74ste jaargang • nummer 17 • donderdag 26 april 2018
Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X
€ 2,30
Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...
Het ging nooit over Aron Berger
Koosjere Kris doet het!
Maak even deze denkoefening: stel dat het chassidische jodendom de enige etnisch-religieuze minderheid in Vlaanderen zou zijn. Zou er een politieke storm uitbreken als blijkt dat één joods kandidaat-gemeenteraadslid in heel het land vindt dat hij om een religieuze reden geen hand kan geven aan vrouwen? De kans is klein. Waarom herrie maken over een geïsoleerde zaak, zonder slachtoffers, maatschappelijke betekenis of precedentswaarde? Het is waarschijnlijker dat de intelligentsia van Vlaanderen een goed gevoel over zichzelf zou krijgen wanneer ze ons nog eens kon oproepen tot verdraagzaamheid en openheid ten aanzien van andere culturen. Onze opiniemakers hebben al vaker blijk gegeven van een groot vermogen om de negatieve aspecten van allochtone culturen te negeren of te relativeren. Berger zou een curiosum geweest zijn waaraan slechts verzuurde enkelingen zich stoorden.
Olifant in de kamer Waarom ging het er nu dan zoveel heftiger aan toe? Omdat het nooit ging over Berger, de traditionalistische Joden en hun aparte gebruiken. De chassidim vormen een kleine gemeenschap (nauwelijks 0,3% van de Vlaamse bevolking), die niet groeit, die voor geen problemen zorgt en die geen pogingen onderneemt om haar normen op te leggen aan de rest van de samenleving. Deze geruststellende beschouwingen gelden echter niet voor die andere religie, de olifant in de kamer, waar men het eigenlijk steeds over heeft wanneer men in zeer algemene termen spreekt over maatschappelijke problemen die te maken hebben met “religie”, de “scheiding van Kerk en Staat” of de “ongelijkheid van mannen en vrouwen”. De heisa rond Aron Berger ging in het achterhoofd van alle betrokkenen over de religie waarvan de vrouwonvriendelijke aspecten steeds minder door pers en politiek onder de mat geveegd kunnen worden, de religie die nog maar net een rel had ontketend met een aparte rijschool voor vrouwen en het voorstel tot geslachtelijke apartheid op het openbaar vervoer In mijn vorige bijdrage - over het voorstel van de partij ISLAM om geslachtsgescheiden openbaar vervoer te organiseren - heb ik er
al op gewezen dat de furieuze reactie van de politieke partijen vooral te maken heeft met de frustratie over de zichtbare mislukking van het eigen immigratiebeleid en met een paniekerige poging om niet geassocieerd te worden met de gevolgen van dit beleid. Bij Berger was dezelfde reactie aan het werk. Links en de traditionele partijen beseffen dat ook de eigen achterban onrustig wordt over de allesbehalve progressieve opvattingen die opborrelen uit delen van de allochtone bevolking. En omdat hun beleid daar uiteraard verantwoordelijk voor is, voelen ze zich verplicht om hun verontwaardiging net iets harder uit te schreeuwen.
Barbertje We hadden, naast de ontwijkende opinieartikels van de bange, blanke commentatoren in onze pers, een vrouw van allochtone afkomst nodig om ons eraan te herinneren wat op het spel staat. Assito Kanko is meestal bij de pinken: “In Brussel en in andere Waalse steden is de partij ISLAM niet zomaar uit de lucht komen vallen. Ze is het resultaat van de miskleunen en de hypocrisie van een mislukt integratiebeleid, dat jarenlang jaagde op de stemmen van etnische en religieuze groepen, terwijl de democratie intussen steeds meer werd blootgesteld aan andere normen. Helaas, als we zo doorgaan, ligt onze democratie weldra aan het infuus.” Dat het deze week een Jood was die in het spervuur terechtkwam, was toeval. Dat zijn religie niet bepaald op goede voet staat met probleemgodsdienst islam, was niet van aard om hem buiten schot te plaatsen. Integendeel. Eén van de eerste en hevigste reacties tegen de kandidatuur van Berger kwam van partijgenoot Sammy Mahdi. Die krijgt het aan zijn achterban natuurlijk niet uitgelegd dat Joden zouden mogen wat moslims niet
mogen. Dus moest een voorbeeld gesteld worden. Het joodse Barbertje moest hangen. Ook het ongenoegen van rechts, dat in regel nochtans sympathiek staat tegenover de Joodse gemeenschap, was ingegeven door de angst voor een mogelijk precedent. Hoe kun je geloofwaardig de religieuze achterlijkheid van de islam aanklagen als je laat passeren dat menstruerende vrouwen als “onrein” worden beschouwd door een zetelend mandataris?
Verdwenen dromen over “verrijking” Ik weet niet hoe dat bij u zit, maar ik leerde meer over de persoon Berger uit zijn recente veroordeling wegens diefstal op een oude en zieke man dan door zijn vasthoudendheid aan religieuze voorschriften. Dat die veroordeling meestal enkel terloops werd vermeld in het protest tegen zijn kandidatuur toont hoe hypergevoelig de politiek is geworden voor religieus geïnspireerde inbreuken op de politieke correctheid. Eén van de weinigen die het anders zag, was Johan Leman (“Jammer dat politiek experiment van CD&V niet doorgaat.”). De voormalige directeur van wat nu UNIA heet, wordt af en toe uit het museum gehaald en afgestoft om zijn mening te geven over problemen inzake migratie en multiculturaliteit. Hij vertegenwoordigt een zo goed als verdwenen politiek verhaal. 25 jaar geleden was “de verrijking van de multiculturele samenleving” nog een gemeenplaats in het politieke taalgebruik. Vandaag ga je de woorden “verrijking” en “multicultureel” niet vaak meer in dezelfde zin horen, tenzij uit de mond van Johan Leman of Bert Anciaux. Wie destijds geloofde in de toegevoegde waarde van geïmporteerde culturen had nooit meer dan oppervlakkige verschijnselen voor ogen, zoals exotische keukens en ritmische muziek. Dat waren trouwens dingen die we ook hadden kunnen importeren zonder er tegelijk de uitvinders van te importeren, zoals met Japanse restaurants en Jamaicaanse reggae. De dieperliggende verschillen in maat-
schappijvisie bleven onbesproken. We konden “leren van andere culturen”, werd ons gezegd. Maar de vraag werd niet gesteld wat de Aziaten ons konden bijbrengen over de democratie, welke bijdrage de Afrikanen konden leveren aan ons concept van de rechtsstaat, of hoeveel we van de moslims konden leren over vrouwenrechten of de scheiding van Kerk en Staat. De tijden zijn veranderd. Sinds Yves Leterme de trend zette toen hij in 2010 zeer voorzichtig stelde dat “het integratiebeleid niet steeds de heilzame effecten heeft gehad die men ervan verwachtte”, is het politieke taalgebruik inzake het multiculturalisme grondig gewijzigd, tot en met verklaringen van Gwendolyn Rutten die zowaar de “superioriteit” van onze cultuur beklemtonen. Nu nog een beleid ontwikkelen dat gebaseerd is op deze gewijzigde inzichten. Maar inzicht en moed zijn helaas geen synoniemen. De klok tikt. Jurgen Ceder
Deze week Dalrymple spreekt 2 Briefje aan Elio di Rupo 3 Antwerpse stadspeiling en de mouw van De Wever 3 Hoe mei ’68 ontspoorde
5
Praten met Pierre Therie “Het Amerikaanse of het Europese oorlogspad”
11
Pro Flandria: kernenergie blijft nog lang noodzakelijk 13 Gille van Binst: Geblesseerd voor Gerard 15