Het erfgoed van het vliegveld Twente

Page 1

MANIFEST

Het erfgoed van het vliegveld Twente


Inhoudsopgave Manifest — pagina 3 Erken de waarde van het erfgoed van het vliegveld Twente — pagina 4 Vliegveld in zes lagen plus één — pagina 7 Bijzondere bollen — pagina 11 Uniforme opzet en afwerking — pagina 13 Historische verhardingen — pagina 17 Rode en groene aanleg — pagina 19 De Strip: nieuwe functie volgt vorm — pagina 21 Bekend maakt bemind — pagina 23 Onbekend maat onbemind — pagina 25 Verklarende woordenlijst en colofon — pagina 26

In het centrum van het vliegveld is nieuwe natuur gecreëerd, compleet met een voorheen niet bestaande beek. Op de achtergrond staan vliegtuigen die bestemd zijn om te worden gedemonteerd. Voor- en achterkant van dit manifest tonen restanten van militaire gebouwtjes, zoals die nog her en der op het vliegveld te vinden zijn.

2


Manifest ... … voor het herkenbaar en zichtbaar houden van het cultureel erfgoed bij de herinrichting van het terrein van het vliegveld Twente

uitgebrachte beleidsregel) is een groot aantal gebouwde en onbebouwde elementen die als waardevol kunnen worden beschouwd vastgelegd. De talrijke nieuwe gebruikers en bewoners van het vliegveld zijn er vol enthousiasme ingestapt, juist vanwege de combinatie van interessante bebouwing en het karakteristieke landschap.

Dit manifest is een oproep aan iedereen die betrokken is (of nog wordt) bij de ontwikkeling van plannen voor het vliegveldterrein en de uitvoering van die plannen. De oproep luidt: erken de waarde van het erfgoed van het vliegveld Twente!

Dit manifest is opgesteld omdat de erfgoedorganisaties Erfgoedvereniging Heemschut, Het Cuypersgenootschap en de Historische Sociëteit Enschede-Lonneker, samenwerkend in het FEE (Forum Erfgoed Enschede) en ondersteund door de Stichting Militair Erfgoed, constateren, dat er een zekere slijtage van aandacht voor de cultuurhistorische waarden is ontstaan. De vermoedelijke reden is dat het economisch grondgebruik uiteindelijk toch de voorkeur lijkt te hebben gekregen.

Het in overwegende mate militaire vliegveld Twente spreekt tot de verbeelding. Het biedt een uniek overzicht van opeenvolgende ontwikkelingen van de militaire luchtvaart, zichtbaar door de aanwezigheid van vele bijzondere gebouwen, bouwsels en landschapselementen.

Deze verslapping van aandacht voor het erfgoed van het vliegveld veroorzaakt toenemende onvrede. Een onvrede die zich tegen de eigenaren, de gemeente Enschede en de provincie Overijssel, zal kunnen gaan keren.

Het vliegveld is tévens zo bijzonder omdat het in beknopte vorm ook nog een aantal stadia van de burgerluchtvaart laat zien: vanaf de vroegste experimenten op niet meer dan een veredeld grasveld, via lijndiensten naar verschillende bestemmingen, tot (het demonteren van) gigantische, geavanceerde producten van de burgerluchtvaart van deze tijd.

Omdat het nu nog kán, vragen de genoemde erfgoedorganisaties extra aandacht voor de cultuurhistorische waarden van het gebied. Bij de realisatie van nog voor de schop liggende projecten zijn belangrijke stappen te zetten die het tij kunnen keren. Naast de in het oog springende gebouwen en landschapselementen, beschrijft dit manifest óók de vele kleine overblijfselen en de bijna verborgen details die herinneren aan het rijke verleden. Om aan volgende generaties het verhaal van het vliegveld Twente op een overtuigende manier te kunnen vertellen, is aandacht voor deze schijnbaar onnutte restanten uit een voorbije tijd onontbeerlijk. Het onderbouwt tevens de urgentie van dit manifest.

Ondanks het intensieve gebruik als vliegveld en de veranderingen die in verband daarmee in de loop van krap 100 jaar zijn aangebracht, zijn er nog vele restanten van het oude landschap zichtbaar, van vóór het ontstaan van het vliegveld. Terwijl er ook nieuw landschap ontstaat… In de door Het Oversticht in 2009 vervaardigde waardestelling (zie de door de gemeente Enschede in maart 2017 3


Erken de waarde van het erfgoed ... Door deel te nemen aan de ontwikkeling van het vliegveldterrein ontstaat er een bijzondere verantwoordelijkheid. Het terrein is immers niet een gewóne uitbreidingslocatie, niet een gewóón bedrijven- of evenemententerrein. Het is ook niet zonder meer beschikbaar voor nieuwe natuur. Het bijzondere van het gebied is dat het in 6 lagen een unieke inkijk geeft in hoe in de loop van bijna een eeuw een militair vliegveld zich heeft ontwikkeld in een kleinschalig en kwetsbaar landschap. De huidige ontwikkeling in het gebied, de nieuwe 7e laag, zal in essentie in balans moeten zijn met de oudere lagen. Sommige activiteiten en ontwerpen passen er naadloos in, andere beslist niet.

4


‌ van het vliegveld Twente Redeneer vanuit de kansen van het erfgoed en de unieke context die het vliegveld biedt. Kijk niet louter naar het erfgoed als op zich zelf staande relikwieÍn uit het verleden, maar zie de onverbrekelijke samenhang tussen de verschillende onderdelen, met elkaar en met hun omgeving. Deze redenering kan de samenhang versterken en aanvullen, zodat er een uniek en eigenzinnig ruimtelijk beeld ontstaat. Speel in op de architectonische kwaliteit en karakteristiek van het erfgoed. Nieuwe eigentijdse antwoorden hoeven niet te worden geschuwd. KopiÍren is te gemakkelijk. Tevens geldt dat aan het verleden ontleende inspiratie er voor kan zorgen, dat het uiteindelijk beeld zo aantrekkelijk wordt, dat ook vliegveld Twente een bezoek meer dan waard is.

5


6


Vliegveld in zes lagen plus één 7. Post-vliegbasis. Area Development Twente (ADT), een samenwerkingsverband van de provincie Overijsel en de Gemeente Enschede, herontwikkelt het vliegveld waarbij dit in meerdere delen uiteenvalt: Deelgebied Noord, het gebied waarin de overgebleven startbaan ligt en waarlangs de Technology Base wordt ontwikkeld. De Ecologische Hoofdstructuur in het zuidelijk deel van het startbanengebied, het rolveld. Deelgebied Werkparken, waaronder het vlieggebouwencluster en het Oostcomplex. Deelgebied Deventerpoort, een bestaand bedrijventerrein met het kenmerkende luchthavengebouw. Deelgebieden Bijzonder Wonen, bestaande uit de woongebieden het Vaneker, Prins Bernhardpark en Fokkerweg. (Zie kaart 2018 op pagina 9)

Het vliegveld vormt de dominante factor in het landschap van de stedendriehoek Hengelo - Oldenzaal - Enschede. Het gebied draagt sporen van vele geschiedenissen. De volgende lagen kunnen worden onderscheiden: 1. Niet door de mens maar door de ijstijden gevormd: de stuwwal de Lonnekerberg is met zijn 56,6 m nog altijd prominent in het oostelijk deel van het gebied aanwezig. 2. De ontwikkeling van de landbouw en het beheer van gemeenschappelijke gronden, de marken, in de middeleeuwen. Bijvoorbeeld het Holthuis in de marke Deurningen en Hof Espelo, de Overmaat en het Sprakel in de marke Lonneker, zijn grote erven uit die periode, met stemrecht in de marke (de oudste bestuursrechtelijke organisatie van Nederland). 3. De industrialisatie in de negentiende eeuw leverde geld op waarmee landgoederen op de in die eeuw opgeheven marken werden aangelegd. Het Oosterveld en ’t Slöttelmös zijn daar voorbeelden van, maar ook de Lonnekerberg die tegen de eeuwwisseling bebost werd. Landhuizen bleven meestal achterwege. 4. Het vooroorlogse vliegveld werd in 1931 geopend en bestond uit 63 hectare voormalige heidegrond. De gedraineerde en geëgaliseerde grasmat was aangelegd bijna tegen de gemeentegrens met Weerselo (nu Dinkelland en gelijk aan de oude markegrens Lonneker - Deurningen). 5. De eerste wereldgeschiedenis-laag: Fliegerhorst Twente speelde een belangrijke rol in de Duitse luchtverdediging. Het vliegveld bereikte zijn grootste grootte: 1549 hectare. (Zie kaart 1945 op pagina 8) 6. In de tweede wereldgeschiedenis-laag, die van de Koude Oorlog, kromp het nu Vliegbasis Twenthe genoemde gebied naar een kleine 500 hectare. De Luchtmacht borduurde voort op de structuren van het oorlogsvliegveld. (Zie kaart 1954, 1970 resp. 1995 op pagina 8)

De geschiedenislagen 1 tot en met 6 hebben hun cultuurhistorisch waardevolle sporen nagelaten. Op de foto hiernaast zijn de geschiedenislagen duidelijk te herkennen. De Lonnekerberg is links op de achtergrond te zien. Helemaal achteraan ligt de Roolvinkes met zijn middeleeuwse erven. In het midden is het rolveld te zien. In het op de foto rechterdeel lag het vooroorlogse vliegveld. De drie startbanen (uit de Tweede Wereldoorlog) zijn herkenbaar. Rechts vooraan is een obstakelvrije zone in verband met landende vliegtuigen zichtbaar. In de bossen gaan vliegtuigbunkers, shelters, uit de late Koude Oorlog schuil. De twee grote hangars zijn vlak na de oorlog op deze plek opgebouwd. In dit deel mag 10 hectare aan bedrijventerrein gebouwd worden.

7


8


NOORD Technology Base, 10 ha bedrijvigheid

WERKPARKEN evenementenlocatie

EHS natuur en recreatie

wonen met nieuwbouw

DEVENTER POORT bedrijventerrein

BIJZONDER WONEN wonen met grootschalige nieuwbouw

9


10


Bijzondere bollen Al voor de ontmanteling van de vliegbasis verdwenen deze geheimzinnige bollen omdat ze niet meer nodig geacht werden. Iedere bol beschutte drie luchtafweerraketten op een affuit. De raketten waren daarmee mobiel. De raketten, HAWK genaamd, werden in de jaren ’60 ingevoerd voor de verdediging van de vliegbases. De Koninklijke Luchtmacht had dit type raket ook in WestDuitsland gestationeerd. Op het Zuidkamp van Vliegbasis Twenthe bevond zich de opleiding voor de bediening van deze raketten. Het opvallende slingerweggetje was berekend op de zware vrachtwagens die de raketten vervoerden. De opstelplaatsen, het weggetje en de paden vormen nu een belangrijk Koude Oorlogsrelict.

aanleg een monumentenbescherming, met als gevolg dat alle waardevolle zaken vogelvrij zijn. De houtwal, links op de achtergrond is een van oorsprong veekering uit de negentiende eeuw toen dit gebied, het gebied ten westen van de huidige startbaan, in cultuur werd gebracht. Dit gebied lag tegen de aloude markegrens aan. In die grensgebieden bleef de landbouwontwikkeling lang achterwege. Eind negentiende eeuw verrezen hier de eerste (kleine) boerderijen als gevolg van de bevolkingstoename, een gevolg van de industrialisatie. De heide werd met de hand omgespit en met zeer beperkte middelen werd deze vruchtbaar gemaakt. Om het vee op de weiden te houden werden daaromheen houtwallen aangelegd. Binnen de kern van vliegveld Twente, het rolveld, is er slechts één object dat vanaf de oprichting de tand des tijds doorstaan heeft: deze eiken houtwal.

Het ronde object op de achtergrond (rode peil) is een voorziening van de Luftwaffe voor het ijken van het boordkompas van de vooral Messerschmitts - nachtjagers - die op de Fliegerhorst gestationeerd waren. Hier, aan de rand van het rolveld, had men geen rolbaan naar de 32 m grote betonnen schijf aangelegd maar een gedraineerd pad van de dichtstbijzijnde startbaan zodat de vliegtuigen niet in de bodem wegzakten.

De foto-inzet laat de wal van dichtbij zien. Deze foto toont dus drie geschiedenislagen die het verhaal van de geschiedenis van deze plek vertellen, door de eeuwen heen. Het zijn verhalen over een ongewone geschiedenis die het vliegveld bijzonder maakt en het een sterke eigen identiteit geeft. Het zijn verhalen die het meer dan waard zijn om doorverteld te worden. We moeten de bijbehorende tekens van herinnering zorgvuldig bewaren.

De kompasschijf bestond uit een buitenring en een binnenring. De binnenring was draaibaar. Om magnetisme te voorkomen is in de hele constructie geen ijzer gebruikt. De binnenschuif rustte op glazen kogellagers. Per 10 graden was een markeringstegel op de buitenschijf aangebracht omdat het vliegtuig per 10 graden geijkt moest worden. De buitenschijf is inmiddels grotendeels verdwenen. Van dit type is nog slechts een schijf meer bewaard gebleven. Die heeft een rijksmonumentale status. Op vliegveld Twente heeft geen enkel object, gebouw of 11


12


Uniforme opzet en afwerking De Luftwaffe bouwde Fliegerhorst Twente volgens het uitgangspunt dat het uit de lucht niet mocht opvallen. De startbanen werden op de vooroorlogse grasmat aangelegd, maar die grasmat bleef optisch bestaan door de startbanen groen te schilderen. Ver van het voor luchtaanvallen kwetsbare rolveld werden kazernes gebouwd. Die kazernes bestonden uit veel kleinere gebouwen die zo gesitueerd werden dat ze uit de lucht dorpjes of instellingen leken. Hangars werden in de bossen gebouwd waar ze makkelijk te camoufleren waren. Het was stedenbouwkundige camouflage. Die werd voor het eerst in Nederland toegepast. Deze opzet nam veel ruimte in beslag. Daarom moesten in dit buitengebied toch veel gezinnen hun huis en haard verlaten.

zadeldaken met soms topgevels, zoals op de foto hiernaast te zien is. De vensters bestonden uit een benedenen een bovenlicht dat door een pseudonatuurstenen kalf gescheiden werd. De bovenlichten konden als twee klapvensters naar buiten toe opengeklapt worden. Typisch Fliegerhorst - Twente Twents. De kopse gevels kregen verfijnde ‘oortjes’ en de daken op de kopse gevels allemaal gevelpannen. De daken werden van in kleur geschakeerde pannen voorzien die daarmee een subtiel beeld geven. De boeiborden bestaan uit donkergroene schroten met een witte baan. De meerruits vensters, vanzelfsprekend alle van hout, werden donkergroen afgewerkt, op de neut na: die werd wit gelakt.

Het Zuidkamp bijvoorbeeld - een letterlijke vertaling van Südlager - was in oppervalk meer dan twee zo groot als het dorp Lonneker toen. Het was ook nog eens de grootste kazerne van de Luftwaffe in Nederland. En dat op het hoogstwaardevolle middeleeuwse kampencomplex dat met de bouw van ’t Vaneker verdwijnt. Een kamp is een eenmans es. Een es is met zoden bemeste grond die als gevolg daarvan na eeuwen bol gaat staan.

Alle gebouwen hebben een centrale gang met weerszijden de overige indeling. De zolderverdieping had feitelijk geen functie. Vandaar dat de panden geen dakkapellen kregen. De vensters kregen luiken. De luiken kregen een standaardmotief: een rode levensboom op een wit veld met een donkergroene omlijsting. Dat lijkt mooi landelijk maar in werkelijkheid hebben de luiken een scherfwerende functie: ze zijn van 1 cm dik staal.

De gebouwen werden gestandaardiseerd ontworpen. Voor de legering van het personeel werden kleine, middelgrote en grote onderkomens ontworpen. Alle werden in verschillende varianten uitgevoerd. De Luftwaffe had een voorkeur voor felrode bakstenen die een standaardmuurdikte van 55 cm vormden. Daarmee werden de muren scherfwerend geacht. Het muurwerk kende meestal een staand of ketting metselverband. De architecten van de Luftwaffe letten erop dat de gebouwen bij de lokale bouwtraditie aansloten. Dat betekende

De ruimte tussen de gebouwen is niet verkaveld. Slechts de straten en toen bestaande en nieuwe beplanting stoffeerden de openbare ruimte. Dat geeft een ruimtelijk gevoel en een bijzondere kwaliteit van de gebouwencomplexen. Voor het behoud van de kwaliteiten van de gebouwen en het landschap is het essentieel dat de uniforme uitstraling behouden blijft.

13


14


15


16


Historische verhardingen Naast de drie startbanen die in 1941 aangelegd werden kreeg Fliegerhorst Twente vele kilometers rolbanen. Allereerst een ringrolbaan die de startbanen omsloot en van daaraf rolbaanlussen die de bossen rondom het rolveld in voerden. Alle verharding was in klinkers uitgevoerd. Na de oorlog verdween veel van die verharding maar nog steeds is te zien waar rolbanen gelegen hebben en waar hangars gestaan hebben.

tussen de Duitsers en de Britten duidelijk. De foto laat ook goed zien hoe tijdens de Koude Oorlog op de Duitse infrastructuur werd voort geborduurd. Samen met het zuidelijke deel van de ringrolbaan is dit stuk rolbaan, klinkerverharding van de Bergweg en een stuk klinkerverharding bij Sprakel in ’t bos de enige overgebleven historische verharding van de Fliegerhorst. Ook landelijk gezien bijzonder.

Van de tientallen hangars waren er in 1945 zes over. Sommigen hadden gebogen houten spanten en er was ook een hangar met het uiterlijk van een boerderij overgebleven. De Luchtmacht heeft deze bijzondere werken rond 1990 op één na gesloopt.

Gelet op de ruimte die het geldende bestemmingsplan in dit noorddeel van het vliegveld geeft om nieuwe bedrijven te bouwen is het van groot belang deze rolbaanstructuur te respecteren en in te passen. Naast gebouwen is ook verhardingsinfrastructuur te herbestemmen. De lege plek die Hangar 6 achterlaat is een logische locatie voor een nieuw gebouw met een bijzondere functie. Om dit deelgebied een kwaliteitsimpuls te geven zou het bijzonder geschikt zijn het bestaande gebouw te verwijderen.

Op de foto zien we dikformaat klinkers met teerresten erop. Het lijkt een brede op een gebouw doodlopende weg die richting boerderij ’t Holthuis voert. De goede kijker ziet ter plekke witte stenen die de middellijn van de baan vormen. Het is het overgebleven begin van een rolbaan die na de oorlog op goed meter na is opgeheven. Het teer is een restant van de camouflage van de rolbaan. Links van het redelijk recente gebouw stond Hangar 6, een booghangar die na de oorlog als motorwerkplaats dienst heeft gedaan. De hangar stond met zijn schuifdeuren naar de rolbaan toe en was de eerste in een reeks hangars die aan deze rolbaan, over de gronden van ’t Holthuis, zijn loop had. Daar zijn de resten van die hangars nog zichtbaar. Zij hebben nu archeologische waarde. De inzetfoto toont de Hangar 6 aan de nog bestaande verharding rond 1960. Op de achtergrond Hangar 8. Deze foto maakt het verschil in opvattingen over hangarbouw . 17


18


Rode en groene aanleg Toen na de oorlog een veel compacter vliegveld ontstond was het de vraag waar de vliegtuigen gestald konden worden. Het had de voorkeur de vliegtuig op afstand van elkaar te kunnen parkeren. In tegenstelling tot de Luftwaffe stalde de Luchtmacht haar vliegtuigen buiten. De infrastructuur van de Fliegerhorst was grotendeels intact gebleven en bleek ook door zijn doordachte opzet nog steeds bruikbaar.

enkele bouwwerken nog steeds tastbaar aan de Tweede Wereldoorlog.Toch kan schijn bedriegen. In dit gebied en ten westen ervan, in de obstakelvrije zone van een startbaan zijn in de oorlog vele bommen gevallen. Daar hebben de Duitsers gebruik van gemaakt bij het fusilleren van mensen en ze daar te begraven. Er zijn nog steeds hier gefusilleerde mensen vermist‌ De omgeving kan daarom geen grotere bebouwingsdruk verdragen. Dat geldt niet allen voor dit deelgebied maar voor het hele noorddeel van het vliegveld. Het terrein is volledig omrasterd en heeft een zeer groen en ruim karakter. Een aanzienlijk deel van de bebouwing is in cultuurhistorisch opzicht behoudenswaardig.

De asfaltweg die we hier op de foto zien is als Rollbahn aangelegd. Daaraan werden zes achthoekige opstelplaatsen, dispersals, aangelegd. Alle op ruime afstand van elkaar om uit de lucht minder op te vallen en vooral minder kwetsbaar bij een luchtaanval te zijn. Een inzicht die bij de Vroege Koude Oorlog hoorde. Het rolbaanbeton dateert uit zijn bouwtijd, de eerste helft van de jaren ’50 toen de Vliegbasis Twenthe uit de grond werd gestampt. Alle betonverhardingen uit die tijd zijn nog op het vliegveld aanwezig. Tijdens de Late Koude Oorlog werden achter de dispersals vliegtuigbunkers, shelters, gebouwd. Dit vanwege een nieuwe NAVO strategie die na de Zesdaagse Oorlog in 1967 van kracht werd. Het betekende opnieuw een verspreide opstelling van vliegtuigen maar dan in beschermende onderkomens. Tussen de shelters staan al bestaande en aangeplante bosopstanden.

Wanneer het hier toegestane bouwoppervlak van 100.000 m2, naast de bestaande bebouwing, gerealiseerd wordt is de meerwaarde van dit gebied verdwenen. Het is geen dertien-in-een-dozijn bedrijventerrein; het is een voormalige Fliegerhorst, een voormalige Vliegbasis en ook nog een voormalig Twents landschap. Al deze geschiedenislagen zijn nog afleesbaar en ze versterken elkaar.

De Druiventros, zo genoemd vanwege de uit de lucht lijkende gelijkenis, heeft daarmee een prachtige ruimtelijkheid opzet gekregen. Let u bijvoorbeeld eens op de riante bermen om daarmee ruimte voor vliegtuigvleugels te geven. Het bos geeft niet alleen een fraai maar ook verstild karakter. De tot kantoren omgebouwde shelters doen recht aan de omgeving. In deze omgeving herinneren 19


20


De Strip: nieuwe functie volgt vorm Bij de aanleg van Fliegerhorst Twente maakten de Duitsers dankbaar gebruik van de stuwwal de Lonnekerberg. Op de voet ervan lieten zij vliegverkeer-gerelateerde gebouwen verrijzen. Vanwege hun functies was en is het nuttig dat zij aan het rolveld gesitueerd zijn waar zij overzicht op moeten hebben: de verkeersleiding met commandobunker, de vliegdienst, de brandweer, de meteorologische dienst, de coĂśrdinatie van de vliegveldluchtverdediging en een telefooncentrale. Al door de natuurlijke hoogte was het mogelijk zonder hoge, en dus kwetsbare gebouwen, te hoeven bouwen. Wat opvalt is de brandweerkazerne die in de vorm van een Noord-Nederlandse, NoordDuitse boerderij is gebouwd. Een concreet restant van de landschapscamouflage die de Luftwaffe op grote schaal heeft toegepast.

De nieuwe eigenaar van de Strip en het daarachter gelegen hangarcomplex het Oostcomplex respecteert de kwaliteit van de gebouwen door van het bestaande uit te gaan. Door nieuwe functies te zoeken die bij de gebouwen passen - in evenementensfeer - blijven de ensembles, bestaande uit rood (bebouwing) en groen (aanleg) maar ook de verharding bewaard. Daarmee geeft deze versteende geschiedenis een ziel en identiteit aan het gebied. Dat vertaalt zich in een aantrekkelijk verblijfsklimaat en een hogere economische waarde van de bebouwing en de omgeving.

Het eerste type straaljager van de Luchtmacht, de Gloster Meteor, laat op deze foto zien dat de gebouwen in de vliegbasisperiode gewoon dienst deden. De Vliegbasis Twenthe was de eerste straaljagerbasis van Nederland. Al deze gebouwen hebben tot het vertrek van de Luchtmacht, in 2007, dienst gedaan. Het is nu de meeste complete historische vlieggebouwencluster van Nederland. De Meteor vliegt boven een glad rolveld: geen obstakels, geen waterpartijen want dat gaat niet samen met het vliegbedrijf. Bij de aanleg van de EHS in dit gebied is geen rekening met de cultuurhistorische waarden van de historische kernstructuur van het vliegveld in de geschiedenislagen voor de oorlog, Tweede Wereldoorlog en Koude Oorlog. De aanwezigheid van een (voormalig) vliegveld met zo’n rijke geschiedenis als Twente is een bijzonderheid. 21


22


Bekend maakt bemind Bij het besluit van de naoorlogse regering welke Duitse vliegvelden in Nederland een doorstart ten behoeve van de Luchtmacht zouden maken was Twente inbegrepen. Hoewel de geallieerden tegen het eind van de oorlog met name het rolveld gebombardeerd hadden en de Duitsers bij hun vertrek hangars hadden laten exploderen was van de enorme Fliegerhorst toch veel overeind gebleven. Daar maakte de Luchtmacht in de tijd van de schaarste dankbaar gebruik van. De Koude Oorlog hing in de lucht. De opbouw van de krijgsmacht kreeg prioriteit, ook vanwege de uitzendingen van Nederlandse troepen naar Nederlands Indië.

11 op het Oostcomplex); een lage hangar met zadeldak T1 (de T staat voor transportable, hangar 10 op het Oostcomplex) en een hoge hangar met zadeldak T2 (transportable 2, twee stuks, de hangars 7 en 8 op het Noordcomplex). Daarmee kreeg Twenthe (Vliegbasis Twenthe werd met een ‘h’ geschreven) alle aangekochte hangartypen. De hangars hebben daarmee een symbolische waarde. Gebouwd in de Tweede Wereldoorlog hebben ze dienst gedaan tijdens de Koude Oorlog. Tegenwoordig verschaft hangar 11 onderdak aan allerlei evenementen. Hangar 7 wordt door de brandweer safety campus gebruikt en hangar 8 biedt onderdak aan een dependance van een lijnvliegtuigensloper. Waar eens Spitfires, Meteors, Kaasjagers, Starfighters, T-33’s, NF-5’s en F-16’s hun onderhoud kregen hebben de hangars nu heel andere bestemmingen gekregen. Hun buitenzijden zijn nog door de Luchtmacht van een nieuwe schil voorzien maar het casco van de hangars: de bijzondere spanten zijn onmiskenbaar tijdgetuigen van twee wereldgeschiedenislagen.

Het vliegveld werd veel compacter weer opgebouwd. Het rolveld werd opgelapt en de ondermijnde gebouwen werden weer bruikbaar gemaakt. De Vliegbasis Twenthe werd voor de stationering van twee vliegtuigsquadrons ingericht. Ieder squadron kreeg één hangarcomplex toegewezen: het Oostcomplex, nu onderdeel van Vliegveld Twenthe evenementenlocatie, en het Noordcomplex dat nu als Technology base in herontwikkeling is. In tegenstelling tot de vele kleine hangars die de Duitsers verspreid door het landschap hadden gebouwd ging de regering op de Engelse toer. Omdat het Verenigd Koninkrijk na de oorlog een overschot aan oorlogsmaterieel had werden daar hangars voor de wederopbouw van de doorgestarte militaire vliegvelden gekocht. In de Tweede Wereldoorlog had het Britse luchtvaartministerie samen met de industrie grote en demonteerbare hangartypen ontwikkeld. Nederland kocht vier typen hangars. Een kleine boogvormige hangar, de kleine Fromson (hangar 9 op het Oostcomplex, nu afgebroken); de grote Fromson (hangar 23


24


Onbekend maakt onbemind Bij de bevrijding van Nederland is in 1944 en 1945 soms heftig strijd geleverd. In Zeeland en Brabant zijn daarbij veel boerderijen vernield. Ook op andere plekken zijn in de Tweede Wereldoorlog veel boerderijen verdwenen. Om de gedupeerde boeren te compenseren en de voedselvoorziening weer op peil te brengen startte de regering na de oorlog een grootscheeps wederopbouwprogramma van boerderijen. Daartoe werd het Bureau Wederopbouw Boerderijen opgericht. Dit bureau voerde een groot deel van de wederopbouw van boerderijen in het land uit. In de winter van 1940/41 verdreef de Bauleitung der Luftwaffe Fliegrhorst Twente 93 gezinnen uit hun boerderijen en woonhuizen om het vliegveld aan te kunnen leggen. Door het na de oorlog voortgezette gebruik van het vliegveld zouden boeren ontheemd blijven. Door de bouw van nieuwe boerderijen ten behoeve van die boeren ontstond een krans van wederopbouwboerderijen rond het vliegveld. Een in Nederland bijzonder maar nagenoeg onbekend fenomeen. Van die boerderijen zijn er nog vier die duidelijk als wederopbouwboerderij herkenbaar zijn: aan hun aadewerk geveltegel. EĂŠn ervan, aan de Oude Postweg, onder Deurningen, draagt de tegel van het Bureau Wederopbouw Boerderijen: de Nederlandse Leeuw met bouwjaar. Aan de Vliegveldweg en de Snellenweg, onder Lonneker, staan de andere wederopbouwboerderijen met tegel. Ook wederopbouwboerderijen zonder geveltegel rond het vliegveld vertellen nog steeds zwijgend het verhaal van de bezetting en de bouw van de Fliegerhorst.

25


Verklarende woordenlijst

Colofon

cultuurhistorie: tastbare nalatenschap van de mensen op het gebied van bebouwing, aanleg en ruimte

Dit manifest kwam tot stand op initiatief van de erfgoedorganisaties: Erfgoedvereniging Heemschut Het Cuypersgenootschap Historische Sociëteit Enschede-Lonneker Stichting Militair Erfgoed

EHS:

ecologische hoofdstructuur

es:

landbouwgrond door bemesting met heideplaggen en mest. Gemiddeld steeg een esdek met 1 mm per jaar. Er bestaan esdekken met een dikte van 1 m.

Fliegerhorst:

Teksten: René Vossebeld, Jan Astrego Kaarten: M. Scholte Lubberink

Duits groot militair vliegveld

Vormgeving: Ewoud van Arkel PrID

herbestemmen: het met respect geven van (een) nieuwe functie(s) aan een bestaand gebouw waardoor het gebouw gerevita liseerd wordt kamp: kamp:

Fotografie: René Vossebeld, Ewoud van Arkel, Projectbureau Technology Base

een es die door één man bewerkt kon worden.

Druk: NetzoDruk - Enschede

manschappenlegeringsplaats

Oplage: 500

Koude Oorlog: 1946 - 1991 (de opheffing van de Sovjet Unie) rolveld:

kern van het vliegveld: de drie startba nen met ringrolbaan er omheen

rolbaan:

taxibaan

stedenbouw:

de inrichting van de ruimte met rood, groen en aanleg

vliegbasis:

Nederlands groot militair vliegveld

 2018 Erfgoedvereniging Heemschut, PrID

26


Omdat het vliegveld in de oorlogsjaren aanzienlijk groter was dan erna, zijn er in de ‘buitenschil’ objecten uit die jaren aan te treffen. Meestal zijn ze verweesd, maar niet minder waardevol. Zij verdienen het om in het grote vliegveldensemble hun verhaal te kunnen blijven vertellen. Verval kan gestopt worden. Soms is het mogelijk de gebouwen een nieuwe functie te geven. 27


Het vliegveld Twente is van iedereen. Het gebied draagt sporen van een rijke geschiedenis. Velen hebben herinneringen aan dit in voorgaande jaren hermetisch gesloten gebied. Nu is het toegankelijk voor ondernemers, sportvliegers, brandweerlieden, natuurliefhebbers, feestgangers, wandelaars. Kortom: voor iedereen. Dit manifest bevat de oproep om zorgvuldig met het erfgoed van het vliegveld om te gaan, juist daar waar nieuwe ontwikkelingen noodzakelijk zijn voor het behoud. Het verhaal over de geschiedenis van het vliegveld levert de basis van een solide toekomst van dit bijzondere gebied.

Dit is een uitgave van de Erfgoedvereniging Heemschut, in samenwerking met Het Cuypersgenootschap, de Historische SociĂŤteit Enschede-Lonneker en de Stichting Militair Erfgoed 28


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.