Masterraad nieuwsbrief zomer 2016

Page 1


De co-nieuwsbrief is een initiatief van de Masterraad. De Masterraad is onderdeel van M.F.V. Panacea. De nieuwsbrief verschijnt vier keer per jaar. Aan deze nieuwsbrief kunnen geen rechten worden ontleend. De Masterraad en/of Panacea hoeft de zienswijze in de geplaatste stukken niet te onderschrijven.

Leden Masterraad Voorzitter : Sam Dings Secretaris : Evelien Bourguignon Penningmeester : Maarten Coenen Onderwijs : Klaartje de Bruijn Piter Huisma Renee Manden Cursussen : David Crull Bibian Schaffer Annick de Planque Promotie : Dido van Leeuwen Marlou Haartsen Jeroen Schuitenmaker

Stukjes insturen kan via masterraad@panacea.nl of via de site www.panacea.nl/master Bekijk ook onze Facebookpagina: www.facebook.com/masterraadgroningen

2


Inhoud Voorwoord

4

(Visite)dienst op de huisartsenpost

6

Iljas Visker naar de paralympische spelen in Rio

8

Door: Frank Schuring

Coschappen in Oldenburg Door: Roel van Pel

If you are going through hell, keep going Door: Dan Koning

10

12

Alumni- en Carrièrecommissie (ACC)

14

Opleiding tot sportarts

16

Interview met “Koningin Klaartje” Coen-Laude met Coenen

18

20

In ‘t zonnetje

22

Agenda

23

3


VOORWOORD Beste coassistenten! In deze waanzinnige sportmaanden met onder andere het EK voetbal, Wimbledon, de Tour de France, de Olympische Spelen en het succes van de nederlanders op het EK atletiek en Max Verstappen in de formule 1 kon deze masterraad nieuwsbrief ‘De (C)Olympische Spelen’ uiteraard niet achterblijven. Waar wij op dit moment nog steeds balen van het afgelopen EK, al helemaal omdat Portugal er met de titel vandoor ging, kijken we pas echt reikhalzend uit naar Nederlands succes in Rio. Of zal Max Verstappen onze harten weer sneller doen kloppen? In deze nieuwsbrief zijn in ieder geval een interview met een heuse hoofdklasse hockeyster en een verhaal van een sporter die namens Nederland zal proberen een gouden medaille mee naar huis te nemen te lezen. Veel leesplezier gewenst! De zomer betekent ook dat wij als coassistenten eindelijk weer in seizoen ingaan waarin je na een lange dag coschappen nog kunt genieten van een lekker zonnetje. Mocht die er niet zijn, dan hebben we altijd nog een aantal uren licht te gaan. Dat maakt onze gekoesterde avonden een stuk lekkerder. De sporters zullen het deze zomer dus moeten laten zien, maar wij hebben met de masterraad ook zeker niet stilgestaan. Zo hebben we onlangs een aantal geslaagde avonden achter de rug waaronder een ECG-cursus, een sollicitatiecursus en een interactieve Co&Carrière avond! Ook op het gebied van functies is er een en ander veranderd. Zo zal Piter Huisma (spreek uit als: Pitter) het stokje als voorzitter overnemen aangezien ik over een aantal weken naar Curaçao zal vertrekken voor mijn M2. Ik heb deze functie met veel plezier ingevuld! Piter, succes!

4


Naast al deze serieuze extracurriculaire activiteiten was er onlangs ook weer ruimte voor de beroemde Masterraad pubquiz. Iedereen die er was: bedankt voor de input, het was weer een zeer geslaagde avond! Uiteraard is het op 1 juli ook weer tijd voor de jaarlijkse Co-Outdag! Dit belooft weer een waar spektakel te worden met onder andere een nog geheime dagactiviteit, diner en afgekocht feest. Namens de Masterraad hopen we iedereen ook op deze dag weer te zien, maar we verwachten dat dat geen probleem zal zijn als we kijken naar de opkomst op de drukbezochte co-borrels! De co-outdag op 1 juli was ook weer een groot spektakel. Met overdag mooie activiteiten per ziekenhuis en ’s avonds een topfeest in huize maas! Via deze weg wil ik namens de Masterraad graag alle mensen bedanken die zich hiervoor hebben ingezet. Zoals eerder gemeld zitten we ook volop in een proces waarin het onderwijs en de klinische stages worden geëvalueerd. Deze gegevens zullen op korte termijn ook daadwerkelijk gebruikt worden om eventuele veranderingen aan te brengen. Daarom via deze weg nog eenmaal de oproep tot het invullen van de enquêtes om ons zoveel mogelijk informatie toe te doen komen. Geniet de komende periode allen van de zomer en al het moois dat de sportwereld ons zal geven! Namens de Masterraad, Sam Dings Voorzitter Masterraad

5


(Visite)dienst op de huisartsenpost Door: Frank Schuring, huisarts, KTC-docent

In de dienst worden de spreekuren gereguleerd door een team van getrainde assistenten. In de afhandeling van contact met een patiënt bestaan drie mogelijke uitkomsten: het wordt een visite, een consult, of er wordt een zelfzorgadvies gegeven. De zelfzorgadviezen moeten geautoriseerd worden door de dienstdoende huisartsen. In de regio waar ik dienst doe, hebben doorgaans twee artsen simultaan dienst. De één doet primair de visites en de ander de consulten. De consultdienst wordt in de regel als zwaarder ervaren omdat de hoeveelheid consulten meestal het aantal visites ver overstijgt en omdat ook de autorisaties van zelfzorgadviezen door de consultarts worden afgehandeld. Via die autorisatie wordt de dokter eindverantwoordelijk voor al het goeds, of al het ellendigs dat daar uit voortkomt. Hier wringt de schoen altijd een beetje: heel kritisch zijn levert meer werk op, terwijl alles klakkeloos autoriseren potentieel schade op kan leveren voor zowel de patiënt als voor de dokter. Autoriseren zonder contempleren gebeurt (in ieder geval door mij) dus praktisch nooit. Het komt echter wel geregeld voor dat ik overlegjes autoriseer waarbij ik niet helemaal blij ben met de exacte bewoording ervan. Een simpel overleg over een urineweginfectie waarbij niet beschreven staat of de patiënt koorts heeft, levert toch altijd wat strubbelingen op in mijn hoofd. Die betreffende dienst was voor mij een visitedienst. Ik neem me altijd voor om – in de absentie van visites – ook gewone consulten te doen. Daar schuilt een probleem in omdat voor spoedvisites (zogenaamde A1 of urgentie-1 visites) ik geacht wordt om per direct met de chauffeur naar de auto te gaan en met sirene en zwaailicht naar de patiënt te gaan. Als ik op dat moment midden in een consult zit dan moet ik wel direct alles kunnen laten vallen. Dit gaat niet bij een patiënt die een moeilijk of urgent probleem heeft. Ik probeer een dergelijke situatie te voorkomen door van te voren de ‘makkelijkere’ patiënten te selecteren door de vooraankondiging in het systeem te lezen. Niet helemaal eerlijk voor de consultdokter die dus met alleen maar lastige problematiek over blijft, maar goed, niemand heeft gezegd dat dienst doen altijd ‘eerlijk’ verloopt. Daarbij: de volgende keer ben ik de consultarts en moet ik hopen dat de dienstdoende (visite)collega mij hetzelfde plezier doet.

6


Nog voor ik de eerste ‘makkelijke’ patiënt kon binnenroepen diende de eerste (niet spoedeisende) visite zich aan. Het was 08.15h. Samen met de chauffeur ging ik op pad. Ik zag achtereenvolgens twee terminale patiënten, een patiënt met een Korsakov syndroom (die ik slechts met de grootst mogelijke moeite opgenomen kon krijgen) een dreigende patiënt in het asielzoekerscentrum (die geen Nederlands sprak), een niet zo zieke man in het buitengebied van onze regio, een geretardeerde jongeman die ‘anders was dan anders’ aldus zijn verzorgers, een duizelige patiënt die ‘het niet helemaal vertrouwde’, een patiënt met een pneumonie en nog een scala aan andere zaken die ik me niet allemaal meer voor de geest kan halen. Zo heb ik samen met de chauffeur die dag behoorlijk wat kilometers in de regio gemaakt, drie patienten ingestuurd en uiteindelijk – op één cola – 14 visites afgelegd. We waren om 16.15h weer terug en in die hele dienst heb ik niet één reguliere patiënt op de post gezien. Visitedienst is helaas dus geen garantie voor een rustige dienst!

7


Iljas Visker naar de paralympische spelen in Rio Mijn naam is Iljas Visker speler van het Nederlands cp-team, ook wel het paralympisch voetbalteam genoemd. Dit team is voor voetballers die als gevolg van een hersenbeschadiging een motorisch probleem hebben. Voor ik meer ga vertellen over dit team, wil ik eerst wat meer over mezelf vertellen. Ik ben op 1 januari 1992 geboren in het ziekenhuis van Venlo. Op 5-jarige leeftijd gestart met voetbal bij de plaatselijke voetbalclub. Al snel bleek het dat ik talent had en kwam later bij KNVB regio en districtteams terecht. Toen ik 16 was kwam VVV-Venlo in beeld. De trainingen en testwedstrijden gingen goed, ik begon al een beetje te hopen op een mooie voetbaltoekomst. Maar toen‌ 28 augustus 2008, ik stond me klaar te maken op mijn kamer voor school. Opeens kon ik mijn rechterarm niet meer controleren. Enkele secondes later deed mijn rechterbeen hetzelfde en was het voor mij niet meer mogelijk om recht op te staan. Ook was ik direct erg misselijk en ben toen op de grond gaan liggen. Na contact met de dokter hebben gehad werd er geadviseerd om rustig te blijven, het ging waarschijnlijk om migraine met uitvalsverschijnselen. 72 uur later was er nog niks veranderd en zijn we naar het ziekenhuis gegaan. Na de eerste MRI-scan dachten ze dat het een hersentumor was. Gelukkig bleek dit niet waar te zijn. Na alle onderzoeken die je je maar kan bedenken in het ziekenhuis van Maastricht kwam de uitslag. Een herseninfarct in mijn rechter kleine hersenen. Het was vreemd dat mijn lichaam niet meer wilde wat ik zelf wilde. Maar waar ik het meest mee zat was dat een dokter zei dat voetbal er niet meer in zat. Na deze uitspraak ben ik haar kantoor uitgelopen, ik was er 100% van overtuigd dat ik haar ging laten zien dat ze het fout had. Al snel kon ik weer lopen, rennen, springen en ga zo maar door. Maar voetballen zoals eerst was niet meer mogelijk. Maar daar ging het mij niet om, ik wilde voetballen, op welk niveau interesseerde me niet. Dat niveau is het cp-team geworden.

8


Met het cp-team zijn wij nu in voorbereiding op de Paralympische Spelen in Rio. Sinds 2013 trainen wij fulltime op Papendal in Arnhem. Vijf trainingen op het veld, twee in het krachthonk en dan nog een wedstrijd op zaterdag. Dit is een intensief programma en werken is daarom ook lastig. Ik ben zelf afgestudeerd op het Johan Cruyff college in Nijmegen en heb daarna besloten om me vol te gaan richten op de sport. Deze keuze was mogelijk omdat wij salaris ontvangen. Als je mij op 16-jarige leeftijd had gezegd om als fulltime sporter door het leven te gaan, had ik ervoor getekend! Ikzelf kwam erbij in 2010 en heb al mogen spelen op verschillende grote toernooien over de hele wereld, met als hoogtepunt de Spelen van Londen 2012. Dit was echt een geweldige ervaring en ik kijk dus al bijna vier jaar uit naar mijn volgende hoogtepunt! Zou je meer willen over cp-voetbal neem dan even een kijkje op www.cpvoetbal.nl

9


Coschappen in Oldenburg Door: Roel van Pel

In 2012 is in Oldenburg een geneeskundeopleiding gestart genaamd de European Medical School. In het kader van de samenwerking met Groningen is er afgesproken dat er tot 40 Nederlandse co’s hun M2 mogen lopen in Oldenburg. Ik heb vanaf april 2014 tot en met februari 2015 mijn M2 gevolgd in Oldenburg. Toen ik tijdens mijn M1 voor een affiliatie moest kiezen was Oldenburg een vrij onbekende affiliatie. Het werd door veel mensen gemeden omdat alles in het Duits gaat en Duitsers vaak de naam hebben streng en hiërarchisch te zijn. Ik heb gemerkt dat de beweegredenen voor de mensen die wel voor Oldenburg kozen, op een enkele onvrijwillige plaatsing na, veelal vergelijkbaar waren. Namelijk even iets heel anders. Een andere omgeving, andere taal en een ander systeem. En dat is precies wat ik in een jaar Oldenburg heb ervaren. Daarnaast is de arbeidsmarkt voor pas afgestudeerde artsen in Duitsland niet zo verzadigd als in Nederland. Er zijn goede mogelijkheden tot specialisatie bij zo goed als elk specialisme. Hierbij is een jaar wennen aan de taal en organisatie in Duitsland natuurlijk een absolute pre. Ondanks het feit dat Oldenburg maar 130 kilometer van Groningen ligt zijn er grote verschillen. Allereerst is het Duitse systeem anders dan het Nederlandse. De manier van verzekeren, “Niedergelassene” specialisten buiten het ziekenhuis en een systeem met de Chefartzt aan het roer van een afdeling geven je een inkijk in een andere cultuur en manier waarop de zorg georganiseerd wordt. Ik denk dat waar je ook gaat specialiseren, je deze ervaringen altijd mee zal nemen. Je loopt stage in drie ziekenhuizen en een psychiatrische kliniek en krijgt daar een prima woonruimte aangeboden. Vanuit de faculteit krijg je daarnaast een cursus Duits aangeboden wanneer je moedertaal geen Duits is. Deze bestaat uit 12 avonden waarin je enigszins wordt voorbereid op de praktijk. Met de nadruk op enigszins, ik ben alles behalve een natuurtalent op het gebied van taal en eerlijkheid gediend dan ook te zeggen dat ik de eerste dagen in de kliniek vooral bezig was met het begrijpen wat er nou allemaal werd gezegd. Gelukkig is Duits geen Chinees en is deze opstartfase maar van korte duur. Eigenlijk iedereen heeft de Duitse taal aardig snel onder de knie en fouten maken hoort er natuurlijk bij. Bij mij begon het echt snel vooruit te gaan toen ik de angst om fouten te maken overboord zette en met vallen en opstaan steeds meer vooruitgang boekt.

10


Als Nederlandse co loop je in Oldenburg niet alleen rond. Vanuit verschillende Duitse universiteiten lopen er PJ’ler (Praktisches jahr) die na 5 jaar theorie 1 jaar coschappen volgen. Theoretisch hebben deze vaak meer kennis, echter door onze ervaring in de praktijk en vaak assertievere houding maken dat je in de kliniek niet onder doet. Tijdens mijn jaar kwamen ook de eerste co’s opgeleid door de universiteit Oldenbrug in de kliniek. Deze volgen een vergelijkbaar systeem als wij. Dit ging vooral qua planning nog met wat vallen en opstaan. Daarnaast zagen de artsen door de 3 typen co’s af en toe door de bomen het bos niet meer en was je vaak aan het uitleggen wie je bent en wat je kan. Mijn verwachting is dat dit met een betere op elkaar afgestemde planning wel goed moet komen. Maar de luxe van alleen op de afdeling en gaan en staan die ik nog heb gehad zal waarschijnlijk wel minder worden. Wat verder een groot verschil is tussen Oldenburg en Groningen vond ik dat de co nog niet echt een vaste plek in de kliniek had veroverd. Voordeel daarvan is dat het oprecht werd gewaardeerd als we op een afdeling kwamen en dat je zelf in kon schatten hoe je het meest zou leren. Hiervoor was het wel belangrijk om een open en assertieve houding te hebben. Oldenburg is een relatief kleine affiliatie waar iedereen elkaar goed leert kennen. We hadden een hechte groep en met activiteiten als de “Kohlfahrt”, kegelen en een weekend naar Hamburg hebben we naast de co-borrels ook op een mooie manier kennis gemaakt met de Duitse manier van ontspannen. Al met al valt er in een jaar coschappen in Oldenburg ontzettend veel te leren. Niet alleen op geneeskundig gebied maar ook voor je persoonlijke ontwikkeling kan het geen kwaad om een keer de uitdaging aan te gaan en een jaar te kiezen voor iets heel anders. Persoonlijk heb ik zeker geen spijt van mijn keuze.

11


If you are going through hell, keep going Co-lumn door Dan Koning Het is een uitspraak van Winston Churchill die de laatste fase van mijn tijd als PhD student markeerde. In, wat ik bijna als een vorig leven beschouw, heb ik promotieonderzoek gedaan. Destijds liep ik rond in een lab als research analist en werd ik door mijn toenmalige leidinggevende gevraagd om door te stromen naar een positie als aio. Naïef als ik was heb ik dat aanbod toen aangenomen. Ik vond het gewoon leuk om onderzoek te doen. Om nieuwe dingen te ontdekken. Experimenten uitvoeren, kennis opdoen en die kennis direct toepassen. Samen met anderen intelligentie bundelen om van de wereld een betere plaats te maken. Dat was onderzoek voor mij in essentie, ik was een romanticus. De wetenschapswolk was roze voor me in die tijd. Zo naar het einde van het promotietraject toe was de roze wolk grijs geworden. Ik begon ik me te realiseren dat mijn functie als hot-shot PhD student in werkelijkheid niet veel meer inhield dan het uitvoeren van de hersenspinsels van de hogere heren. Deze proef nog even, deze analyse nog. Nog een laatste experiment. En nog een. Mijn contract liep inmiddels af en het geld raakte op. Mijn moeder werd ziek. Mijn vriendin maakte het uit. In die tijd was ik bang dat ik op een dag wakker zou worden en mezelf niet meer naar het lab kon sleuren. Dat ik zou breken. Dat gebeurde niet. Waarom weet ik eigenlijk niet, misschien omdat ik ergens dacht, of hoopte, dat de romantiek in de wetenschap er nog was. Dat ik hem alleen weer moest hervinden, de vlam weer moest ontwaken. Dat ik met één proef, één analyse, het plezier weer terugvond waardoor ik ooit was begonnen met het doen van onderzoek. Maar er was niks meer te ontwaken. Net als vele anderen om mij heen was ik, zonder het door te hebben, verblind geraakt door de jacht naar high-impact papers. Op jacht naar aanzien. Maar de wereld die ik eens had gehoopt vooruit te duwen, bewoog niet eens een beetje. Ik kon alleen mijn eigen CV en dat van de mensen om me heen spekken. Na mijn verdediging had ik er genoeg van. De politiek, de ambitie, de spelletjes, ik was er klaar mee. Ik ging op zoek naar een andere manier om mensen te helpen en rolde zodoende de studie Geneeskunde in.

12


Promoveren is een hot item voor studenten geneeskunde. Deels vanwege interesse, maar deels ook uit nood. Meer en meer is een PhD een pre om in opleiding tot specialist te komen. Ziekenhuizen zoeken steeds completere doktoren en gedegen kennis hebben van onderzoek wordt gewaardeerd. Om studenten tegemoet te komen in een maatschappij die gebukt gaat onder tijdsdruk en ambitie biedt de RUG een zogenaamd MD-PhD traject aan: de coschappen combineren met het doen van onderzoek, waarna een PhD versneld behaald kan worden. Persoonlijk ben ik wat terughoudend wat betreft het programma. Het idee om in twee jaar na de co-schappen te promoveren klinkt me net iets te mooi. Ik heb in mijn tijd niemand meegemaakt die aan het einde van zijn contract klaar was, en wij hadden vier jaar de tijd. Daarnaast riskeert men dat uit beide trajecten, leerzaam als ze zijn, niet het maximale wordt gehaald, omdat het teveel van de student vergt. Ik word zelfs wat sceptisch over de toekomst als ik zie hoe de huidige generatie studenten worstelt met de – overigens niet waterdichte – aanwezigheidsplicht in M1. En anders dan tijdens de studie wordt je nu niet automatisch beloond voor je inzet. Waar de kans groot is dat je hogere cijfers gaat halen naarmate je harder studeert, heb je eenzelfde vooruitzicht allerminst bij het doen van onderzoek. Meer uren in je onderzoek steken, meer experimenten uitvoeren, niemand kan je garanderen dat het je verder helpt. De enige garantie die je wel hebt is dat je op een dag vertwijfeld met je data op schoot zit en denkt: waar doe ik dit eigenlijk voor? Bovendien is er altijd wel een concurrerende promovendus ergens op de wereld die harder werkt dan jij. Of zoals ik het laatst tegenkwam: roses are red, violets are blue, there always an Asian better than you. Is het dan allemaal kommer en kwel? Gelukkig niet. Ik ken de exacte cijfers niet, maar schat dat zo’n 90% van de mensen die aan een PhD-project beginnen dit vroeg of laat ook afmaken en ik verwacht vergelijkbare aantallen voor het MD-PhD traject. Nog een geluk: je hoeft er ook niet slim voor te zijn. Het helpt wel hoor, maar uiteindelijk is motivatie de belangrijkste drijfveer om het tot een goed einde te brengen. En vergeet ook niet dat ik maar een van de vele promovendi ben. In deze column is slechts één mening vertegenwoordigt. Waar ik gestopt ben na mijn promotie zijn anderen verder gegaan. Verliefd geworden op de wetenschap werken ze in onderzoekscentra over de hele wereld. Ze leven hun droom of proberen hem in elk geval na te jagen. Ook ik heb nooit spijt gehad van de keuze om te promoveren en ben de mensen die me die kans hebben gegeven nog steeds dankbaar. Het is een belangrijke levensles geweest die me zowel persoonlijk als professioneel heeft gevormd. Ik kan het daarom iedereen aanraden. En tegelijkertijd ook niet.

13


Alumni- en Carrièrecommissie (ACC) Beste lezers, Even voorstellen: wij zijn de Alumni- en Carrièrecommissie van Panacea (ACC). Wij vijf vrouwen organiseren in samenwerking met Alumnivereniging Antonius Deusing verschillende activiteiten door het jaar heen. Ons doel is om bachelor- en masterstudenten in contact te brengen met specialisten door heel Nederland. Maar nu even concreet; hoe brengen we studenten in contact met specialisten? De Panacea website heeft een heuse navigatieknop genaamd ‘Carrière’. Als je hier op klinkt, navigeer je zo naar het buddysysteem waar je gekoppeld kan worden aan een arts van Antonius Deusing. Bij deze arts kun je vragen stellen over jouw carrière, onderzoek, meeloopdagen en keuzeprojecten door heel Nederland. Daarnaast kun je klikken op de specialismepagina, waar je direct per specialisme kunt vinden wat er wordt aangeboden en wie de contactpersonen zijn. Wil je gynaecoloog worden en wil je op die afdeling jouw semi-arts stage doen? Lijkt de anesthesiologie je wat, maar wil je eerst een dagje meelopen voordat je het als vier-weken-durend keuze-coschap kiest? Je vindt de informatie en contactgegevens op de carrièrepagina! Naast deze focus op carrière en ambities, organiseren wij ook gezellige activiteiten die vrijwel altijd eindigen met een borrel! Het leuke aan al deze activiteiten is dat er naast studenten ook alumni op af komen, zodat je tussendoor nog even nonchalant aan je netwerk kan werken!

14


De Battle betrof dit jaar een debatavond over ‘Kosten in de zorg’, met verschillende sprekers en een grote hoeveelheid bittergarnituur. Ook organiseert de commissie elk jaar de Buitendag en een extra activiteit. De Buitendag (pitch & putt op Kardinge) is helaas al geweest, maar de extra activiteit zal dit jaar nog plaatsvinden. Benieuwd wat we gaan doen? Hou de Panacea website in de gaten! Tot slot dragen wij bij aan de Antonius Deusing Dag, de dag waarop o.a. de prijzen worden uitgereikt voor de beste Wetenschappelijke stage en de beste Klinische Les. Wil je meer weten, schroom dan niet en mail ons via acc@panacea.nl! Liefs, de ACC

15


Opleiding tot sportarts (via sportgeneeskunde.com)

Sportgeneeskunde is het medisch specialisme dat zich richt op het herstellen, waarborgen en bevorderen van de gezondheid van (potentiële) deelnemers aan sport en sportieve activiteiten. Ook richt het zich op het herstellen, waarborgen en bevorderen van de gezondheid van mensen met chronische aandoeningen door middel van sport en bewegen (excercise = medicine). Bij beiden wordt uitdrukkelijk rekening gehouden met de sportspecifieke belasting en belastbaarheid. De kracht van de sportarts ligt in het feit dat deze een analyse kan maken van de klacht, waarbij rekening wordt gehouden met het feit dat de ontstaanswijze vaak multifactorieel bepaald is en - in het geval van een klacht van het bewegingsapparaat - als regel gepaard gaat met problematiek in de bewegingsketen (ketenproblematiek). Dit impliceert dat het therapeutisch handelen op meerdere niveaus gericht kan zijn. In de analyse en de behandeling van het probleem worden naast materiaal- en omgevingsfactoren ook psychische, sociale en cognitieve factoren meegenomen.Een standaardonderdeel van de kerntaken van de sportarts is het afnemen van een algemene en sportspecifieke anamnese en van een algemeen lichamelijk onderzoek en/of sportspecifiek onderzoek van het bewegingsapparaat. Voor het stellen van de diagnose zal de sportarts op indicatie gebruik maken van: ◦ Inspanningsdiagnostiek, onder te verdelen in inspanningstesten uitgevoerd in het laboratorium en inspanningstesten uitgevoerd in de sportspecifieke situatie; de testen die in het laboratorium worden uitgevoerd zijn met name (maximale) inspanningstesten op een (fiets)ergometer of loopband onder ECG-controle en op indicatie aangevuld met ademgasanalyse; ◦ Biomechanische analyse (o.a. loopanalyse); ◦ Compartimentsdrukmeting; ◦ Laboratoriumonderzoek/bloedanalyse; ◦ Longfunctieonderzoek; ◦ Beeldvormende diagnostiek (röntgenfoto, echografie, scintigrafie, CT-scan, MRI); ◦ EMG-onderzoek; ◦ Spierkrachtmeting.

16


Om sportarts te kunnen worden dient eerst de basisstudie geneeskunde te worden afgerond. Daarna volgt een vierjarige medische vervolgopleiding Sportgeneeskunde. De Stichting Beroepsopleiding tot Sportarts (SBOS) regelt alle organisatorische zaken met betrekking tot het opleiden van aiosSportgeneeskunde. De SBOS zorgt voor de werving van sollicitanten voor de opleiding tot sportarts en het uitvoeren van de sollicitatieprocedure. De aios sportgeneeskunde zijn gedurende hun opleiding in dienst van de SBOS. De SBOS sluit met elke opleidingsinrichting sportgeneeskunde een opleidingsovereenkomst af met betrekking tot de rechtspositie van de aios sportgeneeskunde gedurende de opleiding in de opleidingsinrichting enerzijds en de financiĂŤle afspraken tussen de SBOS en de opleidingsinrichting aangaande de door de aios sportgeneeskunde verrichte werkzaamheden, anderzijds. De inhoudelijke verantwoordelijkheid voor de opleiding ligt bij de Vereniging voor Sportgeneeskunde (VSG). Een concilium, samengesteld uit opleiders betrokken bij de opleiding tot sportarts, draagt zorg voor (aanpassing van) het opleidingsplan, de implementatie daarvan in de praktijk en de inhoudelijke afstemming tussen de diverse opleidingsinstellingen.

17


Interview met “Koningin Klaartje” Klaartje de Bruijn, GHHC Dames 1 & Coassistent

Koninklijke Hoogheid Koninging Klaartje, Ten eerste wil ik je feliciteren met de prachtige prestatie van een aantal weken geleden. Zoals de site hockey.nl al vermeldde: ‘’Koningin Klaartje’’ Klaart de Klus’! Deze zomer verstuurt de Masterraad weer een nieuwe nieuwsbrief naar alle co-assistenten van de master Geneeskunde. Dit is keer is het thema: (C) Olympische spelen. Daarom zou de Masterraad je graag willen interviewen voor een uitgebreid portret. Koningin Klaartje, Wie is dat? Vertel wat over jezelf! Mijn naam is Klaartje de Bruijn, ik ben 23 jaar en woon sinds 2011 in Groningen. Ik kom oorspronkelijk uit Hillegom, een dorp tussen de bloembollen. Ik hou uiteraard veel van hockey, maar daarnaast ook nog van zeilen, borrelen, Netflix, reizen, uitslapen, Gijs, teckels, vriendinnen, sporten, winnen, familie, speciaal biertjes, lang douchen en pizza’s! Ik ben niet zo gek op spinnen, drop, spinnen, muggen, verliezen, fruitvliegjes en spinnen. Wanneer ben je voor het eerst in aanraking gekomen met Hockey? En welke stappen heb je allemaal doorlopen om te belanden waar je nu bent in je carrière? Ik speel hockey sinds mijn 9e. Mijn zus ging toentertijd op hockey en dat leek mij ook wel stoer. Vanaf dat moment ben ik niet meer gestopt. Ik ben begonnen bij de plaatselijke hockeyclub HISALIS (Lisse). Op mijn 15e ben ik bij LOHC (Oegstgeest) gaan hockeyen en een jaar later heb ik de overstap naar HDM (Den Haag) gemaakt. Toen duidelijk werd dat ik in Groningen ging studeren was de keuze voor GHHC Groningen snel gemaakt. Dit is mijn 5e seizoen bij GHHC Groningen en we zijn zojuist gepromoveerd naar de Hoofdklasse! Gloriemoment? Dit hele seizoen! Gepromoveerd in de zaal naar de Hoofdklasse en nu ook nog ongeslagen gepromoveerd naar de Hoofdklasse op het veld! En tijdens de promotiewedstrijd heb ik de beslissende 1-0 gemaakt. Dat was toch ook wel heel gaaf!!

18


Grootste blunder? De eerste competitiewedstrijd van dit seizoen was ik mijn schoenen, scheenbeschermers, bitje en handschoen vergeten. Niet echt een vlekkeloze start‌ Gelukkig kwam mijn zusje snel haar spullen brengen en kon ik de wedstrijd toch nog meespelen. Loop je tegen problemen aan bij het combineren van je coschappen en topsport? Ik heb zojuist mijn eerste coschap afgerond dus nog niet erg veel ervaring met de combinatie coschap en topsport, maar tot nu toe heb ik nog geen problemen ervaren en dit verwacht ik in de toekomst ook niet. De meeste artsen zijn juist heel enthousiast over mijn hockey! Ook vanuit de Universiteit wordt meegedacht. Zo werd tijdens de bachelor de indeling voor tutorgroep aangepast aan mijn trainingstijden. Tijdens de onderwijsperiode van mijn master heb ik nog geen problemen ervaren: het onderwijs is overdag en mijn trainingen ’s avonds. Welke eigenschappen die je heb geleerd bij de hockey maken jou een betere dokter? Sinds mijn 9e speel ik nu al in teamverband. Ik ben een echte teamplayer! Daarnaast nam hockey altijd veel tijd in beslag waardoor ik goed heb geleerd mijn studie te plannen en gedisciplineerd te werken. Deze facetten komen ook zeker van pas in mijn ontwikkeling tot arts! Moet je ook specifieke dingen laten als topsporter? (Sociaal leven, bier, eten of bier?) Wanneer ik een wedstrijd moet spelen op zondag, moet ik de borrel in het weekend wel overslaan. Maar wanneer er dan 3 punten worden gepakt bij de wedstrijd mag dit naderhand zeker wel gevierd worden! Wat zijn jouw dromen? Waar zie jij jezelf over 10 jaar? Ik hoop in de komende 10 jaar meerdere jaren in de Hoofdklasse te hebben gespeeld. Waar ik mezelf zie als ik 33 ben!? In elk geval niet meer in Dames 1, dan heb ik mijn beste tijd als hockeyster denk ik wel gehad. Ik hoop dan recreatief en op een laag pitje in een gezellig team met vriendinnen te kunnen hockeyen. Daarnaast hoop ik natuurlijk een mooie opleidingsplek te hebben in een ziekenhuis!

19


Coen-Laude met Coenen Ook Coen-laude afstuderen? 5,5 tip van Maarten Coenen

Vorige editie al in de schijnwerpers vanwege het daverende succes van het kroelend consult, nu wederom een prominent plaatsje in deze co-nieuwsbrief voor onze eigen coassistent Maarten Coenen. Hij heeft namelijk een nieuw doel voor ogen: Coen-laude afstuderen. Inmiddels is dit eponym een hot-item onder de coassistenten. Vandaar dat wij Maarten vroegen om wat tips. Tip 1: Maak je geen zorgen, vandaag is vandaag, morgen is morgen Tip 2: KTC of in bed? Maak een kosten-baten analyse Tip 3: Steek nooit een vinger teveel uit, straks pakken ze je hele hand Tip 4: Water bij de wijn? Zonde! Tip 5: Een artsen-life kan prima van negen tot five Tip 5,5: Tel alles wat half is voor heel Met deze tips hopen wij jullie een eind op weg te helpen. Maar overschat jezelf niet, Coen-Laude afstuderen doe je niet zomaar. Schrijf je daarom nu in op lievercoendancum.nl voor de workshop Coen-Laude met Coenen, met als hoofdspreker onze eigen Maarten Coenen. Inschrijven is gratis, maar vergeet niet je X-box, rietjes en dobbelstenen mee te nemen.

20


Kies nu voor het Medisch Studenten Pakket van ABN AMRO.

EN KRIJG EEN LITTMANN STETHOSCOOP CADEAU

Het Medisch Studenten Pakket: je eigen rekening met pinpas en internetbankieren. En je krijgt ook nog eens een Litmann stethoscoop cadeau. Zo ben je niet alleen in één keer klaar met je bankzaken maar ook direct voor je praktijkopdrachten. Kijk voor meer informatie op abnamro.nl/medici Afdeling Medische & Vrije Beroepen en DGA’s telefoonnummer 050 - 316 02 50

21


In ‘t zonnetje In deze rubriek wordt er altijd iemand bedankt voor zijn of haar inzet voor de coassistenten. Deze keer in het zonnetje, de medewerkers van de fietsenkelder! Elke ochtend groeten ze ons met een vriendelijke lach! Als de dag slecht begint met een lekke band, staan deze medewerkers altijd voor je klaar om de zelfde dag nog je fiets in orde te maken. Elke Groningse fietsenbarrel wordt weer omgetoverd tot een soepel lopend vervoersmiddel als na aantal uurtjes in de fietsenkelder te hebben gestaan. Het fietsenkelder team bestaat uit Joost, Marleen, Johan, Jan, Rene, Andries, Mark, Michael, Mark, Michael, Marc en Ronald. Namens de Masterraad en alle coassistenten: hartelijk bedankt!

22


Agenda 9 september September Oktober Oktober 21 oktober November

Co-feest Antibioticacursus Anatomiecursus Noord-90 cursus Co-borrel met aansluitend Masterfeest!! ECG-cursus

23



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.