Drie-Letterige Acroniemen: Wabo, CHW, Wro, APV, WMO, GVVP, NSL en PAS… Hoe begrijpelijk het ontstaan ervan ook is, scheppen zulke afkortingen meteen een kloof tussen insiders en outsiders, precies zoals bij de bankiers en toezichthouders en hun MBS’en, CDO’s, CDS’en en CRA’s. Dan heb je de geheimtaal waarvan je kan bevroeden wat het betekent maar niet wat het wil zeggen. Securetisatie bijvoorbeeld bij de banken, en in de Omgevingswet: ‘Laan van de Leefomgeving’ of ‘meerwaardegesprek’. ‘Geurbeleid’ bestaat vast al langer maar is nu al mijn woord van het jaar 2018. Het gevaar destijds in de financiële wereld was dat insiders zich achter dit woud van termen gingen verschansen. Een kleine club insiders begreep het nog (half) en de rest voelde zich gedwongen om mee te doen met dit jargon. De dwang van de rijdende trein. Al jaren voor de crash wist in de financiële sector eigenlijk bijna niemand meer wat die Synthetische en Hybride Collateralized Debt Obligations eigenlijk waren en deden, laat staan hoe al die Credit Default Swaps eraan gerelateerd waren. Maar iemand anders zal het wel hebben uitgezocht, toch? Laten we gewoon doen wat anderen doen, dan komt

69


ri lle ua r br u o fe 0 u Zw 7 n g 1.3 s i d a 2 xi er tot ne nd 0 r E do .3 oo 15 ant ok

gi re

advertentie

Een gevarieerd varieerd programma met workshops en uitwisseling

Marejsamna Minn

Matbthoiejrs Nij

Annreamaiegke T

Bent u lokaal betrokken bij de energietransitie in Overijssel, dan is dit een dag die u niet wilt missen! Meld u aan en ga in gesprek met: Marjan Minnesma (directeur Urgenda), Annemieke Traag (gedeputeerde Energie en Milieu) en Matthijs Nijboer (directeur Natuur en Milieu Overijssel) lokale energie initiatieven, ambtenaren duurzaamheid en ruimtelijke ontwikkeling en gemeentebestuurders

www.natuurenmilieuoverijssel.nl/nieuws


Lessons learned het wel goed. En als het niet goed komt dan is het nog altijd

Het was ook echt knap bedacht door de bankiers, die CDO’s,

veiliger om ongelijk te hebben in een groep, dan gelijk in

en in principe waren ze een mooie stap vooruit. Behalve dat

je eentje.

bij zoveel nieuwe complexiteit de verleiding enorm werd voor slimme marktpartijen om de onvermijdelijke gaten te

Zo dachten ze bij de banken, en vandaar dat eigenlijk bijna

gaan benutten en oprekken. Want bij nieuwe technologie

niemand van de insiders een prijs heeft betaald nadat bij

loopt de wetgever altijd achter, per definitie. Destijds vond

de financiële crash van 2008 die CDO’s en CDS’en toch

de overheid dat bedrijven en banken vooral zelf moesten

wat anders in elkaar bleken te zitten dan men elkaar

bedenken wat goed voor ze was. De creativiteit van de

had voorgehouden; ‘men’ was met zoveel dat er geen

markt heette dat, en dus keken toezichthouders de andere

beginnen aan was om ze allemaal te ontslaan of zelfs

kant op. Het ging erom dat de overheid de creatieve

“Zij met de beste lobby, de slimste juristen en de meest agressieve campagnes komen het verst.” maar te straffen. Wie nu voorstander is van de nieuwe

‘waardenscheppers’ in het bedrijfsleven niet ‘voor de

Omgevingswet maar eigenlijk niet weet waarom, kan hier

voeten liep’. Uiteindelijk mocht in 2008 de belastingbetaler

misschien hoop uit putten.

de rekening betalen. Het financieel landschap lag aan puin, en het vertrouwen van burgers in het beschermend

Ik zeg niet dat bij de nieuwe Omgevingswet een zelfde

vermogen van de overheid kreeg een klap die nog

mate van met jargon weggetimmerde onduidelijkheid,

altijd nadreunt.

onkunde en onzekerheid heerst. Maar de tekenen zijn niet allemaal even gunstig. En als je dan steeds weer

Parallellen en vergelijkingen gaan altijd mank, en toch vind

hoort over alle goede bedoelingen en mooie plannen,

ik het moeilijk om niet aan de CDO’s te denken wanneer

is het zinvol ook weer hier naar de financiële sector te

ik voorstanders van de nieuwe Omgevingswet hoor

kijken. Temeer omdat het met de crash ooit allemaal zo

hameren op hun goede bedoelingen. Goede bedoelingen

klein begon. Achteraf blijken veel van de wetten die de

zijn geen garantie voor goede resultaten. Integendeel.

crash mogelijk en eigenlijk ook onvermijdelijk maakten,

Goede bedoelingen kunnen net als andere vormen van

jaren en soms decennia eerder bijna geruisloos te zijn

ideologische bevlogenheid verblinden. En de recente

ingevoerd. Vaak waren het hamerstukken. Als er al

geschiedenis van de financiële sector laat duidelijk zien dat

over werd gesproken dan werd de toon gezet door de

zelfregulering vaak neerkomt op het recht van de sterkste:

goede bedoelingen; in het geval van de financiële sector

zij met de beste lobby, de slimste juristen en de meest

dat veel mensen door de nieuwe producten opeens

agressieve campagnes komen het verst.

wel een hypotheek konden krijgen. Hoe kun je daar nu tegen zijn? Op eenzelfde manier kun je kritische vragen

Misschien ben ik wat cynisch geworden doordat ik

over de haalbaarheid van de nieuwe Omgevingswet

al jaren de banken volg en dus steeds weer nieuwe

overschreeuwen door de wenselijkheid te onderstrepen

schandalen meemaak waar de sterkste partijen al dan niet

van zeggenschap en invloed van burgers.

binnen de wet misbruik maken van hun machtspositie. Nieuwe technologie biedt geweldige nieuwe mogelijkheden, zowel voor verbetering als voor misbruik. Dat is de les van de crash van 2008. Daarop terugkijkend denk ik bij de nieuwe Omgevingswet: weet waar je aan begint. n

71


magazine

KOLONIËN van weldadigheid Het helpen van armen én het vergoten van het landbouwareaal voor voedselproductie. Johannes van den Bosch probeerde twee vliegen in een klap te slaan met ‘De Koloniën van Weldadigheid’. ’s Werelds eerste, meest grootschalige en langst functionerende landbouwkoloniën. In 2018 was het 200 jaar geleden dat de eerste Kolonie van Weldadigheid in Nederland werd opgericht. Mascha van Damme

In het eerste kwart van de negentiende eeuw leefde tien procent van de bevolking onder de armoedegrens en wemelde het in ons land van de bedelaars en landlopers. Omdat de beschikbare landbouwgrond onvoldoende bleek om de groeiende bevolking te voeden, leden veel mensen honger. Tot overmaat van ramp mislukten de oogsten van 1816 en 1817.

Paupers en honger

De eerste proefkoloniën

Johannes van den Bosch (generaal) wilde

Dat plan moest natuurlijk wel worden

verarmde en verpauperde landgenoten

gefinancierd. Behalve op Koninklijke ‘be-

een kans geven op een beter leven door

scherming’ kon de Maatschappij ook

ze van werk te voorzien en ze met tucht en

rekenen op een goed georganiseerde

discipline ‘op te voeden’ tot betere, zelf-

achterban van begunstigers en sponsors.

standige mensen. Om zijn ideeën van de

In diverse steden werden plaatselijke

grond te krijgen, stichtte Van den Bosch in

commissies gevormd die geld zonden

1818 de Maatschappij van ­Weldadigheid.

naar de M ­ aatschappij van Weldadigheid

Deze Maatschappij verbond op listige

en zorgden voor ‘opzending’ van armen.

wijze Johannes’ doelen door armen uit de

Voor een stuiver per week konden kapi-

steden naar het platteland te brengen, ze

taalkrachtigen lid worden van de Maat-

daar het vak van boer te leren en ze in te

schappij. En dat gebeurde in groten getale

zetten voor de ontginning en exploitatie

want het aantal leden groeide tussen

van ‘woeste’ gronden. De armen moesten

1818 en 1840 tot ruim 20.000.

onafhankelijk worden van liefdadigheid en leren de eigen kost te verdienen.

72


Zelfvoorzienend Door een voortvarende start kon in 1818

De kleine koloniehoeves huisvestten 6 tot

Daarom kregen alle gezinnen een spin-

de eerste proefkolonie ­Frederiksoord

10 bewoners; voornamelijk arme gezin-

nenwiel. De opbrengst van spinarbeid

worden ingericht. In vlot tempo verre-

nen of samenwonende stellen, al dan

zou moeten helpen de schuld af te lossen.

zen de eerste honderd koloniehuisjes

niet aangevuld met wezen. Hoewel het

Alle zaken, inclusief kleren, bleven echter

op goedkope, afgelegen gronden aan de

in principe om een ‘vrije kolonie’ ging,

in eigendom van de Maatschappij om te

achterkant van Drenthe tegen de Friese

leefden de gezinnen er onder toezicht.

voorkomen dat kolonisten hun bezittin-

grens. Daarna volgden er meer in de om-

Om het project financieel neutraal te

gen doorverkochten om een bestaan

geving van Wilhelminaoord, Willemsoord,

houden, werden de startkosten vertaald

elders op te bouwen.

Boschoord en Wortel in België. Door de

in een schuld waarmee alle kolonisten be-

bijzondere verkaveling zijn ze op de kaart

gonnen. In theorie losten zij deze schuld

goed herkenbaar als linten van wegen

met het werk en de opbrengst van hun

met huisjes erlangs.

land af. Hierdoor werden ze Vrijboer en zodoende uit hun ‘half-dierlijke staat onttrokken’. De opbrengsten van de kolonistengronden waren echter stelselmatig te laag om de landhuur te kunnen betalen.


magazine In de tuinbouwschool in Frederiksoord

Om sneller meer armen te kunnen hel-

werden stadskinderen omgeschoold

pen, besloot Johan van den Bosch tot

tot boer. Naast landbouw kwamen er

grootschaliger huisvesting. In 1819 veran-

fabrieken waar producten voor eigen

derde hij het oude fort De ­Ommerschans

behoeften konden worden gemaakt,

in een ‘strafkolonie’ voor landlopers en

De bijzondere geschiedenis van de

zoals een stoomzuivelfabriek en een

bedelaars. In de ‘Zuidelijke Nederlanden’

Maatschappij van Weldadigheid

ontromingsfabriek. Spinnerijen en we-

(België) kwam naast de ‘vrije kolonie’ in

en de Koloniën krijgt steeds vaker

verijen voorzagen geheel in de behoefte

Wortel een ‘onvrije kolonie’ in Merksplas.

­belangstelling. Er worden gebouwen

aan kleding en andere producten. Mede

Zijn grootste ‘onvrije kolonie’ bouwde

gerestaureerd, bezoekerscentra in-

door de stichting van koloniewinkels,

hij in het gehucht Veenhuizen met drie

gericht en boeken geschreven, zoals

kleine industrieën, werkplaatsen en zelfs

enorme gestichten: elk gesticht bood plek

Het Pauperparadijs. Ze schetsen een

de invoering van een eigen munt, waren

voor 2.000 vondelingen en weeskinde-

beeld van het leven in een kolonie en

de vrije koloniën al vrij snel zelfvoorzie-

ren. Ook wie zich niet wilde conformeren

de wrange, onbedoelde effecten van

nend. Vanaf 1893 maakte ook een eigen

aan de regels in de vrije koloniën werd

het beschermde leven in een kolonie.

complex voor bejaarde kolonisten deel

doorgestuurd naar Veenhuizen.

uit van de vrije koloniën.

74

HET ­PAUPERPARADIJS


Koloniën van Weldadigheid

Een sluitend ‘exploitatiemodel’ De kolonistenhoeves in Wilhelminaoord

ambtenaar, werd in 1864 uitgebreid met

verschilden van die in de proefkolonie;

zes grote ‘hoeven’ met een grote veeschuur

ze kregen een andere indeling met ruimte

op grote stukken grond. Deze grote hoeven

voor een koe, een varken en een schaap

namen de agrarische functie over. Voor de

of geit. De dieren dienden voor wol en de

agrarische exploitatie werden de akkers sa-

slacht en moesten voor mest zorgen om

mengevoegd tot grotere, beter te bewerken

3 hectare grond te exploiteren. Maar de

eenheden. De kleine boerderijtjes behielden

dieren leverden onvoldoende mest voor

hun moestuinen en veranderden in woon-

de onvruchtbare gronden. Daarom moest

huizen. In 1869 maakte de ­Maatschappij

extra mest worden aangevoerd. Door alle

voor het eerst winst.

ontginningen in Nederland was mest een zeer gewild artikel en daardoor zeer prijzig. Daarnaast bracht het mesttrans-

Een langzaam naderend ­einde

port relatief hoge kosten met zich mee.

Na de onafhankelijkheid van België in 1830

De mestproblemen drukten behoorlijk op

vielen Wortel en Merksplas niet meer onder

het ‘verdienmodel’ van de Maatschappij.

de Maatschappij van Weldadigheid. In 1859 nam de Staat der Nederlanden de straf-

UNESCO ­WERELDERFGOED

De Maatschappij kende wel meer finan-

koloniën Ommerschans en Veenhuizen

ciële tegenslagen. De exploitatie ging uit

over. Pas eind jaren dertig van de twintigste

van de inzet van capabele werkkrach-

eeuw werden de laatste arbeiderskolonis-

ten, maar door ziekte en gebrek werd de

ten gewone huurders van de Maatschappij.

verwachte productie vaak niet gehaald.

In 1960 volgde de formele opheffing van

Elders ging het model uit van de inzet van

de laatste subcommissies. Naar schatting

Vanwege de unieke opzet en de soci-

weeskinderen, maar bleken de bestaande

hebben 100.000 mensen een heropvoe-

aal-maatschappelijke structuur zijn de

weeshuizen die onvoldoende te willen

ding ondergaan in een van de Koloniën van

Koloniën van Weldadigheid voorgedra-

afstaan. Het systeem van de koloniën,

Weldadigheid en hebben ruim een miljoen

gen als UNESCO Werelderfgoed. Dat is

kleine kavels met k ­ oloniewoningen, een

Nederlanders en Belgen voorouders in de

nog niet gelukt. Wel is de toekenning

kerk, school, fabriek en woning voor de

Koloniën van Weldadigheid gehad. n

een stapje dichterbij. Binnenkort buigt een wereldwijd team van experts zich opnieuw over de aanvraag.

DE MAAKBARE ­SAMENLEVING De ideologie van Johannes van den Bosch was gestoeld op een maakbare samenleving en stond daarmee aan de wieg van onze verzorgingsstaat. Naast het kerkbezoek was ook het volgen van onderwijs en lidmaatschap van het ‘ziekenfonds’ verplicht. ­Hiermee liepen de Koloniën een kleine honderd jaar voor op de landelijke ontwikkelingen.

75


advertentie

MOOIWAARTS NODIGT U UIT VOOR EEN DIALOOG OVER RUIMTELIJKE KWALITEIT. Het belang van een waardevolle leefomgeving is onomstreden. Iedereen wil wonen, werken, spelen en liefhebben in een aantrekkelijke omgeving. De ergernis over verrommeling, over liefdeloos vormgegeven gebouwen, over achterstallig onderhoud en beheer groeit.Een waardevolle leefomgeving ontstaat niet vanzelf. Ze ontkiemt in de harten van mensen en wordt werkelijkheid waar visie, vakmanschap en daadkracht zich verbinden met de omgeving. Al enige jaren vermindert de aandacht voor ruimtelijke kwaliteit in het regeringsbeleid. Daarom pleit Mooiwaarts voor een herwaardering. Een waardevolle leefomgeving zou het hoofddoel moeten zijn van de grote transities in de energie, klimaatbestendigheid, de woningbouw en het landelijk gebied. Onderteken het pleidooi door een email te zenden aan pleidooi@mooiwaarts.nl of te tekenen via www.mooiwaarts.nl. Of kom naar een van de Mooiwaartscafé’s en praat mee.

De dialoog, het pleidooi en het programma van Mooiwaarts komen tot stand met betrokkenheid, steun en inbreng van iedereen die zich met kennis, ervaring, creativiteit en vooral met liefde en passie wil inzetten voor een waardevolle leefomgeving. Mooiwaarts is een initiatief van de Federatie Ruimtelijke Kwaliteit (FRK).


Van A naar Beleving Je kent het wel, die nieuwe rondweg rond het dorp of die nieuwe provinciale weg parallel aan de oude straatweg. Die nieuwe weg is een stuk sneller dan de oude route. Het duurt dan ook niet lang of de route is onderdeel geworden van je dagelijks systeem. Ruben Rodenburg

77


magazine

Het nieuwe asfalt zoeft

De manier waarop wij ons door onze

Maar waar moeten we dan rekening mee

lekker weg onder de

leefomgeving verplaatsen, heeft invloed

houden? Allereerst is het van belang

wielen, maar toch knaagt

op hoe we deze leefomgeving waarne-

te realiseren dat we betekenis geven

men en waarderen. Het is dan ook niet

aan dat wat we waarnemen. Dat wat

raar dat mensen met plezier autorijden

we beleven vanuit de auto wordt beïn-

en een gevoel van vrijheid ervaren. Wij

vloed door een aantal factoren. Daarbij

mensen geven betekenis aan dat wat

bepalen de route en de rijrichting de

we om ons heen waarnemen. Als er

volgorde en het ritme van specifieke

een nieuwe weg gerealiseerd wordt,

elementen. ­Vervolgens heeft de snel-

heeft dit direct gevolgen voor bestaande

heid invloed op de hoeveelheid infor-

landschappelijke waarden. De weer-

matie die we uit de omgeving kunnen

stand bij de aanleg van wegen is dan

opnemen. Dit ­beïnvloedt tegelijkertijd

ook vaak groot. Het is daarom belangrijk

het zichtveld: Hoe sneller we rijden hoe

om wegen goed landschappelijk in te

nauwer het zichtveld is.

er iets. De oriëntatiepunten zijn anders, het profiel is anders, de snelheid waarmee je je door het landschap verplaatst ligt zo’n 20 km/u hoger. Waar je voorheen nog wel eens een paar tellen naar

passen om zo min mogelijk afbreuk te doen aan bestaande waarden. Aan de

Hoe hoger de snelheid hoe beeldbe-

andere kant voegt een nieuwe weg ook

palender elementen zijn die in het ver-

wat toe, namelijk een nieuwe manier

lengde van de rijrichting waarneembaar

om onze leefomgeving waar te nemen

zijn. Dat wat aan de randen van het

nu goed de handen aan

en te waarderen. Het route­ontwerp kan

zichtveld waarneembaar is, komt over

het stuur om niet uit de

dus een kans zijn om nieuwe betekenis

als een waas. Maar wat als we onze blik

te geven aan onze leefomgeving.

afwenden van de weg, links of rechts

rechts keek om de zon op te zien komen achter dat mooie landgoed, houd je

bocht te vliegen. Je blik is

van de rijrichting? In dat geval verandert

vooral naar voren gericht.

op elementen die over het algemeen

Binnen de lijntjes blijven!

78

het zichtveld en komt de focus te liggen constant w ­ aarneembaar zijn.


Van A naar Beleving

De Haaksbergerstraat, Enschede: de oude route is nog

Bijvoorbeeld een kerktoren of een

onderdeel van het landschap.

windmolen. Het is wetenschappelijk aangetoond dat onze blik getrokken wordt naar elementen die plotseling in beeld komen. Ten slotte treden er kinetische ­effecten op die invloed hebben op de waar­ neming en beeldvorming van de omgeving. Deze effecten ontstaan bij een relatieve verplaatsing ten opzichte van de omgeving. Dit zorgt ervoor dat de elementen lijken te vervormen. Ze ­worden ­groter en bewegen door het beeld. Naar mate de route bochtiger wordt, zijn deze ­k inetische effecten groter. Dit maakt het rijden dynamischer en over het algemeen ‘leuker’. Daarom zou de beleving van een ­autorit meer aandacht moeten krijgen, want het voegt waarde

De nieuwe weg (N18) is duurzaam en veilig ingericht: het werpt een ander perspectief op het landschap.

toe aan je tijd in de auto. ­B ovendien is dit van belang voor heel veel visite­ kaartjes van steden en streken die aantrekkelijk willen zijn voor bewoners én bezoekers. En als we straks het stuur uit handen geven aan de techniek van de zelfsturende auto, dan hebben we meer tijd om om ons heen te kijken. Hoe dat ook gaat: om je heen kijken, is altijd beter dan naar je smartphone staren. Zeker onderweg! n

79


  magazine

Marlies van der Vegte

Erfgoed Educatie WEET JIJ HET NOG? DAT JE MET JE

SCHOOLKLAS EENS OP BEZOEK GING BIJ DE MOLEN? OF DAT JE NAAR HET MUSEUM GING?

80


VEEL MENSEN KUNNEN ZICH

Als we de Van Dale er op naslaan lezen we

Wat spreekt er meer aan dan iets te

dat zij erfgoed beschrijven als “Dat wat

leren over je eigen dorp, stad of streek?

is overgebleven uit het verleden, met

En dan niet uit een boekje maar zelf op

name dingen van historische of cultu-

pad om het te onderzoeken! De ­kinderen

rele waarde”. Erfgoed is dus een breed

komen na de lessen thuis en vertellen:

begrip met veel invalshoeken. Erfgoed

“Mam! Wist jij dat het heel speciaal is dat

helpt ons bij het begrijpen van onze ge-

ons dorp al heel vroeg twee spoorlijnen

schiedenis, onze identiteit en de huidige

had? En dat dit gekomen is omdat er een

ZO’N SOORT SCHOOLUITJE NOG

situatie. Dat zijn mooie woorden, maar

grote fabriek was? En dat de huizen in

WEL HERINNEREN. HET WAS EEN

niet iets wat iedereen zomaar kan, dus

de fabrieksstraat gebouwd zijn voor de

zoiets moet je leren! Het Rijk heeft daar-

werkmannen uit de fabriek?”

SPECIAAL UITJE EN BIJZONDERE ERVARING. KINDEREN DEZE ERVARING GEVEN, IS EEN VAN DE

om vastgesteld dat alle leerlingen net als taal en rekenen op school kennis maken

Er zijn zoveel verhalen te vertellen! In over-

met erfgoed.

leg met een school of cultuurinstelling kan

DOELEN VAN ERFGOEDEDUCATIE.

een erfgoedles op maat worden gemaakt. De overheid heeft daarbij een aantal

Passend bij de school, de groep en het

richtlijnen vastgesteld, zo moet elk kind

onderwerp. Niet alles past soms in één

in zijn schoolcarrière bijvoorbeeld leren

les. Sommige leerlijnen (lessen met on-

over de belangrijke historische personen

derwerpen die doorlopen in opvolgende

“Mam! Wist jij dat het heel speciaal is dat ons dorp al heel vroeg twee spoorlijnen had?” en gebeurtenissen uit de geschiedenis

jaren) beginnen al in de kleuterklassen

en die koppelen aan de wereldgeschie-

met een themaweek waarin de tijd van

denis. Hoe de scholen deze richtlijnen

opa en oma centraal staat. In een kist

invullen mogen zij zelf bepalen. Er zijn

zitten oude spullen die stuk voor stuk

standaard lesbrieven die een school kan

onderzocht worden. Wat zou het zijn? n

uitvoeren, maar er zijn ook kansen om het anders te doen.

Nieuwsgierig geworden? Kijk dan eens op de website erfgoededucatieopmaat.nl

81


advertentie

Volg de app Waterwerk! Download de app Waterwerk en blijf op de hoogte van de projecten in uw buurt! De app Waterwerk is te vinden in de Google Play Store en de App Store.

Down hem n load u!


Colofon

#Over is een uitgave van Het Oversticht bestemd voor iedereen die geeft om een sprekende leefomgeving. #Over geeft inspiratie en informatie om nieuwsgierig te worden of betrokken te raken bij de toekomst, het heden en verleden van onze leefomgeving. UITGEVER Het Oversticht adviseert en begeleidt bij ontwikkelingen in de leefomgeving. Dat doen wij sinds 1925: onafhankelijk, toekomstgericht en creatief. Daarbij zetten wij het maatschappelijk belang op de eerste plaats. Samen met erfgoeddeskundigen, stedenbouwkundigen en (landschaps-)architecten werken wij aan thema’s zoals de energietransitie, vitaal platteland en de Omgevingswet. REDACTIE Berber Brand Petra Versluis Roy Oosten (eindredactie) Bart Buijs (hoofdredactie) PRODUCTIE Ontwerp en opmaak: Remmelt Brink en Marc van den Herik Fotografie: Jaap Schuurman, Ben Vulkers, Jan van Sandwijk, Berber Brand Illustraties: Jochem Coenen Druk: Drukkerij Coenradi INFORMATIE Heb je vragen over deze uitgave of wil je een opmerking plaatsen? Neem dan contact met ons op. Ook indien je dit of een volgend nummer thuisgestuurd wilt krijgen. Het Oversticht Aan de Stadsmuur 79 8011 VD Zwolle 038 4213257 info@hetoversticht.nl www.hetoversticht.nl

© 2019 Het Oversticht Niet stelen, wel delen.

83


www.hetoversticht.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.