74ste jaargang • nummer 28 • donderdag 12 juli 2018
Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X
€ 2,30
Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...
Regering-Michel nog maanden ‘surplace’ De federale regering had de voorbije maanden veel weg van de processie van Echternach. Er werd in tal van dossiers amper vooruitgang geboekt. Net voor de politieke zomervakantie hoopt eerste minister Charles Michel nog een paar dossiers vlot te trekken: de begroting, de zware beroepen, de beursgang van Belfius en een arbeidsdeal. De kans dat dit lukt is zeer klein. Ondertussen staan voor de Vlamingen een aantal indicatoren op rood: de transfers naar Wallonië blijven met 7 miljard gigantisch hoog. En de vergrijzingskosten zullen nog maar eens hoger oplopen dan aanvankelijk gedacht.
Stuurt premier Charles Michel (MR) over een tiental dagen het Twitterbericht “agreement” uit zoals hij vorig jaar deed met het Zomerakkoord? De kans is reëel, al zal er in het Zomerakkoord van 2018 veel minder zitten dan in dat van vorig jaar. In 2017 werd een noodzakelijke verlaging van de vennootschapsbelasting vlot getrokken en werden een aantal hervormingen op de arbeidsmarkt doorgevoerd (uitbreiden flexijobs, uitzendarbeid bij de overheid,…). De komende weken hoopt de federale regering de begroting verder te saneren, de beursgang van Belfius erdoor te krijgen, een akkoord te bereiken over de zware beroepen in de privésector en een arbeidsdeal af te sluiten. Wellicht zal Michel met de regeringspartijen proberen een akkoord af te sluiten waarin voor elk wat lekkers zit, maar fundamentele maatregelen moeten we niet verwachten. Door de sabotage van CD&V’er Kris Peeters en de aanhoudende ruzie tussen christendemocraten en N-VA’ers valt er van het federale beleid niet veel meer te verwachten. De regering was een processie van Echternach geworden, en nu dreigt ze te surplacen.
Geen geld voor de begroting, arbeidsdeal is drie keer niets Laten we de heikele dossiers overlopen. Een verdere sanering van de overheidsfinanciën is uitgesloten. Volgens De Tijd komen alle partijen met extra eisen voor de departementen die ze beheren. Resultaat: de uitgaven zouden met 400 miljoen euro moeten toenemen, terwijl ze eigenlijk beperkt moeten worden. De begrotingscontrole 2018 wordt een zware klus. Het risico bestaat dat deze regering voor een gemakkelijkheidsoplossing kiest: eenmalige maatregelen en budgettaire trucs om de begroting op te smukken. Zoals men onder Paars deed. Niet echt een referentie. De regering kan natuurlijk proberen de problemen met de begroting onder te laten sneeuwen door de aandacht te verschuiven naar de arbeidsdeal tussen de federale overheid en de deelstaten. Bedoeling is een aantal maatregelen te nemen die ervoor moeten zorgen dat duizenden openstaande vacatu-
res worden ingevuld. Vlaanderen kiest - binnen de eigen bevoegdheden - voor de softe aanpak: fiscale bonussen voor opleidingen, een strengere activering van werklozen,… Federaal minister van Werk Kris Peeters (CD&V) vindt dat prima. Lees: federaal moeten er geen andere maatregelen meer worden genomen. Bijvoorbeeld geen beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd zoals N-VA en Open Vld willen. De arbeidsdeal wordt een mager beestje. Over het dossier van de zware beroepen in de privésector en de beursgang van Belfius kunnen we kort zijn. In het eerste dossier komt er wellicht geen akkoord voor oktober en de gemeenteraadsverkiezingen. Waardoor het hele debat naar de volgende regering wordt doorgeschoven. Op een lijst van zware beroepen in de privésector blijft het nog lang wachten. En wat de beursgang van Belfius betreft: eerst moet er een oplossing komen voor het Arco-dossier, maar dat is nog veraf. CD&V staat zwaar op de rem.
Transfers dalen amper De regering-Michel nam aan het begin van de legislatuur een paar goede maatregelen, zoals de taxshift met de lagere lasten op arbeid. Vorig jaar was de hervorming van de vennootschapsbelasting noodzakelijk en wenselijk, maar ondertussen vervalt de regering in lethargie. Wanneer wordt opnieuw een poging ondernomen om een krachtdadig sociaaleconomisch beleid te voeren? In 2019 na de verkiezingen? In 2020? Hier tikt de klok altijd in het nadeel van de Vlamingen, die de federale economie voor driekwart dragen. De Franstaligen hebben geen haast. Elke hervorming dreigt immers de bestaande transfers van Vlaanderen naar Wallonië te doen verminderen. Uit een studie die de Vlaamse ministerpresident Geert Bourgeois bestelde blijkt dat jaarlijks zo’n 7 miljard euro van het belastinggeld naar Franstalig België verdwijnt. Dat bedrag zal tegen 2020 wel dalen tot 6,6 miljard euro. Het is beter dan niets, maar de transfers tussen noord en zuid blijven onaanvaardbaar hoog. N-VA horen we daar al jaren niet meer over spreken. We weten hoe die transfers structureel kunnen dalen. Door min-
der uitgaven en meer responsabilisering in de gezondheidszorg aan Franstalige kant. En door het verminderen van het aantal werklozen in Wallonië. Met de arbeidsdeal die nu op tafel ligt, zal dat niet gebeuren. Begin deze week kwam het rapport uit van de Studiecommissie voor de Vergrijzing. En daaruit blijkt nog maar eens dat de vergrijzingskosten (pensioenen en gezondheidszorg) onderschat zijn. Vorig jaar werd de meerkost van de vergrijzing tot 2040 op 3,2 procent van het bbp geschat. Nu is dat opgetrokken naar 3,6 procent. In euro’s van vandaag betekent dit dat de fac-
tuur 1,6 miljard euro opwaarts wordt aangepast. Dit is reden tot ongerustheid, want er wonen meer gepensioneerden in Vlaanderen dan in Wallonië. Bovendien toont dit aan dat de pensioenmaatregelen van de regeringMichel (strenger vervroegd pensioen, minder voordelige ambtenarenpensioenen,…) onvoldoende zijn. Een nieuwe grote pensioenhervorming dringt zich de komende jaren op. Maar waarom zou men in de toekomst de nodige maatregelen nemen als dat in het verleden niet is gebeurd?
Een nieuwe Balkanroute? De oude Balkanroute vanuit Turkije naar Oostenrijk en Duitsland liep door Bulgarije of Macedonië, via Servië en Kroatië naar de eindbestemmingen. De Balkanstaten en enkele Midden-Europese staten zien echter een nieuwe, meer westelijke Balkanroute ontstaan, die via Griekenland en Albanië vooral de Bosnische hoofdstad Sarajevo aandoet, die talrijke migranten via een doorgang langs Kroatië en Slovenië naar Oostenrijk en Duitsland brengt. Sinds de Oostenrijkse bondskanselier Kurz de oude, meer oostelijk gelegen Balkanroute op een vrij efficiënte manier heeft afgesloten, zoeken migranten nieuwe wegen om de Schengenzone binnen te komen. Eens in de Schengenzone is men veilig. Als het illegalen lukt om Slovenië binnen te komen, heeft men nog weinig te vrezen van grenscontroles in de andere EU-landen. Aan de Sloveens-Italiaanse grens is er geen controle. Sarajevo, de hoofdstad van Bosnië-Herzegovina, is zowat het centrale punt aan het worden van de nieuwe Balkanroute, en de stad wordt overspoeld door nieuwe migranten. In tenten, bij mensen thuis, in parken en op straat, overal wordt overnacht, tot de noodzakelijke contacten met mensensmokkelaars rond zijn en de nieuwkomers kunnen vertrekken, richting Schengen. Alle grenssteden in de westelijke Balkan hebben hun deel van de ellende, zoals Velika Kladusa, een stad op de Bosnisch-Kroatische grens. Of de stad Bihac.
Balkanlanden slaan alarm Volgens schattingen van de politiediensten in de Balkanlanden bevinden zich op de invalswegen tussen Griekenland en Slovenië op dit moment 80.000 meestal alleenreizende mannelijke migranten. De cijfers werden op een veiligheidsconferentie van de Balkanstaten in Sarajevo begin juni bekendgemaakt. Ook Oostenrijk en Griekenland
waren op de conferentie aanwezig. Wat regeringsleiders – ook in België – rondstrooien aan berichten (“er is geen migratiecrisis”, “het ergste is achter de rug”, “we hebben er terug controle over”) is niets meer dan fluiten in het donker. Er blijft een ernstige migratiedruk bestaan, en als men een bepaalde route sluit, openen zich al heel snel alternatieven.
Opnieuw naar Duitsland Al mag het voor sommige deelnemers aan verschillende EU-toppen over migratie duidelijk zijn dat een migratietsunami zoals we in 2015 hebben meegemaakt, niet voor herhaling vatbaar is, dan nog lijkt het alsof de ‘state of urgency’ nog maar bij enkele staten is doorgedrongen. Alvast de staten die langs de nieuwe Balkanroute liggen, hebben al toegezegd de samenwerking onder elkaar te versterken. Zo wil men ook de informatiedoorstroming versterken door een biometrische databank op te zetten, die met de EUsystemen compatibel moeten zijn. Op 26 juni plaatste Oostenrijk honderden politieagenten en soldaten in een grootscheepse oefening langs de Oostenrijks-Sloveense grens, in een simulatie van een nieuwe migratieinvasie. Oostenrijk is er klaar voor, maar kan dat ook over Duitsland worden gezegd? Seehofer lonkt dan wel naar Oostenrijk, Merkel blijft voorlopig gefocust op de Franse president Macron. Piet van Nieuwvliet