Greenkeeper 2 2019

Page 35

Peter Bobeldijk – uitdagingen ‘koetelen’ De NGA interviewt haar (nieuwe) leden, met als doel elkaar te leren kennen en te inspireren. Auteur: Monique Madsen De laatste twee jaren heb je met jouw collega’s van regio west twee zeer geslaagde kennisdagen georganiseerd. De NGA is trots op haar leden, trots op leden die zich inzetten voor alle collega’s. Wat is jouw motivatie om je in te zetten voor de NGA? Ik wil het vak greenkeeping graag promoten, voor mensen die al werkzaam zijn in dit veld, maar ook voor degenen die er wat meer van willen weten en misschien het vak ambiëren. Ik heb zelf veel aan mijn actieve rol als regiohoofd. Ik ervaar meer openheid bij deelnemers. Ze komen naar mij toe omdat ik zo’n dag organiseer. Ze spreken me eerder aan dan wanneer ik als toehoorder aanwezig ben. Het voordeel daarvan is dat ik veel meer kennis opdoe en meer mensen ontmoet. Kennis delen zit in mijn DNA. Ik ben opgegroeid in de agrarische wereld; we hadden een bollenbedrijf thuis. Ik heb van huis uit geleerd de handen uit de mouwen te steken, altijd een helpende hand te bieden. Ik ben wel een beetje een workaholic. Ik heb geleerd goed te communiceren, vooral met het thuisfront. Uitleggen waarom ik zoveel dingen doe, is een must. Hierdoor is er begrip en is iedereen happy. Door happy te zijn, een helpende hand te bieden en door mijn vriendelijke houding, enthousiasmeer ik anderen, bijvoorbeeld voor het vak. Vertel eens iets over jezelf. Wat zijn bijvoorbeeld je activiteiten naast je werk? Dit jaar word ik 50 jaar! Ik ben getrouwd met Ilona en samen hebben we twee zonen van 14 en 16 jaar. Ik vind het erg leuk om mijn kinderen te helpen met schoolwerk en ben actief bij de voetbalclub waar zij spelen. Na zelf 38 jaar gevoetbald te hebben, golf ik nu af en toe. Deze winter heb ik meegedaan aan de competitie. Ik ben trots op ons team: we hebben de eerste prijs gewonnen. Om de overwinning te vieren, gaat het geoliede team een aantal dagen naar Catalonië, onder andere om onze golfskills verder te verbeteren. En over uitdagingen gesproken, onlangs ben ik gevraagd aan te sluiten bij een vriendenkaartclub. ‘We fietsen soms ook met

elkaar.’ Prima. ‘We gaan ook weleens een weekendje weg.’ Prima. ‘We gaan met Pinksteren naar België.’ Prima, beetje fietsen langs de kust … ‘Nou, we hebben ons en jou ingeschreven voor Luik-Bastenaken-Luik.’ Help! Ook deze uitdaging ga ik niet uit te weg. ‘Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan’, aldus Pippi Langkous. Hoe ben je in aanraking gekomen met het greenkeepersvak? Na de agrarische school (twee tweejarige opleidingen) heb ik mijn diploma vakbekwaam hovenier gehaald.Vervolgens ben ik in dienst gegaan en heb ik gekozen voor de mariniersopleiding: van gevechtstraining tot hindernisbaan, van kompasoefening tot onderhoud materiaal. Doorzetten, uitdagingen aangaan en positief blijven zijn eigenschappen die ik tijdens deze opleiding verder heb ontwikkeld. Na deze geweldige tijd koos ik ervoor om als hovenier terug te keren en werkte ik in de winter thuis in ons bollenbedrijf.Via een klasgenoot kwam ik in 1992 terecht bij Oranjewoud en startte ik op Golfbaan Spaarnwoude. Het werk op de golfbaan vond ik zo leuk, dat ik in 1994 de greenkeepersopleiding bij IPC ging volgen. Bertus Gibcus, docent IPC, introduceerde mij bij de NGA. Lid worden was vanzelfsprekend. In 1995 ging ik werken bij KWS Sport, later Groenewoud Sport en Recreatie. De Amsterdamse Golfclub was mijn werkplek. In 1996 hielp ik bij de aanleg en het onderhoud van de nieuwe golfbaan op Texel. Ik woonde net samen met mijn huidige vrouw en zij ging er gelukkig mee akkoord dat ik door de week op het schapeneiland bivakkeerde. Dat jaar werd ik regiohoofd bij de NGA, want als ik wil dat er kennisdagen georganiseerd worden in mijn regio, moet ik niet aan de kant blijven zitten en wachten, maar zelf de mouwen opstropen. Zo geschiedde.Van 1997 (het jaar waarin ik mijn hoofdgreenkeepersopleiding volgde en afrondde) tot 2006 was ik werkzaam op de Amsterdamse Golfclub. In 2006 kwam ik terecht bij ’t Regthuys in Winkel. Ik werd benaderd om te helpen deze golfbaan aan te leggen. Dankzij intensieve voorbereiding kon ik de geplande renovatie op de Amsterdamse goed overdragen. Momenteel werk ik voor De Enk op Heiloo, De Arena en The Old Course. Het is een uitdaging om de werkzaamheden op deze verschillende locaties goed te laten verlopen. Deze jas past me als gegoten. Het houdt me scherp, fel en actief. Wie is je grote voorbeeld, op wie ben jij trots? Engel IJff (Spaarnwoude), Gerard Koster (Amsterdamse GC) en Rob Spruit (Noordwijkse) hebben mij vaktechnisch heel veel geleerd. Doordat ze mij een kijkje in hun keuken lieten nemen, wat er goed en minder goed gaat, heb ik me verder kunnen ontwikkelen. Heb je een lijfspreuk? Het dialect dat op Texel wordt gesproken, lijkt op West-Fries. Als Hans Witte, hoofdgreenkeeper op Texel, voor mij een lastig klusje had, zei ik altijd: ‘Ik ga lekker koetelen, dan komt het goed.’ Moeilijk werk maak je makkelijk. Wat moet de lezer bijblijven na het lezen van dit interview? Als je anderen positief benadert, worden de mensen om je heen ook positief. Zwaaien kost niets. Blijven volhouden!


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.