
4 minute read
Twentse Natuurvrienden kampeerden bij café Horck
Kamperen wordt binnen onze vereniging in elk geval al sinds 1926 gedaan. Het is nog steeds populair. Tegenwoordig kan op een aantal van onze terreinen ook in de winter worden gekampeerd: een bezigheid die in coronatijd steeds meer enthousiastelingen kent. Het is een beetje fris, maar bij een gezellig vuurtje is het goed toeven.
Het begon allemaal met een terrein van boer Gelderland op het Gors bij Oostvoorne. Over eigen tenten beschikten de meeste kampeerders niet. Daarom werden er grote zogenaamde huttenten of ronde tenten geplaatst. Die laatste met een stevige paal in het midden. Gelegen met de voeten naar de paal, konden acht personen in zo’n tent op strozakken slapen.
Jonge leden van het Instituut (het Instituut voor Arbeiders Ontwikkeling, later Nivon) hadden leren kamperen bij de Arbeiders Jeugd Centrale. Naast een netwerk van Natuurvriendenhuizen ontstond er ook behoefte aan een aantal kampeerterreinen.
Behalve bij het Gors, waar het in de weekenden in de zomer wemelde van de Rotterdammers, wilden arbeiders uit het geïndustrialiseerde Twente ook graag naar buiten. De steden Enschede, Almelo en Hengelo kenden actieve Natuurvrienden die er wandelend en fietsend op uit trokken. Zij stichtten de Natuurvriendenhuizen Krikkenhaar in Borne en Den Broam in Buurse, maar verwierven in 1933 ook een perceel grond tussen Delden en Goor, nabij wat nu Pannekoekerie (120 soorten!) in Den Markenrichter heet, maar destijds bekend stond als café Horck.
Het terrein, rijk aan natuurschoon, werd doorsneden door een beekje. Zo’n terrein moest zich wel in de belangstelling van kampeerders verheugen. De Natuurvrienden noemden het terrein 'Ekkelenkamp'. Fraai gelegen leende het terrein zich ook voor grotere bijeenkomsten, zoals een gewestelijk Zomerfeest. Hieraan werd 'door talrijke Twentenaren, doch in hoofdzaak door Hengeloërs werd deelgenomen'. Na een kort welkomstwoord, het verheugde spreker dat er nog talrijke werklozen waren gekomen, werd een gevarieerd programma geboden. Zang, muziek en dans, afgewisseld met een wandeltocht in de mooie omgeving.
Lang hebben de kampeerders geen plezier gehad van hun terrein. Het moest al in 1935 wijken voor de aanleg van het Twentekanaal. De Twentse Natuurvrienden lieten zich daardoor niet uit het veld slaan. Naarstig zochten ze in de buurt naar een nieuw 'Ekkelenkamp'. Dat vonden ze al snel, zoekend vanuit Delden naar Goor een stukje verderop richting de buurtschap Zeldam. Het terrein, ongeveer 10 hectare groot, was vanuit Hengelo per fiets te bereiken door via Delden de straatweg te volgen tot de winkel van de heer Veehof, 'waarin men zich van brood, kaas en alles wat verder nodig is, kan voorzien'. Die winkel viel niet te missen: er stonden twee grote bomen en een benzinepomp voor de deur. Daar moest je de weg naast het huis inslaan tot voorbij een kruispunt, vervolgens links over het erf van een boerderij. Daarachter lag het nieuwe terrein.
Er moest echter nog wel het nodige gebeuren, 'daar het veel geleek op een wildernis'. 'Grootsoortige varens groeiden hoog op en het struikgewas was op enkele plaatsen ondoordringbaar ineengegroeid.' Net zoals dat nu nog steeds gebeurt, pakten vrijwilligers en actieve leden het terrein stevig aan. Na noeste ontginningsarbeid lagen er wandelpaadjes, een kampeerweide en een speelplaats voor kinderen. Ook verrees er een gebouwtje met een veranda en een conversatiezaal voor 35 personen, vooral bedoeld voor dagbezoek. Er was een keukentje en een slaapgelegenheid voor zes personen. 'In totaal heeft men thans 45 vierkante meter onder de kap'.
De Ekkelenkamp was vooral een kampeerterrein. Slapen kon dus in grote tenten. Dekens en slaapzakken waren er nog bijna niet, die nam je mee van huis. Al op zondag 18 mei 1936 verklaarde Jac. Hulshof, voorzitter van de afdeling Hengelo, de nieuwe Ekkelenkamp voor geopend.
Na hem nog een hele rij sprekers, waaronder H. van Arkel namens de Stichting Natuurvriendenhuizen en zelfs twee sprekers namens de Sociaal Democratische Arbeiders Partij, Vos uit Goor en Voogdgeert uit Hengelo. De rij sprekers werd gesloten door Hofstede namens Natuurvriendenhuis Krikkenhaar, het eerste Nederlandse Natuurvriendenhuis (1928). Ekkelenkamp bleef als kampeerterrein bestaan tot 1940. Na de oorlog nam het kamperen, ook binnen onze vereniging, een grote vlucht. Nivon beschikt nu over 12 terreinen en terreintjes. Allemaal prachtig gelegen. •

Bronnen: IvAO De Natuurvrienden De Natuurvriendenhuizen en Kampeerterreinen der Natuurvrienden 1935, Delpher en de Toorts, ledenblad van het IvAO, diverse jaargangen.