10 minute read

Mijnk*t probleem

Vaginisme is een reactie in het vrouwelijk lichaam waarbij de spieren rond de vagina zich ongewild aanspannen. Exacte cijfers erover bestaan niet. Er wordt geschat dat zo’n twintig tot vijfentwintig procent van de vrouwen regelmatig pijn heeft bij het vrijen en zo’n tien procent heeft altijd pijn. Soms heb je er een tijd last en soms zelfs je hele leven. Dit is het verhaal van Leora Aileen.

Nadat hij wegging, bleven alleen ik en de bloederige lakens over. Ik was weggedoken in het uiterste hoekje van het bed, hopelijk kon ik door mezelf zo klein mogelijk te maken ontsnappen aan het onverklaarbare gevoel van verlies. Dit hoorde erbij. Ik durfde niet naar mijn dekbed te kijken. Misschien als ik heel koppig de andere kant opkeek, zou de roodbruine vlek uit mijn zicht verdwijnen. Ik was een standbeeld. Ik zou hier blijven zitten tot het over was. Ik en mijn kolk aan gedachten– waar is hij, is hij beneden, hij komt zo terug, hij komt terug en jij zit hier nog en hij komt terug, hij gaat dan bij je weg, hij huilde, waarom huilt hij, ik dacht dat het goed ging, ik dacht dat het zou lukken, ik dacht–

Ik voelde me lichtelijk verraden door alle romantische films, biologieboeken en fictieverhalen die ik ooit had gezien. Het was niet logisch, niet eerlijk, dat er bij de tweede of derde poging ook zoveel bloed kon zijn. De hoeveelste poging was het? Ik wist het niet. Ik wilde niet meer tellen. De pillen tegen de pijn die de dokter me had gegeven, hadden geholpen. Ze hadden zo goed geholpen dat ik was doorgegaan omdat de pijn dit keer dof was, als een te hete stoom die zich door me heen verspreidde in plaats van messteken. Ik had mijn ogen dichtgeknepen. Het was niet gelukt. Nu hoorde ik hem de trap opkomen en de tijd kwam langzaam weer op gang. Dat dekbed zouden we weg moeten gooien.

Van de keren dat ik nog wel telde, weet ik nog maar weinig. Hij en ik, samen in mijn bed, de vage geur van mijn vanille geurkaarsen in de kamer. Mijn ouders amper een gang verderop. We waren jong, zeventien of achttien. Ik weet nog hoe zijn gewicht op het mijne voelde, de donkerbruine plukken haar die over zijn gezicht krulden- ik kon soms daarnaar staren en iets warms voelen onder in mijn buik. Dat voelde ik op dat moment niet. Doe jij het maar, neem jij alsjeblieft de leiding, ik weet niet hoe dit werkt, doe jij het maar gewoon- dat had ik gezegd. En dat bedoelde ik ook. Hoewel we allebei geen flauw idee hadden en ik eigenlijk altijd het voortouw had genomen met zo’n beetje alles in deze relatie- ik zoende hem in de regen, ik glimlachte mijn scheve lachje, ik vroeg prompt na twee maanden wat we nu eigenlijk waren- dit mocht hij klaren. Hij was de man. Hij zou het regelen.

In mijn tienerbed zette ik me schrap alsof iemand me een duw zou gaan geven, m’n adem stokte hoog boven in mijn borstkas. De eerste steek scherpe pijn overviel ons beiden, maar er was mij allang verteld dat dit zeer zou gaan doen. Dat wist ik heus. En dus kneep ik mijn ogen dicht en liet ik de withete pijn door me heen vloeien. Mijn hele lichaam spande strak, wachtend op aflossing van dit gevoel. Hij stopte. Ik staarde naar de plukken haar, het plekje net naast zijn ogen (misschien zou hij denken dat ik hem aankeek), hij vroeg of het wel ging. Ik knikte verwoed, het bed bewoog er meer van dan onze puberale poging tot intimiteit. Maar het was te duidelijk dat het mij pijn deed. Hij kon dat niet. Hij wilde dat ook helemaal niet, verklaarde hij. Dit was onverwacht en ik werd er zelfs een beetje pissig van. Hoezo wil je dat niet? We moeten dit toch doen?

Afijn, dacht ik toen, wellicht zou ik de volgende keer mijn pijn gewoon iets beter moeten verbergen. Mijn vriendin Tara had een aantal vragen. Tara was ouder, cooler en beter dan ik, ze had haar eigen appartement en leuke kleine kopjes waar je uit kon drinken, een kat die een hekel had aan iedereen behalve mij. Tara was overtuigend en als zij je iets vertelde dan geloofde je haar meteen.

Ze stond in de keuken, en ik vertelde half roepend, half normaal volume, mijn verhaal. Zomaar, het einde van de wereld in het voorbijgaan, het feit dat mijn vagina minuscuul was, en er nog niet eens een tampon in paste. Ik had een keer op een langzame avond in mijn bad met mijn vingers gevoeld of er wel daadwerkelijk een gaatje zat. Wist ik veel, misschien was ik zonder geboren, net weer iets voor mij. Maar er was wel een soort opening. Daar kreeg ik alleen niks in. Het voelde alsof je een uit de kluiten gewassen courgette in je neusgat probeerde te doen. Gewoon simpelweg totaal niet de bedoeling en een beetje gestoord.

Tara was een moment stil. Dit was zeldzaam, en dus zorgwekkend. Ik wilde net mijn mond open doen om mede te delen dat ik altijd nog monnik kon worden, toen ze zachtjes begon te grinniken. “Maar je weet wel zeker dat je het goede gaatje had?” vroeg ze, terwijl ze de kopjes thee de woonkamer in droeg. “En je hebt het ook wel even goed geprobeerd? Niet zomaar snel?”

Ik keek op naar haar. Ik was achttien, een jong kuiken dat niks wist—zoveel was duidelijk. Mijn wangen brandden verraderlijk. Ik verzekerde Tara fervent dat we zeker weten het goede gaatje hadden, en dat we het echt wel een goede tien minuten hadden geprobeerd. “Hm”, zei ze, alsof ‘hm’ een conclusie was. “Misschien heeft hij gewoon een grote lul?”

De dokter dacht niet dat de kans aanwezig was dat mijn partner een bovengemiddeld geslachtsdeel had en dat het daardoor niet lukte. Neemt u plaats op de praktijkstoel, werd mij verteld. Mijn broek lag al in een beteuterd hoopje op de grond.

Ik rilde met heel mijn lichaam, mijn blote benen schoven over het lichte papiertje dat op de stoel lag. De dokter was even weg en zou zo terugkomen. Ik staarde naar mijn bos schaamhaar. Had ik dat weg moeten halen? Nee. Dokters zagen dat iedere dag. Toch? Ik moest mezelf afsluiten voor alles wat er over een paar minuten zou gaan gebeuren. Straks had ik antwoorden. Ze zou een blik op mij werpen en natuurlijk gewoon zien dat er iets verkeerd was gegaan daar beneden, waardoor ik niet zo’n optimale vagina had voor seks. Of misschien had ze daar een pil voor, en zou alles goedkomen en mijn vriendje zou niet weggaan. Dit was iets wat nooit letterlijk tegen mij gezegd was- “als je geen seks met hem hebt gaat hij bij je weg”, maar het leek mij vrij duidelijk.

De dokter kwam terug. Haar vingers voelden koud. Ze was de eerste persoon naast mijzelf en mijn vriendje die me ooit daar aanraakte. Mijn hersens stonden op stand-by, ik was een sluimerende televisie met af en toe een flard van een programma op het beeldscherm. Mijn handen waren strak om de randen van de stoel geklemd. Het papier ritselde. De tang was ijskoud en de spanning trok mijn benen in. De dokter zei vast geruststellende dingen, die ik niet meer weet. Ik wilde dit onderzoek niet, ik wilde niet dat de dokter en haar ijskoude gehandschoende vingers in mij porden. Maar mijn moeder had gezegd dat het niet zo kon doorgaan. Wilde ik niet weten wat er aan de hand was?

De dokter zat weer aan haar stoel bij het tafeltje. Ik had het benauwd, maar in ieder geval had ik weer een broek aan. “Zo,” zei ze, terwijl ze met haar pen klikte. Vervolgens maakte ze een heel opgelucht gezicht, zo eentje die zegt, “Er is fysiek totaal niks mis met jou, fijn hè?”

Nee, dacht ik. Dit kan niet. Waarom lukt het dan in godsnaam niet?

Ze vertelde verder. Met mijn lichaam was alles in orde. Ze hoorde wel vaker dat meisjes pijn hadden- het kon ook zeer doen, en dat hoorde erbij. Het was wel belangrijk dat je het met iemand deed bij wie je je comfortabel voelde. Was ik comfortabel met mijn partner?

Nee, nee, nee, dit kon niet. Dit was niet MIJN schuld, dit was een probleem van mijn lijf, dat moest zij toch ook hebben gezien? Ja, natuurlijk was ik comfortabel bij mijn partner. We waren al anderhalf jaar samen, nota bene! En hij wilde het niet eens proberen als het mij zeer zou doen! Oké, zei ik, konden ze niet operatief mij een klein beetje wijder maken daar beneden? Dan zou het vast makkelijker gaan.

Iets zoemde zacht en de dokter keek bedenkelijk, alsof ik zojuist had voorgesteld dat we een poging tot seks zouden doen op de praktijkstoel zodat zij kon evalueren waar het misging. Nee, dat kon niet, vaginacorrecties waren vaak een lastige ingreep, waar men slecht van genas of minder gevoel aan overhield dan van tevoren.

Correctie. Want er was iets te corrigeren aan mij.

Wellicht dat de dokter nog verder had gevraagd. Ik kan het me niet herinneren. Het bezoek leek vluchtig en ik voelde me een lastig meisje, dat nergens iets van begreep. Voor ik het wist stond ik weer op het stoepje voor de praktijk. De verkregen pijnstillers voor seks, een uur van tevoren in te nemen, lagen zwaar in mijn jaszak. Vanavond zou het lukken. De pillen zouden helpen.

Dat deden ze niet.

Het woord ‘vaginisme’ viel nooit tijdens mijn bezoeken aan de dokter.

De eerste keer dat ik wel hoorde over vaginisme was op een seksfeest. Niet een seksfeest, maar een feest over seks. Het was winter, ik was in Amsterdam, aan het koukleumen op een veerboot om aan de andere kant van het IJ te komen. Ik was inmiddels een afgestudeerde 21-jarige en het was uit met mijn vriend. Niet vanwege mijn lockdown-vagina, dat maakte hem al die jaren niets uit, leek het wel. Hij was overal prima mee zolang we maar samen konden zijn, in tegenstelling tot de eeuwige draaikolk-des-doems in mijn brein. Soms voelde het alsof hij en ik een geheim hadden voor alle mensen om ons heen. Een complot waarin we stiekem niet seksten en iedereen dacht van wel. Bij de mensen die het wel wisten en vroegen ‘wat we dan deden’, zei ik: doe maar gewoon alsof we een lesbisch stel zijn. Ergens voelde ik medelijden voor dit deel van de populatie wiens verbeelding blijkbaar niet verder reikt dan piemel-in-devagina-seks.

Die avond in Amsterdam regende het zacht. Binnen was het al een drukte van jewelste. Dit was in de periode na mijn afstuderen waarin ik de meest absurde freelance klussen aannam om brood op de plank te krijgen, en vanavond zou de première zijn van de piemel-animatievideo die ik had gemaakt. Ik liep heel de avond rond onder de twinkelende lichtjes en roze piemels en clitorissen. Je kon een consent-wiel knutselen (denk aan: ja- pak me nu! en NEE-schei onmiddellijk uit! als opties), en een spel spelen dat ‘gooi de condoom om de piemel’ heette, wat denk ik genoeg tot de verbeelding spreekt. Ik eindigde in een waarzeggersachtige tent in een hoek van het zaaltje, vol kussentjes en fluwelen lakens. In de tent zat een seksuoloog met een dikke zwarte bril op haar neus. Terwijl ze een ruziënd stel de tent uit praatte, schuifelde ik— met een champagneglas—zacht binnen langs de organza doeken. Ze hoefde niet met mij te praten, ik wilde gewoon weten wat hier gaande was. Ik had niet bedacht wat ik tegen haar zou zeggen, of dat ik überhaupt iets zou gaan zeggen. Mezelf balancerend op een klein rond kussentje vertelde ik haar plots alles over mijn suboptimale vagina. Dat er geen piemel in te krijgen was. Dat ik misschien wel penetratieseks wilde hebben, ooit. Ze was even stil en roerde het kleine vaginaparasolletje in haar champagne van de ene kant van het nauwe glas, naar de andere. Ik staarde naar de bubbels in mijn eigen glas. Ze vond het moedig dat ik mijn verhaal aan haar had verteld. En of ik ooit van vaginisme had gehoord? Ik nam nog een slok champagne en vertelde haar van niet.

Later die avond stommelde ik de tent uit, de boot op. Ik staarde glazig voor me uit. De sneeuw dwarrelde tegen me aan. Mijn wangen gloeiden, mijn handen waren stijf en onbeweegbaar van de gure wind. Ik had gehoord wat ze zei. Ik dacht er heel hard niet over na. Pas weken later googelde ik vaginisme, mijn laptop gebalanceerd op mijn blote knieën in bed. Vaginisme, 709.000 resultaten (0,34 seconden). Je bekkenbodemspieren zijn erg sterk. Het kan soms voelen alsof je vagina ‘op slot’ gaat. Vaginisme kan door trauma later in het leven worden veroorzaakt.

Trauma? Ik had geen trauma! Ik had verdomme een lieve jongen gevonden op wie ik verliefd was, ik had vanillekaarsen, ik had glijmiddel. Ik had alles gedaan wat ik had moeten doen. Er is niet veel onderzoek naar vaginisme en pijn bij de seks. Gefrustreerd sloeg ik de laptop dicht.

Een andere bank, een andere avond, een ander glas in mijn handen. “Maar wij hebben ook niet vaak penetratieseks hoor. Doet zeer bij mij, en hem boeit het ook niet zo.” Dit was de eerste keer dat een vriendin van me zo in het voorbijgaan toegaf dat mijn complete leven niet ging veranderen zodra er een piemel in me was geweest. Ik dacht aan Tara, die ik een paar weken terug trots belde om haar te vertellen dat het me gelukt was (na weken oefenen) om een dildo bij mezelf in te brengen. Aan het aanspannen ontspannen van mijn bekkenbodemspieren wat ik soms in de rij van de supermarkt deed, puur om te oefenen, als een kind dat voor het eerst zijn handen ontdekt en ze met bedachtzame blik bestudeert. Nu vouwde mijn vriendin haar benen over elkaar en leunde mijn kant op. “Maar wie weet lukt het met een nieuw iemand wel! Of niet.”

Twee jaar later. Ik lig naast hem in bed, de nieuwe jongen. We hebben net ongeveer een halfuur lang gezoend, en we dansen al sinds de eerste date om de daad heen. Ik wil geen seks op de eerste date, vertelde ik hem. Dat was een leugen. Ik wil dat wel, ik kan dat alleen niet. Nu draai ik me om op mijn kussen. Ik aai door zijn haar. Vertel hem dat mijn lijf soms zoveel aanspant dat het niet lukt om penetratieseks te hebben. Dat het inmiddels wel is gelukt met een vorige partner, maar of hij, in het hier en nu, in dit bed met mij, geduld met me wil hebben. Niet wil schrikken als ik het moeilijk vind. Hij is de eerste die ik het vertel zonder eromheen te draaien. Ik voel de warmte van zijn benen tegen de mijne. Glimlacht hij nou? Ja. Hij drukt een kus op mijn voorhoofd. Tuurlijk geeft hij me de ruimte. Ik hoef niks te doen wat ik niet wil doen. O

Column Janice Deul

Janice Deul (het concept leeftijd vindt ze overrated) is publicist en maakt zich sterk voor een inclusief klimaat in mode, kunst en media.

This article is from: