Verlang jij naar het avondmaal?

Page 1

NO

07

OL EN HOOPV REND E INSPIR

r aa n j i j g n Verla ? l aa m d on v a het ‘Je moet het avondmaal niet in woorden willen vangen’ Jasper Bosman

‘Avondmaal is niet zomaar een gezellig etentje’ Hans Schaeffer

‘Ik geef niemand de schuld – het lukt míj niet meer’

oud-predikant Dirk-Jan van Diggele

> Jaargang 6 > 28 maart 2020


  VOOR JE VERDER GAAT

Pop-up kerk In de schatkamer van de kathedraal van Durham (UK) bevindt zich een behoorlijk aantal overblijfselen dat nauw verbonden is met de heilige Cuthbert die leefde van 634 tot 687 na Christus. Een van deze objecten was meebegraven in de kist van deze priester en abt. Het zijn de overblijfselen van een draagbaar altaar dat Cuthbert als bisschop van Lindisfarne gebruikte op zijn vele, lange reizen door het noorden van Engeland en het zuiden van Schotland. Het zijn een paar stukjes donker, bijna vergaan hout. Toen ik die zag, dacht ik: dichterbij kun je niet komen bij vieringen ver weg en lang geleden. Bij vieringen die plaatsvonden in kleine dorpjes, op berghellingen en rond boerenhoeven in het ruige landschap. De stukjes hout vormen als het ware herinneringen aan een pop-upkerk avant la lettre. Een plankje met op de hoeken en in het midden een kruisteken, een paar woorden ingegraveerd. Meer is er niet nodig om de mis te vieren en te delen in het heil. HANS SCHAEFFER IS HOOGLERAAR PRAKTISCHE THEOLOGIE AAN DE TU KAMPEN EN REDACTEUR VAN ONDERWEG

2

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020


  INTRODUCTIE THEMA

Christus in de coronacrisis

A

ls er een ding niet of nauwelijks meer gebeurt in deze tijd is het wel avondmaal vieren. Samen aan één tafel zitten, eten van hetzelfde brood en drinken uit dezelfde beker. We moeten minstens anderhalve meter afstand houden en zeker niet dezelfde dingen met onze mond aanraken. Geen avondmaal meer vieren, dat is een gemis. Juist in zo’n tijd van crisis groeit het verlangen naar verbinding, troost en hoop. Juist daarin hebben we Jezus Christus zo hard nodig. Hij is het geheim van het avondmaal. Hij is daarin aanwezig en aan het werk. Hij geeft je als gastheer aan de tafel, brood en wijn. Hij geeft zichzelf. In het avondmaal gedenken we zijn lijden en sterven. Aan tafel ontmoeten wij elkaar en weten ons zijn lichaam. In elkaar ontmoeten we Hem. En samen kijken we uit naar zijn komst. Dat alles, in die ene viering, moeten we missen in deze tijd.

 Geen avondmaal meer vieren, dat is een gemis  Maar natuurlijk is Christus niet weg. Ook in de coronacrisis is Hij aanwezig en aan het werk. In deze tijd van het jaar gedenken we hoe Hij onze ziekten en zonden op zich nam. Ook onze eenzaamheid, onze verwarring, onze angst en dit coronavirus. Christus deelde in ons lijden en roept ons op het lijden met elkaar te delen. Elkaars lasten dragen, zijn kruis op ons nemen. Vanwege de coronacrisis moeten we lichamelijk contact vermijden, maar voorlopig heb ik de indruk dat veel banden juist nauwer worden aangetrokken. Allerlei initiatieven zijn er om elkaar in deze tijd vast te houden. We doen boodschappen voor elkaar, sturen kaartjes, bellen elkaar op en leven met elkaar mee. Ook in deze crisis is Christus’ Geest aan het werk, Hij verbindt ons met elkaar als zijn lichaam. Natuurlijk doet deze crisis ons ook vooruit kijken. Zoals de Italiaanse premier het zo mooi zei: ‘Laten we vandaag op afstand van elkaar blijven, zodat we elkaar morgen kunnen omhelzen.’ We kijken uit naar dat moment. En tegelijk nodigt Christus je uit nog verder te kijken naar het moment dat we oog in oog met Hem zullen staan en Hij ons zal omhelzen.

BRAM BEUTE IS REDACTEUR VAN ONDERWEG EN PREDIKANT VAN GKV KAMPEN-ZUID

3


 COLOFON OnderWeg is een inspirerend magazine voor christenen die God en de kerk liefhebben en midden in het leven staan. OnderWeg schrijft over relevante en actuele thema's voor christenen en bevat rubrieken over jeugdwerk, missionair kerk-zijn en Bijbelstudie. OnderWeg ontstond in 2015 uit een samenvoeging van Opbouw en De Reformatie. Redactie Bram Beute, Debbie den Boer, Jaap Cramer, Esther de Hek (hoofdredacteur), Peter Hommes, Leendert de Jong (hoofdredacteur), Pieter Kleingeld, Jordi Kooiman (webredacteur), Jacomine Oosterhoff (eindredacteur), Annelies Smouter (eindredacteur), Karel Smouter, Geranne Tamminga, Tineke Verhoeff (beeldredacteur thema), Rob van Houwelingen, Hans Schaeffer, Peter Strating, Hans Vel Tromp. Redactieadres

Silversteyn 10, 3621 PA Breukelen, redactie@onderwegonline.nl. Lezersservice Voor abonnementen, adreswijzigingen, opzeggingen en bezorgklachten: SPAbonneeservice, A. van Leeuwenhoekweg 34, 2408 AN Alphen aan den Rijn, 088-1102060, administratie@onderwegonline.nl. Abonnementen Jaarabonnement Papier Plus: € 58,00 (studenten € 29,00 / Europa € 96,50 / buiten Europa € 128).

06 ONRUST, VERLANGEN EN ONHANDIGHEID TERWIJL HET TOCH GAAT OM DE LIEFDE, IS DE AVONDMAALSTAFEL SOMS EEN STRIJDTONEEL VAN ONRUST EN ONHANDIGHEID. HOE KOMEN GELOOF EN BELEVING IN HET AVONDMAAL BIJ ELKAAR? GERANNE TAMMINGA SPRAK MET GEMEENTELEDEN OVER DIT SPANNENDE EN KWETSBARE PROCES.

Halfjaarabonnement Papier Plus: € 31. Digitaal abonnement: € 40 (studenten € 20). (Digitaal) Proefabonnement: drie maanden gratis. Neem voor het afsluiten van een abonnement contact op met de lezersservice (zie hierboven) of vul uw aanvraag in op www.onderwegonline.nl/abonneren. IBAN: NL89INGB0000404945 t.n.v. Gereformeerde Persvereniging OnderWeg. Bestuur Persvereniging OnderWeg Marga van Gent-Petter, Arie Liebeek, Aad Lootens,

26 EYEOPENER DE DONKERSTE PSALM

In Psalm 88 is geen spoortje licht te bekennen. We zingen het lied nauwelijks, hoewel dat in deze onrustige ’donkere’ tijd van COVID-19 wellicht gaat veranderen. Roel Venderbos legt uit hoe we dit lied, hoe dan ook, in de kerk kunnen laten klinken.

Anko Oussoren en Hillie van de Streek. Adverteren Nico Postuma, 06-139 959 05, adverteren@onderwegonline.nl. www.onderwegonline.nl/adverteren. Vormgeving Bredewold Communicatievormgevers.

30 ONTMOETING VAN DE KANSEL NAAR DE CABINE

Als vrachtwagenchaufeur leert predikant Dirk-Jan van Diggele lessen in nederigheid. Hij geniet van de overzichtelijkheid en het concrete van zijn nieuwe functie. Maar, zegt hij: ‘In de vrachtwagen heb ik vrijheid, maar de preekstoel is mijn natuurlijke habitat.’

Rondweg 76, 8091 XK Wezep, 038-376 33 90, onderweg@bredewold.nl, www.bredewold.nl. Technische realisatie en druk Zalsman B.V., Steinfurtstraat 1, 8028 PP Zwolle, Postbus 1025, 8001 BA Zwolle, 038-467 00 70. www.onderwegonline.nl www.facebook.com/onderwegonline  www.twitter.com/onderwegonline www.instagram.com/magazine_onderweg

4

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

34 OPINIE EEN LERENDE KERK IS EEN LEVENDE KERK

Doordat de middagdiensten aan populariteit inboeten, dreigt ook het onderwijs in de kerken te vervlakken. Dat is jammer, vindt Klaas van den Geest. Want juist onze aloude gereformeerde papieren bevatten waardevolle antwoorden op de geloofsvragen van vandaag.


 INHOUD

Verlang jij naar het avondmaal? 18 VIEREN IN KLEINE KRING NIET DE KERK BEPAALT WAT AVONDMAAL IS, MAAR EEN AVONDMAALSVIERING BEPAALT WAT KERK-ZIJN IS. DAT IS DE KERN VAN ONZE AVONDMAALSVIERING. DIE VIERING KAN DUS OOK IN KLEINE KRING PLAATSVINDEN, BETOOGT HANS SCHAEFFER, MAAR NOOIT ONVERBONDEN MET DE GROTE GEMEENSCHAP VAN DE KERK.

10 HET AVONDMAAL BELEVEN ‘JE MOET HET AVONDMAAL NIET TE VEEL IN WOORDEN WILLEN VANGEN. JE BESPREEKT TOCH OOK NIET EERST EEN LIED VOORDAT JE HET GAAT ZINGEN?’ ZEGT JASPER BOSMAN. MET ZIJN PROEFSCHRIFT OVER HET AVONDMAAL WIL HIJ PREDIKANTEN EN KERKEN INSPIREREN OM RUIMTE TE GEVEN AAN DE BELEVING VAN HET AVONDMAAL.

14 ‘JE VIERT HET SAMEN’ HET AVONDMAAL IS EEN WEZENLIJK ONDERDEEL VAN GEMEENTE-ZIJN. TOCH KUN JE ALS KERK WORSTELEN MET DE VORM. HOE ZORG JE ERVOOR DAT DIE VORM AANSLUIT BIJ DE INHOUD? EN HOE GEEF JE AANDACHT AAN DE BELEVING VAN HET AVONDMAAL? DRIE KERKEN GINGEN HIERMEE AAN DE SLAG.

Stockbeelden: ptnphoto/Shutterstock (Coverfoto); Yuri Turkov/ Shutterstock (pagina 6); Eugene_EM/iStock (pagina 7); Rawpixel/iStock (pagina 14); Pearl/Lightstock (pagina 16 en 20); designimpressario/iStock (pagina 26); LincolnRogers/iStock (pagina 34)

5


Onrust, verlangen en onhandigheid ‘Wat ons rest zijn onrust, verlangen en onhandigheid, die drie en van die drie onhandigheid het meest.’ (Toon Tellegen) Waar liefde de boventoon zou moeten voeren, is het avondmaal soms het toneel van strijd, verlangens en onhandigheid. Hoe komen geloof en beleving van individu en gemeenschap in het avondmaal bij elkaar? Dat is een spannend, kwetsbaar, intens mooi, maar ook ingewikkeld proces.

TEKST GERANNE TAMMINGA 6

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020


 BESCHOUWING

O

nrust, verlangen en onhandigheid. Het zijn misschien niet de eerste woorden die je te binnen schieten wanneer je nadenkt over het vieren van avondmaal. Hopelijk ervaar je het avondmaal als hoogtepunt van kerk-zijn. Toch denk ik dat het samenzijn van de Korintiërs aan tafel, waarover Toon Tellegen dicht, je niet onbekend voor zal komen. Een klassiek Bijbels voorbeeld van hoe je als gemeenteleden beter niet bij elkaar aan tafel kunt zitten, staat in 1 Korintiërs 11. Vanuit zijn luie stoel, loom van te veel wijn, vertelt de gesettelde Korintiër over zijn ervaringen met het avondmaal: ‘Er is altijd genoeg te eten, het is als een feest, ik voel me er thuis.’ Een arm lid, aan de rand van de gemeente vertelt een heel ander verhaal: ‘Er is eten genoeg, maar het is niet voor mij, na het avondmaal ga ik vaak hongerig terug naar huis.’ Nu denk je vast: zo gaat het bij ons niet. Wij vieren avondmaal en iedereen krijgt een slok wijn en een stukje brood. Het is een gedachtenismaaltijd, geen uitbundig feestmaal waarbij mensen binnen of buitengesloten kunnen worden. Zo doen wij het en zo doen we het al vele generaties. Tot eer van God en opbouw van elkaar. We maken gebruik van een avondmaalsformulier, volgen een vastomlijnde liturgie en zingen mooie en diverse liederen. Niets mis mee, toch?

‘O nee, alweer avondmaal’

Maar is het echt zo dat er met die wijze van vieren niks mis is? Dat bij ons van onhandigheid geen sprake is? Ik denk het niet. Hieronder noem ik enkele punten. In het avondmaal word je door Christus aan tafel genodigd. Als individu, als gemeenschap, als kinderen van hem. Dat geloven we. Dat belijden we. Maar wie zijn we eigenlijk? Met wie schuif jij aan bij de maaltijd? Weet jij wat je broers en zussen beweegt om aan te schuiven of weg te blijven van de maaltijd van de Heer?

 Met wie schuif jij aan bij de maaltijd?  Een paar jaar geleden mocht ik in een GKv gesprekken voeren met gemeenteleden over avondmaal en persoonlijke beleving. Het was een gemeenschap waar het avondmaal op verschillende manieren gevierd werd (aan tafel, in een kring en zittend in de rijen). De avondmaalsliturgie, afhankelijk van voorganger en musici, werd telkens weer anders en met een verschillende focus (verstild, uitbundig, missionair of gericht op de gemeenschap) ingevuld. Gemeenteleden gaven aan die diversiteit in vieringen belangrijk te vinden. Toch spraken ze vaak over ‘hoe het zou horen’ of ‘hoe het zou moeten zijn’, maar hoe anders het avondmaal in hun beleving vaak was.

7




 BESCHOUWING

Veelzijdig avondmaal vieren

Elke keer dat je het avondmaal viert, kijk je weer anders, elke avondmaalsdienst belicht ook andere aspecten van het avondmaal. Zo leer je naar boven (naar God) kijken. Het avondmaal helpt je ook om naar achteren te kijken (verootmoediging, wat heb ik achter me liggen?), door het avondmaal leer je om je heen te kijken (wie zijn mijn broers en zussen?) en het helpt je om vooruit te kijken (waar leidt Gods weg met jou/ons heen?) Kijk voor deze aspecten van het avondmaal op www.weetwatjegelooft.nl/les/wij-proevenchristus-binnenin met Arnold Huijgen van de TU in Apeldoorn.

Samengevat kwam het ongeveer hierop neer: • J a, het avondmaal is een gedachtenismaaltijd, maar het lukt me maar zelden om me te concentreren op Christus. • J a, het avondmaal is een gemeenschapsmaaltijd, maar ik vind het doodeng om zo in het midden van mijn broers en zussen te staan. • J a, het avondmaal is het hoogtepunt van kerk-zijn. Maar meestal denk ik: o, nee, alweer avondmaal. Weer zo’n lange dienst. Eigenlijk blijf ik liever weg. Maar hierover praten met andere gemeenteleden? Nee, dat doe je niet zomaar.

avondmaalsliturgie verwerken in een dienst zonder dat gemeenteleden de losse elementen herkennen. Dan hoor je achteraf ‘we hebben vandaag helemaal niet…’ of ‘ik miste…’ Anderzijds kan het ook zo zijn dat je juist moeite hebt met de sobere vorm waarop het avondmaal in je gemeente gevierd wordt. ‘Als we terugdenken aan Jezus’ laatste avondmaal, aan tafel met zijn leerlingen, dan kan het toch niet zo zijn dat wij avondmaal met één stukje brood en één slokje wijn moeten vieren? En dan ook nog maar een paar keer per jaar?’

Geschiedenis

Deze laatste opmerking past in een trend die je in veel gereformeerde kerken ziet. Daarom nu een uitstapje naar onze avondmaalsgeschiedenis. Lange tijd zorgde de nadruk op de prediking ervoor dat er in protestantse kerken een weinig organische verbinding bestond tussen de avondmaalsviering en de zondagse erediensten. Uit afkeer voor de rooms-katholieke offermis werd in de protestantse en gereformeerde traditie aansluiting gezocht bij de Pronaus, de Zuid-Duitse en Zwitserse liturgie waarin vooral de prediking centraal stond. Dit is bijzonder, omdat Calvijn van mening was dat het belangrijk was wekelijks avondmaal te vieren. Maar de ideeën van de kerkhervormer Zwingli waren op dat moment al ver in de calvinistische traditie doorgedrongen, waardoor het avondmaal meerdere eeuwen in protestantse kringen slechts een paar maal per jaar

Vervreemding

De meeste gemeenteleden die ik sprak, vertrouwden erop dat God, als genadig en liefdevol Vader, hen aan tafel nodigde. Het was de persoonlijke beleving van de vorm, de plek in de gemeenschap of de ongemakkelijke relatie met een broer of zus die de viering op hartsniveau in de weg stond. Waar avondmaalsmijding in reformatorische kringen vaak te maken heeft met angst voor Gods oordeel, bleven broers en zussen in deze gemeenschap soms weg, omdat vorm en gemeenschap hen in de weg stonden. Ook in mijn eigen gemeente hoor ik dat regelmatig: ‘Van mij hoeft dat niet zo hoor, vaak avondmaal vieren.’ ‘De diensten zijn lang, er gebeurt zo veel, ik moet me echt opladen om er naartoe te gaan. Doe mij maar een rustige middagdienst, niet te lang, met een goede preek en niet al te veel zingen.’ Herken je de verwarring of vervreemding van het avondmaal? Die kan zomaar ontstaan doordat je niet meer weet wat er van je verwacht wordt, wanneer vaste patronen losgelaten worden en formuliergebeden aangepast. Voorgangers kunnen soms een volledige

8

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

’Wat wilde je nu zeggen met deze dans?’


gevierd werd. Vanuit de liturgische beweging kwam rond 1950 de oproep om wekelijks avondmaal te vieren. Weinig kerken gaven aan deze oproep gehoor, ook al kwam vanaf de jaren ’60 ook in de GKv de behoefte op om vaker avondmaal te vieren. Om in deze behoefte te voorzien, hebben die kerken in 1975 verkorte formulieren opgenomen in het Gereformeerd Kerkboek. Het avondmaal kon ook hierdoor opnieuw onderdeel worden van iedere ‘gewone’ dienst. Recent wijzigde in die kerken ook de kerkordelijke bepaling over de frequentie van avondmaalsviering: het minimumaantal vieringen (eens per twee tot drie maanden) werd vervangen door het woordje ‘regelmatig’. Het staat gemeenten vrij om zelf te kiezen hoe vaak zij vieren. In de praktijk betekent dit dat steeds meer gemeenten ervoor kiezen het avondmaal frequenter te vieren.

 Waar mensen struikelen,

groeit het mysterie van God  Proeven

Het bovenstaande geeft volgens mij aan hoe belangrijk het is om in de gemeente met elkaar te spreken over zowel de betekenis van het avondmaal, de vorm, als over de persoonlijke beleving van het avondmaal. Want ook al weten we waar het in het in het avondmaal om gaat, het proeven, slikken en doorleven van wat je voorgeschoteld krijgt, is nog iets heel anders. Als gesetteld gemeentelid proef je misschien weer heel andere dingen dan je broer of zus die het avondmaal nog maar kort meeviert. Een mooie vraag om elkaar te stellen is dan ook: geloof je echt dat je hier nu met Christus aan tafel zit? Het is een vraag waarin het zintuiglijke (zitten, proeven, samen eten) verbonden wordt met het geloofsaspect (met Christus!) en de gemeenschap (als je om je heen kijkt, wie zie je dan?). Ik vind het ook een mooie vraag omdat in de beantwoording zowel momentane belevingen (een moment, gebeurtenis of herinnering) als levenservaringen een plek kunnen krijgen. Die ene keer dat je een lied zong en van Gods aanwezigheid overtuigd was. Dat conflict, waarna jullie weer samen aan tafel mochten zitten. Maar ook de langere periodes van twijfel, geloofsgroei, moeite en bloei. Het uitwisselen van deze momentane belevingen en langdurige ervaringen zijn zeker waardevol voor de gemeenschap. God is in zijn geschiedenis bemoedigend en ingrijpend aanwezig in het momentane, maar ook als trouwe God op een langere levensweg. We mogen en moeten deze geloofservaringen met elkaar blijven delen. Zeker, als we geloven dat de Geest ons als

gemeenschap ertoe aanspoort om het avondmaal te blijven vieren tot Christus terugkomt. Daarin gaat het er niet om dat je eigen gevoelens, emoties of woorden zo goed mogelijk tot hun recht komen. Het gaat erom dat het evangelie van Gods reddende kracht gedeeld wordt. Het is als het voorbeeld van de Israëlieten die de Jordaan overstaken en twaalf stenen moesten plaatsen bij de gedenkwaardige plaats waar zij onder Gods leiding het beloofde land in getrokken zijn. Twaalf stenen die generaties lang het symbool waren van een levensreddend verhaal. Net zo belangrijk is het om telkens weer te vertellen over het avondmaal: de viering van de levensreddende ontmoeting met God. Door aan hem te denken en hem te gedenken, zijn we van hem, mensen in zijn plan. Soms spreken we daarbij grote woorden die iets van de bijzondere ontmoeting tussen God en mensen laten zien. Mooie woorden die spreken over een geloofsgemeenschap die al eeuwen mag bestaan. Maar ook woorden die onrust met de huidige praxis, menselijke onhandigheid of verlangen benoemen. Ook dat is heel belangrijk: waar onhandige mensen over woorden struikelen, groeit het mysterie van de goede God. Hij die feilbare mensen aan tafel wil blijven ontmoeten en die ons vaak beperkte verlangen naar hem en naar zijn Zoon juist in het avondmaal opwekt en beantwoordt. GERANNE TAMMINGA IS PROJECTLEIDER VAN WEETWATJEGELOOFT EN REDACTEUR VAN ONDERWEG

Samenvatting

Het avondmaal laat zien wie we zijn: bang, onhandig, veel te druk met aardse zaken. Het laat ons zien wie we zijn in relatie tot elkaar: een hechte gemeenschap en een onhandig groepje zoekers of misschien beide tegelijkertijd. Maar bovenal laat het avondmaal ons zien wie we zijn en kunnen worden in Christus. Om dat te ervaren, mag en moet je regelmatig proeven, kauwen en slikken. Tot slot nog een voorbeeld om in gedachten te houden wanneer je in je gemeente spreekt over avondmaal en beleving: er was een danseres die een prachtig ballet afleverde. Aan het eind van de voorstelling vroeg iemand haar: ‘Wat wilde je nu zeggen met deze dans?’ Zij zei: ‘Als ik het had kunnen zeggen, had ik het niet gedanst.’

9


 INTERVIEW

‘De spanning die in het avondmaal zit, moet je niet willen oplossen’ ‘Je kunt het avondmaal niet in woorden vangen, je moet het gewoon doen’, stelt Jasper Bosman (33, GKv) die binnenkort in Kampen op dit onderwerp hoopt te promoveren. Zijn onderzoek resulteerde in een proefschrift: Celebrating the Lord’s Supper in the Netherlands. Bosman wil met zijn proefschrift predikanten en kerken inspireren om ruimte te geven aan de beleving van het avondmaal.

TEKST ELZE RIEMER BEELD HANNA KLOP

De viering van het avondmaal is te vergelijken met het zingen van een lied, zegt Jasper Bosman. ‘Het avondmaal zegt veel meer dan in woorden is uit te drukken. Dus ik zou predikanten vooral op het hart willen binden: timmer de beleving van het avondmaal niet dicht met de woorden die je eraan geeft. Wees zorgvuldig en beknopt als het gaat om tekst en uitleg; het is een mystieke beleving die ruimte vraagt. Ik heb niets tegen formulieren, maar ik heb toch aardig wat gemeenteleden gesproken die zeiden: “als we tien minuten lang zo’n formulier aan het lezen zijn, heb ik moeite om daarna nog wat te ervaren.” De leer van het avondmaal hoef je niet elke keer samen te vatten op het moment dat je het viert. Je kunt het ook bewaren voor een cursus of leerdienst. Niet het vele is goed, maar het goede is veel, iets dat geldt voor alle elementen in een dienst. Je bespreekt ook niet

10

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

eerst een lied uitgebreid voordat je het gaat zingen. Je zingt het en laat de woorden het werk doen. Zo is het ook met het avondmaal; laat het maar gebeuren.’

Een van je aanbevelingen is om wekelijks het avondmaal te gaan vieren. Waarom? Zitten mensen daarop te wachten?

‘Als je het avondmaal een vaste plek geeft in de eredienst kan het daadwerkelijk landen in je lichaam en leven en zal je beleving ervan rijker worden. Daar ben ik echt van overtuigd. Het avondmaal is een ritueel en herhaling versterkt de betekenis van rituelen. Daarnaast: God heeft ons het Woord en de sacramenten gegeven. Waarom geven we dan in onze wekelijkse erediensten alleen maar een stem aan het Woord? Een van mijn conclusies is dat we grote behoefte hebben aan oprechte geloofsbeleving en dat die behoefte


volop de ruimte kan krijgen in het avondmaal. Door wekelijks avondmaal te vieren kun je in die behoefte voorzien, mits je zorgvuldig bent in de communicatie tijdens de viering. De vorm is ook niet onbelangrijk, experimenteer gerust: een gaand avondmaal, staand in een kring. Wees creatief, kijk naar wat haalbaar is en wissel vormen af. Verandering van spijs doet eten, zo realiseerde ik me toen ik deze gesprekken voerde. Concreet kun je daarbij kijken naar het kerkelijk jaar om zo ook in de uiteenlopende behoeften van gemeenteleden te voorzien: een viering op witte donderdag kan bijvoorbeeld ingetogener zijn, terwijl op eerste paasdag een jubelstemming mooi past.’ Het is de eerste keer in Nederland dat er onderzoek wordt gedaan naar de beleving van het avondmaal. Sinds zo’n vijftien jaar is er meer diversiteit gekomen als het gaat om de vorm waarin het avondmaal wordt gevierd, maar wat mensen precies beleven tijdens het avondmaal was tot nu toe niet diepgaand onderzocht. Bosman sprak voor zijn onderzoek met honderd gemeenteleden en zes predikanten van in totaal zes kerken.

Wat is je het meest bijgebleven van je onderzoek?

‘De grote diversiteit aan belevingen, tussen en binnen de kerken en tussen gemeenteleden en predikanten. Opvallend is bijvoorbeeld dat predikanten zowel de gemeenschap met Christus als tussen gemeenteleden benadrukken – dus horizontaal en verticaal – terwijl gemeenteleden vooral spreken over de gemeenschap met elkaar. Dit kan deels verklaard worden doordat gemeenschap vanuit de theologie vrij nauw gedefinieerd wordt, namelijk ‘als een lichaam worden’. Waar predikanten tijdens hun opleiding dergelijke theologische woorden aangereikt krijgen om uiting te geven aan deze gemeenschap met God, is het voor gemeenteleden waarschijnlijk lastiger om aan zoiets mystieks en persoonlijks woorden te geven. De beleving is er misschien wel, maar wordt niet benoemd. Ook bijzonder vond ik dat er tijdens de groepsgesprekken sprake was van veel emotie; er was altijd wel iemand die geraakt werd en moest huilen. Let wel: in positieve zin, echt over wat men tijdens het avondmaal beleeft en de schoonheid die men daarin ervaart.’

Waren de mensen die je interviewde overwegend positief of negatief over het avondmaal?

‘Vooral positief. Ik denk dat zo’n tien tot twintig procent zich negatief uitsprak over het avondmaal. Daar waren allerlei redenen voor. Het duurt bijvoorbeeld te lang, maar ook hygiëne, de angst om gezien te worden tijdens het lopend avondmaal of een negatieve ervaring vanuit de jeugd spelen daarbij een belangrijke rol.

11




 INTERVIEW

door Jezus is ingesteld om Hem te gedenken. Maar er zit in zijn woorden ook een toekomstperspectief dat volgens mij meer aandacht zou mogen krijgen.’

Heb je nog een concrete tip voor predikanten en kerken? ‘Praat erover met elkaar. Ik heb ontdekt dat dit heel weinig gebeurt. Ook mooi is om er als predikant over te preken, juist over dat verschil in beleving. Als blijkt dat gemeenteleden het moeilijk vinden om woorden te geven aan hun ervaring, reik hun die dan aan. Daarbij: gemeenschap met elkaar is ook iets diaconaals.

 ‘Wat is er mooier dan voedsel te delen?’

Je zou ze persoonlijke stressfactoren tijdens de viering kunnen noemen. Of mensen positief of negatief zijn over het avondmaal, heeft vooral te maken met wat mensen ervan verwachten en waaraan ze behoefte hebben. Dit blijkt heel uiteenlopend te zijn. Toen ik mensen vroeg naar hun eerste associaties hoorde ik regelmatig de woorden: offer, gedenken, feest, viering, sober, begrafenis en saai. Het gaat dus alle kanten op. Daarin zijn ook verschillende behoeftes te onderscheiden. De een wil het avondmaal eerbiedig en plechtig invullen, de ander wil er echt een feest van maken. Interessant hierbij is dat het vieringsaspect binnen de GKv veel sterker aanwezig is dan binnen de CGK, daar staan het gedenken en de soberheid meer centraal.’

Wat vieren of gedenken mensen dan vooral?

‘Over het algemeen kun je zeggen dat mensen bij het avondmaal terugdenken aan wat er 2000 jaar geleden is gebeurd. Het avondmaal wordt dus primair gezien als het gedenken van het offer van Jezus en wat dat persoonlijk voor iemand betekent. Ik vond dat opvallend, want het avondmaal is meer dan dat. Het houdt ook in dat je je bewust bent van de betekenis van Jezus’ offer en dat je vooruitkijkt naar het hemelse feestmaal. Dat laatste werd bijna niet genoemd. Voor een deel ligt dat, denk ik, aan het klassieke formulier dat al 450 jaar wordt gebruikt en waarin het nauwelijks wordt genoemd. Dan is het ook niet gek dat mensen klassieke bewoordingen geven aan hun ervaring. Tegelijkertijd zit het ook in de kern van het avondmaal dat

12

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

Het avondmaal heeft alles te maken met het dagelijks leven en het omzien naar elkaar. Dus vertaal het avondmaal door naar de praktijk. Neem bijvoorbeeld eten mee voor de voedselbank en zamel dat in tijdens de viering. Wat is er mooier dan om tijdens het avondmaal, waarin je voedsel van God ontvangt, te delen met de mensen om je heen die geen eten hebben?’

Ben je zelf ook anders tegen het avondmaal aan gaan kijken?

‘Ik ben meer en meer in gaan zien welke rijkdom er ligt besloten in het ritueel van het avondmaal, als het gaat om de beleving ervan en de gemeenschap die mensen ervaren. Er wordt ons hierin veel gegeven: niet alleen mensen doen iets. God gaat zijn weg met ieder van ons. Dus de spanning die in het avondmaal zit, hoort er echt bij en moet je naar mijn mening niet willen oplossen. Het past bij hoe God is en werkt. Het is lichamelijk en geestelijk. Het is iets van vroeger, maar ook iets van heden en toekomst. Het gaat over ellende, verlossing en dankbaarheid. Het is persoonlijk, maar ook samen met de gemeente en samen met God. Zonde en genade, feestvieren en gedenken. Het is prachtig hoe dit alles samen komt in dit ene sacrament.’ ELZE RIEMER IS GODSDIENSTWETENSCHAPPER EN JOURNALIST

In verband met het coronavirus is nog niet duidelijk wanneer de promotie zal plaatsvinden. Het boek Celebrating the Lord’s Supper in the Netherlands zal na de promotiedatum verkrijgbaar zijn via crh@rug.nl.


Gezamenlijke vergaderingen van GS en LV voorlopig digitaal

De komende tijd ziet er voor synode (GKv) en landelijke vergadering (NGK) anders uit dan gepland. De eerste twee gezamenlijke vergaderingen gaan vanwege de coronacrisis niet door. Hoe het daarna verder gaat, is onzeker. Voor 21 maart, 4 en 18 april stonden zogenaamde clusterbesprekingen gepland. Alle GS- en LV-afgevaardigden zijn verdeeld over drie clusters van ongeveer 25 personen, die elk een aantal rapporten van deputaatschappen en commissies bespreken. Cluster A gaat onder andere over dovenpastoraat, archiefbeleid, predikantszaken en de organisatie tussen twee synodes in; cluster B bespreekt de rapporten over de Theologische Universiteit, studiefinanciering, ondersteuning van gemeenten via Praktijkcentrum en NGT, contacten met de overheid en het Meldpunt misbruik; cluster C houdt zich bezig met geestelijke verzorgers in krijgsmacht, gezondheidszorg en bij justitie, contacten met andere kerken, liturgie en kerkdiensten en financiële ondersteuning van missionaire projecten en noodlijdende gemeenten. De drie clusters bereiden voorstellen voor de besluitvormende vergaderingen van de GS/LV voor. In plaats van de geplande clustervergaderingen van 21 maart en 4 april wordt er de komende weken digitaal vergaderd: alle afgevaardigden leveren hun bijdrage over de rapporten en voorstellen in de eerste ‘besprekingsronde’ per cluster en per thema digitaal aan. In dezelfde digitale omgeving kunnen de deputaatschappen en commissies vervolgens op een vergelijkbare manier reageren. Hoe het na deze eerste ‘besprekingsronde’ verder gaat, wordt daarna besloten.

Tekort dreigt voor herenigde kerk

Er dreigt een flink financieel tekort van de herenigde kerk waar GKv en NGK naar op weg zijn. Het tekort kan oplopen tot meer dan een miljoen euro. Dat blijkt uit een analyse van uitgaven en inkomsten voor het landelijke kerkenwerk, die aan de synode en landelijke vergadering is gepresenteerd. Het teruglopend ledental in de GKv is een belangrijke oorzaak van de lagere inkomsten in de komende jaren. Er is een commissie strategie en financiën ingesteld die in september met voorstellen komt. Daarbij zullen inhoudelijke keuzes over wat voor soort kerk GKv/NGK wil zijn, leidend zijn.

Aangenomen naar GKv Nieuwegein (gemeentepredikant): H.J. Boersma, die al als deeltijd-justitiepredikant aan deze gemeente was verbonden. Beroepbaar (GKv): kandidaat I. Poortinga (Kampen), ipoortinga@gmx.com

> Voor meer actueel nieuws ga naar onderwegonline.nl

Wees maar bang

S

oms heb je slechts een paar weekjes nodig om te ontdekken dat je banger bent dan je dacht. Het is mij overkomen, nu we volledig in de greep zijn geraakt van een epidemie die de ganse wereld tot crisisgebied maakte. Toen even geleden de run op mondkapjes het nieuws haalde maar ons land nog maar een handjevol corona-patiënten telde, sprak ik op het schoolplein een moeder. Of het terecht was, die gejaagde jacht op mondkapjes? ‘De Heer weet precies tijd en moment van mijn sterven’, zei ze. Ze citeerde Psalm 27: ‘Bij de Heer is mijn leven veilig, voor wie zou ik bang zijn?’ Ik mompelde iets bevestigends, dit was immers een volgelovig einde van alle tegenspraak? De moeder kreeg in de dagen die volgden bijval in de christelijke pers. In het RD waar de hoofdredacteur getuigde dat ‘niet corona heerst, maar God regeert’. Even erna las ik dat een christenbroeder adviseerde ‘eerst je handen te vouwen, dan je handen te wassen’. Terwijl epidemiologen onbevattelijk onrustbarende scenario’s schetsten, infectiecijfers stegen, IC’s volliepen, beurskoersen kelderden en scholen sloten, kwam een ‘Gebed vanwege corona’ langs: ‘We willen vertrouwen dat het goed komt. We willen onszelf en anderen niet bang maken. Ons leven is uit en in uw hand. Behoed ons en bewaar ons. Amen.’

 Dit was immers een volgelovig einde van alle tegenspraak?  Ik zie mensen die het hartelijk meebidden en in vol geloofsvertrouwen deze oorlog in de ogen kijken. Er is herkenning en toch vind ik het moeilijk - voel me wankelen tussen angst, bezorgdheid, ontzetting en momentjes van wiebelig Godsvertrouwen. Onze huidige vijand is onbekend, onvoorspelbaar en levensgevaarlijk: één om serieus bang voor te zijn. De Bijbel staat vol bemoedigende teksten over angst, zielstrelende verzen zelfs, zoals in Psalm 56: ‘In mijn bangste uur vertrouw ik op U.’ Maar dit is niet het moment om ze te snel als een stel jongleerballen in de lucht te gooien. Ben je bang? Kruip maar weg in je huis, spreek je uit, vertel het elkaar, vertel het God of breng het zwijgend bij Hem. Angst maakt afhankelijk en klein, het doet ons onze kwetsbaarheid en tijdelijkheid beseffen, zoals Okke Jager eens dichtte: ‘Verraadt ons aller angst zich niet, in wie het leven weerloos liet?’ Wees maar bang.

ESTHER DE HEK IS TEKSTSCHRIJVER EN HOOFDREDACTEUR VAN ONDERWEG 13


‘ Avondmaal, je viert het samen!’ Het avondmaal is een wezenlijk onderdeel van gemeente-zijn. Toch kun je als kerk best worstelen met de vorm. Hoe zorg je ervoor dat die vorm aansluit bij de inhoud? En hoe kun je aandacht geven aan de beleving van het avondmaal? Wij spraken met drie kerken die hier allemaal op eigen wijze invulling aan geven.

TEKST ANNEMARIE VAN DEN BERG – NAP 14

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020


 REPORTAGE

‘In het avondmaal komt Christus wezenlijk naar ons toe’ De Open Hof. NGK Dordrecht. Stadsgemeente.

Dominee Rein Hoekstra, die nu zo’n zeven jaar aan de gemeente verbonden is, typeert zijn gemeente als een dynamische gemeenschap die haar naam eer aan doet: ze is open en gastvrij. Waar veel gereformeerde kerken eens per maand of nog minder frequent avondmaal vieren, doen ze dat in Dordrecht elke week. ‘Dat is al vanaf de jaren zestig zo. Vanaf het ontstaan heeft de gemeente het verlangen gehad om dichtbij de kernwaarden te blijven zoals je die ziet in Handelingen bij de eerste gemeente. Het breken van het brood hoort daar nadrukkelijk bij.’

 ‘Iedereen mag meedoen en brood en wijn ontvangen, jong en oud’  Vluchtelingen

‘Zo’n twee jaar geleden kwamen er zo’n 150 Syrische vluchtelingen in onze stad. Ongeveer twintig van hen kwamen bij ons in de kerk terecht. Op het moment dat we avondmaal gingen vieren, stonden een paar mensen op en vroegen: ‘Ze mogen toch wel gewoon meedoen?’ En dat is eigenlijk geen vraag; iedereen mag meedoen en brood en wijn ontvangen, jong en oud.’ Qua vorm wisselt de gemeente af. ‘In de gewone diensten vieren we lopend avondmaal, een beetje volgens de Anglicaanse traditie, afgewisseld met de viering van de maaltijd aan tafel. Zo kom je tegemoet aan de verschillende wensen van de mensen in de gemeente.’

beetje gek, maar het helpt om je bewust te worden van wat er gebeurt. Daarbij hebben we het grote voorrecht dat we in onze gemeente goed opgeleide zangers en musici hebben, waardoor de maaltijd van de Heer ook muzikaal prachtig ondersteund wordt.’

Menselijk

Tegelijkertijd is beleving iets heel menselijks, stelt dominee Hoekstra. ‘Ja, we willen iets van het bijzondere ervaren, want dat is kostbaar. Maar als je er veel naar zoekt, ontglipt het je ook vaak. Vergeet ook niet dat er veel kinderen bij zijn. Dus het is altijd wel een stapje om daar ook te komen, om concentratie en aandacht op te brengen. Maar onlangs vertelde een jongen van midden twintig mij: “Toen ik naar voren liep, voelde ik Gods genade in me.” Dat raakte me. Dat is wat je hoopt, dat het avondmaal een moment is dat je echt iets ervaart en ontvangt van Gods aanwezigheid, en dan niet op een sentimentele manier. Wat je ziet bij de vroege kerk is dat bij het avondmaal de Geest van de Heer heel sterk aanwezig was. Zo vonden er ook genezingen plaats tijdens het avondmaal. Het avondmaal is dus niet zomaar een ritueel dat afgehandeld moet worden, maar een moment waarop Christus wezenlijk en helend naar ons toekomt.’

Stilte

Als je zondag aan zondag avondmaal viert, hoe bewaak je dan het bijzondere van het moment? ‘Het avondmaal is voor ons geen cognitief verbaal moment, maar juist de stilte en de geestelijke concentratie is heel kostbaar. Het brood en de wijn worden ook door diverse mensen uitgedeeld, dat zijn niet alleen ambtsdragers. Vaak spreken ze een kort zinnetje uit, zoals: ‘het lichaam van Christus voor jou verbroken’. In het begin klinkt dat misschien een

De Open Hof, NGK Dordrecht

15




 REPORTAGE ‘ We lopen als gemeente naar voren en ontvangen daar het brood en de wijn’ De Gereformeerde Kerk Langerak. De nieuwe naam voor Bethelkerk (NGK) en Koningskerk (GKv). Soms is het samengaan van twee gemeentes aanleiding om de liturgie onder de loep te nemen. Begin dit jaar zijn de Bethelkerk (NGK) en de Koningskerk (GKv) een kerk geworden: Gereformeerde Kerk Langerak en omstreken. Ina Schep en Jeannet Blonk hebben zich vanaf september 2019 onder andere beziggehouden met de vraag hoe die nieuwe gemeente het avondmaal wilde gaan vieren. Ina: ‘Er moesten allerlei taken worden ingevuld en we wilden dit niet doen vanuit het idee: zo deden wij dat in de Koningskerk of Bethelkerk altijd. We zijn echt een nieuwe gemeente en wilden daarom ook met een frisse blik naar het avondmaal kijken.’

het avondmaal. Uit alles blijkt dat het een heel zorgvuldig proces is geweest. Jeannet: ‘Toch heb ik er best weleens van wakker gelegen hoor. Hoe krijg je alle verschillende wensen en ideeën bij elkaar?’ Hoewel het proces intensief was, kijkt Ina er met tevredenheid op terug. ‘Ik vond het mooi om nu eens met verschillende mensen de diepte in te gaan over het onderwerp avondmaal. Normaal gesproken doe je dat niet zo snel. Nu stelden we elkaar in de werkgroep vragen als: wat betekent het avondmaal voor jou? Hoe beleef jij het? Welke teksten staan er eigenlijk in de Bijbel over het avondmaal?’

Intensief

Jeannet koppelde de bevindingen uit de werkgroep terug met het kernteam, zodat ook zij goed bij het proces betrokken bleven. Voor de themadienst hadden de predikanten een paar vragen opgesteld waar de gemeente over in gesprek ging, zoals: tijdens de viering van het

Ina en Jeannet laten een schema zien van alle stappen die ze gezet hebben: van het vormen van een werkgroep en de terugkoppeling naar het kernteam, tot het bespreken van de ideeën met de gemeente in een themadienst rondom

Benieuwd

‘Het avondmaal is een moment tussen jou en God, maar ook iets dat je deelt met de hele gemeente’ NGK Nijmegen. Relatief veel jonge gezinnen en hoogopgeleide ouders. Al zo’n tien jaar is Dineke Eikelboom-Brinks actief voor de liturgiecommissie in haar kerk, de NGK in Nijmegen. ‘We hebben relatief veel jonge gezinnen, waarvan de ouders hoogopgeleid zijn en werken. Dat zie je ook terug in hoe ze betrokken zijn. Er wordt vaak de vraag gesteld: waarom doen we het zo? Als kerk willen we dingen met aandacht doen. We pakken steeds een thema beet en gaan daarmee aan de slag. Zo’n vier jaar geleden hebben we daarom opnieuw gekeken naar hoe we avondmaal vieren en hoe dat beleefd wordt.’ Vanaf het begin werd de gemeente hier zoveel mogelijk bij betrokken. ‘We wilden als commissie niet van alles voor de gemeente bedenken, maar samen met de gemeente. Daarom hebben we om input gevraagd. Een punt dat al snel naar boven kwam, was dat het avondmaal zowel een persoonlijk moment is tussen jou en God, als een gemeenschappelijke gebeurtenis. Je viert het samen!’

Kring

In dit gesprek kwamen verschillende vormen ter sprake:

16

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

het aan tafel vieren, het naar voren lopen of een kring vormen. ‘We besloten het bij de oude vorm te laten, namelijk de kring, omdat je daar zowel het individuele als het gemeenschappelijke beleeft. De symboliek van een kring is dat je niet alleen het lichaam van Christus ontvangt, maar dat je als gemeente met elkaar ook het lichaam van Christus vormt.’ Om het gemeenschappelijke element van het avondmaal te onderstrepen, wordt na het avondmaal samen geluncht. ‘Die lunch is eigenlijk een voortzetting van het avondmaal, want dat bestaat voor ons niet alleen uit dat serieuze moment, maar ook uit de ontmoeting die we hebben met elkaar. Om ervoor te zorgen dat deze twee onderdelen van de dienst natuurlijk aan elkaar gekoppeld werden, hebben we besloten om het avondmaal helemaal aan het eind van de viering te houden. In de kring sluiten we dan de dienst af en gaan direct door naar de lunch.’


avondmaal verbindt Jezus zijn leven aan jouw leven. Wat betekent deze verbinding voor jou? Met welke gedachten vier jij avondmaal? Ina: ‘Ik zat in een groepje waar we met elkaar deelden wat het avondmaal voor iedereen betekent en hoe je dit ervaart. Zo’n gesprek geeft echte ontmoeting en verbinding.’ Het was voor Ina en Jeannet zelf ook bemoedigend om te zien dat er zoveel mensen aan het gemeentegesprek deelnamen. Jeannet: ‘Ik denk dat de gemeente erg benieuwd was en graag mee wilde denken.’ Uit het hele proces rolt het besluit om het avondmaal voortaan gaand te vieren, door als gemeente naar voren te lopen en daar het brood en de wijn te ontvangen. Ina: ‘Het mooie van deze vorm vind ik dat je als gemeente echt in beweging komt, het leeft. Ook voor de kinderen is het mooi om mee te maken. Je bent er zo als hele gemeente veel meer bij betrokken.’ Onlangs werd voor de eerste keer op deze manier het avondmaal gevierd. Een spannend moment voor Ina en Jeannet. Ina: ‘Ik heb eigenlijk alleen maar positieve geluiden gehoord. Persoonlijk was ik ontroerd toen ik naar al die mensen keek die naar voren liepen. Het duurde misschien wel een half uur; het was een enorme stroom van mensen. Maar uiteindelijk is de vorm ondergeschikt aan de inhoud. Het gaat echt om de rijke inhoud van het avondmaal.’

Verbindend

In de stille week viert de gemeente ook op andere manieren avondmaal. ‘We hebben enkele jaren kleine vieringen bij mensen thuis gedaan met daarin een korte overdenking, stilte en samen het brood breken en de wijn drinken. De vraag was toen of er altijd een ouderling bij moest zijn. Maar omdat dit eigenlijk voor niemand een punt was, hebben we dat losgelaten. Vorig jaar hebben we voor het eerst in de stille week een pesachmaaltijd gehouden met zo’n veertig man. Aan deze maaltijd zit een hele liturgie vast waarin je stilstaat bij de laatste keer dat Jezus met zijn discipelen deze maaltijd vierde. Dit werd door iedereen erg mooi gevonden, daarom doen we dat dit jaar opnieuw.’ Hoe verbindend het avondmaal kan zijn, ondervond de gemeente een paar jaar terug, toen enkele jongens uit de gemeente om het leven kwamen als gevolg van een ski-ongeluk. ‘De eerste zondag dat we daarna avondmaal vierden en in de kring stonden, hebben we elkaar even stevig vastgepakt. We voelden allemaal het verdriet. Het avondmaal is zeker op zulke momenten heel krachtig.’ ANNEMARIE VAN DEN BERG – NAP IS CULTUREEL ANTROPOLOOG EN JOURNALIST

Felicitatie

V

lak voor het coronavirus de Europese universiteiten platlegde, reisde ik, als zijn hoogleraar, per spoor naar de Antrittsvorlesung van Benjamin Kilchör, collega aan de Staatsunabhängige Theologische Hochschule in Bazel. De banden tussen de kleine orthodox-protestantse universitaire theologische opleidingen in Europa zijn nauw. Vaak is hun geschiedenis ook met elkaar vervlochten. Samuël Külling, de oudtestamenticus die in 1970 de opleiding in Bazel oprichtte, was in 1964 aan de Vrije Universiteit gepromoveerd en onderhield goede banden met zijn vrijgemaakt-gereformeerde collega’s in Kampen. In Bazel was hij op zijn beurt de leermeester van theologen die het Bijbelinstituut België vanaf 1981 omvormden tot de Evangelische Theologische Faculteit in Leuven. En Leuven was weer de plek waar meerdere van de huidige hoogleraren in Bazel hun doctoraat haalden.

Antithetische houding is veranderd in een open dialoog 



Deze gezamenlijke wortels zijn behulpzaam in een tijd waarin de eigen identiteit van de instellingen nog fier overeind staat, maar de felle antithetische houding is veranderd in een open dialoog met andersdenkenden. We nemen elkaar mee in projecten en helpen elkaars netwerken te verbreden. Bovendien praten Benjamin en ik op congressen bij een biertje graag door over wat het vandaag betekent Bijbelwetenschapper te zijn. Alle reden om even namens Leuven en Kampen een felicitatie over te brengen (zonder handen te schudden). De boodschap van zijn lezing was eenvoudig: als je een Bijbelpassage niet begrijpt, kun je beter verder zoeken naar de betekenis ervan dan dat je de tekst aanpast of in de rede valt. Neem Exodus 19-24. Op het eerste gezicht is hier niet duidelijk op welke plek God, Mozes, de oudsten en het volk Israël zich tijdens de verbondssluiting bij Sinaï bevinden. Tot je ontdekt dat de gradaties in het naderen tot God en Gods naderen tot de mensen op en rond de berg precies dezelfde zijn als later bij de tabernakel. Dat geeft toch weer te denken. Over het boek Exodus en de heiligheid van de HEER. En niet minder over zijn ultieme nadering en aanwezigheid in Jezus, Immanuël, God met ons.

KOERT VAN BEKKUM IS UNIVERSITAIR HOOFDDOCENT OUDE TESTAMENT AAN DE ETF LEUVEN EN DE TU KAMPEN 17


Avondmaal in de kring Vijftien jaar geleden kwam de vraag op in onze gemeente: kunnen we het avondmaal niet in onze Bijbelkring vieren? Een logische vraag, want we hadden in onze gemeente kleine kringen en vaker avondmaal vieren gestimuleerd. Dat zoiets zou uitmonden in de wens om in de kring avondmaal te vieren, past hierbij. Maar is hier wel een rol weggelegd voor kleine kringen? En wat betekent dit voor de vraag TEKST HANS SCHAEFFER

met wie we avondmaal vieren?

18

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020


 BESCHOUWING

In 2008 liet wijlen Jaap Modderman in zijn boek Kerk (in)delen zien hoe veel kleine gereformeerde kerkverbanden vanaf het jaar 2000 bewust inzetten op het ontwikkelen van kleine kringen. We zetten ons af tegen formalistische en institutionele manieren van kerk-zijn. We zochten het in de ontmoeting onderling: daar kon pastoraat worden beoefend, daar zou de groei van levensheiliging besproken worden. Zo konden we laagdrempelig open staan voor onze niet-christelijke buren of vrienden. Zo konden we een kerk met kringen zijn. Niet de formele structuur van kerkenraad, ouderlingen, huisbezoeken en zondagse kerkdiensten stond centraal. Het waren de onderlinge ontmoeting en bemoediging rond een open Bijbel in de kring die de celstructuur van het gemeente-zijn zouden bepalen.

Frequentie Tegelijkertijd is in de eerste twee decennia van de 21e eeuw ook een ontwikkeling te zien dat kerken zich bezonnen op de avondmaalsviering. Dat ging vaak over de vorm waarin we vierden, maar ook over de frequentie. Vanouds vieren gereformeerde kerken vier tot vijf keer per jaar avondmaal. Dat was ook mede tegenover de typisch roomskatholieke visie en praktijk: elke dag de mis, terwijl de gewone vrouwen en mannen intussen nog maar nauwelijks een mis bezochten. Maar goed, rond de laatste eeuwwisseling ontstond toch weer een behoefte aan vaker avondmaal vieren. Hoewel de gereformeerde oerkerkvader Calvijn pleitte voor een wekelijkse viering, gaat dat veel kerken te ver. Toch is in heel wat kerken nu een maandelijkse viering gebruikelijk. Vaak is daarbij een afwisseling in de vorm van de viering ingevoerd: aan tafels, door de banken heen, gaand of lopend avondmaal of staande in een kring.

Laagdrempelig Beide ontwikkelingen kunnen niet los gezien worden van de sociaal-culturele context van Nederland en het Westen. Ik denk in dit opzicht vooral aan twee zaken. Allereerst het grote accent op beleving: geloven is niet alleen een stellig weten, maar ook ervaren. De wat rationeel gekleurde gereformeerde kerken gingen meer nadruk op de ervaring leggen. Geloven moet je delen en vertellen, je moet het persoonlijk en laagdrempelig maken. Dat alles lukt beter in een kleine kring dan in een grote gemeente. Parallel hieraan wilden

we van die statig plechtige avondmaalsdiensten meer een ervaring van heil maken. In plaats van vier diensten per jaar met lange stiltes, tot wel zes ‘tafels’, en vaak een wat bedrukte sfeer, met lange formulieren, toelatingsbrieven en attesten geven we de voorkeur aan diensten die je persoonlijk en meer in relatie met elkaar beleeft. Naast beleving speelt ook de deïnstitutionalisering een belangrijke rol. Vanwege de nadruk op ervaring en beleving is de kerk niet allereerst dat plechtige instituut, maar veel meer een plek voor levendige en persoonlijke ontmoeting. Niet de zondagse eredienst, maar de kleine kring. Het groeiende accent op netwerken in plaats van instituten is iets wat in de hele samenleving terug te zien is. Alle oude instituten hebben het moeilijk. Vakbonden en partijen, clubs en belangenbehartigers: ze worden steeds informelere netwerken. Het is dan ook logisch dat kerkgangers zich gaandeweg meer kringbezoekers voelen. Niet de zondag, maar de kringavond voelt als het zwaartepunt van hun geloofsleven. Maar, kunnen we dan ook niet in die setting avondmaal vieren? En moet daar dan per se een dominee of een ouderling bij zijn?

Allergisch De vraag ‘in welke kring vier ik avondmaal?’ is typerend voor een protestantse geloofs- en kerkbeleving. Een rooms-katholieke christen zal nooit verzinnen dat je gewoon zelf, met elkaar, onderling avondmaal viert. Dat kan gewoon niet, daar is een priester voor nodig. In de protestantse tradities kennen we zulke hoge ambtsopvattingen veel minder. We zijn een beetje allergisch voor mensen die menen een bijzondere bemiddeling van Gods genade te kunnen bewerkstelligen. Toch betekent dit niet dat kerkenraden of predikanten massaal toestemming geven voor avondmaal in de Bijbelkring. Waarom niet?

Grenzen Dat heeft te maken met de nadruk op de vraag wie toegelaten worden tot de viering. Het is immers niet zomaar een gezellig etentje. Avondmaal gaat over zonde, zondebesef en verzoening van zonden: over nieuw leven in gehoorzaamheid achter onze Heer aan. Het gaat over bewuste erkenning van en eenwording met het lijden en sterven van Jezus als onze Heiland. Avondmaal stelt daarom ook grenzen: avondmaal en ongeloof horen niet bij elkaar. En

19




 BESCHOUWING

wie mag dat avondmaal bedienen? Wie stelt die grenzen, wie beslist over waar, wanneer en met wie? Religieuze en kerkelijke macht in kleine kringen kan ontsporen; deze kan onterecht uitsluiting bewerkstelligen en de grenzen van het evangelie onrecht doen. Daarom hebben kerken rond de sacramenten van doop en avondmaal behoefte aan transparant leiderschap. Wie wel of niet ‘hoort’ bij de kerk, gedoopt mag worden en avondmaal mag meevieren, dat is een zaak van iedereen. Daarom moeten we dat goed ordenen en regelen om misbruik zoveel mogelijk te voorkomen. Een goede regeling dient de veiligheid van de gemeente en van de individuele gelovige. Zo worden manipulatie en machtsmisbruik in elk geval iets minder gemakkelijk. Toch betekent dat niet: avondmaal mag alleen op zondag in de kerk. Er zijn immers al tal van uitzonderingen. Als het gaat om mensen die langdurig geen kerkdiensten kunnen bezoeken: zieken, mensen die in een verzorgingshuis of instelling verblijven, christenen die als militair worden uitgezonden naar conflictgebieden. Er is dus een breed gedragen besef dat uiteindelijk elke vorm van formalisme bij het avondmaal ongepast is. Formalisme mag niet de doorslag geven in zaken van de kern van het geloof: eenheid met Christus, verbondenheid aan diens lijden en sterven, hoop op het eeuwige leven en kracht voor geloven elke dag. Dus regelen we ook ruimte. Bewust dekken we niet alles af of overreguleren we de viering. Want het komt niet aan op het houden van regeltjes, maar op het deelhebben aan Jezus Christus en die gekruisigd. Daarmee wordt een kern geraakt die ik zo zou willen omschrijven: niet de kerk bepaalt wat avondmaal is, maar een avondmaalsviering bepaalt wat kerk-zijn is.

Vacuüm De uitspraak ‘avondmaal bepaalt wat kerk-zijn is’ ontleen ik aan het werk van de oosters-orthodoxe theoloog en

Gespreksvragen

•Z ou jij graag avondmaal willen vieren in de kleine kring? Waarom (niet)? • I s jouw kleine kring eigenlijk jouw kerk? Hoe kijk je aan tegen verbondenheid met andere christenen? • Hoe kun je als kring duurzaam kerk zijn? (Duurzaam: met voldoende bronnen om richting te krijgen en voldoende energie om ons christen-zijn ook over te dragen aan nieuwe generaties).

20

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

priester Alexander Schmemann (1921-1983). In zijn kleine maar zeer invloedrijke boekje For the Life of the World (1970) wijst hij allereerst op de context van geloof- en kerk-zijn: onze gebroken werkelijkheid. We zijn immers geen kerk in een vacuüm of op een religieus eiland. We leven in een wereld en in een samenleving die getekend zijn door gebrokenheid, schuld, zonde, verdriet en onmacht. Het is in deze gebroken wereld dat Christus het vreugdevolle teken is dat het kwaad overwonnen is. Kerk-zijn is in navolging van Christus, zelf teken willen zijn van deze overwinning. Schmemann benadrukt dat het avondmaal de belichaming is van deze vreugde. Hier komt de gemeenschap van gelovigen tot stand. Hier ontstaat herstel van gebroken relaties met God en met mensen. Door de viering van het geheim van Gods heil wordt dit werkelijkheid. Het avondmaal vieren is een daad van geloof, vertrouwen en kracht. In het avondmaal, met alle woorden die daarbij gesproken worden, laten volgelingen van Jezus zien uit wie zij leven: vanuit hem die zichzelf gaf voor ons. Nu kent het avondmaal tal van aspecten: het gaat over zonde en lijden, over eenheid met God en elkaar, over toekomstverwachting en herdenken van wat gebeurd is, over de schepping en menselijke arbeid (brood en wijn), om niet meer te noemen. In al die aspecten is het toch allereerst de Heer van de kerk zelf die daarin werkzaam is. De kerk, een instituut, bepaalt niet wat avondmaal is. Want wij geloven dat het niet gaat om een ritueel dat bedacht is door een clubje mensen, om een inspirerend


Dat is wat Paulus in 1 Korintiërs 11 aan de orde stelt wanneer groepen het avondmaal benutten ten koste van anderen. Wie avondmaal viert, moet op de een of andere manier de verbondenheid in Christus ook laten doorwerken in relaties met medechristenen. Avondmaal in de kleine kring is heel goed mogelijk, maar dan nooit losgemaakt van of onverbonden met de grote gemeenschap van de kerk. Daarmee bedoel ik de kerk van vandaag: de kerkelijke gemeente en kerkverbanden. Maar ook de kerk van vroeger en morgen. Dat is de traditie van de kerk in al haar breedte en de nieuwe generaties die we willen inwijden in de leefgemeenschap van Gods koninkrijk.

onderdeel van menselijke oorsprong, maar om een sacrament dat van Godswege werkzaam is in ons leven. Dan ontstaat van Godswege in en door de viering de gemeenschap van wie door hem aan zichzelf verbonden worden. Door verbonden te zijn met Jezus, worden we ook met elkaar verbonden. We krijgen in Christus door elkaar een kring van medegelovigen om ons heen om ons te helpen op weg naar het eeuwige leven.

Oecumenisch Met wie vier je avondmaal? Dat kan dus heel goed ook in de kring. Daar zitten heus nog allerlei haken en ogen aan. Te veel kwesties om nu even uit te zoeken. Toch is dit helder: in de viering van het avondmaal ontstaat gemeenschap tussen God en mensen. De kerk ontstaat waar zij het avondmaal viert. Om werkelijk gemeenschap te kunnen zijn, moet er ook verzoening plaatsvinden. Relaties met God en met anderen zijn immers vaak gebroken. Het gebroken brood en de rondgedeelde beker met wijn betekenen een nieuwe gemeenschap in Christus’ lichaam en bloed, waarin het oude en gebrokene hersteld en verzoend wordt. Die nieuwe gemeenschap gaat natuurlijk verder dan de kring van dat moment. Wie avondmaal viert, zoekt de katholieke, de algemene, kerk op. De kerk van alle plaatsen en tijden. Wanneer ik vier dat mijn band met God hersteld is, gaat daarvan een appel uit om ook die ander, die God liefheeft en de wil van God doet, te zoeken. In die zin is liturgie (avondmaal) oecumenisch.

Avondmaal vieren met je Bijbelkring, als kerkenraad, op een conferentie, als studentenvereniging, het gebeurt al en er wordt volop mee geëxperimenteerd. Ik denk wel dat we in de bezinning hierop verder moeten gaan. Wat betekent dit voor aanverwante thema’s zoals ambtsvisie, kerkvisie of sacramentsvisie? Gelet op de praktijk van kerk-zijn en kringen is zo’n doordenking erg gewenst. Anders gaat de praktijk ongemerkt een eigen gang waarin zorgvuldige afweging en bezinning, en ook verantwoording, geen prioriteit krijgen. HANS SCHAEFFER IS HOOGLERAAR PRAKTISCHE THEOLOGIE AAN DE TU KAMPEN EN REDACTEUR VAN ONDERWEG

Samenvatting

In de kleine gereformeerde kerken is sinds een jaar of twintig veel aandacht voor het kerk-zijn in kringen. Vanzelfsprekend komt dan de vraag op of je in de kring ook avondmaal mag vieren. Ik stel hier dat dit zeker kan, maar nooit zonder het zoeken naar de kerk in de brede zin van het woord. De brede bedding van kerk-zijn is nodig voor een duurzaam geloof.

Literatuurtips

• Alexander Schmemann, For the Life of the World: Sacraments and Orthodoxy, New York (St. Vladimir’S Seminary Press), 1973 • Nicholas Wolterstorff, De God die wij aanbidden: op verkenning in de liturgische theologie, Kampen (Buijten En Schipperheijn B.V.), 2019

21


 PRAKTIJKLOKAAL > Onze rubriek Praktijklokaal is grotendeels gewijd aan hoe we in deze periode dat Nederland vanwege het corona-virus ‘op slot’ zit toch kerk kunnen zijn: ‘kerk in quarantaine’. Op onze website worden tips voor jeugdwerk, gebed, thuisvieringen, pastoraat etc. steeds aangevuld. Zie www.onderwegonline.nl/kerkinquarantaine.

Thuis met kinderen kerk vieren Sinds zondag 15 maart zijn vanwege het rondwarende coronavirus vrijwel alle kerkdiensten in kerkgebouwen afgelast, dus ook de kinderkerken, nevendiensten, kindermomenten tijdens de dienst. Ook gezinnen vieren de kerkdienst komende periode thuis. Hoe kun je dat doen? Wij verzamelden mooie tips en ideeën. •H oud een thuisviering volgens een programma van de website www.lerenindekerk.nl. •V oor haar eigen gemeente en andere kerken schrijft Ingrid Plantinga programma’s voor thuisvieringen. Door de keuzeonderdelen zijn deze geschikt voor gezinnen met jonge kinderen, tieners, singles of senioren. De eerste thuisviering staat inmiddels online en is gratis te gebruiken. • Op Jong Protestant (www.jongprotestant.nl) vind je een aantal werkvormen die gezinnen kunnen helpen om in

Techniek bij kerk-zijn op afstand Digitaal deskundige Eric van den Berg kwam, toen bekend werd dat gemeenten niet meer zondags samen konden komen, vrijwel direct met adviezen over online streaming. ‘Ik deel graag mijn kennis en er is nood aan de man. Dan is voor mij appeltje-eitje om kerken te helpen’, reageert Eric op de vraag waarom hij direct tips en adviezen deelde. Wat is echt dé tip voor kerken die nu veel meer online en op afstand ‹gemeente› moeten zijn? ‘Hou elkaar digitaal vast totdat je elkaar weer de handen kunt schudden. Met naastenliefde, bemoediging en zorg. Vergeet niemand. De techniek die je daarvoor gebruikt, is nu in letterlijke zin het hulpmiddel om samen een kerkgemeenschap te vormen. Of dat nu Whatsapp, Zoom of Facebook Live is.’ > Regelmatig schrijft Eric de komende tijd blogs met tips en adviezen over online kerk-zijn. Zie www.isimedia.nl/blog.

22

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

tijden van het coronavirus thuis kerk te zijn met kinderen en jongeren. • Verhalenverteller en poppenspeler Matthijs Vlaardingerbroek plaatst iedere vrijdag een online programma op zijn website www.creatiefkinderwerk.nl. • Organiseer met de kinderen een eigen ‘kliederkerk. In een kleine groep kun je aan de slag gaan met thema’s als onzekerheid, angst én vertrouwen. Op www. protestantsekerk.nl/nieuws/kliederkerk-en-corona is uitgebreide aanpak te vinden. •O p de website van MissieNederland (www. missienederland.nl) presenteert Jan Willem Janse een mooi overzicht van (thuis)alternatieven voor een kerkdienst, ook voor gezinnen. > Lees meer tips op www.onderwegonline.nl/ kerkinquarantaine

Corona en jeugdwerk: how to? De verwachting is dat ook catechese en jeugdwerk wekenlang niet live in kerken kunnen plaatsvinden. Diverse gemeenten experimenteren met alternatieven. • In GKv Vathorst wordt catechese gegeven via de videoconference-platforms Discord, Google Hangouts en Cisco Webex. • Young & Holy biedt jeugdleiders, predikanten en gezinnen handreikingen om jeugdwerk thuis voort te zetten. Zie www.youngholy.nl. • Diverse predikanten sturen via de mail catechesestof en vragen ouders dit met hun kinderen door te nemen. • Onder andere de Barnabaskerk in Apeldoorn (CGK) gebruikt voor de belijdeniscatechese Skype. > Lees meer tips op www.onderwegonline.nl/ kerkinquarantaine


Corona en gebed Gebed is in deze moeilijke en onzekere tijd heel belangrijk. Er verschijnen speciale ‘coronagebeden’, op 18 maart jl. organiseerden diverse christelijke organisaties de Dag van Nationaal Gebed in verband met de coronacrisis. In de Utrechtse ‘Kerk aan het Lint’ van GKv Leidsche Rijn en NGK RijnWaarde kan iedere avond tussen 19 en 22 uur gebeden worden in de gebedsruimte van de kerk. Mensen kunnen zich via de website van ‘24-7 Prayer’ aanmelden om een uur alleen in de gebedsruimte te bidden. De ruimte is ingericht voor stilte, creativiteit, voorbede en om alles wat ons bezig houdt bij God, bij het kruis (dat ook in de gebedsruimte hangt) te brengen. > Op www.onderwegonline.nl/kerkinquarantaine vind je diverse ‘coronagebeden’.

Interessegroepen ook in andere kerken Ook nog een niet-coronagerelateerd bericht: de NGK Hoogeveen is een kleine gemeente: 63 leden, verspreid over een groot gebied. Deze NGK maakte twee jaar geleden de overstap van kringen naar ‘interessegroepen’, en ook andere gemeenten hebben daar belangstelling voor, zoals de GKv Hoogeveen en de NGK Steenwijk. De gemeente liep aan tegen de beperkingen van het kringensysteem, dat ervan uitgaat dat alle kringen hetzelfde doen: Bijbelstudie en basispastoraat. Dit bleek niet bij iedereen te passen. Het pastoraat zit daarom voortaan weer in het takenpakket van de ouderlingen. De gemeente wil hiermee verder, bleek onlangs uit een korte evaluatie. Hoe werkt het? Er werden groepen gevormd rond verschillende interessegebieden. Uiteindelijk zijn er zes groepen gekomen. Er zijn een paar zaken die voor elke groep gelden: • Actieve inzet is uitgangspunt. • Een groep telt minimaal vier leden. • Ze komen elke maand bij elkaar (in deze tijd virtueel). • Leden van de ene groep zijn welkom bij de andere en ook mensen buiten de gemeente zijn welkom. • De groep kiest zelf een groepsleider. • De Bijbel gaat bij elke groep open en de Bijbellezing sluit aan bij de interesse van de groep. • Samen bidden en zingen hoort erbij. Voorbeelden van interessegroepen zijn: een wandelgroep, een groep voor geloof en filosofie, een creatieve groep, Bijbelstudie, een LEV-groep (leren, eten, vieren), een culturele en een culinaire groep. De gebedsgroepen die er al waren, zijn blijven bestaan.

23


 STIMULANS

TEKST DEBBIE DEN BOER

Lees-, kijk- en luistertips VOOR GELOOFS- EN GEMEENTEOPBOUW

Multiculturele gerechtigheid Culturele en ook religieuze diversiteit kenmerkt onze samenleving in toenemende mate. Werd dit ‘multiculturalisme,’ in het verleden als een verrijking beschouwd, tegenwoordig zien veel Nederlanders het steeds meer als een bedreiging voor de samenleving. Opvallend is dan ook de vertaling van het essay van Engelsman Jonathan Chaplin over dit thema onder de titel Multiculturele gerechtigheid. In dit essay presenteert Chaplin een aantal gedachten over de diversiteit in Groot-Brittannië, geïnspireerd op het christelijk-sociaal denken. Hij betoogt dat we, in onze neiging om vooral de schaduwkanten van het multiculturalisme te belichten, niet moeten vergeten dat multiculturalisme ook een onmisbare bijdrage levert aan een rechtvaardige samenleving. Hoofddoel van het

essay is de principes verhelderen die ten grondslag liggen aan multicultureel overheidsbeleid. Chaplin onderstreept het belang van multiculturele gerechtigheid: een rechtvaardig overheidsbeleid voor culturele en religieuze minderheden. In de bundel Multiculturele gerechtigheid zijn, naast het essay zelf, ook vijf korte artikelen opgenomen met reacties op het essay, waaronder artikelen van de hand van medewerkers van de wetenschappelijke instituten van de politieke partijen SGP, ChristenUnie en CDA.

Missionair kerk-zijn

Op reis met Paulus

Wat komt erbij kijken als kerken niet-gelovigen in hun omgeving willen bereiken? Met het oog op deze vraag ontwikkelde Weetwatjegelooft.nl een kant-en-klare en laagdrempelige cursus voor kerken die werk willen maken van hun missionaire roeping. De cursus is gebaseerd op CentrumKerk. Het evangelie middenin je stad van Tim Keller, het standaardwerk waarin hij zijn theologische visie op missionair kerk-zijn uiteen heeft gezet. Wereldwijd laten duizenden christenen en kerken zich inspireren door het gedachtegoed van Centrum-Kerk. Ook in Nederland wordt er enthousiast gebruik van gemaakt. De cursus bestaat uit 32 video’s en podcastafleveringen, het werkboek Werken met Centrum-Kerk en videointerviews met deskundigen en gebruikers. Deze interviews zijn eind 2020 beschikbaar. Het werkboek bevat 32 korte hoofdstukken met verwerkingsvragen, met bij ieder hoofdstuk zeven praktische tips en vuistregels en zes praktijkvoorbeelden. Meer informatie over de cursus staat op www.weetwatjegelooft.nl/ centrumkerk.

Heb jij je altijd al eens in het leven van Paulus willen verdiepen? Ben je gefascineerd door zijn reizen en zou je hem het liefst willen vergezellen? Dan is het Bijbels dagboek Op reis met pionier Paulus van Cock Grandia iets voor jou. Dit unieke dagboek voor 185 dagen is in verhaalvorm geschreven, alsof het een reisverslag van Paulus zelf is. De reis begint in Jeruzalem en eindigt in Rome. Elke dag in het dagboek begint met een Bijbelgedeelte, waarna je een stuk over dit gedeelte van de reis kunt lezen. Als afsluiting is bij elke dag een vraag of doordenker te vinden. Het dagboek is geschikt voor jongeren en ouderen. Via www. royaljongbloed.com/nl/product/op-reis-metpionier-paulus/ kun je vast een kijkje nemen in het dagboek.

24

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020


 KRINGEN

Met Christ us aan tafel In het avondmaal komt Christus naar ons toe. In het brood en de wijn. In het gedenken van zijn lijden en sterven en vooruitzien naar zijn komst, maar ook in de ontmoeting met de ander. Dat zijn mooie gedachten, maar merk je daar ook iets van? Wat helpt daarbij en wat juist niet? Het avondmaal is niet zomaar een onderdeel van het kerk-zijn, stelt Hans Schaeffer. ‘De kerk ontstaat waar zij avondmaal viert.’ Daar wordt de gemeenschap tussen God en mensen vormgegeven. Het avondmaal heeft een eigen taal, die van eten, kauwen en slikken, benadrukt Geranne Tamminga. Wat in het avondmaal gecommuniceerd wordt, kun je niet helemaal in woorden vangen, zegt ook Jasper Bosman. Uit het onderzoek van Bosman blijkt dat er een grote diversiteit aan beleving van het avondmaal onder de avondmaalgangers is. Daarover met elkaar praten kan volgens hem verrijkend zijn. Juist als je zoekt naar een bijzondere ervaring in het avondmaal, ontglipt het je volgens dominee Rein Hoekstra. De onrust en het onhandige van het avondmaal horen er ook gewoon bij, zegt Geranne Tamminga. In deze werkelijkheid komt Christus naar ons toe.

betekent het voor je dat je zit of loopt, ontvangt, proef, kauwt, slikt, wat zie je, wat hoor je, wat voel je? Hoe is in al die dingen Christus aanwezig?

Inhoudelijke verdieping

Lees de artikelen in dit nummer over het Avondmaal en kijk naar het minicollege van Anton Huijgen (www. weetwatjegelooft.nl/les/wij-proeven-christusbinnenin/) 1. Welke kennis over het avondmaal heb je opgedaan? 2. Probeer eens met elkaar na te denken over de lijn die Hans Schaeffer inzet, dat het vieren van het avondmaal basaal is voor kerk-zijn. Hoe hebben de diverse kanten van kerk-zijn het avondmaal te maken? Probeer op basis van jullie gedeelde ervaringen en gesprek een aantal conclusies te trekken. 1. Wat helpt jullie om Christus te ervaren in het avondmaal? 2. Wat betekent dat voor je eigen manier van avondmaal vieren? 3. Geeft dit ook aanleiding om als gemeente het avondmaal anders te vieren? Wat zou er gebeuren als jullie het avondmaal elke week zouden vieren? Of in een kleinere groep, bijvoorbeeld met de groep waarmee je dit bespreekt? BRAM BEUTE IS REDACTEUR VAN ONDERWEG

De beleving van het avondmaal

TEKST BRAM BEUTE

Het gesprek over de volgende twee vragen is geen discussie. Het gaat om leren van elkaars inzicht en ervaring. Luister naar elkaar en stel alleen verduidelijkingsvragen: 1. Geloof je dat Christus in het avondmaal aanwezig is, zoals dat in de inleiding van rubriek beschreven wordt? Waarom geloof je dat (niet)? 2. Hoe ontmoet je Christus in het avondmaal? Betrek hierbij je lichamelijke activiteit en ervaring. Wat

> De rubriek Kringen is bedoeld voor gebruik in huiskringen en sluit aan bij de themaartikelen in de OnderWegeditie waarin de rubriek verschijnt. Vanwege drukte door de coronacrisis er bij deze rubriek dit keer geen online aanvulling.

25


 EYEOPENER

Een helplied, van de Korachieten De donkerste psalm, zo kun je Psalm 88 wel noemen. Alleen al het eind met die aangrijpende woorden: ‘mijn enige metgezel is de duisternis’. Het lied is afkomstig uit de kring van de Korachieten. We zingen het nauwelijks in de kerk. Psalm 88, dat kun je de gemeente toch niet aandoen?

26

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020


Mijn beste vrienden hebt u van mij vervreemd, mijn enige metgezel is de duisternis. Psalm 88:19

Uitkomst

Stil

Er staan in het Psalmboek meer liederen die donkere kanten van het leven bezingen. Ik denk aan Psalm 42, waarin de dichter zichzelf vergelijkt met opgejaagd wild dat snakt naar water. Zo verlangt zijn ziel naar God. De dichter klaagt dat het zo ontzettend donker is in zijn leven. Hij wordt overspoeld door allerlei ellende. Zoals de golven van de zee continu blijven rollen: ‘Al uw baren en golven slaan over mij heen. Waarom ga ik in het zwart?’ Maar aan het eind komt er weer licht. Een beetje organist neemt de gemeente mee. Hij last een tussenspel in, trekt vervolgens flink wat registers open en de mensen zingen uit volle borst:

Het erge is niet alleen dat de dichter er zo aan toe is, maar dat hij daarin ook Gods hand ziet. ‘U hebt mij onderin de kuil gelegd. U hebt bekenden van mij vervreemd. U hebt ervoor gezorgd dat ik afgrijzen bij mijn vrienden oproep.’ ‘Mijn naaste mijdt mij als de pest – U vindt het best’, zeggen de dichters van Psalmen voor Nu. Mijden ze hem, omdat ze zijn ellende niet konden aanzien, zoals dat wel vaker gaat? Als iemand gezond is en aangenaam gezelschap, ziet het leven er heel anders uit. Gezellig een avondje doorzakken, kletsen met vrienden, een wijntje of biertje erbij. Maar als iemand ziek wordt, niet meer de deur uitkomt, al tijden niet meer zo gezellig is, hoe gaat het dan? Bezoek neemt af, we sturen nog een kaartje en later misschien nog een, maar op den duur raakt zo iemand geïsoleerd. Langzaam maar zeker wordt hij of zij aan zijn of haar lot overgelaten. Het wordt stil, dankzij God.

Maar de HEER zal uitkomst geven, Hij, die ’s daags Zijn gunst gebiedt. ’k Zal in dit vertrouwen leven, en dat melden in mijn lied. Gelukkig, toch weer licht, toch weer lucht. Weg is de beklemming. Psalm 42 is even heel erg zwaar, maar eindigt gelukkig hoopvol. Het heeft een bevrijdende boodschap.

TEKST ROEL VENDERBOS

Maar Psalm 88? Daar ontbreekt die wending. Het blijft tot het eind triest en beklemmend donker. Het is als de duisternis voor de schepping. Alsof er nog helemaal geen licht geschapen is, afgrijselijk duister, oer- en oerdonker! De dichter voelt zich verschrikkelijk verlaten, door het leven, door zijn vrienden, door zijn bekenden. Niets is er over van zijn plannen, dromen en idealen. Het leven is over hem heen gewalst en hij kan geen kant meer op. ‘Ik ben als een man aan het eind van zijn krachten. Straks word ik als naamloze dode in een graf gegooid. Mijn graf moet het zonder steen doen. Ach, niemand zal ook de behoefte hebben om mijn graf op te zoeken’.

< Replica van het Italiaanse beeld in John Pennekamp Coral Reef State Park in Florida

 Psalm 88, dat kun je

de gemeente toch niet aandoen? 

Onnoembaar afwezig De dichter heeft het gevoel dat hij op sterven na dood is en dat God geen hand naar hem uitsteekt, dat God het er zelfs om doet! Het is lang geleden dat zijn ogen straalden van geluk of plezier. ‘En waarom, God? Wat is de zin ervan dat U niet ingrijpt? Straks lig ik in het graf, schiet U daar iets mee op? Hebt U ooit stemmen gehoord van doden, die aan elkaar vertellen van uw liefde of uw trouw? Hebt U ooit iemand horen jubelen over uw daden van uitredding of bevrijding? Ze zwijgen daar toch allemaal als het graf? Echt, het is de meest rustige buurt in de stad. Er gebeurt nooit wat.

27




 EYEOPENER

Maar ik wil juist wel dat er wat gebeurt. Ik wil vertellen en zingen over U! Waarom speelt U toch verstoppertje voor me?’ ‘Daarom roep ik U om hulp, HEER! God van mijn heil, laat merken dat U er bent! De dichter doet een beroep op God tegen God. God van mijn heil. De God die al die verschrikkelijke dingen doet en die zijn leven aan stukken gegooid heeft. Hij kan weer heil brengen en zijn leven helen. Hij is Jahwe: Ik ben die Ik ben.’ ‘Onnoembaar aanwezig deelt U mijn bestaan’, zingt Sela in één van haar meest geliefde liederen. Maar voor de dichter is God onnoembaar afwezig. En toch, toch roept hij God aan.

 Voor de dichter is God onnoembaar afwezig 

Psalm 88 zal niet snel op Facebook worden gedeeld. We zingen het ook nauwelijks in de kerk. Maar gelukkig vind je het lied wel in de Bijbel! Gods Geest heeft het een plek gegund. Het helpt je als je er zelf beroerd aan toe bent. Maar het helpt je ook als je broer of zus in zo’n situatie verkeert. Ik denk wel eens aan deze psalm als ik beleidsstukken met visies en dromen over de kerk lees. We willen graag een leuke en gezellige kerk vormen met elkaar. Maar is er in die kerk ook ruimte voor mensen die aan de dark side van het leven verkeren? Mensen die soms al jarenlang chronisch ziek zijn en moeten leven met hun ziekte of beperking. Die soms de wanhoop nabij zijn en geen leuke teksten hebben om te delen? Niet zo gezellig maar als er ergens een plek is waar ze welkom zijn, dan toch het huis van God?

Beurtzang

Helplied Ik vind het geweldig dat deze meest donkere psalm een plekje gekregen heeft in de Bijbel. In het Psalmboek vind je alle mogelijke liederen: echte praisesongs, maar ook liederen waarin zorgen worden benoemd, waarin mensen hun twijfels uiten, hun angsten of verdriet. Ook liederen waarin gedankt wordt voor verhoring van gebeden of wonderen van uitredding. Maar dus ook dit lied, volgens de NBG ’51 een leerdicht. ‘Hier heb je een lied,’ zeggen de Korachieten, ‘voor als je leven verschrikkelijk donker en pijnlijk is en je helemaal niets snapt van God. Misschien helpt dit leerdicht je om je gevoelens

Om over door te denken of door te praten

•O p YouTube vind je verschillende muzikale bewerkingen van Psalm 88, met of zonder woorden. Welke spreekt je aan en waarom? •Z ijn er perioden in je leven (geweest), dat je jezelf herkende in Psalm 88? Of in dat van een van je naasten? Hoe kan zo’n lied dan helpen? •V ind je deze psalm geschikt voor gemeentezang? •O p de zeebodem voor de Italiaanse kust bij San Fruttuoso staat het beeld ‘Il Christo degli Abissi’ – De Christus van de afgrond. Heel anders dan het bekende beeld bij Rio de Janeiro, dat hoog uittorent boven de stad. Wat zou de beeldhouwer hiermee willen zeggen?

28

te verwoorden.’ Het is een van de manieren waarop de Geest onze verlegenheid te hulp komt. Een ‘helplied’.

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

Volgens de NBV is deze psalm geen leerdicht maar een beurtzang. Is het lied op de – denk ik, treurige – wijs van ‘De rietpijp’ regel voor regel om beurten gezongen door een mannen- en vrouwenstem? Met de bedoeling dat je niet alleen de ellende uitzingt maar ook laat binnenkomen bij jezelf? Het zou goed kunnen. Vandaag kunnen we dit lied ook op een andere manier als beurtzang laten klinken. Door het lied zelf te zingen en het vervolgens te horen uit de mond van onze Heer. Het lied is hem op het lijf geschreven. Van jongs af aan was Hij in doodsgevaar.

 Gods Geest heeft

het een plek gegund



Eerst wilde Herodes hem vermoorden, later waren er anderen die hem naar het leven stonden. Zijn beste vrienden lieten hem in de steek, toen de dood op hem afkwam. Voor Hij stierf was er midden op de dag drie uur lang diepe duisternis. Uit zijn mond klonk de schreeuw: ‘Waarom, HEER, verstoot U mij en verbergt U voor mij uw gelaat?’ Jezus kent onze duisternis van binnenuit. De diepste put van donkere eenzaamheid en Godverlatenheid is Hem niet vreemd. Hij is afgedaald in de allergrootste diepte. Als alles onder ons wegzakt en het donker wordt, is er gelukkig een die bij ons blijft: Jezus! ROEL VENDERBOS IS PREDIKANT VAN DE NGK KAMPEN, AFGESTAAN VOOR HET WERK ALS GEESTELIJK VERZORGER IN EEN VERPLEEGHUIS


Covid-19 en magazine OnderWeg Beste lezer, Covid-19 heeft in binnen- en buitenland de samenleving tot stilstand gebracht. Met verbazing zien we hoe ons leven in korte tijd veranderd is. Allemaal – we zijn werkelijk maar kleine mensen – voelen we onzekerheid, spanning en ook angst: hoe gaat dit verder? In deze situatie werken wij ook aan magazine OnderWeg. Wij willen u graag bijpraten over hoe we komende tijd de voortgang hopen aan te pakken. •Z olang het kan, verschijnt OnderWeg op papier en digitaal. De voortgang van verschijning op papier zal mede afhankelijk zijn van de situatie in de ontwerpstudio en drukkerij, evenals de fitheid van onze redactie en freelancers. •Z olang het kan, geven we OnderWeg in ieder geval digitaal uit en kunt u de edities lezen via onze website of eigen app. Installeer de app ‘OnderWeg online’ op uw tablet of mobiel als u dat nog niet gedaan hebt. U vindt de app in de AppStore en Google Play. Bij vragen kunt u mailen naar administratie@ onderwegonline.nl. •A ls redactie en freelancers werken we altijd al veel op afstand maar in deze situatie is dat de enige norm. Alle interviews worden telefonisch of via online conference-platforms gedaan, fotografen gaan alleen nog met de grootste zorg op pad voor de allernoodzakelijkste foto’s. • I n onze edities zullen we inhaken op de huidige situatie, u ziet dat al terug in dit nummer. Daarnaast zullen thema’s, opinies en andere berichten ook ingaan op andere dan COVID-19-gerelateerde onderwerpen. We verwachten dat daar bij lezers ook behoefte aan is. De digitale versie van onze vorige editie (OnderWeg nummer 6) haalden we van het slot: iedereen kon dit mooie nummer gratis lezen. We hebben besloten om dat, zolang corona ons nog zo in de houdgreep heeft, bij iedere editie te doen. Juist in deze moeilijke tijden willen we er ook op deze manier zijn voor elkaar. Tot slot: we wensen u namens alle redactieleden geduld, wijsheid en Gods zorg toe, in het bijzonder ook leven en gezondheid. Shalom gewenst! Esther de Hek en Leendert de Jong Hoofdredactie magazine OnderWeg

Er zijn voor elkaar 29


DIRK- JAN VAN DIGGELE VERRUILDE DE KANSEL VOOR DE CABINE TEKST WILFRED HERMANS BEELD SAHIL AAMIR FOTOGRAFIE

‘Ik geniet van het tastbare’

30

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020


 ONTMOETING Predikant Dirk-Jan van Diggele maakte recent de overstap van kansel naar cabine. Als vrachtwagenchauffeur weet hij tot zijn vreugde eindelijk weer precies wat zijn taak is. ‘Nu ben ik niet meer verantwoordelijk voor mensen, maar voor spullen.’

H

et gebeurde op een zaterdagochtend in januari, vorig jaar. Dirk-Jan van Diggele (60) was predikant van de 350 zielen tellende GKv in Barendrecht en wist al een jaar: zo gaat het niet langer. ‘Ik zat op mijn studeerkamer te bedenken hoe ik verder kon. Ik had de kerkenraad meegedeeld dat ik me tot mijn emeritaat alleen zou richten op de kern: de persoonlijke omgang met God, van mijzelf en mijn gemeenteleden. Maar ik kreeg de concrete invulling daarvan maar niet rond. Daar ging een periode van maanden aan vooraf, maar het bleef een zwart gat, totdat ik op die bewuste zaterdagochtend dacht: hier word ik gek van. Blijkbaar maakt God mij langs deze weg – die ik niet fijn vond – duidelijk: Dirk-Jan, het is mooi geweest. In de dubbele zin van het woord. Dat ging in een flits, zie het als een ingreep van boven. Het moment dat ik tot die conclusie kwam, kan ik niet in woorden vatten, zo’n bevrijding was het.’ Waar zat ‘m dat gevoel van bevrijding in? ‘Enerzijds dat je niet meer de verantwoordelijkheid voor een gemeente hebt, maar ook dat de druk weg is om elke week een doorwrocht, verantwoord verhaal klaar te hebben. Want dat is wat, hoor; het gaat niet om DirkJan van Diggele, maar om God die aan het woord komt, en daar ben ik een schakeltje in. Je bent mens genoeg om op de kansel alsnog je stokpaardjes te berijden. Ik geniet van preken maken en mag mijn preekbevoegdheid houden, maar het is altijd weer een bevalling. Dat ik nu op zondag met mijn vrouw plaats kan nemen in de kerkbanken – ah, weldadig.’

Diffuus

Van Diggele vertelt graag zijn verhaal, op zijn studeerkamer in Barneveld, ook om anderen in vergelijkbare situaties te helpen bij hun bezinningsproces. Zelf kwam hij na een jaar van bezinning, supervisie en enkele psychotherapeutische gesprekken tot de conclusie: het wil niet meer, gemeentepredikant zijn is

fini. ‘Ik ben een gevoelsmens en heb de neiging erg in m’n kop te gaan zitten. Vaak zei mijn vrouw aan tafel: waar zit je met je hoofd? Ook daarom kwam ik uit bij het beroep van vrachtwagenchauffeur, vanwege het concrete: vandaag breng ik dit daarheen, en als ik thuis ben, ben ik klaar. Bovendien was ik altijd al geïnteresseerd in auto’s en techniek.’ Het predikantschap werd te diffuus voor hem, stelt Van Diggele. ‘Ik wist niet meer waar ik wel en niet voor verantwoordelijk was. Niemand kon me dat vertellen. Ondertussen voelde ik me te verantwoordelijk en het lukte me niet dat te veranderen. Concreet: de positie van de voorganger was binnen de gereformeerde kerken altijd glashelder. Oneerbiedig gezegd had het veel weg van een one man show. Dat had schaduwkanten, ik verlang daar niet naar terug, maar ondertussen participeren steeds meer gemeenteleden in en rond diensten, ook in de voorbereiding. Dat is mooi en Bijbels – als jullie samenkomen heeft ieder iets, 1 Korintiërs – maar het

Dirk-Jan van Diggele werd geboren op 18 april 1959 in Amersfoort. Hij groeide op in Hilversum, als oudste in een gezin van vijf kinderen. Na het behalen van zijn Atheneum-diploma in Amersfoort volgde hij lessen Latijn en Grieks bij docenten Van Middelkoop, Rittersma en Vuijck. Op 13 maart 1981 trouwde hij met Plonie Klapwijk. Samen kregen ze vijf kinderen. In 1988 slaagde hij voor het doctoraalexamen aan de TU Kampen. Hij was predikant in Oosterwolde i.c.m. Wijnjewoude (1989-1994), Veenendaal-Oost (1994-2006), Middelharnis i.c.m. Pernis-Albrandswaard (2006 – 2015) en Barendrecht-Pernis-Albrandswaard. (2015-2019)

31




 ONTMOETING

maakt de positie van predikant wel ingewikkelder. Preken maken en houden, heerlijk, niets mooier dan dat. Maar bij sommige bijdragen van gemeenteleden, bijvoorbeeld een kindermoment, zat ik weleens met kromme tenen. Ik verbaas me soms over de enorme naïviteit van sommige mensen, zo van: heb je nou niet door... Nou, dat.’

Maakt u die zin eens af.

‘Heb je nou niet door welke boodschap je per saldo afgeeft? Vaak werd het veel te oppervlakkig. God houdt van je. God is liefde. Nou en of, maar dat is geen liefde zonder strijd, pijn en moeite, juist omdat het zo’n intense liefde is. Daar gaan soms crises overheen.’

 ‘Aanvankelijk was

stoppen geen optie’



Al die participatie levert dus verschraling op?

‘Ja, plus: het moet leuk zijn, flitsend. Er werd bijvoorbeeld voorgesteld om een kinderliedje via een YouTube-filmpje op de beamer te laten zien. Als ik dan vroeg: waarom via de beamer, kunnen we het niet zelf zingen?, dan was de reactie: dit is de jeugd tegenwoordig gewend. Ik vraag me af of de kerk daar naadloos in moet meegaan. Wat doet dat met de boodschap? Daar wordt vaak kritiekloos mee omgesprongen. Enfin, het lukte mij niet om genoeg geduld met die ontwikkelingen te hebben. Richting sommigen werd ik kribbig, kortaangebonden. Dirk-Jan, zei ik tegen mezelf, dit is niet goed, je bent sikkeneurig in plaats van blijmoedig. Vervolgens kun je de schuld bij een ander leggen, maar dat heeft geen zin.

Heeft u wel geprobeerd de ontwikkelingen te sturen?

‘Ja, ik heb een aantal jaren tegengas gegeven. Wij gereformeerden zijn activistisch: we constateren iets en gaan daar wat aan doen, maar ik kreeg juist de overtuiging: jongens, laten we tijdelijk eens met al die zij-activiteiten stoppen. Het leven is al boordevol prikkels, laten we de kerkdienst eenvoudig houden. De kerkenraad ging daarin mee. Dat ik ben gestopt, heeft dus niks te maken met verstoorde verhoudingen. Ik zie het eerder als optelsom van dertig jaar predikant zijn en wat ik daarin heb meegemaakt. Ik geef niemand de schuld – het lukt míj niet meer.’

Voelde u zich destijds geroepen als predikant?

‘Ja, hoewel dat een worsteling was. Ik hou van techniek en ben dol op muziek, ik zit op diverse kamerkoren. Tegelijk genoot en geniet ik erg van het bezig zijn met de Bijbel en het christelijke leven. Ik ben opgegroeid in Hilversum waar destijds een predikant, P. Deddens, na de catechisatie

32

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

tegen me zei: “Dirk-Jan, is Kampen niks voor jou?” Dat gaf niet de doorslag, maar speelde wel mee. Ik trouwde aan het begin van mijn studie en in de studiejaren die volgden, kregen we onze vier zonen.

Hoe ziet u die roeping nu u gestopt bent?

‘Daar heb toen ik stil kwam te staan een jaar mee geworsteld. Onze wijkouderling in Barendrecht heeft me daar trouwens enorm bij geholpen. Op een vrijdagochtend stond hij spontaan op de stoep met de concrete, eenvoudige en heerlijke vraag: “Dirk-Jan, hoe gaat het met je?” Hij merkte: het loopt niet.’

Hoe reageerde u?

‘Gelijk in tranen. Het ging inderdaad niet. Maar dat er iemand is die dat opmerkt en het in alle openheid aan de orde stelt, is prachtig. Aanvankelijk was stoppen geen optie, want God had me geroepen en je bent predikant voor het leven, hoge uitzonderingen daargelaten. In psychotherapeutische gesprekken kreeg ik de vraag: waarom ga je niet wat anders doen? Daar reageerde ik tamelijk verbijsterd op. Ook in praktische zin zou stoppen zo’n totale omwenteling betekenen, daar was ik blijkbaar niet klaar voor. Plus: ik ben zestig, wat ga je dan doen? Ook dat was een reden om vrachtwagenchauffeur te worden, daar was een groot tekort aan.’

Les in nederigheid

‘Van mijn collega-chauffeurs heb ik geen enkele negatieve reactie gehad. Wel riep een man die ik nog niet over mijn eerdere werk had gesproken: “Hé, dominee!” Blijkbaar was dat verhaal toch rondgegaan. De eerste dag dat ik met


Stilte voor de storm hem meereed, stond non-stop André Hazes op en hij rookte als een ketter. Oei, dacht ik, maar tegelijk: Dirk Jan, je houdt je kaken op elkaar, dit is een mooie les in nederigheid. Incasseren. Het is goed ’s even door zoiets heen te gaan. Wat ik nu zelf luister? Jazz, of Bach. Daarbij kan ik van het fysieke genieten. Bij mijn eerste werkgever was het ’s ochtends half zeven bij het distributiecentrum je vrachtwagen laden, dat was soms echt bikkelen. Mensen vragen weleens: waarom ben je geen buschauffeur geworden? Maar ik had nu juist de behoefte om even niet verantwoordelijk te zijn voor mensen en als buschauffeur ben je dat wel degelijk. Nu ben ik verantwoordelijk voor spullen. Ik ga drie dagen rijden, met de bedoeling om de rest van de week als pastoraal werker of geestelijk verzorger te werken. Die afwisseling lijkt me heerlijk.’

Voelt u zich beter in de vrachtwagencabine of op de preekstoel?

‘Lastige vergelijking, de preekstoel is toch mijn natuurlijke habitat, dat blijft het mooist. Maar in de vrachtwagen geniet ik enorm van de vrijheid en overzichtelijkheid, het tastbare en concrete – totaal anders dan wat ik gewend was. In het predikantschap vroeg ik me, puur menselijk gesproken, weleens af: wat is nu per saldo het effect van mijn preken? Of, bij geneuzel over futiliteiten: snap je het nu nog niet? Heb je al die preken dan niet gehoord?’

 ‘De preekstoel is mijn natuurlijke habitat’  Van Diggele nodigde bij zijn vorige werkgever drie collega-chauffeurs met wie hij een klik had uit voor zijn afscheidsdienst. ‘Twee van de drie kwamen daadwerkelijk en vonden het bijzonder, terwijl ze niks met het geloof hebben. Ik vind dat boeiende contacten, temeer omdat ik in de GKv ben opgegroeid en altijd in die kringen ben gebleven. Juist een voorganger die preekt voor mensen middenin de maatschappij zou zelf ook feeling met die maatschappij moeten hebben. Ik vind het heel gezond om contact te hebben met een eenvoudige chauffeur die niet veel verder kijkt dan zijn dagelijkse beslommeringen, terwijl jij met al je intellect denkt te weten hoe het zit.’ WILFRED HERMANS IS FREELANCE JOURNALIST

D

e hemel is strakblauw als ik de voordeur op zondagmorgen open. Ik sprint weg, de frisse wind in mijn haren. Wijds rivierlandschap, een lege dijk,

felle zon. Met een wijde boog loop ik langs de enkele wandelaar die ook buiten is. Voor een verzorgingstehuis zie ik een busje staan. De chauffeur heeft het raam naar beneden gedraaid, leunt schuin naar voren en gebaart omstandig naar een bewoner, drie verdiepingen hoger. Vast moeder en zoon, vul ik in gedachten in. Weer thuis strijk ik neer op de bank. De kinderen zitten al klaar voor de online kerkdienst die we gaan kijken. Onze kleine Culemborgse gemeente sloot direct de deuren toen de overheid afkondigde dat bijeenkomsten vanaf honderd niet meer toegestaan waren. Het gewenningsproces gaat snel: dochter is vandaag gestrest dat we te laat komen bij de internetdienst.

 Zo af en toe verschijnt er

een scheurtje in mijn rustige nuchterheid 

Terwijl de kinderen driftig meetypen in de live-stream van de EO-dienst, laat ik mijn gedachten gaan. In twee weken zijn we dankzij corona in een situatie beland die ik, als nuchtere Hollandse, lang voor onmogelijk heb gehouden. En nu het zover is, pas ik me samen met mijn gezin geruisloos aan. Zijn we te ontspannen? Is dit stilte voor de storm? Wat staat ons te wachten? Zo af en toe verschijnt er een scheurtje in mijn rustige nuchterheid. Zoals afgelopen donderdag, toen ik uitgeteld op bed lag, en als tijdverdrijf het Kamerdebat keek. Na vijf minuten zakte de zichtbaar vermoeide minister in elkaar. Consternatie! In één klap was voor mij duidelijk: het gevaar van corona is bittere ernst. Op de livestream van de kerkdienst stromen intussen de opmerkingen en reacties langs. Ik kijk naar mijn kinderen en vraag me af of ik vaste grond onder de voeten houd, als de storm écht losbarst. Wat als mijn man of ik op de IC belandt? Terwijl de band online losgaat, neurie ik in gedachten een oud gezang. “O God, Die droeg ons voorgeslacht, in nacht en stormgebruis, bewijs ook ons Uw trouw en macht, wees eeuwig ons tehuis”.

DICKY NIEUWENHUIS IS DIRECTEUR VAN ONTWIKKELINGSORGANISATIE LIGHT FOR THE WORLD.


 OPINIE

Een lerende kerk is een levende kerk Doordat de middagdiensten aan populariteit inboeten, dreigt ook het onderwijs in de kerken te vervlakken. Dat is jammer, vindt Klaas van den Geest. Want juist onze aloude gereformeerde papieren bevatten waardevolle antwoorden op de geloofsvragen van vandaag.

D

e ontwikkeling dat middagdiensten minder bezocht worden, lijkt onomkeerbaar. Een onderzoekje van enkele jaren geleden laat zien dat dit verschillende redenen heeft. Een ervan is de steeds grotere nadruk op de kwaliteit of intensiteit van erediensten. Kerkdiensten moeten topervaringen zijn met aandacht voor veel verschillende doelgroepen en thema’s, voor goede muziek en opwekkende zang. Daardoor werden vooral de ochtenddiensten steeds zwaarder en voller. Het zware accent op ochtenddiensten heeft gezorgd voor vermindering van het belang van de middagdienst. ‘Aan een dienst heb ik meer dan genoeg’ hoor je nogal eens. Dat leidt tot een nogal treurige bezetting op zondagmiddag, een mislukt feestje. Afschaffen ligt voor de hand. Waarom doorgaan met iets waar steeds minder mensen veel van verwachten? In veel kerken is dat station al gepasseerd. Voorzichtig zeg ik: in de NGK iets eerder dan in de GKv. Maar dat is een kwestie van tijd.

Ballast TEKST KLAAS VAN DEN GEEST

Dat is de realiteit. Maar denken we wel bewust na over de gevolgen? Veel ontwikkelingen voltrekken zich vanzelf, reflecteren we er ook op? Middagdiensten waren altijd vooral leerdiensten. Zelf besteed ik daar veel zorg aan, want ik wil voorkomen dat onderwijs een geestdodende herhaling wordt. In middagdiensten denk ik met de gemeente na over vragen die vooral de inhoud van ons geloven raken en de vitaliteit en diepgang ervan. Wat betekent het om als gereformeerden te geloven in deze tijd? Hoe houden we het geloof dat we samen belijden en delen bij de tijd? In de middagdienst houden we onze

34

OnderWeg #07 > Jaargang 6 > 28 maart 2020

gereformeerde papieren, onze belijdenis, levend. Of vinden we die kerkelijke leer maar ballast, omdat christenen toch allemaal hetzelfde geloven? We zijn immers allemaal verbonden met Jezus. Dat is mooi


gezegd, maar toch wat dun. Er bestaan wel degelijk relevante verschillen tussen christenen en kerken. Het is impopulair om dat te benadrukken. We associëren dat met kerkelijke scherpslijperij, dogmatische of theologische discussies en die hebben te vaak geleid tot verdeeldheid en scheiding. Verschillen kun je echter ook zien als leerpunten, kansen om te groeien in diepgang van geloven. Het is waardevol om hierover met andere kerken en christenen vanuit de Bijbel door te praten.

Gereformeerd geloven Ik verlang zeker niet terug naar het soort duidelijkheid dat er vroeger was, waarin we ons veilig voelden doordat alles haarscherp kerkelijk afgegrensd was. Geloven in Jezus Christus is niet hetzelfde als geloven in een helder ommuurde en omlijnde kerk. Dat laatste leidt alleen maar tot vervreemding en verwijdering. Maar juist vanuit een geloof waarin Christus centraal staat, hoop ik dat kerken blijven zoeken naar verdieping, naar de inspirerende kern van gereformeerd geloven; niet omdat we gereformeerd willen blijven maar omdat we gereformeerd willen worden. Gereformeerd geloven heeft nooit het kerkinstituut als eerste focus gehad (al is dat er wel van gekomen). Het ging eerder om een manier van Bijbellezen, die terug wil naar het hart, Christus. Zodat we voortdurend verder vernieuwd worden door de herscheppende kracht van de heilige Geest (Romeinen 12:2), vanuit grondige en

verrassende Bijbeluitleg. Als ik leerdiensten verzorg, probeer ik dat te laten zien: hoe Gods Woord ons nieuwe inzichten geeft en nieuwe impulsen aan ons geloof en leven. Het gaat in de middagdienst om de vraag hoe we ons geloof kunnen verdiepen en weerbaar maken.

Hartverzakking Dat het bezoek aan de middagdienst terugloopt, lijkt onomkeerbaar. Maar hoe voorkomen we dat ons geloof zelf gaat lijden aan een hartverzakking? Hoe zorgen we dat we niet kleurloos worden en oppervlakkig? Sommigen zullen zeggen: we hebben toch het kerkelijke onderwijs, catechese? Dat is inderdaad is een groot goed. Maar is ook dat niet hier en daar aan het verdwijnen? We investeren veel in jeugdwerk, maar dat is iets anders dan catechese. Het zou goed zijn als kerken nadenken over creatieve vormen van kerkelijk onderwijs en nieuwe programma’s ontwikkelen. Dat zal niet op zondagmiddag gebeuren – alhoewel, waarom ook niet? We moeten een lerende kerk blijven, en dat houdt meer in dan alleen nieuwe kennis opdoen. Het betekent ook dat we reflecteren op ons geloof en christen zijn in de wereld van nu en in de lijn van de kerk van alle eeuwen.

Leerplan De keerzijde van leren is onderwijzen. Kerkenraden hebben daarin een unieke verantwoordelijkheid, als geestelijke leiders. Zij hebben de opdracht gekregen om de leer te bewaren en over te dragen. Het Woord komt van boven. God spreekt, dus de kerk heeft ‘leergezag’. Wil je dit serieus aanpakken, dan moet je dat niet ook nog in de ochtenddienst willen proppen, maar daarvoor afzonderlijke programma’s ontwikkelen. Ik denk aan een kerkelijk leerplan, waarin we heldere doelstellingen beschrijven voor verschillende doelgroepen. Het is goed dit te ontwikkelen in samenspraak met de doelgroepen zelf, waarbij je de vragen die bij hen leven kunt belichten vanuit antwoorden die er al eeuwen liggen. Natuurlijk is dit geen verplicht programma voor ieder gemeentelid, - wat zou je trouwens kunnen of willen verplichten? -, maar door thema’s in deze tijd te plaatsen, prikkel je mensen tot deelname. Bijvoorbeeld: hoe vind ik Gods plan voor mijn leven? Deze persoonlijke vraag kun je goed bespreken vanuit de aloude Bijbelse leer over Gods verborgen en geopenbaarde wil. Ook vragen rondom het levenseinde of -begin, of over wat het volgen van Jezus en wedergeboren zijn betekenen, kun je behandelen vanuit onze belijdenis. Zo zorg je voor continuïteit in het geloof der eeuwen. En voor verdieping daarvan, door oude antwoorden opnieuw te doordenken in relatie tot de vragen van nu. KLAAS VAN DEN GEEST IS PREDIKANT VAN GKV ALPHEN AAN DEN RIJN

35


ADVERTENTIES

Hoe kan Jezus’ kruisdood ons verlossen? CHRISTUS VICTOR EN VERZOENING DOOR VOLDOENING IN VERLEDEN EN HEDEN

Hoe kan het leven, de dood en de opstanding van één mens verlossing betekenen voor de mensheid? Twee antwoorden op deze vraag die in 2000 jaar kerkgeschiedenis een belangrijke rol hebben gespeeld, staan bekend als Christus victor en Verzoening door voldoening. In dit boek gaan negen theologen in op de herkomst en betekenis van beide benaderingen en hun onderlinge verhouding. Aanleiding voor deze bundel is de studiedag over Het vergeten Evangelie (2018) van Reinier Sonneveld. Aan dit boek werken mee: William den Boer (redactie), Hans Burger, Kees van Kralingen, Gert-Jan Roest, Riemer Roukema, Cees-Jan Smits, Reinier Sonneveld, Dolf te Velde en Bernard van Vreeswijk.

DRINGENDE OPROEP De GKv Brunssum-Treebeek zoekt voor de 2e helft van 2020 predikanten en preekbevoegden, die twee keer per zondag willen voorgaan. Er wordt geen preek- en reisvergoeding gegeven. De vergoeding bestaat uit twee gratis overnachtingen in een hotel of B&B met twee keer een dinerbon. Opgave en informatie bij Astrid Tijssen-Hoekzema, Scriba en preekvoorziener GKv Brunssum-Treebeek e-mail: amtijssen@tele2.nl telefoon: 045-5228426/06-36356327

208 p., e 22,95, in de boekhandel

Onderweg april 2020.indd 1

17-03-20 15:53

OnderWeg app! Met de app OnderWeg online kun je ons magazine nu ook op mobiel of tablet lezen. De app bevat de nieuwste editie van OnderWeg en alle eerdere nummers (vanaf 2015).

Ja, ik wil OnderWeg digitaal lezen! Voor € 37,50 per jaar (studenten betalen € 18,75) lees je magazine OnderWeg op mobiel of tablet. De speciaal voor OnderWeg ontwikkelde app OnderWeg online werkt simpel en snel. Meld je aan via www.onderwegonline.nl/app


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.