't Pallieterke van 22 februari 2018

Page 1

74ste jaargang • nummer 08 • donderdag 22 februari 2018

Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

€ 2,30

Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...

Oxfam: “Kunnen we er nu over zwijgen?”

Geldwolf gesignaleerd in Brussel: Michel Leroy (GIAL)

“Vlaanderen zendt zijn zonen uit”, luidt de titel van een boek van Frans Olbrechts over de verwezenlijkingen van Vlaamse wereldreizigers als Willem van Rubroek en Pieter van Gent. De zonen die we vandaag uitsturen blijken van mindere kwaliteit. Roland van Hauwermeiren en de seksfeestjes de hij in 2010 organiseerde, als plaatselijke Oxfamverantwoordelijke in het door aardbevingen geteisterde Haïti, hebben niet alleen zijn organisatie in verlegenheid gebracht, maar leiden nu tot een stroom van onthullingen die de gehele buitenlandse hulpverleningssector dreigt mee te sleuren. Oxfam is een organisatie van mensen. En net als bij andere organisaties zal dus steeds de mogelijkheid bestaan dat individuen zich schuldig maken aan wangedrag, ook op seksueel gebied. Dat kan men de organisatie niet kwalijk nemen. Maar men mag wel verwachten dat ze haar eigen werking controleert, elk wangedrag gepast sanctioneert en alle voorzorgen neemt opdat het zich niet herhaalt. En dat heeft Oxfam helemaal niet gedaan. Telkens het er op aankwam, kreeg de bezorgdheid over de goede naam van de eigen club voorrang op de bescherming van slachtoffers.

Omerta De omzwervingen van recidivist Van Hauwermeire in de sector van de private ontwikkelingshulp zeggen veel over de doofpotmentaliteit die er heerst. Al in 2004 werd hij door de Franse ngo Merlin aan de deur gezet wegens betrokkenheid bij prostitutie in Liberia. Hij kreeg niettemin een verantwoordelijke functie bij Oxfam. Hij werd in 2006 opnieuw beschuldigd van zedenfeiten in Tsjaad. Dezelfde organisatie verplaatste hem naar Haïti, waar hij in 2010 orgieën in zijn luxevilla organiseerde (“in de stijl van Caligula”, stelde een getuige). Toch kon hij daarna wéér aan de slag, ditmaal bij het Franse Action Contre la Faim in Bangladesh. Het schandaal rond Van Hauwermeiren heeft intussen voor een kettingreactie van onthullingen gezorgd. Medewerkers van Oxfam blijken nu ook betrokken bij zedenfeiten In Bangladesh, de Filippijnen, Nepal en Tsjaad. Ook andere ngo’s, zoals Artsen Zonder Grenzen, komen in het vizier. Volgens heel wat betrokkenen gaat het enkel over het topje van de ijsberg. Eén van de meest belastende documenten voor de hele sector dateert al van 2008, maar komt nu pas aan het licht. Toen bezorgde Save the Children een rapport aan Oxfam en 22 andere ngo’s, waarin ze werden gewaarschuwd dat hun medewerkers zich schuldig maakten aan seksueel misbruik van kinderen in Haïti, Ivoorkust en Soedan. Eén slachtoffertje was zes jaar.

Ontkenning De Britse verantwoordelijke van Oxfam, Mark Goldring, reageert gepikeerd op de golf van kritiek: “Men doet alsof we kindjes hebben vermoord.” Neen, er zijn geen kind-

jes vermoord, maar de verantwoordelijkheid van Oxfam is wel verpletterend. Klachten werden jarenlang genegeerd. Mensen werden soms wel ontslagen, maar het gerecht werd nooit ingeschakeld. Andere ngo’s werden niet gewaarschuwd voor de seksuele roofdieren die van de hulpverleningssector hun jachtterrein hadden gemaakt. De omerta, vanwege een organisatie die nochtans van “genderrechtvaardigheid” één van haar meest prominente doelen heeft gemaakt, was compleet. Een verzwarende omstandigheid bij de verantwoordelijkheid van Oxfam is dezelfde als die van ouders en leraars: exploitatie van de zwakken is erger wanneer begaan door degenen die instaan voor de bescherming van die zwakken. Seks in ruil voor voedsel en hulpgoederen is erger dan seks in ruil voor geld. Een Haïtiaans meisje getuigt: “De mensen die ons verkrachtten waren dezelfde die we zagen in het hulpkantoor.” Ook bij Oxfam België overheerst het ontkenningsgedrag. Voorzitter Stefaan Declercq: “De details van het verleden zijn veel minder belangrijk dan de lessen voor de toekomst.” Wat hij bedoelt: “Kunnen jullie er nu over zwijgen en opnieuw beginnen te storten, a.u.b.?”

Schroom Wanneer het over verantwoordelijkheid gaat, moeten ook de westerse donoren van Oxfam zich ernstige vragen stellen. Toen in eigen land de schandalen rond Samusocial en een aantal andere binnenlandse vzw’s aan het licht kwamen, had ik al bemerkt dat het geen toeval is dat deze wanpraktijken zich vooral in de sector van de hulpverlening voordoen. De schroom om kritische vragen te stellen bij activiteiten die gericht zijn op hulp aan de zwakken is groot. Niemand wil gezien worden als een onmens. Bij media en politiek bestaat dan ook weinig bereidheid om op zoek te gaan naar onregelmatigheden in deze sector. Die mentaliteit verklaart waarom deze nochtans ernstige en vaak gepleegde zedenfeiten, waarvan heel wat mensen kennis moeten gehad hebben, nooit eerder in de publiciteit kwamen. Pas toen een artikel in The Times de stilte doorbrak, kwam een golf van aantijgingen op gang. We mogen verwachten dat er nog meer komt.

Financiële misbruiken Hopelijk laat al die aandacht ooit wat licht schijnen op een ander luik van de bezigheden van Oxfam en co: de financiën. In het dossierVan Hauwermeiren is er immers ook sprake van financiële onregelmatigheden, die echter enkel aan het licht kwamen door het seksschandaal. Oxfam is een multinational met een omzet van meer dan een miljard euro. Maar omdat er geen aandeelhouders zijn en geen winst wordt uitgekeerd, hebben weinigen er persoonlijk belang bij om de besteding van die middelen

te controleren. Integendeel, de verantwoordelijken zullen liever iets door de vingers zien dan door een onderzoek en doortastende maatregelen de buitenwereld te alarmeren, zoals ze ook de seksuele misbruiken liefst negeerden. De schenkers verrichten evenmin controle. Het is volstrekt onmogelijk dat deze situatie niet leidt tot allerlei vormen van profitariaat, misbruik en diefstal. Dan hebben het nog maar over echte onregelmatigheden. Ook de “normale” bestedingspatronen van ngo’s schreeuwen om het overwinnen van de schroom om vragen te stellen. Eén van de wijzere mensen die in dit land ontwikkelingssamenwerking onder zich heeft gehad, Jacqueline Mayence-Goossens (MR), verklaarde ooit dat meer dan de helft van het geld dat aan private verenigingen voor ontwikkelingshulp wordt gegeven België nooit verlaat. Dat gaat naar fondsenwerving, administratie en personeel. Af en toe zelfs naar inmenging in het Belgische politieke debat, zoals de recente campagne van 11.11.11

tegen het vluchtelingenbeleid van Francken: binnenlandse politieke propaganda met geld bestemd voor buitenlandse hulp. En zelfs wanneer de centen in het buitenland geraken, zijn ze nog niet bij arme Aisha, Ayaan of Babangida. Er zijn ook nog de Van Hauwermeires, de lokale netwerken en de overheidscontacten die moeten onderhouden worden. “Ik geef toch niets aan 11.11.11, Oxfam en co.”, hoor ik u denken. Vergeet het maar. Meer dan de helft van de inkomsten van deze organisaties komt van de overheid, van de belastingbetaler, van u dus. U hebt niet alleen het recht om te weten of dat geld niet gebruikt worden om de seksuele noden van ontwikkelingshelpers te bevredigen. Ook de “normale” besteding roept vragen op. Meer zelfs, het wordt tijd om het hele concept van private ontwikkelingshulp met publiek geld in vraag te stellen.

Op onderzoek in naoorlogse Servië

Jurgen Ceder

Lees blz. 11


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.