Boomzorg 1 2020

Page 1

Jaargang 12 1 - 2020

Boomzorg HET VAKBLAD VOOR BOOMVERZORGING EN BOOMBEHEER IN DE OPENBARE RUIMTE

MET DEZE ACCUKETTINGZAAG hebben hoveniers geen benzine-aangedreven zaag meer nodig Inspiratieboom: Ulmus minor argenteomarginata

Land Life Company doet wereldwijd aan herbebossing

CO N N E C T I N G G R E E N P R O F E S S I O N AL S

Vijf vragen rondom vochtvoorziening bij bomen SPECIAL EPR


Boomrooierij Weijtmans bestaat al vanaf 1800 en is sindsdien al

Voorop in Nederland

zes generaties actief in het rooien van bomen. Inmiddels is het

Boomrooierij Weijtmans heeft het nodige

bedrijf nationaal en internationaal werkzaam en heeft meer dan 35

nieuwe materieel aangeschaft, waaronder

medewerkers in vaste dienst. Naast goed opgeleide boomrooiers,

een Predator 50pk frees, een Herder 110pk

chauffeurs en machinisten beschikt zij over elf European treewor-

frees op aanhanger met rijdende afzetting,

kers en drie tree technicians om te verzekeren dat elke rooi- en

twee nieuwe kippers, twee nieuwe

snoeiklus een honderd procent tevreden klant oplevert. Daarnaast

MAN-bussen en haar derde Mecalac.

wordt gewerkt met een vaste groep zzp-ers, zodat te allen tijde

Tevens zijn een nieuwe BBL-leerling van

het werk in goede banen geleid kan worden. Het familiebedrijf

Helicon en een nieuwe chauffeur/planner

investeert in de toekomst en laat het zien dat ze meer doet dan

aangenomen. Zo blijft Weijtmans zich

alleen bomen rooien.

vernieuwen om u beter van dienst te kunnen zijn.


Vogels hebben geen agenda! Een inventarisatie - en niet de datum 15 maart - bepaalt of werkaamheden niet of juist wel door mogen gaan. Snoeien en rooien in het broedseizoen kan prima, doe er uw voordeel mee!

PEFC/30-32-534

Het keurmerk voor verantwoord bosbeheer

Boomrooierij Weijtmans BV T 013-51114 83 | www.boomrooierijweijtmans.nl


TREE INDUSTRY PERSONALITY

Voor al uw rooi- en snoeiwerkzaamheden Kortenhoef Tel: 06-21225226 www.robvandenhoek.nl

Boomtechnisch onderzoek advies & taxatie

Burg. Kerssemakersstraat 40 8101 AP Raalte T: 0572-364 400 M: 06-518 904 42 E: info@expedio-arbori.nl I: www.expedio-arbori.nl

T: 030-656 3016 M: 06-54942530 info@vanaschgroenvoorziening.nl www.vanaschgroenvoorziening.nl

Adviseurs voor: Bomen, Grootgroen, Flora&Fauna Van Pallandtlaan 10 6998 AW Laag-Keppel T: 0314-642 221 info@foreestgroenconsult.nl www.foreestgroenconsult.nl

VTA-rapportages FFW-checks Waaldijk 24 6677 MB Slijk-Ewijk 0481-482 556 0653-847 171 bosland@planet.nl

Markelo: 0547-750 900 Dedemsvaart: 0523-611 176 info@boomspecialist.nl www.boomspecialist.nl

Snoeien, rooien, verplanten VTA controle, advies Treeworker, Tree Technician T: 0525-653695 M: 06-51061686 info@boomentuintechniek.nl www.boomentuintechniek.nl

Boomadviesdiensten Heusden Boomtechnisch onderzoek, VTA, Boomeffectanalyse, (Picus-) geluidstomografie T: 06-12330613 info@boomkarwei.nl

Vestiging Veluwe Meikade 2 6718 VJ Ede T: 0318-614 227 info@ablboomverzorging.nl Vestiging Twente Lichtenbergerweg 4 7462 PT Rijssen-Holten T: 0548-621 812 www.ablboomverzorging.nl

Windhoek 5 7345 EH Wenum Wiesel T: 055-3121041 F: 055-3120728 bouwmeester@treeworker.nl www.treeworker.nl

Boomtechnisch adviseur European Tree Technician Harderwijkerstraat 35 3881 ED Putten T: 0341-370290 M: 06-46206749 info@boomadviesduifhuizen.nl www.boomadviesduifhuizen.nl

Tarzan Boomspecialisten

Bloemendaalseweg 68a 2804 AB Gouda T: 06-22420943 info@hovenier-boomverzorging.nl www.hovenier-boomverzorging.nl

OOK HIER ADVERTEREN?

Bel Charlotte van Iersel op 024-360 24 54 voor meer informatie

Boomverzorging Dwazziewegen 17 9301 ZR Roden T: 050-501 53 46 M: 06-53240346 vosgroenverzorging@planet.nl www.vosroden.nl

Snoei & Kap - onderzoek, inventarisatie, aanplant, detachering

T: 0297-582994 f@tarzan.eu www.tarzan.eu


056

Alle neuzen dezelfde kant op in strijd tegen eikenprocessierups De Nationale Bomenbank Zuidoost-Nederland (NBB ZON) maakt vanuit Mill risicoanalyses­­op het gebied van de eikenprocessierups voor opdrachtgevers. Op basis daarvan kunnen deze een solide beheerplan opstellen. De gemeente Ede werkt volgens het beheerplan dat ze samen met NBB ZON heeft opgesteld. Twan Verhoeven, bedrijfsleider bij NBB ZON, en Marije Wesselius, beleidsmedewerker bij de gemeente Ede, vertellen over de resultaten van het beheerplan EPR.

www.boomzorg.nl

5


INHOUDELIJK

boomzorg bladboomzorg

026 Hoe selectief zijn Xentari en nematoden? Het belangrijkste wapen in de strijd tegen de eikenprocessierups is waarschijnlijk biodiversiteit. Maar voor bestrijding op korte termijn volstaat dat niet altijd en zul je ook op andere manieren moeten beheren. Het gevaar bestaat dat je door de inzet van deze middelen ook andere insecten bestrijdt en dus contra­ productief bezig bent voor de bio­ diversiteit. Vakblad Boomzorg vraagt het na bij entomoloog Henk Vlug.

020

072

080

Goed bezochte studiedag eikenprocessierups bezorgt boombeheerder munitie

Met deze accukettingzaag hebben hoveniers geen benzine-aangedreven­­ zaag meer nodig

Vakblad Boomzorg was vorig jaar oktober aanwezig bij de studiedag eikenprocessierups in het Inspyrium te Cuijk, een dag georganiseerd door de Nationale Bomenbank in samenwerking met Terra Nostra en boomkwekerij Ebben.

Een vast onderdeel in de bus van iedere groenvoorziener of hovenier: een motorkettingzaag van 40 tot 50 cc. Met dit soort machines is bijna iedere groen­­klus te klaren, behalve misschien een extreem zware velling.

048 Van plan naar actie De eikenprocessierups is al jaren met een opmars bezig, maar in de zomer van 2019 werden het aantal rupsen en mensen met gezondheidsklachten wel heel erg groot. Ook de variatie in bestrijdingsmogelijkheden van de rups werd groter.

6

1/2020

086 Vragen of opmerkingen? Sjoerd Rispens Vakredacteur E: sjoerd@nwst.nl T: 024-360 2454 M: 06-53286177

Alberto Palsgraaf Uitgever E: alberto@nwst.nl T: 024-360 2454 M: 06-20436728


Essen: de wijkers van de jaren twintig Net voor de decenniumwisseling werden in Sint-Michels­ gestel nog even driehonderd essen gerooid. Tienduizenden exemplaren in het hele land gingen hen voor, de afgelopen jaren. Niet alleen aan wegen en lanen zorgt de essen­taksterfte (ETS) voor narigheid, zorgen en extra onderhoudskosten. Een opnameprotocol kan de taak van boombeheerders hierbij verlichten.

‘In deze branche accepteren aanbestedende diensten veel op dit gebied’ Er wordt door boomkwekers een wijdverbreid spel gespeeld om offertelijsten voor gemeentes op een calculerende, strategische manier in te vullen. Soms zetten ze bomen die ze niet uit hun assortiment kunnen leveren toch heel goedkoop op hun lijstje. Onder de streep scoort hun offerte dan beter.

Mart Hoppenbrouwers, Dolmans

‘Ik denk dat de grote overlast van vorig jaar een eyeopener was’ Groenwerkers, gemeenten en tal van anderen zijn druk bezig met de voorbereiding op de bestrijding van de eikenprocessierups. Na de grote overlast van vorig jaar is het te hopen dat de overlast dit jaar minder wordt. Dolmans Landscaping is een van de bedrijven die de jeukrups bestrijdt. ‘Dit jaar zijn we al vroeger begonnen met de voorbereiding, in de zin dat we al eerder met gemeenten gaan praten over de maatregelen,’ vertelt commercieel directeur Mart Hoppenbrouwers. Desondanks verwacht hij dat het ook dit jaar weer ‘los’ zal gaan. ‘Veel gemeenten zijn bezig hun beleid op het gebied van bestrijding om te gooien. Dat heeft tijd nodig; dat is niet binnen een jaar opgelost. Ik denk wel dat de grote overlast van vorig jaar een eyeopener was. Vanwege de grote aandacht voor het onderwerp komt er na zo’n jaar meer draagvlak voor goede preventieve bestrijding middels natuurlijk en biologisch beheer. Ik merk dat de discussie hierover al op gang komt.’

Lees verder op pagina 36

COLOFON Boomzorg wordt 6 keer per jaar in een ­gemiddelde oplage van 2.250 exemplaren ver­spreid onder boomverzorgers en boombeheerders in dienst van gespecialiseerde

VERDER 008 010 014 016 028 030 035 040 044 052 066 068 084 090

Kort nieuws Sander Keulen: ‘Er is nog genoeg werk aan de winkel’ Tarzan Boomspecialisten gaat verder als vof met tweede bedrijf erbij Inspiratieboom: Bonte iep Kap en herplant in Breda en Nijmegen Het geslacht Larix Column: Haast hebben als je tijd genoeg hebt Eikenprocessierups en aansprakelijkheid Thermisch, biologisch, natuurlijke vijanden – manieren om eikenprocessierups te bestrijden Balans tussen maatschappij en eikenprocessierups Column: Preken voor eigen parochie Eikenprocessierups: geen kant en klare oplossing Vijf vragen rondom vochtvoorziening bij bomen, direct na het planten Hoofdredactioneel

bedrijven en gemeentes. REDACTIE & COMMERCIE NWST NeWSTories bv, Fransestraat 41, 6524 HT Nijmegen, T 024-3602454, F 024-3602464, www.boomzorg.nl HOOFDREDACTEUR Hein van Iersel (hein@nwst.nl) OPERATIONEELMANAGER Peter Jansen (peter@nwst.nl) REDACTEURS Linde Kruese (linde@nwst.nl) Willemijn van Iersel (willemijn@nwst.nl) Nino Stuivenberg (nino@nwst.nl) Karlijn Klei (karlijn@nwst.nl) Sjoerd Rispens (sjoerd@nwst.nl) VORMGEVING StudioBont Nijmegen ADVERTENTIES Alberto Palsgraaf (alberto@nwst.nl) Rik Groenewegen (rik@nwst.nl) SALES SUPPORT Lieke van der Weijde (lieke@nwst.nl) ABONNEMENTEN € 86,- per jaar. De abonnementsperiode loopt tot en met 31 december van ieder jaar en uw abonnement zal jaarlijks automatisch worden verlengd, tenzij uw schriftelijke wederopzegging uiterlijk 31 oktober voorafgaand aan de nieuwe abonnementsperiode in ons bezit is. Voor opgave van een nieuw abonnement belt u met (024) 360 24 54. Op alle abonnementen zijn onze leveringsvoorwaarden van toepassing. Deze vindt u op www.boomzorg.nl/pages/8/abonneren ISSN: 2211-9892 Alle auteursrechten en databankrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze berusten bij Boomzorg c.q. de betreffende auteur. Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming van de uitgever worden verveel­voudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, scan, foto-kopie, elektronisch of op welke wijze dan ook. Boomzorg wordt tevens elektronisch opgeslagen en geëxploiteerd. Alle auteurs van tekst­bijdragen in de vorm van artikelen of ingezonden brieven en/of makers van beeld­materiaal worden geacht daarvan op de hoogte te zijn en daarmee in te stemmen e.e.a. overeenkomstig de publicatie- en/of inkoopvoorwaarden. Deze zijn bij de redactie ter inzage of op te vragen.

www.boomzorg.nl

7


#TRENDING

Meest gelezen op boomzorg.nl

Ruim duizend bomen moeten wijken voor vijf windmolens Dat er windmolens zouden komen langs de Oude Maas bij Heinenoord (Zuid-Holland) was bekend. Dat daar bomen voor moesten wijken, ook. Uit een aangevraagde kapvergunning blijkt dat het om 1014 bomen gaat.

Lees hier verder: www.boomzorg.nl/article/31352/ruim-duizend-bomen-moeten-wijken-voor-vijf-windmolens

Is de plantmethode in Nederland nog wel goed?

Boom-innovatiedag 2020 in Udenhout De vakbladen Boomzorg, Boom in Business en Stad en Groen organiseren dit jaar voor de negende keer de Boom-innovatiedag. Deze praktijkdag staat dit jaar in het teken van het thema 'bomen maken de stad'.

Lees hier verder: www.boomzorg.nl/article/32049/ save-the-date-boom-innovatie-dag2020-in-udenhout

8

1/2020

Alles over Groenbeheer heeft een onderzoek naar de oorzaak van bomensterfte in een nieuwbouwwijk afgerond. Dat heeft het bedrijf inzichten opgeleverd.

Lees hier verder: www.boomzorg.nl/article/32321/is-de-plantmethode-van-nederland-nog-wel-goed

Greenmax bestrijdt eikenprocessierups met Turfquick Oak Biologische plaagbeheersing met behulp van natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups is een veelbelovende methode. In dat kader komt Greenmax met Turfquick Oak. Turfquick Oak is een ecologisch verantwoorde maatregel die goed is voor de biodiversiteit. De werking is gebaseerd op natuurlijk evenwicht. Als bij eikenbomen een aantrekkelijke leefomgeving wordt gecreëerd voor onder meer sluipwespen, gaasvlieglarven en roof­ wantsen, wordt de

populatie eikenprocessierupsen door deze natuurlijke vijanden beheerst. Daarbij komt het zaadmengsel Turfquick Oak om de hoek kijken. Naast de zadensamenstelling bevat Turfquick Oak andere duurzame toevoegingen. Alle zaden zijn vooraf in biologisch afbreekbare zaai­matten geweven. Deze matten bevatten grassen en scherm- en vlinderbloemige plantensoorten, die een verkeersveilige en biodiverse leef­ omgeving bieden aan de natuurlijke vijanden van de rups. Het bijzondere is dat de zaden in een speciaal doek zitten. Doordat de zaden in deze zaaideken zijn geweven, blijft dit op de gewenste plaats liggen met de juiste mengverhouding. De Turfquick Oak-zaaideken is op de gewenste maat en in de gewenste vorm te knippen. Vervolgens kan de zaaideken op de klaar­gemaakte grond worden neergelegd en gesproeid en kunnen de planten gaan groeien. Turfquick is geschikt voor bermen, stedelijke gebieden en zelfs voor hellingen tot 45 graden, zonder dat de zaden zich verplaatsen.


NIEUWS Krinkels pakt Nederlandse bossen aan De afgelopen vijf jaar werden door Krinkels BV steeds meer boswerken aangenomen. Dat boswerk bestaat voornamelijk uit het openhouden van bosvlaktes en het terugbrengen van de zogenaamde natuurwaarden, onder meer door ongewenste soorten zoals Amerikaanse vogelkers te verwijderen, zieke bomen te kappen en bosverjonging toe te passen. Bij de meeste projecten worden de overgebleven stobben van Amerikaanse vogelkers behandeld met verdund glyfosaat. Hierdoor sterft het wortelstelsel af. Door een toegevoegde kleurstof is duidelijk welke stobben zijn behandeld. Voor het verwijderen van de houtopslag tot circa 1 meter hoog wordt gebruikgemaakt van een bosmaaier, bij hogere houtopslag is dat een brushcutter aan een kraan. De brushcutter zaagt het hout om, waarna het vrijkomende hout wordt verwerkt in de versnipperaar. De houtchips die hierbij worden geproduceerd, gaan naar de dichtstbijzijnde biomassacentrale, die ze gebruikt als grondstof voor energieopwekking. Als er stamhout vrijkomt, wordt dit vervoerd naar de houtverwerker. In de gemeente Ede worden voornamelijk prunus en ongewenste houtopslag bestreden. Dit wordt niet alleen in de bossen gedaan, maar ook op de heidevelden rondom Ede. Speciaal voor deze werkzaamheden heeft Krinkels een op maat gemaakte houtversnipperaar en een drone met warmtezoekende camera aangeschaft. De drone maakt voorafgaand aan de werkzaamheden een scan van het gebied, waarop de locaties te zien zijn van de aanwezige fauna, zoals broedende vogels en schuilplaatsen van herten. Tijdens de uitvoering wordt rekening gehouden met deze locaties.

Boomzorg zoekt de leukste green hacks Boomverzorgers en -beheerders zijn innovatief. Praktische problemen worden getackeld met op maat gemaakte oplossingen en een beetje logisch nadenken. Elk bedrijf kent zo zijn eigen trucjes. Vakblad Boomzorg is op zoek naar dit soort green hacks. In elke boomkwekerij die we tijdens ons werk bezoeken, zien we wel kleine innovaties waar andere kwekers iets van kunnen leren. Simpele, praktische oplossingen die met een flinke dosis boerenverstand en huisvlijt zijn gefabriceerd. Dit jaar beginnen we daarom met de rubriek Green hacks. In elke uitgave van Boomzorg komt voortaan zo'n green hack aan bod. Alle ideeĂŤn die wij binnenkrijgen, gaan we bekijken en beoordelen. Beschrijf deze het liefst zo uitgebreid mogelijk, zodat andere boomkwekers het idee ook kunnen toepassen. Dat is immers het doel van deze rubriek: praktische kennis delen met vakgenoten. Heb jij een klein, maar vernuftig idee dat je met andere kwekers wilt delen? Stuur dan een e-mail naar sjoerd@nwst.nl. Bij Fort den Haak in de provincie Zeeland worden gedeelten bos gekapt, zodat er meer ruimte ontstaat voor andere natuur. Het vrijgekomen hout wordt gebruikt voor houtverkoop en biomassa. In het noorden van het land voert Krinkels boswerken uit voor onder andere Defensie in Drenthe en Staatsbosbeheer in Groningen. Voor Defensie worden vooral prunus en ongewenste houtopslag verwijderd; voor Staatsbosbeheer houdt Krinkels zich bezig met bosrandbeheer en essentaksterfte. Naast bosrandbeheer wordt in veel van de grote bosopstanden incidenteel verjongingskap toegepast. Door een goed georganiseerde herplant op de vrijgekomen kapvlaktes wil Staatbosbeheer gestructureerde bosranden krijgen. Deze plantwerkzaamheden worden vanuit meerdere vestigingen van Krinkels gezamenlijk opgepakt.

Nationale Bomenbank stuurt knotlinden van Balk met vakantie De Lutskade in Balk wordt in oktober dit jaar gerenoveerd. Daarom heeft de Nationale Bomenbank de 31 knotlinden die daar staan tijdelijk verplant. Als de renovatie is afgerond, zullen de bomen weer op dezelfde plek worden geplant. De gemeente Fryske Marren gaf de Nationale Bomenbank in het voorjaar van 2019 al opdracht om de knotlinden voor te bereiden op het verplanten. De kluiten werden alvast gevormd en extra wortelgroei werd gestimuleerd; dit om de slagingskans zo groot mogelijk te maken. Dat is belangrijk, want de bomen zijn beeldbepalend voor Balk. Twintig van de 31 bomen zijn 120 jaar of nog ouder. De bomen zijn tijdelijk 'op vakantie' naar een locatie buiten het dorp. De bedoeling is dat de bomen in het voorjaar van 2021 weer terug geplant worden op hun vertrouwde plek langs de kade.

www.boomzorg.nl

9


Sander Keulen: ‘Er is nog genoeg werk aan de winkel’ Land Life Company doet wereldwijd aan herbebossing in opdracht van derden Land Life Company houdt zich bezig met grootschalige herbebossing over de hele wereld. Het bedrijf gebruikt innovatieve technologie om dit te realiseren en werkt altijd samen met lokale gemeenschappen. Het doel van Land Life: het herstel van 2 miljard hectare aangetast land, wereldwijd. Dit vakblad gaat in gesprek met hoofd businessdevelopment Sander Keulen over de aanpak van het bedrijf.

Auteur: Karlijn Santi Raats

10

1/2020

De wereld is in de ban van de klimaatverandering. Bedrijven, instellingen en overheden willen steeds vaker hun CO2-uitstoot compenseren. Het wereldwijd planten van bomen op plaatsen waar de natuur niet uit zichzelf herstelt, biedt daarvoor uitkomst. ‘Het is een dankbaar product’, aldus Keulen. ‘We planten veel in Spanje, waar vaak bosbranden voorkomen, maar ook elders in de wereld, zoals natuurlijk Australië. Op veel plaatsen is het land ook uitgeput door langdurig eenzijdige landbouw. Onze focus voor grootschalige herbebossing ligt in Mexico, Australië, Noord-Amerika en Spanje. Hier is de komende paar decennia voldoende land te herstellen.’

de lokale horeca platlegt, zoals langs de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella, helpt herbebossing om de bestaande gemeenschap weer toekomst te bieden. Daar wint iedereen.’ Herbebossing spreekt organisaties op verschillende niveaus aan. ‘Soms willen ze hun CO2footprint compenseren door te investeren in Land Life-projecten. Er zijn ook bedrijven die al duurzaam zijn en voor elke werknemer bijvoorbeeld vijf bomen planten. Zij helpen soms mee met planten omdat ze de natuur een warm hart toedragen. Andere partijen gebruiken herbebossing in hun marketingverhaal: ‘Bij aankoop van een product planten wij een x-aantal bomen voor u aan.’

Merites De voordelen van herbebossing zijn legio. Het zorgt voor vergroening, het vasthouden van regenwater in de grond, verrijking van de biodiversiteit, werk voor de lokale bevolking en een impuls voor de regio in het algemeen. Keulen geeft een paar voorbeelden: ‘Door herbebossing breng je de natuur terug bij de bewoners. Waar afgebrande bossen het toerisme en dus

Eigen product: de cocoon Het bedrijf is opgericht door Jurriaan Ruys (voormalig partner bij McKinsey) en Eduard Zanen (oprichter van Bugaboo) en begon enkele jaren geleden met de verkoop van een zogenaamde cocoon. De cocoon helpt net aangeplante bomen om te overleven in een omgeving met uitdagende groeiomstandigheden. Het is een bak die gemaakt is van geperst


5 min. leestijd

ACTUEEL NIEUWS de cocoon nog steeds om te herbebossen, vooral in extreem droge gebieden. ‘Zo’n vijf tot tien procent van de aanplant krijgt een cocoon mee’, vertelt Keulen. Stevige groei In 2018 kwam de herbebossing van de grond. Lease Plan, wagenparkbeheerder voor leaseauto’s, was het eerste bedrijf dat bomen wilde planten om zijn CO2-footprint te compenseren. De activiteiten namen meteen een hoge vlucht. Bij Land Life Company werken voornamelijk hooggeschoolde professionals. Zij zijn verdeeld in de teams Technology, Operations en Commercial. Keulen, die onder meer in Amerika studeerde en een ondernemersachtergrond heeft, vertelt over de sterke groei van de activiteiten: ‘In 2018 hebben we 300 duizend bomen geplant, in 2019 1 miljoen, en in 2020 zijn we begonnen met projecten die 3 miljoen aangeplante bomen opleveren.’

papier en wordt gevuld met 20-25 liter water. De cocoon is biologisch afbreekbaar en lijkt op een reddingsboei of een sombrero. Het geheel wordt met grond afgedekt tot op maaiveldhoogte. Het boompje steekt vanuit de grond door het gat in het midden naar boven. Door een beschermende koker wordt de groei van de boom recht omhoog geleid en wordt voorkomen dat knaagdieren de zaailing opeten. De boom kan hierdoor gemakkelijk wortelschieten en heeft voldoende water voor de komende vijf à acht maanden. Land Life Company gebruikt

Werkvoorbereiding In het veld begint Land Life Company al een jaar van tevoren met het lokaliseren van aangetast land. Dat land is altijd publiek eigendom. ‘We doen alleen zaken met lokale overheden’, legt Keulen uit. ‘Want we willen niet dat de toegang tot het land ons ontzegd kan worden. Een particuliere landeigenaar of zijn of haar opvolger zou op een dag weleens kunnen besluiten om bijvoorbeeld een stuk bos te kappen voor de bouw van een huis. Dan heb je weinig verweer. Met lokale overheden kunnen we goede contracten afsluiten, zodat de herstelde natuur minstens de komende vijftig jaar natuur blijft.

‘Minimaal eenmaal per jaar gaan we terug naar de plantlocatie’ Het publiek heeft toegang tot de stukken bos en profiteert ook van eventueel vruchtgebruik.’ Nadat is afgesproken welk stuk aangetast land bebost mag worden, vertrekken de technische medewerkers naar de locatie. Ze nemen op diverse locaties bodemmonsters om de bodemgesteldheid vast te stellen. Soms is het land zo gedegradeerd dat Land Life Company moet werken met bodemverbeteraars zoals mycorrhyza. Vervolgens wordt er met een drone over het gebied gevlogen om een 3D-model te maken van het hele gebied. Op basis van dit model komt een beplantingsplan tot stand. ‘De technische mensen bestuderen bijvoorbeeld waar al wat groen staat. Dat betekent dat er op die plekken het meeste water in de bodem zit. Ze kijken niet alleen naar de hydrologie, maar ook naar de isotopen en bepalen langs welke lijnen de gaten geboord moeten worden voor optimale afwatering als het gaat regenen. Tot

‘We verliezen nog altijd elke minuut 36 voetbalvelden aan bos’

Sander Keulen

Land Life Company

Amsterdam

www.boomzorg.nl

11


Kijk op onze vern ieuwde website!

OPEN AVOND

Bestrijding kastanjebloedingsziekte Behoud van kastanjebomen d.m.v. wamtebehandelingen, in samenwerking met Wageningen University & Research.

“METEN IS WETEN”

Kies een opleiding! • European Treeworker • European Treetechnician Wij bieden je diverse opleidingstrajecten • Modulaire cursussen • BBL-trajecten • In-company trainingen

website Tre kproe f

MBO3 Vakbekwaam Boomverzorger / ETW

www.boom-kcb.nl/boom-trekproef

• Diverse korte trainingen voor boomverzorgers

Informatie en aanmelding: www.helicon.nl/mbo/opleidingen/!/101/boomverzorging-etw/ Helicon MBO Velp Open avond 10 maart vanaf 18.00 uur André Hilbrand, 06 24 67 51 22, a.hillebrand@helicon.nl

Taxatie

S of t ware

www.boom-kcb.nl

+31 (0) 516-441765 info@boom-kcb.nl

Grindweg 11 8422 DM Nijeberkoop

Helicon MBO Eindhoven Open avond 12 maart vanaf 18.00 uur Corik Geurts, 06 30 67 88 08, c.geurts@helicon.nl

helicon.nl


Lokale bewoners planten bomen.

Na de start van de herbebossing in 2018 namen de activiteiten een hoge vlucht slot maken ze een optimale sortimentskeuze op basis van de groeiomstandigheden en klimatologie, zodat de slagingskans maximaal is. ‘Gemiddeld weten we vrij goed wat de klimatologie van het gebied is, zoals de hoeveelheid regen die er valt. In ons beplantingsplan en onze sortimentskeuze houden we er al rekening mee dat de regenbuien korter en heftiger worden. We ontwerpen dus al klimaatadaptief.’ Aanplant De lokale overheden zien de herbebossing vaak als een cadeau, volgens Keulen. Onder hun wetgeving worden de bomen beschermd. Niet alleen de lokale besturen kennen Land Life Company; het bedrijf staat ook in contact met lokale kwekerijen. ‘We willen de bomen niet over grote afstanden vervoeren. Dat is niet efficiënt, niet goed voor de zaailingen en bovendien vervuilend’, zegt Keulen. ‘De lokale kwekerijen krijgen een boost doordat zij het plantmateriaal mogen leveren. Als ze niet kunnen voldoen aan de gevraagde hoeveelheid, helpen wij ze met opschalen. Het opkweken van de boompjes bij de kwekerijen duurt circa negen maanden.’

Ook de aanplant zelf wordt lokaal geregeld. Dat gebeurt met lokale partners, die tegen betaling meehelpen bij het plantproces. Land Life Company is aanwezig bij de aanplant en begeleidt de planters. ‘Als je de lokale bevolking betrekt bij de herbebossing van hun land, creëer je eigenaarschap. Als ze trots zijn op het bos, zorgen ze er in de toekomst ook beter voor.’ Land Life Company is daarnaast bezig met de ontwikkeling van een plantrobot, de Risutec. Daar is nu een jaar mee gedraaid. ‘De machine is ontwikkeld in samenwerking met de gelijknamige Finse bosbouwmachine-ontwikkelaar. Het is feitelijk een grote plantkop, die is vastgemaakt aan een grote graafmachine. De plantkop kan circa 140 zaailingen vasthouden en een voor een de grond in schieten, zo’n twee per minuut.’ Deze machine wordt continu geoptimaliseerd. Monitoren Alle geplante bomen zijn gelabeld om ze in kaart te kunnen brengen in een scansysteem. Zogeheten coders, werkzaam in de IT binnen het team Technology, verzamelen en beheren alle data van alle bomen die worden geplant.

Deze professionele arboristen monitoren de bomen. Ook werkt Land Life Company samen met de Universiteit van Wageningen, zoals met professor Koen Kramer. Keulen: ‘Minimaal eenmaal per jaar gaan we terug naar de plantlocatie, meten we alle bomen opnieuw in en kijken we hoe ze erbij staan en hoe groot en gezond ze zijn.’ De statistieken worden opgeslagen in de global planting database. De data worden ook inzichtelijk gemaakt voor alle klanten via het customer dashboard, een online portaal dat voor alle klanten toegankelijk is. Zo wordt herbebossing transparant en relevant. Na ongeveer vijf jaar kan Land Life zien wat de impact van de herbebossing is op CO2buffering, afwatering en biodiversiteit. Toekomst ‘Bossen hebben een enorm brede functie’, zegt Keulen tot slot. ‘Voor het milieu, maar ook voor de mensheid. Dat begint iedereen zich nu langzamerhand te realiseren. Vergeet niet: we verliezen nog altijd elke minuut 36 voetbalvelden aan bos! Er is voorlopig genoeg werk aan de winkel.’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32489/sander-keulener-is-nog-genoeg-werk-aan-de-winkel

www.boomzorg.nl

13


Tarzan Boomspecialisten gaat verder als vof met tweede bedrijf erbij Eigenaar Frans van Vugt-Schmitz gaat meer op de achtergrond werken Tarzan Boomspecialisten timmert sinds 2003 aan de weg als bedrijf dat alles doet met ‘de levende boom’. Het bedrijf wordt nu gesplitst, maar keert tegelijkertijd terug naar het verleden. Frans van Vugt-Schmitz, die zestien jaar geleden aan de wieg van het bedrijf stond, gaat zich bezighouden met het verwerken en vermarkten van het hout en de takken. Auteur: Sjoerd Rispens

Bakfiets Het begon voor Tarzan Boomspecialisten op 12 augustus 2003, toen Frans van VugtSchmitz zijn eerste factuur verzond namens de eenmanszaak die hij toen net was begonnen. Die eerste klus was het snoeien van een es bij Amina in de Amsterdamse Bijlmermeer. Van Vugt-Schmitz fietste op zijn oude bakfiets met een kettingzaag en klimspullen helemaal van Amstelveen naar de Bijlmermeer om deze boom te snoeien. Nadat de klus geklaard was, ging met zijn bakfiets vol takken weer terug. Van Vught-Schmitz kijkt met plezier op die periode terug. Het bedrijf en zijn leven waren toen nog simpel, goedkoop en overzichtelijk. Als hij zo drie klusjes per week deed, had hij genoeg geld en ook voldoende tijd over voor andere dingen. Klimtouw Maar met het verstrijken van de jaren groeide het bedrijf. In 2005 kreeg Tarzan de beschikking over de eerste auto: een Ford-pick-up. Ook

14

1/2020

kwam er een extra paar handen bij in de vorm van de eerste stagiair, Jaap, die later de eerste werknemer werd. Vervolgens kwam Annemiek erbij, daarna Chris en zo groeide het bedrijf tot wat het nu is: zes Tarzans en vier auto’s, stapels kettingzagen en honderden meters klimtouw. Toekomst Als bedrijf moet je ook vooruitkijken. Zo’n vijf jaar geleden staken de Tarzans de koppen bij elkaar om na te denken over de toekomst van het bedrijf. Iedereen was het er meteen over eens dat het bedrijf moest blijven bestaan. Chris de Jong, een van de werknemers, gaf aan dat hij al langere tijd als zelfstandig ondernemer aan de slag wilde, het liefst binnen Tarzan. Van Vugt-Schmitz sprak de wens uit om terug te keren naar het reilen en zeilen uit de beginperiode van het bedrijf, zodat hij meer tijd overhoudt om aan ‘eigen klusjes’ te werken. Vof Bij dit alles hoort de vraag: in welke bedrijfs-


4 min. leestijd

ACHTERGROND vorm ga je dan verder: als bv, maatschap, Ltd of vof? Voor elke vorm valt wat te zeggen. Een bv is natuurlijk lekker veilig voor je privékapitaal, maar wel vrij duur en administratief wat lastig. Tarzan heeft als motto: als je er echt voor gaat, verschuil je je niet achter een bv maar ga je er vol in, ook met je privé-eigendom. Een vof was de vorm die het best bij hen past, dus gaat Tarzan voortaan verder als vof met de werkzaamheden rond ‘de levende boom’. Eigen klusjes Naast de vof samen met De Jong begint Van Vugt-Schmitz nog een ander bedrijf, waarin hij zijn ‘eigen klusjes’ kan doen. Er zijn dus vanaf 1 januari 2020 twéé Tarzan-bedrijven: Tarzan Boomspecialisten vof en Tarzan Hout en Energie. Bij de vof houden Van Vugt-Schmitz en De Jong zich allebei bezig met wat het bedrijf al jaren

‘Een bv is lekker veilig voor je privékapitaal, maar vrij duur en administratief lastig’

doet: het leveren, planten, snoeien en kappen van bomen en het adviseren over bomen, wortels, frezen enzovoort. Kort gezegd: alles wat te maken heeft met de levende boom. En hoe zit het met de eenmanszaak Tarzan Hout en Energie? In deze eenmanszaak gaat Frans zich vooral bezighouden met het verwerken en vermarkten van het hout en de takken. Hij gaat bij klanten de klusjes doen die niets met ‘de levende boom’ te maken hebben, dus het overige werk, en Tarzan Hout en Energie gaat zelf opgewekte duurzame energie leveren. Contact Dan rijst de vraag: wat gaan de klanten van Tarzan Boomspecialisten daarvan merken? Niet zoveel, denken de eigenaren. Voor het bomenwerk zullen ze misschien wat meer contact hebben met De Jong dan voorheen. Van VugtSchmitz is nog altijd bij het bedrijf te vinden, maar begeeft zich sinds het nieuwe jaar wel wat meer achter de schermen. Tuin Bij Tarzan Hout en Energie zal in de praktijk grotendeels hetzelfde gebeuren wat Van VugtSchmitz al deed bij Tarzan: het werk wat men ‘erbij’ deed. Tarzan Boomspecialisten kreeg vaak de vraag: kunnen jullie ook ander werk in de tuin doen, zoals het plaatsen van een schutting, het aanleggen van een stenen pad of terras of ondergrondse waterberging? Van VugtSchmitz vindt dergelijke klussen leuk om te doen, maar ze hebben niet veel te maken met

Houtgestookte centrale verwarming

het boomspecialisme. Voortaan kan dit soort klussen worden uitgevoerd door Tarzan Hout en Energie. Afvalhout Daarnaast worden alle takken en stammen die Tarzan Boomspecialisten voor zijn klanten afvoert, op een terrein achter de boerderij gestort. Van Vugt-Schmitz verwerkt dit afvalhout voor hergebruik. Enkele voorbeelden: • boomstamkrukken en bijzettafeltjes van boomstammen, • dunne plakken boomstam om bijvoorbeeld een wand mee te bekleden of als plateau om een (bruids)taart op te serveren, • boomstamschijven van stammen met een dikte tot wel 2 meter, die bijvoorbeeld gebruikt kunnen worden voor grote ronde tafels, • lange planken van boomstammen om bijvoorbeeld werkbladen, tafels, banken of kastplanken mee te maken, • brandhout: al het hout dat niet geschikt is voor schijven; alleen houtsoorten zoals essen, eiken en beuken, • snippers van de dunne takken en het ongeschikte tak- en stammateriaal, • en heel dunne takjes, naaldhout en overig groenafval: dit wordt opgeslagen en uiteindelijk gebruikt om de weilanden op te vullen. Bijzondere opdrachten Van Vugt-Schmitz wordt ook weleens voor bijzondere opdrachten gevraagd, bijvoorbeeld afgelopen jaar om 185 examenpakketten voor mbo-scholen te maken. De pakketten bestonden uit een aantal stammetjes van verschillende lengtes en vallend binnen een bepaalde dikteklasse, en daarnaast een aantal plankjes van boomstam. Het zagen van de stammen, het samenstellen van de pakketten en later het bezorgen daarvan bij de scholen was een flinke, maar leuke en bijzondere klus.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32487/tarzan-boomspecialisten-gaat-verder-als-vof-met-tweedebedrijf-erbij

www.boomzorg.nl

15


Bonte iep zorgt met kleurrijke bladeren voor prachtig en lommerrijk aangezicht Ulmus minor argenteomarginata van ruim 25 m hoog op kerkterrein De oude naam van Ulmus minor argenteomarginata is Ulmus campestris ‘Variegata’. Deze bonte iep staat op het terrein van de kerk in Houten (Utrecht) en staat op de lijst van bomen met bijzondere waarde. De boom is aangeplant in 1916 en is volgens boomambassadeur Henry Blitterswijk, directievoerder groen bij de gemeente Houten, belangrijk voor het dorp. Hij nomineerde deze boom voor de titel ‘Inspiratieboom’, die in oktober tijdens de Boom-innovatiedag wordt toegekend. In de komende nummers van Boomzorg worden de kandidaat-inspiratiebomen belicht. Auteur: Sjoerd Rispens

16

1/2020

Monumentale boom Wie Plein 27 in Houten bezoekt, kan genieten van een mooie groene omgeving. Langs de huizen lopen een aantal laantjes met groen, en het plein wordt gekenmerkt door een stuk of tien verspreid staande bomen. Een daarvan springt meteen in het oog: de bonte iep. De kans is groot dat er in heel Houten niemand is die Plein 27 zonder de monumentale boom zal herkennen. De iep wordt omringd door haagbeuken, een linde en esdoorns.


3 min. leestijd

INSPIRATIEBOOM esdoorns dragen bij aan het mooie zicht, maar de bonte iep is volgens Blitterswijk het meest karakteristiek. ‘Als je aan komt lopen, springt de iep er meteen tussenuit’, zegt hij. ‘Het zorgt voor een prachtig mooi lommerrijk plaatje. De voornaamste reden dat ik hem heb ingediend, is de beeldbepalendheid van de iep door de mooie bladkleur. Het is de enige bonte, dus de bladkleur valt op. De bladeren verschillen in kleur; het zijn prachtige groene bladeren met lichtcrème accenten. Dat zorgt voor een mooi gevarieerd geheel.’ Statig Ondanks dat mooie plaatje was de boom volgens Blitterswijk misschien nog wel mooier geweest als hij solitair had gestaan. ‘De boom heeft nu al een vrij statig aanzicht, maar dat was bijvoorbeeld op een grasveld nog veel

beter tot uitdrukking gekomen. Die mooie kleuren van de iep gaan nu een beetje verloren, als je van een afstand kijkt. Daarnaast was de boom dan misschien nog wat groter en breder geworden. Een ander voordeel van deze boom is dat hij weinig onderhoud nodig heeft. Dat ligt voornamelijk aan de locatie. Hij staat op het

‘Als je aan komt lopen, springt de iep er meteen tussenuit’

Gezichtsbepalend ‘We hebben in de hele gemeente maar één iep als deze’, vertelt Blitterswijk. ‘Het is ook de enige bonte iep die ouder is dan honderd jaar. Daarvan zijn er sowieso maar heel weinig, zowel hier als in omliggende gemeenten. De boom is in 1916 door het toenmalige kerkbestuur aangeplant. Hij is gezichtsbepalend voor het dorp. Voor zijn leeftijd ziet de iep er nog heel goed uit, zeker omdat iepen over het algemeen niet gigantisch oud worden. De boom staat op de lijst van bomen met bijzondere waarde in Houten; hij is daar ergens begin jaren tachtig op geplaatst. Meer dan terecht, overigens.’ Bladkleur De bonte iep is ruim 25 meter hoog; mensen kunnen eronderdoor lopen en zo de kerk binnengaan. Ook de haagbeuken, linde en Henry Blitterswijk www.boomzorg.nl

17


Zoek je een vaste baan en een nieuwe uitdaging als Boomverzorger bij een bedrijf dat regionaal werkt en veel waarde hecht aan gedrevenheid, betrouwbaarheid en vakmanschap? Dan ben je bij ons aan het juiste adres!

ALLROUND BOOMVERZORGER (ETW) Buiten de kennis en ervaring die je zelf meebrengt helpen wij je graag verder met je persoonlijke ont­ wikkeling, opleiding en ervaring. Wij denken graag met je mee, zoals jij dat ook met ons doet. Ons motto is zeggen wat je doet en doen wat je zegt!

Leerling-boomverzorger (ETW) Wil je graag boomverzorger worden en heb je nog niet de juiste diploma’s, ook dan kan je bij ons terecht. Als leerling­boom­ verzorger ben je vier dagen per week aan het werk in ons bedrijf en ga je één dag per week naar school. Tijdens dit BBL­traject staat jouw ontwikkeling centraal.

Wat vragen we van onze nieuwe collega? ▶ Je bent flexibel en kunt op alle voorkomende werkzaamheden worden ingezet ▶ Je weet van aanpakken en je bent klantgericht ingesteld ▶ Je bent meestal goed gemutst, een echte teamspeler maar kunt ook goed zelfstandig werken en leiding geven ▶ Je bent in het bezit van de benodigde rijbewijzen en certificaten om je werk goed uit te voeren ▶ Je hebt een opleiding European Tree Worker (climbing e/o platform) afgerond ▶ Je hebt minimaal enige jaren ervaring als boomverzorger/groenvoorziener

Als leerling­boomverzorger word je onderdeel van een team dat volledig zelfstandig de werkzaamheden organiseert. Je ondersteunt de boomverzorgers in het uitvoeren van alle voorkomende boomverzorgingswerkzaamheden zoals het snoeien, het (ver)planten en het rooien van bomen. Je leert van je collega­boomverzorgers, studeert voor het diploma boom­ verzorger én het ETW­certificaat.

Is je interesse gewekt dan kun je ons bereiken via info@ablboomverzorging.nl of op 0318-614227. Meer informatie vind je op www.ablboomverzorging.nl. Wij zien je reactie graag tegemoet! 18

1/2020

ABL Boomverzorging & Transport Wij zijn een dynamisch bedrijf waarin mensen centraal staan en iedere dag een nieuwe uitdaging is. We hechten veel waarde aan vakmanschap en kennis van zaken. Tot de klanten van ABL behoren Gemeentelijke­ en Provinciale Overheden, Instellingen, Verenigingen, Stichtingen, Landgoederen, Recreatiebedrijven en Particulieren. Wij zijn een goed gemechaniseerd bedrijf, dat veel werkzaamheden veilig, snel en in eigen beheer uitvoert. Ons team bestaat uit 18 vaste medewerkers en onze standplaats is Ede. ABL Boomverzorging is ISO 9001, VCA** en Groenkeur gecertificeerd voor Boomverzorging en Groenvoorziening. Tevens zijn wij in het bezit van het CO­2 bewust certificaat niveau 3.


INSPIRATIEBOOM

Fotocredit: Peter van Wieringen

‘We gaan nog meer soorten aankopen’

terrein van de kerk aan het plein, dus er gaat geen zwaar verkeer zoals vrachtwagens onder de kroonprojectie door. Het terrein is verder onaangeroerd gebleven; er is nooit gegraven. Daardoor is de iep helemaal gezond en gaat hij langer mee. Iepen zoals deze zijn heel bestendig en kunnen veel hebben. Ze kunnen tegen droogte, tegen stedelijke omstandigheden. Je kunt ze ook op verschillende locaties planten. Ideaal, dus.’

Sfeerloos ‘Ik kan me het kerkplein eigenlijk niet meer voorstellen zonder de bonte iep’, zo gaat de boombeheerder verder. ‘Over het algemeen geldt: bomen maken het plein! Zonder bomen is alles zo kaal, kil en sfeerloos. Dit plein zou een heel andere dimensie krijgen zonder bomen. Een kroeg ziet er ook veel gezelliger uit als er in de omgeving mooie bomen staan. We krijgen ook positieve reacties op de iep. Mensen merken de schoonheid op en worden daar blij van. Daarom betrekken we de bewoners nu ook bij de bomenaanplant in de gemeente. Bij reconstructies kunnen ze uit een aantal boomsoorten kiezen.’ Kwaliteit De gemeente Houten heeft al op meerdere plekken verschillende soorten iepen aangeplant. ‘We gaan nog meer soorten aankopen; die willen we in het najaar planten, verspreid over een aantal locaties’, zegt Blitterswijk. ‘Er zijn heel veel bomen die ik mooi vind, maar de iep op deze locatie is een speciale blikvanger. Deze iepen vallen net wat meer op dan de rest. Er zijn een paar vuistregels bij het aanplanten van

bomen. Dat doen we het liefst gemengd, ook met de iepensoorten. Zo doen we dat al jaren. Diversiteit bij het aanplanten is het allerbelangrijkste. Een breed assortiment bomen draagt bij aan de biodiversiteit en voorkomt ziekten en plagen. Dat zorgt voor mooi, duurzaam boombeheer. Kwantiteit is altijd ondergeschikt aan kwaliteit, zolang er maar variatie in zit. En goed overleg met de aannemers die de bomen planten is heel belangrijk. Bij aanplant zorgen we dat de groeiplaats duurzaam is ingericht voor de beoogde omlooptijd van de boom.’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32514/bonte-iepzorgt-met-kleurrijke-bladeren-voor-prachtig-enlommerrijk-aangezicht

www.boomzorg.nl

19


Essen: de wijkers van de jaren twintig ‘Soms moeten we deadlines halen tegen beter weten in’ Net voor de decenniumwisseling werden in Sint-Michelsgestel nog even driehonderd essen gerooid. Tienduizenden exemplaren in het hele land gingen hen voor, de afgelopen jaren. Niet alleen aan wegen en lanen zorgt de essentaksterfte (ETS) voor narigheid, zorgen en extra onderhoudskosten. Een opnameprotocol kan de taak van boombeheerders hierbij verlichten. Auteur: Broer de Boer

De essentaksterfte, die zowel jonge als oude essen sloopt, start met vlekjes op de bladeren. Tijdens het seizoen sterven deze bladeren deels of volledig af en de ziekte woekert via de takken verder in de bast van de stam. Een verstoorde sapstroom brengt de levensvatbaarheid van de boom in gevaar. Afgestorven takken krijgen een opvallende bruine kleur. Geleidelijk verplaatst de taksterfte zich verder de boom in. Naast een steeds dunner wordende kroon krijgt de boom steeds meer dode takken. Deze vormen een reëel gevaar voor wandelaars en bestuurders van voertuigen. Uiteindelijk tast deze schimmelinfectie ook het wortelgestel aan. In NOP 50.000 essen gekapt Neem de gemeente Opsterland in de provincie Friesland. Daar werden in 2018 alle essen die in eigendom zijn geïnventariseerd. Het gaat om circa 3.500 essen, waarvan er 2.200 binnen de bebouwde kom staan en 1.300 in het buitengebied, vaak langs wegen. De verwachting in deze gemeente is dat uiteindelijk circa 90 procent van deze essen last heeft of krijgt van de essentaksterfte. Opsterland kapt geen gezonde

20

1/2020

bomen uit voorzorg, maar gaat over tot kap als een essenkroon voor meer dan 50 procent dood is. Hiermee voorkomt de Friese gemeente kaalslag onder essen. En zo telt Nederland vele gemeenten waar ETS voor narigheid en extra onderhoudskosten zorgt. Het ernstigst is het misschien wel gesteld in de gemeente Noordoostpolder. Daar werden in de bossen in vijf jaar tijd 50.000 (!) volwassen zieke essen gekapt. Opvallend is dat enkele essen in dat bos de ziektedruk volledig lijken te weerstaan. In andere gemeenten zien we juist op kleinere schaal het straatbeeld in de bebouwde kom veranderen door noodzakelijke kap, zoals de driehonderd essen in Sint-Michelsgestel die eind december 2019 het loodje legden. Selectief rooien De kap in Sint-Michelsgestel staat niet op zichzelf. In 2015 velde de ETS in deze NoordBrabantse gemeente 110 essen. Louise Mak is beheerder openbare ruimte voor de gemeenten Boxtel en Sint-Michielsgestel. Zij vertelt: ‘We volgen onze essen al langere tijd, al ruim voordat het essentakziekte-opnameprotocol werd geïntroduceerd (zie kader, red.). Ook in


5 min. leestijd

ACTUEEL 2015-2016 hebben we al op meerdere locaties zieke essen gerooid en herplant uitgevoerd met verschillende andere boomsoorten. Onze insteek is dat we niet alle essen voor de voet willen rooien. We bepalen per individuele boom of deze kan blijven staan of weg moet. Met het rooien van alle essen zouden we resistente exemplaren kunnen verliezen.’ Ook nu wordt in beide gemeenten (nog) niet met het opnameprotocol gewerkt. De ETT’er inspecteert de aangetaste essen. Hij bepaalt per boom of deze nog veilig (te maken) is en een acceptabel beeld geeft, of dat juist rooien noodzakelijk is. Daardoor heeft er dus geen kaalslag plaatsgevonden; alleen de driehonderd bomen die niet meer te handhaven waren, zijn verwijderd. En er is nadrukkelijk over de kap gecommuniceerd met de bewoners. Mak: ‘We informeren de bewoners altijd vooraf als we bomen rooien in onze gemeente. Verder is er ook via social media en de plaatselijke pers aandacht besteed aan het wie, wat, waar en waarom. Dit heeft nauwelijks vragen opgeleverd. Naast aandacht voor de essentaksterfte richtten we onze communicatie vooral ook op de kansen die het weghalen van zieke essen biedt voor het verbreden van het boomsortiment, en de positieve gevolgen hiervan voor de biodiversiteit en de gezondheid van het boombestand als geheel.’ Bomen zonder kluit Louise Mak vervolgt: ‘We hebben vooral essen gerooid langs tweezijdig met bomen beplante wegen in het buitengebied. Een kleiner aantal bomen staat in wild verband in houtwallen in het buitengebied en in woonstraten en op grasvelden in onze dorpen. Er zijn minder

bomen herplant dan er zijn gerooid. Dat heeft ermee te maken dat een deel van de gerooide essen in houtwallen stond; hier bleken voldoende boomvormers aanwezig en hebben we afgezien van het herplanten van laanbomen. Op verschillende locaties stonden de gerooide essen erg dicht bij elkaar of bij particuliere bomen en zijn, rekening houdend met bovenen ondergrondse groeiruimte, minder bomen teruggeplant. We hebben vooral gekozen voor aanplant van bomen zonder kluit in de maat 16-18 (zie assortimentslijst, red.). Bomen zonder kluit zijn gemakkelijker te hanteren en er is minder grondwerk nodig bij aanplant. De ervaring leert dat bomen in deze maat meteen doorgroeien, terwijl grotere maten vaak tijdelijk stilstaan in hun ontwikkeling.’

ken, zorgen we voor meer leven in en rond de bomen en dragen we bij aan biodiversiteit, waardoor weer meer vogels en insecten een plekje zullen vinden.’ Tweehonderd nieuwe plantgaten Boomrooierij Weijtmans uit Udenhout heeft de klus in Sint-Michielsgestel uitgevoerd. Mak zegt hierover: ‘We hebben een meervoudig

Diversiteit is toverwoord Hoe ziet Mak de ontwikkeling van de ETS in haar gemeentes? ‘In een jaar of vijf tijd hebben we afscheid genomen van bijna de helft van onze essen. Ik verwacht dat de komende tien jaar ook het grootste deel van de overgebleven essen gaat uitvallen’, zegt ze overtuigd. ‘De snelheid van aantasting is onvoorspelbaar: sommige bomen gaan in de loop van jaren steeds wat verder achteruit, andere zijn in één of twee jaar zo goed als dood. Hopelijk zal blijken dat enkele bomen resistent zijn en een basis kunnen vormen voor nieuwe essensoorten. In het algemeen is het toverwoord in bomenland nu “diversiteit”. We moeten af van de monoculturen! Na de iepziekte, de kastanjebloedingsziekte en nu weer de essentaksterfte wordt dit alleen maar duidelijker. Als we dan ook nog de omgeving niet te strak en netjes aanhar-

‘Gelukkig zaten de weergoden ditmaal mee’

Kees Weijtmans

Boomrooierij Weijtmans

Udenhout

www.boomzorg.nl

21


Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32483/essen-dewijkers-van-de-jaren-twintig Essentaksterfte-opnameprotocol (2018) Het is de schimmel Hymenoscyphus fraxineus (vals essenvlieskelkje) die ETS veroorzaakt. Deze relatief nieuwe boomziekte treffen we sinds 2010 in toenemende mate aan in ons land. Voor het geven van goed onderbouwde boombeheeradviezen over Fraxinus-soorten in relatie tot ETS werd een wetenschappelijk onderbouwd opnameprotocol opgesteld. Het is landelijk toepasbaar om ETS-aantastingen in de stedelijke en landelijke omgeving vast te leggen. Dat gebeurt op een eenduidige, controleerbare en uitwisselbare manier. Het protocol werd ontwikkeld in opdracht van VHG Platform Boomspecialisten en de Intergemeentelijke Studiegroep Bomen (ISB). Het protocol speelt een belangrijke rol bij het verkrijgen van een volledig beeld van de ernst van ETS in heel Nederland. Het protocol bestaat uit 22 in te vullen gegevens per boom. Het betreft vooral gegevens rond bladverlies, de aftakelingsfase, de bastaantasting en het taken twijgverlies, maar ook de groeiplaats wordt in de opname meegenomen. Zo kunnen de aantastingsgegevens van zowel individuele bomen als van een populatie essen worden gevolgd en vergeleken. Er bestaat namelijk een grote variatie van uitingsvormen van de ziekte. In de praktijk blijkt het nodig dat de waarnemer is getraind in het herkennen van ETS en het werken met dit protocol. Het volledige essentakziekte- opnameprotocol vindt u op de website van Wageningen University & Research, www.wur.nl. onderhandse aanbesteding gedaan. Een aantal bedrijven waarmee we goede ervaringen hebben, hadden we uitgenodigd om in te schrijven voor dit werk. Weijtmans kwam hierbij als beste uit de bus en heeft het werk naar volle tevredenheid uitgevoerd.’ Kees Weijtmans sluit hierbij aan: ‘De circa driehonderd bomen met een diameter van 40-60 cm die in meerdere of mindere mate aangetast waren, hebben we met een klemzaag verwijderd. De takken en stobben zijn verwerkt tot houtchips voor biomassacentrales. Het stamhout ging deels naar een zagerij en deels naar de papierindustrie. De gefreesde stobben werden verwerkt tot bodemverbeteraar. Een lokale aannemer zorgde voor de nieuwe plantgaten, met een diepte van 80-100 cm. ‘De vrijkomende grond

22

1/2020

ACTUEEL werd verwerkt in de gaten waar de stobben uit kwamen. We hebben pfas-gecertificeerde teelgrond aangevoerd voor aanvulling van de circa tweehonderd nieuwe plantgaten. Daardoor hoefden we geen grond af te voeren, zodat we niet met de pfas-problematiek te maken kregen. Het was een mooi karwei, dat we nog voor het eind van 2019 naar tevredenheid van de gemeente hebben afgerond. Als aannemer vind ik overigens dat weers- en werkomstandigheden de deadline van een klus moeten bepalen. In dit geval was dat de besteding van het gemeentelijke budget, nog voor het eind van het jaar. Het effect hiervan kan zijn dat je soms tegen beter weten in aan de slag moet. Gelukkig zaten de weergoden ditmaal mee.’ De EST levert Weijtmans voorlopig genoeg werk op. Het bedrijf is ook aan de slag voor het Gelders Landschap in grote percelen essen en voor de gemeente Dordrecht. Weijtmans: ‘Ook daarbij is een deadline: voor de aanvang van het broedseizoen op 15 maart moet alles klaar zijn!’

SOORT ACER FREEMANII 'CELZAM' 18 ACER PLATANOIDES 'AUTUMN BLAZE' 3 ACER PSEUDOPLATANUS 1 ACER PSEUDOPLATANUS 'BRUCHUM' 16 ALNUS GLUTINOSA 'LACINIATA' 3 ALNUS SPAETHII 3 CERCIDIPHYLLUM JAPONICUM 1 FAGUS SYLVATICA 18 FRAXINUS ANGUSTIFOLIA 'RAYWOOD' 2 JUGLANS NIGRA 12 JUGLANS REGIA 'BUCCANEER' 4 PRUNUS AVIUM 3 PTEROCARYA FRAXINIFOLIA 1 TILIA CORDATA 3 TILIA FLAVESCENS 'GLENLEVEN' 41 TILIA PLATYPHYLLOS 12 TILIA X EUROPAEA 'PALLIDA' 4 ULMUS 'LOBEL' 3 ULMUS 'PLANTIJN' 30 TOTAAL RESULTAAT

178

PLANTLIJST ESSENVERVANGING NOVEMBER 2019 LIGGING binnen de kom

DORP Berlicum

Sint-Michielsgestel

buitengebied

Berlicum

Den Dungen

Gemonde

TOTAAL RESULTAAT

SOORT Acer platanoides 'Autumn Blaze' Alnus glutinosa 'Laciniata' Alnus spaethii Fraxinus angustifolia 'Raywood' Prunus avium Pterocarya fraxinifolia Tilia cordata Tilia flavescens 'Glenleven' Ulmus 'Lobel'

27 24 2 3 3 2 3 1 3 4 3

Acer platanoides ‘Autumn Blaze’ Cercidiphyllum japonicum Ulmus 'Plantijn'

3 1 1 1

Acer pseudoplatanus 'Bruchum' Fagus sylvatica Tilia flavescens 'Glenleven' Tilia platyphyllos Ulmus 'Plantijn'

151 78 16 18 12 10 22

Acer freemanii 'Celzam' Juglans nigra Juglans regia 'Buccaneer' Tilia flavescens 'Glenleven' Tilia platyphyllos Tilia x europaea 'Pallida' Ulmus 'Plantijn'

72 18 12 4 25 2 4 7

Acer pseudoplatanus

1 1

178


Bestek in beeld: 300 essen rooien ‘Het liefst werken we met een bestek dat op één A4’tje past’ In dit magazine starten we een redactionele artikelenreeks over bestekken. Daarbij gaan we elke keer in op een zo veelzijdig mogelijk bestek. De redactie stelt verschillende kanten van het te behandelen bestek aan de orde: het bestek zelf, de opdrachtgever en de groenaannemer aan wie het project uiteindelijk gegund is. Auteur: Broer de Boer

Vanwege de essentaksterfte liet de gemeente Sint-Michielgestel met spoed driehonderd niet meer te handhaven essen rooien. Gelijktijdig vond de heraanplant van tweehonderd bomen plaats. Deze Noord-Brabantse gemeente laat vaak werkzaamheden uitvoeren door Groenkeur-gecertificeerde partijen, maar ziet dit niet als harde eis. Groenkeur is een gewaardeerd en tot dusverre het enige onafhankelijke keurmerk voor groen in de openbare ruimte. Groenkeur-aannemers ondergaan bijvoorbeeld jaarlijks een toetsing door onafhankelijke auditoren. Daarnaast laat Stichting Groenkeur steekproefsgewijs projecten controleren. Dat gebeurt via onaangekondigde controles. Het bestek Het betrof hier een eenmalig project voor de gemeente Sint-Michielgestel, dat mede om budgettaire redenen voor de jaarwisseling werd uitgevoerd. Louise Mak is beheerder openbare ruimte voor de gemeenten Boxtel en Sint-Michielsgestel. Ze vertelt over het gebruik van een meervoudig onderhandse aanbesteding: ‘We hebben slechts twee bedrijven uitgenodigd om in te schrijven. Het liefst werken we met een bestek dat op één A4’tje past. Over de uiteindelijke aanneemsom doe ik naar buiten toe geen mededelingen.’ Op basis van inspectie

van de aangetaste essen door een ETT’er was al bekend welke essen – met een diameter van 40-60 cm – moesten wijken. De essen stonden zowel in wild verband in boomwallen als langs tweezijdig beplante wegen. Voor de nieuwaanplant voorzag het bestek volgens een assortimentslijst in de aanplant van bomen zonder kluit in de maat 16-18, in plantgaten van 80-100 cm diep. Mak: ‘Het plantgoed voor deze klus betrokken we van één van onze vaste boomleveranciers, boomkwekerij Heidelust in Gemonde. Deze boomkwekerij beschikt onder meer over het certificaat On the way to Planet Proof. Bovendien is deze leverancier eveneens op werk gericht en kan hij goed meekomen met de prijzen en kwaliteit. Daarnaast zit het bedrijf vrij dicht bij de gemeentewerf. Omdat we veel groenwerk zelf uitvoeren, is dit buitengewoon handig qua logistiek. Daarbij proberen we door de keuze van ondernemers de lokale economie te stimuleren.’ De opdrachtgever De opdrachtgever, de gemeente SintMichielgestel, is een plattelandsgemeente met meerdere kernen en in totaal circa 29.000 inwoners. In het gelijknamige dorp wonen ongeveer 12.000 mensen. Het totale oppervlak van de gemeente is bijna 60 vierkante kilome-

www.boomzorg.nl

23


Alles over Groenbeheer ondersteunt beleidsmakers en groenbeheerders bij het bereiken van een kwalitatief hoogwaardige buitenruimte tegen acceptabele beheerkosten.

De sleutel tussen beleid en beheer

Waarmee kunnen wij u van dienst zijn? Onder andere: bestandsbeheer • ontwerpen inrichtingsadvies • groeiplaatsonderzoek • RAW-bestekken • Bomen Effect Analyses • Planmatig Beheer • directievoering en toezicht • inventarisaties • assetmanagement

(info@)allesovergroenbeheer.nl of bel ons op 0497 - 534044 Veldhoven · Ede · Assen

Nieuw!

TURFquick OAK Duurzame biologische eikenprocessierups bestrijding

Een ecologisch verantwoorde maatregel die bijdraagt aan de biodiversiteit

De werking is gebaseerd op natuurlijk evenwicht. Door bij eikenbomen een aantrekkelijke leefomgeving te creëren voor o.a. sluipwespen, gaasvlieglarven, roofwantsen, lieveheersbeestjes en kool- en pimpelmezen, wordt de populatie eikenprocessierupsen door deze natuurlijke vijanden beheerst.

1 ▪ De TURFquick OAK zaaideken op de gewenste maat of vorm knippen. 2 ▪ Plaatsen, sproeien en laten groeien! Geschikt voor bermen, stedelijke gebieden en zelfs op hellingen tot 45 graden. Toepassing: maart t/m oktober

GreenMax | Tel: 0031 413 29 44 47 | www.greenmax.eu


ACTUEEL ter. In 2015 werden vanwege aantastingen ook al eens honderd essen gerooid. Volgens Mak is de gemeentelijke insteek niet om alle essen voor de voet weg te gaan rooien: ‘We bepalen hier per individuele boom of hij kan blijven staan of weg moet. De risico’s die afgestorven en vallende essentakken opleveren, zijn een belangrijk criterium. Naast budgettaire redenen vormde ook de verkeerveiligheid een belangrijk argument voor een vrij kort aanbestedingstraject, met als opleveringsdatum 31 december 2019.’ De groenafdeling van de gemeente SintMichielgestel werkt volgens Mak bij voorkeur met lokale bedrijven, die kwaliteit leveren en dit soort klussen, waarvan ze de kwalificaties goed kennen, efficiënt uitvoeren. De keuze voor boomrooierij Weijtmans uit Udenhout als aannemer voor dit project motiveert Mak als volgt: ‘Dat heeft alles te maken met de werkgerichtheid, dat ze oog hebben voor de bewoners, de bereikbaarheid, dat ze meedenken en doen wat gevraagd wordt. Onze insteek is samen met een aannemer zo’n klus te klaren zonder naar elke komma in het bestek te kijken. Boomrooierij Weijtmans kan in een smalle straat hoge bomen verwijderen met een vlotte werktrein en daarbij zo weinig mogelijk overlast voor de bewoners veroorzaken. Als gemeente wilden we de totale verwijdering van de zieke boomopstand, inclusief verwerking van het gefreesde stobbenmateriaal tot bodemverbeteraar. Door bomen zonder kluit in de maat 16-18 te gebruiken, was er minder grondwerk nodig bij aanplant en was het risico op inboet het laagst.’ De opdrachtnemer Boomrooierij Weijtmans uit Udenhout is zo’n Groenkeur-gecertificeerd bedrijf. Het staat bekend als nationaal en internationaal specialist in het rooien, snoeien en onderhouden van bomen. Weijtmans telt 36 vaste medewerkers,

onder wie negen gecertificeerde treeworkers en drie treetechnicians. Het bedrijf rooit zowel voor overheden en bedrijven als voor particulieren. Naast individuele gecertificeerde medewerkers beschikt het bedrijf ook over andere certificaten en keurmerken. Zie daarvoor het kader elders op deze pagina. Eigenaar Kees Weijtmans vertelt dat dit essenrooiproject niet het enige is dat ze uitvoeren: ‘We zijn aan de slag voor het Gelders Landschap in grote percelen essen en ook de gemeente Dordrecht laat ons aangetaste essen verwijderen. Ons bedrijf is door de gemeente gekozen omdat ze daar een goed gevoel hebben over onze manier van werken. We denken in oplossingen in plaats van problemen.’ Maar, zegt Weijtmans: ‘Helaas is meestal de prijs het bewijs, gaat het om de vraag hoeveel geld men bereid is te betalen voor een structurele organisatie zoals de onze. Wij moeten vaak opboksen tegen zzp’ers die als gelijkwaardig beoordeeld worden. Wij zeggen wat we doen en we doen wat we zeggen. Per klant hebben we één aanspreekpunt, met één back-up bij afwezigheid.’ Het bedrijf heeft voor deze gemeente dan ook al andere werken uitgevoerd, zoals rooien van moeraseiken, frezen en herstel van grasvelden en bestrating. Kees Weijtmans is om twee dingen blij: dat de weergoden meewerkten bij deze spoedklus en dat de gemeente liet weten dat de werkzaamheden ‘naar volle tevredenheid’ waren uitgevoerd. Toch maakt de ondernemer er een kanttekening bij: ‘Eigenlijk is het wenselijk dat weers- en werkomstandigheden de deadline van een klus bepalen, maar in dit geval was dat de besteding van het gemeentelijke budget, nog voor het eind van het jaar. Soms moeten we tegen beter weten in aan de slag.’ Adviseurs De gemeente Sint-Michielgestel maakte bij dit project geen gebruik van adviseurs, want

KWALITATIEF ONDERNEMEN Boomrooierij Weijtmans uit Udenhout beschikt over de volgende keurmerken: • ISO 9001 in combinatie met Groenkeur Boomverzorging (kwaliteitskeurmerk). Dit garandeert de klant dat de organisatie op peil is. Mocht er iemand ziek zijn of een afwijking optreden, dan is er een achterliggende structuur die waarborgt dat het werk uitgevoerd wordt volgens de opdracht. • ISO 14001 (milieukeurmerk) • ERBO (kwaliteitskeurmerk) • PSO-prestatieladder (sociale onderneming) • CO₂-prestatieladder (klimaatbestendig ondernemen) • FSC / PEFC (maatschappelijke betrokkenheid) • VCA safety portal ladder (veiligheidskeurmerk)

er is genoeg knowhow over groenonderhoud aanwezig in de organisatie. Louise Mak is beheerder openbare ruimte en heeft een hbogroenopleiding gevolgd. Ze betrok haar collega-ETT’er bij het opstellen van het bestek. Bij de uitvoering van een klus als deze krijgt een gemeente ook met aan- en afvoer van grond te maken. De aangevoerde teeltgrond voor aanvulling van de circa 80-100 cm diepe plantgaten betrof hier pfas-gecertificeerde grond. De vrijkomende grond uit de plantgaten werd verwerkt in de stobbengaten van de zieke essen. Er hoefde dus geen grond afgevoerd te worden en ook niet op pfas-laboratoriumuitslagen gewacht te worden; extra kosten voor transport of verwerking van de grond werden hierdoor vermeden.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32520/bestek-inbeeld-300-essen-rooien

www.boomzorg.nl

25


Rups van een grote wintervlinder Fotograaf: Hero Moorlag

Hoe selectief zijn Xentari en nematoden? Nematoden zijn zeker niet onschuldig, zoals weleens wordt beweerd

Het belangrijkste wapen in de strijd tegen de eikenprocessierups is waarschijnlijk biodiversiteit. Maar voor bestrijding op korte termijn volstaat dat niet altijd en zul je ook op andere manieren moeten beheren. Het gevaar bestaat dat je door de inzet van deze middelen ook andere insecten bestrijdt en dus contraproductief bezig bent voor de biodiversiteit. Vakblad Boomzorg vraagt het na bij entomoloog Henk Vlug.

Auteur: Hein van Iersel

26

4/2019


3 min. leestijd

ACHTERGROND Henk Vlug

dat deze methode duur is en lastig toe te passen. Op eiken komen ongeveer zestig verschillende vlinders voor. Een deel daarvan is aanwezig in het vroege voorjaar, samen met de eikenprocessierupsen. Eiken produceren al vroeg in het seizoen jonge bladeren, en een aantal rupsen is gespecialiseerd in het eten daarvan. Een aantal polyfage soorten, soorten die zich met meerdere planten voeden, is eveneens vroeg in het jaar aanwezig en min of meer gespecialiseerd in het eten van vers jong blad.

Xentari is zeker niet selectief en doodt alle rupsen die op het moment van aanbrengen en direct daarna voorkomen op de eik. Nematoden (aaltjes) zijn ook niet selectief. Nematoden doden de eikenprocessierupsen met een zekere vertraging, maar uit de gedode rupsen komen nieuwe nematoden, die op hun beurt weer rupsen kunnen doden die later verschijnen en dan opnieuw de cyclus in gang zetten. Vermoedelijk zal de effectiviteit

steeds afnemen, maar dan is er al veel kwaad geschied. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat nematoden niet tegen blootstelling aan uvstraling kunnen. Wintervlinder Vooral de rupsen van de wintervlinder, die vaak massaal aanwezig zijn, worden gedood en zorgen dus ook voor de vermeerderingscyclus van de aaltjes. Een ander nadeel van nematoden is

Varenrouwmug Steinernema feltiae, de bekendste nematode tegen de eikenprocessierups, wordt ook gebruikt tegen andere insecten uit verschillende groepen, zoals de orde van de vliegen (onder andere de varenrouwmug) en kevers (onder andere de taxuskever). Hieruit blijkt dat deze nematode niet specifiek werkt tegen rupsen alleen. Wat de impact is op de diverse op eiken levende insecten, dus de biodiversiteit van de eik, is niet onderzocht, maar het vermoeden bestaat dat deze niet verwaarloosbaar is, zoals velen beweren.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32492/hoe-selectiefzijn-xentari-en-nematoden

www.boomzorg.nl

27


Kap en herplant in Breda en Nijmegen De afgelopen maanden is in zowel Breda als Nijmegen hard gewerkt aan de kap en herplant van bomen. Beide projecten hadden een flinke emvi-component: er werd door de gemeentes niet puur naar de kosten gekeken, maar ook kwalitatieve aspecten als kwaliteitsbeheersing, proactief projectmanagement, communicatie en duurzaamheid werden als prioriteit gezien. De werkwijze van J van Esch sluit hier perfect bij aan. In dit artikel gaan we daar dieper op in. Auteur: Myrthe Tijhuis-Bertens

Wat gebeurt er in Breda? In november 2018 nam J van Esch in de gemeente Breda de vijfjarige aanbesteding aan voor het raambestek ‘boomvervanging inclusief civieltechnische werkzaamheden’. In 2019 betrof dit werkzaamheden op circa vijfhonderd locaties; vanaf begin 2020 staan de volgende vierhonderd locaties op de rol. De werkzaamheden worden vooral uitgevoerd aan slechte en dode bomen of bomen die overlast geven, bijvoorbeeld door wortelopdruk in verharding. Deze bomen worden door de boomveiligheidscontroleurs van de gemeente Breda op de rooilijst geplaatst en het werk wordt bij J van Esch uitgezet. Waar mogelijk worden nieuwe bomen aangeplant op dezelfde locatie of er wordt gezocht naar een nieuwe plantlocatie in de omgeving. Waar herplant niet mogelijk is, bijvoorbeeld door de aanwezigheid van kabels en leidingen, vervalt de locatie. Deze wordt dan afgewerkt conform de omliggende omgeving: ingezaaid, aangeplant met heesters of dicht gestraat. En welke werkzaamheden voert J van Esch in Nijmegen uit? Aan de opdracht in de gemeente Nijmegen, die in het najaar van 2017 door J van Esch werd

28

1/2020

aangenomen, ligt het bomenbestek ten grondslag, met een looptijd van twaalf jaar. Binnen de gemeente Nijmegen verzorgt J van Esch jaarlijks het snoeiwerk aan zo’n 16.000 bomen en tweemaal per jaar een kap- en herplantronde. Er worden ongeveer 250 bomen per ronde gekapt en herplant en tijdens zo’n ronde vindt ook groeiplaatsverbetering plaats. Het unieke aan deze opdracht is dat J van Esch, net als in Breda, voorafgaand aan de uitvoering een 100 procent voorcontrole doet van alle werkzaamheden. Hierbij worden alle locaties vooraf in het veld bekeken, waardoor alle eventuele afwijkingen ten opzichte van de uitvraag worden geïnventariseerd en vooraf met de opdrachtgever worden besproken. Daarnaast verzorgt J van Esch de projectaanplant binnen dit bestek nadat er civiele reconstructies in de gemeente hebben plaatsgevonden. Grondige voorbereiding door projectleiders en teams Beide projecten zijn complex vanwege het enorme aantal werklocaties verspreid over de gemeente, in combinatie met de uiteenlopende uit te voeren werkzaamheden. Iedere werklocatie is anders; denk hierbij aan het in te zetten materieel, de bereikbaarheid, of een boom


3 min. leestijd

ACTUEEL kunde in huis hebben, helpen hier enorm bij.’ De genoemde criteria komen ook terug in de werkwijze voor Nijmegen. Bart Mies, projectleider in Nijmegen, legt uit: ‘We zetten meerdere werkploegen in met elk een eigen discipline. Het bomenpaspoort geeft aan welk materieel het best bij de klus past. Op basis hiervan wordt per dag en per ploeg een route uitgezet. Elke ploeg krijgt een bewerkingsspoor, dat realtime inzichtelijk is voor andere werkploegen. Dit leidt tot optimale opvolging, verkorting van de doorlooptijd, beperking van het aantal vervoersbewegingen en de CO2-uitstoot en een toename van de duurzaamheid.’ Bij beide projecten voegt elke medewerker en afdeling vanuit zijn eigen rol waarde toe aan

in verharding staat of in groen, of er herplant nodig is, welk type verharding bijgeleverd moet worden et cetera. Dit vergt de nodige inspanning van de projectleider en werkvoorbereider. Een efficiënte route voor iedere werkploeg met het juiste materieel is hierbij een belangrijk uitgangspunt en draagt bij aan het gewenste eindresultaat binnen de opgestelde planning.

‘We zetten meerdere werk­ ploegen in met elk een eigen discipline’

het eindresultaat. Zijn er verbeteringen mogelijk, dan worden die voorgelegd. Bij akkoord van de opdrachtgever worden deze door J van Esch geborgd in de toekomstige werkwijze. Ook bij klachten en verbetermaatregelen wordt direct de urgentie bepaald en de afwikkeling vastgelegd. Hiermee wordt continu gewerkt aan prestatieverbetering. Zo blijft J van Esch zich ontwikkelen en zijn werkwijze tweaken, waar andere projecten weer profijt van hebben.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32515/kap-en-herplant-in-breda-en-nijmegen

NIEUWE LOCATIE IN NIJMEGEN Naast Cromvoirt, Tilburg en Breda, neemt JvESCH komende maand een nieuwe locatie in Nijmegen in gebruik. Het terrein is 40 are groot en gelegen aan de Energieweg, op slechts een paar minuten afstand van de snelweg. Ton van Esch, directeur, vertelt: “Het terrein wordt door ons de komende tijd heringericht als machine-(en materieel)-depot. Omdat JvESCH de komende tien jaar nog in Nijmegen werkt aan het Kap en Herplant-bestek en andere opdrachten in deze regio, zijn we op zoek gegaan naar een centrale, eigen plek die kan dienen als uitvalsbasis”. Door de logistiek van de lopende en nieuwe opdrachten in deze regio vanuit deze vierde locatie te kunnen coördineren, maakt JvESCH een weloverwogen efficiency-slag. Ton vult aan: “Deze nieuwe locatie past perfect bij de duurzaamheidsgedachte die wij nastreven. Doordat ons materieel en materiaal voortaan nóg dichter bij ons werkgebied in en om Nijmegen opgeslagen kan worden, scheelt dat veel kilometers op de weg wat resulteert in een flinke reductie aan onnodige CO2-uitstoot.”

Hoe gaat J van Esch om met emvi-componenten? Beide genoemde projecten beschikken over een grote emvi-component. Martijn Dirven, werkvoorbereider in Breda, vertelt: ‘Voor het emvi-gedeelte in Breda is een plan van aanpak opgesteld, waarbij we ingaan op de criteria werkwijze, communicatie, klachtenafhandeling en kwaliteit. Voor de gemeente is het van belang dat wij de leiding nemen bij de voorbereiding en de uitvoering. Wij denken dan ook continu drie stappen vooruit en maken voor de opdrachtgever inzichtelijk hoe onze aanpak hem ontzorgt. Onze integrale manier van werken en het feit dat we alle vereiste kennis en

www.boomzorg.nl

29


Larix laricina oude en jonge kegels

Larix: belangrijke productieboom, maar ook toe te passen in openbare ruimte (deel II) Het geslacht Larix

De kerst hebben we inmiddels ruim achter ons gelaten. De kerstboom die we uit duurzaamheidsoogpunt maar met kluit hebben gekocht, heeft door het aanhoudende warme weer bijna zijn laatste naalden laten vallen en lijkt daarmee oppervlakkig gezien wel wat op de hoofdrolspeler in dit tweede deel van het Larix-feuilleton van ‘hofdendroloog’ Jan P. Mauritz.

30

1/2020

Auteur: Jan P. Mauritz VRT


3 min. leestijd

SORTIMENT Biefstuk In een mooi etablissement zit uw schrijver met zijn goede vriend Willem aan de ‘limonade’ op weg naar een mooie biefstuk. ‘Het is prima gelukt, JP, met die Cupressi, die groene coniferenhaag achter in de tuin. Ik heb meteen maar een flinke maat laten aanrukken door die tuinman, zo’n 2,5 m hoog. Dan zit je direct mooi dicht, hè. Annemarie helemaal blij, dus Wimpie ook blij; vandaar die biefstuk. En natuurlijk weer mooi om je te zien!’ Zijn glas heffend: ‘Proost! Waar gaat je volgende verhaaltje over?’ ‘Dat wordt deel II van het geslacht Larix, Willem. Ook een conifeer, maar dan eentje die zijn naalden afwerpt in het najaar en dus kaal de winter doorkomt.’ ‘Niks voor mij dus’, zegt Willem. ‘Ik ben blij met m’n wintergroene haag. Maar waar blijft die biefstuk?’

Het natuurlijk verspreidings­ gebied van de hoofdpersoon ligt inderdaad in Japan

Op basis van het natuurlijk verspreidingsgebied zijn er dus Europese en Aziatische soorten, die in deel I van dit feuilleton aan u voorgesteld zijn. Daarnaast omvat het geslacht nog species uit de Russische, Amerikaanse, Siberische en Japanse regionen. Aansluitend op de sortimentsbeschrijving in deel I nu de volgende species: Larix kaempferi De Nederlandse naam van deze oosterling is Japanse lariks of Japanse lork; u had het zelf kunnen bedenken … We gaan snel verder, want u kent inmiddels het standpunt van uw schrijver over dit volstrekt onzinnige onderwerp. Het natuurlijk verspreidingsgebied van de hoofdpersoon ligt inderdaad in Japan. De boom groeit van nature in het centrale deel van het eiland Honshu. De soortnaam dankt deze makker aan de Duitse ontdekkingsreiziger, geleerde en botanicus Engelbert Kaempfer (1651-1716), die zijn hele leven in allerlei functies in het Verre Oosten verbleef. In 1685 trad hij in dienst van de VOC, de Vereenigde Oost-Indische Compagnie. Hij verbleef tweeënhalf jaar (1685-1688) als medicus in de factorij in Bandar Abbas, een havenstad in Perzië (tegenwoordig Iran) aan de Straat van Hormuz. Vandaar vertrok hij naar Batavia, waar hij de Javaanse natuur bestudeerde. Vervolgens vertrok hij naar Japan om geneesheer in de factorij op Deshima te worden. Deshima was een kunstmatig eiland in de haven van Nagasaki, waar eeuwenlang de Nederlandse handelspost voor Japan gevestigd was. Kaempfer was de eerste westerse wetenschapper die toestemming kreeg van de shogun Tokugawa Tsunayoshi, de feitelijke heerser van Japan, om de binnenlanden van Japan te bezoeken op zoek naar bijzondere planten en bomen. Omstreeks1690 herontdekte hij Ginkgo biloba,

bracht deze in cultuur en verzond de zaden naar Nederland, waar in de hortussen van Utrecht en Leiden de grootste exemplaren van dit genus buiten Japan staan. In 1693 keerde Kaempfer vanuit Batavia met een VOC-schip terug naar Europa. Hij verbond zich aan de universiteit van Leiden en publiceerde daar zijn Disputatio Medica Inauguralis Exhibens Decadem Observationum Exoticarum (1694). Bijzonder in dezen is dat niet Kaempfer zelf, maar de Engelse botanicus Aylmer Bourke Lambert (1761-1843) de species gevonden heeft in het natuurlijk verspreidingsgebied in het centrale deel van het Japanse eiland Honshu, en de species als eerbetoon aan Kaempfer de naam Pinus kaempferi gaf. Weer een andere en zeer bekende botanicus, Ellie Abel Carrière, heeft de species ingedeeld en gevalideerd in het geslacht Larix, waarvan akte. Kenmerken Het is een bladverliezende conifeer, met een breed kegelvormige open kroon met horizontaal afstaande takken. In zijn natuurlijk verspreidingsgebied bereiken deze makkers hoogten tot boven 45 m; hier in cultuur is dat een hoogte van ca. 25 tot 30 m en ze zijn half zo breed. De stam is eerst vrij glad; op latere leeftijd vormt zich de dikke geschubde stamschors, die afschilferend is. In vergelijking met zijn Europese neef heeft de Japanse lork een stijver, breder uitspringende habitus. De kroon is minder compact en cilindrisch en bij oudere exemplaren gaan de onderste takken enigszins afhangen. De twijgen zijn horizontaal geplaatst en hangen niet door. De boom groeit in zijn jeugdfase zeer snel; later neemt de groei in kracht af. De eenjarige twijgen zijn krachtig en hebben een roodachtige kleur, in tegenstelling tot de Europese species, die geelachtige twijgen bezit. De naalden zijn zoals bij alle lorken gewoonlijk eenjarig, zitten in bundels van tot

Stam van oude Larix www.boomzorg.nl

31


Larix kaempferi 'Grey Pearl'

wel vijftig bijeen, zijn blauwgroen tot donkergroen van kleur en 2,5 tot 3 cm lang. De bloemen zijn zeer onopvallende kegels, alleen de kleur valt op. De mannelijke kegels verschijnen net even eerder dan de naalden en bestaan uit dichte bundels gelige meeldraden. De vrouwelijke kegels groeien verticaal aan de lange loten. Eerst zijn ze groen, rood of paars van kleur; na bevruchting rijpen ze in ongeveer een halfjaar tot grauwbruine frommelige kegeltjes van 1-5 cm groot. De schubben van deze kegelvruchten zijn bij Larix kaempferi licht tot duidelijk opgerold, terwijl die van Larix decidua altijd aanliggend zijn. De Japanse lork draagt zijn eerste zaden na tien tot vijftien jaar. Daarbij komt dat hij slechts eens per drie tot zeven jaar zaden geeft. De zaden rijpen in hetzelfde jaar als de bevruchting plaatsvindt. De kegels hangen aan de boom en openen zich in periodes van droogte, om dan de kleine gevleugelde zaden vrij te geven. Om te kiemen, behoeven de zaden geen directe zonlicht; ze komen ook op in de grond in de schaduw van de moederboom. De jonge planten vereisen echter wel veel licht en verdragen weinig schaduw. Als de plant voldoende licht krijgt, groeit hij erg snel.

32

1/2020

Larix kaempferi 'Stiff Weeper'

Net als bij alle andere lariksen, heeft het hartvormige wortelpakket van de Japanse lork het voordeel ten opzichte van andere naaldhoutsoorten dat de bekende wortelsystemen: vlak-wortelend en diep-wortelend, met elkaar verbonden zijn. Het sterk uitdijende wortelpakket zorgt ervoor dat het genus veel bodemnutriënten kan opnemen, terwijl het diep reikende centrale wortelgestel het grondwater kan bereiken en voor een geweldige verankering van de boom kan zorgen. De soort kent 29 cv’s, waarvan een aantal gewonnen is door de vegetatieve vermeerdering van zogenaamde heksenbezems, een spontane vorm van woekering, waarbij zich een grote hoeveelheid zijtakjes ontwikkelt uit een enkele tak. De ziekte komt in veel verschillende plantensoorten voor en kan veroorzaakt worden door verschillende organismen, meestal schimmels. In Nederland zijn heksenbezems vaak herkenbaar in berken (Betula pendula). De cv’s zijn allemaal sierbomen voor in de particuliere tuin, de kantoor- of daktuin en voor speciale locaties in de openbare ruimte. Veel van deze kleine species kunnen ook prima in

een bak geplant worden. Uw schrijver stelt een aantal species aan u voor, zoals u gewend bent in alfabetische volgorde. Larix kaempferi ‘Blue Rabbit’ Een Nederlandse species, geselecteerd rond 1960 door Leen Konijn & Co Kwekerijen in Reeuwijk. Dit familiebedrijf staat heden ten dage bekend onder de naam Veluwe Plant, met als vestigingsplaats Lunteren. Het is een kleine makker met een zeer smalle conische kroonvorm met bijzonder helderblauw loof – de beste blauwe species! De boom groeit zo’n 30 cm per jaar en bereikt een hoogte van ca. 12-13 m, met een enigszins opgaande takstand in de top van de boom en meer afstand in het midden van de habitus. Van deze species bestaat ook een treurvorm: Larix kaempferi ‘Blue Rabbit Weeping’, met sterk afhangende takken tot aan de grond. Deze treurvorm is een selectie uit de cv ‘Blue Rabbit’ en uitsluitend toepasbaar in privaat groen of in een daktuin. Larix kaempferi ‘Diana’ Een bijzondere species, die vanuit een struik-


SORTIMENT Larix decidua 'Pendula'

Een Nederlandse selectie van de bekende Esveld Nursery in Boskoop, waar deze species in 2004 het levenslicht zag

vorm doorgroeit tot een kleine boom met een piramidale kroon. De boom bereikt een hoogte van 76-7 m, met sterk gedraaide en kronkelende takken en twijgen. Deze selectie uit 1974 is door de Duitse boomkweker G.D. Böhlje uit Westerstede in cultuur gebracht. Ja, inderdaad: dezelfde van Tilia cordata ‘Böhlje’. De twijgen hebben dezelfde bruinrode kleur als de soort. De bast op de stam is grijsbruin tot roodbruin en op latere leeftijd ook afschilferend. De naalden staan in bundels van 40 tot 50 stuks op de kortloten langs de oudere takken en zijn alleenstaand op de langloten. De naalden zijn sterk gekromd en gedraaid, 2 tot 3 cm lang en groen tot blauwgroen van kleur. In de herfst kleurt ook deze Larix prachtig goudgeel voordat de naalden afgeworpen worden. De bloemen zijn onopvallend en als de soort; de kegels zijn ovaal tot ovaalrond, geelbruin van kleur en tot 3 cm lang. Larix kaempferi ‘Grey Pearl’ Een bijzondere, Nederlandse selectie uit 1989 van boomkwekerij André van Nijnatten uit Zundert. Deze selectie is afkomstig van een heksenbezem. Het is een bolvormige species,

een dwerg, maar de benaming ‘dwerg’ mag heden ten dage niet meer, dus het is een bolvormige, heeeel kleine species, die ca 2-2,5 m hoog wordt. De term ‘species’ is volgens uw schrijver genderneutraal, dus mag wel. De boom krijgt op termijn een wat conische vorm met verschillende koptakken. Het loof is mooi groen tot blauwgroen van kleur en de naalden liggen nauw aan de twijgen. Ook een species voor in de particuliere tuin of in een daktuin op een kantoorgebouw. Larix kaempferi ‘Pendula’ Weer een Duitse selectie, ditmaal van Baumschule Hermann Hesse uit Weener. Het is een oude selectie van rond 1896 met – de naam zegt het al – een breed treurende kroonvorm, die een hoogte van 6 tot 8 m kan bereiken. De species vormt in bochten omhoog groeiende hoofdtakken, met sterk afhangende zijtakken en twijgen. De bast is als van de soort; de donkergroene naalden van 2,5 tot 3 cm staan in bundels op de kortloten en alleenstaand op de eenjarige twijgen. Vanwege de grootte en breedte van de boom is deze prima toepasbaar in parken en grote particuliere tui-

nen en op begraafplaatsen. Een zeer fraaie en goed toepasbare species, als je aan zijn ruimtebehoefte kunt voldoen. Larix kaempferi ‘Stiff Weeper’ Een Nederlandse selectie van de bekende Esveld Nursery in Boskoop, waar deze species in 2004 het levenslicht zag. Een letterlijke vertaling van de cv-naam levert ‘stijve huiler’ op, een meer botanisch getinte vertaling is ‘strakke treurvorm’. En dat laatste klopt. Het is een kleine boom, tot 6 m hoog, gelijkend op de voorganger, maar toch anders. Het is een slanke, compacte boom met een doorgaande stam en strak afhangende lange takken en twijgen. De naalden zitten als bij de soort op de species en zijn middengroen tot donkergroen van kleur. Een mooie en goede cultivar met toepassingen in particuliere tuinen, parken en daktuinen. Larix laricina Het natuurlijk verspreidingsgebied van deze makker ligt in Noord-Amerika en Canada, van de Northwest Territories tot Newfoundland en van Virginia tot een endemische populatie in Alaska. Het is een kleine tot middelgrote boom,

www.boomzorg.nl

33


SORTIMENT afhankelijk van zijn geografische standplaats in de noordelijke naaldhoutwouden. De species wordt dan zo’n 12 tot 20 m hoog, met een slanke opgaande conische kroon. De schors is glad en grijs van kleur, op latere leeftijd roodbruin van kleur en afschilferend. De schors van de takken en twijgen is glad en roodbruin van kleur. Naalden, bloeiwijzen en vruchten zijn vergelijkbaar met die van Larix decidua. Larikshout is, zoals al eerder gememoreerd, sterk en duurzaam. De inheemse bevolking van Alaska en de noordelijke staten van Canada benut het hout voor allerlei bouwmaterialen en andere gebruiksvoorwerpen. Bijzonder is dat zij er ook sneeuwschoenen van maken, de ‘tennisrackets’ onder de laarzen die voorkomen dat je diep in de sneeuw zakt. Er zijn achttien cv’s van deze soort, die verder verdeeld is in twaalf verschillende vars, allemaal verwijzend naar de geografische standplaats van de bomen. Het beschrijven van een aantal cv’s of vars lijkt uw schrijver weinig zinvol, daar deze makkers niet of nauwelijks in cultuur zijn in Europa. Daar komt bij dat, volgens een eigen inschatting, de meesten van u, waarde lezers, zelfs de soort niet kennen. Larix x marschlinsii Deze in de West-Europese bossen voorkomende Larix is vrijwel altijd de hybride soort Larix x marschlinsii, een spontane kruising tussen Larix decidua x Larix kaempferi (de Europese lork gekruist met de Japanse lork). Deze hybride wordt ook weleens Dunkeld-lork genoemd; de boom werd namelijk in 1897 ontdekt in het plaatsje Dunkeld in het graafschap Pertshire, in het midden van Schotland. De boom is in 1917 voor het eerst beschreven door Johann Wilhelm Coaz (1822-1918), een Zwitserse bosbouwkundig ingenieur en gebergtetopograaf. De boom groeit zeer snel, soms meer dan een meter per jaar en overtreft daarmee zijn ouders. Hij lijkt het meest op de Japanse lork en is daarvan bijna niet te onderscheiden. Het vraagt helaas teveel ruimte in dit deel van het feuilleton om de verschillen aan u voor te leggen en deze ruimte heeft uw schrijver niet. De boom wordt ongeveer 35 tot 40 m hoog, verwildert vrij snel en is zeer geschikt als houtleverancier. Deze bastaard kent een zestal cv’s.

Deze makker is een bolvormige dwergvorm met een open structuur, met heldergroene tot blauwgroene naalden en een schitterende goudgele herfstkleur. De species groeit heel langzaam, met een jaarlijkse groei van 4 tot 5 cm. Deze eigenschap is zeer gewenst voor de toepassing als bonsaiboompje en wordt overal ter wereld dan ook ten volle benut. De bonsailariksen op tentoonstellingen zijn veelal van dit genus. Larix x marschlinsii ‘Umhausen’ Umhausen is een stad in de Oostenrijkse Alpen en de herkomst van deze species. Voor zover uw schrijver weet, is er geen persoon bekend die deze cv heeft gevonden, benaamd of in cultuur gebracht. Bijzonder is dat er vrijwel geen selecties van bomen of grote struiken uit Oostenrijk bekend zijn. Het is een kleine boom met een symmetrische en zeer dichte kroon. De boom wordt 4-5 m groot en is geschikt voor kleine toepassingen in de privésfeer. Behalve op afbeeldingen in boeken heeft uw schrijver de species helaas nog nooit mogen aanschouwen. Deze bijzondere species is de laatste van het geslacht Larix in dit feuilleton. Uw schrijver heeft meer soorten en cultivars niet aan u voorgesteld dan wel. Er is helaas weinig vraag naar dit prachtige genus en al helemaal naar de bijzonderheden in de cv’s en de vars. Onbekend maakt onbemind.

Groet,

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32490/larix-belangrijke-productieboom-maar-ook-toe-te-passen-inopenbare-ruimte-deel-ii DGA Mauritz Adviseurs & Taxateurs BV.

1/2020

De overige wetenswaardigheden over het geslacht Larix en de morfologische kenmerken kunt u nalezen in het vorige deel van het feuilleton.

Gebruik Larikshout is duurzaam, watervast en sterk. Het kernhout is donkerbruin tot roodbruin en het spinthout is bleekbruin van kleur. Het is de meest duurzame Europese naaldhoutsoort en wordt onder andere gebruikt voor omheiningen, als bouwhout, zowel voor binnen als buiten, en voor scheepsrompen.

Larix x marschlinsii ‘Domino’ Een selectie van de Engelse boomkwekerij Treboth Nursery in Bangor, voortgebracht vanuit een heksenbezem.

34

Regnum vegetabile Binnen de systematische indeling van het Regnum Vegetabile – het Plantenrijk – behoort het geslacht Larix tot de afdeling van de Gymnospermae, de naaktzadigen, daarbinnen tot de orde van de Pinales en vervolgens tot de familie van de Pinaceae, de dennenfamilie. Onderdeel van deze familie is de onderfamilie Laricoideae met de geslachten Cathaya, Pseudotsuga en Larix, de hoofdpersoon van dit deel van het feuilleton. Het geslacht kent circa negentien soorten en in totaal ongeveer negentig species, verdeeld over vars en cv’s. Het geslacht Larix komt van nature voor in de koelere, gematigde streken van het noordelijk halfrond en ook de hele wereld rond, van Alaska via Canada en de noordelijke staten van de VS tot Noord- en Midden-Europa (tot de Alpen), Rusland, Mongolië, Noordoost-China, Noord-Korea en Japan.


COLUMN

‘Want pas als de eerste de beste tennisjuf in het Gooi jeuk krijgt, zal Den Haag wakker worden’

Harrie Timmermans

Gemeentesecretaris gemeente Heusden

Haast hebben als je tijd genoeg hebt ‘Je moet haast hebben als je tijd genoeg hebt, dan heb je tijd genoeg als je haast hebt’. Aan dat gezegde moest ik denken toen we het in de vergadering van ons college van burgemeester en wethouders hadden over de bestrijding van de processierups, in de volksmond ook wel de jeukrups genoemd. De piek van de overlast ligt immers nog maanden verder. Vele jaren terug mocht ik om de zoveel weken een gesproken column voor Omroep Brabant verzorgen. Toen voorspelde ik dat de ultieme remedie was dat de rups de grote rivieren zou oversteken: ‘Want pas als de eerste de beste

tennisjuf in het Gooi jeuk krijgt, zal Den Haag wakker worden’. In die tijd spraken we nog van een ‘Randstadkabinet’. De rupsen hebben inmiddels ‘Holland’ bereikt, maar een remedie is nog steeds niet gevonden. De natuur is sneller en sterker gebleken dan het maakbaarheidsdenken van de overheid. De natuur wacht niet op ‘integrale beleidsaanpakken’, ‘ketensamenwerking’ en meer van dat soort hardnekkige kwalen waarvan je soms ook jeuk kunt krijgen. Wat is dan het handelingsperspectief? Laten we beginnen met onze inwoners te informeren

dat een jeukvrije gemeente tijdens het overlastseizoen niet te garanderen is. En laten we dit signaal van de natuur ook zien als een ludiek maar bloedserieus teken dat pappen en nathouden de planeet uiteindelijk niet zal redden. We moeten veel meer haast hebben, omdat we zo weinig tijd hebben.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32519/haast-hebbenals-je-tijd-genoeg-hebt

www.boomzorg.nl

35


‘We staan er goed voor, maar de overlast zal ook dit jaar weer groot zijn’ De stand van zaken, enkele maanden voordat de eikenprocessierups zich weer gaat roeren De afgelopen zomers werd het nieuws gedomineerd door de eikenprocessierups. Ieder jaar bezorgt de rups talloze mensen jeuk en ook dieren zijn niet veilig voor de terreur van het beest. Gemeenten en groenvoorzieners doen van alles om de overlast zo klein mogelijk te houden. Dat ging in het verleden niet altijd even goed. Hoe staat het er nu voor? Auteur: Sjoerd Rispens

Impact In het gevecht tegen de eikenprocessierups waren 2018 en 2019 drukke jaren. Vorig jaar bereikte de overlast door de eikenprocessierups een hoogtepunt. Huisartsen kregen veel mensen met klachten op het spreekuur. De overlast die de eikenprocessierups vorig jaar veroorzaakte, was vergelijkbaar met tweemaal de impact die een griepepidemie normaal gesproken heeft. Volgens een analyse van Nivel hadden mensen in de provincies Overijssel, NoordBrabant, Gelderland, Utrecht en Drenthe de meeste klachten. In Overijssel, Noord-Brabant en Utrecht bezochten 150 op de 100.000 inwoners de huisarts met een jeukende huid. Overlast Op zo’n grootschalige overlast zit natuurlijk niemand te wachten; iedereen wil die voorkomen als het even kan. Twan Verhoeven is bedrijfsleider van de Nationale Bomenbank Zuidoost-

36

1/2020

Nederland en houdt zich namens hen bezig met de bestrijding van de eikenprocessierups. De Nationale Bomenbank bestrijdt de rups op landelijk niveau. Verhoeven was de afgelopen jaren voornamelijk actief in Noord-Brabant, Gelderland en Limburg, maar ook in Den Haag en Amsterdam. Hoe staat het er volgens hem voor, een paar maanden voordat de rups zich weer zal gaan roeren? Prognose ‘Ik denk dat we dit jaar net zo veel overlast krijgen als vorig jaar’, zegt Verhoeven. ‘Dat is nu de prognose, maar het is nog niet helemaal met zekerheid te zeggen. Het kan in de praktijk altijd net wat anders uitvallen. Ik zie wel dat er nu meer preventieve actie wordt ondernomen door gemeenten. Veel gemeenten maken sneller de keuze om twee keer te spuiten. Dat is op zich een goede zaak, maar ons advies is wel om altijd goed te bedenken of, hoe vaak en met


8 min. leestijd

SPECIAL EPR

‘Ik denk wel dat de grote overlast van vorig jaar een eyeopener was’ welk middel je gaat spuiten. Daarnaast merk ik dat men al bezig is met voorbereidingen om meer mezenkasten op te hangen en worden er planningen gemaakt om het maaibeheer aan te passen.’ Wakker schudden Verhoeven erkent dat de overlast vorig jaar ernstig was, maar in zijn ogen werd de situatie in de media soms wat erger voorgesteld dan ze was. ‘Omdat het zo in de picture stond, hoorde je iedereen erover. Om de overlast voor te zijn, zijn we nu al begonnen met de voorbereidingen voor de komende maanden. We zijn nu vooral bezig met offertes en hebben intensief contact met de gemeenten. Normaal stoppen we in oktober met de bestrijding, maar vorig jaar waren de laatste ploegen begin december nog bezig. Ik merk dat we dit jaar al veel verder zijn dan vorig jaar rond deze tijd. Normaal moeten we mensen nu wakker schudden om ze op de rups te wijzen, maar dat hoeft nu niet. In gemeenten worden nu al raadsvragen gesteld over manieren waarop we de situatie van vorig

jaar kunnen vermijden. Wij zijn regelmatig bij die vergaderingen om de stand van zaken toe te lichten.’ Capaciteit ‘In 2018 werden we in heel Nederland echt overvallen door de situatie’, gaat Verhoeven verder. ‘Toen moesten we in het seizoen zelf nog mensen zoeken die konden helpen bij de bestrijding. Daar hebben we vorig jaar op geanticipeerd en ook nu zijn we daar eerder mee begonnen. Onze capaciteit is verhoogd. We hebben extra spuiten aangeschaft en we gaan zes dagen per week 24 uur per dag spuiten in een periode van vier tot vijf weken. In de zomer proberen we de hele dag op stap te gaan met veertig à vijftig ploegen van elk twee man sterk. De voorbereidingen gaan in dat opzicht heel goed. Ik merk dat opdrachtgevers die zich al langer met de bestrijding bezighouden het serieus nemen.’ Aandacht ‘Ik ben sinds 2007 met de bestrijding bezig’, zegt de bedrijfsleider. ‘In dat jaar was de overlast heel groot. Ongeveer tien jaar daarvoor was dat hetzelfde. Nu hadden we piekjaren tussen 2017 en nu. Daaruit kun je opmaken dat er ongeveer om de tien jaar piekmomenten zijn. De kans is groot dat de overlast over twee, drie jaar veel kleiner is. Dan zie je dat mensen het vrij snel weer vergeten, ook omdat er minder aandacht voor is. Het advies is dan ook om actief te bestrijden in de jaren dat er minder rupsen zijn, om te voorkomen dat de populatie weer fors stijgt.’

Samenwerken De bedrijfsleider is positief gestemd over de stand van zaken. ‘Helemaal voorkomen kun je het nooit’, zegt hij. ‘Maar samen met de opdrachtgevers doen we wel ons uiterste best om te zorgen dat het dit jaar niet erger wordt, en dat gaat wel lukken, denk ik. Als alle partijen goed samenwerken en goed communiceren over hun beleid, vooral met burgers, dan brengt dat ook de nodige rust. Veel gemeenten werken nu ook met online kaartsystemen waarop mensen overlast kunnen melden. Dat gaat toch wat sneller dan opbellen of langsgaan.’ Calamiteiten Ook duurzaam ondernemersbedrijf Wolterinck uit Beltrum (Gelderland) bestrijdt de eikenprocessierups al meerdere jaren. ‘Wij zijn vooral actief in Oost-Nederland, met name in de Achterhoek en Twente’, zegt algemeen directeur Ivo de Groot. ‘En ook in het noorden begeleiden we bedrijven. Wij zijn inmiddels alweer druk bezig met de voorbereiding op het komende seizoen. We zitten honderd procent vol. Wij beheren doorgaans acht units zelf en we hebben er nog twee bij gehuurd. Verder hebben we ruimte gereserveerd voor calamiteiten.’ Nematoden De voorbereidingen zorgen voor veel drukte, volgens De Groot. ‘We zijn bezig om routes uit te stippelen en kaarten te maken, zodat we de locaties waar de rupsen zitten goed in beeld hebben. De voorbereidingen gaan over het algemeen goed. We zijn wat eerder begonnen

Zowel op internet, als in kranten als in de journaals werd de eikenprocessierups neergezet als een of andere horrorrups die de boel compleet ontregelde. We moeten wel met beide benen op de grond blijven staan. Mart Hoppenbrouwers

Dolmans Landscaping Group

Duiven

www.boomzorg.nl

37


dan vorig jaar, omdat er nu meer met nematoden wordt gewerkt dan normaal. Om dat allemaal op tijd geregeld te hebben, moeten we iets eerder beginnen. En omdat er vaker nematoden gebruikt worden, hebben we ook al een paar keer nee moeten verkopen.’ Verrast ‘Ik zie ook dat gemeenten en andere opdrachtgevers veel minder afwachtend zijn dan vorig jaar’, zegt De Groot. ‘Ze scheppen meer en sneller duidelijkheid, nemen de situatie serieuzer en willen dit keer niet verrast worden door de overlast. Vorig jaar moesten gemeenten hun budget overschrijden; dat willen ze niet nog een keer.’ Samenwerken De Groot vindt dat de situatie er op dit moment goed uitziet. ‘Doordat opdrachtgevers en gemeenten het probleem nu serieuzer nemen, kunnen we de overlast zeker beperken. Daar waar alle partijen samenkomen, gaat het goed.

38

1/2020

Binnenstedelijke gebieden krijgen veel aandacht. Door goede samenwerking kunnen we het probleem in de kiem smoren.’ Gelatenheid De Groot ziet een ander beeld dan Verhoeven als het gaat om verslapping van de aandacht. ‘Ik zie dat het aantal spuituren jaarlijks constant blijft’, zegt hij. ‘Ik merk af en toe wel een bepaalde gelatenheid als de overlast wat minder wordt. Je ziet dan bij gemeenten dat de pro-

blematiek wel bekend is bij ambtenaren, maar hogerop in de raad is het een ander verhaal. En dan is er om de vier jaar ook nog een andere wethouder, waarbij het altijd maar de vraag is of die er goed mee omgaat. Toch blijven wij inzetten op goed contact met de gemeente, en ik moet zeggen dat dat over het algemeen ook goed gaat. Negentig procent van de gemeenten is er serieus mee bezig en doet zijn best om de overlast te beperken.’

‘In de media werd de eikenprocessierups neergezet als een of andere horrorrups die de boel compleet ontregelde’


SPECIAL EPR Onprofessioneel De Groot onderstreept de woorden van Verhoeven en van Mart Hoppenbrouwers, commercieel directeur van Dolmans Landscaping Group, over het beeld dat vorig jaar ontstond over de eikenprocessierups. ‘Dat werd wel heel erg opgeblazen. Daarom hebben wij besloten om alleen nog met vakmedia te praten. In de krant en de journaals werden de meest ophitsende verhalen verteld. De media moeten een informatief beeld laten zien, maar dat gebeurde niet en dat vind ik uiterst onprofessioneel.’ Voor de toekomst is De Groot positief: ‘Ik zie de komende maanden positief tegemoet. De markt wordt over het algemeen professioneler. Er is nu minder afstand tot goede bestrijding.’

‘Wat we nu doen, is een goede spin-off van wat er vorig jaar allemaal is gebeurd’

Specialisme Ook Dolmans Landscaping Group is actief in de strijd tegen de eikenprocessierups. Via Pius Floris Boomverzorging, onderdeel van onder andere Dolmans Landscaping Group, zijn zij in het hele land actief. ‘De regio’s waar wij het drukst met het EPR-beheer bezig zijn, zijn Noord-Brabant, Limburg en ook België’, vertelt commercieel directeur Mart Hoppenbrouwers. ‘In die gebieden ging het vorig jaar behoorlijk los met de overlast.’ Dolmans Landscaping Group haalde in die regio’s veel opdrachten binnen. ‘Maar we hadden vorig jaar wel de nodige problemen bij ons werk’, herinnert Hoppenbrouwers zich. ‘We werken natuurlijk

ook voor andere opdrachtgevers op het gebied van boombeheer, onderhoud en projectaanleg; die moeten we ook tevreden houden. Deze bestrijding is een van onze specialismen. Helaas moesten we regelmatig nee verkopen en dat was lastig voor ons allemaal. Vorig jaar hebben we voorrang gegeven aan onze vaste opdrachtgevers en aan contracten waarin EPRbestrijding opgenomen was.’ ‘Daarnaast is het geen pretje om bij temperaturen van dertig graden de hele dag in speciale PBM’s te werken’, zo gaat Hoppenbrouwers verder. ‘Daarom hebben we onze medewerkers vorig jaar een kleine extra vergoeding gegeven. Je zag dat het extraatje werkte. Dit jaar zijn we al vroeger begonnen met de voorbereiding, in de zin dat we al eerder met gemeenten gaan praten over de maatregelen.’ Eyeopener Desondanks verwacht Hoppenbrouwers dat het ook dit jaar weer ‘los’ zal gaan. ‘Veel gemeenten zijn bezig hun beleid op het gebied van bestrijding om te gooien. Dat heeft tijd nodig; dat is niet binnen een jaar opgelost. Ik denk wel dat de grote overlast van vorig jaar een eyeopener was. Vanwege de grote aandacht voor het onderwerp komt er na zo’n jaar meer draagvlak voor goede preventieve bestrijding middels natuurlijk en biologisch beheer. Ik merk dat de discussie hierover al op gang komt.’ Prioriteitsgebieden ‘Wij nemen deze keer wel een sterke adviesrol in’, zegt Hoppenbrouwers. ‘We overleggen met opdrachtgevers over de vraag welke gebieden je in de gaten moet houden en welke je meteen moet aanpakken. Die laatste zijn de zogenoemde prioriteitsgebieden. Daarbij moet je denken aan scholen, kinderdagverblijven, recreatieve routes en intensief bewoonde gebieden.’ Beleid Dolmans heeft de afgelopen tijd al veel overlegd met gemeenten over de voorbereidingen op de komende maanden, onder meer over het contact met burgers. ‘Wij kregen vorig jaar veel meldingen rechtstreeks binnen van bewoners’, vertelt Hoppenbrouwers. ‘Die moesten vervolgens door ons gefilterd worden op prioriteit en besproken met de desbetreffende ambtenaar. Soms moest teruggekoppeld worden dat een melding niet behandeld zou worden vanwege het beleid van de gemeente. Contractueel gezien zijn wij verplicht om meldingen af te handelen, maar door de extreme plaagdruk zijn

er veel ad-hoc beleidswijzigingen in het veld gemaakt. We hebben gemeenten nu geadviseerd om al in een vroeg stadium duidelijk en eenduidig te communiceren over hun visie en beleid. Dat kan op websites, in huis-aanhuisbladen, via de bekende socialmediakanalen. Als gemeente en dus beheerder van de openbare ruimte moet je nu al goed communiceren over je beleid ten aanzien van deze plaag. Dat voorkomt onnodige ergernis en verkeerde verwachtingen bij de burger. Als groenpartner van de gemeente proberen wij dat beleid mee vorm te geven.’ Sensatie ‘Ik vind ook wel dat er vorig jaar de nodige sensatie was in de media’, zegt Hoppenbrouwers. ‘Zowel op internet als in kranten en journaals werd de eikenprocessierups neergezet als een of andere horrorrups die de boel compleet ontregelt. Gezondheid en welzijn zijn enorm belangrijk, maar laten we wel met beide benen op de grond blijven staan.’ Ecologische maatregelen ‘De komende maanden zullen veel gemeentes weer preventief eiken gaan spuiten’, zegt Hoppenbrouwers. ‘Dat zijn meestal biologische bestrijdingsmiddelen, maar dat voorkomt niet dat ook insecten en andere vlindersoorten bestreden worden. Vorig jaar waren er meer meldingen van dode kool- en pimpelmezen, ook in verband met de bestrijding van de buxusmot. Voor burgers is het steeds moeilijker te rijmen dat er op grote schaal gespoten wordt tegen insecten, met alle gevolgen van dien, maar anderzijds vanuit het beleid fors geïnvesteerd wordt om de biodiversiteit in de openbare ruimte te verhogen. Daarom bieden wij naast reactieve bestrijding, zoals plukken en zuigen, ook ecologische maatregelen aan, en betere communicatie. Want er is veel onterechte angst bij burgers. Ook gaan we voor intensievere monitoring en stimuleringsmaatregelen voor de natuurlijke vijanden; daarmee stimuleren we selectieve in plaats van non-selectieve bestrijding.’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32508/we-staan-ergoed-voor-maar-de-overlast-zal-ook-dit-jaarweer-groot-zijn

www.boomzorg.nl

39


Eikenprocessierups en aansprakelijkheid: registratie EPR-meldingen Waar zitten die knakkers? In het afgelopen jaar, 2019, bereikte de overlast door de eikenprocessierups (EPR) een record. De EPR dreigt Nederland zo langzamerhand over te nemen. De hoeveelheid EPR in 2019 wordt geschat op drie keer zo veel als het jaar daarvoor, en driemaal drie keer zo veel als in 2017. Maar ook de dennenprocessierups komt eraan en die is nog veel lastiger in de omgang dan de EPR.

Auteur: Kitty Goudzwaard

Gemeenten proberen met man en macht de EPR te bestrijden. Zo zijn er in de gemeente Velsen op begraafplaats Duinhof meer dan vijftig vogelhuisjes opgehangen. Volgens de regionale krant De Jutter hoopt de gemeente het de mezenstand hiermee meer naar de zin te maken en de mezen als natuurlijke vijand van de EPR aan het werk te zetten. Op zich een prima idee, maar voor bestrijding door natuurlijke vijanden komt volgens deskundigen, meer kijken. Het is trouwens wel begrijpelijk dat men zich juist op begraafplaatsen steeds meer zorgen maakt over de EPR, want juist daar staan vaak veel eiken. Een interessante vraag: is een beheerder/eigenaar van een begraafplaats aansprakelijk te

40

1/2020


4 min. leestijd

SPECIAL EPR Zieplaweb DE BURGER IS HET ZAT! Joost Verhagen, Cobra Groeninzicht Blijkbaar is er een grote behoefte bij de burger om de aanwezigheid en overlast van eikenprocessierupsen (EPR) te melden. Zie bijvoorbeeld de online-meldingen in dagbladen. Probleem: deze meldingen komen niet één op één bij de betreffende gemeente terecht. Ze gaan dus niet mee in de monitoring, bereiken de boombeheerder niet en er vindt er geen bestrijding plaats. De burger voelt zich dan ook niet gehoord, maar hoort wel de berichten over de toename van EPR in zijn woonomgeving. Zieplaweb: databank voor ziekten en plagen in bomen Cobra heeft voor dit probleem een interactieve kaart ontworpen: Zieplaweb (Ziekten- en plagenweb). Burgers, bedrijven en gemeenten kunnen via deze digitale kaart eenvoudig melding maken van de aanwezigheid van nesten van de rups. De bestrijder kan op basis van urgentie de bestrijding in gang zetten, registreert de uitgevoerde handelingen en de gemeente kan hier vervolgens eenvoudig toe-

zicht op houden en de kwaliteit controleren. Zieplaweb geeft in één oogopslag een helder overzicht van de locaties waar de meeste EPR-problemen zich voordoen en waar dus de prioriteit van bestrijden ligt. Zieplaweb is ontwikkeld om meldingen te stroomlijnen, inspecties in het veld uit te voeren en bestrijders aan te sturen en te controleren. Zieplaweb is een professioneel, laagdrempelig en gebruiksvriendelijk online platform voor provincies, waterschappen, gemeenten en zeker ook voor bestrijders. Zieplaweb is bovendien eenvoudig te integreren in de gemeentelijke website en dus handig voor burgers om meldingen in te doen. In het meldingenpaspoort staat dan – naar keuze – de datum van registratie, de plaats waar het nest/de nesten in de boom zit(ten), het aantal nesten en de nestgrootte, maar ook wat het bermtype is, of er preventief bestreden is etc. De inspecteur van bijvoorbeeld de gemeente kan aangeven met welke prioriteit de nesten verwijderd moeten worden en wat daarvoor de efficiëntste methode is.

Aantal meldingen EPR Eik Overige bomen

Joost Verhagen

BomenMonitor Cobra heeft Zieplaweb ontwikkeld in samenhang met de BomenMonitor. In de BomenMonitor zijn alle honderd miljoen bomen van Nederland opgenomen. Daarmee vormt de BomenMonitor een rijke extra bron voor plaag- en ziekte-analyse. Ook kunnen wij risicokaarten maken, waarop vermeld staat waar eiken bij kwetsbare objecten zoals scholen, fietspaden, sportvelden et cetera staan. Ons expertteam Remote Sensing is momenteel bezig om alle eiken in Nederland automatisch op naam te brengen en weer te geven op kaart. Meedoen? Gemeenten, provincies, waterschappen, bedrijven: doe mee! Er geldt namelijk een aantrekkelijke aanbieding. Bij het afsluiten van een abonnement op Zieplaweb maakt Cobra kosteloos een diversiteits- en kwetsbaarheidsanalyse van het door de abonnee aangeleverde bomenbestand. Meer weten over Zieplaweb? Wees er snel bij, het seizoen begint al gauw! Neem contact op met Evert Nap: Evert.Nap@Cobra-groeninzicht.nl. stellen voor schade door de EPR? En hoe zit het met beheerders/eigenaars van recreatieparken en met gemeenten?

Maar voor bestrijding door natuurlijke vijanden komt meer kijken, volgens deskundigen

Deskundig handelen of stilzitten? Jammer genoeg is er weinig rechtspraak over de EPR. In het archief staat de rechterlijke uitspraak ECLI:NL:RBROE:2008:7348 van 14 mei 2008 van de rechtbank Roermond nog steeds bovenaan. De eiser stelt hier de gemeente aansprakelijk voor geleden schade door de eikenprocessierups. De rechtbank is

www.boomzorg.nl

41


Vakmanschap & Innovatie

• • • • • • • •

Bomen / beplantingen rooien Bomen snoeien Verhuur verreiker met zaagkop Stobben frezen Klepelen takhout / begroeiing Transport groenafval Groenrecycling In- en verkoop stamhout Heideweg 3, 5472 LC Loosbroek Telefoon +31(0)413 - 22 41 00 • info@vanweertrondhout.nl www.vanweertrondhout.nl


SPECIAL EPR

Nederland heeft het Kennisplatform Processierups, dat fungeert als landelijk informatiecentrum van oordeel dat de gemeente de nodige zorg in acht heeft genomen en op adequate wijze voorzorgsmaatregelen heeft getroffen door het voorlichten van de burgers en door het inzetten van bestrijding. De vordering van de eiser wordt afgewezen. De gemeente had namelijk wel degelijk maatregelen genomen, deskundig advies ingewonnen en deskundig bestrijding ingezet. Dat de bestrijding niet werkte, was voor de aansprakelijkheid niet voldoende. Uit deze uitspraak blijkt dat het vooral van belang is om daadwerkelijk gerichte actie te ondernemen; dat beperkt mogelijk aansprakelijkheid. Recreant Er is al een verzekeraar die de aansprakelijkheid van zijn klant in een EPR-casus heeft erkend. Het ging hier om een recreant in een vakantiepark. Deze 78-jarige man zat dagelijks nietsvermoedend op een bankje onder een besmette eik en liep daarbij tijdelijk letsel op. De verzekeraar erkent de fout van het vakantiepark en gaat in gesprek over het vergoeden van de schade. Zo had het vakantiepark de taak om de EPR te monitoren en waar nodig de bezoekers te waarschuwen. Dat de recreant eerst de omgeving van het bankje op EPR zou moeten inspecteren, gaat te ver. Het is goed dat recreatieparken weten dat ze hierbij een taak hebben en wel degelijk voor de schade kunnen opdraaien. Nu is een begraafplaats niet hetzelfde als een vakantiepark, maar een vergelijkbare zorgplicht zal er wel degelijk zijn. Een kort briefje en een rood lint zullen niet altijd afdoende zijn; bankjes onder eiken weghalen komt al wat meer in de richting.

Burger en bezwaar De burger kent de EPR tegenwoordig wel degelijk en weet die kennis ook in te zetten. Zo zijn er al rechterlijke uitspraken over burgers die eisen dat er geen aanplant of herplant van eiken plaatsvindt. Er zijn kapvergunningen waarin eikenherplant na bezwaar van belanghebbenden vervangen wordt door de aanplant van andere boomsoorten. De burger is dus mondig en wil bewust meedenken over een veilige leefomgeving. Dat is ook te merken aan de meldingsbereidheid van de burger.

Kennisplatform Processierups Nederland heeft het Kennisplatform Processierups, dat fungeert als landelijk informatiecentrum. Het Kennisplatform Processierups zal echter nog geen antwoord hebben op de vraag waar de EPR landelijk gezien precies is gesignaleerd. Is er dan wel gedegen informatie? Ja, voor een deel, want wij weten inmiddels wel veel over de lastige kanten van de rups. Het Kennisplatform Processierups heeft echter de handen vol en een beperkt budget. Gezien de toename van het aantal besmettingen zal een landelijke aanpak van de EPR nu toch snel vorm moeten krijgen. Banken weghalen en nestkastjes ophangen zullen daarbij niet genoeg zijn.

Beheer Hier ligt zeker een taak als het gaat om het beheer van bomen. In een rechtelijke procedure kan de verdediging lastig zijn als je niet precies weet waar de hotspots van de EPR zijn. Het is niet aan te raden om dat informatiegebrek zonder meer te negeren. Helaas weten beheerders vaak niet precies waar de EPR zit; daar zullen ze mee aan de slag moeten. Waar zitten die knakkers? De vragen waar het om gaat, lijken nu dus te zijn: Waar zit de EPR? Wordt het niet tijd om dit beter in kaart brengen en daadwerkelijk te registreren waar de EPR in bomen of in de bodem zit? Een voordeel is dat de EPR gebonden is aan eiken. Er zijn inmiddels interactieve kaarten waarmee de opmars van de EPR gevolgd kan worden. Maar puntsgewijze meldingen van de EPR zijn er nog steeds niet voldoende. Dat wordt dan lastig bestrijden en monitoren ‌

De burger kent de EPR tegenwoordig wel degelijk en weet die kennis ook in te zetten

Mr. A.V.K. Goudzwaard is als boomjurist/juridisch adviseur groen, natuur en landschap werkzaam bij Cobra Groeninzicht. Cobra Groeninzicht adviseert over alle aspecten met betrekking tot stedelijke natuur.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32513/eikenprocessierups-en-aansprakelijkheid-registratie-eprmeldingen

www.boomzorg.nl

43


Het bestrijden van de eikenprocessierups is van levensbelang als je de zomer enigszins jeukvrij wilt doorkomen. Wat doen de partijen die de rups bestrijden allemaal? Welke middelen zetten zij in, en werken die goed? Auteur: Sjoerd Rispens

Thermisch, biologisch, natuurlijke vijanden manieren om eikenprocessierups te bestrijden Een overzicht van de bestrijdingsmethoden die worden ingezet tegen de eikenprocessierups Rupsen opzuigen Je kunt de eikenprocessierups op meerdere manieren bestrijden, bijvoorbeeld biologisch met natuurlijke vijanden. Eind vorig jaar maakte de NOS een rondgang langs 355 gemeenten, waarvan er 200 reageerden. Daarvan gaven 39 de voorkeur aan het opzuigen van rupsen (in 2018 waren dat er nog 65). Het merendeel van de gemeenten gaf aan de eikenprocessierups op een natuurlijke manier te willen bestrijden. Zij zetten vooral natuurlijke vijanden in en leggen de focus niet op wegzuigen en verbranden. Ook overwegen veel gemeenten (92 om precies te zijn) om het bomenbestand aan te passen, want minder eiken betekent minder rupsen.

44

1/2020

Bermbeheer De natuurlijke vijanden van de rups, zoals vogels en vleermuizen, hebben hem op het menu staan. Daarom heeft onder meer de gemeente Amsterdam geĂŻnvesteerd in het ophangen van mezenkastjes. Ook pakken veel gemeenten het bermbeheer aan om op die manier insecten te trekken zoals de sluipwesp en de gaasvlieg, die zich voeden met de eitjes van de eikenprocessierups. Arnold van Vliet, deskundige van het Kenniscentrum Eikenprocessierups en de Universiteit van Wageningen, liet weten dat hij blij was met de ontwikkelingen. De pilots die gestart waren, waren volgens hem veelbelovend. Desondanks moeten we ons volgens deze kenner realiseren

dat alleen de inzet van natuurlijke vijanden niet voldoende zal zijn om alle problemen te beheersen. Natuurlijke vijanden kunnen volgens hem niet alles oplossen, zeker niet in stedelijk gebied. Biologische bestrijding Ook biologische bestrijding komt veel voor in Nederland; vaak zetten gemeenten hierop in. Bij biologische bestrijding wordt een bacteriepreparaat op de bladeren gespoten. Als er vervolgens rupsen van die bladeren eten, krijgen ze het middel binnen, waardoor er bacteriĂŤn in de rups groeien en de rups uiteindelijk doodgaat. Een nadeel van deze methode is dat vlinders ook vaak doodgaan bij het gebruik van


4 min. leestijd

SPECIAL EPR biologische middelen. Nematoden Een andere methode is het gebruik van parasitaire nematoden. Deze nematoden zoeken de rupsen op, dringen ze binnen en eten ze vervolgens ook van binnen op. Jonge nematoden gaan vervolgens op zoek naar nieuwe rupsen. Nematoden worden gespoten wanneer er nog geen blad aan de boom zit, maar de eitjes van de rups zitten aan het uiteinde van de takjes en het is moeilijker om die te raken. Het gebruik van nematoden luistert wel erg nauw; het is precisiewerk. Ook de weersomstandigheden moeten precies goed zijn wil je resultaat boeken met nematoden. Feromoonvallen Een aantal gemeenten heeft ook proeven uitgevoerd met feromoonvallen. Er wordt dan een val geplaatst voor mannelijke vlinders. In de vallen zitten vrouwelijke sekslokstoffen. De mannelijke vlinders vliegen dan gretig die val in. Hierdoor kunnen vrouwelijke vlinders niet bevrucht worden, waardoor er ook geen eitjes uitkomen. Een groot probleem bij deze methode is dat die niet is toegestaan. Feromoonvallen mogen niet voor bestrijding worden ingezet, alleen voor monitoring. Overigens kunnen er ook de nodige vraagtekens worden gezet bij de doeltreffendheid van feromonen. De gemeente Opheusden heeft een proef met feromonen gedaan die 16.000 euro kostte, maar het resultaat was teleurstellend. Stofzuigers Geert de Haan werkt namens het Bredase bedrijf Krinkels in de bestrijding van de

Geert de Haan

Krinkels

eikenprocessierups. ‘Bij Krinkels gebruiken we verschillende modellen EPR-stofzuigers bij de bestrijding’, zegt De Haan. ‘Welke modellen dat zijn, hangt van de situatie af, bijvoorbeeld van de vraag of de nesten hoog zitten of juist laag. Daarnaast gebruiken we een doosmodel; die stofzuiger is mobieler.’ Cowboys De Haan ziet dat er in de praktijk ook veel verkeerde bestrijdingsmethoden worden gebruikt. ‘De roep om aannemers is groot, maar niet elk bedrijf heeft voldoende capaciteit om aan alle aanvragen te voldoen’, legt hij uit. ‘En dan zie je de zogenoemde “cowboys” verschijnen, die de markt op gaan om snel geld te verdienen. Die werken ook voor veel minder geld. Mensen die ramen wassen, kunnen vast ook wel nesten verwijderen, is de gedachte. Deze partijen hebben vaak geen affiniteit met groen en bomen. Ze gebruiken verkeerde filters, waardoor de haren aan het uiteinde van de stofzuiger niet worden opgevangen en er juist weer uit gaan. Het risico is dat deze bedrijven zich niet houden aan regels en afspraken, omdat die nog niet goed zijn vastgesteld. De aangepaste leidraad is pas kort geleden uitgegeven.’ Gebruik De EPR-zuiger werkt in principe vrij simpel. ‘Je neemt een hoogwerker mee’, begint De Haan. ‘Het grote model stofzuiger heeft een aggregaat nodig. Boven aan de stofzuiger zit een filter. De nesten die je opzuigt, komen aan de onderkant in een afgesloten zak. De stofzuiger heeft drie standen, van minder hard tot hard zuigen. In een zak gaat zo’n 10 kg aan nesten. Meestal moet je de zak na vijf keer zuigen vervangen. De doos kan 23 kg meenemen. Het gebruik van deze stofzuiger is over algemeen effectief; je haalt de nesten er wel mee weg. Maar je hebt nooit de garantie dat je alles weghaalt. Soms moet je vier of vijf keer naar dezelfde boom toe. Je ziet ze simpelweg niet altijd, zeker in het beginstadium als de rupsen veel aan de wandel zijn.’ Zomer De stofzuiger wordt al langere tijd toegepast. Je moet wel een uitgebreide training volgen voor je ermee op pad mag. Medewerkers krijgen onder meer een uitgebreide instructiekaart waarop de hele procedure staat uitgelegd. ‘Dat moet ook wel, want “God straft onmiddellijk” als je het niet goed doet of niet de juiste bescherming draagt. Dan krijg je enorme jeuk’,

zegt De Haan. ‘Het is geen pretje om in de hitte te werken. Je hebt een pak aan en een helm op, waardoor je beperkt zicht hebt. Daarom doen wij er van alles aan om het werk aangenamer te maken voor onze werknemers, zoals de aanschaf van degelijke PBM’s, minder werkuren, een tropenrooster en ploegendiensten. We geven ze ook koelvesten, zodat ze het minder warm hebben.’ Consequent ‘Ik heb twintig jaar ervaring met dit werk, waarvan acht jaar bij Krinkels’, vertelt De Haan. ‘Toen ik er net mee begon, werd er veel thermische bestrijding toegepast. Dat is niet goed, weet ik nu. De brandharen vliegen de lucht in door de thermische behandeling en de brandharen die actief blijven, besmetten het omliggende gebied. Een giettank werkt ook niet goed. Ik wil iedereen vooral aanraden op zoek te gaan naar preventieve manieren van bestrijding. Wij zijn daar ook volop mee bezig. Welke manier van bestrijden nu het beste is? Ik denk dat de inzet van nematoden biologisch gezien tot nu toe de beste en vriendelijkste manier is. Andere biologische bestrijdingsmiddelen kunnen ook, maar die zijn vaak slecht voor vlinders. Er gelden – terecht – ook veel eisen voor het gebruik. Dat werkt wel wat beperkend. Verder steken wij ook in op natuurlijke vijanden; we gaan de komende maanden 65 koolmeeskasten ophangen. En we zetten in op het vergroten van de biodiversiteit met bloemenmengsels. Maar dat zijn oplossingen waarvan je pas over een jaar of 25 kunt zeggen of ze goed werken. Bovendien is dit soort natuurlijke bestrijding op zich niet genoeg om grootschalige overlast op korte termijn tegen te gaan.’ Radicale ideeën De Haan vestigt zijn hoop op innovatie wat betreft bestrijding. ‘Ik ben weleens op bijeenkomsten geweest waar iemand met heel radicale ideeën kwam aanzetten en vervolgens werd uitgelachen. Maar uiteindelijk bleek dat idee het interessantste dat ik gehoord had. Er zijn veel mogelijkheden; die moeten we zo goed mogelijk benutten.’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32507/thermischbiologisch-natuurlijke-vijanden---manieren-omeikenprocessierups-te-bestrijden

www.boomzorg.nl

45


CO M PA C T E M A C H I N E S M E T G R O T E P R E S TAT I E S

* Getoonde model: GTS1300G - €3.450 ,–

Met ruim 50 jaar kennis en ervaring produceert ons familiebedrijf een uitgebreide lijn houtversnipperaars, geheel in eigen beheer. De capaciteit van onze machines gaat van 5 cm tot 12 cm diameter hout. Alle machines zijn voorzien van een efficiënt rotor versnippersysteem voor een optimale werksnelheid. Bij ons staat de veiligheid van de gebruiker voorop. Daarom voldoen onze houtversnipperaars aan de laatste Europese veiligheidsnormen en worden ze uitvoerig getest. Zo zorgen wij voor innovatieve en betrouwbare producten die jouw werk makkelijker maken.

46

1/2020

WWW.GTMCHIPPERS.NL


ABONNEMENT BOOMZORG Jaa rga ng

Lees je met interesse de berichten op www.boomzorg.nl? Misschien is een abonnement op het vakblad wel iets voor jou!

0 12 1 - 202

g r o z m o Bo HE T VA KB

BO OM VE LA D VO OR

RZOR GIN

OM BE G EN BO

BA RE DE OP EN HE ER IN

RU IM TE

Abonneme nt

€86,-

AAG ETTINGZreven K U C C A e­aanged T DEZE

ME

geen b oveniers hebben h nodig r zaag mee

EEN ING GR

m en rondo Vijf vrag rziening oo tv ch vo bij bomen

Company Land Life n dwijd aa el er w doet g in ss herbebo

boom: Inspiratie inor Ulmus m arginata argenteom CO NN ECT

enzin

PRO

SPECIAL

Print is bij ons nog lang niet passé. En dat merk je als abonnee!

EPR

Je ontvangt namelijk zes keer per jaar de Boomzorg op

NA LS FES SIO

jouw mat – of die van je bedrijf. Bomvol artikelen over praktische informatie op het gebied van sortiment, innovaties en onderzoek op gebied van bomen in de stedelijke omgeving.

Klinkt goed? Ga naar www.boomzorg.nl

Jaargang 16 1 - 2020

HET VAKBLAD VOOR

Thuis in foliekassen ekerij voor de boomkw

SPORTVE LDBEHEE R

bomen, maar wel bij ons.

Jaargang 11 1 - 2020

Jaargang 8 1 - 2020

Fieldmanager Talent groeit Stad + Groen niet aan de HET VAKBLAD VOOR

HET VERGROENE N VAN OPENBAAR GROEN EN

voor Er liggen mooie kansen bij jouw nieuwe carrière bij ons Donker Groep. Ga jij leider, aan de slag als project der calculator, werkvoorberei of ontwerper?

DE BUITENRUIM TE

van foliekassen & folietunnels. ervaring op het gebied Rovero heeft jarenlang aan te bieden om uw de beste denkbare oplossing denken met u mee, om en tunnels, en Onze ervaren adviseurs een breed aanbod foliekassen . Daarvoor hebben we advies. bedrijfsrendement te optimaliseren helder en betrouwbaar kunt u rekenen op een schermhallen. Bij Rovero

Boom in Business TreeEbb.nl

VOOR HET ANDERE VAKBLAD

DE BOOMKW EKERIJ

Jaargang 31 1 - 2020

Jaargang 12 1 - 2020

Greenkeeper

Boomzorg HET VAKBLAD VOOR

HET VAKBLAD VOOR

RUIMTE BOOMBEHEER IN DE OPENBARE BOOMVERZOR GING EN

GREENKE EPING

MORE

POWER TO YOU

ROVERO ROLL-AIR • Dé cabrioletkas minuten binnen óf buiten • Uw gewas in enkele voor uw bomen en planten

• Altijd het ideale klimaat

ROVERO MULTI

grote als kleinere projecten • Diverse types voor zowel / 9,60 / 12,80 m • Kapbreedtes 6,40 / 8,00 nokluchting mogelijk, • Enkel- en dubbel zijdige en diverse types gevelluchting

FORUM NON-INFILL:

PERIGHEID

De nieuwe generatie staat klaar

veld! Kraaien teisteren mijn Engerlingen en emelten dit jaar al vroeg actief

VERTELT HET PERENNIAL POWER VASTE PLANTEN VERHAAL VAN e omgeving? Biodiversiteit in de stedelijk

KRITISCH OVER STRO VAN HET SYSTEEM

tieve hoe vertalen we subjec spelerservaringen naar objectieve metingen?

NL - ‘S-HERTOGENBOSCH

lijke Ginkel Groep de KoninkROVERO TUNNEL Wim van Ginkel, CEO

‘Zodra ik buiten kom, spring ik op de machine’ VAKBEURS SPORTACCOMODATIES

catures donkergroep.com/va

• Wandelkappen, ronde

Natuurinclusief in Singapore

Jan­Willem Rotteveel van communicatie

tunnels, rechte tunnels

of met nokluchting • Voorzien van gevelluchting, Duizendknoop-DNA rs m t/m 10,00 m Hedera – klimme • Breedtes vanaf 4,40 verraadt aanwezigheid en bodembedekkers

Krabbescheer 6

eer

4941 VW Raamsdonksv Nederland

HortiContact gaat Next Level

74 T +31 (0) 162 – 57 45 00 F +31 (0) 162 – 57 45

IPM 2020: druk en dynamisch en maar amper Duits

Een biodivers groenproject? Treeebb.nl > Toepassing

Telers zijn eruit: de keuze is gevallen op de kleur grijs

LB Cuijk Beerseweg 45 | 5431 Boomkwekerij Ebben | | www.ebben.nl | www.treeebb.nl T +31 485 312021 | info@ebben.nl

www.rovero.nl

L

SCHIMME DE BREUNINKHOF SIS EINDELIJK DE BAAcompostthee

INGZAAG

MET DEZE ACCUKETT hebben hoveniers geen zaag meer nodig Inspiratieboom: Ulmus minor argenteomarginata

benzine­aangedreven

Land Life Company doet wereldwijd aan herbebossing

voor Negenholesbaan kiest en werkt zonder chemie

Vijf vragen rondom IN vochtvoorziening BEST CLASS bij bomen

PROFESSIONALS CONNECTING GREEN

SINCE 1961

www.cubcadet.eu

SPECIAL EPR

HORTICONTACT PROFESSIONALS CONNECTING GREEN

E info@rovero.nl

10/11/17 15:24

Rovero_A4.indd 1

- Paleisbrug

over de kracht

op een veranderend problemen. Het antwoord hetzelfde en je krijgt vanzelf zonder meer een grotere Plant maar genoeg van ziekten en plagen, is in de verspreiding van en er voor te klimaat en de toename te gebruiken, te mixen De kunst is sterke soorten Soortendiversiteit diversiteit in het bomenbestand. insecten, vogels en zoogdieren. worden aangeplant voor een gevarieerd sortiment. zorgen dat er soorten selecteert u eenvoudig van Boomkwekerij Ebben s graag voor u klaar vergroten? In de TreeEbb staan onze groenprofessional en planten live zien? Dan Ons sortiment bomen kwekerij. onze 500 hectare tellende om u rond te leiden op

Het nieuwe gezicht voor sport en groen van ICL

Help, kraaien teisteren mijn golfbaan

Effectief zand invegen voor zes tientjes


Van plan naar actie Hoe staat het ervoor met het nieuwe Kennisplatform Processierups? De eikenprocessierups is al jaren met een opmars bezig, maar in de zomer van 2019 werden het aantal rupsen en mensen met gezondheidsklachten wel heel erg groot. Ook de variatie in bestrijdingsmogelijkheden van de rups werd groter. Was er jaren eerder nog een terugtrekkende beweging door de overheid waar te nemen, in 2019 kwam ze in actie. Het Kennisplatform processierups werd opgericht en lanceerde een website en een leidraad. Hoe staat het er nu mee en wat kunnen we in 2020 concreet van het kennisplatform verwachten? Auteur: Heidi Peters

Henry Kuppen, directeur van Terra Nostra, is mede-initiatiefnemer van een van de partners van het Kennisplatform Processierups: het Kenniscentrum Eikenprocessierups. Hij legt eerst het verschil uit tussen het kennisplatform en het kenniscentrum: ‘Het onderscheid tussen het kennisplatform en het kenniscentrum is niet altijd duidelijk. Het kenniscentrum is een van de partners van het kennisplatform, naast onder meer het RIVM, het ministerie van LNV, KAD en GGD GHOR Nederland. Het kenniscentrum werd zo’n tien jaar geleden opgestart. Dat deed ik niet alleen, maar samen met entomoloog Sylvia Hellingman, gezondheidsdeskundige Henk Jans en Arnold van Vliet, bioloog bij de WUR. Als kenniscentrum verspreiden wij al

48

1/2020

tien jaar nieuws en info via Nature Today. Deze berichten genereren veel aandacht en de landelijke pers pakt dat vervolgens op.’ ‘Toen in 2019 de aantallen rupsen met bijbehorende problemen zo groot werden, wilde de overheid actie ondernemen. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Visserij (LNV) en minister Schouten kwamen met de vraag wat er moest gebeuren. Hierop hadden wij als kenniscentrum drie antwoorden: er moest een website komen met informatie, waaronder antwoorden op meer dan honderd veelgestelde vragen, er moest een afvalprotocol komen en de bestaande leidraad moest nodig geüpdatet worden. In vrij korte tijd hebben wij alle drie deze zaken gerealiseerd.’

Samen iets bereiken Omdat het probleem van de rupsen niet meer regionaal is en nationale coördinatie gewenst is, werd in opdracht van het ministerie van LNV het kennisplatform opgericht. De regie van het kennisplatform ligt bij het RIVM, in de persoon van scientific consultant Jannie van der Helm. Sanne van Wijk, communicatieadviseur bij het RIVM: ‘Alle partners houden zich inhoudelijk bezig met de onderwerpen waar ze verantwoordelijk voor zijn. Zo is de WUR via het kenniscentrum verantwoordelijk voor de input van kennis, de GGD voor de gezondheidsaspecten en zorgen wij, het RIVM, voor de coördinatie en het bij elkaar brengen van de partijen.’ Het kenniscentrum is dus een van de partners van het platform. Binnen het platform zijn verschillende werkgroepen ingericht voor verschillende thema’s. Zo is er een werkgroep bestrijding, waarvan het KAD penvoerder is. Er is de werkgroep coördinatie, voor het coördineren van de samenwerking (RIVM) en om tot een landelijke aanpak te komen, en verder de werkgroepen communicatie (RIVM), gezondheid (GGD GHOR), signaleren kennishiaten, afvalprotocol (penvoerder VHG), aansprakelijkheid (VBNE) en monitoring en evaluatie (RIVM). Henry Kuppen: ‘Ik ben nu bezig met het herzien van het afvalprotocol. Toen het kennisplat-


7 min. leestijd

SPECIAL EPR

‘In vrij korte tijd hebben wij alle drie deze zaken gerealiseerd’ Henry Kuppen

Terra Nostra

form vorig jaar van start ging, was er geen enkele afvalverwerker die mee wilde werken aan het verbranden van het afval van de rupsen. Dat was vanwege een calamiteit bij een van de ovens. Daarop heb ik in afstemming met diverse belangenvertegenwoordigende organisaties een protocol geschreven, waarna twee afvalverwerkende bedrijven wel wilden meewerken. Maar twee is karig. Bovendien zijn dit bedrijven in het westen van het land en de meeste rupsen zitten in het oosten. Met het herziende protocol verwacht ik dat weer meer afvalverwerkende bedrijven willen meewerken. Dat is belangrijk voor het kennisplatform: eenduidigheid en slagvaardigheid. In dit initiatief moet ontwikkeling zitten; het moet niet verzanDe organisatie van het Kennisplatform Processierups Een kern van organisaties geeft invulling aan de ontwikkeling en activiteiten van het kennisplatform (oftewel de kennisplatformleden). De kernorganisaties vormen de expertise‐ en kennisdragers van het platform. Het kennisplatform bestaat nu uit: CUMELA Nederland, de Gezondheidsdienst voor dieren, GGD GHOR Nederland, het Kennis‐ en Adviescentrum Dierplagen (KAD), het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), de Vereniging van Bos‐ en Natuurterreineigenaren (VBNE), Branchevereniging VHG en het Kenniscentrum Eikenprocessierups (waaronder Wageningen University & Research). Sturing vindt plaats door een stuurgroep. Hierin zijn de kerngroepleden en betrokken overheden vertegenwoordigd, zoals VNG en IPO. De opdrachtgever voor het platform is het ministerie van LNV.

Bieskensgraaf den in overleg, zodat de particulier merkt dat de overheid zijn rol heeft opgepakt.’ Van oprichting naar actie In juli 2019 werd de oprichting van het kennisplatform bekendgemaakt en in september, tijdens een drukbezochte bijeenkomst in Ede, werden de eerste initiatieven gepresenteerd die waren opgepakt door het kenniscentrum: de website www.processierups.nu met onder andere ruim honderddertig veelgestelde vragen met antwoorden, een nieuw afvalprotocol en een vernieuwde leidraad. Wat is er in de tussentijd gebeurd? De site geeft geen uitsluitsel, want na september 2019 is er geen nieuws meer gepubliceerd. ‘Er is intensief contact tussen de partners’, vertelt Sanne van Wijk. ‘Er is een stuurgroep ingericht en de werkgroepen zijn van start gegaan. Vorig jaar konden groenprofessionals input geven voor het platform in oprichting. Deze input is gebruikt bij het inrichten van de werkgroepen en geeft richting aan de werkzaamheden die gepland staan voor deze werkgroepen. Alle werkgroepen hebben inmiddels een plan van aanpak gemaakt. Eigenlijk zitten we nu op het omslagpunt van plannen naar uitvoering. De werkgroep communicatie is bezig met het organiseren van de eerste bijeenkomsten en met het opstarten van de communicatie. Deze bijeenkomsten worden georganiseerd door het Interprovinciaal Overleg, het IPO. De taak van het platform is om naar buiten te treden met kennis, informatie en advies. Als het gaat om het vergaren van kennis en informatie wordt het platform nog niet zozeer gevonden, maar de partners wel.’ Creatieve oplossingen Een van de werkgroepen houdt zich bezig met

bestrijding en bestrijdingsmogelijkheden. De afgelopen jaren zijn er creatieve methodes bedacht voor de bestrijding van de eikenprocessierups: van heet water tot koud water, van verbranden tot bevriezen met stikstof, van rupsenvallen tot het gebruik van knoflook. Deze methodes zijn echter nog niet wetenschappelijk onderzocht. ‘Er bestaat van alles en dat juich ik toe’, zegt Kuppen, ‘maar ik wil wel graag onderbouwing dat het inderdaad werkt. Ook in de informatieverspreiding zie je creativiteit ontstaan. Wij, van het kenniscentrum, zijn alle vier specialist op het gebied van de processierups en zitten al lang in de materie. In 2018 gaven we al aan dat er een verdrievoudiging aankomt. De eerste verdubbeling bleek er in 2019 al te zijn. Er was eerder ook al een expertgroep eikenprocessierups, onder auspiciën van de plantenziektekundige dienst. Deze groep is helaas een stille dood gestorven. Wij vonden en vinden het delen van kennis over deze rupsenplaag belangrijk en hebben daarom tien jaar geleden het kenniscentrum opgericht. Wij blijven het nieuws verspreiden, gratis en voor niets.’ Platform als informatieverstrekker Het belangrijkste doel van het Kennisplatform Processierups is het verspreiden van correcte, zinvolle en wetenschappelijk getoetste informatie over de rups en de bestrijding daarvan. Hiervoor zijn of worden de volgende acties ondernomen: • Het huidige systeem van vragen stellen wordt verder uitgebreid. • Tijdens de bijeenkomst in september werden door het publiek veel vragen gesteld; deze zijn verzameld en op basis hiervan wordt actie ondernomen.

www.boomzorg.nl

49


HYDRAULISCHE STOBBENFREZEN TOT 450PK

www.hemos.nl Info@hemos.nl 06 46602500

Terra Nostra

Kennisatelier voor boom en bodem

Onze diensten • • • •

Boomtechnisch onderzoek Advies, beleid en beheer Boomwaardebepaling Onderzoeksapparatuur

• • • •

Diagnostiek Ziekten en aantastingen GIS (Geografisch Informatie Systeem) I-Tree

Terra Nostra

kennisatelier voor boom en bodem

Voor een uitgebreide beschrijving van onze diensten zie www.terranostra.nu


SPECIAL EPR Topsectorenproject De Vereniging Stadswerk diende in het voorjaar van 2019 bij de Topsector Agri & Food een projectvoorstel in voor onderzoek naar verbetering van de beheersing van de eikenprocessierups. Hierbij gaat het onder meer om een goede jaarlijkse beheercyclus en het opdoen van meer kennis over de rol van het natuurlijk evenwicht bij het voorkómen van een hoge plaagdruk, maar ook om een goede registratie daarvan als onderdeel van een optimale jaarplanning. Met de ontwikkelde kennis wordt de bestaande Leidraad beheersing eikenprocessierups verder verbeterd. Joop Spijker is senior researcher bij Wageningen Environmental Research (WENR), een onderdeel van WUR, en is als onderzoeker betrokken bij het project: ‘In november 2019 werd bekend dat de financiering er komt. Naast de Vereniging Stadswerk en WENR doen ook ProRail, de Stichting Groene Stad, de Vereniging van bos- en natuureigenaren (VBNE) en diverse gemeenten mee. Dat zijn op dit moment in ieder geval gemeenten uit de provincies Drenthe, Overijssel, Gelderland en Noord-Brabant, zodat er een goede spreiding over het land is. Mogelijk sluiten er nog gemeenten uit de provincies Utrecht en Zuid-Holland aan.’ Het beheer nu De drie thema’s waarmee de onderzoeksgroep in 2020 en 2021 aan de slag gaat, zijn: het beheer op dit moment, de maatschappelijke kosten van de plaag en de gaten die nog in het netwerk van feromonenvallen zitten. Joop Spijker licht toe: ‘In september 2019 presenteerden we bij de bijeenkomst van het • Er komen informatie- c.q. kennisdelingsbijeenkomsten, waar kennis wordt bijeengebracht en de informatiebehoefte wordt geïnventariseerd. • De cyclus van de rups wordt in kaart gebracht, met daarbij de maatregelen die bij de verschillende stadia passen. • Er worden communicatiemiddelen beschikbaar gesteld waarmee de partnerorganisaties de eigen achterban kunnen voorzien van informatie. Vooruit op twee sporen Wat Kuppen betreft, gaat de kennisvergaring en -deling verder op twee sporen. Ten eerste via de werkgroepen, die qua organisatie een brede vertegenwoordiging hebben, waaronder gemeenten en bedrijven. Deze zijn inmiddels

Kennisplatform Processierups een leidraad. Een voorlopige leidraad weliswaar, maar met een jaarronde aanpak. We beginnen met het onderzoeken van het beheer door gemeenten en andere organisaties en of dit overeenkomt met de aanbevelingen in de leidraad. Wat doe je als gemeente? Begin je in augustus of september te monitoren waar de vlinders hebben gevlogen, of doe je niks en geef je vooral voorlichting? Hoe werk je samen met buren? Neem je als gemeente die ene eik in een particuliere tuin mee in de gekozen aanpak, of laat je dat over aan de eigenaar? Mogelijk kan de aanpak van de onderzochte organisatie verfijnd worden of worden er juist dingen gedaan die helemaal niet in de leidraad staan, maar wel heel verstandig zijn en wellicht een vermelding verdienen in de leidraad. Sommige gemeenten voelden zich vorig jaar overvallen door de plaag en pakten het niet planmatig aan. We proberen de diverse aanpakken wetenschappelijk te onderzoeken, zodat we data krijgen over verschillen en effectiviteit.’ Wat kost dat eigenlijk? Afgelopen zomer hoorde je het overal om je heen: klachten over jeuk, tips over middeltjes tegen jeuk en nieuws in de media over jeuk. Maar hoeveel impact heeft de rups eigenlijk en wat zijn de maatschappelijke kosten daarvan? Vallen er mensen uit door ziekte ten gevolge van de rupsenplaag? Hoeveel mensen komen er daadwerkelijk bij de dokter? Wellicht zijn er mensen die afzien van een fietstochtje of de gebruikelijke wandeling met de hond. Ook dit gaat het researchteam de komende twee jaar onderzoeken. Een deel van het van start gegaan en hebben plannen van aanpak gemaakt. Daarnaast is door de Vereniging Stadswerk en Wageningen Environmental Research een projectvoorstel ingediend bij de Topsector Agri & Food. Dit is belangrijk voor de kennisontwikkeling over de processierups, maar staat verder buiten het kennisplatform. Zie kader. Plannen voor 2020 Voor 2020 kan concreet gesteld worden dat de werkgroepen een plan van aanpak hebben. De komende maanden wordt gestart met de uitvoering daarvan. De werkgroep gezondheid brengt bijvoorbeeld in kaart hoeveel mensen de huisarts bezoeken met klachten en monitort waar de eikenprocessierups voorkomt.

onderzoek wordt opgepakt door onderzoeksinstituut Nivel, een kennisorganisatie voor medische zorg. ‘We willen graag dat er een registratie komt van mensen met klachten die te maken hebben met de processierups’, legt Spijker uit. ‘Vergelijk het met de griepregistratie. Het Nivel zal een registratievorm ontwikkelen voor huisartsen, zodat we meer inzicht krijgen in het aantal en de soort klachten. Uit de huisartsenregistratie zijn dan gemakkelijker data te herleiden over overlast door de eikenprocessierups.’ Feromoonvallennetwerk dichten Een van de bestrijdingsmiddelen is het zetten van feromoonvallen. Deze worden opgehangen in de maanden juli tot september. Hier komen de mannelijke motten op af. De feromonenvallen zijn enerzijds een hulpmiddel bij de bestrijding, maar geven tegelijkertijd een indicatie voor het aantal aanwezig vlinders en dus het aantal gelegde eitjes. Spijker: ‘Het derde deel van ons onderzoek richt zich op de feromoonvallen. Er is een feromoonvallennetwerk opgericht, maar dit is nog niet gesloten; er zitten gaten in. Een van de doelstellingen is om die op te vullen. De informatie die hiermee wordt verzameld, hebben we nodig voor de planning van dat jaar.’ In het najaar van 2021 wordt op basis van de onderzoeksresultaten een herziene leidraad gepresenteerd. De leidraad die tot die tijd geldt, staat op de website van het Kennisplatform Processierups: www.processierups.nu.

De werkgroep afvalprotocol is bezig met het herzien van het afvalprotocol, met onder meer als doel meerdere afvalverwerkers bereid te vinden het afval van de bestrijding te verwerken. Ook wordt de haalbaarheid onderzocht van alternatieve methodes voor bestrijding, zoals knoflook, heet water en de rupsenval. Het is aan de marktpartijen zelf om wetenschappelijk te bewijzen dat een bepaalde methode werkt; in budget voor dergelijk onderzoek is binnen het kennisplatform niet voorzien.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32517/van-plan-naaractie

www.boomzorg.nl

51


Bron: Henry Kuppen

Balans tussen maatschappij en eikenprocessierups Sinds 1989 is de eikenprocessierups onafgebroken aanwezig in Nederland. De succesvolle verspreiding maakte dit insect tot een belangrijk nieuwsitem in 2019. Er is bijna niemand te vinden die nog nooit van dit insect heeft gehoord en velen hebben er zelf mee te maken gehad. Beheermaatregelen bleken onvermijdelijk, maar waren niet altijd effectief. Juist het doorgronden van de levenscyclus en het gedrag van dit interessante insect maakt dat beheer van de eikenprocessierups maatwerk is. Het vastleggen en in kaart brengen van alle gegevens rondom deze rups, zoals de locatie van de aangetaste eiken en de mate van aantasting, zijn hierbij essentieel. Met als uiteindelijk doel de populatie eikenprocessierupsen beheersbaar te houden en de overlast aanvaardbaar. Auteur: Dr. Wendy Batenburg, wetenschappelijk medewerker bij Terra Nostra

Levenscyclus De eikenprocessierups heeft ĂŠĂŠn complete levenscyclus per jaar, waarin hij zes larvale stadia doorloopt. Uiteindelijk overwintert het insect in eitjes, die in eipakketten in de bovenste kroonhelft van de eik worden afgezet. Op basis van waarnemingen in het insectenstation in Mill van 2005 tot en met 2019 weten we dat de vroegste ei-uitkomst ooit op 31 maart 2014

52

1/2020

was. De laatste ei-uitkomst is geregistreerd op 21 april 2006. Bepalend voor de ei-uitkomst is de temperatuur in de drie voorliggende maanden, waarbij maart het meeste van invloed is. Over de afgelopen jaren gezien komen de eerste eikenprocessierupsen gemiddeld op 8 april uit het ei en verkeren de rupsen gemiddeld 101 dagen in larve- en popstadium. Vanaf het vierde larvale stadium (L4) ontstaan de

brandharen waar mensen en dieren overlast van ondervinden. Vanaf L4 vindt doorgaans nestvorming plaats en zijn de nesten zichtbaar. Ook deze ontwikkeling varieert echter sterk, omdat ze wordt beĂŻnvloed door de temperatuur. In 2009 en in 2011 werd al op 7 mei het L4-stadium bereikt; in 2013 was dit pas op 30 mei. De snelste ontwikkeling van rups naar vlinder werd in 2006 waargenomen en vond


5 min. leestijd

SPECIAL EPR

Grafiek EPR-verloop (bron: Henry Kuppen)

de bodem ook verpoppen tot vlinder. Rupsen en poppen kunnen in de grondnesten in diapauze gaan, waardoor een uitzondering op de gebruikelijke levenscyclus ontstaat. De diapauze kan jaren duren en komt pas ten einde onder ideale omstandigheden voor het insect, waardoor de populatie eikenprocessierupsen plotseling kan toenemen, ondanks bestrijding. Meer onderzoek naar grondnesten en diapauze is nodig om erachter te komen hoe substantieel deze fenomenen zijn.

toen binnen 73 dagen plaats. De temperatuur in april heeft de grootste invloed op de ontwikkeling van het L4-stadium. De extreem warme zomers van 2018 en 2019 hadden gevolgen voor het gedrag en de ontwikkeling van het insect. Vanaf L4 werd in beide jaren een ander gedrag dan gebruikelijk waargenomen, waarbij de rupsen onrustig over de stam liepen, losse spinsels op de stam achterlieten en nesten laag tegen de stamvoet maakten. Het gezondheidsrisico bij dit gedrag is groot. Grondnesten Bij geschikte bodems worden grondnesten waargenomen waarbij rupsen zich in bodemopeningen begeven. Grondnesten ontstaan onder invloed van hoge temperaturen, voedseltekort, overpopulatie en weinig beschutting door hoog opgesnoeide bomen. Vanuit grondnesten worden rupsen waargenomen die uit de bodem kruipen, maar de rupsen kunnen zich in

De eikenprocessie­ rups heeft één complete levens­ cyclus per jaar Feromoonvallen Sinds 2008 worden feromoonvallen gebruikt om eikenprocessievlinders te monitoren. De feromonen in deze vallen lokken de mannetjesvlinders, die vervolgens in de val terechtkomen. Vanaf half juli worden de vallen om de twee weken geleegd en geteld. De meeste eikenprocessievlinders worden normaliter in de eerste helft van augustus gevangen. Landelijk werden er in 2019 1.799 feromoonvallen geïnstalleerd. In 2017 werden gemiddeld 23 vlinders per val geregistreerd en in 2018 gemiddeld 73 vlinders; dit was landelijk gezien de grootste vangst

ooit. In 2019 daalde dit naar 40 stuks per val. Ondanks de terugval ten opzichte van 2018 blijft de vangst van 2019 nog steeds de op één na grootste van de afgelopen jaren. Het aantal gevangen vlinders geeft een indicatie voor de populatie eikenprocessierupsen in een bepaald gebied en de gegevens kunnen gebruikt worden om een inschatting te maken van de plaagdruk in het jaar erop. Mede door bestrijding is niet altijd een correlatie te vinden tussen feromoonvalvangsten en het aantal nesten in het volgende jaar, maar bij meerjarig gebruik geven de feromoonvallen inzicht in trends van de plaagpotentie, het effect van bestrijding en de verspreiding van de eikenprocessierups. Kortetermijnoplossingen Er is een grote behoefte aan één oplossing van het probleem. Na dertig jaar beheren kan geconcludeerd worden dat er niet één oplossing is, maar een combinatie van korte- en langetermijnoplossingen. Kortetermijnoplossingen hebben te maken met geïntegreerd beheer van het insect, gericht op het voorkomen en verminderen van gezondheidsrisico’s. Dit betekent maatwerk, bijvoorbeeld door drie risicozoneringen op basis van betredingsdruk in te voeren. Vervolgens kan binnen een risicozone specifiek beheer toegepast worden. Voor het juiste beheer is het dus belangrijk dat er inzicht is in het risico op de locatie, maar ook in de mate van aantasting en de locatie van de aangetaste bomen. Het ontbreekt maar al te vaak aan objectieve populatiegegevens. Een zorgvuldige nestregistratie op boomniveau en de meerjarige feromoonvalvangsten zijn belangrijke

www.boomzorg.nl

53


Voor een effectieve bestrijding van de eikenprocessierups

Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie. 54 1/2020


SPECIAL EPR

Koolmees met EPR (bron: Henry Kuppen)

indicatoren voor het bepalen van de populatiedynamiek en te nemen beheermaatregelen. Diversiteit Duurzame oplossingen voor de overlast door de eikenprocessierups vinden we niet in symptoombestrijding, maar in het aanbrengen van balans. Het geslacht eik, Quercus, is de favoriete boomsoort geworden op de zandgronden en vooral in Oost-Nederland. Naast het geschikte klimaat draagt deze enorme voedselbron bij aan het succes en de impact van de eikenprocessierups. Omvorming van het bomenbestand is hierbij de enige mogelijkheid om balans aan te brengen. Vanzelfsprekend is het niet meer aanplanten van eiken de eerste mogelijkheid om de dominantie van eik te beperken, bijvoorbeeld door eiken die door een storm verdwijnen of afsterven niet meer te vervangen door nieuwe eiken. Ook de aanplant van grote hoeveelheden andersoortige bomen in meerdere lagen en groottes binnen eikenopstanden vergroot de diversiteit. Actieve omvorming ligt nogal wat gevoeliger. Het verwijderen van gezonde bomen en zeker van oude bomen past niet bij de roep om meer bomen vanuit de huidige klimaatproblematiek. Afhankelijk van de scenario’s die uit passieve omvorming voortkomen, zou wel dunning in lanen kunnen plaats-

Een andere manier om meer balans aan te brengen, is het stimuleren van natuurlijke vijanden

vinden en zouden bomen met een beperkte levensverwachting vervangen kunnen worden. Vanwege de hoeveelheid ecosysteemdiensten die oude bomen leveren, dient bij het verwijderen de focus op de jongste bomen te liggen. Natuurlijke vijanden Een andere belangrijke manier om meer balans aan te brengen, is het stimuleren van natuurlijke vijanden. Deze natuurlijke oplossingen, zoals het herstellen of ontwikkelen van biotopen, zijn complex en kosten tijd. Hoopvol is dat inmiddels is vastgesteld dat in Nederland zeventien verschillende soorten insecten, zestien verschillende soorten vogels, spinnen en drie soorten vleermuizen op één of meerdere levensfasen van de eikenprocessierups prederen. Door een complex aan maatregelen, waarbij op diverse vlakken wordt samengewerkt om biotopen te herstellen, is inmiddels bewezen dat natuurlijke vijanden perfect in staat zijn balans aan te brengen. Actuele stand van zaken In samenwerking met het ministerie van LNV is door Kenniscentrum Eikenprocessierups een website opgezet om mensen te informeren over de eikenprocessierups (www.eikenprocessierups.nu). Verder is de Leidraad beheersing eikenprocessierups vernieuwd met een update voor 2019 en is het Kennisplatform Eikenprocessierups in oprichting. Ondertussen is er ook een afvalprotocol opgesteld, voor het afvoeren en verwerken van het afval van de bestrijding van de eikenprocessierups. In 2020 zal het afvalprotocol verder worden ontwikkeld en zal er gewerkt worden aan het ontwikkelen van eenduidig beheer. Momenteel wordt gewerkt aan het topsectorenvoorstel, waarbij met steun van de deelnemende gemeentes uniforme vastlegging van aantastingsgegevens, ontwikkelen en volgen van natuurlijke vijanden en registratie van gezondheidsklachten bij huisartsen verder uitgewerkt zal worden.

Wendy Batenburg

Naar het zich laat aanzien, zal de eikenprocessierups nooit meer weggaan. Er zijn echter voldoende maatregelen voorhanden om de situatie beheersbaar te houden. Hierbij is het wel noodzakelijk om nog veel meer kennis op te bouwen over het stimuleren van natuurlijke vijanden, om tot een duurzamer en natuurvriendelijk beheer te komen. Het herstel van ons verschraalde monotone landschap zal hieraan bijdragen, maar dat vergt een lange adem. Open communicatie met gebruikers van de openbare ruimte is nodig om draagvlak te creëren voor het feit dat eikenprocessierupsen in zekere mate geaccepteerd moeten worden.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32493/balans-tussenmaatschappij-en-eikenprocessierups

www.boomzorg.nl

55


Links Marije Wesselius, rechts Twan Verhoeven

Alle neuzen dezelfde kant op in strijd tegen eikenprocessierups Met beheerplan hebben gemeenten jaarrond grip op eikenprocessierups

De Nationale Bomenbank Zuidoost-Nederland (NBB ZON) maakt vanuit Mill risicoanalyses op het gebied van de eikenprocessierups voor opdrachtgevers. Op basis daarvan kunnen deze een solide beheerplan opstellen. De gemeente Ede werkt volgens het beheerplan dat ze samen met NBB ZON heeft opgesteld. Twan Verhoeven, bedrijfsleider bij NBB ZON, en Marije Wesselius, beleidsmedewerker bij de gemeente Ede, vertellen over de resultaten van het beheerplan EPR.

Auteur: Karlijn Santi Raats

56

1/2020


7 min. leestijd

SPECIAL EPR In 2007-2008 nam in de gemeente Ede plotseling de eikenprocessieplaagdruk toe, wat zorgde voor meerdere uitdagingen. Daarnaast was er sprake van essentaksterfte en andere boomziektes. Beleidsmedewerker Marije Wesselius vertelt wat er toen allemaal aan het rollen werd gebracht. Bewustwording groeit ‘Ondanks de EPR-toename van 2007-2008 viel het aantal klachten redelijk mee. Er was nog niet veel bekend over de rups met de brandharen. Wel kwam NBB ZON onmiddellijk de brandhaarden en risicogebieden met EPR bestrijden en dat bleven ze jaren achtereen doen. Het bedrijf behandelde de bomen in een vroeg stadium preventief met het biologische bestrijdingsmiddel XenTari WG. In 2015 kwam daar de behandeling met nematoden bij. In de tussentijd krabden wij ons als gemeente achter de oren: we beseften dat alleen XenTari WG, nematoden en het curatief wegzuigen van nesten niet genoeg was. We moesten het aantal eiken terugbrengen en gunstige omstandigheden creëren voor natuurlijke vijanden. We merkten dat we niet genoeg variëteit hadden in ons bomenbestand: 33 procent van ons bomenbestand bestond uit Quercus (21.748 exemplaren) en 28,5 procent uit Quercus robur (18.436 exemplaren); Fagaceae maakte 42 procent uit met 27.167 bomen. Vanaf dat moment gingen we geleidelijk aan meer inzetten op variëteit. In 2018 ontwikkelde onze gemeente een actieplan biodiversiteit, dat in 2009 werd aangenomen. De gemeente houdt zich de laatste tijd veel bezig met het creëren van meer biodiversiteit – en dus meer natuurlijke EPR-vijanden – als inzet tegen plagen, maar ook ter voorkoming van massale ziekte-uitbraken bij bomen. In 2013 werd het nieuwste bomenbeleidsplan geschreven. Daarin is dit soort zaken vastgelegd, maar ook de regel dat de juiste boom op de juiste plek moet staan.’ Alle neuzen dezelfde kant op In 2018 deed zich een tweede, landelijke eikenprocessierupsgolf voor. Ditmaal haalden de klachten over de rups het nieuws wel. Burgers raakten bezorgd. Het regende klachten en ditmaal wilde de politiek geïnformeerd worden. ‘Tot nu toe hadden we in de gemeente Ede het EPR-beheer vanuit de uitvoering aangepakt. De buitenteams van NBB ZON en onze afdeling beheer wisten precies wat er waar werd gedaan. Maar ook andere afdelingen in onze organisatie moesten erbij worden betrokken. Het doel was om eensgezind naar buiten te treden met tekst en uitleg over onze aanpak. Het werd dus tijd om

met een gezamenlijke aanpak het EPR-beheer in één keer goed te regelen.’ Sinds 2018 is het EPR-beheer bij de gemeente Ede in een bestek gegoten. NBB ZON kreeg gegund op basis van het ingediende plan van aanpak. Het bedrijf maakte een risicoanalyse, maar wist feitelijk al hoe de vlag erbij hing in de gemeente Ede na tien jaar EPR-bestrijding. ‘We wisten al welke plaatsen prioriteit hadden om te worden behandeld’, vertelt bedrijfsleider Verhoeven. Belang van beheerplan Verhoeven: ‘In een beheerplan worden heel veel data verzameld. Na een aantal jaar heb je zoveel informatie verzameld, dat je op basis daarvan zowel directe als langetermijnbeslissingen kunt nemen. Je kunt aan de hand van een risicoanalyse niet alleen besluiten waar je gaat spuiten, maar de gemeenteraad en burgers ook uitleggen waarom.’ Verhoeven noemt een tweede belangrijke reden om een duidelijk beheerplan te hebben. ‘Je wilt als gemeente voldoende mensen en machines kunnen inzetten. Daarvoor heb je van tevoren een plan nodig dat je effectief kunt uitrollen. Natuurlijk is elk jaar weer anders, maar een plan kun je altijd bijstellen. Het sleutelwoord is: voorbereiding.’

‘Je kunt op basis van een risico­ analyse besluiten waar je spuit en dat naar buiten toe uitleggen’ Wat te doen? NBB ZON heeft in 2018 alle eiken in de gemeente Ede gemonitord en in kaart gebracht waar de EPR zich ophoudt en in welke mate. ‘Een boom kan helemaal vol zitten of een klein nestje bevatten. Daar bestaan grote verschillen tussen’, legt Verhoeven uit. ‘Zo ontdekten we in de gemeente Gennep dat er in een achterafgelegen gebied

grote brandhaarden waren. Andersom kan de plaagdruk relatief laag zijn op plaatsen waar veel mensen verblijven of wonen. We brengen op deze manier in kaart welke gebieden onze prioriteit moeten hebben in het beheer.’ Verder is de basis van het beheerplan geënt op de cyclus die NBB ZON normaal gesproken doorloopt: preventief spuiten, curatief spuiten, feromoonvallen ophangen, vlinders tellen en op basis daarvan een risicoanalyse en beheerplan voor het jaar erop maken. In het beleidsplan is opgenomen wie waarvoor verantwoordelijk is. Wesselius: ‘De gemeente heeft een zorgplicht voor de bomen in de openbare ruimte. Particulieren zorgen voor hun eigen bomen, dus ook als er EPR in hun eik zit. We maken als gemeente weleens een uitzondering als het gaat om risicoplekken zoals scholen. Het afgelopen jaar was het soms lastig voor particulieren om een bestrijdingsdienst in te schakelen, omdat deze diensten overbelast waren, maar we moeten ergens een lijn trekken.’ Communicatie Ook een punt van aandacht blijft de communicatie omtrent het EPR-beheer. Wesselius: ‘We hebben een verbeterd meldsysteem. Als mensen klachten hebben, kunnen ze zelf met een stipje op de kaart aangeven waar de overlast is. Deze kaart is aangemaakt in ons gemeentelijke beheersysteem Geo Ede. Dat systeem is gekoppeld aan het beheersysteem van de Nationale Bomenbank (ArcGis). Daardoor wordt de klacht automatisch doorgezet naar het digitale meldsysteem van de Nationale Bomenbank. De klacht verschijnt dan op hun to-dolijst. Het is belangrijk dat burgers met klachten niet te lang hoeven te wachten voordat deze in behandeling worden genomen. Burgers moeten zich gehoord voelen. Intern hebben wij een Team Rups opgesteld. Daarin zijn toezicht, buitendienst, beheer, beleid en communicatie vertegenwoordigd. We houden wekelijks overleg. Daarnaast houden we de rest van de organisatie op de hoogte van de uitvoering van het EPR-beheerplan via intranet. De communicatie naar buiten toe gaat via onze website. We zijn voornemens om burgers ook actief te betrekken bij de EPR-bestrijding. We willen ze mezenkastjes, bloembollen en zaad van wilde bloemenmengsels aanbieden, om ze enthousiast te maken voor het vergroten van de populatie natuurlijke vijanden van de EPR. Zo hopen we draagvlak te creëren voor onze manier van beheren.’

www.boomzorg.nl

57


Specialist in biologische oplossingen

IEVEHEE NL R

DE

O MRO FMIJT

EES

RO

VE

BO

SVLIEGEN R

AA

LA

G

AT O D E N

EN

EM

SB

N

Een greep uit onze biologische bestrijders

TJES

Eikenprocessierupsen, bladluizen, engerlingen, snuitkevers, fruitvliegen, .... Ongedierte kan een ware plaag zijn! Met de adviezen en de biologische bestrijding van Biocontrole bindt u er succesvol de strijd mee aan, op een natuurvriendelijke manier. Biocontrole doet voortdurend onderzoek: naar plaaginsecten, naar (de inzet van) biologische vijanden, plantversterkers en toepassingstechnieken. Hierdoor zijn wij bij uitstek uw partner bij het bestrijden van (bodem)plaaginsecten langs IJTEN biologische weg. Met hoogM OF waardige producten en een gedegen advies op maat.


SPECIAL EPR Volgens Verhoeven en Wesselius is dat ook nodig; mensen zijn soms ongerust omdat er zoveel is gespoten tegen de buxusmot en vanwege de recente glyfosaatdiscussie. ‘Voorlichting over de biologische middelen waarmee we spuiten, kan veel verschil maken’, aldus Verhoeven. Jaarrond alert Verhoeven ziet duidelijk verschil tussen gemeenten die jaarrond bezig zijn met EPR-beheer en gemeenten die dat niet zijn. ‘Het aantal bomen dat EPR bevat, is niet kleiner bij proactieve gemeenten, maar de plaagdruk per boom wel. Zoals ik al zei: er is een groot verschil tussen een boom die uitpuilt van de nesten en een boom die een klein nestje bevat.’ De gemeente Ede verdient volgens Verhoeven een dikke pluim. ‘Zij zijn al jarenlang het hele jaar door bezig met hun EPR-beheer.’ Wesselius: ‘Het lijkt misschien alsof wij er nu niet mee bezig zijn en pas in mei in actie komen, maar achter de schermen zijn we druk bezig met de EPR-problematiek.’ ‘We zien elkaar nu bijna wekelijks’, valt Verhoeven haar bij. Wesselius knikt. ‘Natuurlijk hebben we meer te doen dan alleen de bestrijding van de rups, maar deze problematiek heeft wel prioriteit.’ Toekomst Verhoeven wijst op natuurlijke plaagcycli van circa tien jaar: ‘Als we een voorspelling baseren op de cyclus die EPR de afgelopen decennia heeft laten zien, dan is het waarschijnlijk dat de maximale plaagdruk al achter ons ligt en dat we

‘We delen ons plan van aanpak met omliggende beheerders, zodat we niet hoeven te dweilen met de kraan open’

zoetjesaan weer minder overlast zullen krijgen. In de toekomst kunnen gemeenten die geïnvesteerd hebben in biodiversiteit het in luwe periodes wellicht af met natuurlijke vijanden. Maar in periodes dat de plaagdruk hoog is, blijft een combinatie van maatregelen waarschijnlijk nodig.’ Verhoeven en Wesselius willen hun aandacht dus niet laten verslappen. ‘Anders kun je weer van voren af aan beginnen’, klinkt het eensluidend. Samenwerking in Gennep NBB ZON bestrijdt en adviseert ook al jarenlang in de gemeente Gennep. Het beheer deed de gemeente Gennep zelf. Sinds twee jaar wordt in Gennep ook met een EPR-beheerplan gewerkt. Dat plan wordt opgesteld door NBB ZON, op basis van de resultaten van voorgaande jaren. De daadwerkelijke bestrijding wordt uitgevoerd door de Nationale Bomenbank. Christine Naaijen, beleidsmedewerker groen, natuur en landschap: ‘Een overzicht van de gemeentebomen in de openbare ruimte die in ons beheersysteem staan, laat zien dat ruim 40 procent (zomer)eik is. We hebben ook nog kleine bosjes in de gemeente; die bestaan ook voor een groot deel uit eik. In de toekomst willen we meer diversiteit.’ Naaijen vertelt dat de plaagdruk steeds erger lijkt te worden. ‘Of mensen hebben meer klachten vanwege de mediahype, dat kan ook.’ Net als Ede zet Gennep in op meerdere maatregelen om de EPR-plaag te beheersen. Naaijen: ‘We bestrijden EPR preventief en curatief, maar monitoren ook om tot een risicoanalyse en plan van aanpak te komen voor het volgend jaar. We willen daarnaast de biodiversiteit vergroten om de populatie natuurlijke vijanden te stimuleren. We hopen dat deze maatregelen elkaar versterken. NBB ZON analyseert de data van afgelopen jaar en rapporteert over onze bomen, maatwerk dus. Alles wordt in GIS bijgehouden en de communicatie gaat ook via GIS; dat is heel efficiënt. Ze zijn op de hoogte van landelijke protocollen en richtlijnen. Ze verfijnen hun strategie door resultaten en verwachtingen als basis te gebruiken voor het volgende beheerplan. We hebben een meerjarig contract. Ondanks de intensieve aanpak was er toch nog een hoge plaagdruk en waren er veel klachten. Maar er zit ook een maximum aan wat je als gemeente kunt doen. Ik ben ervan overtuigd dat we niet meer kunnen doen dan we nu al doen.’ Naaijen vertelt over de samenwerking met NBB ZON: ‘De samenwerking

gaat heel goed. Het is ook geweldig dat zij ons steunen bij de ‘nevenactiviteiten’, zoals ik ze maar even noem. NBB ZON heeft veel informatie waaruit blijkt wat we doen en dat we het systematisch aanpakken. Zo kunnen we naar buiten toe uitleggen dat wij het hele jaar door niet stilzitten. Hopelijk komt er dan ook meer begrip. EPR-vrij worden, dat is een illusie en dat hoeft ook niet. De hoop is dat het natuurlijke systeem zijn balans terugvindt, dat het weer zo veerkrachtig wordt dat preventief spuiten met XenTari op een dag niet meer nodig is. Komend jaar wordt NBB ZON weer ingezet om het EPR-plan uit te voeren en beginnen we met een paar pilotprojecten met aangepast maaibeheer.’ De gemeente is zich ervan bewust dat het verlagen van de EPR-plaagdruk het effectiefst is bij samenwerking met beheerders van omringende gebieden met eiken. De gemeente en de Nationale Bomenbank hebben in februari om de tafel gezeten met andere terreinbeheerders, zoals de buurgemeenten Bergen en Mook en Middelaar, CenterParcs Heijderbos, Stichting Dichterbij, Limburgs Landschap (IKL), Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, het Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid IVN en enkele betrokken inwoners van de gemeente. Naaijen: ‘We hebben het IKL gevraagd om ons te helpen met zoveel mogelijk partijen samen te werken. Deze eerste stap om samen te komen was bemoedigend. Er was veel animo onder de verschillende beheerders om informatie uit te wisselen over wie wat doet in de strijd tegen EPR. We zullen ons plan van aanpak delen met omliggende beheerders, zodat we elkaar kunnen inspireren en niet hoeven te dweilen met de kraan open. Maar we hebben nog blanco vlekken op de kaart. Voor particulieren is bestrijding lastig en we weten nog niet precies wat de provincie en Rijkswaterstaat aan EPR-bestrijding doen.’ Naaijen vat samen: ‘We streven naar een betere samenwerking met andere partijen en willen volop inzetten op biodiversiteit, zodat de overlast voor bewoners afneemt en we de plaag beter in bedwang krijgen.’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32516/alle-neuzendezelfde-kant-op-in-strijd-tegen-eikenprocessierups

www.boomzorg.nl

59


Van curatief naar preventief Geïntegreerde aanpak helpt bij terugdringen eikenprocessierups

De opkomst van de eikenprocessierups heeft zich de laatste jaren ontwikkeld tot een plaag. Verwacht wordt dat deze zich in de komende jaren verder over Nederland zal uitbreiden. Toch is de overlast te beperken, volgens Peter Mook van Vos Capelle: ‘Met een geïntegreerde aanpak is de hoeveelheid rupsen terug te dringen.’ Auteur: Heidi Peters

Bij de bestrijding van de eikenprocessierups worden verschillende methodes toegepast, zoals branden, stofzuigen en plukken. ‘Het gaat ons erom dat je de juiste methode toepast op het goede moment’, legt Mook uit. ‘En dat goede moment luistert heel nauw.’ Hij is adviseur openbaar groen, sportvelden en golfbanen bij Vos Capelle en adviseert gemeenten en aannemers over onder meer de bestrijding van de eikenprocessierups. ‘Het is belangrijk dat je de verschillende stadia van de eitjes, larven en rupsen kent, om het juiste middel te kunnen toepassen. Wacht niet tot de rupsen er zijn, maar begin nu al met monitoren en start in april met de bestrijding.’ Samenwerking met Koppert Biological Systems Mook adviseert: ‘Vanaf half april komen de eitjes uit. Dat is het eerste stadium van de larven. Vanaf dit moment kun je al gaan bestrijden en dat doe je het beste met nematoden. Nematoden zijn heel kleine aaltjes. Deze aaltjes

60

1/2020

zoeken een gastheer, in dit geval de rupsen, en dringen naar binnen. Daar laten de aaltjes een bacterie achter met een dubbele functie: de rups gaat dood en dankzij deze bacterie ontstaat er voeding voor nieuwe nematoden. Deze nematoden zitten in het product Entonem van Koppert Biological Systems. We hebben de werking hiervan samen met Koppert wetenschappelijk onderzocht en die is goed. Mits je het op het juiste moment toepast!’ Monitoren, monitoren, monitoren Het effect van Entonem, het biologische product met de nematoden, valt of staat met het moment van de toepassing. ‘En daarnaast ook met de dosering; die moet precies goed zijn’, vult Mook aan. ‘Op basis van testen en onderzoeken hebben wij, samen met Koppert, vastgesteld welke dosering en aanpak goed werken. Zowel de inzet en de timing als de manier waarop je Entonem gebruikt zijn essentieel voor het resultaat. Zo moet je de nematoden alleen gebruiken in de eerste twee


ADVERTORIAL

‘Vanaf half april komen de eitjes uit. Dat is het eerste stadium van de larven. Vanaf dit moment kun je al gaan bestrijden en dat doe je het beste met nematoden’ stadia van de levensfase van de larven. Om te bepalen welke dat zijn, is deskundigheid nodig. Die hebben wij bij Vos Capelle in huis. Wij kunnen dus adviseren, helpen met een plan van aanpak en helpen bij het monitoren op welke dag actie ondernomen moet worden. Timing is zó belangrijk!’ Stadium 3: Bacillus thuringiensis Na de aanpak met nematoden volgen een of twee behandelingen met Bacillus thuringiensis, een bacteriepreparaat. De aanpak met dit preparaat wordt ook wel de bt-methode genoemd. ‘Deze methode zetten we in wanneer de larve in het tweede of derde groeistadium is’, legt Mook uit. ‘Het preparaat, dat verkocht wordt onder de namen Xentari en Turex, wordt met een boomnevelspuit in de bomen gespoten, tot boven in de kruin. De boomblaadjes moeten op dat moment 40 tot 50 procent ontplooiing hebben om aan beide zijden goed bedekt te kunnen worden. De rups die van de blaadjes

eet, gaat dood. Het heeft geen zin om het middel op de rupsen zelf te spuiten; ze moeten de blaadjes eten. De werking van het preparaat Bacillus thuringiensis is pakweg zeven dagen. Uv-licht heeft invloed op de werking van het middel, evenals regen. Deze beneveling, die in de tweede helft van mei of begin juni wordt uitgevoerd, mag in juni herhaald worden.’ Geen onderscheid Een aandachtspunt is wel dat zowel de nematoden als Bacillus thuringiensis geen onderscheid maken in hun slachtoffers. Aaltjes dringen binnen in alle soorten rupsen en ook de rupsen die je wilt behouden eten de blaadjes met Bacillus thuringiensis. Ook daarom moeten de bomen van tevoren gemonitord worden, zodat zeker is dat er geen beschermde vlindersoorten bestreden worden. Advies Mook adviseert: ‘Kies voor een geïntegreerde

aanpak en maak een plan van aanpak met een aantal methodes die elkaar opvolgen. Je kunt ook denken aan het inzetten van natuurlijke vijanden, door bloemen in de buurt van de boom te plaatsen waar sluipwespen en lieveheersbeestjes op afkomen. Of nestkasten voor merels en spreeuwen, dat zijn ook natuurlijke predatoren. Maar waarschijnlijk is dit niet genoeg. Zet dus in april de nematoden in en in mei en juni het bt-preparaat. Doe je niets, dan moet je in juni en juli gaan behandelen door branden, zuigen of plukken én heb je elk jaar hetzelfde of een nog groter probleem. Je loopt dan eigenlijk achter de feiten aan. Wij zijn ervan overtuigd dat de nazorg een stuk minder zal zijn als je start met Entonem en dat opvolgt met Xentari en Turex op het juiste moment. In onze testen zijn er goede resultaten mee behaald.’

www.voscapelle.nl

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32510/van-curatiefnaar-preventief

Het is belangrijk de bomen te blijven monitoren om de fase van de larve te kennen.

Peter Mook is adviseur openbaar groen, sportvelden en golfbanen bij Vos Capelle. www.boomzorg.nl

61


De Meclean EPR VAC kan eenvoudig mee de hoogwerker in.

Rupsen en haartjes veilig in gecertificeerde zak Eikenprocessierupsen en -nesten veilig verwijderen met nieuwste machine van Meclean Asbest en eikenprocessierupsafval, daar moet je doordacht mee omgaan. Meclean had al een stofzuiger voor asbestresten en ontwikkelde op basis van die machine een zuiger voor nesten van processierupsen. Dankzij de speciaal hiervoor ontwikkelde zakken kunnen de nesten veilig afgevoerd geworden.

Auteur: Heidi Peters

62

1/2020

Artikel meclean voor Boomzorg epr special In de brede aanpak bij de bestrijding van de processierupsenplaag is het opzuigen van de nesten één van de oplossingen. Nesten van processierupsen bevinden zich zoals bekend op de stam, in de boomkroon en soms aan de grond. Als vóór het ontpoppen het nest wordt weggezogen, voorkomt men een nieuwe populatie op de boom. Daniël Goossens is verantwoordelijk voor de marketing en communicatie bij Meclean en vertelt meer over de hagelnieuwe zuiger: ‘De Meclean EPR VAC is een professionele zuiger. Dankzij de extra

brede zuigbuis met een diameter van 6 cm en het speciaal hiervoor toegevoegde handvat op de zuigbuis kunnen nesten makkelijk en toch nauwkeurig weggehaald worden.’ Gesloten zakken In de stofzuiger kan een speciale HEPAgecertificeerde zak met een inhoud van 30 l worden geplaatst. Meclean ontwikkelde al eerder speciale zakken voor asbestverwerking en deed dit nu ook voor afval van rupsnesten. Het materiaal laat geen haartjes door en de zakken zijn milieuvriendelijk te verbranden. Naast


3 min. leestijd

Specificaties van de EPR VAC: Aansluitwaarde: 3300 W max. (220 V) Gewicht: ca. 26 kg Geluidsniveau: ca. 65 dB Snoerlengte: 8,30 m Zuigbuislengte: 150 cm Zuigbuisdiameter: 6 cm Lengte flexibele slang: ca. 600 cm; langere slang op aanvraag mogelijk de zakken zelf is ook het sluitsysteem speciaal ontwikkeld voor de verwerking van processierupsafval. Goossens: ‘Je moet natuurlijk voorkomen dat er bij het vervangen van de zak toch nog haartjes vrijkomen. Daarom zijn de zakken uitgerust met een speciale rubber sluiting en vindt de afdichting direct na het afnemen van de zak plaats. Omdat de machine te maken kan krijgen met schokkende bewegingen tijdens het werk, heeft de zak ook nog een extra borging, om te voorkomen dat hij tijdens het gebruik loskomt van de zuigbuisconnectie aan de binnenkant van de zuiger.’ Drie motoren, instelbare zuigkracht De Meclean EPR VAC-zuiger is uitgerust met drie motoren. Deze kunnen afzonderlijk van elkaar worden ingeschakeld en de zuiger kan dus werken op een, twee of drie motoren. Waar

en wanneer minder vermogen nodig is, kan dit naar behoefte worden ingesteld. De machine is aan te sluiten op 220 V, direct op de netspanning of op een aggregaat. Combi met heetwaterbestrijding Meclean heeft ook een serie warmwater-hogedrukreinigers die uitgerust kunnen worden met Weedplus. Met deze techniek kan op een milieuvriendelijke wijze onkruid worden bestreden met alleen maar zuiver water. Volgens een Franse studie uit 1989 verliezen de haartjes van de processierups hun irriterende werking wanneer ze behandeld worden met heet water. De heetwatertechniek van Meclean, waarbij water met een temperatuur tot 99,5 °C wordt afgegeven, kan ook ingezet worden om de nesten eerst te laten stollen. Vervolgens kunnen ze dan worden opgezogen met de Meclean EPR VAC.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32501/rupsen-enhaartjes-veilig-in-gecertificeerde-zak

Eenvoud en degelijkheid De zuiger en de speciale zakken voor de nesten van processierupsen zijn recent ontwikkeld en inmiddels met een korte levertijd beschikbaar. Net als de andere professionele reinigingsmachines van Meclean staat deze machine bekend om zijn degelijke techniek en eenvoud. ‘Wat er niet per se op hoeft te zitten, zit er niet op’, zegt Goossens. ‘Onze gebruikers weten en waarderen dat.’ Het hoofdkantoor van Meclean is gevestigd in Terneuzen. De machines worden internationaal verkocht via een selectief netwerk van dealers. Meclean is ook specialist in hogedruktrailers en machines voor reiniging in de openbare ruimte. Deze machines worden ontwikkeld en gebouwd in Terneuzen.

www.boomzorg.nl

63


Alle informatie over eikenprocessierups in een handomdraai beschikbaar dankzij Werkwijzer Bij de bestrijding van de eikenprocessierups is het van essentieel belang om beschikking te hebben over de juiste informatie. In dat kader heeft Werkwijzer uit Vianen een online werken informatieplatform ontwikkeld, waarop belangrijke informatie makkelijker en sneller beschikbaar is voor mensen die ten strijde trekken tegen de jeukrups.

64

1/2020

Nadat de overlast van de eikenprocessierups vorig jaar een hoogtepunt bereikte, schakelde Werkwijzer een tandje bij. Zij breidden hun Werkwijzer-module uit, zodat deze ook kan worden ingezet om de rups te bestrijden. ‘De quick win van deze module is dat je heel snel kunt handelen in de strijd tegen de eikenprocessierups, omdat je meteen weet waar je precies moet zijn’, zegt mede-oprichter Pieter Verloop. Satellietbeelden De EPR-module die het bedrijf gebruikt is

gebouwd op basis van een geografisch informatiesysteem, een zogeheten GIS-model. ‘Oftewel: een digitaal werkplatform waarop allerlei informatie verzameld is’, verduidelijkt Verloop. ‘De boomlocatie is daarbij het uitgangspunt. Het platform geeft aan waar de eikenprocessierups zit en hoe hoog de nesten precies in de boom zitten. Alle informatie die verzameld wordt, is beschikbaar voor opdrachtgevers, projectleiders en uitvoerders. Bij de bestrijding van de eikenprocessierups maak je preventieve rondes en curatieve rondes. Bij een preventieve ronde kun je de kaarten gebrui-


ADVERTORIAL ken waarop aangegeven staat waar de eiken met nesten zich bevinden. Heb je een nieuwe boom met de rups erin ontdekt, dan kun je die nieuwe informatie ter plekke aan de module toevoegen. Je kunt ook foto’s en bestaande beschikbare kaarten met relevante informatie inlezen, bijvoorbeeld over boomsoorten.’ Kleuren De EPR-module bestaat uit zogeheten dashboards, waar de data-informatie in staat en aan kan worden toegevoegd. ‘Dat systeem wordt op dit moment ook gebruikt voor de bestrijding van het coronavirus’, zegt Verloop. ‘Het is een kaart waarop met kleuren is aangegeven waar het gevaar zit, in dit geval de eikenprocessierups.’ Werkwijzer kan alle toegevoegde gegevens meteen omzetten naar gedetailleerde informatie, die groenmedewerkers vervolgens kunnen gebruiken wanneer ze aan de slag gaan. Risicogebieden ‘Met de module analyseren en registreren we ook risicogebieden’, gaat Verloop verder. ‘Daarop kun je zien of bomen bij scholen of kinderdagverblijven staan of op dichtbevolkte plaatsen. Dat zijn de gebieden die wat meer aandacht vereisen. Die heb je dus ook veel makkelijker en sneller in beeld. Bovendien kun je alle informatie ook weer voor evaluatie gebruiken, met het oog op het komende seizoen van de eikenprocessierups. Het maakt alles een stuk overzichtelijker. Er staat bijvoorbeeld ook bij wat voor hoogwerker je nodig

}

Voordelen Welke voordelen heeft de Werkwijzer nog meer? Verloop: ‘Ten eerste hebben de mensen die het werk moeten doen de juiste info, of ze kunnen de juiste info meteen aan de Werkwijzer toevoegen. Goede bestrijding van de eikenprocessierups valt of staat namelijk met de beschikking over de juiste informatie. Ten tweede zorgt de module voor een grote mate van transparantie. Burgers kunnen op het dashboard meekijken, net als gemeenten. Zo weet iedereen meteen hoe de bestrijding verloopt en waar die wordt uitgevoerd. Het is een goede vorm van communicatie. En het derde grote voordeel van werken met deze module is dat je een goede grip op de situatie kunt krijgen door de verkregen informatie goed te bestuderen en te evalueren. Het maakt gerichte bestrijding van de eikenprocessierups makkelijker.’ Filosofie De methodiek achter het platform van de Werkwijzer wordt veel breder ingezet dan alleen tegen de eikenprocessierups. ‘Daar zit een bepaalde filosofie achter’, verduidelijkt Verloop. ‘Wij gaan uit van het zogenaamde IAPUC-principe. De I staat voor de informatie die je op een kaart aanbrengt en vervolgens bekijkt en gebruikt. De A staat voor het

Inwinnen eikenprocessierups Datum Hoogte nest Grootte nest Nest wel/geen rupsen? Foto

Meldingen

Basisdata bomen

hebt, een grote of een wat kleiner model. De quick win is dat je direct kunt handelen in de strijd tegen de eikenprocessierups omdat je snel weet waar je precies moet zijn.’

2-5-2020 lager dan 4m <25 cm Klein Wel rupsen

analyseren van die gegevens, waarna je een planning maakt voor de bestrijding (de letter P). De U staat voor uitvoeren. De C, ten slotte, staat voor controle: was alles effectief? Dit principe herhaal je dan steeds. We zetten deze methode bij het hele boombeheer in.’ Toekomstmuziek Het gebruik van de module tegen de eikenprocessierups is afgelopen winter geëvalueerd door Werkwijzer. Die resultaten waren positief, volgens Verloop. ‘Maar een module als deze is eigenlijk nooit af. Er is altijd ruimte voor verbetering. Daar zijn we op dit moment dan ook druk mee bezig. Eén middel om de eikenprocessierups te bestrijden, is bijvoorbeeld het ophangen van mezenkasten. Dat wordt momenteel behoorlijk veel gedaan. Het zou kunnen dat we de module daaraan gaan aanpassen. We zouden in kaart kunnen brengen waar al die mezenkasten hangen. Ook kunnen we burgers nog meer bij de module betrekken. Burgers kunnen nu al op de website van de gemeente een melding maken als ze de eikenprocessierups ergens gezien hebben. Wij zouden bijvoorbeeld een interactieve app kunnen maken waarop meldingen gedaan kunnen worden. Maar dan is de vraag: wil iedereen dat? Zien burgers dat zitten? En aannemers, en gemeenten? Dat moet je eerst onderzoeken. Dit is dus nog toekomstmuziek. Voorlopig zijn wij blij met deze module en de werking evan.

®

IAPUC ®

I

®

Risico analyse

C

Proces

A

® 

Uitvoeren

P

U

www.werkwijzer-kaart.nl

Verwijderen nest eikenprocessierups Datum uitvoering Hoeveelheid Status Foto

®

4-5-2020 1 klein nest Verwijderd

Inspecteur

Hoogte van nest

Aantal bomen met EPR

2-4 m1 23

4-6 m1 100

6-10 m1 91

Grootte van nest

Aantal bomen met EPR

233

233

Aantal geinspecteerde bomen Gemiddeld 23

Groot 100

Klein 91

Gemiddeld 92

Hoog 8

Laag 114

Risico

1194 Te doen

Dashboard inwinresultaat

Bezig

Afgerond

Dashboard voortgang uitvoering

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32505/alle-informatie-over-eikenprocessierups-in-een-handomdraai-beschikbaar-dankzij-werkwijzer

www.boomzorg.nl

65


We zijn in onze sector erg goed aan elkaar te vertellen hoe belangrijk bomen zijn

Henry Kuppen

Terra Nostra

Preken voor eigen parochie We zijn in onze sector goed om aan elkaar het goede verhaal te vertellen. Een mooi voorbeeld hiervan is het uitroepen van de Greenfluencer­ door vakbladuitgeverij in het groen NWST. Een sympathiek initiatief waarbij de dapperste of innovatiefste man of vrouw in de groene sector van 2019 als Greenfluencer wordt uitgeroepen. Ik kreeg de nominatie van gewaardeerde collega boomkweker Toon Ebben onder ogen en was benieuwd wie nog meer genomineerd was. Ik scrol door een lijst met namen waaronder minister Stientje van Veldhoven, tv-tuinman Lodewijk Hoekstra en HEU…ik stond ook in de lijst van genomineerden!

66

1/2020

Ik zat me al voor te bereiden om een kritische noot te gaan kraken over het jeukwoord Greenfluencer. Dit lijkt namelijk erg veel op het woord influencer hetgeen voor mij een commerciële slet anno 2019 is. Maar oei ik moest nu mijn kritische noot inslikken want ik was zelf genomineerd als Greenfluencer 2019. Dit vanwege het werk wat ik gedaan heb met betrekking tot beheer van eikenprocessie­ rupsen. Over jeukwoorden gesproken… Ik heb toch zoveel mogelijk mensen proberen te bewegen om op mij te stemmen, die ijdelheid en het streven om dan ook maar hoog te eindigen heb ik wel. Zo kwam mijn familie in actie en als je weet dat ik uit een traditioneel katholiek gezin kom kun je meteen de conclusie trekken dat dit een groot sneeuwbal effect heeft. Mijn nominatie werd gepubliceerd op de lokale website inmill.nl, een plek waar we nog met zijn allen trots zijn op lokale mensen en in het dagblad De Gelderlander werd ik in een uitgebreid artikel neergezet als Mister Eikenprocessierups. Uiteindelijk is half januari Anja Kanters van Donker Groep tot Greenfluencer van 2019 benoemd. Een

mooie winnaar die heel gewaagd 75% van de aandelen van haar bedrijf heeft vrijgegeven voor haar personeel. Uiteindelijk ben ik op een noemenswaardige opvolgende plek terecht gekomen waarbij ik me in goed gezelschap bevind. Punt wat ik wil maken is de stem die we naar buiten brengen over het belang van bomen, of groen in zijn algemeenheid, veel meer buiten onze groene wereld moet landen. We zijn in onze sector erg goed aan elkaar te vertellen hoe belangrijk bomen zijn. Zo ook deze Greenfluencer verkiezing, hartstikke leuk maar de intentie om te vergroenen dient vooral gepresenteerd te worden aan de niet groenen die gaan inzien dat bomen knetterbelangrijk zijn. We hadden het als sector lange tijd tegen dat we naar buiten toe als een stelletje softe personen met een voorkeur voor zelf gebreide sokken werden neergezet. De argumenten die we hebben om voor bomen te pleiten zijn namelijk nogal week. Bomen zijn mooi, belangrijk, gezond en goed voor mensen. Zal best wel


COLUMN

De intentie om te vergroenen dient vooral gepresenteerd te worden aan de niet groenen die gaan inzien dat bomen knetterbelangrijk zijn maar van asfalt kan per vierkante meter vertelt worden wat die kost, wanneer die onderhoud behoeft en versleten is. En asfalt hebben we nodig want daarover komen we op onze plaats van bestemming. Hoe zit dat met bomen beste bomenknuffelaar? Ja daar stonden we dan met onze mond vol tanden. Maar er is hoop, in de afgelopen jaren hebben we een Amerikaans boomwaardering systeem in Nederland geïntroduceerd genaamd i-Tree. Een gratis online systeem waarmee we baten van bomen wetenschappelijk onderbouwd kunnen vaststellen. De baten van bomen noemen we ook wel ecosysteemdiensten en zijn eigenlijk de voordelen die we als maatschappij ervaren. Bomen vangen fijnstof af, vangen temperatuurpieken op, houden water vast en verdampen dit weer, produceren zuurstof, leggen CO2 vast, vormen een wezenlijke schakel in biodiversiteit, enzovoort. En ja, ze zijn ook nog eens mooi. Zonder bomen geen leven! Als projectleider ben ik nauw betrokken geweest om het Amerikaanse systeem te ‘vernederlandsen’ en 14 februari 2019 presenteerden we trots het rapport Baten van Bomen aan de burgemeester

van Utrecht, Jan van Zanen. Nu bijna een jaar later maak ik de balans op en merk ik dat er veel missiewerk is verricht en dat het systeem geweldig is om het belang van bomen getalsmatig te onderbouwen. Maar de boodschap is gecompliceerd en we vertellen die vooral aan groenmensen die allemaal braaf ja knikken hoe belangrijk het is. Onlangs nog heb ik een presentatie gehouden voor instituut voor natuureducatie IVN afdeling De Maasvallei, Cuijk en Maas en Niers, over de gevolgen van klimaatverandering op bomen. Ook daarbij komt i-Tree aan de orde omdat je daarmee kunt aantonen hoe belangrijk bomen zijn en vooral een goede kwaliteit en oude bomen het verschil maken. Maar dit verhaal heb ik ook verteld in Rusland en India, en ook daar stemt iedereen ermee in. Nu knikken mensen uit India sowieso overmatig met hun hoofd.

ingezien. Ik ben blij met Frans Timmermans die aangeeft dat we in de komende tien jaar 2 miljard bomen moeten planten in Europa als reactie op de klimaatproblematiek. Het is nu de tijd om ook druk van bovenaf uit te gaan oefenen en niet alleen maar voor eigen parochie te preken. We moeten nu bij de politiek zijn, zowel de lokale politiek als nationale politiek die het belang van bomen moet inzien. De politiek staat voor opgaves waar bomen onlosmakelijk met oplossingen aan bijdragen. CO2 vastleggen, piekbuien opvangen en water beschikbaar houden in tijden van droogte, temperatuur in de hoogstedelijke omgeving temperen, biodiversiteit herstellen, fijnstof vastleggen in vervuilde omgeving, leefbaarheid van onze samenleving vergroten. Alleen al de discussie die over stuks gaat en voorbij gaat aan de werkelijke baten zou ik samen met de politiek willen torpederen. Iedere politieke partij, welke kleur dan ook, die mij daarvoor wil inzetten daag ik uit contact op te nemen. Het voorstel van Frans Timmermans is prachtig maar als groene sector zullen we er nog hard aan moeten trekken dat de bomen ook werkelijk in een goede kwaliteit gerealiseerd worden. Het mag niet zo zijn dat het genoemde bedrag van 1.000 miljard opgesoupeerd wordt aan de energietransitie welke zich ook profileert als vergroening. Als het over vergroenen gaat hebben we het over bomen en kroon­ bedekking van de leefomgeving waarbij aantallen bomen niks zeggen maar alles draait om bladoppervlakte.

Ik denk dat het belangrijk is om de boodschap uit te blijven dragen dat bomen belangrijk zijn. Door presentaties voor gelijkgezinden neemt de beweging van onderaf toe, dit soort bewegingen zorgen er uiteindelijk voor dat ook van bovenaf het belang van bomen wordt

Maar er is hoop, in de afgelopen jaren hebben we een Amerikaans boomwaardering systeem in Nederland geïntroduceerd genaamd i-Tree

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32506/preken-vooreigen-parochie

www.boomzorg.nl

67


De problematiek van de eikenprocessierups is een recept met verschillende ingrediënten en vraagt een uitgekiende strategie. Biodiversiteit staat aan de basis. Dit geldt zowel voor de aanplant, als voor onderbegroeiing, alsmede voor het faciliteren van natuurlijke vijanden en vogels. Voor de totale aanpak is monitoren een belangrijk hulpmiddel en vormen bestrijden en ruimen het sluitstuk. Auteur: Wilma Windhorst

Epr Bestrijding met Nematoden Dieverbrug

Eikenprocessierups: geen kant en klare oplossing De eikenprocessierups komt al veel langer incidenteel voor in Nederland. Het insect heeft zich sinds 1991 blijvend in Nederland gevestigd en verspreidt zich sindsdien vanuit het zuiden gestaag over het hele land. In deze bijna dertig jaar wisselden perioden met veel meldingen en overlast en jaren van minder plaagdruk elkaar af. De plaagdruk van de eikenprocessierups was erg hoog in 2019. Dit was een gevolg van de warme en droge zomer van 2018, met ideale omstandigheden voor het overleven en de verspreiding van de vlinders en daardoor massale ei-afzetting. Door zomerstormen, begin juni en in augustus, waaiden veel oude en nieuwe nesten uit de bomen. De verspreiding van de brandharen zorgde vervolgens voor veel overlast voor mens en dier en leidde tot veel klachten over allergische reacties. En de rups had nieuwswaarde, getuige de verschillende media.

Monitoring Vanwege de gezondheidsklachten die de eikenprocessierups veroorzaakt, wordt het populatieverloop al langere tijd gevolgd. Biocontrole – in de persoon van Silvia Hellingman – en Henri Kuppen waren rond 2009 de initiators van systematische monitoring met behulp van feromoonvallen met lokstoffen. De aantallen vlinders in de vallen hebben een voorspellende waarde voor de te verwachten plaagdruk en overlast in de directe omgeving van de vallen. Op kwetsbare locaties, zoals in de buurt van scholen en verzorgingshuizen en in recreatiegebieden en -parken, evenals bij grote evenementen, zoals de Drentse fietsvierdaagse, is de monitoring vanwege het volksgezondheidsaspect vrij constant. Verwateren In jaren van beperkte overlast is er op minder

kritieke locaties de neiging om de monitoring te laten verwateren. De vestiging van de eikenprocessierups in heel Nederland en de overlast van 2019 bewegen gemeenten, instanties en bedrijven ertoe om de populatie van het plaaginsect nu opnieuw structureel te volgen. Door de omvang van de plaag zijn de afgelopen zomer uit veel nesten vlinders uitgevlogen. De monitoring wees uit dat er weliswaar minder vlinders waren dan in 2018, maar dat er in 2020 toch een forse plaagdruk wordt verwacht.’ Bestrijding Monitoring kan ook worden gebruikt voor beslissingen rondom de bestrijding van de eikenprocessierups. Op plaatsen waar veel vlinders in de vallen zijn aangetroffen en waar overlast voor het publiek wordt verwacht, wordt ingezet op bestrijding.


4 min. leestijd

SPECIAL EPR Brede aanpak EPR

Ruimen

Klimaat

Bestrijding Diversiteit bomen Monitoring

Vitaliteit bomen

Om te kunnen bestrijden, moeten eerst de eieren van de vlinders uitkomen. Hiervoor vindt monitoring van eipakketjes plaats in eikenprocessierups-stations bij hoveniersbedrijf Roel Timmerman in Dieverbrug en bij de Nationale Bomenbank in Mill. Zodra de verzamelde eipakketjes in eiken in deze gazen kooien uitkomen, kan, bij de juiste weersomstandigheden, de eerste bestrijding worden uitgevoerd. Bestrijdingsmethoden Door haar intensieve waarnemingen ontdekte Silvia Hellingman, destijds eigenaar van Biocontrole, in 2008 dat eikenprocessierupsen kunnen worden geparasiteerd door insectparasitaire aaltjes. Op basis van deze bevinding ontwikkelde zij een bestrijdingsmethode die vroeg in het seizoen kan worden ingezet. De aaltjes, die normaal gesproken in de grond leven, worden gemengd met een speciale draagstof en in eikenbomen gespoten. Omdat aaltjes gevoelig zijn voor uv-licht en uitdroging, wordt deze

Biodiversiteit omgeving toepassing in het donker uitgevoerd. De aaltjes parasiteren de rupsen, waarna deze na een aantal dagen doodgaan. Het gunstige van deze bestrijdingsmethode is dat hij vroeg in het seizoen kan plaatsvinden. In die periode is de kans kleiner dat er rupsen van andere en beschermde vlindersoorten voorkomen en ongewild ook worden gedood. Dat de toepassing geen nawerking heeft, is zowel een voor- als een nadeel: een voordeel als het gaat om schade aan andere insecten, een nadeel omdat de werking op de eikenprocessierups kort is en de toepassing en de heersende omstandigheden daardoor nauw luisteren. Omdat de aaltjes alleen insecten parasiteren, heeft de bestrijdingsmethode nauwelijks nadelen voor de omgeving. Daardoor is deze zeer geschikt om te worden toegepast in een woonomgeving.

‘Na jaren van beperkte overlast bestaat de neiging om de monitoring op minder kritieke locaties te laten verwateren’ Als de bomen in het blad lopen, kan ook gekozen worden voor bestrijding met een bacteriepreparaat. Dit middel wordt door vraat aan het blad opgenomen door de rupsen, die vervolgens doodgaan. Deze toepassing heeft een langere nawerking, wat gunstig is met het oog op de bestrijding. Daardoor, en vanwege de wat latere timing in het seizoen, zal het bacteriepreparaat echter ook meer effect hebben op andere rupsensoorten. Zowel nematoden als het bacteriepreparaat dienen te worden toegepast als de rupsen in het tweede en derde larvale stadium zijn en nog geen brandharen hebben. Ruimen Rupsen die niet bestreden zijn, vormen nesten. Deze zitten vol met de brandharen die de overlast veroorzaken. De nesten zijn afgelopen jaar massaal verwijderd om populatieopbouw en overlast te voorkomen. Door de storm van begin februari zijn op veel plaatsen oude, niet

www.boomzorg.nl

69


- Agro de Arend -

Bestrijdt effectief, duurzaam en veilig de eikenprocessierups! Eikenprocessierups Airbo zuiger

Eikenprocessierups Stihl zuiger

Effectieve oplossing voor het verwijderen van eikenprocessierupsen zonder gebruik van gif!

- Geen afvoer van grote boxen - Slechts 1 zuigbox nodig voor een heel seizoen - Losse zuigzakken - Alles los te verkrijgen - Zeer gebruiksvriendelijk

- Tweemotorige stofzuiger geschikt voor het verwijderen van de eikenprocessierups - Inclusief 3m Nuflex slang, carbon zuigbuis (1,80m), RVS gebogen schraapbuis en 10 filterzakken. - Maximale zuigkracht tot op 10 meter hoogte! - Veilig gesloten afzuigsysteem: geen contact met de processierups. - Complete, betaalbare set en direct leverbaar uit voorraad!

Altijd te gebruiken i.c.m. de juiste PBM’s (persoonlijke beschermingsmiddelen)

- 23 L en 40 L

Persoonlijke beschermingmiddelen - Beschermoverall (ook verkrijgbaar met ventilatie) - 3M Versaflo - 3M Premium hoofdkap - 3M M-406 helm - Solvex handschoenen

Eikenprocessierups lint

Glove connector

Lint voor het markeren van bomen tijdens inventarisatie van de eikenprocessierups.

De eenvoudige oplossing om handschoen op de overalls te bevestigen.

Biologische plaagbeheersing met Staygreen 2

Xentari

Soms gaat het openbaar groen gepaard met overlast. Zo brengen nesten van eikenprocessierupsen grote risico's met zich mee voor de volksgezondheid. Chemische bestrijding is niet altijd verantwoord en afzuigen is duur. Vaak bereiken we met biologische plaagbeheersing op de langere termijn meer. Met het StayGreen 2 creĂŤert u een natuurlijk evenwicht in de buurt van eikenbomen met eikenprocessierups haarden. De vegetatie biedt een ideale habitat voor sluipwespen, gaas- vlieglarven, roofwantsen, lieveheersbeestjes en op insecten afkomende kool- en pimpelmezen, allemaal natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups. Het zaaien van dit mengsel kan van maart t/m oktober.

Xentari heeft een brede werking tegen rupsen van vlinders en motten. Zo is het o.a. zeer effectief tegen de eikenprocessierups. Het middel bestaat uit

fijne korrels die gemengd dienen te worden met water. Door het vreten van

de bespoten plant delen verlammen de kaken van de rups en sterft deze uiteindelijk af.

+31 (0) 488 483275 / info@agrodearend.com

www.agrodearend.com


SPECIAL EPR

Eikenprocessiestation Dieverbrug

steeds zien we dat eikenlanen worden aangeplant die vervolgens na een paar jaar bijna compleet met rood-witte EPR-lintjes gemarkeerd zijn. Diversiteit in bomen en onderbegroeiing faciliteert een breed scala aan insecten, waar­ onder natuurlijke vijanden van de EPR. Deze insecten zullen de eikenprocessierups parasiteren of (in het geval van gaasvliegenlarven, lieveheersbeestjeslarven en sommige keversoorten, zoals de kleine poppenrover) de rups opeten. Ook zal een grotere insectenpopulatie leiden tot meer vogels en vleermuizen, die de rupsen en EPR-vlinders opeten.

Productietank van Enema 2019

Insectparasitaire nematoden Insectparasitaire nematoden worden al bijna veertig jaar gebruikt om bodeminsecten te bestrijden. De toepassing tegen de eiken­ processierups is van recenter datum en is door Silvia Hellingman geïnitieerd. Insectparasitaire aaltjes komen van nature in kleine hoeveelheden in de bodem voor. Daaruit zijn ze geïsoleerd om te worden ­vermeerderd. De productie van insectparasitaire nematoden is hoogwaardige biotechnologie en vindt onder andere plaats bij E-nema in Duitsland. In enorme roestvrijstalen tanks verwijderde nesten uit de bomen gewaaid. Wees hierop alert: ze zijn soms minder goed als zodanig te herkennen omdat ze niet meer intact zijn. De brandharen kunnen zich verspreid hebben in de omgeving; de verwachting is dat dat bij onderhoud en maaiwerkzaamheden tot overlast kan leiden. Het is belangrijk dat alle oude nesten verwijderd zijn op plaatsen waar in het voorjaar bestrijding

worden aaltjes onder speciale condities met betrekking tot temperatuur, zuurstofgehalte en dergelijke gemengd met water en voeding om ze te vermeerderen. Vervolgens worden ze in een draagstof geformuleerd en zo verpakt dat ze enkele weken houdbaar zijn. Daarna kunnen de nematoden worden opgelost in water en verspoten. Na toepassing ontstaat tijdelijk een verhoogd aantal in de grond. Als het aantal plaag­ insecten waarop de nematoden parasiteren, afneemt, evenals bij uitdroging, zakt de populatie nematoden weer terug naar de natuurlijke aantallen.

Het is een illusie om te denken dat nestkastjes ophangen of bloemen inzaaien het probleem op korte termijn oplost. De biodiversiteit is decennialang gestaag achteruitgegaan, dus het zal ook veel tijd kosten om haar weer naar een beter niveau te tillen. Maar de overlast van 2019 heeft wel gezorgd voor bewustwording van de noodzaak tot een bredere aanpak! Nader onderzoek We hebben aanwijzingen dat de veranderende klimaatomstandigheden niet alleen EPR faciliteren, maar ook de vitaliteit van bomen beïnvloeden; na een jaar zoals 2018 zouden ze vatbaarder zijn voor aantasting. Biocontrole gaat dit nader onderzoeken.

zal plaatsvinden, zodat ze niet door de luchtstroom uit de bomen worden geblazen. Biodiversiteit De eikenprocessierups is een blijver, dat mag duidelijk zijn. Een brede aanpak is nodig om tot beheersing van de plaag te komen. Al jaren houdt Henri Kuppen een pleidooi voor meer diversiteit in de aanplant, om te voor­komen dat een bomenlaan een EPR-snelweg wordt. Nog

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32482/eikenprocessierups-geen-kant-en-klare-oplossing.

www.boomzorg.nl

71


Fotocredit Rene Post

Goed bezochte studiedag eikenprocessierups bezorgt boombeheerder munitie ‘EPR-waarschuwingslint om bomen knopen is niet slim’

Vakblad Boomzorg was vorig jaar oktober aanwezig bij de studiedag eikenprocessierups in het Inspyrium te Cuijk, een dag georganiseerd door de Nationale Bomenbank in samenwerking met Terra Nostra en boomkwekerij Ebben. De studiedag was uitsluitend toegankelijk voor

Mister EPR, Henry Kuppen – zich bewust van zijn bijnaam – opent de dag met de woorden: ‘Sommige mensen krijgen al jeuk als ze me zien.’ Maar algauw zijn de grapjes voorbij, want de zomer van 2019 was alles behalve grappig. Kuppen: ‘We hebben nog nooit zo’n seizoen gezien; het is idioot. Er komt nu veel informatie los rondom de eikenprocessierups en wij willen beheerders munitie geven.’

boombeheerders en andere gemeentelijke groenmedewerkers. Het was een informatieve dag, boordevol lezingen en kennissessies om beheerders van munitie te voorzien in de strijd tegen de jeukrups. In verband met deze studiedag verscheen zelfs een speciale EPR-editie van Boomzorg. Auteur: Willemijn van Iersel

Rupsenweetjes Kuppen gaat door met wat wetenswaardig­ heden over de eikenprocessierups en de bestrijding ervan. Zo is bij het gebruik van nematoden gemiddeld een afname van 65 procent merkbaar na twee behandelingen. Verder is voor het gebruik van Xentari een bladontwikkeling van meer dan 40 procent nodig en is de gemiddelde afname na een behandeling hiermee zo’n 90 procent. Daarnaast moet je niet de vergissing maken om te denken dat de rupsen vanzelf doodgaan als de eiken pas laat blad krijgen; de ‘rotzakken’ zitten gewoon in de knoppen te eten. Vanaf larvaal stadium 4 is spuiten geen optie meer. Vanaf dat moment zijn de brandharen actief. Door te spuiten zorg je voor luchtdrukverplaatsing, waardoor brandharen juist ver-

72

1/2020

spreid kunnen worden, wat de overlast alleen maar zou doen toenemen. Verder is het branden van rupsen en nesten volgens Kuppen ook een zeer slecht idee. Hij verwijst hierbij naar de inmiddels beroemde Attie uit Enschede die met haar verfbrander de rups te lijf ging onder het mom van recht op zelfbescherming. Verder heeft wind uiteraard invloed op de overlast. Zo onthulden de recente stormen Ciara en Dennis ook weer diverse oude eikenprocessierupsennesten, die een gevaar opleverden voor onder andere huisdieren en groen­ medewerkers. Kuppen benadrukt dat de eikenprocessierups echt een duidelijke voorkeur voor eiken heeft. De rups is weleens te vinden op een andere boomsoort, maar zal zijn eipakket nooit afzetten op een ander boomgeslacht dan eik. Onrustige rupsen Het is opmerkelijk dat de eikenprocessierups de laatste twee jaren ander gedrag vertoont dan we van hem gewend zijn. Zo zijn de rupsen in stadium L4 veel onrustiger. Ze lopen over de bomen en maken grondnesten. Naar dit gedrag wordt momenteel onderzoek gedaan door het kenniscentrum eikenprocessierups, maar het ontbreekt aan structurele middelen om dit uit-


6 min. leestijd

SPECIAL EPR voerig te kunnen opnemen. Kuppen vraagt de zaal of de overlast is verergerd door de excessieve media-aandacht. De meningen in de zaal verschillen. Zo meent iemand dat de media-aandacht ook zorgt voor kansen, extra budget en waardering voor het werk van boombeheerders. Iemand anders meent dat de media-aandacht de overlast zeker heeft vergroot: ‘Ieder bultje, het geringste beetje jeuk is direct de schuld van de eikenprocessierups.’ Volgens Kuppen ligt het niet aan de media. ‘Alle cijfers laten zien dat de plaagdruk in 2019 ook werkelijk hoger lag. Je kunt de media niet van alles de schuld geven.’ Heilige graal Kuppen daagt de mensen in de zaal uit om kritisch naar hun eigen bomenbestand te kijken en dit waar mogelijk passief en actief om te vormen. Dat kan namelijk ook zeer verlichtend werken voor de plaagdruk. Kuppen sluit af met de opmerking: ‘Als u hier bent om de heilige graal tegen de eikenprocessierups te vinden, moet ik u teleurstellen; die zult u hier niet vinden. Er is een complex aan maatregelen nodig. Helaas zijn wij opgevoed met effecten op de korte termijn, zoals spuiten en zuigen. We moeten overstappen op langetermijndenken; daar liggen nog veel kansen. Dan kunnen we weer veilig gebruikmaken van de openbare ruimte. Want,’ zo zegt Kuppen, ‘zelfs strontvliegen prederen op de eikenprocessierups.’ Goede communicatie is pleister op de wonde Na Henry Kuppen komt Marije Wesselius, beleidsadviseur groen van de gemeente Ede, aan het woord. Zij bespreekt het belang van goede communicatie met bewoners rondom de eikenprocessierups. Als bewoners zich niet gehoord voelen, kan dit de overlast gevoels-

matig verergeren; de frustratie neemt snel toe en het begrip alleen maar af. In Ede zijn in 2019 enkele pijnpunten waargenomen. Zo duurde het veel te lang voordat een melding van een bewoner zichtbaar was op de EPR-kaart. Dit kwam door de vele schakels die ertussen zaten, maar voor bewoners leek het alsof er niets mee werd gedaan. Intussen werd de melding van persoon op persoon doorgegeven. Burgers belden dan meerdere malen terug, steeds geërgerder, met het gevoel dat niemand naar hen luisterde. Verder vertelt Wesselius dat Ede niet meer spuit met Xentari, maar vernevelt met een biologisch bestrijdingsmiddel, omdat dit een positievere indruk maakt op bewoners.

valt met de deur in huis: ‘EPR-meldingen zeggen niet per se iets over data, maar meer over gezeik. Gebruik dus je data; anticipeer daarop en ga niet alleen af op meldingen.’ Verder raden de heren van de Nationale Bomenbank af om EPR-lint om bomen te knopen. In plaats daarvan moet je met een punaise een stuk lint in de boom duwen. Op deze manier komen de medewerkers die de linten ophangen zo min mogelijk met de boom in aanraking. Roos: ‘Ik heb meerdere malen gezien dat een groenmedewerker in een T-shirtje met korte mouwen rustig een hele eikenlaan af gaat met lint. Hij knuffelt letterlijk iedere boom. Dat is toch niet uit te leggen?’

Geïntegreerd management EPR-beheerplan Het plenaire deel wordt vervolgd met een lezing van Gijs-Jan Roos en Jeroen Hendriks van de Nationale Bomenbank over het geïntegreerd managen van de eikenprocessierups. Een rups geïntegreerd managen, hoe werkt dat precies? De Nationale Bomenbank heeft hiervoor een systeem, waarmee het bedrijf zelfs garantie geeft op het beheerplan. Roos

Hierop komt vanuit de zaal een vraag van Ronald Loch, boombeheerder bij de gemeente Rotterdam. ‘Hoe stoppen we de EPR-cowboys en -girls? Ik heb het afgelopen jaar ploegen op non-actief moeten zetten.’ Tot slot komt in het plenaire gedeelte Gertjan Dieters van de gemeente Westerveld aan het woord, de gemeente van het succesverhaal

‘Veel mediaaandacht is niet alleen negatief. Je kunt het ook in je voordeel gebruiken’ Peter van Riel

Gemeente Zoetermeer

‘Wij spuiten niet meer met Xentari, maar vernevelen met een biologisch bestrijdings­ middel’ www.boomzorg.nl

73


'Wij gebruiken telefoondata om prioriteit te geven aan bepaalde gebieden. Waar veel activiteit is, komen veel mensen. Ook gebruiken wij de kaart van de strooiroutes. Verder zetten we soms gewoon gebieden af en manen mensen tot geduld.Kinderdagverblijven roepen vaak het hardst, maar ook zij moeten bij ons achter aansluiten'

Ronald Loch

Gemeente Rotterdam

van Wapserveen. Hier vond vanaf 2016 een pilot plaats om de plaagdruk van de eikenprocessierups te verminderen. Dat gebeurde door natuurlijke vijanden te stimuleren en te vermeerderen door vergroting van de biodiversiteit. Het verslag van deze pilot laat een verbluffende reductie zien in slechts twee jaar tijd. Dieters schat dat het hele project zo’n 10.000 euro heeft gekost. Het draaibroek hiervan is voor iedereen in te zien via de website van Boomzorg en van de gemeente. Het succes had ook een keerzijde. Dieters kreeg ook boze telefoontjes van burgers die zeiden: ‘Ik zie op RTL dat de EPR-bestrijding hier zo succesvol is, maar mijn zoon zit helemaal onder de bulten!’ Dit verhaal bewijst dat de plaagdruk sterk verminderd kan worden, maar de overlast blijft. Feromoonvallen Wetenschappelijk medewerker Wendy Batenburg van Terra Nostra geeft uitleg over de beleidskaders en de inzet van feromoonvallen. Ze geeft hierbij aan dat iedere organisatie zijn eigen contactpersoon en coördinator voor de eikenprocessierups moet benoemen; deze personen zijn de spil in een organisatie. Daarbij

74

1/2020

pleit ze voor eenduidige registratie van de eikenprocessierups, zodat verkregen data ook gebruikt kunnen worden voor de analyse van spuitresultaten en plaagdrukopbouw. Met het feromoonvallenonderzoek wordt extra informatie verkregen, ook uit gebieden die niet bij de boomeigenaar in beheer zijn. Zeker bij langjarig gebruik van de vallen kunnen hiermee trends worden vastgesteld. Hierbij maakt Batenburg de nuancering dat feromoonvalvangsten geen een-op-eenvertaling van de plaagdruk zijn. Er zijn ook andere invloeden, zoals bestrijding en de mogelijkheid van een diapauze. Batenburg geeft inzicht in het geïntegreerd managen van de eikenprocessierups. Op basis van de werkelijke plaagdruk en de potentie tot verspreiding worden voorspellingen voor het volgende seizoen gedaan. In relatie tot het overlastrisico conform de risicozonering vanuit de leidraad, worden vooraf specifieke maatregelen vastgelegd. Daarbij moet men zich bewust zijn van de verantwoordelijkheid voor ongewenste effecten op andere organismen dan de eikenprocessierups. De voorgestelde maatregelen variëren van preventief spuiten met BT’s of nematoden tot curatief verwijderen van nesten

of alleen maar informeren. Het vastleggen van alle verkregen inspectiedata vormt het hart van geïntegreerd management. Daarbij wordt het opzetten van duurzame maatregelen, zoals het stimuleren van natuurlijke vijanden, gezien als een uitermate geschikt middel voor burgerparticipatie. Informatiemarkt Verder is er op de studiedag nog een informatiemarkt, waar diverse bedrijven ideeën mogen pitchen. Een daarvan is JUB Holland met zijn speciale bloembollenassortiment voor de eikenprocessierups. Dit is een mengsel dat is verfijnd na vier jaar monitoren door onder andere Sylvia Hellingman. Je kunt tegenwoordig niet alleen een mengsel kopen bij een bollenbedrijf, maar zelfs een heel ‘beeld’, door middel van het concept Bonte Berm. In dit concept worden de krachten van een-, twee- en meerjarige inheemse zadenmengsels gebundeld in een op maat samengesteld bloembollenmengsel. Poel Bosbouw staat op de informatiemarkt met een zeer belangrijke taak: voorlichting over hoe we onze bestrijders zo goed mogelijk kunnen beschermen, want jezelf bescher-


SPECIAL EPR men tegen onzichtbare brandharen is lastig. Daarnaast geeft Bayer voorlichting over Xentari: op welke niet-doelorganismen zijn effecten te verwachten? Terra Nostra laat een digitaal monitoring- en beheersysteem voor EPR zien, en ook de Vlinderstichting is van de partij om te wijzen op de schadelijke effecten op de vlinderstand. Daarnaast is er op de informatiemarkt nog voorlichting van enkele andere bedrijven die gelinkt zijn aan de eikenprocessierups.

Fotocredit Rene Post

Rondleiding over kwekerij Synchroon aan de informatiemarkt neemt Toon Ebben de bezoekers van de studiedag mee in zijn befaamde Amerikaanse schoolbus voor een rit over de kwekerij. In de strijd tegen de eikenprocessierups is het volgens de bijgewerkte leidraad eikenprocessierups van belang om het monotone eikenbestand van veel Nederlandse gemeentes om te vormen. Het is raadzaam om te kiezen voor de 10-20- 30-diversiteitsrichtlijn van Santamour (Santamour 1990): maximaal 10 procent van het totale bomenbestand mag van dezelfde soort zijn, maximaal 20 procent mag van hetzelfde geslacht zijn, maximaal 30 procent mag van dezelfde familie zijn (zie hoofdstuk 4, update leidraad 2019). Maar omvormen naar wat? Ebben laat tijdens zijn rondrit zien dat er voldoende keus is uit diverse soorten. De heilige graal werd ook deze dag niet gevonden. Er werd wel een goed gevulde wapenkast opengetrokken, waardoor je als boombeheerder dit jaar zeker niet munitieloos de strijd hoeft aan te gaan tegen de eikenprocessierups. Ronald Loch van de gemeente Rotterdam: ‘Wij gebruiken telefoondata om prioriteit te geven aan bepaalde gebieden. Waar veel activiteit is, komen veel mensen. Ook gebruiken wij de kaart van de strooiroutes. Verder zetten we soms gewoon gebieden af en manen mensen tot geduld. Kinderdagverblijven roepen vaak het hardst, maar ook zij moeten bij ons achter aansluiten. Marije Wesselius

Jolanda Wijsmuller

‘EPR-meldingen zeggen niet per se iets over data, maar meer over gezeik’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32522/goed-bezochte-studiedag-eikenprocessierups-bezorgtboombeheerder-munitie

www.boomzorg.nl

75


Hemos-stobbenfrees

‘Zelfrijdend’ en ‘beperkte rijbreedte’ zijn sleutelwoorden bij Hemos Directeur Mosterman: ‘Wij willen onderscheidend blijven en hechten aan langetermijnrelaties’ Nederlandse ingenieurs worden wereldwijd ingevlogen om water te bedwingen. Net zo vooruitstrevend op het gebied van waterbeheer zijn de sloot- en bermmachines die Foppe Mosterman met zijn Hemos-team bedenkt en maakt. Mosterman brengt de stobbenfrees, bermschaaf en slootreiniger voor het voetlicht. Auteur: Karlijn Santi Raats

Bij de klimaatverandering is het beheer van water – de afvoer en het bufferen – een van de speerpunten. Open en schone sloten en watergangen zijn van groot belang in ons waterbeheer, maar ook goed dijkbeheer en bermbeheer. Bermbeheer bevordert de waterafvoer van de weg naar de berm tijdens piekbuien, in verband met de verkeersveiligheid. Hemos is specialist op al deze vlakken en is bezig met het innoveren van zijn sloot- en bermmachines. Die innovatiedrang is directeur-eigenaar Mosterman met de paplepel ingegoten. Drie generaties machines en techniek Het Meppelse familiebedrijf Hemos bestaat sinds 1957. In dat jaar begon Henk Mosterman

76

1/2020

in Meppel met de productie van melkmachines, die hij landelijk verkocht. Tussen 1960 en 1970 specialiseerde hij zich in mesttanken en vanaf 1970 legde hij zich toe op sloot- en bermmachines. Zijn zoon Foppe, die een eigen bedrijf in zelfrijdende machines had (betondumpers en trikes voor mesttanken), nam het bedrijf in 1991 van zijn vader over en ging verder met diens activiteiten. Inmiddels wordt Hemos door Foppe Mosterman samen met zijn zoon Pascal gerund. Machinebesturing Alle Hemos-machines zijn canbus-gestuurd door middel van een touchscreen, controllers en sensoren, waarmee alle machinefuncties

worden bediend een aangestuurd. Voorheen kocht Hemos deze kennis in, maar tegenwoordig zorgt het bedrijf zelf voor de toepassing van alle software. ‘Een paar jaar geleden zijn we ons gaan verdiepen in besturingssoftware, want we willen niet afhankelijk zijn van derden en zelf vrij kunnen pionieren’, zegt Mosterman daarover. ‘Parker IQAN bleek een heel uitgebreid programma te hebben voor de aansturing van ventielen, pompen en motoren.’ Zelfrijders De nieuwste ontwikkelingen bij Hemos zijn onder andere de zelfrijdende bermschaaf en de zelfrijdende slootreiniger. Deze weg kon worden ingeslagen dankzij de gecombineerde ken-


ADVERTORIAL nis van vader Henk, zoon Foppe en kleinzoon Pascal. Mosterman: ‘Als er wielen onder zitten en het rijdt, is een toepassing altijd leuker. Het is ook een verfrissende invalshoek om een zelfrijder te bouwen: je bouwt het voertuig naar het werktuig. Als je een giek of ander werktuig aan een trekker of vrachtwagen bouwt, is het andersom; dan bouw je het werktuig naar het voertuig.’ YouTube Hemos-machines zijn inzetbaar op moeilijk begaanbare en bereikbare plaatsen langs de waterkant en de snelweg. Dat is goed te zien op de spectaculaire filmpjes die door Hemosgebruikers op YouTube worden geplaatst. Alhoewel Hemos geen tot nauwelijks reclame maakt, geen buitendienst heeft en zelden op beurzen staat, gaan de machinefilmpjes op YouTube soms ineens viral. ‘Dan krijgen we plotsklaps aanvragen uit bijvoorbeeld North Carolina’, grinnikt Mosterman. ‘We hebben geen dealernetwerk in Amerika. Ik heb geen intenties om daar te vermarkten, maar we verzenden de bestelde werktuigen en machines netjes naar de koper en verlenen telefonische support. Ik zal er echter niet snel heen vliegen.’ Niche Hoewel Mosterman de oceaan liever niet oversteekt en ook geen behoefte heeft om zijn niche te verbreden, is er een vaste groep in Europa, Noord-Amerika, Australië en NieuwZeeland die de Hemos-machines telkens weer weet te vinden. Deze klanten snappen waar het prijsverschil ten opzichte van doorsnee bermen slootmachines vandaan komt; zij gaan voor de innovatie, het comfort, de veiligheid en de kwaliteit. Mosterman: ‘Een Hemos-machine is met zijn dubbele capaciteit ook dubbel zo duur als een doorsnee Italiaanse machine, maar ik wil kwalitatief onderscheidend blijven. Ook hecht ik vooral aan langetermijnrelaties, dat klanten na tien jaar een Hemos-machine moeten vervangen en weer bij me terugkomen.’ Stobbenfrees Aan een maaiarm met klepelmaaier voor het maaien van bermen en sloten kan natuurlijk ook een stobbenfreeskop gemonteerd worden. Zo rolde Hemos in de bosbouw. Eind jaren tachtig bracht het familiebedrijf de Hemosstobbenfrezen op de markt. Deze stobbenfrezen zijn hydraulisch gezien de zwaarste van heel Europa. In een paar minuten tijd laten de frezen een mansdikke stobbe

in het niets verdwijnen. Hemos is dan ook marktleider op het gebied van hydraulische machines. De stobbenfrezen worden aan graafmachines of landbouwtractoren gekoppeld. Mosterman vertelt welke ontwikkelingen er momenteel spelen: ‘In opdracht van het Duitse boomverzorgingsbedrijf Böcker werken we aan een stobbenfrees op een MAN-vrachtwagen. Deze stobbenfrees op de ruim 400 pk sterke MAN krijgt een vierdelige giek met een bereik van 10 m. De grote draaikrans van de giek komt achter op het chassis van de MAN, waardoor ook dicht bij de cabine gewerkt kan worden aan beide zijden. Het zwenkbereik van de giek wordt meer dan 300˚. Net als bij alle andere Hemos-zwenkgieken van de laatste generatie is het zwenkwerk afgedicht. De bediening is radiografisch en werkdrukafhankelijk.’ Günther Böcker, de eigenaar van het boomverzorgingsbedrijf, vertelt: ‘Wij hebben stobbenfrezen van verschillende merken; daar is niets mis mee. Maar de Duitse verzekeringsmaatschappijen verplichten ons om zonder bescherming en afzetting een afstand van 8 tot 10 m tot de wortels aan te houden. Het bereik van zo’n freesgiek moet dus groot zijn. Wij zijn in april of mei om de tafel gegaan met Foppe Mosterman van Hemos. We waren direct overtuigd van zijn kunnen op technisch gebied. We hoefden niet verder te overleggen, want Mosterman legde zijn plannen kristalhelder uit. Uiterlijk begin maart is de stobbenfrees gereed.’ Ook voor het Duitse boomverzorgingsbedrijf Enbergs uit Bottrop werkt Hemos aan een zelfrijdende machine met een giek en draaibare cabine. ‘Dit bedrijf werkt al decennialang met Hemos-frezen. Ze hebben er een op een MANvrachtwagen, een in de driepunthefinrichting en een aan een heel lange giek van een kraan’, zegt Mosterman. ‘We gaan iets moois voor ze maken. Hemos-voertuigen onderscheiden zich door de draaibare cabine. De zelfrijdende stobbenfrees krijgt dan ook een roterende cabine. We voeren dit type uit met een 430 pk sterke MX11 Daf-motor achter op het voertuig. Doordat de motor achterop zit en de giek rechts voorop, is het gewicht beter verdeeld.’ Mathias Hemming, werkzaam bij Enbergs: ‘We hebben meerdere stobbenfrezen, maar we willen inzetten op tijdsbesparing en betere werkomstandigheden voor onze medewerkers. Normaal gesproken moeten we de stobbenfrees vervoeren in een laadbak. Het kost veel tijd om hem uit te laden en te installeren op

de juiste plaats en weer in te laden na de klus. Bovendien moet de bestuurder telkens wisselen van de voertuigstoel naar de stobbenfrees. We hebben ook een stobbenfrees op een MANvrachtwagen, maar daarbij moet de bestuurder telkens uitstappen om goed zicht te hebben. Bij de zelfrijdende stobbenfrees hoeft de bestuurder de cabine niet meer uit. Dat is wel zo prettig bij regen of kou. Hij heeft direct goed zicht op het werk omdat de cabine roteert. Een tevreden medewerker levert het beste werk af, en met de zelfrijdende stobbenfrees gaat het ook nog eens sneller. Het is een grote machine, maar liever één grote machine dan twee losse machines die op zich ook al flink zijn. Soms staat er een extra vrachtwagen bij die het langskomende verkeer beschermt tegen rondvliegend gefreesd materiaal. Ook als we grond uitwisselen na het stobbenfrezen, staat er een extra vrachtwagen bij. Dan is het dus vol op de weg. Met de zelfrijdende stobbenfrees nemen we minder ruimte in en veroorzaken we minder hinder voor het verkeer en de hulpdiensten.’ Waarschijnlijk is de zelfrijdende stobbenfrees in juni of juli klaar, maar Enbergs houdt een slag om de arm: ‘We calculeren in dat het langer kan duren, maar dat is niet erg. We kennen de kwaliteit van de Hemos-machines. Het is de moeite waard om iets langer te wachten.’ Technische eigenschappen De zelfrijdende stobbenfrees haalt een transportsnelheid van 80 km per uur en heeft volgens Mosterman een zeer grote trekkracht op ruw terrein. Hij geeft een technische uitweiding: ‘Dit ontstaat door de rij-overbrenging van een tweetraps-varioversnellingsbak aan de Dafmotor naar een tweetraps-tussenbak met sperdifferentieel, die de voor- en achteras aandrijft.’ Tijdens de werkgang is er besturing op alle vier wielen, tijdens het transport sturen alleen de voorwielen. ‘Deze besturing heeft een mechanische overbrenging met bekrachtiging, in verband met goedkeuring voor het snelverkeer. Voor deze keuring werken we samen met Veldhuizen Wagenbouw.’ Het wendbare, snelle voertuig is volgens Mosterman ook geschikt voor andere toepassingen, zoals maaien en afzuigen, en eventueel voor een houtversnipperaar. Bermschaaf Sinds de jaren zeventig produceert Hemos bermschaven, waarmee de grond van de wegberm wordt afgefreesd en in één werkgang

www.boomzorg.nl

77


Vacature: European Tree Worker Werk je graag buiten, heb je geen hoogtevrees en kan je bomen ‘lezen’? Dan zit je bij ons goed! Wij zijn op zoek naar een European Tree Worker (ETW) die ons team versterkt. Binnen het werkgebied van JvESCH dragen wij zorg voor meer dan 50.000 bomen. Deze zorg voeren wij uit met een enthousiast team van ETW’ers en een modern machinepark. Als European Tree Worker ben je onderdeel van een hecht team dat zich dagelijks bezighoudt met alle voorkomende specialistische boomverzorgings- en rooiwerkzaamheden. Meer weten of direct solliciteren? Kijk voor de gehele vacature op jvesch.nl/werken-bij

KAN JIJ BOMEN ‘LEZEN’?

JVESCH.NL/WERKEN-BIJ

SOLLICITEER NU

OPTIMALE BEWATERING EN VERANKERING Samen met de RootBarrier® Gietrand vormen onderstaande producten hét totaalpakket voor het plantseizoen. De RootBarrier® Arbretio® is een houten boomplantwig, die de aanslag van de bomen en de stabiliteit aanmerkelijk bevordert en is 100% biologisch afbreekbaar. RootBarrier® Watertapes is een 100% biologisch afbreekbare tape op basis van jute, die zorgt voor optimale en langdurige bevochtiging van de bodem. 1. Installatie

2. Ontwikkeling

3. 100% biologisch afbreekbaar

ROOTBARRIER® ARBRETIO®

ROOTBARRIER® WATERTAPES

KING RootBarrier

T +31 (0) 320 215 805

sales@rootbarrier.nl

kingrootbarrier.com


ADVERTORIAL In 2019 won Hemos samen met Veldhuizen de Publieksprijs op de vakbeurs Groentechniek Holland voor de Luctor 332, een zelfrijdend snelverkeermaaivoertuig. De combinatie met twee maaiarmen heeft een werkbreedte van slechts 1,74 m. Hierdoor kunnen snelwegbermen vanaf de vluchtstrook gemaaid worden, terwijl er meer dan 1,10 meter van de rechterrijbaan vrij blijft. Hierdoor hoeft de wegbeheerder geen rijstrook af te kruisen.

Hemos-slootreiniger

voor goed waterbeheer. De Hemos-bermschaaf is al zeer onderscheidend, maar de slootreiniger is écht een typisch Hemos-product. ‘Als het gaat om bepaalde types slootreiniger hebben we internationaal geen enkele concurrentie’, vertelt Mosterman. Dat geldt bijvoorbeeld voor vijzelslootreinigers en werpradslootreinigers, die de sloot schoonfrezen en het gefreesde materiaal over het land spuiten. ‘Ze weten ons hiervoor vanuit de hele wereld te vinden. We hebben deze types al verkocht in Soedan, Wit-Rusland, Hongarije en Duitsland en zijn in gesprek met een potentiële klant in Sint-Petersburg.’

Hemos-bermschaaf

wordt opgeladen. De uitvoering die aan een landbouwtrekker wordt gekoppeld, wordt door Hemos het meest geëxporteerd. ‘De bermschaven dragen duidelijk onze signatuur’, vertelt Mosterman. ‘Ze onderscheiden zich van de rest. Onze klanten zitten in Europa, de Verenigde Staten, Australië en Nieuw-Zeeland.’ De freeskop bestaat uit een vooroverdraaiend werprad met verwisselbare hardmetalen beitels. Hiermee wordt de eerste 30 cm grond direct naast de weg afgefreesd en meteen op de transportband geladen. Naast dit werprad kan naar keuze een ploegmes, een vijzel of horizontale freeswielen worden gemonteerd, waarmee de rest van de berm wordt afgefreesd met een variabele werkbreedte. Aan het uiteinde van de transportband zit een extra draaibaar transportbandje. Daarmee kan het afgefreesde materiaal worden afgevoerd naar een kiepwagen of terug naast de berm. De achterzijde van de combinatie bevat een hydraulische veger die de weg schoonhoudt. Bij de trekkeraanbouw-bermschaaf zit de frees naast de trekker. De transportband waarop het schaafsel wordt geladen, steekt voor de trekker uit. ‘Vooral in Europa geeft dit transportproblemen’, verklaart Mosterman. ‘De combinatie wordt te breed en de transportband steekt te

ver vooruit.’ In opdracht van groenaannemer Rabus uit het Beierse Ettenstatt werkt Hemos nu aan een nieuwe uitvoering. Mosterman vertelt: ‘Wanneer de trekkeraanbouw-bermschaaf wordt klaargemaakt voor transport, zorgen we ervoor dat de bestuurder de freeskop zowel omhoog als naar achteren en naar binnen kan positioneren. De transportband, die aan de freeskop zit, wordt in deze beweging meegetrokken naar achteren en omhoog. Tijdens het transport ligt hij dus mooi weggewerkt boven de cabine.’ De concurrentie zit niet stil; daarvan is Hemos zich altijd bewust. ‘Een klepelmaaier of kraan kun je overal op maken; dat heeft internationaal gezien geen meerwaarde’, zegt Mosterman. ‘Met de bermschaaf en slootreiniger zijn we exclusiever. Maar omdat we ook hiermee voorop willen blijven lopen, produceert Hemos nu een zelfrijdende bermschaaf met een draaibare en uitschuifbare cabine. Hierdoor heeft de bestuurder een perfect zicht op het werk vanuit de cabine. Ook de gewichtsverdeling is beter.’ Slootreiniger De actueelste en relevantste markt van het moment is wellicht die van de slootreinigers. Of het nu gaat om irrigatie in Soedan of om drainage in het westen, slootreiniging is essentieel

Aan loonbedrijf Verburg bij Nieuwerbrug verkocht Hemos een slootreiniger met werprad via landbouwmechanisatiebedrijf De Bruin in Bodegraven. Hemos maakte hiervoor een getrokken uitvoering met een gestuurde, uitschuifbare as met grote wielen eronder: meer dan 1 m breed en bijna 2 m hoog. Mosterman: ‘Loonbedrijf Verburg zit in de polder en in veenland. Daar moet je niet te zware machines achter de trekker hangen, want dan zakken ze weg. De grote wielen onder de slootreiniger zorgen voor minder bodemdruk.’ De zelfrijdende slootreiniger heeft ook een draaibare cabine, zodat de bestuurder altijd optimaal zicht op het werk heeft en ergonomisch verantwoord zit.

www.hemos.nl

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32504/zelfrijdenden-beperkte-rijbreedte-zijn-sleutelwoordenbij-hemos

www.boomzorg.nl

79


Josephine Hedger met de nieuwe accu zaag in actie

Met deze accukettingzaag hebben hoveniers geen benzineaangedreven zaag meer nodig Husqvarna introduceert T540i XP en 540i XP als dominant alternatief in het 40 cc-klassement Een vast onderdeel in de bus van iedere groenvoorziener of hovenier: een motorkettingzaag van 40 tot 50 cc. Met dit soort machines is bijna iedere groenklus te klaren, behalve misschien een extreem zware velling. Husqvarna claimt op een internationale persmeeting in de Zweedse stad Huskvarna dat dit domein voortaan is voorbehouden aan de accu. Hieronder onze eerste impressie van de getoonde top handle en rear handle en een nieuwe extra dunne ketting, die geknipt is voor dit soort zagen. Auteur: Hein van Iersel

80

1/2020

Beide zagen worden toegevoegd aan de range, die verder bestaat uit de 535i XP en de T535i XP, twee machines die in 2012 door het Zweedse concern op de markt zijn gebracht en veel hebben betekend voor de accuficering van vooral het vak van klimmers en urban foresters. In een gebruikerstest die vakblad Boomzorg in 2012 publiceerde, komt deze machine als de grote favoriet naar voren. En dat in een tijd dat een accu-aangedreven kettingzaag nog als een rare afwijking werd gezien. Deze petrolhead mentality is overigens nog steeds niet uitgebannen. Accumachines winnen in de professionele sector veel trager aan populariteit dan je op basis van de voordelen zou mogen verwachten. En het is duidelijk dat Husqvarna vooralsnog geen absolute accudominantie verwacht; anders zou de accu 540iXP wel als standalone machine worden uitgebracht, dus zonder dat er een benzine-aangedreven broertje op de markt is.

H-team Een belangrijk onderdeel van de presentatie in Huskvarna op 5 en 6 februari waren de ervaringen van het zogenaamde H-team, een internationale club van ongeveer twintig boomspecialisten, onder wie de Nederlander Eric de Groot van EDG Boomverzorging en de Vlaamse boomverzorger Peter Vergote. Deze twintig gebruikers zijn niet in dienst van Husqvarna, maar hebben de nieuwe machines gedurende ongeveer een half jaar zeer intensief getest. Zij waren tijdens de persbijeenkomst dan ook de belangrijkste troef om de ongeveer vijftig kritische journalisten om te toveren in believers. Josephine Hedger is arborist in het Zuid-Engelse New Forest. Zij vertelde de aanwezige journalisten waar een goede klimzaag aan moet voldoen: hij vooral moet licht van gewicht zijn, krachtig en makkelijk te manoeuvreren. De T535i XP zou perfect aan deze eisen


3 min. leestijd

ACHTERGROND

Husqvarna T540 i XP Top handle accu zaag zou 30 % meer vermogen hebben dan de T535iX

Het verschil in productie tussen de oude en nieuwe ketting. Links en rechts de opbrengst van een volle accu

‘Alles wat de zware job van klimmers lichter kan maken, is meegenomen. Misschien helpt dit om te voorkomen dat klimmers al op hun dertigste afscheid moeten nemen van het vak’

voldoen. Deze klimzaag is 400 gram lichter dan zijn volledig vol getankte tegenvoeter op benzine, en volgens Hedger kunnen met de nieuwe zaag nu ook takken van 20 centimeter of meer gesnoeid worden, in tegenstelling tot de oude klimzaag. Ook de inzetbaarheid zou dik in orde zijn. Hedger, die een eigen boomverzorgingsbedrijf met tien medewerkers heeft, gebruikt voor een volledige dag werken eigenlijk nooit meer dan twee accu’s. Alleen op extreem drukke dagen wordt een derde accu aangesproken.

Proof of the pudding Zonder de ervaringen van deze professionals te bagatelliseren, ben ik zelf redelijk snel overtuigd door een simpele praktijkproef. The proof of the pudding is in the eating, oftewel: wie zaagt het snelste een schijf van een circa 30 centimeter dikke boomstam af? De rear handle 540iXP met de maximale bladlengte van 40 centimeter wint met afstand. Natuurlijk zal een benzinemachine wat aan kracht winnen naarmate de motor warm draait, maar evengoed is dit zeer overtuigend.

Husqvarna gebruikt het moment van de introductie van zijn nieuwe accuzagen ook om een nieuwe ketting te introduceren: de SP 21 G X-Cut. De complete uitleg van de typeaanduiding ben ik even kwijt, maar de P slaat op ‘pixel’. Zo smal is de ketting niet, maar het belangrijkste verschil met zijn voorganger is wel de dikte van de ketting. Hoe dunner een ketting, hoe soepeler hij door het hout snijdt en hoe langer je kunt doen met één acculading. De nieuwe ketting is een zogenaamde semi-chisel ketting, letterlijk vertaald een ‘halfhaakse beitel’.

www.boomzorg.nl

81


82

1/2020

T: +31 ((0)55 3032200 verkoop@poelonline.nl www.poelonline.nl

Steenbokstraat 45 7324 AZ Apeldoorn Nederland

Poel Apeldoorn B.V.

Poel Apeldoorn

Internationaal Tree Service International Tree Service B.V. Rijksstraatweg 41a 1396 JD Baambrugge (Amsterdam) Nederland T: +31 (0)6 53491303 T: +31 (0)294 291090 info@itsfortrees.nl www.itsfortrees.nl

Poel Amsterdam Poel Amsterdam B.V. Rijksstraatweg 41a 1396 JD Baambrugge (Amsterdam) Nederland T: +31 (0)294 291090 info@poelamsterdam.nl www.poelamsterdam.nl


ACHTERGROND Hierdoor zou de zaag rustiger en sneller snijden en minder terugslag geven, wat de mensen van Husqvarna demonsteren door een zaag los op een stam te leggen en dan in te schakelen. De zaag begint dan te snijden zonder zich te weg te zoeken. Accu’s Beide zagen, zowel de top handle als de rear handle, werken met alle bestaande Husqvarnaaccu’s, dus ook met de rug- en de riemaccu. Husqvarna voor de beide nieuwelingen een nieuwe accu op de markt gebracht, de BLI200x. Vooral voor de top handle lijkt dat rmet name relevant, omdat het daarbij nog meer gaat om gewicht en balans. Josephine Hedger daarover: ‘Klimmers hebben een zware job. Alles wat gedaan kan worden om die job een beetje lichter te maken, is meegenomen. Misschien kan dit soort ontwikkelingen voorkomen dat klimmers al op hun dertigste afscheid moeten nemen van het vak.’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32260/met-dezeaccukettingzaag-hebben-hoveniers-geen-benzine-aangedreven-zaag-meer-nodig

Pierre Lanquist, Global product manager van Husqvarna presenteert de beide zagen

T540i XP en 540 I XP Omschrijving top handle accukettingzaag rear handle accukettingzaag Type T540i XP 540i XP Aanbevolen accu BLi200X BLi300 Bladen 30 of 36cm 36 of 40 cm

VIDEO Vergelijk 40 cc zaag met nieuwe 540 accu rear handle

www.boomzorg.nl

83


Groeiplaatsen van bomen kunnen met veel problemen te maken krijgen. De vochtvoorziening is daar een van. Bomen kunnen problemen ondervinden door een tekort of juist een overschot aan water. Dit roept vaak de nodige vragen op bij boomverzorgers, vooral de vraag wat je tegen deze problemen kunt doen. Auteur: Sjoerd Rispens

Vijf vragen rondom vochtvoorziening bij bomen, direct na het planten René Voogt bespreekt prangende vraagstukken rond vochtvoorziening bij bomen In november won René Voogt van ConnectedGreen nog de Gouden Gieter tijdens de vakbeurs Klimaat in Utrecht. ConnectedGreen helpt groenvoorzieners en opdrachtgevers om te besparen op watergift, projectbezoeken en inboet. In ConnectedGreen worden projecten aangemaakt (bijvoorbeeld per groenproject, straat, plein of wijk), die worden verdeeld in verschillende indicatiebomen, -bakken of -vakken met een sensor. De sensoren worden ingesteld op basis van de combinatie grondsoort – boom-/plantensoort. Naast de optimalisatie van de watergift biedt ConnectedGreen ook inzichten die helpen bij het verbeteren van groeiplaatsen. Via ConnectedGreen is Voogt dagelijks bezig

84

1/2020

met de vochtvoorziening bij bomen, direct na het planten. Hieronder bespreekt hij vijf prangende vragen die vaak opkomen bij dit fenomeen.

1

Hoe kan het dat een groeiplaats uitdroogt terwijl deze toch frequent water krijgt? ‘Met name bij poreuze en zanderige grondsoorten, zoals bomenzand of teelaarde, kan de uitdroging sneller gaan dan de aanvulling vanuit watergiften’, vertelt Voogt. ‘In sommige periodes betekent dit dat één keer per week water geven niet genoeg is en dat er een neerwaartse trend wordt ingezet. Hierdoor kan het vochtpercentage tussen twee watergiften in zelfs op

het nulpunt komen te staan. En hoe droger de grond, hoe minder vocht deze opneemt, dus dit effect versnelt zichzelf (hydrofobe grond).’ De oplossing volgens Voogt: ‘Vaker water geven in kleinere hoeveelheden. Dat kun je compenseren in periodes die kouder en natter zijn, als er juist minder vaak water hoeft te worden gegeven. Ook kun je meer fijn en organisch materiaal in de groeiplaats aanbrengen.’

2

Hoe kan het dat een regenbui of watergift niet zichtbaar is op de sensor? ‘De sensoren meten het bodemvochtpercentage op worteldiepte’, legt Voogt uit. ‘Dat is grofweg tussen 15 en 60 centimeter diep,


4 min. leestijd

ACTUEEL

‘Dat kun je compenseren door in koude en natte periodes juist minder vaak water te geven’ afhankelijk van de beplanting. Als de bovenlaag uitdroogt, ontstaat het effect dat (regen)water simpelweg van de bovenlaag af spoelt of niet kan doordringen tot op worteldiepte. Dit effect wordt ook wel “hydrofobe grond” genoemd. De grond kan in dat geval letterlijk “waterafstotend” worden. Het water wordt dan afgevoerd via stromingsbanen en niet opgenomen door de grond. Het probleem hierbij is dat grond veel sneller kan uitdrogen dan water opnemen.’ De oplossing volgens Voogt: ‘De bovenlaag openwerken voor een watergift en een groeiplaats voor systemen en drainagebuizen vullen met water’.

3

Hoe kan het dat verschillende sensoren in hetzelfde project verschillende waardes aangeven? ‘Deze vraag komt regelmatig voorbij bij plantvakken die op dezelfde wijze zijn aangelegd en bomen die op dezelfde manier zijn geplant’, volgens Voogt. ‘Als wij naar alle metingen in ons systeem kijken, zien we dat het eerder uitzondering is dan regel dat meerdere groeiplaatsen

verschillende vochtpercentages aangeven. Hierbij spelen veel variabelen mee: • De wisselwerking tussen de toplaag, ondergrond, geroerde grond en kluit. Vooral de toplaag en ondergrond zijn in heel Nederland zeer divers. Ook de grond die wordt gebruikt in het plantgat is niet altijd precies hetzelfde bij elke boom. • Er is een storende laag of ondergrondse waterstroom aanwezig. • De schaduw van gebouwen of andere beplanting speelt een rol, of juist zonligging of de aanwezigheid en kracht van de wind.’

4

Hoe komt het dat sommige groeiplaatsen bovenin nat zijn en onderin droog, terwijl dat bij andere groeiplaatsen juist het omgekeerd is? ‘Ook hierbij spelen veel omgevingsfactoren een rol. Grond, met een groot aandeel organische stof, kan zeer goed vocht vasthouden. Nu zien wij dat er soms meer organisch materiaal boven in een plantgat zit en soms meer onderin. Daarnaast is de afwatering van de groeiplaats essentieel. Is er een verstorende laag of dichtgesmeerde klei, dan kunnen we dat zien doordat de groeiplaats volloopt. Eerst wordt het onderin vochtig en daarna zowel onderin als bovenin. Tegenovergesteld zien we ook weleens groeiplaatsen op taluds of zeer zanderige ondergrond waar het water letterlijk uit wegloopt.’ De oplossing volgens Voogt: ‘Verstorende lagen of dichtgesmeerde klei doorboren of doorspitten. Bij zeer poreuze ondergronden helpt het juist om de bodem van het plantgat te voorzien van kleiige grond.’

bekend verschijnsel dat water simpelweg uitspoelt als je er te veel van geeft. Het lijkt erop dat het reeds aanwezige water in de bodem wordt meegenomen bij deze uitspoeling. We hebben dit verschijnsel op verschillende plaatsen waargenomen. Hiervoor zijn verschillende theoretische verklaringen, maar er is aanvullend onderzoek nodig om de echte oorzaken te achterhalen. Het patroon lijkt wel de theorie te ondersteunen dat het geen enkele zin heeft om te veel water te geven (meer dan de veldcapaciteit). Op bijna iedere grafiek van de zomerperiode zien we zeer hoge pieken, gevolgd door zeer diepe dalen. De voorlopige resultaten van proeven met kleinere watergiften (30 tot 50 procent van de oorspronkelijke hoeveelheid) lijken aan te tonen dat het vochtpercentage dan minder snel daalt en dus beter in stand gehouden wordt.’ Nabrander En nog een nabrander: waarom is het belangrijk om ook een signaal te krijgen als de groeiplaats nat is? Sensoren zijn toch bedoeld voor watergift bij droogte? Voogt: ‘Na twee jaar weten we inmiddels dat het net zo belangrijk is om een signaal te krijgen als het te nat is, ook in de winter. Er zijn verschillende projecten bekend waarbij juist sprake was van grote uitval door een teveel aan water. Dit kan allerlei oorzaken hebben die vooraf niet bekend of zichtbaar waren: • De groeiplaats ligt lager, waardoor al het water daarnaartoe stroomt. • Er is een verstorende laag of dichtgesmeerde klei, waardoor het water niet weg kan. • Het plantgat ligt naast een hellende weg en of andere verharding, waardoor al het vocht die kant op stroomt. • Er zit teveel (ruw) organisch materiaal in de bodem, waardoor grote hoeveelheden water niet kunnen uitspoelen. Meestal komt de melding “te nat” als een verrassing. Toch is het wel nuttig om te weten, omdat dan de oorzaak onderzocht kan worden en eventueel weggenomen, bijvoorbeeld met verticale drains en gootjes.’z

5

René Voogt

ConnectedGreen

Waarom is het vochtpercentage enkele dagen na een watergift soms lager dan daarvoor? Dit is een interessant verschijnsel, dat Voogt op een aantal plekken is tegengekomen: ‘Na een watergift stijgt het vochtpercentage zeer snel, waarna het weer omlaagschiet. Het een

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32511/vijf-vragenrondom-vochtvoorziening-bij-bomen-directna-het-planten

www.boomzorg.nl

85


‘In deze branche accepteren aanbestedende diensten veel op dit gebied’ Strategisch inschrijven verstoort de markt Er wordt door boomkwekers een wijdverbreid spel gespeeld om offertelijsten voor gemeentes op een calculerende, strategische manier in te vullen. Soms zetten ze bomen die ze niet uit hun assortiment kunnen leveren toch heel goedkoop op hun lijstje. Onder de streep scoort hun offerte dan beter.

Auteur: Broer de Boer

Als de kweker dan onder de streep het best scoort, de aanbesteding wint en de gemeente het bewuste product afroept, meldt de kweker ‘gewoon’ dat dit product tijdelijk niet leverbaar is. De gemeente is dan gedwongen om met haar contractant tot een oplossing te komen. Vaak zal ze genoegen nemen met het alternatief dat de kweker aanbiedt. Als dit alternatief

86

1/2020

niet op het uitvraaglijstje stond, is dit product vrij te beprijzen. Verschillende vormen Voor boomkwekers bestaan er verschillende vormen om producten voor (gemeentelijke) projecten te leveren. Voor echt specifieke projecten denken kwekers mee over het toe te

passen assortiment, afgestemd op de grondslag en de zienswijzen achter de uitvoering van het project. Vaak gaat dit om een-op-eenleveringen of voorschrijving in het bestek. Dit kan ook gebeuren via een groepsuitvraag voor levering. Vaak zit daar vanuit de kopende partij een adviseur, een bureau of een externe architect achter. Prijzen van bomen, struiken en heesters worden dan projectmatig uitgevraagd via marktlijsten, waarop kwekers kunnen inschrijven. Hierbij wordt de winnaar meestal geselecteerd op basis van kwaliteit. Een andere vorm is het sluiten van overeenkomsten voor inboetprojecten en kleine projecten via meerjarige aanbestedingen. ‘Dat laatste zien we steeds meer’, zegt Martien Mantje. Hij is directeur van Boomkwekerij Udenhout. ‘Dergelijke aanbestedingen op de markt moeten meestal aan een aantal criteria en/of certificeringen voldoen om


7 min. leestijd

ACTUEEL

Kwekers offreren dan bijvoorbeeld een boom met een kostprijs van 75 euro voor 5 euro tot een level playing field te komen. Ook hier is vooral kwaliteit belangrijk. Bij “kwalitatief goede” overeenkomsten vindt vaak ook een bezoek aan de betreffende kwekerij plaats.’ Strategische inschrijving Er zijn echter ook ‘minder goede’ meerjarige aanbestedingen, zoals de boomkweker dat benoemt. Dat geldt in situaties waarin vooral de prijs leidend is. Er zijn boomkwekers die hier strategisch op inschrijven. Hoe werkt dat? Martien Mantje bevestigt allereerst dat dit gebeurt: ‘Kwekers offreren dan bijvoorbeeld een boom met een kostprijs van 75 euro voor 5 euro. Ze gokken erop dat ze maar weinig van deze soort, maat of cultivar hoeven te leveren, terwijl ze in totaliteit goedkoop scoren. Bij afroep melden kwekers dan dat levering niet mogelijk is en zetten ze een ander soort in. Vaak speelt dit bij meerjarige inboetcontracten en inbreidingsprojecten en in het algemeen bij de wat kleinere projecten.’ Martien is heel helder over deze praktijken: ‘Dit verstoort de

markt. Gemeenten gaan na een eventuele ingebrekestelling vaak niet procederen, zoals bij de grijze sector. Inkopers realiseren zich dat je bakstenen wel kunt bijbakken, maar dat dit bij bomen totaal anders ligt.’ De gedachte bij kwekers is door een lage prijs een order binnen te halen. Dan zijn ze bijvoorbeeld weer vier jaar onder de pannen. Maar er zit een lastigheid in dit spel. Martien: ‘Wij zijn van mening dat er geen sprake meer is van een eerlijke aanbesteding met gelijke kansen, als je continu de gevraagde soorten moet veranderen. Dus kiezen wij ervoor maar niet meer in te schrijven op prijsaanbestedingen.’ Voor kwekers blijft de strategische inschrijving echter een individuele keuze, op basis van de vraag wat nuttig is en wat noodzaak kan zijn, volgens Martien. Sommige kwekers melden kort na de aanbesteding al dat ze een bepaalde maat of cultivar bij nader inzien toch niet kunnen leveren: ‘Als je specifieke bomen, cultivars of maten niet hebt, kun je natuurlijk terugvallen op je netwerk van leveranciers en voor een oplossing zorgen. Bij meer algemene soorten zal dat nog wel lukken. Maar bij schaarse partijen staan collega’s niet te dringen om jouw problemen op te lossen.’ Vaak is ook in de overeenkomst vastgelegd dat een product uit een bepaalde teeltzone afkomstig moet zijn. Voor jong geïmporteerde buitenlandse producten is vaak een adaptatietijd op de kwekerij nodig. ‘In Italië snoeien ze heel anders, en ook de celstrekking wijkt af van die in Nederland. Een kenner ziet zoiets direct!’, licht Martien toe. Voorwaarden In de overeenkomsten met kwekers wor-

den vaak de handelsvoorwaarden voor de boomkwekerij (HBN) uit 2008 aangehaald. Bij Boomkwekerij Udenhout passen ze evenwel die van Anthos toe, die meer toespitst zijn op internationale handelsovereenkomsten met kwekers. Daarnaast hanteert deze boomkwekerij als leverancier zijn eigen leveringsvoorwaarden. ‘De kopende partij heeft meestal ook zijn eigen koopvoorwaarden’, meldt Martien. ‘Daarom worden deze voorwaarden in de overeenkomst meestal uitgesloten, want ze kunnen tegenstrijdig zijn. Bij meerjarige projecten sluit je samen een overeenkomst op basis van een nota van inlichtingen, en je conformeert je wederzijds aan de voorwaarden, overeenkomstig het verkoopgesprek. Vaak moet je ook rekening houden met Europese aanbestedingen, waarbij de accountancy ook nog eens in het spel zit.’ Licenties op plantgoed Martien spreekt zijn respect uit voor kwekers die actief licenties verwerven, waarbij ook min of meer sprake kan zijn van strategische inschrijvingen. Zij geven afnemers dan een advies voor plantgoed met licenties, gericht op de toekomst, waarna ze deze soorten bij meerjarige aanbestedingen gebruiken om het werk binnen te halen. ‘Ook zij schrijven strategisch in voor deze producten, met de wetenschap dat de concurrentie die niet kan leveren tegen die prijs. Maar ze hebben er ook in geïnvesteerd: in licenties en voorbewerking van hun markt.’ Level playing field Jan de Vries, directeur van de Boot & Dart Group, geeft aan dat dit bedrijf zich houdt aan de voorwaarden waarin normaal gesproken is

‘Vaak zien we dat inschrijvers geconfronteerd worden met hoge boetes’

Alexander Klein Hofmeijer

Brackmann Aanbestedingsspecialist

www.boomzorg.nl

87


‘Dit verstoort de markt’

Martien Mantje

Boomkwekerij Udenhout

opgenomen dat er geen sprake mag zijn van strategische inschrijvingen: ‘Er zijn veel verschillende manieren waarop aanbestedingen tot stand komen. Als een gemeente een lijst uitvraagt, dan kunnen dat veertien soorten zijn, maar ook tien A4’tjes met producten. Als kweker schrijf je hierop in. Wordt de opdracht voor directe levering je gegund, dan heb je eenvoudig als kweker de producten te leveren. Meestal gebeurt dat met inachtneming van de kwaliteitsomschrijvingen in het Handboek Bomen, omschrijvingen van het CROW en/of de Kwaliteitsomschrijvingen van de Raad voor de Boomkwekerij. Gemeenten stellen soms ook aanvullende eisen, bijvoorbeeld ten aanzien van duurzaamheid. Ook gebeurt het dat

gemeenten aanbestedingen uitschrijven waarin ze kwekers uitnodigen om in te schrijven op een fictieve lijst. Daarbij gaat het hen dan puur om de prijsbepaling, zonder leveringsplicht.’ De Vries noemt eveneens dat gemeenten veelal de eis stellen dat hun eigen inkoopvoorwaarden gelden en dat ze daarbij andere handelsvoorwaarden uitsluiten. Bij voorbaat leggen ze ook nog een aantal andere inkoopvoorwaarden vast, bijvoorbeeld dat het leveren van alternatieven (soort, cultivar, diameter, red.) uitgesloten wordt. Op basis van de aanbestedingswetgeving is er nog iets bijzonders aan de hand: bij een uitvraag moet er sprake zijn van een level playing field. Gemeenten mogen geen producten op de lijst zetten die een kweker – juridisch

‘Wordt de opdracht voor directe levering je gegund, dan heb je eenvoudig als kweker de producten te leveren’ Jan de Vries

88

1/2020

Boot&Co

gezien – niet kan uitleveren. ‘Specifiek gaat dit om materiaal waarop een kwekersrecht gevestigd is’, verduidelijkt De Vries. ‘Kwekers die geen licentie hebben voor bepaalde planten – dat kunnen ook rozen zijn –, kunnen dan eenvoudig niet leveren. Een kweker die wil inschrijven en zoiets signaleert, zal direct reageren bij de uitvrager. De wetgeving vereist namelijk dat alle kwekers dezelfde kansen krijgen. In zo’n geval zal de gemeente zich rechtstreeks tot een kweker wenden die wel een licentie heeft om dat specifieke product te vermeerderen.’ Manipulatief inschrijven Alexander Klein Hofmeijer is aanbestedingsspecialist bij Brackmann Aanbestedingsspecialist


ACTUEEL Handelsvoorwaarden De handelsvoorwaarden voor de boomkwekerij uit 2008, de HBN, regelen de uitvoering van overeenkomsten tussen boomkwekers en afnemers. Dit zijn zogenoemde paritaire overeenkomsten. Gemeenten worden in de twaalf jaar oude voorwaarden niet specifiek benoemd. De HBN spreekt zich in artikel 10 onder meer uit over berichten van afroep. Het lijkt erop dat vooral de rechten van de boomkweker hierin gewaarborgd zijn. Zo meldt lid 4 van dit artikel 10 dat een niet-tijdige afroep de verkoper vijf dagen na ingebrekestelling het recht geeft ‘de planten onverwijld te leveren.’ De eerste twee leden van artikel 15 lijken hier ook van belang, hoewel er niet gesproken wordt over niet geleverde of te leveren planten. In gewoon Nederlands: als na het sluiten van een koopovereenkomst de gekochte partij geheel of deels niet voldoet aan de kwaliteit en/of maten, moet de boomkweker dit bij constatering meteen meedelen aan de koper. Als een kwart van de gekochte partij hier niet aan voldoet, de verkoper geen schuld treft en de melding tijdig is gedaan, dan kan de koper zonder gerechtelijke tussenkomst de overeenkomst ontbinden. Voor zover na te gaan, is er in de HBN niets opgenomen over het leveren van niet-voorradig plantgoed van een andere herkomst dan de boomkweker zelf, ook niet dat het nodig is om hierover mededelingen te doen. Bij reclames zal de koper ingevolge artikel 18, over planten die niet voldoen aan de overeengekomen voorwaarden of die zichtbare gebreken hebben, binnen vier werkdagen na aflevering hiervan schriftelijk melding moeten doen.

in Rotterdam. Zijn professie bestaat onder meer uit het geven van juridische adviezen. Dat doet hij zowel aan aanbesteders als aan leveranciers. ‘Vaak zien we dat inschrijvers geconfronteerd worden met hoge boetes. Daarnaast zien we vaak zeer ruim gedefinieerde aansprakelijkheden, waarvan de reikwijdte niet valt te overzien. Ons bureau staat beide partijen bij, evenals aanbestedende diensten tijdens inlichtingenrondes.’ Over ‘strategisch inschrijven’, zoals we dit als redactie omschrijven in dit artikel, zegt Alexander: ‘Ik beschrijf dit in juridische termen als manipulatief en/of irreëel inschrijven. En manipulatief of irreëel inschrijven, zodat je de goedkoopste lijkt, is wettelijk niet toegestaan in Nederland. Van irreële inschrijvingen is sprake zodra een aanbesteder van tevoren kan weten dat de leverende partij, op basis van algemene regels, zijn levering niet kan nakomen.’ En dan noemt deze jurist nog een derde belangrijke regel bij aanbestedingen: de wet biedt de mogelijkheid om een inschrijving terzijde te schuiven als een inschrijver dusdanig laag inschrijft dat de aanbestedende dienst daaruit kan afleiden dat er wel ergens op beknibbeld zal worden, of dat de opdracht überhaupt niet conform de overeenkomst kan worden uitgevoerd. Tot op zekere hoogte is het volgens Alexander een heel gepuzzel om dit soort zaken buiten de deur te houden. Manipulatief inschrijven is volgens hem misbruik maken van de systematiek en absoluut niet toegestaan. Daarentegen is een aanbestedende dienst niet verplicht om een offerte met abnormaal lage prijzen – de derde regel – terzijde te leggen. Veel terughoudendheid Alexander Klein Hofmeijer schenkt klare wijn over het al dan niet leveren op basis van de geoffreerde lijst: ‘In beginsel komt een kweker met een gemeente via een (raam)overeenkomst een levering overeen. Als de gemeente die leve-

‘Ik zie echter een grote mate van terughoudendheid bij aanbestedende diensten’

ring wil handhaven, kan ze uiteindelijk naar de rechter stappen om die levering af te dwingen. Ik zie echter een grote mate van terughoudendheid bij aanbestedende diensten om nakoming en schade te vorderen bij de rechter: aanbestedende diensten accepteren op dit gebied veel in deze branche.’ Bij een rechtsgang gaat het volgens de jurist van Brackmann om drie zaken: ‘Eén is de plicht te leveren; twee is het verhalen van schade doordat de gemeente elders plantgoed heeft moeten aankopen tegen een hogere prijs, en als derde kan de sanctie tot ontbinding van de overeenkomst aan de orde gesteld worden.’ Algemene voorwaarden uitsluiten Mogen bij overeenkomsten tussen gemeenten en kwekers bepaalde algemeen geldende voorwaarden uitgesloten worden? Zoals we eerder in dit artikel schreven, is dit vaak aan de orde. Alexander bevestigt dat dit bijna altijd gebeurt: ‘Ik verwijs daarvoor bij aanbestedingen naar de Gids Proportionaliteit. Die is van belang bij overeenkomsten waarvoor algemene voorwaarden bestaan die paritair zijn opgesteld, zoals de HBN.’ De jurist verduidelijkt dat onder paritaire voorwaarden wordt verstaan dat ze zijn opgesteld door (belangrijke) vertegenwoordigers van opdrachtgevers en opdrachtnemers. Het geeft aan dat het gaat om een evenwichtig pakket voorwaarden. ‘Projectspecifieke omstandigheden kunnen het wenselijk maken om toch van die paritaire voorwaarden af te wijken’, zegt Alexander. ‘Als dat aan de orde is, dan moet de afwijking hiervan in de aanbestedingsdocumenten gemotiveerd worden. En daar schort het nogal eens aan in deze sector. Het is dus juridisch niet geoorloofd om paritaire voorwaarden zomaar terzijde te schuiven bij aanbestedingen.’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/31745/in-deze-branche-accepteren-aanbestedende-diensten-veelop-dit-gebied.

www.boomzorg.nl

89


HOOFDREDACTIONEEL

Wat je vijftig jaar afbreekt, kan niet in één voorjaar weer hersteld worden

Dankbaar Deze uitgave van Boomzorg staat helemaal in het teken van de jeukrups. Nu denkt u natuurlijk dat dit beest zijn naam heeft gekregen omdat wij mensen daar huiduitslag en irritaties van krijgen. Dat is maar de helft van de waarheid. Ik denk weleens dat wij jeuk krijgen van dat beest omdat hij niet doet wat wij willen. Wij hebben een super-gereguleerde openbare ruimte. Iedere boom wordt jaarlijks, soms halfjaarlijks gemeten en bekeken. En dan komt daar ineens een rotbeest dat zich daar geen moer van aantrekt. Wij weten bijna hoeveel blaadjes iedere afzonderlijke eik of beuk heeft, hoeveel fijnstof hij afvangt en CO2 opslaat en nog tal van

Gelukkig hebben we mooie jeukwoorden verzonnen, zoals natuurinclusief en biodiversiteit andere cijfers. Maar ondanks al die kennis is dat ene rupsje in staat om dit hele land in rep en roer te zetten. En alle deskundigen roepen nu uit volle borst dat zij dat wel hadden zien aankomen. Ja, dank je de koekoek: wij maken dit blad inmiddels al meer dan tien jaar en ieder voorjaar kregen we ronkende persberichten over de aanstaande explosie van de processierupsenstand. Wat wil ik hier nu mee zeggen? Onze enige echte bondgenoot in de strijd tegen de processierups is de natuur zelf. En die natuur hebben we met al ons gemeet, georganiseer en gestructureer nu net effectief verwijderd uit

90

1/2020

de openbare ruimte. Natuurlijk moet de natuur weer terug. Dat is echter makkelijker gezegd dan gedaan. Wat je vijftig jaar afbreekt, kan niet in één voorjaar weer hersteld worden. Het probleem is natuurlijk ook veel breder dan alleen de processierups. De processierups is niet meer dan een van de vele bewijzen dat we de natuur in onze steden en dorpen schandalig verarmd hebben. Wat moeten we daaraan doen? Gelukkig hebben we weer mooie jeukwoorden verzonnen, zoals ‘natuurinclusief’ en ‘biodiversiteit’. Sorry dat ik me even laat gaan, maar dit soort woorden – waar ik natuurlijk helemaal voor ben – zijn vaak een argument om maar weer aan de studie te gaan en onderzoek te doen. Terwijl het goed beschouwd allemaal niet zo moeilijk is. Als iedere Nederlander een nestkastje ophangt en iedere boer zijn overhoekjes nu eens lekker laat verslonzen en verwilderen, als we niet meteen bij ieder stukje onkruid naar de brander of borstel grijpen en ook onze postzegeltuintjes wat rommeliger maken, dán creëren we heel snel enorm veel natuurpotentieel. Het grootste probleem zit natuurlijk in onze Nederlandse aard. Al in de zeventiende eeuw schreven Engelse bezoekers over de Hollandsche Huysvrouw, die wekelijks haar stoepje schrobde. Met vriendelijk groet, Hein van Iersel (hein@nwst.nl) Hoofdredacteur

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32531/column-hoofdredacteur-dankbaar


De partners van

Boomzorg

connecting green and infrastructure

TRIPLE A LIGHTING

NL Gebieds label


TreeEbb.nl

NL - ‘S-HERTOGENBOSCH - Paleisbrug

Biodiversiteit in de stedelijke omgeving? Plant maar genoeg van hetzelfde en je krijgt vanzelf problemen. Het antwoord op een veranderend klimaat en de toename in de verspreiding van ziekten en plagen, is zonder meer een grotere diversiteit in het bomenbestand. De kunst is sterke soorten te gebruiken, te mixen en er voor te zorgen dat er soorten worden aangeplant voor insecten, vogels en zoogdieren. Soortendiversiteit vergroten? In de TreeEbb van Boomkwekerij Ebben selecteert u eenvoudig een gevarieerd sortiment. Ons sortiment bomen en planten live zien? Dan staan onze groenprofessionals graag voor u klaar om u rond te leiden op onze 500 hectare tellende kwekerij. Een biodivers groenproject? Treeebb.nl > Toepassing

Boomkwekerij Ebben | Beerseweg 45 | 5431 LB Cuijk T +31 485 312021 | info@ebben.nl | www.ebben.nl | www.treeebb.nl


Articles inside

Balans tussen maatschappij en eikenprocessierups

31min
pages 52-65

Eikenprocessierups: geen kant en klare oplossing

34min
pages 68-83

direct na het planten Hoofdredactioneel

3min
pages 90-93

Vijf vragen rondom vochtvoorziening bij bomen

16min
pages 84-89

Thermisch, biologisch, natuurlijke vijanden

20min
pages 44-51

Kap en herplant in Breda en Nijmegen

4min
pages 28-29

Eikenprocessierups en aansprakelijkheid

7min
pages 40-43

Column: Haast hebben als je tijd genoeg hebt

12min
pages 35-39

Inspiratieboom: Bonte iep

23min
pages 16-27

Het geslacht Larix

13min
pages 30-34

Tarzan Boomspecialisten gaat verder als vof met

5min
pages 14-15

Sander Keulen: ‘Er is nog genoeg werk aan de winkel

7min
pages 10-13

Kort nieuws

5min
pages 8-9
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.