Dichtbij

Page 1

Dichtbij

prijs NL: 4.95

Special edition!

Portret Tim Knol ‘Thuis in Hoorn’

Lente in Nederland! De mooiste binnensteden

Verliefdheid

is een oude, scheve toren

Festivals 2014!

Pitten tussen koeien en kippen

Beleef Arnhem onder de grond

De mooiste plekjes in eigen land


Voorwoord

De Nederlander heeft veel manieren om zich voort te bewegen. De trein, de fiets, de boot, de auto en nog vele andere vervoersmiddelen zijn beschikbaar om ons eigen land te doorkruisen. Toch pakken we als het even kan massaal het vliegtuig. Veel gehoorde redenen daarvoor zijn: ‘Het is altijd druk in Nederland en het heeft weinig te bieden.’ Natuurlijk, de hoofdstad Amsterdam is meestal wel bekend en ook onder Nederlanders geliefd. Pinkpop en Lowlands zijn drukbezochte festivals maar daarna houdt ook wel snel op met de kennis van de mooie plekjes en activiteiten in eigen land. Het tijdschrift ‘Dichtbij’ ligt voor je en dat is niet een willekeurig gekozen titel. Het doel is u een beeld te geven van al het moois wat Nederland te bieden heeft. Hendrik Marsman verwoordde het ooit als volgt: Denkend aan Holland zie ik breede rivieren traag door oneindig laagland gaan, rijen ondenkbaar ijle populieren als hooge pluimen aan den einder staan; Die woorden komen dicht bij wat wij gaan laten zien. We gaan het niet alleen hebben over populieren en kabbelende beekjes, maar we laten zien dat er in Nederland heel onbekende plekjes zijn. Een Fries zal niet snel verwonderd zijn over de scheve toren in Leeuwarden, terwijl een Zeeuw zich de ogen uit kan kijken. Anderzijds zal de Limburger een wenkbrauw optrekken als een Groninger urenlang een grot in Maastricht staat te bewonderen. Het blijft niet bij de concrete dingen. Er zijn ook mensen die een binding met iets hebben. Denk eens aan de mensen die hun hele leven in hetzelfde dorp blijven wonen, domweg omdat ze er verknocht aan zijn. Waarom besluit iemand de Randstad te verlaten en zich in Friesland te vestigen? Anders is ook mogelijk. Waarom zou iemand in een nieuwe stad als Almere gaan wonen? Dit zijn vragen en onderwerp die we breed gaan uitmeten, deels vanuit eigen kennis en deels vanuit de kennis van anderen. Het resultaat is dan ook heel breed. We bezoeken een Bed and Breakfast op het Friese platteland, bezichtigen oorlogsmonumenten in het oosten van het land en gaan op visite in Almere. Daar blijft het niet bij. Naast onder andere een bezoek aan de panden onder de grond in Arnhem, een rondrit op het strand van Vlieland en een gesprek met Tim Knol, tonen we Nederland door de ogen van een buitenlandse student en geven we je verschillende toplijsten van onder meer prachtige binnensteden en vreemde dorpsnamen. Het doel is dan ook je een beeld te geven van al het moois en speciaals dat Nederland te bieden heeft. Wij hopen dat jij straks net als wij zegt: ‘’Wat heeft Nederland toch mooie plekjes waar ik niks van wist.’’ Veel leesplezier! Chris Bil Hoofdredacteur Dichtbij

2 | Dichtbij


Inhoudsopgave

Achtergrond

3. Arnhem onder de grond 6. Oorlogsmonumenten 12. Sahara op Vlieland 15. Doe eens gek: bezoek Almere 22. Bed & Breakfast

27

39. Het verhaal van de Oldehove

Toplijstjes

22

10. Dorpen met rare namen 18. Top 8 natuurgebieden 25. Top 5 mooiste binnensteden 27. Cijferdorpen 38. Festivals

15

Inspirerend 20. De skyline van Rotterdam

Reportage

33

29. Van Afghanistan naar Urk 31. Uit Uitdam 33. Portret Tim Knol

Dichtbij 12

2. Voorwoord Chris Bil 43. Colofon

29 3 | Dichtbij


Achtergrond

Een dagje Arnhem, maa

Vraag je je weleens af wat er nou eigenlijk diep verscholen ligt onder je voeten? In de hoofdstad van Gelderland is er bovengronds genoeg te zien, maar onder de straten, stegen en gebouwen gaat een mysterieuze ondergrondse wereld schuil. Van een middeleeuwse veestal tot een kille atoombunker. In Arnhem ligt er een stad onder de stad en ik neem je mee. Door Yvo Osterloh

W

e zijn in Arnhem. We lopen van het station naar het drukke Willemsplein en wandelen door de brede steeg naar de oude Korenmarkt. We drinken een biertje in één van de vele cafés rond het plein en lopen daarna verder de stad in. We genieten van de antieke gevels, maar nooit kijken we omlaag. In een stad als Londen of New York word je herinnert aan de ondergrondse wereld door het onophoudelijke gezoem van de metro. In een provinciale stad als Arnhem ligt er vast enkel een riool, ergens onder de verraderlijke kinderkopjes. Maar wat blijkt, niets is minder waar. Onder de historische straten schuilt een geheimzinnige wereld.

Ondergronds gaan ‘’I am going deeper underground, there is too much panic in this town’’, zong Jay Kay van de Britse funkband Jamiroquai in de jaren negentig in hun hit ‘Deeper Underground’. Toeval of niet, in datzelfde decennium stuurde de gemeente Arnhem een paar onderzoekers de bodem in. Het doel: het in kaart brengen van de stad onder de Gelderse hoofdstad. De gemeente schrok een beetje toen de onderzoekers het gemeentehuis binnen kwamen wandelen met de onderzoeksresultaten. Meer dan twee derde van de Arnhemse binnenstad bleek namelijk over een onderaardse spiegel te beschikken, oftewel een aangesloten ondergrondse ruimte. Een vergeten wereld, recht onder de voeten van de shoppers in de winkelstraten en de feestende jongeren in de discotheken. Een grootscheepse restauratie werd op gang gebracht. Honderdtwintig containers aan vuil en puin werden vanuit de donkere dieptes naar boven gebracht. Toen werd pas de omvang van de kelders duidelijk. De kelders bleken over enorme historische schatten te beschikken. Prachtige gewelven, witgepleisterde oude stenen muren en balken van honderden jaren oud. De onderzoekers stuitten ook nog een op lang geleden afgegraven beek,

4 | Dichtbij

de Sint-Jansbeek. Die beek stroomt nu ver onder de kelders van de binnenstad.

‘‘Na 120 containers aan vuil en puin die naar boven werden gehaald, toonde de historische waarde zich’’ Een mysterieus labyrint De gemeente besloot de onderaardse stad boven water te halen. Het kostte de gemeente miljoenen, maar het resultaat mag er wezen. In 2002 werd er een labyrint van dertig aan elkaar verbonden kelders geopend voor het publiek. Nu, twaalf jaar later, neemt stadsgids Pim Breemer van de organisatie Historische Kelders zo’n drie keer per week mensen mee op pad door de onderaardse gangen. De rondleiding neemt zo’n anderhalf uur in beslag en laat geen hoekje onderbelicht. Breemer vertelt: ‘’Het is een unieke plek. Meer steden in Nederland hebben dergelijke kelders, maar nergens zijn ze met elkaar verbonden en zo toegankelijk. Ondanks dat het middeleeuwse Arnhem grotendeels vergaan is, ligt de geschiedenis hier voor het oprapen.’’ De kelders stammen dus uit de middeleeuwen en zijn in de eeuwen erna voor allerlei verschillende doeleinden gebruikt. Van werkplaats voor timmerlieden tot opslagruimte van veeboeren. Daarnaast zijn er nog steeds de groeven te vinden die slagers gebruikten als pekelbakken. De kelders zijn dus meer dan eens veranderd en verbouwd. Kleine nisjes in de muren herinneren aan de plekken waar in de middeleeuwen het licht naar binnenkwam, terwijl een roestige ijzeren brandkast aangeeft waar een winkelier uit de late negentiende eeuw zijn belangrijke documenten bewaarde. In sommige kelders lopen nog wat trappetjes

Zo troffen Maarten Verweij en Arno Geesink de atoombunker aan.

naar boven, maar de luiken waar de trappen vroeger op uitkwamen, bestaan niet meer. De muren bestaan uit grove stenen, maar worden soms opeens opgebroken door gladde stukken leem. De geschiedenis loopt hier letterlijk door elkaar. De Tweede Wereldoorlog - die stevig heeft huisgehouden in de stad - economisch verval en de drang naar verandering die met de sloophamer tot uiting kwam: Arnhem is ontzettend veranderd. Maar de kelders zijn er nog altijd.

‘‘De geschiedenis loopt hier letterlijk door elkaar’’ De middeleeuwse gevels bovengronds zijn op drie na allemaal verdwenen. Toch heeft de Slag om Arnhem in 1944 ook de kelders geraakt, zegt Breemer: ‘’Het stadsarchief van Arnhem werd in de felle straatgevechten tussen de geallieerden en de bezetter vernietigd en daarbij gingen heel veel belangrijke documenten verloren. Ook documenten over de


Achtergrond

r dan onder de grond kelders. Daarom konden de kelders in de vergetelheid raken. Maar ook nu nog zijn de kelders soms een raadsel voor ons. We hebben plekken hier onder de grond waarvan we geen idee hebben waarvoor ze dienden. Soms kunnen we alleen gissen. Maar dat zeg ik er eerlijk bij tijdens de rondleiding.’’

Zoek dekking in de atoombunker Het feit dat de geschiedenis voor een deel niet meer in kaart gebracht kan worden, maakt de duistere ruimtes onder de Arnhemse binnenstad alleen nog maar mysterieuzer en interessanter. Als we de stadskelders verlaten en teruggaan naar het Willemsplein stuiten we op de volgende verrassing: onder een voetgangerstunnel ligt een kelder om te schuilen voor een atoomaanval. De bunker werd gebouwd op het hoogtepunt van de Koude Oorlog, toen we nog moesten vrezen voor het moment waarop ‘de bom’ viel. Maar de bom viel niet en de SovjetUnie verdween. De bunker raakte in de vergetelheid. Zijn zware deuren gingen op slot en tientallen jaren lang hield niemand zich er mee bezig. Totdat grafisch ontwerper Maarten Verweij samen met architect Arno Geesink van de Arnhemse organisatie Sinds 1416 begonnen te speuren in archiefdocumenten. Ze stuitten op de bunker. Sindsdien ging het snel, vertelt Verweij: ‘We zagen een gave kans om de stad op cultureel gebied te verrijken. We moesten iets doen met deze bunker. In de schuilkelder zagen wij de ultieme plek om evenementen te organiseren, van clubavonden en modeshows tot optredens van artiesten uit alle hoeken van het culturele Arnhem. Omdat de plek een atoombunker is, is de plek niet alleen uniek, maar ook heel exclusief. Er kunnen niet meer dan 150 mensen worden toegelaten.’’ Op dit moment zijn de plannen nog in ontwikkeling, maar het proces krijgt steun van de gemeente, omdat die de eigenaar

is van de bunker. Ook meerdere culturele instanties in Arnhem, zoals poppodium Luxor, bieden een helpende hand. Daarnaast is er een renovatie op touw gezet. Hierbij staat voorop dat zoveel mogelijk van de bunker in originele staat behouden moet worden, om het unieke historische aspect in ere te houden. De reacties van de jongeren in Arnhem zijn tot nu toe erg positief. Verweij: ‘’ Ook al is de bunker nog niet toegankelijk voor publiek, we krijgen veel leuke reacties van jongeren uit de omgeving. Op Facebook hebben we bijvoorbeeld al meer dan 500 likes, voornamelijk van jongeren. Een bunker spreekt tot de verbeelding en veel jongeren zien het als een boeiende en spannende plek.’’ Ook wil Verweij samen gaan werken met de historische kelders. ‘’De bunker kan een mooie plek zijn waar mensen geïnformeerd worden over alle plekken onder de stad. Daarnaast denken we aan een tour door het ondergrondse Arnhem, waar ook de atoombunker bij wordt betrokken.’’ De toekomst van de atoombunker wordt steeds minder onzeker, ook al is het ondergrondse bouwwerk opgetrokken uit onzekerheid. Als de plannen doorgaan kan de bunker een mooie toevoeging worden aan Arnhem, omdat dan echt de gehele geschiedenis van de stad ondergronds te proeven is. En wie weet wat er nog meer aangetroffen kan worden, recht onder de voeten van de shoppers in de straten en de jongeren in de discotheken.

Arnhem is de hoofdstad van Gelderland. Er wonen zo’n 150.000 inwoners. De stad werd voor het eerst genoemd in een geschrift uit de negende eeuw. Ik heb je de het ondergrondse laten zien, maar bovengronds valt er ook genoeg te ontdekken in het ‘Haagje van het Oosten’. De Eusebiuskerk, de oude woonhuizen in het Spijkerkwartier, het vroegere postkantoor, theater Musis Sacrum en het Duivelshuis behoren tot de architectonische hoogtepunten. Met lekker weer wandel je over de historische John Frostbrug, met uitzicht over de Rijn of pak je een terrasje op de Korenmarkt. in Sonsbeek, dat vaak verkozen is tot het mooiste stadspark van Nederland, is er daarnaast altijd plek om te chillen. De dierentuin Burgers’ Zoo, het Openluchtmuseum en het Watermuseum behoren tot de belangrijkste bezienswaardigheden. Naast Arnhem ligt het stadje Oosterbeek, met museum Hartenstein. Daar voel je hoe hard er is gevochten rond Arnhem in de Tweede Wereldoorlog. En als je daarna even wil uitwaaien: de Veluwe ligt naast de stad.

‘‘Jarenlang bleven de zware deuren dicht, maar nu verandert dat’’

5 | Dichtbij


Achtergrond

Een bunker in je achtertuin, Sporen van de oorlog dicht bij huis De Tweede Wereldoorlog. Als het gaat over deze oorlog komen gelijk de verhalen boven van de Holocaust, D-Day en de hongerwinter. Gebeurtenissen die voor ons al een ver-van-ons-bed-show zijn. Maar hoe zit het met verhalen waarvan de sporen nog vindbaar zijn in onze eigen achtertuin? Regelmatig lopen we langs sporen van de Tweede Wereldoorlog zonder het zelf te beseffen of erbij stil te staan. Door Jos Baas

D

e Tweede Wereldoorlog begon in Nederland op 10 mei 1940. Vanuit het oosten trokken Duitse soldaten strijdlustig het land in. Het Nederlandse leger was slecht belegerd en werd al snel onder de voet gelopen. De Duitsers stuitten echter op hevige weerstand bij de Afsluitdijk en rond Utrecht. Hier hadden Nederlandse soldaten de boel onder water gezet om de Duitsers te vertragen. Zo makkelijk zouden ze het die moffen niet maken. Hoewel ze wisten dat het een verloren zaak was, deden ze er alles aan om ons koude kikkerlandje te beschermen. Door het waterballet vond Hitler de opmars niet snel genoeg gaan en besloot hij Rotterdam te bombarderen. Dit betekende het einde van het Nederlandse verzet. De Duitsers zagen Nederlanders als het Germaanse ras, het superieure ras volgens Hitler. Hierdoor waren de eerste jaren onder het Duitse bewind vrij rustig. Later, toen de Duitsers

tegenslag kregen aan het oostfront laaide hun agressie op. Agressie die zij ook uitten tegen het Nederlandse volk, met name tegen de Joden. De afloop van dit verhaal kennen we. In Nederland bouwden de Duitsers vele vestigingswerken om hun Derde Rijk te beschermen tegen eventuele invasies vanuit het buitenland. Ladingen beton werden over Nederlandse bodem uitgestort in de vorm van bunkers. De sporen van de werken zijn nog zichtbaar, bijvoorbeeld de restanten van de verdedigingslinie de Atlantikwall. De door de Duitsers gevreesde invasies kwamen. De geallieerden, waaronder Engelsen, Canadezen, Polen en Amerikanen, landden op 6 juni 1944 in Normandië in Frankrijk. Hier startte de bevrijding van West-Europa. Nederland werd in delen bevrijd, eerst het zuiden en na de hongerwinter ook het noorden. De officiële bevrijding was op 5 mei 1945. De dag die wij nu vieren door te feesten en los te gaan.

Voor het verloop van de Tweede Wereldoorlog in Europa van dag tot dag, zie: ‘World War II in Europe: Every Day’ via: www.youtube.com/ watch?v=WOVEy1tC7nk Of kijk op onze website: journalistiekzwolle.nl/tijdschriften.

6 | Dichtbij

Kilometers beton langs het strand


Achtergrond

een Duitser onder je bed De Atlantikwall Je maakt het vast wel eens mee. Op een mooie zomerdag loop je met je handdoek , zonnebrandolie en strandbal door de duinen om een lekkere duik in zee te nemen en opeens stuit je op een stuk beton. Grote kans dat je net een stukje van de Atlantikwall hebt ontdekt. Wie weet sta je op de plek waar 70 jaar geleden een Duitse soldaat de zee aftuurde op zoek naar vijandelijke schepen.

De Atlantikwall is een 2685 kilometer lange verdedigingslinie. De linie liep van het noordelijkste puntje van Noorwegen tot aan het zuidelijkste puntje van Frankrijk. De Atlantikwall is aangelegd door de Duitsers om de bezette gebieden te beschermen tegen geallieerde invasies. De “muur” bestond uit mijnvelden, kanonnen, tankversperringen en vooral een grote hoeveelheid bunkercomplexen die verbonden werden met gangenstelsels. Gedurende de oorlog hebben de Duitsers, of eigenlijk hun dwangarbeiders, aan de linie gewerkt. Doordat er steeds zwaardere bommen kwamen, moesten de bunkers sterker worden.

Door deze verdedigingslinie had het Duitse leger minder troepen nodig aan het westfront en konden ze zich beter richten op de strijd tegen de Russen aan het oostfront. Uiteindelijk zijn de geallieerden in Nederland bij Vlissingen en Westkapelle door de linie heen gebroken. Veel bunkers zijn na de oorlog opgeblazen, maar er zijn nog plekken waar bunkers intact zijn gebleven.

Atlantikwall-museum Aan de Noorderpier van Hoek van Holland staat sinds 1943 een grote Duitse bunker. Deze bunker maakte deel uit van de Atlantikwall en fungeert nu als museum. Niet alleen de locatie, maar ook de collectie van het museum is indrukwekkend. Te zien zijn authentieke uniformen, wapens, overzichtskaarten, foto’s, maquettes en nog veel meer. In het museum worden verder wisselexposities gehouden.

Het Atlantikwall-museum is nog geen 10 minuten lopen van station ‘Hoek van Holland – Strand’ en de entree is 2,50 per persoon. Meer informatie over het museum is te vinden op: www.atlantikwall-museum.nl.

7 | Dichtbij


Achtergrond

DE TWEEDE WERELDOORLOG VER De Russenoorlog op Texel Tijdens de Tweede Wereldoorlog is het relatief rustig op het Waddeneiland Texel. Tot 6 april 1945. Een vuurpijl boven Den Burg kondigt de start van de Georgische opstand aan, beter bekend als de Russenoorlog. Aan het oostfront hebben de Duitsers Georgische soldaten als krijgsgevangenen genomen. De gevangenen moeten voor het Duitse leger werken, zo ook op Texel. Als het einde van de oorlog nadert, worden de Georgiërs opgeroepen om in Arnhem tegen de geallieerden te vechten. Ze willen zich echter liever dood vechten tegen hun vijand op Texel dan sterven in de strijd tegen hun bevrijders. De Georgiërs komen in opstand tegen de Duitsers. Ze roepen inwoners van Texel op met hen mee te vechten. Na vele bloedbaden moeten de Georgiërs zich op 22 april overgeven. Veel van hen worden door de Duitsers opgepakt en vermoord. Enkele Georgiërs weten te ontsnappen en vluchten naar het natuurgebied ‘De Slufter’, waar ze een mijnenveld aanleggen om de Duitsers tegen te houden. Bewoners van Texel brengen opstandelingen onder in kelders, regentonnen en hooibergen. Pas op 20 mei komt de opstand ten einde als een Canadees legerkorps voet aan land zet. Terwijl de rest van de Europeanen op 5 mei juichend door de straten liep, werd er op Texel dus zwaar gevochten. Achteraf roept een aantal Texelaars dat de opstand te vroeg was en dat er daardoor veel doden zijn gevallen. Van de 800 Georgiërs overleefden maar een kwart de opstand. Schattingen van gesneuvelde Duitse soldaten variëren tussen de 800 en 2500. Onder de Texelse bevolking kwamen 117 burgers om. Ook zijn er Texelaren die juist een goede band met de Georgiërs opbouwden tijdens de oorlog. Zij zagen de opstandelingen als hun medestanders. Nederlanders die Georgische slachtoffers herdachten, werden tijdens de Koude Oorlog echter voor communist uitgemaakt.

Zien, kijken, lezen, gaan “Geen enkele Nederlander gaf Georgiërs aan bij de Duitsers. Ze gaven ons eten, ze hielden ons warm en zorgden voor ons. Toen we het gevecht begonnen vochten 200 Texelaars met ons mee.” (Grisha Baindurashvili, Georgiër, 25 jaar tijdens de opstand). “Al vrij snel na de opstand merkte je toch op het eiland dat men zich ging afvragen, waarom? Was dit nodig?” (Bas van der Beek, Texelaar, 18 jaar tijdens de opstand).

Verhalen en achtergrond Grisha en Bas zijn twee ooggetuigen van de Russenoorlog. Meer over hen en andere ooggetuigen kan je vinden op de site www.derussenoorlog.nl. Ook vind je hier een tijdlijn van de opstand, achtergrondinformatie en een indrukwekkende documentaire met ontroerende, gruwelijke, maar hier en daar ook grappige verhalen van ooggetuigen van de opstand.

Film ‘De vliegenierster van Kazbek’ is een film over de Russenoorlog. Het verhaal gaat over Marie, een jonge vrouw wiens leven radicaal verandert door de komst van de Georgiërs.

Boek ‘Tragedie op Texel’ is een boek over de opstand. Het is geschreven door J.A. van der Vlis.

Luchtvaart- & Oorlogsmuseum Texel Dit museum moet je zeker eens bezoeken als je geïnteresseerd bent in de opstand. Hier vind je informatie en beeldmateriaal van de Russenoorlog. Bovendien kan je het vliegveld bekijken waar tijdens de oorlog veel gevochten is en zijn er exposities van vliegtuigen. Meer informatie over het museum kan je vinden op www. lomt.nl.

Natuurgebied ‘De Slufter’ Lekker uitwaaien na alle verhalen en beelden over de oorlogstragedie op Texel? Ga dan naar natuurgebied ‘De Slufter’. Ooit een door mijnen omringde schuilplaats voor Georgische opstandelingen, nu een heerlijk rustige plek om bij te komen. Meer informatie over dit natuurgebied vind je op www.hollandgroen.nl/natuurgebieden/nl/noord-holland/de-slufter.

Georgische krijgsgevangenen zweren trouw aan het Duitse leger.

8 | Dichtbij


Achtergrond

RLAAT NEDERLANDSE BODEM NIET Oorlog onder je voeten De strijd is voorbij, jaren zijn verstreken. Verhalen worden vergeten en sporen gewist. Toch, als je even zoekt, is er nog zoveel zichtbaar van de strijd op Nederlandse bodem. Een bunker in je achtertuin of granaten in het groenteveldje van je ouders. Achter veel van deze vondsten zit een interessant verhaal. Sommige worden onthouden, maar meer raken in vergetelheid. Zo ook het verhaal van een vergaand vliegveld bij Peest in Drenthe. Vliegveld Noordenveld In de zomer van 1940 begonnen de Duitsers met de aanleg van dit vliegveld. Drentenaren werkten tegen betaling mee aan de bouw. Ze bouwden een zendstation, een centrale, een tankstation, een wachtpost, een brandweerkazerne, bunkers en woonverblijven. Maar allemaal voor niets. De ondergrond was namelijk te drassig waardoor vliegtuigen niet konden opstijgen of landen.

Spelen tussen de bunkers

bevrijders het vliegveld in gebruik zouden nemen. Erg onlogisch, aangezien het vliegveld onbruikbaar was.

Nepvliegveld Ook hebben de Duitsers op deze plek een nepvliegveld gebouwd om geallieerden voor de gek te houden. Ze plaatsten zelf houten nepvliegtuigen in de hoop dat hun vijand het nepvliegveld zou bombarderen, waardoor het echte vliegveld bespaard zou blijven. Het verhaal gaat dat de geallieerden de list vrij snel doorhadden en voor de grap het nepvliegveld bombardeerden met houten nepbommen.

Bunker als speelplaats Tegen het einde van de oorlog hebben de Duitsers de meeste gebouwen opgeblazen om te voorkomen dat de

Naast het vliegveld staat een grote bunker. Tijdens de oorlog werd deze gebruikt als telefooncentrale en

uitwijkbunker. Na de oorlog kreeg het betonnen fort een betere functie. Het werd namelijk een speelplek voor kinderen uit Peest. Misschien dat er alsnog oorlogje werd gespeeld, maar gelukkig met propjes papier in plaats van kogels. Tegenwoordig is de bunker helaas niet meer toegankelijk voor publiek.

Hitlerring Voor de brandweer bij het vliegveld werd een bluswaterreservoir gegraven. Deze waterpoel bij Westerveen ligt er nog steeds. De plas heeft vier vertakkingen waarvan ĂŠĂŠn met twee extra armen. Wilden de Duitsers de poel graven in de vorm van een hakenkruis of is dat wat onze ogen ervan maken?

Zelf op zoek Overal in Nederland zijn sporen van de Tweede Wereldoorlog te vinden. Ben je benieuwd wat er in jouw omgeving nog over is van de strijd met de Duitsers? Kijk dan op: tracesofwar.com. Hier vind je bezienswaardigheden, begraafplaatsen, monumenten, musea en verdedigingswerken in jouw buurt.

Het bluswaterreservoir bij Westerveen lijkt verdacht veel op een hakenkruis.

9 | Dichtbij


Toplijstjes

Knibbel knabbel knuisje w Het is best mogelijk dat iemand in Boerenhol of Poepershoek woont, want wie het ook bedacht heeft, deze dorpen bestaan echt. De plaatsnamen roepen ongetwijfeld de raarste beelden op, die ik hier ter voorkoming van obscure gedachten maar niet noem. Maar als je ooit verdwaald bent en op duistere wijze in één van deze dorpen belandt, ren dan niet gillend weg, maar hang even rond in een gehucht waar je misschien wel – de kans is groot – nooit meer terugkomt. Door Elise de Jong

Knikkerdorp Vroeger werd het geschreven als Knekerdorp, maar de hedendaags hebben we het over Knikkerdorp, een klein gehuchtje in Limburg, vlakbij het bekendere Arcen. Knikkerdorp was vroeger niet meer dan een gure, kale duinengordel waar wat schaapjes over liepen. De grond was droog en onvruchtbaar, wat de kleine keuterboertjes ongetwijfeld tot waanzin dreef. Zo goed en kwaad als dat lukte ontgonnen ze de schrale percelen, of werkten als dagloner op de boerderij langs de Maas. De arme bewoners van deze dorre, vruchteloze grond oogstten piepkleine aardappeltjes, zo klein als knikkers. Misschien komt de naam Knikkerdorp daar vandaan. Een andere verklaring voor de plaatsnaam is dat het een verbastering is van het woord Knekeldorp, waarbij het woord Knekel slaat op doodsbeenderen. Zou er in Knikkerdorp een galgenberg zijn, waar mensen terechtgesteld werden en begraven? Knikkerdorp zelf heeft waarschijnlijk weinig te bieden, maar de omgeving heeft dat des te meer. Arcen is een prachtig vestingstadje gelegen tussen de Maas en de grens met Duitsland. Hier vind je nog veel oude bezienswaardigheden die je herinneren aan de vestingshistorie. Een ‘pilske’ met een bitterbal? Daar zijn de Limburgers ook niet vies van. En als je op hemelvaartsdag nog geen plannen hebt, beWaar de naam Moddergat vandaan komt, laat zich makkelijk raden. 130 jaar geleden, op 6 maart 1883, speelde zich zoek dan de aspergemarkt en in Moddergat een enorm drama af. Paesens en Moddergat bezaten in die tijd een grote vissersvloot. Tijdens een ontdek alles over het oogsten, zware storm vergingen zeventien blazers en aken (vissersschepen), waarbij 83 dorpelingen om het leven kwamen. In klaarmaken en eten van het vrijwel elk huishouden viel een slachtoffer en het oude vissersdorp kwam deze ramp nooit meer te boven. Na deze witte goud. In de zomer zijn tragedie ging de visserij langzaam achteruit, tot er bijna niets meer van over was. er elke woensdag sfeermarkDe meesten van jullie zullen wel denken: ‘je zou maar wonen in zo’n vies, drassig uitgestorven dorp ergens in het ten en in december vind je kille, koude Noorden.’ Toch is die gedachte niet helemaal terecht. In de finale-uitzending van het NCRV-televisieer het beroemde Scrooge programma De mooiste plek van Nederland in 2004, eindigde Moddergat namelijk op de tweede plaats. Er staan festival, waarbij de klok tein Moddergat prachtige oude vissershuisjes, die uitzicht hebben over de woeste zee. Moddergat heeft dan ook een ruggedraaid wordt naar 1850, beschermd dorpsgezicht, er mag niet gebouwd en verbouwd worden. de tijd van Dickens. Ook al is de kans misschien niet groot dat je ooit bij toeval in Moddergat verzeild raakt, sla het niet over als je in de buurt bent. Ontvlucht de drukte van alledag en bezoek het museum ’t Fiskerhúske , om voor even in te verdwijnen in het verleden. Of eet een ijsje bij een pittoresk eetcafétje en ga de uitdaging van het wadlopen aan. Het valt echter niet te ontkennen dat Moddergat toch enigszins een gat is. Althans, wat bereikbaarheid betreft. Want als je met het openbaar vervoer één van de mooiste plekjes van Friesland wilt bezoeken, moet je eerst zelf de bus bellen. Maar als het vandaag niet lukt om thuis te komen, probeer je het morgen gewoon weer. Daar doen ze in Moddergat niet moeilijk over, want dan verblijf je toch gewoon bij Bed&Breakfast Luytshuis Zilver?

Moddergat

Bontebok Bontebok is een klein dorpje in Friesland, vlakbij Heerenveen. Het dorpje ontstond langs het kanaal de Schoterlandse Compagnongsvaart, die vooral werd gebruikt voor de afvoer van turf. In Bontebok moesten de schippers vaak lang wachten voordat ze weer verder konden. Hierdoor vestigden zich al snel cafés, winkeltjes en huisjes rondom het kanaal. Ongetwijfeld duikt bij de naam van dit dorp meteen het beeld op van een fleurig gevlekte bok, die rustig in de Friese weide graast. Toch heeft Bontebok niets te maken met geiten. De naam is namelijk afgeleid van een café dat omstreeks 1680 de naam Bontebok droeg. Het had een uithangbord met de spreuk: ‘Een bok is een bok, een bok ben ik geheten. Menigeen is een bok maar wil het niet weten.’ Vandaar de naam Bontebok. Als je toch een keer vertraging met de trein hebt en in Heerenveen strandt, of toevallig in de buurt bent, is het absoluut de moeite waard om een bezoekje te brengen aan dit kleine plaatsje. Het dorp is namelijk omringd door uitgestrekte heidevelden en weelderige bossen, onderbroken door riviertjes. De oude boerderijtjes en schilderachtige huizen voeren je terug naar een tijd die wij alleen maar kennen uit de geschiedenisboeken. En als je door al dat ongekende natuurschoon de tijd vergeet en niet meer thuis kunt komen, dan kun je altijd nog terecht bij camping ‘Balstien’ of Bed&Breakfast ‘Bontebok’.

10 | Dichtbij


Toplijstjes

wáár staat dat

?!

Rectum De naam van het Overijsselse gehucht Rectum roept misschien wel de meeste vragen op. En roept daarnaast misschien wel de meest ‘nasty’ gedachtes op. Want waarom zou je een plaats vernoemen naar een stuk van de darm? Hoewel de agrarische sector – lees: mest – altijd belangrijk is geweest, heeft de naam van dit gehucht verder niets te maken met uitwerpselen of lichamelijke onderdelen. Rectum is Nedersaksisch en is een samenvoeging van de verbasterde woorden Recde of Regde. Deze twee woorden slaan op de rivier de Regge. Met het gedeelte -tum wordt heim of woonstede genoemd. Rectum betekent dus eigenlijk: nederzetting aan de Regge. De sage gaat dat Rectum vroeger last had van drijvende bakstenen. Niemand wilde ze kopen, omdat ze behekst zouden zijn. De stenen zouden afkomstig zijn van een oud, sterk kasteel waar de bisschop van Münster, Bernhard van Galen, de boel geplunderd zou hebben. Volgens de sage konden de stenen drijven, wat de bewoners erg angstig maakte. De bewoners van Rectum zijn erg trots op waar ze wonen en hoe ze spreken. Hun dialect wijkt duidelijk af van de omliggende plaatsen en van het Twents en wordt Twents-Graafschaps genoemd. Dat ze trots zijn is ook begrijpelijk, want deze streek heeft prachtige natuur. De mooiste manier om die natuur te ontdekken is door een vaartocht te maken door de Reggestreek, met een fluisterbootje, een Canadese kano of een kajak. Om de dag af te sluiten met een avondje keihard stappen zou je in Almelo of Enschede moeten zijn. Wel zou je een bezoekje kunnen brengen aan LED’s GO Showbowling. Deze bowlingbanen maken het bowlen tot een bijzondere belevenis, door kleuren- en lasershows. Met een lekker muziekje, een hapje en een drankje is het misschien zelfs niet eens nodig om de grote Het Brabantse Waspik brengt de meesten van jullie waarschijnlijk op ideeën die ik beter maar niet opnoem. discotheken in de stad Toch heeft de naam niets te maken met jullie aanstootgevende associaties. Waspik komt namelijk van Waes, wat op te zoeken. moerassig land betekent. Met pik bedoelde men een vooruitstekend land. Kortom: Waspik betekent eigenlijk vooruitstekend, moerassig land. Dit dorpje, in het moerassige land waar turfwinning de belangrijkste bestaansbron was, heeft een roerige geschiedenis. In de middeleeuwen werd Waspik namelijk vernietigd door de Sint-Elisabethsvloed. Waspik moest weer vanaf de grond opgebouwd worden. Daarnaast probeerde Dordrecht macht op het dorpje uit te oefenen, door accijnt op bier en turf te heffen. Ook verplichtte Dordrecht de Waspikkers om de turf via hen te verhandelen. Toen Waspik dit weigerde, werden inwoners weggevoerd en gevangen gehouden. Hierdoor nam de bevolking erg af, terwijl de overgebleven bewoners armlastig werden. Later was het de Tachtigjarige Oorlog die ook Waspik niet ongemoeid liet. Maar die roerige geschiedenis zijn de meeste Waspikkers allang weer vergeten. De afgelopen weken hebben ze het bovendien druk gehad met hele andere zaken. Waspik werd namelijk onlangs omgetoverd tot Maoneblusserslaand, één van de leukste carnavalsdorpen van Nederland. Als je door de publiciteit van afgelopen weken in de verleiding bent gekomen om carnaval te vieren, wip dan ook even langs in Waspik. Want naast feesten, kun je hier ook prachtig wandelen en fietsen in natuurgebied Westelijke Langestraat. En als dat natuurgebied te klein en te saai is, dan ben je in veertig minuten in de Biesbosch (lees hierover elders in het tijdschrift meer). Wie weet, misschien loop je nog een bever, een zeearend of een Schotse Hooglander tegen het lijf.

Waspik

Doodstil

Doodstil is een klein gehuchtje ongeveer twintig kilometer van de stad Groningen. Hoewel de naam Doodstil nu volledig slaat op de gemoedstoestand van het gehucht, is dat niet altijd zo geweest. Vroeger was er juist leven, drukte, bedrijvigheid in het plaatsje. Eigenlijk was het hele dorp op de een of andere manier betrokken bij het werk op de boerderij. De ene als knecht, de andere als meid bij de boerin en weer een ander als seizoenarbeider. Het was bijzonder, zoals iedereen elkaar hielp als het druk was in de oogsttijd. Zelfs de kruidenier, de bakker of de caféhouder stak de handen uit de mouwen. En nu verschilt Doodstil niet veel van andere plattelandsdorpen. Het is er simpel gezegd doodstil. De werkzaamheden zijn verdwenen, het kanaal Boterdiep is strak en stil en het dorp is slechts nog een suburb, een buitenwijk van de grote stad. Alleen bij strenge winters wordt de stilte in Doodstil verdreven door schaatsers die over het kanaal komen. Maar als het vroeger niet zo doodstil was dan nu, waar komt die naam dan vandaan? Met –til wordt de brug bedoeld die over het Boterdiep kruiste. Deze brug lag op de weg naar de begraafplaats, wat volgens sommigen de verklaring is van de naam Doodstil. Er zou eens een stoet met doodskist en al door de brug gezakt zijn, waardoor de naam nog een extra swing kreeg. Maar waarschijnlijker is de verklaring dat bij het bruggetje een zekere Doede woonde. Hij inde voor de landjonker tol voor de brug, waardoor men sprak over Doede’s til. Dit werd later Doodstil. In Doodstil staan nog een schitterende oude villa en twee oude boerderijen. In Uithuizen, een dorp verderop, staat het kasteelmuseum de Menkemaborg. Het prachtige pand is zo ingericht dat het lijkt alsof de bewonder elk moment terug kunnen keren. Voor de rest nodigt het dorpje niet echt uit om een bezoekje aan te brengen. Misschien, heel misschien als je behoefte hebt aan diepe stilte en grootse rust, zou Doodstil een uitkomst kunnen bieden.

11 | Dichtbij


Achtergrond

Sahara van

het Noorden

De zee duwt de golven tot aan mijn voeten. In plaats van lege bierblikjes en verfrommelde snoepzakjes liggen er enkel groene slierten zeewier op het witte zand. De krijsende meeuwen overstemmen het geruis van de zee. In de verte steekt een zeehond zijn grijze kopje nieuwsgierig boven de witte schuimkoppen uit. Ik sta ademloos te kijken naar dit prachtige plaatje. Dit is puur natuur. Door Andor Faber

12 | Dichtbij


Achtergrond

De Vliehors behoort tot de mooiste plekjes van Nederland. Het ligt op Vlieland, een van de vijf Nederlandse Waddeneilanden. De Vliehors is een zandvlakte ter grootte van bijna 1900 voetbalvelden. Het wordt niet voor niets ‘De Sahara van het Noorden’ genoemd. Een groot deel van de Vliehors is verboden terrein. Dat deel fungeert namelijk als militair oefenterrein. Daarop wordt het hele jaar geoefend met straaljagers die oefendoelwitten bestoken. De toeristen ondervinden daar echter geen hinder van. Kom je voorbij het militair oefenterrein, dan lijkt het alsof de wereld heeft stilgestaan. Mensen kunnen er niet op eigen houtje komen, waardoor de schoonheid van de natuur hier nog onaangetast is. Je zult hier geen afval vinden van toeristen, die hun sigaretten uitgedrukt achterlieten in het zand.

Eiland Er gaat een hele reis aan vooraf, voor je op de Vliehors bent. Om op Vlieland te komen, moet je eerst naar de Friese stad Harlingen. Van daaruit reis je verder met de boot. Rederij Doeksen vervoert je in een anderhalf uur durende overtocht naar Vlieland. Op het dek van de boot kun je tijdens de reis genieten van de Wadden. Onderweg zie je zandbanken, vissersboten en misschien zelfs zeehonden. Eenmaal op Vlieland vervolg je je reis lopend, per fiets of in de bus, aangezien je geen auto mag meenemen naar het eiland. Doordat alleen eilandbewoners in hun auto over het eiland rijden, kom je er weinig tegen. Dat is een van de charmes van het eiland. Om op de Vliehors te komen, moet je eerst naar de andere kant van het eiland. Daar vind je restaurant Het Posthuys, waar je op de Vliehors Expres kunt stappen. In een grote bak van de ongeveer tien meter lange wagen word je langs de kustlijn vervoerd naar het meest westelijke puntje van het eiland: de Vliehors.

Mensen kunnen er niet op eigen houtje komen, waardoor de schoonheid van de natuur hier nog onaangetast is Naast de Vliehors heeft Vlieland nog meer pareltjes in huis. Als je met de boot aankomt, vaar je langs de passantenhaven van het eiland. Dat is zeker een bezoekje waard. In de zomermaanden ziet het er zwart van de boten. Vanaf het terras van het havenpaviljoen heb je bovendien een

Met deze grote wagen word je naar de Vliehors gebracht.

meer dan geweldig uitzicht over het Wad. Onder de horizon dobberen de bootjes op de Waddenzee en bij eb vallen de zandbanken droog. Na het uitrusten kun je de weg vervolgen over de vele bospaden die het eiland kent. Je hoeft maar eventjes te lopen of je komt in Oost-Vlieland, het enige dorp van het eiland. Aan de Dorpsstraat vind je de vele gezellige restaurantjes, kroegen en winkels. Vooral zomers is het een drukte van belang in de Dorpsstraat. Als je voorbij het dorp komt, stuit je op de prachtige natuur die het eiland heeft. Via de schelpenpaadjes fiets je door de duinen naar de andere kant van het eiland. Tijdens een stop kun je afkoelen door een raket te halen bij de eilander ijsverkoper. Een bezoekje aan het strand mag je daarnaast ook zeker niet missen tijdens een verblijf op Vlieland. Op de Vliehors kun je niet om het strand heen. Gids Aant van der Veen brengt ons met een van de twee gele wagens van de Vliehors Expres naar de Hors, zoals de eilanders de Vliehors noemen. Ondanks dat de wagen door de golven wordt gestuurd, hoeven we door de hoge zitplaatsen niet bang te zijn voor natte voeten. Om verder te mogen rijden moet Van der Veen eerst goedkeuring krijgen van de militaire basis op de Vliehors. Als dat is gebeurd, rijden we verder naar het meest westelijke punt van het eiland. Eenmaal daar aangekomen, verlaat ik de gele wagen. Het naastgelegen Waddeneiland Texel ligt vlakbij, want het strand, de duinen en de rode vuurtoren zijn goed te zien. De zee weerkaatst de brandende zon in de glazen van mijn zonnebril, terwijl ik in de verte tuur. Van der Veen vertelt dat de kans groot is dat ik zeehonden zie, aangezien ze vaak liggen te luieren op de zandbanken tussen Texel en Vlieland. Die woorden zijn nog niet uitgesproken of op een steenworp afstand laat een zeehond zich zien. Ik probeer het kopje snel op te speuren met een aangereikte verrekijker, maar ik ben helaas net te laat. De zeehond vervolgt zijn jacht onder water.

Drenkelingenhuisje Na zo’n tien minuten bij de kustrand, stap ik weer in de gele wagen op weg naar de volgende bestemming op de Vliehors: het drenkelingenhuisje. Al na een paar minuutjes rijden over het strand zet Van der Veen de wagen stil. We zijn er. Het drenkelingenhuisje staat op palen van zo’n twee meter. Ik loop met de trap omhoog en stap het huisje binnen. Het is ontzettend klein, misschien drie meter breed en drie meter lang. Inmiddels is het een klein juttersmuseum. Binnen vind je de gekste dingen: een urn, kunstgebitten, volle pakjes sigaretten en zelfs een vliegtuigbom. Van der Veen vertelt dat iedereen erg voorzichtig met het grote voorwerp moet omgaan, omdat hij nog niet ontmanteld zou zijn. Als hij hem terug legt, valt de bom ‘per ongeluk’ uit zijn handen. Vele verschrikte ‘oehs’ en ‘ahs’ vliegen me om de oren. Ik kan het huisje echter gewoon verlaten, zonder dat de zogenaamd ontmantelde vliegtuigbom het van de Vliehors heeft geveegd.

In het drenkelingenhuisje vind je dingen die aangespoeld zijn op het Vlielander strand.

Naast dat het huisje momenteel een juttersmuseum is, kun je er ook al jaren jouw ja-woord aan je partner geven. Vroeger diende het huisje als opvang voor gestrande zeevaarders. Vandaar de naam drenkelingenhuisje. Als een storm voor een ontzettend hoge waterstand zorgde,

13 | Dichtbij


Achtergrond

Rondom het drenkelingenhuisje staat een jutschutting.

zat je als drenkeling in ieder geval veilig, aangezien het huisje op hoge palen is gebouwd. Naast droge kleren lag er in het huisje ook water en eten. Zo kon de gestrande bemanning zichzelf in leven houden tijdens een zware storm. Via een telefoonverbinding met het nabije Posthuys was redding bovendien nooit ver weg. Als ik het huisje verlaat en de trap weer afloop, valt mijn oog direct op alle stapels hout, zeeboeien en vlaggen, die in een kring voor het huisje liggen. Die zogenoemde ‘jutschutting’ is gemaakt van allerlei dingen die zijn aangespoeld op het strand van Vlieland. In de zomermaanden rijdt de Vliehors Expres ook ‘s avonds. De avondtochten zijn speciaal. Bij zonsondergang vertrek je naar de Vliehors. Tijdens de rit kun je kijken naar de roodgele luchten, die boven de zee hangen. Als je aankomt bij het drenkelingenhuisje is de zon onder en wordt er een kampvuur ontstoken. Samen met de andere aanwezigen luister je naar de muziek van het eilander muziekduo Drijfhout. Aan het einde van de avond keer je met de Vliehors Expres weer terug naar het dorp. Als je op Vlieland bent, dan wil je het eiland natuurlijk op zijn mooist meemaken. Aangezien de laatste boot richting Harlingen iedere dag al aan het einde van de middag vertrekt, is het aan te raden om te overnachten op Vlieland. ‘s Avonds is er namelijk genoeg te beleven. Een nachtje op het eiland slapen hoeft helemaal niet veel te kosten. Als je van kamperen houdt, is Kampeerterrein Stortemelk een prach-

14 | Dichtbij

tige plek om je tentje op te zetten. Voor nog geen twintig euro lig je op je luchtbedje midden in de Vlielandse duinen.

het sfeervolle Café Tante Pé een speciaalbiertje kunt drinken.

Voor nog geen twintig euro lig je op je luchtbedje midden in de Vlielandse duinen Een hapje eten kan voor minder dan een tientje in Grand Café De Bolder, gelegen op de camping. Het is dus niet duur en daarnaast is het eten op de uitgebreide menukaart van goede kwaliteit. Vanaf de camping ben je binnen een paar minuten op het strand om ‘s avonds de zonsondergang te bekijken of de volgende ochtend je ochtendhumeur eruit te zwemmen in het verfrissende water van de Waddenzee. Als de blauwe lucht is ingeruild voor de donkere kleuren van de avond, kun je direct door naar het dorp. Het is een en al gezelligheid in de Dorpsstraat, waar je in

Op Kampeerterrein Stortemelk kun je prachtig kamperen in de natuur.

Vlielander singer-songwriter Sjoerd in actie

Daarna kun je in Café de Zeevaert een optreden bezoeken van dé Vlielander singer-songwriter Sjoerd. Zijn eigen nummer ‘Laat mij maar op Vlieland zijn’ maakt altijd deel uit van het repertoire. De klanken van dat Vlielander volkslied onderstrepen de charme van het eiland. Vlielandgangers zullen het ongetwijfeld herkennen. Het prachtige uitzicht vanaf de Vliehors geeft je niet het idee dat je in Nederland bent. Toch is het zo. Het is helemaal niet nodig om naar een exotisch eiland af te reizen, als je op Vlieland datzelfde gevoel kunt beleven. Het is een fantastisch stukje van Nederland. Niets weegt op tegen de Sahara van het Noorden. En ben je dan op Vlieland, pas dan op. Want als je eenmaal door de Vlielandkoorts gegrepen wordt, raak je die je leven lang niet meer kwijt.


Achtergrond

Doe eens gek:

bezoek

Wie aan Almere denkt, denkt aan beton, flats en nieuwbouw. Een ongezellige, onplezierige stad in het midden van de polder. Vanuit de grote leegte van het omliggende platteland, rijd je de grauw geblokte stad binnen. Een koud gevoel bekruipt je bij het aanzien van de gestapelde woningen. Herkenbaar? Niet voor iedereen. De meeste inwoners van Almere zijn dol op de stad. Nieuwbouw? Ze houden ervan. Moderne architectuur? Ze zweren erbij. En guess what? Almere is onder jongeren populairder dan ooit! Door Cathalijne Runia

15 | Dichtbij


Achtergrond

Doe eens gek: bezoek Almere!

D

e kans dat je wel eens in Almere bent geweest is groot. En laten we daar gewoon eerlijk over zijn: niet omdat je geïnteresseerd was in de bijzondere architectuur, maar voor een bezoekje aan de Primark. Het is je vergeven. Maar, geloof het of niet, er is veel meer te doen in Almere dan slechts deze supergoedkope winkelketen bezoeken. “Winkelstraten, bioscopen, cafeetjes, uitgaan, poolen: je kunt alles in Almere!” , vertelt een enthousiaste Niaz Taha- 23 jaar oud en trotse Almeerder. “Almere is echt een toffe stad voor jonge mensen, alleen veel jongeren uit andere delen van Nederland weten dat niet”. Daar moet verandering in komen! Want afgezien van de eeuwige discussie of je Almere nu mooi of afschuwelijk vindt: de stad leeft.

Jonge stad

Almere is de jongste stad van Nederland. Dat kan maar één ding betekenen: gezelligheid! Niaz: “Ik verveel me echt nooit in Almere. Zeker in het centrum van de stad kun je je goed vermaken. Veel mensen komen naar de stad om te winkelen of uit te gaan, en dat kan daar ook heel goed!”. Zelf is hij gek op leuke eettentjes in de stad. “Ik zoek vaak nieuwe restaurantjes op. Nu ben ik gewoon verslaafd aan Sphinx, een Egyptisch restaurant in mijn buurt”, lacht Niaz.

Meer dan vinex

Ja, Almere is een vreemde eend in de bijt, als het op Nederlandse steden aankomt. De stad valt op vanwege zijn architectuur. Of je het nu mooi vindt of niet: busladingen vol Japanners komen dagelijks foto’s

16 | Dichtbij

In het centrum van Almere is genoeg te doen, ook als je er niet vandaan komt.

maken van de imposante huizen, spraakmakende wijken en opvallende nieuwbouw. Beroemde architecten zoals Teun Koolhaas (hij ontwierp ook in de Kop van Zuid in Rotterdam) hebben hun steentje bijgedragen aan de opbouw van de stad.

“Almere is de jongste stad van Nederland. Dat kan maar één ding betekenen: gezelligheid!”

Gek op architectuur? Doe dan gerust mee met de toeristen en laat je verrassen: Almere is zo gek nog niet!

Allerlei mensen

De stad staat naast zijn architectuur ook bekend om de grote verscheidenheid in culturen van de bewoners. Niaz, zelf een Irakese Koerd, vindt dat een groot pluspunt van de stad. “Het maakt de stad gezelliger en zorgt voor een leuke en relaxte sfeer. In veel ste-


Achtergrond

Niaz en zijn vrienden is dit leuk. Ook jij kunt makkelijk door naar de hoofdstad. Ben je (ondanks dat dit onmogelijk is) uitgekeken op het centrum van Almere? Binnen een kwartier ben je op A’dam centraal! Ook uitgaan in de polder is leuker dan je misschien in eerste instantie verwachtte. Bovendien is het heel overzichtelijk. Midden in het centrum vind je een groot plein met allerlei bars, clubs en cafés.

“Winkelstraten, bioscopen, cafeetjes, uitgaan, poolen: je kunt alles in Almere!”

Voor ieder wat wils, en heel anders dan in andere steden. Zo vind je naast de skihutbar een reggae tent, en tegenover een braaf cafeetje een club waar vooral deephouse gedraaid wordt. den heb je bijvoorbeeld niet zoveel keuze uit verschillende soorten restaurants als in Almere. En wat dacht je van de markt? Die is hier echt heel groot. Kom eens naar Almere en verbaas je eens over al die leuke gerechten!”. Een groot voordeel voor jongeren die woonachtig zijn in Almere is de snelle verbinding naar Amsterdam. Niaz: “Als ik me verveel ga ik daar wel eens met vrienden naar toe. Veel jonge mensen die ik ken doen dat”. Maar niet alleen voor

Kortom: een stad die je echt niet mag missen. Almere is naast dit alles goed bereikbaar en heeft (HEEL VEEL) stations. Wie wel eens vanuit Zwolle naar Amsterdam reist weet dat maar al te goed: Almere Oostvaarders, Almere stad, Almere centrum, Almere buiten, het gaat maar door. Maar niet in elk stadsdeel is het even boeiend voor dagjesmensen. “Voor een leuk dagje Almere moet je gewoon in het centrum zijn, want daar is nu eenmaal het meeste te doen”, legt Niaz uit. En ja, als je daar toch bent… mag je best even in de Primark kijken.

Almere (van boven naar beneden): - Opvallende architectuur. liefhebbers hiervan wanen zich bij het bezichtigen van het centrum in een walhalla van bouwstijlen, kleuren en materialen. - De grote pleinen in de binnenstad zitten in de zomer bomvol. - Almere is goed bereikbaar met het openbaar vervoer. Vanuit het centraal station loop je direct de winkelstraten in.

17 | Dichtbij


Toplijstjes

De Biesbosch De Biesbosch is een natuurgebied in de delta van de Rijn en Maas dichtbij Dordrecht. Het is een van de zeldzame plekken waar zoet water stroomt en tegelijk eb en vloed voorkomt. Je vindt er een doolhof van slootjes, beekjes en riviertjes. Ook heeft het gebied een enorme flora en fauna. Als je door de polders langs dorpjes en over dijken wandelt of de takken aan de kant moet duwen als je door nauwe beekjes peddelt, ben je één met de natuur. En wie weet spot je ook nog een bever of een kiekendief. Op de foto: Een luchtfoto laat zien wat voor doolhof De Biesbosch is.

De Groote Peel

De Groote Peel is een natuurgebied op de grens van Noord-Brabant en Limburg. Ooit was het een enorme veenkolonie, maar na de turfwinning verdween het veen langzaam. Wat overbleef was een enorm weids gebied dat De Peel ging heten. Het landschap bestaat uit water, moeras, heide en bos en is daardoor erg gevarieerd. Ook zijn hier en daar nog kleine stukjes veengrond bewaard gebleven. Naast de prachtige natuur geeft de bijzondere samenstelling van het landschap het gebied een cultuur-historische waarde. Er is gelegenheid de turfstekertocht te doen. Hierbij gaan de deelnemers terug naar de tijd van het turfsteken. Op de foto: Het moeras, water en bos geven De Peel zijn bijzondere aangezicht.

De Alde Feanen De Alde Feanen is een nationaal park gelegen in de driehoek tussen Leeuwarden, Drachten en Heerenveen. Het gebied staat bekend om zijn laagveen, moerasbossen en Friese meren. Daarnaast komen er meer dan 450 soorten planten en honderd vogelsoorten voor. Het gebied is geliefd onder survivallaars en booteigenaren. Dat is ook niet gek, want je kunt in deze omgeving prachtige tochten maken. Goedkoop overnachten kan op meerdere campings in het gebied.

Sint-Pietersberg De Sint-Pietersberg ligt in de ‘Laars van Nederland’. Hier, in Zuid-Limburg, vinden we een van de spaarzame Nederlandse bergen. Deels ligt het gebied op Belgisch grondgebied. Kenmerkend voor de berg zijn de vele gangenstelsels die er doorheen lopen door de vroegere krijtwinning in het gebied. Tegenwoordig zijn de stelsels te bezichtigen. Het gebied ligt op slechts anderhalve kilometer van het bekende Vrijthof in Maastricht en kent veel wandel- en fietsroutes. Wie na het bezoek aan de berg toe is aan een versnapering, kan binnen een mum van tijd in de mooie binnenstad van Maastricht genieten van een van Limburgs bekende speciaalbieren. Op de foto: Een ingang van een gangenstelsel op de Sint-Pietersberg met bezoekers.

18 | Dichtbij

Op de foto: De Alde Feanen staat onder andere bekend om de grote variatie in plantengroei.


Toplijstjes

De Veluwe De Veluwe is een groot bebost gebied in Gelderland. Het loopt van Hattem bij Zwolle tot Arnhem en in westelijke richting tot Harderwijk. De Veluwe herbergt meerdere nationale parken en kent ontelbare wandelroutes. Er lopen talloze beekjes door het bosrijke gebied met vaak heel schoon water. Veel wilde zwijnen leven op de Veluwe. Er liggen meerdere dorpen midden in de natuur op de Veluwe. Het gebied is zo groot dat het onmogelijk compleet te doorkruisen is, maar een willekeurige stop zal niemand tegenvallen. Op de foto: De Veluwe in een beeld gevangen: veel groen, bos en wilde beesten.

Drentsche Aa Het Nationaal beek- en esdorpenlandschap Drentsche Aa ligt in het noorden van de provincie Drenthe. Het natuurgebied van ruim 3000 hectare kent vele hoogtepunten. Het grootste hoogtepunt is toch wel het beekje Drentsche Aa, waarnaar het gebied vernoemd is. Als een van de weinige wateren in Nederland heeft de Drentsche Aa zijn meanderende karakter behouden. Daarnaast wordt de omliggende natuur gekenmerkt door prachtige heides en mooie bossen. Vanuit provinciehoofdstad Assen ben je zomaar in dit prachtige natuurgebied.

Oostvaardersplassen:

Op de foto: Het meanderende beekje de Drentsche Aa kenmerkt het natuurgebied.

De Oostvaardersplassen zijn, in tegenstelling tot de andere natuurgebieden, nog relatief jong. Het natuurgebied ligt vlak bij de Randstad, namelijk tussen Almere en Lelystad in Flevoland. Het grootste gedeelte van de Oostvaardersplassen bestaat uit water. Het ‘droge gedeelte’ wordt bewoond door allerhande dieren. Van edelherten en paarden tot ringslangen en bevers. Veel vogels gebruiken de Oostvaardersplassen om te overwinteren. De Oostvaardersplassen zijn in het bezit van het Europees diploma voor natuurbeheer, wat iedere vijf jaar opnieuw wordt toegekend. Dat is een soort oorkonde voor het gebied. De natuurfilm De Nieuwe Wildernis is opgenomen in dit gebied. Op de foto: De verschillende dieren spelen een grote rol in de Oostvaardersplassen.

Lauwersmeer: Het bijzondere aan het natuurgebied Lauwersmeer is dat het op een bodem ligt, waar vroeger de zee stroomde. In 1969 zijn er mensen begonnen met het bouwen van een dam, waarna het langzaam uitgroeide tot een natuurgebied. Het ligt op de grens van Friesland en Groningen in het noorden van beide provincies. Lauwersmeer is een echt vogelparadijs. Veel verschillende vogelsoorten laten er hun snavel zien. In het voor- en najaar is het zomaar mogelijk dat je, als je naar de sterrenhemel tuurt, tienduizenden ganzen over je heen ziet vliegen. Een imponerend gezicht. Lauwersmeer heeft inmiddels de status van Nationaal Park. Op de foto: Het Nationaal Park Lauwersmeer staat vooral bekend om de vele vogelsoorten die er rondvliegen.

19 | Dichtbij


ACHTERGROND

Rotterdam 20 SportMind


COLUMN

SportMind 21


Achtergrond

Overnachten tussen kippen, Cardioloog Ronald Schepp bouwt kalvere Langzaam verdwijnt buslijn 51 uit het zicht. Wat overblijft is rust en een frisse plattelandsgeur. Wie zich door de bus laat afzetten hier in het Friese Oentsjerk tussen Leeuwarden en Dokkum zet voet op de zandrug genaamd Trynwâlden. Op het eerste gezicht lijkt het weinig spectaculair en zelfs een beetje saai. Het enige geluid is dat van een tractor die verdwijnt op een smalle asfaltweg richting het westen. Halverwege die weg, te midden van het platteland en direct aan de Elfstedenroute, ligt de pas geopende Bed and Breakfast van Ronald Schepp en zijn vrouw Ank.

met zijn vrouw Ank naar het Friese platteland. Ronald en Ank waren beiden arts in Rotterdam. Eerstgenoemde had altijd al het verlangen de Randstad te verlaten. ‘’Ik ben nooit gewend. Het was te druk, chaotisch en niet mijn ding’’, aldus Ronald. De mogelijkheid was er niet omdat Anks werk plaatsgebonden was. Na een ernstige ziekte werd Ank grotendeels afgekeurd en stopte zij met werken. Kort daarna kwam er een baan vrij in het medisch centrum Leeuwarden, waar Ronald op reageerde. Hij werd aangenomen en een maand na zijn aantreden verhuisde het stel naar Oentsjerk.

Door Chris Bil

“Rustig!”’ spreekt Schepp vermanend tot zijn hond Imre. De viervoeter begroet enthousiast elke gast die het erf betreedt. Een stralende lentezon laat zijn licht vallen over de statige bomen vol knoppen. Kippen lopen zachtjes tokkend over de stenen achter de woonboerderij van Ronald. Een kat heeft zich uit de voorjaars-

wind in de zon genesteld. Paarden steken hun hoofd in de wind en eenden zwemmen door het kleine slootje dat aan het erf van Schepp grenst. Het geheel heeft iets weg van een mini-dierentuin. Ronalds accent verraadt direct dat hij geen kind van de streek is. De 66-jarige gepensioneerde arts verhuisde in 2003

“De Randstad is te druk en chaotisch” De stap naar het platteland is gewaagd maar ook begrijpelijk. De familie Schepp heeft zich in een mooi pand gevestigd. De houtkachel, de oude houten balken uit het begin van de twintigste eeuw en het

Het uitzicht van Ronald en Ank voor huis. Vanaf hier is Aldtsjerk zichtbaar, dat kilometers verderop ligt.

22 | Dichtbij


Achtergrond

koeien en kraaiende hanen nstal om tot prachtige Bed and Breakfast fornuis dat gestookt wordt met hout, ademen een landelijk karakter. Iets verderop langs de weg stroomt het elfstedenriviertje de Murk. De daarin langzaam tuffende bootjes, veelal met Friese vlag, maken de puzzel compleet. Wie de rust, ruimte en schoonheid van de natuur opzoekt, is hier aan het juiste adres. In 2012 ging Schepp met pensioen. Na eerdere gedachten over het openen van een Bed and Breakfast voegt hij nu de daad bij het woord. De geboren natuurgenieter is niet zomaar iets begonnen: ‘’Na mijn pensioen ben ik de boel hier gaan opknappen. Ik hou ervan om gastheer te spelen en het mensen plezierig te maken. Ik mag graag kokkerellen en doe dat ook heel graag voor anderen’’, vertelt Schepp.

“De grond kost hier geen drol en we hebben alle ruimte”

In anderhalf jaar tijd verbouwde hij een oude kalverenstal tot onderkomen voor reizigers. Voor zeventig euro per nacht kan er al een kamer geboekt worden voor twee personen, met uitgebreid ontbijt en een kilometers lang uitzicht over de velden. De gastheer biedt tevens workshops bierbrouwen aan. Schepp verhuurt daarnaast fietsen en paardenliefhebbers

De Bed and Breakfast ziet er van binnen erg knus uit.

hebben de mogelijkheid een ritje te maken. Gasten die met het openbaar vervoer komen, haalt hij graag op van de bushalte die kort verderop ligt. Voor wandelaars en fietsers is de Trynwâlden een ideale locatie. ‘’In de buurt liggen op loopafstand bossen met schitterende bomen. Het is hier heerlijk wandelen en fietsen. Je passeert oude states en landhuizen en hebt weidse uitzichten. Daarnaast liggen op fietsafstand natuurgebieden als de Grote Wielen en de Groene Ster. Je denkt bij Friesland misschien aan platte

Griekenland en Turkije Op loopafstand van de Bed and Breakfast ligt het bos Griekenland en Turkije. Dit bos dankt zijn naam aan het feit dat het is aangekocht met geld uit Turkse en Griekse obligaties. Het is een uitgestrekt gebied met mooie wandelroutes. Het bos loopt van Aldtsjerk tot Mûnein en heeft vele slingerende wandel- en ruiterpaden. Aan de zuid-westkant van het bos ligt het landgoed Stania State. Er is een theeschenkerij gevestigd. Aan de noord-westkant ligt het eeuwenoude landgoed de Klinze waarin tegenwoordig een -wat exclusiever- hotel gevestigd is.

klei maar dat is absoluut niet zo’’, legt Schepp uit. De recreatie- en natuurgebieden zijn eveneens met de bus te bereiken vanaf de Bed and Breakfast. Het onderkomen zelf is nog grotendeels in oude stijl. Net als in het woonhuis zijn de oude balken nog zichtbaar en is de oude staldeur exact hetzelfde als toen de stal nog in gebruik was. In de ruimte is veel van hout. Kastjes, tafels en stoelen hebben dezelfde stijl. De bovenverdieping met twee extra bedden is volledig open. Door de oude stalraampjes hebben bezoekers zicht op de paarden in de wei achter het erf. Schepp serveert het ontbijt ’s ochtends in de ruimte waar overnacht wordt. Daarnaast hebben gasten de mogelijkheid zelf koffie en thee te zetten. Voor de warme maaltijd verwijst Schepp gasten naar het nabijgelegen Kafee It Wapen Fan Fryslan dat pal naast de bushalte gelegen is. De zaak is gevestigd in een oud statig gebouw. Een oude stenen bar zit vol met stamgasten. Veel decoraties aan de muur, het enorme rek met wijnen en een aanbod van meer dan zestig soorten bier op fles maken het plaatje af. Voor de sportieveling is er de mogelijkheid tot spijkerslaan en darten. Het eten is er

23 | Dichtbij


Achtergrond

eenvoudig maar betaalbaar, vers en lekker volgens Schepp. ‘’Maar’’, voegt hij eraan toe: ‘’als er speciale wensen zijn, bied ik ook de mogelijkheid om zelf te koken. Gasten mogen dat eveneens doen als ze willen.’’ De omgeving heeft nog meer te bieden. Dichtbij is er het Jeen van de Bergplein, vernoemd naar de schaatser die ooit hard zijn hoofd stootte tegen de ijzeren brug in het nabijgelegen Aldtsjerk. De andere kant op, in Gytsjerk, vindt men het Elfstedenmonument. Deze brug is versierd met duizenden tegeltjes van schaatsers die ooit de Elfstedentocht reden. Daarnaast zijn de vele imposante gebouwen een bezoek waard.

“Je denkt bij Friesland misschien aan platte klei maar dat is absoluut niet zo” De wat meer op avontuur ingestelde mens komt ook aan zijn trekken. Dezelfde buslijn die de reiziger in Oentsjerk brengt, rijdt door naar Dokkum. Daar is een groot aanbod van winkels en uitgaansgelegenheden. Daarnaast heeft de Elfstedentochtstad een bowlingcentrum en ligt het in directe waterverbinding met de Bed and Breakfast van Schepp.

Ontstaan Trynwâlden Over het ontstaan van Trynwâlden gaat een eeuwenoude legende. Het verhaal wil dat er vroeger een steenrijke weduwe met de naam Tryntsje op de zandrug woonde. Zij had zeven zonen die elk van haar een boerderij kregen en daaromheen de dorpen van Trynwâlden stichtten. Deze zonen heetten Oene, Reade, Rypke, Gieke, Alde, Tiete en Wynse, en zij stichtten de dorpen Oentsjerk, Ryptsjerk, Ryptsjerk, Gytsjerk, Aldtsjerk, Tytsjerk en Wyns. Later werd Mûnein zelfstandig na jaren een buurtschap van Oenkerk te zijn geweest. De naam van de Wouden doelt op de hoeveelheid bos die de omgeving rijk is. Een beeld van Tryntsje en haar zeven zonen tegenover het café in Oentsjerk houdt de legende levend. Kenmerkend in Trynwâlden zijn daarnaast de vele adellijke states.

Hetzelfde geldt voor Leeuwarden. De Friese hoofdstad biedt een enorme geschiedenis met de beroemde Joodse buurt, zijn eigen toren van Pisa genaamd de Oldehove en heeft een groot scala aan kroegen, discotheken en restaurants. Daarnaast zijn er geregeld festivals in de stad. In 2018 is Leeuwarden de culturele hoofstad van Europa. De kans is groot dat het aantal activiteiten nog flink toeneemt de komende jaren. De binnenstad van Leeuwarden is vrij overzichtelijk en een middagje goed doorstappen is genoeg om het meeste gezien te hebben. Daarna is er de mogelijkheid bij te komen met een kop koffie of glas bier op een van de vele terrassen die

het centrum rijk is. Verderop in dit blad valt daar meer over te lezen. Onder de rook van Leeuwarden liggen de recreatiegebieden de Grote Wielen en de Groene Ster, bereikbaar per boot en bus vanaf Oentsjerk. De wandelaar of fietser kan hier zich urenlang vermaken. Daarnaast is er de mogelijkheid te zwemmen en ligt er strand. Ook kent het gebied een midgetgolfbaan en een paintballcentrum. Dit alles ligt op fietsafstand van elkaar. Ronald wil naar eigen zeggen ‘nooit meer weg’ uit Oentsjerk. ‘’We wonen hier nu ruim tien jaar. De grond kost hier geen drol en we hebben alle ruimte. Daarnaast heb ik elke ochtend verse eitjes. Wat willen we nou nog meer?’’ besluit hij.

Elfstedentochtmonument Een van de publiekstrekkers is het elfstedenmonument. Deze brug net buiten Gytsjerk is versierd met duizenden tegeltjes. De tegeltjes tonen afbeeldingen van iedereen die de Elfstedentocht tenminste eenmaal heeft uitgeschaatst. Ook koning Willem Alexander is terug te vinden tussen de tegeltjes. Met elkaar vormen de tegeltjes een grote afbeelding van vijf schaatsers. De Canterlandse brug ,zoals die officieel heet, loop over de Murk, het laatste riviertje dat de schaatsers passeren voor ze aan het laatste stuk over de Bonkefeart naar Leeuwarden beginnen. Het Elfstedenmonument is van veraf te zien in het landschap.

24 | Dichtbij


Toplijstjes

5

De leukste binnensteden van Nederland

5 p o t

Voor een bruisend stadscentrum hoef je niet per se het land uit. In Nederland zijn er genoeg mooie binnensteden waar van alles te doen en te zien is! Dit zijn de leukste vijf, met een paar hotspots. 1. Maastricht

Maastricht: de leukste en jongste stad van het Zuiden. Het oude centrum van de stad is ongelofelijk mooi. Als je in het midden of noorden van het land woont moet je misschien een paar uur reizen, maar zodra je je binnen de stadsmuren van Maastricht bevind, ben je dat snel vergeten. Met het OV is de Limburgse hoofdstad makkelijk bereikbaar. Vanaf station centrum is het winkel- en uitgaansgebied op loopafstand. Kun je niet wachten om het zonnige zuiden van Nederland op te zoeken? Hier alvast wat leuke hotspots op een rijtje die je niet mag missen: Café zondag ‘Oldskool meets hip’ is misschien de beste omschrijving voor dit gezellige café in de binnenstad van Maastricht. Het modernogende café is altijd stampvol met jonge mensen en studenten. Overdag de perfecte plek voor een broodje of gebakje, en s’avonds zeer geschikt om wat te dansen en te drinken. Regelmatig treden er (vooral onbekende) bandjes en dj’s op. Concept Voor de vintage-addicts onder ons: dit mag je niet missen. Concept is een winkel vol tweedehands kleding, boeken, rommeltjes, spulletjes en andere onnodige items die je tóch graag wilt hebben als je ze eenmaal gezien hebt. De winkel ziet er mooi uit en heeft weinig met een suffe kringloopwinkel te maken. Als je het winkelen in grote winkelketens als H&M en Zara even zat bent, vlucht dan weg uit de hoofdstraten en bekijk een van de vele boetiekjes die in de stad verborgen liggen Kiwi Kiwi is een prachtige loungebar waar je heerlijk onderuitgezakt kunt genieten van lekker eten of goede cocktails. Overdag wordt er eten geserveerd tegen een eerlijke prijs, en ‘s nachts kan er gefeest worden. Kiwi is populair onder de Maastrichtse jeugd, en is een bezoekje dan ook zeker waard.

2. Leiden

Leiden staat bekend om zijn mooie grachten, de schilderachtige wijkjes en de Pieterkerktoren die boven de stad uitsteekt. Je vindt in Leiden musea als Naturalis en Corpus en veel leuke winkels en restaurants. In de Breestraat zitten de bekende ketens, voor de specialere zaakjes duik je de steegjes in. De Bierwinkel De eigenaren adviseren je graag welk bier bij jou past. Met achthonderd soorten speciale bieren in het assortiment zijn er genoeg mogelijkheden. Ook voor de whisky- of cognacliefhebber zijn er tweehonderd soorten in de aanbieding. Gelateria Maxim’s IJsmeester Maxim maakt Italiaans ijs zoals het moet– met veel liefde en passie. Die liefde en passie is bijvoorbeeld te proeven in het ijs met bijzondere smaken als cioccolato en tortufo al bacio. Of ga voor de zomerse fruta di passione of mela verde. Ook on the go. Babassu Na een lange dag Leiden kom je bij met een verfrissende spabehandeling of laat je je vermoeide voeten onder handen nemen bij de mooie schoonheidssalon Babassu. Of trakteer jezelf met een van de luxe beautyproducten. Annie’s Dineren bij Annie’s kan op het terras dat op het water ligt, of in de knusse binnenruimte in de kelders van de Hoogstraat. Alle wereldgerechten – van Indonesische varkenshaassaté tot Hollandse hachee – kosten 13,50. Houd je nog geld voor het toetje Death by Chocolate of een cocktail aan de bar. Ook leuk: betaalbare pizza’s bij Donnatello’s of Spaanse tapas op een van de loungebanken bij Oloroso.

25 | Dichtbij


Toplijstjes 3. Utrecht

Met haar prachtige grachten en grote oude panden heeft Utrecht met recht een van de mooiste binnensteden van Nederland. Vooral op een zonnige dag geeft een bezoekje aan deze stad je een heerlijk vakantiegevoel. Daarnaast is het centrum heel makkelijk bereikbaar. Vanuit Utrecht centraal loop je direct de gezellige winkelstraten in. Ik zou zeggen: waar wacht je nog op? Hups, in de trein en op naar Utrecht!

Park lepelenburg Een eindje achter de domtoren bevindt zich park Lepelenburg. Een populaire picknickplek in de zomer voor Utrechters, en ook erg geschikt voor dagjesmensen. Vooral het grote grasveld in het midden van het park is perfect om je te ontspannen. The Village Coffee In deze gezellige tent worden speciale soorten koffie geserveerd. De sfeer is er ontspannen en het is er vaak rustig. Ook erg benoemenswaardig: koffie is lekker, maar de heerlijke koekjes, taartjes en andere zoetigheden die in dit cafeetje op de kaart staan zijn nog veel lekkerder!

4. Arnhem

De provinciehoofdstad van Gelderland wordt vaak vergeten, maar is ontzettend gezellig! Arnhem is een stad vol mooie pleinen en brede straten. Een echte aanrader voor wie er nog nooit geweest is! Jansplein Het Jansplein is een van de vele pleinen in de binnenstad van Arnhem. Dit uitgaansplein is vooral ‘s nachts erg gezellig. Cafe’s, clubs en kroegen: je vindt ze hier. In het midden van het plein staat de Sint-Jan, een prachtige neo-classicisme gebouwde koepelkerk. Dit imposante bouwwerk is ook zeker het bekijken waard.

5. Groningen

Groningen is met zijn nooit sluitende kroegen een echte studentenstad. Maar behalve bier drinken is er nog veel meer te doen in het gezellige centrum. In de Herestraat zitten de grote ketens als Zara en H&M, voor de aparte winkeltjes en leuke kroegjes verken je de zijstraatjes. Boekhandel Kunst & Vliegwerk Voor kwaliteitsramsj ga je naar deze boekwindel. Mooie boeken kunst, literatuur, geschiedenis en kinderboeken - voor weinig. Ook de fan van klassieke muziek of jazz kan hier voor een prikkie een cd scoren. Neem dan ook meteen een mooie kunstkaart of poëzieposter van Plint mee. Droppie Voor drop uit vervlogen tijden ben je hier aan het goede adres. Driehonderd soorten drop die de beste herinneringen naar boven brengen. Van Haagse Hopjes en Jamaica’s tot matrouska’s en droplullen. De Schoenenfabriek In deze nieuwe schoenwinkel heeft elke schoen een eigen verhaal. Eigenaar Berend is wars van saaiheid. Zijn nimmer alledaagse producten worden tentoongesteld in de fabriek-achtige zaak, waarin het moderne interieur met antiek gecombineerd wordt. Voor hippe dames en heren.

26 | Dichtbij

Rafa food De Arabische keuken is heerlijk, maar bij veel nederlanders nog niet bekend. Dat moet anders! Bij Rafa Food in Arnhem worden allerlei Arabische gerechten geserveerd. Verschillende Irakese, Syrische en Marokkaanse gerechten staan hier op de kaart. Het restaurant ligt op loopafstand vanaf het centrum.


Toplijstjes

GEBOREN EN GETOGEN

3

IN

100 (HONDERD)

6 1

Steden, dorpen en gehuchten met een getal in de naam

Of stel je voor dat je een pakketje wil afleveren bij het postkantoor en de baliemedewerker vraagt: ‘Waar mag het pakketje afgeleverd worden?’ Waarop jij antwoordt: nummer een. De medewerker vraagt nog een keer duidelijk om de plaatsnaam en niet naar het huisnummer. Je snapt dat dit verwarring kan opleveren. En zo heb je meerdere ‘gekke’ en onbekende plaatsnamen in Nederland. Den Nul
 Den Nul is een dorp in de gemeente OlstWijhe in Overijssel. Den Nul ligt op de dijk langs de IJssel vlakbij het natuurgebied Duursche Waarden. De naam stamt af van Nol. Dit betekent: open plek in het bos. Dit is opgegaan in het word Nul.

2

Één
 Een ligt in de gemeente Noordenveld in Drenthe. Ooit heette het dorp Eden, wat ”turf ” betekent. Maar het werd opgegaan het getal Een. Een werd in de jaren 40

Door Dilan Kutlubay

4

Tweehuizen

Tweehuizen is een buurtschap in de gemeente Delfzijl in Groningen. Echt een ‘gehucht’ kun je het noemen. Hier staan maar twee huizen.

Drie

Drie is een buurtschap in de gemeente Ermelo in Gelderland. Drie ligt midden op de Veluwe. Het bestaat uit enkele huizen een een horecagelegenheid. Het Veluwse buurtschap is vooral omringd door bos.

In Vierhuizen staan letterlijk maar vier huizen

en 50 bekend door de wonderkapper Marienus van Rooyen. Hij bweerde dat kale mensen hun haar weer terug konden krijgen. Vanuit de hele wereld kwamen mensen naar Één. Maar toen de resultaten uitbleven is de beste man met de noorderzon vertrokken. Tegenwoordig is Één afgezien van plaatsnaamtoeristen een rustig dorpje.

Nummer Eén

Nummer Eén is een buurtschap in de gemeente Sluis in Zeeland. Nummer Één is niet heel groot. Zo klein dat je binnen 1 minuut het dorp weer uitrijdt.

2e Valthermond

2e Valthermond is een buurtschap in de gemeente Borger-Odoorn in Drenthe. Het bestaat uit twee hele lange straten. De naam komt doordat hier een 2e zijkanaal vanaf het stadskanaal werd gegraven. “Mond” (= zijkanaal van het Stadskanaal) Het kanaal ontsloot een veengebied vlakbij Valther Mussel.

Driehuizen

Driehuizen is een buurtschap op Texel. De naam komt van drie boerderijen die hier oorspronkelijk stonden. Vierhuizen
 Vierhuizen is een buurtschap in de gemeente Delfzijl in Groningen dat net boven Spijk ligt. Hier staan letterlijk vier huizen (boerderijen).

Vierhouten Vierhouten is een dorp op de Veluwe in de gemeente Nunspeet in Gelderland. Vroeger werd Vierhouten ‘Vierholten’ genoemd. De naam zou verwijzen naar de vier bossen die rondom het dorp liggen. Toch wordt er getwijfeld aan de waarheid van de theorie. Een andere theorie is dat de naam afkomstig zou zijn van de Nunspeter familie Vierholt (later Vierhout). Zij hadden vroeger veel landerijen op de plaats waar Vierhouten nu ligt.

27 | Dichtbij


3 Toplijstjes

Eenmaal, andermaal: Achtmaal Vijfhuizen
 Vijfhuizen is een dorp in de gemeente Haarlemmermeer in Noord Holland. Dit dorp bestond al voor de inpoldering van de Haarlemmermeer: reeds in de middeleeuwen bestond Vijfhuizen die gesitueerd was langs de hoofdroute van Haarlem naar Amsterdam. Dit dorp telt een kleine 4500 inwoners.

Zevenhuizen
 Zevenhuizen is een dorp in de gemeente Leek in Groningen. Dit dorp is nog jong. Eeuwen was er van een dorp geen sprake, slechts een woest hoogveengebied. Dit veen werd door de boeren op kleie schaal afgegraven en ontgonnen.

7

Acht

Acht is een dorpje dat is opgeslokt door Eindhoven. Het is te bereiken met bus lijn nummer.... jawel 8! 


Op grond van het feit dat er sprake is van “watre” als een der begeerlijkheden in het Achtse zou de naam Acht daarvan afgeleid kunnen zijn. Daarbij moet gedacht worden aan achwa, of aqua. Er liepen inderdaad enige beken op de verder droge heide. Een andere verklaring is dat de naam Acht is afgeleid van “achte”, dat rechtsgebied betekent.

Numero Dertien

Voor de inwoners van Numero Dertien is dertien misschien wel een geluksgetal. (Gronings: Nummer Dattien) is een gehucht in de Nederlandse gemeente Veendam in de provincie Groningen. De naam verwijst naar de dertiende zijwijk van de Ommelanderwijk. De meest simpele naamgeving voor de wijken was om deze te nummeren. Zo werden de zijwijken van de Ommelanderwijk vanaf Veendam genummerd vanaf een. Daarbij werden de zuidelijke zijwijken voorzien van een oneven nummer terwijl de noordelijke zijwijken een even nummer kregen.

Negenhuizen

Tienhoven

Negenhuizen is een buurtschap in de gemeente Midden Delfland in Zuid Holland. Vroeger stonden hier negen boerderijen. Nu zit het aantal huizen op circa 25.

Tienhoven is een dorp in de gemeente Stichtse Vecht in de provincie Utrecht. In 1243 verkocht Herman van Maarssen hier tien hoeven van zijn veen. (Hoeven: landstukken van een bepaalde grootte). Zo ontstond het gerecht Tienhoven. Tienhoven heeft 12 rijksmonumenten.

Honderd

Achthoven 
 Achthoven is een buurtschap in de gemeente Montfoort in Utrecht.De naam komt van 8 Boerderijen (Hoeven) die hier stonden.

Honderd is een gehucht in de gemeente Loppersum in Groningen. Hier staan twee huizen.

Achtmaal
 Eenmaal, andermaal, achtmaal… Achtmaal is een dorp in de gemeente Zundert in Noord Brabant. 
Achtmaal ligt op slechts een paar kilometer van de Belgische grens. In vroeger tijden waren hier dan ook volop smokkelaars actief. Aan het Neijsenpad staat een beeld van een smokkelaar.

4 28 | Dichtbij


Reportage

Van Afghanistan naar Urk:

Verschillen van vijfduizend kilometer Elke dag verschool Mohsen zich voor rondvliegende kogels en mannen met mitrailleurs. Drie jaar geleden vluchtte hij uit Ghazni, Afghanistan. Mohsen (20) woont nu op Urk. Geen doffe knallen en grommende legertanks, maar bruisende golven en krijsende meeuwen. ’s Avonds bekijkt hij de ondergaande zon aan de haven, met de vissershuizen aan de horizon en de vuurtoren die boven het dorp uitsteekt. Door Charley Blomjous

29 | Dichtbij


Reportage

E

lke dag verschool Mohsen zich voor rondvliegende kogels en mannen met mitrailleurs. Drie jaar geleden vluchtte hij uit Ghazni, Afghanistan. Mohsen (20) woont nu op Urk. Geen doffe knallen en grommende legertanks, maar bruisende golven en krijsende meeuwen. ’s Avonds bekijkt hij de ondergaande zon aan de haven, met de vissershuizen aan de horizon en de vuurtoren die boven het dorp uitsteekt. Hals over kop vertrok de jonge Mohsen in 2010 uit Ghazni, een dorp in zuidoost Afghanistan. Daar woonde hij met zijn ouders, broertje en zusje in een stenen boerderij tussen de bergen. Over de droge zandwegen reden elke dag tanks van het Amerikaanse leger, op zoek naar leden van de Taliban. De familie van Mohsen behoorde tot de Hazara, een etnische minderheidsgroep van Mongoolse afkomst. Deze groep werd onderdrukt door de Pashtuns, die net zoals de Taliban alle niet-zuivere en minder streng gelovige inwoners wegjaagden. Elke dag moest Mohsen uitkijken voor de kogels die het Pashtunse leger afvuurde in hun straat. Toen hij in de dorpswinkel door twee gewapende mannen met de dood werd bedreigd, vluchtte hij naar Nederland. Vissershuisjes en zingen in de kerk Drie jaar woont Mohsen nu op het aan het IJsselmeer gelegen Urk. De parel van Flevoland volgens de dorpelingen, waar zij jaren geïsoleerd leefden volgens geloofsregels, geen deur op slot was en iedereen bij elkaar naar binnen liep. Met de haven waar de vissersmannen hun vangst uit de Noordzee uitstrooiden en het uitzicht op de koddige vissershuisjes met de rode daken en bruingelakte luiken. Sinds de aanlegging van de dijk die de verbinding maakt naar Lemmer en het droogmalen van de Noordoostpolder eind jaren dertig is Urk geen eiland meer. De eilandcultuur leeft echter nog steeds. “Iedereen kent elkaar, dat was in mijn dorp Ghazni wel anders”, vertelt Mohsen. “Hier groeten de dorpsbewoners elkaar op straat. Dat gebeurde daar niet.” Mohsen leeft niet meer volgens de islam, de regels vond hij te streng. Twee jaar geleden stapte hij over naar het christelijke geloof. Net zoals de meeste dorpsbewoners gaat Mohsen elk weekend naar de kerk. “We zingen dan met elkaar en eten samen. De sfeer is er erg fijn”, vertelt hij met een grote glimlach.

30 | Dichtbij

In de hechte gemeenschap wonen nog net geen 20.000 mensen. Vier procent is van niet-westerse allochtone afkomst. “Ik ken vijf andere buitenlandse jongens. Vooral de jongen die ook uit Afghanistan komt zie ik vaak”, vertelt Mohsen. “Elke woensdagmiddag gaan we voetballen op het pleintje aan het eind van de straat.” Gouden oorbel De bevolkingsopbouw van Urk is opvallend jong: bijna de helft van de inwoners is jonger dan 25 jaar – het landelijke percentage ligt op een kwart. Met zijn Koreaanse uiterlijk ziet Mohsen er anders uit dan dorpsjongens Lub en Hiltje – met hun gouden oorringen in beide oren en getatoeëerde ankers op hun bovenarm. Hij voelt zich geaccepteerd door de dorpelingen. “Gelukkig is iedereen hier heel aardig. Ik word niet raar aangekeken omdat ik een andere huidskleur heb.” Hij moet wel wennen aan het Urkers dialect. “Veel mensen uit het dorp spreken anders. Dan zeggen ze bijvoorbeeld ‘bruun’ in plaats van ‘bruin’.” Het dorp is één van de belangrijkste vissersplaatsen. Zo’n 25% van de totale platvis- en rondvisvloot heeft Urk als thuisbasis. Tegenwoordig is de haven niet meer toegankelijk voor de grote vissersschepen - die leggen nu aan in de havens van de Noordzee, waar een vrachtauto de tongen, schollen, kabeljauwen en rode ponen naar de visafslag van Urk brengt. Alleen nog maar plezierboten leggen aan in de haven van Urk. Overigens is daar nog wel een rij klassieke visserskotters te bewonderen - met lettercodes als ‘Uk 12’ en ‘Uk 213’ op de scheepswanden. Geen bergen, wel witte T-shirts In Ghazni stonden er geen koddige vissershuisjes en waren er geen watergebieden in de droge zandvalleien te bekennen. Vooral het vlakke Hollandse landschap verbaasde Moshen toen hij voor het eerst hier kwam. “Mijn leraar aardrijkskunde vertelde dat er hier geen bergen zijn. Ik kon hem gewoon niet geloven. Wel heb je hier heuvels. Ik wil echt een keer naar Limburg om die te bekijken.” Ook het Hollandse wegennet is anders. “Hier bestaan alle wegen uit asfalt, in Afghanistan was er geen verharde straat - alleen grond en zand. En er lagen overal keien. Laatst wilde ik een schilderij op de muur vasttimmeren, maar ik had geen hamer. Toen ben ik buiten een kei gaan zoeken om de

spijker mee in de muur te slaan, maar die kon ik nergens vinden.” Het valt hem op dat het hier schoon is. “Op de eerste dag dat ik in Nederland was, heb ik expres een wit T-shirt aangetrokken. Om zeven uur ’s ochtends ging ik van huis, twaalf uur later was ik weer terug. Mijn shirt was nog helemaal wit. Als ik een hele dag met een wit shirt in Afghanistan had gelopen, was dat binnen twee uur helemaal bruin geweest.” Klagende Nederlanders Zeuren over het regenachtige Nederlandse weer doet Mohsen niet. “Ik vind niet dat het hier heel vaak regent. De zon schijnt wel weinig. Vorige week ben ik naar de dokter geweest omdat ik heel lang verkouden was. Het bleek dat ik een tekort heb aan vitamine-D. Immigranten uit een zonnig land hebben dat vaker.” Over de temperatuur heeft hij niets te klagen. “Ik hou wel van de kou. Ik vind het fijn dat je een dikke jas aan moet als je naar buiten gaat en dat je gezicht en handen dan ook lekker koud worden.” Vaak gaat Mohsen naar het Urkse strand. “Drie dagen per week ga ik wandelen in het dorp. Lekker in mijn eentje. Ik word rustig van de stem van de zee - als het heel stil is en je hoort alleen het geruis van de golven. En ik ga dan naar de haven om te kijken naar de zonsondergang.” Mohsen gaat naar school in de hoofdstad van Overijssel, Zwolle - een groot verschil met het kleinste dorpje van Flevoland. “Ik hou meer van de rust van het dorp dan de drukte van een centrum. Als ik iets nodig heb in de stad ga ik Zwolle in, maar vaker niet.” Voor leuke cafés hoeft hij het dorp niet uit. “Bij café ‘Het haventje van Urk’ heb je uitzicht over heel het water. Daar zit ik elke week met mijn vrienden.” Veilig in een villa Het fijnst aan Urk vindt Mohsen de veilige dorpssfeer. “Je hoeft je fiets niet op slot te doen omdat hij toch niet gestolen wordt en ’s avonds kun je nog rustig over straat.” In Nederland voelt hij zich sowieso vielig. “Voor kogels en gevechten hoef ik niet bang te zijn. Ik kan echt een stuk fijner leven en geruster plannen maken voor de toekomst.” Over zeven jaar wil hij het helemaal voor elkaar hebben: een leuke vrouw, kinderen en een mooie villa. “Ik weet niet of die mooie villa op Urk staat. Maar sowieso wel in Nederland.”


Reportage

UIT UITDAM ‘‘Ik weet nog dat mijn vader zei: ‘Eva, hier kun je niet iedereen gedag zeggen’’

31 | Dichtbij


Reportage

Uit U Uitdam, een dorpje dat niet veel mensen kennen. Het dorp heeft slechts 60 inwoners en

ken. Eva Verburg (26) is opgegroeid in Uitdam. Hoewel ze Uitdam heeft verruild voor Am aan het Amsterdamse leven en ze lijkt of klinkt alles behalve ‘boers’. Nu ze ouder is ziet ze eerste bushalte om naar school te kunnen gaan.

Door Dilan

Kindertijd ‘Ja, het is echt een klein dorpje. Het zit echt net onder Amsterdam. Zo dichtbij, maar een wereld van verschil. Je hebt geen school, geen winkels, geen supermarkten, geen openbaar vervoer…Je hebt eigenlijk alleen maar huizen’, vertelt Eva lacherig op een manier alsof ze zichzelf weer verbaast. ‘Ik ben in Amsterdam geboren. Mijn ouders lieten toen een huis bouwen in Uitdam omdat ze daar heel graag wilden wonen. Toen ik twee maanden oud was, woonde ik er samen met mijn ouders en twee broers. Ik ben er echt opgegroeid. Als kind vond ik het geweldig. Ik had zoveel ruimte om te spelen. Je kon mij echt elke dag in het water vinden als het lekker weer was. Het IJsselmeer lag letterlijk in mijn achtertuin. Mijn ouders vonden het heerlijk. Hoewel er weinig straatverlichting was, hoefden mijn ouders zich nooit zoveel zorgen te maken. Ik fietste elke dag naar mijn school, een dorpje verderop. En soms als we een strenge winter hadden, dan ging ik schaatsend over de slootjes naar school’. Met een iets gebogen hoofd en een glimlach op haar gezicht staart ze voor zich uit, alsof ze de vreugde van haar als kind weer voelt. Na een slokje van haar thee te hebben genomen gaat ze verder. Licht schuddend met haar hoofd en ietwat wijdere ogen vertelt ze dat ze er maar zestig leerlingen op haar school zaten. ‘Ik zat echt maar met zes kinderen in de klas. Soms als het had gesneeuwd of had geregend konden we het dorp niet uit omdat alle paden overstroomd of besneeuwd waren. Ik vond mijn kindertijd echt geweldig, maar daar kwam wel verandering in toen ik naar de middelbare school ging’.

‘Uitdam was niet cool’ ‘Ik vond het vreselijk toen ik naar de middelbare school ging. Ik kwam toen ik in de pubertijd en ik vond mijn dorp maar suf en saai. Er viel niets te beleven. Ik kon

32 | Dichtbij

ook nooit even weg, omdat er geen sprake was van openbaar vervoer. Sowieso waren wij ‘buitenbeentjes’ omdat wij toen als enige Amsterdammers in Uitdam gingen wonen. Mijn tante had toen ook een donkere man. Nou, dat was echt een nogo. Wij waren niet zo heel ‘boers’. Hoewel het wel een christelijk dorp is, waren er weinig diensten. De kerk was in ieder geval altijd gesloten. Maar ik vond het alsnog hartstikke duf. Iedereen lette op elkaar en een roddel ging als een lopend vuurtje het dorp rond. Ik wilde juist leuke dingen doen. Maar dat was alles behalve vanzelfsprekend, want ik kon soms geen kant op omdat er geen bussen rijden. Er is helemaal niks. Ik moest elke ochtend een half uur op de fiets naar de bushalte fietsen langs het IJsselmeer via een pad van 2 meter breed mét wind tegen. En als er een auto kwam dan moest je heel voorzichtig aan de kant fietsen omdat het anders niet paste. Mijn ouders kwamen mij ook altijd ophalen van vriendinnetjes of van feestjes. Dat was natuurlijk totaal niet cool als je ouders je kwamen ophalen. Maar goed, ik had geen keus.’

‘Ik moest elke ochtend een half uur op de fiets naar de bushalte fietsen langs het IJsselmeer via een pad van 2 meter breed mét wind tegen.’

Amsterdam - Uitdam ‘Finally! Ik ging op mijn 21e op kamers wonen in Amsterdam. Ik vond dat helemaal geweldig. Ik kende Amsterdam natuurlijk al, maar nu kon ik er ook gewoon wonen. Overal supermarkten, scholen, trams, restaurants, koffietentjes. Héérlijk vond ik het. Mijn ouders waren heel blij voor me, maar waren wel bezorgder dan ik. Ik was best wel naïef en heel sociaal ingesteld. Ik weet nog dat mijn vader zei: ‘’Eva, hier kun je niet tegen iedereen gedag zeggen.’’

‘‘Eva, hier kun je niet tegen iedereen gedag zeggen’’ Nu ik veel volwassener ben en samenwoon met mijn verloofde denk ik natuurlijk ook aan kinderen. Ik zit wel af en toe


Reportage

U itdam

daarom wordt het ook wel een ‘gehucht’ genoemd. Suf, saai en ouderwets zou je den msterdam voor haar studie is ze het dorpje gaan missen. Ze heeft zich volledig aangepast e in dat Uitdam prachtig is. Ook al moest ze dagelijks een half uur op de fiets naar de

n Kutlubay te fantaseren over mijn dorp. Ergens is het toch wel heel romantisch en veilig. Ja, ik zie de charme er nu wel van in. Het is nu ook wel echt ontdekt door Amsterdammers. Veel bekende Nederlanders wonen in mijn dorp en eromheen. Bijvoorbeeld Ronald de Boer, Jari Litmanen, Aart Staartjes en Rik Hoogendoorn. En, oh ja.. Katja Schuurman is onze buurvrouw,’’ vertelt Eva alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Terwijl ze naar buiten staart zucht ze waarop een glimlach vervolgt. ‘’Zo grappig, wij pakten onze koffers in en stapten achter onze achtertuin op de boot en zeilden naar Frankrijk. Ik merk toch echt dat Uitdam mijn echte echte huis is. Zeker nu ik zo hectisch leef met werk en studeren kan ik de rust wel waarderen. Wie had gedacht dat ik dat suf gehucht zonder openbaar vervoer en winkels zou missen? Ze neemt nog een slok van haar thee en zucht. Fantaserend met een glimlach staart ze naar buiten. ‘Ja, Uitdam’.

‘En, oh ja..Katja Schuurman

Geschiedenis

is onze buurvrouw’

Tot 1830 behoorde Uitdam tot de gemeente Zuiderwoude en Uitdam, om daarna op te gaan in de gemeente Broek in Waterland, die uiteindelijk de gemeente Waterland is geworden. Het dorpje ontstond in de dertiende eeuw na de aanleg van een dam. De plaatst werd vroeger ook ‘Uutdam’ genoemd. Dat was de officiële benaming in de veertiende eeuw. Hoogstwaarschijnlijk duidt deze plaatsnaam op het feit dat de dam aan de buitenzijde van de kust ligt. Uutdam is nooit groot geweest, maar kende wel lang belangrijke inkomsten uit de scheepvaart, met name in de tijd van de V.O.C.

33 | Dichtbij


Reportage

Tim Knol komt thuis in Hoorn

34 | Dichtbij


Reportage

Het is een zeldzaamheid dat een muzikant zich ergens thuisvoelt. Als succesvol artiest staat vrijwel iedere nacht een ander bed te wachten. Hetzelfde lot is Tim Knol beschoren. In tegenstelling tot andere musici. De luxe om Hoorn zijn thuis te mogen noemen. Door Sebastiaan van den Bovenkamp 35 | Dichtbij


Reportage

H

oorn. Het is geen Nashville en ook geen Liverpool, steden met een roemruchte muzikale geschiedenis. Het zijn steden waar je de muzikaliteit kunt ruiken als je door de straten loopt. De West-Friese plaats staat bekend om haar rijke historie, maar niet als bruisende muzikstad. Wonder boven wonder vond ruim 24 jaar geleden de geboorte plaats van een van Neerlands grootste rocksterren plaats in het Noord-Hollandse stadje. Op 12 september 1989 zag singersongwriter Tim Knol het levenslicht in de West-Friese plaats. En trots dat hij is. Tim Knol en de stad Hoorn lijken onlosmakelijk verbonden te zijn met elkaar. Ze lijken een duo te vormen als Siegfried en Roy (voordat hij werd opgegeten door een van zijn tijgers), Saskia en Serge, Bassie en Adriaan enzovoorts. Dat besef lijkt Knol zelf ook te hebben. Er gaat vrijwel geen interview voorbij zonder dat de band aangehaald wordt. De muzikant kan er echter

wel begrip voor opbrengen dat hij daar iedere keer aan wordt herinnerd. Zijn sterke relatie met de Noord-Hollandse plaats blijkt niet alleen uit het wapen van Hoorn op de cover van zijn zelfgetitelde, en bovendien succesvolle, debuutalbum, maar ook in het Hoornse nachtleven. Er is geen café dat de bierkringen van Knol in de bar heeft staan. Hij is, vooral uit eigen beweging, een graag geziene gast in de lokale kroegen. De reden? “Je hebt er leuke barmensen, goede muziek en je hebt er ook altijd aanspraak.” Het klinkt zo simpel. Maar juist in deze eenvoud ligt de kracht van de band tussen de mens en muzikant Tim Knol en Hoorn. Het leven hoeft namelijk niet zo moeilijk te zijn voor Knol. Zijn brein vormt namelijk een enorm contrast met het rustige karakter van de stad. Waar Hoorn doorgaans symbool staat voor gemoedelijkheid en rust, maken de hersenen van de rockster overuren. “ Ik ben altijd chaotisch, ik heb

het nooit helemaal op een rijtje. Ik wil altijd bezig zijn.”

“Je hebt er leuke barmensen, goede muziek en je hebt er ook altijd aanspraak” Het nachtleven speelt een grote rol in de yin en yang in het hoofd van Knol. Waar menigeen uren spendeert op de sofa van de plaatselijke Sigmund Freud, vindt de muzikant gehoord bij zijn eigen therapeut: barman Nico Danenberg van Café Swaf. Tussen de kerkjes en de pittoreske straatjes heeft Knol een uniek café gevon-

Foto’s: Jens van der Velde

36 | Dichtbij


Reportage

den om zijn avonden, nachten en soms zelfs onbedoelde de ochtenden door te brengen. Wat begint met een onschuldig pilsje aan het begin van de avond, eindigt regelmatig met een flinke verzameling Hertog Jan-glazen op de bar voor de rode wangen van Knol. Het is een manier van rust zoeken, en dikwijls ook daadwerkelijk vinden, die hij nergens anders kan vinden. Het is dan ook een moment van euforie voor de Noord-Hollandse muzikant als hij onder begeleiding van “de mooiste muziek ooit op dat moment” het café verlaat rond zeven uur. ‘s Ochtends. De Hoornse horeca draagt echter niet alleen bij aan de alcoholverslaving van de lokale bevolking. Barman Danenberg vormt volgens Knol de katalysator van

Hoorn De Noord-Hollandse stad Hoorn ligt verscholen in het West-Friese gedeelte van de provincie in de buurt van steden als Alkmaar en Heerhugowaard. Amsterdam en vliegveld Schiphol zijn ook niet ver uit de buurt. Evenals het toeristische Volendam is de stad gelegen aan het Markermeer. Momenteel telt de plaats 71.701 inwoners. Hoewel ze niet langer woonachtig zijn in de West-Friese plaats, zijn ook buiten Tim Knol tal van bekende Nederlanders afkomstig uit Hoorn. De broertjes De Boer zijn er geboren, maar ook mindere voetbalgoden als Ruudje Vormer van Feyenoord. Ook wereldindoorkampioene op de vijfkamp Nadine Broersen is geboren in de stad van Knol. De voornaamste trekpleisters van Hoorn zijn de jachthavens, de kaasmarkt en het Westfries Museum. Ook telt de stad maar liefst 383 rijks- en 250 gemeentelijke monumenten en een aantal oorlogsmonumenten. De inwoners zijn met name trots op de Bontekoerace, een zeilwedstrijd voor charterschepen en traditionele vissersschepen, op het Markermeer.

het Hoornse muziekleven. “Nico is echt een geweldige barman. Hij promoot de Hoornse muziek echt en draait bijna altijd toffe muziek in zijn kroeg. Het is fijn dat er in je omgeving veel gebeurt met muziek zodat je ook getriggerd wordt.” Het is stiekem de belangrijkste reden waarom 24-jarige liedjesmaker verliefd is geworden op zijn geboorteplaats. In deze stad kon hij zichzelf ontwikkelen als artiest. Met als grootste inspiratiebron de platenkast van zijn vader begon Knol op jonge leeftijd met het schrijven van liedjes beïnvloed door rootsmuziek, Americana en The Beatles. Door mensen als Nico Danenberg kreeg hij ook daadwerkelijk de kans om op te treden met deze liedjes en de wereld kennis te laten maken met de muzikant Tim Knol. Daar is hij Hoorn nog steeds dankbaar voor. Soms ontvlucht Knol alle drukte en kan zelfs hij geen mens of druppel alcohol meer zien. Voor zijn gemoedsrust zoekt hij een van Hoorns mooiste plekjes op: de haven. De singer-songwriter kan ervan genieten. Puur genieten. De boel laat hij dan ook daadwerkelijk de boel. Tijdens een bezoekje aan het Markermeer houdt hij ervan om zijn jas vast te grijpen tegen de koude wind die over het meer waait en over het water te turen naar de vertrekkende bootjes. Knol is zich wel degelijk bewust van de grote tegenstelling met zijn voorliefde voor het gouden goed dat hij in Swaf nuttigt. De reden kan hij echter niet geven. “Het is fijn. Het is het mooiste plekje van Hoorn.” Als succesvol artiest lijdt Knol helaas een knipperlichtrelatie met zijn geliefde geboortestad. De muzikant betaalt de tol voor zijn succes met een overvolle agenda. Met veel optredens door de Benelux is thuiskomen een luxe. Niet voor niets is het steeds terugkerende woord op zijn platen ‘leave’. “Ik ben wel altijd bezig met weggaan. In twee jaar tijd ben ik drie keer verhuisd”, zegt Knol. Van Hoorn naar Utrecht, vervolgens naar Amsterdam en terug naar Hoorn. Altijd blijft Hoorn een van de weinige constante factoren in zijn leven. In het liedje ‘If My Mind Could Beat My Heart’ zingt hij over ‘the art of leaving for reasons unknown’. Hij heeft een drang om iedere keer maar weer uit zijn geliefde omgeving te vertrekken. De reden is echter een groot raadsel. “Het kriebelt nu ook weer om te verhuizen. Ik heb me nooit ergens voor 100 procent thuis gevoeld. Behalve in Hoorn. Hier kom ik thuis.”

De carriere van Tim Knol

Na jarenlang Hoorn en omstreken onveilig te hebben gemaakt met de band Be Right Back debuteerde Tim Knol debuteerde in 2009 als solo-artiest. Knol bracht in juni van datzelfde jaar een cover uit van het nummer ‘Cry’ van Godley & Creme. Sindsdien ging het crescende met de carrière van de Noord-Hollander. Op Lowlands 2009 tekende hij een contract bij Excelsior Recordings en nam niet veel later zijn zelfgetitelde debuutalbum op met onder andere Matthijs van Duijvenbode van Johan, eveneens uit Hoorn, en Daryll-Anns Anne Soldaat. Sindsdien gaan de successen van Knol onophoudelijk door. Zijn singles werden meermaals uitgeroepen tot 3FM Megahit en is hij een graag geziene muzikale gast bij VARA De Wereld Draait Door. Eind 2013 bracht de muzikant alweer zijn derde album, ‘Soldier On’, uit. Dit jaar staat dan ook in het teken van een uitgebreide tournee.

“Ik heb me nooit ergens voor 100 procent thuis gevoeld. Behalve in Hoorn”

Zijn verwantschap met Hoorn niet zo sterk als dat van Daniël Lohues en zijn gekoesterde Erica, een dorpje in Zuid-Oost Drenthe, maar Knol zal de West-Friese stad nooit de rug toekeren. Daarvoor hebben ze samen te veel meegemaakt. In West-Friesland besefte hij dat hij muzikant wilde worden, een artiest waar Hoorn trots op mag zijn. En misschien zelfs nog belangrijker: niet in Amsterdam, niet in Utrecht, maar in Hoorn heeft hij van zijn eerste gouden rakker mogen genieten. Op jonge leeftijd zette hij al zijn lippen aan een Platte Thijs, een glas bier van Hoornse bodem. Dat zal hij overigens nog jaren blijven doen. “Tsja, nergens smaakt het bier zo goed als in Hoorn.”

37 | Dichtbij


Toplijstjes

Zes

Nederlandse festivals die je niet mag missen Zes geweldige festivals. Zes keer een kans op een onvergetelijke ervaring. Of je bezoekt ze allemaal, dat kan natuurlijk ook. De keus is aan jou. Als je nu Sziget, Glastonbury of Rock Werchter verwacht zit je verkeerd. Laat je niet afschrikken door de Engelse namen: alle zes festivals zijn dichtbij. Door Yvo Osterloh

Eurosonic Naast London Calling kennen we nog een uniek muziekfestival in Nederland. Het meerdaagse festival is het grootste showcasefestival van Europa en staat garant voor een zeer bijzondere sfeer en veel onbekende, maar ijzersterke acts. Daarnaast treden er ook genoeg gevestigde namen op. Zo stonden The xx, maar ook Milow en Alain Clark al eens op de planken. Het festival in kwestie is natuurlijk Eurosonic. Sinds 1996 neemt Eurosonic drie dagen per jaar de stad Groningen over en verandert het in één groot feest.

London Calling Kan een festival ook binnen worden gehouden? London Calling bewijst het. Het festival wordt twee dagen en avonden per jaar georganiseerd in de Amsterdamse poptempel Paradiso en is, natuurlijk, vernoemd naar het geniale album van de legendarische Britse band The Clash. Al veel beginnende rockbands die hier ooit optraden, groeiden later uit tot fenomenen. Misschien is London Calling dus wel je laatste kans om een band vlak voor zijn doorbraak live te bewonderen. Veel muziekrecensenten zijn het er over eens dat bands dan eigenlijk op hun best zijn.

Lowlands Hét festival van de Lage Landen is misschien wel A Campingflight to Lowlands Paradise, oftewel Lowlands, dat sinds 1993 wordt gehouden in Biddinghuizen. Lowlands is van alle markten thuis, want naast steengoede muziek, kan je er ook genieten van film, cabaret en literatuur. Een ideaal festival om in de zon te staan met een drankje en te genieten van alles wat het podium verovert.

Into The Great Wide Open Into The Great Wide Open is een uniek festival. Het driedaagse festival, vernoemd

38 | Dichtbij

Eurosonic in Groningen zorgt voor een massale mensenstroom naar de stad.

naar een album van Tom Petty & The Heartbreakers, wordt gehouden op Vlieland. In 2009 was de eerste editie. Op het eiland traden al grote namen op als Alt-J, Jake Bugg en Nile Rodgers. Maar ook kleine namen als traumahelikopter, Rats on Rafts en Warpaint gaven een vette show weg. Op Into The Great Wide Open zal vooral de fan van alternatieve muziek zijn hart ophalen, maar een festival op een schitterend eiland als Vlieland: wie wil dat nou niet?

Best Kept Secret Best Kept Secret richt zich vooral op alternatieve muziek. Het driedaagse festival, kortweg BKS genoemd, in het Noord-Brabantse Hilvarenbeek is in 2013 ontstaan en daarmee misschien wel de jongste telg in het Nederlandse festivalland. De eerste editie was meteen raak. Arctic Monkeys, Bloc Party en Sigur Rós traden op en zorgden ervoor dat elke dag

binnen korte tijd was uitverkocht. Ook de Amerikaanse hiphoppers Macklemore & Ryan Lewis maakten hun opwachting. Dit jaar is de tweede editie. En met iconen als Franz Ferdinand en Babyshambles zit de alternatieveling weer helemaal goed in Hilvarenbeek.

Pinkpop Heeft dit festival nog een introductie nodig? Goed, even voor de zekerheid dan: het festival in het Limburgse Landgraaf gaat al tientallen jaren mee en heeft in die jaren een enorme reputatie opgebouwd. Pinkpop is zelfs het oudste jaarlijks terugkerende popfestival ter wereld. En in die lange geschiedenis hebben niet de minste namen een show weggegeven. Nirvana, Faithless, Bruce Springsteen, ze stonden er allemaal. Als jouw keus valt op Pinkpop, bereid je dan voor op een enorme mensenmassa, maar ook op een geweldige sfeer, met een onvervalst vleugje Limburgse gezelligheid.


Achtergrond

Liefde maakt blind Het verhaal van de scheve toren van Leeuwarden Door Elise de Jong

H

ij keek peinzend voor zich uit en wreef over zijn sikje. Hier, vanonder de oude eik, had hij een mooi zicht over het plein en het kerkje. Dit was de plek waar het moest gebeuren, waar de trots van Leeuwarden zou komen te staan. Groter dan de Martinitoren in Groningen, mooier dan de Dom in Utrecht. En hij zou daarvoor zorgen. Bouwmeester Jacob van Aaken zuchtte en plofte neer op het gras. “Wat een prachtige dag. Vindt u niet, meneer?” Een vrouwtje met een lange, grijze vlecht stopte even om uit te rusten. Haar gebloemde schort bolde op in de wind en in het rieten mandje in haar hand zaten klaprozen, margrietjes, fluitekruid en paardenbloemen. Van Aaken krabbelde overeind en knikte. “Jazeker, daar hebt u helemaal gelijk in.” Ze glimlachte en boog langzaam voorover om madeliefjes te plukken. “Wacht, ik help u wel, mevrouw”, zei Van Aaken. “Ach meneer, ik ben de jongste niet meer, maar ik kan nog veel. En noem me niet mevrouw. Brechje is mijn naam, noem me Brechje.” Ze wuifde en wandelde toen verder. Brechje? Had hij die naam niet eerder gehoord? Van Aaken beet op zijn lip en dacht na. “Wacht mevrouw, ik bedoel Brechje, wacht!” riep hij plotseling en hij rende achter het vrouwtje aan. Verbaasd keek ze op. “Ik heb uw hulp nodig”, pufte en zuchtte van Aaken buiten adem. “Kunt u mij helpen?” Hij leunde met zijn handen op zijn knieën en veegde een zweetdruppel van zijn voorhoofd. “Aha”, riep de vrouw, “u zult wel die Duitse bouwmeester zijn, die de nieuwe kerk moet bouwen.” Van Aaken knikte en stak zijn hand uit. “En u bent de waarzegster van Leeuwarden, die me daar ongetwijfeld bij kan helpen.” De oude vrouw glimlachte, negeerde de uitgestoken hand en haakte haar arm in die van Van Aaken. “We hebben heel wat met elkander te bespreken, meneer”, zei ze toen.

Wijze raad

Waarzegster Brechje voorspelde dat de bouw niet gemakkelijk zou gaan. “Vooral aan het fundament moet je grote zorg

besteden.” “Maar hoe dan?” vroeg Van Aaken. “Hoe doe ik dat dan?” Brechje stak haar vinger in de lucht en sprak Van Aaken streng toe: “Zorg ervoor dat je vier grote hoekstenen neerlegt, waarop de toren rusten zal. Vier mannen zullen die stenen plaatsen. Niet zomaar mannen, maar mannen die als terdege rechtvaardig bekend staan.” De wijze raad, waarvan ieder het gewicht voelde, galmde na in

De verliefdheid was als een plaag, die in zijn hart begon en uiteindelijk volledig bezit van hem nam Van Aakens gedachten. Want wat een helderziende voorspelde, was immers zonder enige twijfel waar. Zodoende kwamen een stel vroede Liwadders samen om vier mannen uit te zoeken. Over de keuze voor de eerste drie deden ze niet moeilijk. Dat werd de oudste inwoner van Leeuwarden, de burgemeester van de stad en Van Aaken zelf. Drie goudeerlijke mannen, fatsoenlijk en behulpzaam. Maar over de vierde konden ze het maar niet eens worden. “Misschien moeten we het volk inschakelen?” stelde één van de vroede mannen voor. Dus kregen de Liwadders de kans om de laatste deugdelijke man uit te zoeken. De meerderheid stemde voor koopman Sippo Naormans en zo werd hij de vierde steenlegger. “Wat naar voren, nog een beetje naar rechts, ja zo en nu laten staan. Niets meer aan doen.” De toeschouwers klapten, terwijl Sippo Naormans opstond en het zweet van zijn gezicht veegde. Hij had de steen gelegd en wandelde parmantig langs het publiek. Totdat zijn oog plotseling viel op een blonde dame met grote blauwe ogen. Ze liftte haar jurk een stukje op toen hij voorbijkwam en ze glimlachte. “Wie is dat?” smiespelde Naormans in het oor van de burgemeester. “Dat is de

dochter van Van Aaken. Wat een plaatje hè”, fluisterde de burgemeester terug. Dromerig keek Naormans de dochter na totdat ze uit het zicht verdween.

Als vlinders het overnemen… ’s Nachts kon Naormans niet slapen en de nacht daarop ook niet. Het eten smaakte hem niet meer en hij had al meerdere verliezen geleden op de markt. “Wat is er mis met mij?” vroeg hij op een dag toen hij over een omhoog staande kei was gestruikeld, waarbij al zijn centen over het pad rolden. “Het is de dochter Naormans, dat ziet iedereen”, zei de burgemeester. “Je praat immers alleen nog maar over haar.” Naormans kon niet ontkennen dat zijn gedachten de hele dag door afdwaalden naar de dochter van Van Aaken. Nog meer dan naar het wekelijkse stoofpotje van moeder, verlangde hij naar haar. “Maar pas op, makker”, beet de burgemeester hem toe. “Want ze is al verloofd met een ander.” Naormans hoorde de burgemeester wel, maar luisterde niet. De verliefdheid was als een plaag die in zijn hart begon, maar die zich snel verspreide en uiteindelijk volledig bezit van hem nam. De liefde ontvoerde zijn verstand, ontnam hem zijn wijsheid en tot waanzin gedreven zocht hij haar dag en nacht. Overal zocht hij. Maar elke keer als de schone dochter in Naormans oog sprong, vluchtte ze weg en ontsnapte ze uit de armen van de verzotte koopman.

… en het verstand verliest Tot die ene beruchte middag. “Ik moet het haar vertellen, voordat ik bezwijk onder de liefde”, sprak Naormans zichzelf streng toe. Hij veegde zijn steengoed bij elkaar, knoopte zijn geldzakje vast en wuifde naar de andere handelaren op het plein. Daar ging hij, op naar het huis van bouwmeester Van Aaken. In de deuropening zag hij haar al staan. “Dag mevrouw Van Aaken”, riep hij toen hij haar naderde. Ze schrok op en rechtte haar rug. “Meneer Naormans, wat doet u hier? Bent u misschien op zoek naar mijn vader?” Naormans sloeg zijn ogen neer

39 | Dichtbij


Achtergrond

en prevelde: “Ik ben hier speciaal naar toe gekomen om met u te spreken. Zou u me alstublieft binnen willen laten?” Van Aakens dochter aarzelde. Wat moest deze man van haar? Toch wilde ze niet onbeleefd zijn en ze duwde de deur verder open. Naormans volgde de dochter naar binnen en greep toen haar hand vast. “Mevrouw Van Aaken, ik kan alleen maar aan u denken. U bent de vrouw voor mij, de vrouw waarmee ik al mijn schatten delen wil.”

“Hoe kunt u de liefde betuigen aan een verloofde vrouw?” Dochter Van Aaken rukte haar hand los en sloeg die voor haar mond. “Meneer Naormans, u moest u schamen voor uw zedeloze gedachten. Hoe kunt u de liefde betuigen aan een verloofde vrouw?” Naormans viel op zijn knieën en klemde zijn handen om haar been. “Luister naar me, mooiste. Niemand zal u zo fortuinlijk maken als ik, zelfs uw verloofde niet. U moet me geloven.” Dochter Van Aaken schudde haar been los en liep met woeste passen naar de deuropening. “Wilt u alstublieft weggaan nu. Wat zal God wel niet denken van zo’n bedrieglijke schoft?” Iets knapte bij van Noarmans, toen hij de naam van God hoorde. Hij was toch een trouwe christen? Hoe kon de dochter, na deze daad van liefde, hem versmaden en vernederen. Hoe kon ze hem niet willen? Hij krabbelde driftig overeind. “Noem je mij een schoft? Hoe durf je!” raasde Naormans. Witte speekseldraden hingen tussen zijn lippen en hij duwde de dochter tegen de deurpost. “Ik zal je leren, jij helleveeg.” Ze gilde zoals de varkens op de markt soms ook konden gillen en ze sloeg wild om zich heen. Angstig zag ze hoe Naormans een dolk boven zijn hoofd hief. “Wat zullen we nou krijgen?!” bulderde plots door het huis. Voordat Naormans wist wat er aan de hand was, voelde hij een harde klap op zijn hoofd. Hij hoorde iets kraken, gevolgd door een straal die langs zijn oor naar beneden liep. Even zwalkte hij in het rond, totdat hij langzaam door zijn knieën zakte. Hij jammerde en tastte om zich heen, terwijl het bloed zijn zicht ontnam. Toen ontsnapte er nog een klein zuchtje, gevolgd door

40 | Dichtbij

een intense stilte. Naormans verliefdheid werd zijn dood.

De dag des oordeels “U bent in uw driften te ver gegaan. U heeft Sippo Naormans vermoord en daarvoor veroordelen wij u tot de strop.” De hamer van de rechter galmde na en Van Aaken snikte zachtjes. Hij bad tot God en vroeg om vergiffenis, terwijl de tranen over zijn wangen liepen. Waarzegster Brechje bekeek de droevige plechtigheid vanaf de deuropening en schudde haar hoofd. Al die tijd vertrouwde ze erop dat het goed af zou lopen met bouwmeester van Aaken, maar alle hoop scheen ijdel te zijn. Het weer buiten was onstuimig en elke onweersklap deed de grond trillen. “Dit was het dan”, dacht Van Aaken. “Meneer van Aaken!” klonk het plotseling. “Kom eens kijken!” De doorweekte burgemeester stormde naar binnen en trok de bouwmeester aan zijn arm. “Kijk dan, kijk eens naar de toren.” Van Aaken bekeek de Oldehove van top tot teen en zag al snel dat die aan één kant scheefgezakt was. “Het is de kant van Sippo Naormans”, jubelde de burgemeester. “De toren helt over in de richting van de hoeksteen die door Noarmans gelegd is. Nu is het zonneklaar dat niet u, maar hij onrechtvaardig was. U bent vrij!” Van Aaken maakte een dansje om de toren die zijn leven redde.

Het echte verhaal En zodoende komt het dat de Oldehove in Leeuwarden scheef staat. Althans, dat is de legende. Nooit werd duidelijk wat de daadwerkelijke verklaring was van de scheve toren. En nog steeds weten maar weinig mensen het verhaal achter de trots van Leeuwarden. Want als deze mythe niet klopt, wat is dan wél de reden dat de toren scheef staat?

In den beginne Ooit sloegen de woeste golven van de Middelsee tegen een klein terpje. Op dat terpje woonden in plaggenhutten een stel keuterboertjes, met wat koeien, paarden en rondscharrelende kippen. Niet veel, maar genoeg. De zee was hun vriend, omdat ze vis bracht en tegelijkertijd hun vijand omdat ze bij stormachtig weer hun sobere bezittingen vernietigde. Door de visserij werden er schepen gebouwd, wat leidde tot het drijven van handel en het veroveren van een beter bestaan. Makkelijk was dat niet, want de Middelsee was een wispelturige zee met overal zandbanken en ondiepe geulen.

De Oldehove in 1912.

Om de schippers te helpen, hakten de bewoners van het terpje hoge bomen om en maakten daarvan een toren. ’s Avonds brandde bovenop deze houten toren een vuurtje, dat de schippers veilig naar huis leidde. Mede door deze eerste vuurtoren kwamen er steeds meer mensen op de terp wonen. Zoveel zelfs dat de zendelingen die het christendom predikten ook geïnteresseerd raakten in de bewoners op

“Wat Groningen kan, dat kunnen wij ook”

het terpje. Al snel kregen de zendelingen aanhangers en bouwden de bewoners het eerste Godshuis. Een houten kerkje met een rieten dak, omringd door een begraafplaats. Bovenop de terp, zodat de zee er niet bij zou komen. Maar die zee kwam niet en zou ook nooit meer komen. De zee werd onbevaarbaar en slibde uiteindelijk helemaal dicht. Het was voorgoed gedaan met de zeevaart en visserij. Gelukkig ging het slib over in land met welig gras, waar het vee op kon grazen. Dit was nog vele malen beter dan de slecht te bevaren zee. En zo nam de welvaart en de bevolking toe. Het houten kerkje barstte uit zijn voegen en werd vervangen door een nieuw, stenen gebouw: de Sint-Vituskerk. Daarnaast werden er op twee andere terpen ook dorpjes gevormd. Op één van die terpen


Achtergrond

bouwden de bewoners tevens een kerkje en een begraafplaats. Dit dorpje kreeg de naam Nyehove, waardoor het vanzelfsprekend was dat het oude dorpje met de Sint-Vituskerk de naam Oldehove kreeg. Neyehove, Oldehove en het derde dorpje Hoek werden bij elkaar gevoegd onder de naam Leeuwarden.

Een toren voor vaderlandse liefde “Wat Groningen kan, dat kunnen wij toch ook?’ meende het stadsbestuur van Leeuwarden. ‘We bestaan bijna een eeuw, dat moet gevierd worden.” Het was 1529, vierennegentig jaar na de samenvoeging van de drie dorpen. De Sint-Vituskerk kon alle gelovigen van Leeuwarden lang niet meer huisvesten en bovendien groeide onder de bevolking de liefde voor hun stad. Ze wilden een eigen pronkstuk, net zoals de Groningers met hun Martinitoren. “Dus aller Friezen, help mee”, riep het stadsbestuur op. Het was tenslotte een flink bedrag dat nodig was voor de bouw. Maar de trotse Liwadders zetten zich maar al te graag in voor hun eigen toren en al snel kwamen velerlei giften en legaten binnen. Sommigen schonken een stuk land en er werd zelfs een steenbakkerij uitgeleend voor de bouw. Bovendien kregen misdadigers niet een geldboete of een lijfstraf, maar moesten ze daarvoor in de plaats stenen en ander bouwmateriaal leveren. De gemeente spaarde de accijns op bier, wijn en laken op voor de bouw.

Kortom: alles draaide om de nieuwe kerk Leeuwarden. De Liwadders hadden grootse plannen, plannen die bouwmeester Van Aaken angst in boezemde. Hoe moest hij in zes jaar tijd, vóór de viering van het honderdjarig bestaan van Leeuwarden, een toren bouwen die hoger was dan de Martinitoren? En hoe zat het met de kleigrond? Daar had hij immers nog nooit eerder mee gewerkt. Maar de Liwadders vertrouwden Van Aaken. Ze geloofden in zijn

“As it net kin sa als ‘t mut, dan mut it mar sa als ‘t kin” plannen voor de basiliek. Zodoende ging de bouw van start. Op de plaats van het oude Sint-Vituskerkje zou de nieuwe kerk komen. Maar om de SintVituskerk nog voor diensten te gebruiken, begonnen de bouwlieden met de toren. Dan konden ze de basiliek er later aan vast bouwen. Toen de toren nog geen tien meter hoog was, zakte hij scheef. Van Aaken zocht koortsachtig naar oplossingen, maar het enige dat hij kon bedenken was om recht weer door te bouwen. Hierdoor staat de Oldehove niet alleen scheef, maar is de toren ook nog krom.

Is Leeuwarden alleen de Oldehove? Nee, absoluut niet. Misschien is Leeuwarden zelfs wel een zeer onderschatte stad. Ik zou zeggen: ontdek zelf de schilderachtige grachten, de stadhouderlijke paleizen van de Nassau-familie en eet een ijsje in stadspark De Prinsentuin. Of duik in het verleden en breng een bezoekje aan het Fries Museum of aan het voormalig paleis Het Princessehof. Voor de shoppers onder ons – meiden let op – vind je in de binnenstad niet alleen de vaste winkels, maar ook verrassende zaakjes die teruggrijpen naar vroeger. Niet voor niets vind je twee van de vier leukste winkelstraten van Nederland in Leeuwarden. Rondom de stad is prachtige natuur (onder andere de Alde Feanen, lees hier verderop meer over), waar op je op de fiets zo bent! En wat je absoluut niet mag missen is de oude gevangenis, de Blokhuispoort. Tegenwoordig zitten er geen gevangenen meer in het gebouwencomplex, maar worden de cellen en kantoren verhuurd aan creatievelingen. ’s Avonds kun je er luisteren naar aanstormende talenten uit de omgeving van Friesland. Voor een hapje of een drankje kunt u overal terecht, maar Het Broodhuys heeft, met zijn relaxte sfeer en bijzondere inrichting, toch wel iets extra’s. Mist u de trein en kunt u niet meer naar huis? Doe het dan echt goed en overnacht voor twintig euro per nacht bij Bêd & Brochje, inclusief een ontbijt met typische Friese streekproducten. Te duur? Leeuwaren is omringd door een groene omgeving, waar genoeg campings te vinden zijn.

Het fatale verdriet Elke keer als Van Aaken langs de scheve Oldehove liep, bloedde zijn hart een beetje. Het was geen gezicht en Van Aaken wist dat hij had gefaald. Zijn verdriet was onoverwinnelijk, zijn jaloezie op de Groningers onbedwingbaar. Langzaam kwijnde hij weg op zijn kamertje, hulpeloos starend naar zijn aantekeningen van de toren. Allicht leidde de scheve toren uiteindelijk tot de dood van Van Aaken. Hij zou namelijk na drie jaar bouwen zijn gestorven aan de gevolgen van ‘chagrin’, oftewel droefheid. Een nieuwe bouwmeester, Cornelis Frederik, nam Van Aakens taak over. Onder de voorwaarde dat hij een salaris van tien stuivers per dag verdiende, in plaats van de acht die Van Aaken kreeg. Net zoals zijn voorganger bleef Frederik, ongeacht de verzakking, telkens weer loodrecht doorbouwen. Totdat het niet langer kon en hij met de bouw moest stoppen. Het geld was op en de waarde die de Liwadders aan een eigen, mooie toren hechtten, leek verdwenen. Misschien ook omdat het protestantisme langzaam het katholieke geloof verdrong. In ieder geval hadden de Liwadders de put d’r uut. “Et hat nooit wat weest en et zal nooit wat wurde”, riepen de Liwadders ongetwijfeld naar Frederik. En as it net kin sa als ’t mut, dan mut it mar sa als ’t kin. Zodoende zaten de nuchtere Liwadders elke zondag weer in het oude Sint-Vituskerkje. Maar op een nacht in 1576 woedde er een storm over het land. De Liwadders konden er niet van slapen en woelden onrustig in hun bedstedes. Met hun oren gespitst luisterden ze naar de wind, die huilde en tierde en ze wisten, dit kan maar één ding betekenen: God is boos. Plots klonk er een oorverdovende klap. Het oude Sint-Vituskerkje stortte in, alleen het schip stond nog. De Liwadders

41 | Dichtbij


Achtergrond

wisten het zeker, dit was een vingerwijzing van God dat de Roomse Kerk het niet lang meer zou maken. En God had gelijk gehad, want de eerste en laatste bisschop van Leeuwarden werd uit Friesland verdreven. Het schip werd gebruikt voor de doden. Buiten de muren van wat ooit het Sint-Vituskerkje was geweest begroef men de arme sloebers en binnen de muren de rijke lui.

Zoals het klokje thuis tikt... Nu stond stilletjes en eenzaam – en wonder boven wonder – alleen de Oldehove nog overeind, omringd door de begraafplek. Op de omliggende begraafplek werden nog jaren mensen begraven, maar ook dit liep tot zijn eind. De begraafplaats werd geplaveid met gele klinkers en lindebomen. Later bouwden de bewoners op het plein een armenschooltje, maar de grafkisten onder de klinkers begaven het, waardoor er overal kuilen ontstonden. De stank van lijken in de armenschool

“De Italianen hebben de toren van Pisa, die alleen maar scheef staat. Maar wij hebben de Oldehove, die scheef is én krom” was ondraaglijk. De boel werd opnieuw bevloerd waarna het schooltje weer verder kon. De toren bleef zoals hij was: scheef en krom, volgens de Liwadders een waardeloze, mislukte steenklomp. Het zou zonde zijn om aan zo’n afstotelijk bouwwerk geld te besteden. Toch was restauratie noodzakelijk en hoe meer er rechtgezet werd, – figuurlijk dan – hoe meer de Liwadders weer plezier kregen in het gebouw. Dat kwam niet zozeer door de toren zelf, maar vooral door de klokken. Die Friezen houden nou eenmaal van het klokgeluid. En omdat de klokken van de Oldehove de grootste van heel Friesland waren, werden ze hoog in ere gehouden.

42 | Dichtbij

“Het moge kosten wat het wil!” riepen de Liwadders. “Als de klokken maar weer luiden als voorheen.” En zo ging het. Eerst luidden de klokken voor de doden en bij feestdagen. Maar later was het de brandweer die vanaf de Oldehove over de stad keek. Als ze ergens vlammen ontdekten, luidden ze de klokken en haastten ze zich naar de brand. Ook in de Tweede Wereldoorlog bleven de klokken gespaard. En dat terwijl de Duitsers ze elders overal stolen voor de wapenindustrie. Ze waren echter bang dat als ze de zware klok eruit zouden halen, de Oldehove omviel. Bovendien was bouwmeester Van Aken van Duitse afkomst en je steelt natuurlijk niet van een landgenoot. Het grootste probleem was echter dat de klok niet door de deur paste. Nu luidden de klokken alleen nog in speciale gevallen. Want ondanks de voorliefde voor het klokgeluid, vonden de bewoners het gedreun toch wel erg luid. Al die tijd had waarzegster Brechje gelijk gehad: het fundament, dat was het probleem. Van Aken had geen ervaring met kleigrond en wist niet hoe hij verzakking tegen moest gaan. Bovendien zat er grote tijdsdruk achter, want de Oldehove moest binnen zes jaar af zijn. Dan vierde Leeuwarden zijn honderdjarig bestaan. Of dat groots gevierd werd, is onduidelijk. Maar wat we wel weten is dat de Liwadders het vierden zonder mooie toren. Althans, het is maar net hoe je het bekijkt natuurlijk. Want nu is de Oldehove de trots van de

De Oldehove in 2014.

Liwadders. “De Italianen hebben de toren van Pisa, die alleen maar scheef staat. Maar wij hebben de Oldehove, die scheef is én krom”, zeggen de Liwadders trots. Ze houden van hun vertrouwde, bryke toer. Ach ja, misschien maakt liefde ook wel blind.

Bezoekersinformatie Oldehove De Oldehove is open van half april tot eind oktober. Openingstijden: dinsdag t/m zondag, van 13.00 – 17.00. Tarieven: Volwassenen €3,50 Kinderen t/m 12 jaar €1,50 Groepen van meer dan 15 volwassenen €2,00 Groepen van meer dan 15 kinderen t/m 12 jaar € 1,00 Het toegangsbewijs voor de Oldehove biedt ook toegang tot het Pier Pander Museum in de Prinsentuin. Dit museum is geweid aan de Friese beeldhouwer Pier Pander, die uitgroeide tot één van de belangrijkste kunstenaars van zijn tijd. Voor vragen over de Oldehove, het Pier Pander Museum en andere uitstapjes surft u naar: www.vvvleeuwarden.nl


Colofon

Yvo Osterloh

redacteur, eindredacteur

Elise de Jong

redacteur, eindredacteur

Andor Faber redacteur, vormgever

Dilan Kutlubay redacteur, vormgever

Charley Blomjous redacteur, eindredacteur

Chris Bil

redacteur, hoofdredacteur

Sebastiaan van den Bovenkamp redacteur, beeldredacteur

Jos Baas redacteur, webredacteur

Cathalijne Runia redacteur, vormgever

43 | Dichtbij



Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.