Suara 87: Tijd om te zaaien

Page 1

87 tijdschrift met een missie

Driemaandelijks tijdschrift » Jaargang 22 nummer 87 » maart - april - mei 2022

© Sychov Serhii

Interview met Henri Derroitte

Steun aan priesterstudenten

Priester Gildas Cambia

Tijd om te zaaien Afgiftekantoor: MassPost, Hypercentrum Turnhout | P 508033


editoriaal

inhoud

suara 87

highlights blz.

Voor mij is bidden een connectie opbouwen met God. Die connectie voel ik het sterkst in situaties waarin ik de talenten die Hij mij heeft geschonken, volledig kan benutten.

blz.

Missio doet elke kerkgemeenschap inzien dat we één grote universele familie zijn. We delen hetzelfde lot, dezelfde noden en dezelfde missie.

blz.

De confrontatie met het individualisme in België was voor mij hard. Ik vond het vreemd dat ik mensen begroette op straat, maar geen reactie terugkreeg.

3 Tijd om te zaaien 6 CATHERINE DE RYCK

De eerste lentemaanden zijn het ideale moment om alvast wat bloemen of groenten te zaaien of te planten. Heel wat zaadjes of plantjes mogen meteen naar onze kale, dorre tuinen. Sommige andere geven we best eerst binnen of onder glas wat tijd om op krachten te komen. Maar de constante blijft: zaaien mag, kan, móet als we straks willen genieten! Is het niet precies zo met ons geloof? Moeten we dat ook niet nú zaaien, als we straks willen genieten van de vruchten ervan? Dat betekent dat we als kerkgemeenschap naar buiten moeten gaan en moeten zoeken naar harten die openstaan voor wat wij te zeggen hebben. Dan kunnen we zaaien op vruchtbare grond en niet op de weg, op de rotsen of tussen de distels (Marcus 4,1-20).

10

ook in dit nummer Project | Het Heilig Hartseminarie van Chennai Het Liefdeswerk van de Apostel Petrus Gedachten van de directeur

Soms moeten we als een zalm tegen de stroom in durven gaan. © congerdesign

Het gevaar dat sommige zaadjes niet vruchtbaar zijn is er natuurlijk altijd. Maar moet dat ons volledig tegenhouden, verlammen? Zegt Paulus niet dat we ook moeten verkondigen als het de wereld of de mensen niet uitkomt (2Timoteüs)? Misschien zorgen alle obstakels en crisissen er wel voor dat we onze creativiteit terugvinden en nieuwe wegen ontdekken. Soms moeten we daarbij, als een zalm, tegen de stroom in durven gaan. Nodigt paus Franciscus ons in onder andere Evangelii Gaudium ook niet uit om als Kerk vooral naar buiten te treden? Enkel zo kan de missionaire lente straks echt doorbreken en kunnen we er later van genieten!

2

suara

87

Zalig Pasen Laat het licht van Pasen stralen uit onze ogen Laat het lied van het Leven klinken tegen wanhoop. Laat Gods Geest ons opwekken uit elke dood.

» 5 » 8 » 11


geloof doet delen

Van dialoog naar geloof Geloven doet wat met een mens. Hem of haar kracht, vertrouwen, hoop geven bijvoorbeeld. Dat mocht ik ervaren op meerdere momenten tijdens mijn leven. Graag neem ik je mee op reis en vertel ik je over een aantal van deze gebeurtenissen en wat deze met mij hebben gedaan. ROBERT SWANENBERG

Tijd en plaats: Eindhoven, 1 september 2016. Ik zat in een kleine hal aan een picknicktafel met een viertal medestudenten. Ik had ze net leren kennen. Terwijl ik een fles drinken uit mijn tas haalde, vroeg de student tegenover mij: “Ben je gelovig?” Ik aarzelde een moment.

Levengevend Zo’n vraag had ik niet zien aankomen van een bijna-onbekende in het atheïstische Nederland. Een ogenblik later realiseerde ik mij dat ik twee gele bandjes om mijn pols had hangen. Ik had ze een maand eerder gekregen tijdens de Wereldjongerendagen in Kraków (Polen). Op het ene stond “Jesus, I trust in You”, op het andere “Meeting is the most important”. Het kwartje viel snel en ik antwoordde:

Een open gesprek kan mensen aan het denken zetten. Dialoog onthult geloof. © Lightspring

“Ja, zonder mijn geloof had ik waarschijnlijk nu niet tegenover jou gezeten”.

Kracht Aan de reactie van Niek, de jongeman die de vraag had gesteld, merkte ik dat hij zo een merkwaardig en overtuigd antwoord niet had verwacht. Pas een aantal dagen later vertelde hij mij dat hij zelf ook een moeilijke jeugd had gehad. We raakten in gesprek. Hij was benieuwd hoe ik dat geloof dan beleefde en vroeg of ik bijvoorbeeld elke zondag naar de kerk ging. Na mijn bevestigend

antwoord reageerde hij: “Ik heb zelf weinig met het geloof; maar ik vind het toch wel mooi dat het jou zoveel kracht geeft”. Deze gebeurtenis illustreert voor mij dat er soms maar heel weinig nodig is om een hechte band op te bouwen.

Delen Nu ik jaren later terugkijk naar deze ‘kennismaking aan de picknicktafel’ begrijp ik waarom mijn belijdenis zo een sterke reactie had veroorzaakt. Met mijn ‘ongewone antwoord’ had ik Niek geraakt, en oprecht aan het denken gezet. Het werd het begin van een jarenlange vriendschap. Graag zou ik mijn verhaal met meerderen willen delen. 4


geloof doet delen Het leven leert echter dat de meeste mensen die je in het dagelijks leven tegenkomt, niet zitten te wachten op een langdradig emotioneel verhaal. Daarom probeer ik voornamelijk het evangelie te verspreiden door anderen allereerst kennis te laten maken met wie ik ben en hen zo te laten inzien welke grote rol geloof speelt in mijn leven.

Eén vriend Door de jaren heen heb ik meermaals vragen gekregen over mijn ‘leven als hartpatiënt’. Ik geef toe dat het zeker niet altijd een prettige ervaring is geweest, vooral als kind. Van de vele bezoeken aan het ziekenhuis elke maand tot alleen op een bankje zitten in de middagpauze omdat je niet mee kunt voetballen op het speelplein: ik heb het allemaal gezien. Maar in al die momenten van frustratie heb ik altijd een verborgen gevoel van aanvaarding ervaren. Immers ben ik opgegroeid met het idee dat uiteindelijk alles in het leven een diepere betekenis heeft. Dat zelfs wanneer ik mij eenzaam voel ik tenminste één vriend heb: Jezus.

Ik verspreid het evangelie door mensen eerst kennis te laten maken met wie ik ben.

Als de dag van gisteren herinner ik mij hoe ik op 11-jarige leeftijd van een dokter te horen kreeg dat ik geopereerd moest worden. Tot verbazing van mijn artsen reageerde ik erg beheerst. Ze vonden het merkwaardig hoe dat kleine kind vol goede hoop en vertrouwen was. Wat zij niet begrepen, was dat ik er diep vanbinnen van overtuigd was dat het goed zou komen. Die gedachte vind ik niet alleen rustgevend, maar ook heel bevrijdend. Ik denk dat het precies die hoop was die Niek had gezien toen hij mij vroeg naar mijn geloof.

4

suara

87

Iedereen wordt wel eens geconfronteerd met zoveel tegenslagen dat je alleen nog maar denkt aan opgeven. Maar het is pas later in het leven dat we begrijpen dat zelfs ellendige ervaringen tot mooie dingen kunnen leiden.

Inspireren In 2018 deed ik een derde poging tot studeren. Geen twee maanden later zat ik tegenover mijn mentor; de studie liep alwéér niet. Er zat niets anders op dan afhaken. Hij vond het spijtig dat mijn gezondheid me voor een derde keer beperkte. Al helemaal omdat ik volgens hem zoveel extra capaciteiten bezat door mijn levenservaringen. Hij zei op het einde van het gesprek: “Robert, jij inspireert al door te leven”. Er viel een stilte. Ik wist toen al dat die woorden mij jarenlang zouden bijblijven.

Daarom ben ik dankbaar dat ik onderdeel mag zijn van een christelijke gemeenschap op mijn kot in Brussel. Elke woensdagavond komen wij bij elkaar om het evangelie te lezen, te bidden en naderhand samen te eten. Het is een unieke ervaring die mijn studentenleven verrijkt. Immers bouw ik hierdoor een hechte band op met kotgenoten. Er is altijd iemand om mijn ervaringen, dromen, maar ook eventuele frustraties of tegenslagen, mee te delen. Op die manier voel ik hoe God aanwezig is in mijn leven: Hij leeft in de mensen om mij heen.

Door te bidden bouw ik een connectie op met God.

Mensen om me heen Zo ervaar ik keer op keer hoe cruciaal dialoog is in het leven. Niet alleen met God, maar ook met de mensen om je heen. Je weet maar nooit wat je voor een ander kan betekenen of waartoe iemand anders jou weer kan inspireren.

Bidden Voor mij is ‘bidden’ dan ook meer dan elke zondag de mis bijwonen, liederen zingen of in stilte mijn gedachtes overwegen. Ik zie het als een connectie opbouwen met God. Die connectie voel ik het sterkst in situaties waarin ik de talenten die Hij mij heeft geschonken, volledig kan benutten. Voor mij is er niets mooiers dan de effecten van de Blijde Boodschap terugvinden in de ogen van iemand die aandachtig naar mij luistert. Misschien is het daarom wel zo profetisch dat ik die twee gele bandjes om mijn linkerpols sinds 2016 niet één keer heb afgedaan. Tenslotte vatten die polsbandjes mijn leven samen: een sterk vertrouwen in Jezus, alsook een diep verlangen om steeds nieuwe mensen te leren kennen en zo de wereld steeds verder te mogen ontdekken. 

“Deze polsbandjes leiden tot mooie gesprekken en vatten mijn leven samen.” © Robert Swanenberg


project

Het Heilig Hartseminarie van Chennai, India De studenten van het Heilig Hartseminarie van Chennai rekenen op jou om hun studies af te ronden.

© Joe Andrew

Dankzij jouw bijdrage steunt Missio wereldwijd een honderdtal seminaries. Met een twintigtal houden we vanuit België intens contact. Eén daarvan is het Heilig Hartseminarie in Chennai, in het zuiden van India. Rector Joe Andrew gaf ons het laatste nieuws uit het seminarie. Het Heilig Hartseminarie van Chennai ligt in het aartsbisdom Madras-Mylapore, in de Indiase regio Tamil Nadu.

Studenten Het seminarie bestaat tachtig jaar en zorgde al voor de opleiding van meer dan 2000 priesters, waaronder 22 bisschoppen. De afgestudeerde priesters zijn actief in India, maar ook in talrijke andere landen. Dit academiejaar schreven zich 179 priesterstudenten in, afkomstig van dertien verschillende bisdommen en tien verschillende religieuze congregaties. Zij zullen zes jaar studeren aan het seminarie. Hun opleiding bestaat uit twee jaren filosofische vorming en vier jaren theologische studies.

Coronacrisis De coronacrisis maakte het vorige jaar erg moeilijk. Heel wat mensen in de regio, ook ouders van studenten, verloren hun werk. De activiteiten in het seminarie werden uitgesteld of afgelast. Ook het seminarie zelf leed onder de gezondheidscrisis. In het derde trimester werden heel wat stu-

denten zelfs naar huis gestuurd. Gelukkig kon ook hier online lesgeven wat soelaas bieden om de opleiding te laten doorgaan, maar eenvoudig was het niet.

Solidariteit binnen de wereldkerk is van levensbelang. Internet Elke student had immers een gsm of computer met internetverbinding nodig. Wie dat niet had, werd aangemoedigd een oplossing te zoeken via een lokale onderwijsinstelling of parochie. Maar zelfs dan viel de internetverbinding vaak weg, waardoor de lessen onderbroken verliepen. Toch blikt het seminarie redelijk tevreden terug op online lessen, conferenties en werkcolleges.

Solidariteit Men zette dus alles op alles om toch op weg te blijven gaan met de jongemannen die zich geroepen voelen tot het priesterschap. De solidariteit binnen de wereldkerk is daarvoor van levensbelang. Het was altijd al moeilijk voor de families uit de regio om de opleiding van de studenten te betalen en dat werd enkel nog moeilijker door de coronacrisis. De steun van Missio-België was daarom onontbeerlijk en die is nog even nodig om deze situatie verder het hoofd te bieden. Rector Joe Andrew staat erop te benadrukken dat elk van jullie opgenomen wordt in de dagelijkse gebeden van iedereen in het seminarie. 

STEUN DE OPLEIDING VAN PRIESTERS EN RELIGIEUZEN BE19 0000 0421 1012 mededeling ‘Suara Opleidingen’ Bedankt!


mensen met een missie

Een teken van Gods liefde zijn Professor Henri Derroitte doceert praktische theologie en missiologie aan de Université Catholique van Louvain-la-Neuve. Daarnaast is hij directeur van de Commission Interdiocésaine pour la Catéchèse et le Catéchuménat (CICC), de Franstalige tegenhanger van de Interdiocesane Commissie voor Catechese (ICC). Professor Derroitte is dus betrokken bij verschillende aspecten van onze Kerk. Daarom polsten wij naar zijn persoonlijke overtuiging en missie, maar ook naar zijn visie op Kerk en Missio. Onze wereld en Kerk zijn voortdurend in beweging en dat heeft ook invloed op de werking ervan.

Hoe ervaart u de missie om de CICC in goede banen te leiden? Voor mij is dit inderdaad een missie om de Kerk te helpen omgaan met alle veranderingen die voortdurend plaatsvinden. Met alle middelen die ze heeft en dankzij volgehouden gebed, moet onze Kerk kinderen, jongeren en volwassenen blijven uitnodigen om

De Kerk is er om een broederschap te zijn met mensen van over de hele wereld. het christelijke geloof te ontdekken en een levengevende relatie met Jezus Christus aan te gaan. Precies dat gebeurt in de catechese en in het catechumenaat. Het is mijn missie

en taak om dat zo goed mogelijk te laten verlopen, zodat onze Kerk zoveel mogelijk kwaliteit aanbiedt en zo beschikbaar mogelijk is om mensen die dat wensen, te begeleiden in geloof. Ik zie hierbij een link met de missionaire activiteit op wereldschaal.

Hoe verbindt u het werk van de CICC met de universele missie? De Kerk wil in de hele wereld mensen aanspreken, ondersteunen, opkomen tegen wat onrechtvaardig is. De universele mis-

Jezus wil aansluiting vinden bij de Emmaüsgangers en met hen op weg gaan. Op het gepaste moment opent Hij het perspectief naar hoop. © Denise Krebs

6

suara

87


sie van de Kerk, het catechumenaat en de catechese hebben dus een gemeenschappelijk vertrekpunt en doel: de boodschap van Jezus nabij brengen en goeddoen voor alle mensen. Daarom moeten we de Kerk niet in vakjes opdelen; dat past niet bij de missionaire noden van vandaag. De Kerk is er om een broederschap te zijn met mensen van over de hele wereld.

Is het vanuit die optiek evident dat Missio en de CICC samenwerken? Als we het erover eens zijn dat de Kerk tegelijk een realiteit is én een doorgaand project van universele broederschap, is het duidelijk dat het welslagen van dit project de verantwoordelijk is van allen. Daarvoor zijn gebed en sociaal engagement nodig, maar ook de vereende krachten van alle gedoopten en van alle kerkelijke instellingen, elk vanuit hun eigen specificiteit. Ik zie daarom de Commission Interdiocésaine pour la Catéchèse et le Catéchuménat en Missio als twee organen die elkaar aanvullen en met hetzelfde bezig zijn: een teken van Gods liefde zijn en mensen de kans geven om zich aanvaard, gehoord en ondersteund te weten. Missio en de CICC voeden en helpen elkaar wederzijds door deze gemeenschappelijke bekommernis naar voor te schuiven.

Hoe ziet u dat concreet? Missio is voor mij het orgaan dat mensen er in elke lokale kerkgemeenschap aan herinnert dat de Kerk zich niet beperkt tot de grenzen van het eigen bisdom, de eigen regio of het eigen land. Vanuit haar katholiciteit heeft de Kerk een internationale, universele dimensie. Missio is daarom in de eerste plaats de long van de openheid van elke lokale kerkgemeenschap, natuurlijk met respect voor de zelfstandigheid en eigenheid

Moet de Kerk dan ook op een andere manier gaan spreken?

© rr

Ik wil de Kerk helpen omgaan met alle veranderingen die voortdurend plaatsvinden. van elke gemeenschap. Missio doet elke kerkgemeenschap inzien dat we één grote universele familie zijn. We delen hetzelfde lot, dezelfde noden en dezelfde missie. Binnen onze familie zijn we geroepen om elkaar wederzijds te verrijken door ervaringen en expertise uit te wisselen, maar ook doorheen spirituele, materiële en pastorale solidariteit. Dat is een belangrijke bijdrage van Missio aan onze Kerk. Om dat ten volle te doen, moet Missio in contact staan met de lokale Kerk. Zo vermijdt ze een eiland te worden zonder voeling met de werkelijkheid, met de vragen die mensen zich stellen, met de uitdagingen in parochies en gemeenschappen. Lokale verankering is des te belangrijker in onze context van globalisering. We komen met zoveel anderen in contact dat het belangrijk is om in dialoog te gaan, om getuigenissen vanuit verschillende hoeken te beluisteren. De Kerk moet vertrouwd raken met die werkelijkheid en multiculturaliteit.

Op dit moment is onze Kerk sterk bezig met ‘synodaliteit’, waarbij de gelijkwaardigheid van alle gedoopten in de verf wordt gezet. Elkeen moet bijdragen aan de opbouw van de Kerk. Dat heeft ook invloed op hoe we over ‘missie’ spreken. Als we de missie van de Kerk nieuw leven willen inblazen, moeten we ook hier beroep doen op de verantwoordelijkheid van elke gedoopte persoon om een project van broederschap, vrijheid en vrede onder mensen te realiseren. ‘Missie’ is dan ook niet enkel een theologisch project, maar ook een sociaal gebeuren.

Is er een Bijbelverhaal dat u bijzonder inspireert? Jazeker, een passage uit het verhaal van de Emmaüsgangers waarbij Jezus vraagt: “Waar lopen jullie toch over te praten?” en waarop de leerlingen somber blijven staan (Lucas 24,17). Jezus heeft interesse in waarover de leerlingen praten. Hij onderbreekt hen niet abrupt, maar wil aansluiting vinden. Hij deelt de zorgen van de leerlingen, gaat met hen op weg en zal op het gepaste moment doorheen een teken, een woord, het perspectief naar de hoop openen. Ik zie hierin een mooie manier om te illustreren wat missie vandaag betekent: een pastoraal van nabijheid, van beschikbaarheid om broeders en zusters te worden.

Wat wilt u onze lezers nog meegeven? Ik wens iedereen te bedanken voor zijn of haar trouw aan Missio. Ik nodig elke lezer uit om elke dag weer, doorheen wie hij of zij is en wat hij of zij doet en doorheen gebaren van solidariteit, getuigen te zijn van de universele broederschap waartoe Jezus ons roept. 

7


bedankt

Het Liefdeswerk van de Heilige Apostel Petrus Missio-Opleidingen geeft studiebeurzen aan 80 000 priesterstudenten en 120 000 priesters en religieuze mannen en vrouwen.

© Missio

Net als het Missiewerk voor de Voortplanting van het Geloof dat we je voorstelden in het vorige nummer van Suara, ontstond ook het Liefdeswerk van de Heilige Apostel Petrus door toedoen van een jonge vrouw uit Lyon: Jeanne Bigard. Zij werd geboren op 2 december 1859. Na de plotse dood van haar vader in 1879, zette Jeanne zich samen met haar moeder Stéphanie in voor de missie van de Kerk. Vandaag zetten wij hun werk wereldwijd voort. Jeanne en Stéphanie waren ervan overtuigd dat het belangrijk was lokale priesters in de nieuwe, jonge kerkgemeenschappen een goede opleiding te geven.

Ontstaan Hun overtuiging kreeg concreet vorm na een brief die bisschop Cousin, apostolisch vicaris in Nagasaki, hen schreef op 1 juni 1889. Hij vroeg de dames steun bij de bouw van een seminarie. Zij schoten meteen in actie om hiervoor fondsen in te zamelen. Enerzijds deden Jeanne en Stéphanie Bigard zelf een stevige duit in het zakje, anderzijds vroegen ze andere mensen voor deze missie te bidden en haar financieel te ondersteunen. Zo ontstond het Liefdeswerk van de Heilige Apostel Petrus. In 1922 erkende paus Pius XI dit werk als ‘pauselijk’, waardoor het onderdeel werd van de Pauselijke Missiewerken. In België noemen we dit Liefdeswerk ‘Missio-Opleidingen’.

8

suara

87

Missio-Opleidingen is vandaag aanwezig in zo’n 148 landen en heeft nog steeds precies dezelfde missie als in 1889: financiële en spirituele ondersteuning voor de vorming van priesters wereldwijd. Zo geven we de verkondiging van de Blijde Boodschap en de zelfstandigheid van lokale kerkgemeenschappen een duwtje in de rug. Dat gebeurt doorheen een universeel solidariteitsfonds waaraan katholieken van over de hele wereld bijdragen.

Universeel fonds Vanuit dit fonds wordt steun uitgekeerd aan de opleiding en permanente vorming van kerkelijke verantwoordelijken. Dat gebeurt op drie manieren. Ten eerste zorgt het fonds voor jaarlijkse steun aan zo’n 8 000 seminaries over de hele wereld voor de bouw van seminaries, de uitbreiding ervan, het onderhoud of de herstelling van de gebouwen die nodig zijn voor de opleiding van priesters.

Ten tweede is er directe steun voor de opleiding van toekomstige priesters: zo’n 80 000 studenten krijgen een jaarlijkse toelage van 500 euro. Ten derde keert het fonds studiebeurzen uit voor ongeveer 120 000 priesters en religieuze mannen en vrouwen.

In België Missio-België maakt uiteraard onderdeel uit van deze wereldwijde beweging. Daarom informeren we je via verschillende kanalen over de obstakels die vele jongemannen ervaren om hun priesterroeping waar te maken. We vragen je voor hen, en voor anderen die zich geroepen weten om zich ten dienste van de Kerk en mensen te stellen, te bidden en hen waar mogelijk financieel te ondersteunen. Om je verbondenheid te verdiepen is het mogelijk een peter- of meterschap van een student op langere termijn aan te gaan en ook met


STEUN DE OPLEIDING VAN PRIESTERS EN RELIGIEUZEN

hem te corresponderen via Missio. Ten slotte heeft Missio-België ook een eigen ICTactie waarbij we, sinds 2008, seminaries voorzien van recente computers. Helaas moesten we dit project (tijdelijk) opschorten bij gebrek aan middelen. Hopelijk help jij ons het snel nieuw leven in te blazen.

Jouw steun Jouw steun voor zowel het algemene engagement van Missio-Opleidingen als voor onze ICT-actie is van groot belang voor onze wereldkerk. Jij kunt ons helpen in onze missie door bijvoorbeeld een gebedsgroep op te richten om te bidden voor roepingen in onze Kerk en voor een vruchtbare opleiding van zij die zich al geroepen weten; of door parochies en mensen rondom je bewust te maken van de moeilijkheden die jongemannen ondervinden in hun droom priester te worden, omdat ze de opleiding niet kunnen betalen. Een gift van 12,50 euro per maand volstaat al om het inschrijvingsgeld van een priesterstudent te helpen dragen. Met een gift van 500 euro schenk je hem een studiebeurs voor één jaar.

Bedankt! In elk geval hebben velen al bijgedragen aan Missio-Opleidingen. In naam van duizenden priesterstudenten, catechisten en religieuzen wereldwijd willen we je daarvoor van harte bedanken! Zijzelf kunnen dat natuurlijk nog beter. Daarom laten we drie mensen zelf aan het woord.

Deze jongemannen zien hun droom om priester te worden werkelijkheid worden, dankzij jou. © Missio

BE19 0000 0421 1012 met mededeling ‘Suara Opleidingen'. Bedankt!

“Beste directeur van Missio-België, hartelijke groeten vanuit het Heilig Hartseminarie in India! Bedankt voor je steun aan ons seminarie, waardoor we een degelijke priesteropleiding kunnen aanbieden. Bedankt om begrip op te brengen voor de moeilijke situatie waarin ons seminarie en ook veel van onze studenten zich bevinden. We bidden elke dag voor jou en voor de weldoeners van Missio-België die je helpen ons te ondersteunen.”

“Met dit schrijven wil ik je laten weten dat het Propedeutisch Seminarie van Sint-Franciscus van Assisi in Nden, in Kameroen, de achttien computers en vier printers goed ontvangen heeft. Bedankt om zo in te gaan om de vraag die wij op 18 oktober 2019 richtten tot het internationaal secretariaat van Missio-Opleidingen en die zij aan Missio-België doorspeelden. We zijn Missio-België zeer erkentelijk en dankbaar. We zijn verbonden in Christus.” Alphonse Daniel Esseyi

Joseph Felix Michael, ererector

“De seminaristen, de docenten van het seminarie en ikzelf danken Missio-België en al haar weldoeners van harte voor alles wat jullie doen voor de toekomstige priesters van onze Kerk. Jullie mogen rekenen op ons gebed.” Hippolyte Gbadja Mel, rector van het Heilig Hartseminarie van Marie d’Anyama, Ivoorkust

Wrange nasmaak Hoewel deze bedankingswoorden ons veel deugd doen, voelen we toch een wrange nasmaak omdat jaarlijks ongeveer één derde van de steunvragen geen opvolging krijgt door gebrek aan middelen. Hierdoor hebben sommige bisschoppen geen andere keuze dan priesterstudenten weigeren, omdat niemand hun opleidingskosten kan dragen. Daarom vragen we je nogmaals dit waardevolle werk te steunen met een gift of door Missio-Opleidingen op te nemen in je testament. Alvast bedankt. 


op missie in België

Priester voor en tussen mensen Als priester van de wereldkerk probeer ik Gods onvoorspelbare wegen te volgen. Daarbij is het voor mij belangrijk om solidair en in verbondenheid met anderen te leven. Ik ben immers missionaris in hart en nieren: gezonden naar mensen, zonder onderscheid. Vandaag zet ik dat in praktijk in de Pastorale Eenheid Sint-Paulus van Waregem. GILDAS CAMBIA

Ik ben afkomstig uit het West-Afrikaanse Benin. Mijn ouders waren als catechist kerkelijk geëngageerde mensen. Tijdens de missieperiode van de Witte Paters vertaalde mijn vader zelfs de preken in de kerk.

Iets betekenen Het engagement van mijn ouders, ook in hun job als verpleger en sociaal assistente, werkte inspirerend. Ik leerde hoe belangrijk het is je naaste te waarderen en ten dienste te staan van anderen. Precies daarom wilde ik zelf priester worden: ik wilde iets betekenen voor mensen.

Die roeping voelde ik al erg jong. Op 14-jarige leeftijd al begon ik me in het ‘klein seminarie’ voor te bereiden. Ik zette het parcours voort in het middelbaar en startte in 2007 in het zuiden van Benin aan de eigenlijke priesterstudies met filosofie, theologie en stage. Op dat moment voelde ik het verlangen me aan te sluiten bij de Augustijnen in Gent en bracht God me zo naar België. Later stapte ik over naar het bisdom Brugge.

Brugge Hier zette ik mijn studies verder. Of beter gezegd, ik begon opnieuw. Door de taal

moest ik immers van vooraf aan beginnen. Ondanks de herhaling, hebben de zes jaren in het Grootseminarie van Brugge me veel bijgebracht op spiritueel, intellectueel en menselijk gebied. Vooral de omgang van de docenten met de studenten was voor mij een verademing. Wat een verschil met de autoritaire structuur in Benin, waar priesterstudenten niets mogen zeggen of geen fouten mogen maken!

Gelijke hoogte Dat verschil in de omgang zet zich ook na de opleiding door. In België mag ik als priester op gelijke hoogte met de parochianen staan, we werken echt samen. Zo kun je een band opbouwen met mensen. Toch was de confrontatie met het individualisme in België voor mij hard. Ik vond het vreemd dat ik mensen begroette op straat, maar geen reactie terugkreeg. Gelukkig leerde ik later de uitdrukking ‘onbekend is onbemind’ en zie ik dat veel muren wegvallen eens er contact geweest is.

Openheid Dat is net zo met onze kerkgemeenschap. Daarom probeer ik jongeren aan te trekken door authentiek te leven en de vieringen aantrekkelijk te maken, vooral door muziek. En ik help onze parochie over de grenzen te kijken. Door mijn achtergrond heb ik immers bijzondere aandacht voor verbondenheid binnen de wereldkerk en voor solidariteit. 

Als priester wil ik iets betekenen voor mensen.

“In België kan ik als priester op gelijke hoogte met de parochianen staan en echt samenwerken. Zo kun je een band opbouwen met mensen.” © Gildas Cambia


gedachten van de directeur

Missio, een wereldwijd missionair netwerk door gebed en concrete solidariteit THÉOGÈNE HAVUGIMANA

Onze wereld wordt elke dag meer complex en dat brengt heel wat moeilijkheden met zich mee. Verschillende staatsinstellingen en religieuze organisaties komen daardoor in de verleiding zich op zichzelf terug te plooien, om zichzelf te beschermen. Het gevaar om zichzelf als referentiepunt te nemen loert altijd om de hoek. Paus Franciscus beschrijft deze autoreferentialiteit als een zich opsluiten in ‘zo werd het altijd gedaan’, een houding van zelfvoldaanheid waarbij men angst krijgt om een nieuwe realiteit te ontdekken (Videoboodschap over de evangelisatie vandaag, 16 november 2013). De missionaire zending van de Kerk kan hier tegengewicht aan bieden. De Kerk is van nature missionair en moet de hele wereld durven bereiken. Het is een Kerk zonder grenzen die in gesprek moet durven gaan met alle mensen in de vier hoeken van de wereld doorheen gebed en solidariteit. Missio (de Pauselijke Missiewerken) schrijft zich hierin in en bouwt, in de voetsporen van Pauline Jaricot (1799-1862), aan zo’n missionair netwerk. Zo is Pauline tot op vandaag een bron van inspiratie. De bekering en het engagement van deze lekenvrouw uit Lyon gaven de Franse Kerk een nieuw elan. Na de Franse Revolutie werd die immers geteisterd door antiklerikalisme en een grote ontchristelijking. Ook Pauline bleef niet gespaard van die tijdsgeest. Maar op 17-jarige leeftijd werd ze geraakt door het Woord van God en maakte ze een bekering door. Ze ontdekte Christus en stelde zich ten dienste van Hem doorheen onder andere zorg voor zieken of bezoek aan gevangenen. Naast het gebed, kreeg haar ontmoeting met Christus zo een zichtbaar karakter in haar concrete daden van naastenliefde en solidari-

Dankzij gebed en concrete solidariteit gaf Pauline Jaricot de Kerk een nieuw missionair elan. © DR

teit. Ze schreef hier zelf over: “Ik heb Christus meer liefgehad dan wie of wat ook ter wereld. En door mijn liefde voor Hem, ben ik anderen nog meer gaan liefhebben dan mezelf; vooral wie in moeilijke omstandigheden werkt of wie lijdt.” (Aleteia, 16 oktober 2015). Stap voor stap verzamelde Pauline mensen rondom haar om samen missionaire groepen te vormen die ze zelf “de herstellers van het onbegrepen en verachte hart van Jezus” noemde (Ibid). Deze groepen namen kwetsbare personen op in hun gebed en ze steunden hen ook materieel. Daarnaast had Pauline ook aandacht voor de missie van de Kerk en haar missionarissen. Ook voor hen bad ze. Via haar broer, die een opleiding tot priester volgde, leerde ze dat katholieke missionarissen in China nood hadden aan financiële steun. Ze stimuleerde de missionaire groepen om voor hen te bidden en hen te ondersteunen met een weke-

lijkse gift. Zo wekte ze bij hen de interesse in het missionaire thema en herinnerde ze hen eraan dat elke gelovige deelneemt aan de missionaire zending van de Kerk. Zo ligt Pauline Jaricot aan de basis van het Pauselijke Missiewerk voor de Voortplanting van het Geloof en werd ze een bron van inspiratie voor de Pauselijke Missiewerken (Missio). Dankzij gebed en concrete solidariteit gaf ze de Kerk een nieuw missionair elan. Ze redde zo de Kerk van de verleiding om zich op zichzelf terug te plooien, moedigde haar aan verder te kijken en te durven gaan tot de uithoeken van de aarde. Missio wil doorheen verschillende initiatieven trouw blijven aan dit oorspronkelijke charisma: christenen warm maken om te bouwen aan een wereldwijd, missionair netwerk doorheen gebed en naastenliefde. 

11


colofon Redactie Catherine De Ryck Werkten mee aan dit nummer Joe Andrew, Emmanuel Babissagana, Gildas Cambia, Henri Derroitte, Alphonse Daniel Esseyi, Théogène Havugimana, Hippolyte Gbadja Mel, Joseph Felix Michael, Robert Swanenberg Foto’s Joe Andrew, Gildas Cambia, congerdesign, Denise Krebs, DR, Lightspring, Missio, Robert Swanenberg, Sychov Serhii Lay-out en drukwerk Halewijn nv Verantwoordelijke uitgever Théogène Havugimana, Vorstlaan 199, 1160 Brussel Contact Vorstlaan 199, 1160 Brussel, 02 679 06 30 info@missio.be, www.missio.be, www.facebook.com/MissioBelgie Ondernemingsnummer: 0410647718 Adreswijziging of uitschrijving suara@missio.be Reacties en suggesties pub@missio.be

BE19 0000 0421 1012

www.

.be


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.