Reconstructie
Langdurig ziek, minder loon? Pieter Brouwer* is kinderarts in loondienst. Vorig jaar is hij uitgevallen, nadat bij hem de ziekte Multiple Sclerose werd geconstateerd. Het is nog onduidelijk of hij überhaupt kan terugkeren in zijn functie. Omdat hij zich zorgen maakt over zijn inkomenspositie, zoekt hij contact met het Kennis- en DienstverleningsCentrum van de Federatie Medisch Specialisten en de LAD.
Tips van arbeidsjurist Karlijn Derksen • Laat u goed informeren over de inkomensgevolgen bij ziekte, zodat u eventueel aanvullende maatregelen kunt nemen, zoals het afsluiten van een (collectieve) arbeidsongeschiktheidsverzekering. Bij zo’n verzekering is het altijd goed om na te gaan of de ver- zekering de dekking biedt die u wenst en of er geen sprake is van een dubbele verzekering, bijvoorbeeld doordat u via uw werkgever al verzekerd bent. • Als u in een re-integratietraject terechtkomt, krijgt u met complexe regelgeving te maken. Win daarom tijdig advies bij ons in.
Brouwer komt in contact met arbeidsjurist Karlijn Derksen, die hem vertelt dat in de eerste twee ziektejaren een loondoorbe talingsverplichting geldt. Zijn werkgever moet in het eerste ziektejaar 100% van zijn salaris doorbetalen. In de meeste cao’s is geregeld dat de werkgever in het tweede ziektejaar 70% doorbetaalt. In de tussentijd zal Brouwer samen met zijn werkgever moeten onderzoeken wat het einddoel is van zijn re-integratie. “Zij worden hierbij begeleid door de bedrijfs arts en eventueel een casemanager”, vertelt Derksen. “Meestal is het einddoel volledig dan wel in aangepaste vorm terugkeren naar de eigen functie.”
Onderzoek arbeidsdeskundige
Derksen vertelt dat als het einddoel aan het begin van het tweede ziektejaar nog onzeker is, Brouwers werkgever aan de bedrijfsarts kan vragen een functiemogelijk hedenlijst (FML) in te vullen. “Vaak krijgt de werknemer vervolgens de vraag mee te werken aan een onderzoek door een arbeidsdeskundige. Wij adviseren vrijwel altijd om dat te doen. Als werknemer wil je namelijk niet het verwijt krijgen dat je niet meewerkt aan je re-integratie.”
Mate van arbeidsongeschiktheid
> LAD.NL Vragen over uw contract of over een arbeidsgeschil? Neem contact op met de juristen van het Kennis- en Dienstver leningsCentrum. U kunt ons bereiken via 030 670 27 02 of kijk voor meer informatie op www.lad.nl.
Als Brouwer na twee jaar nog steeds arbeidsongeschikt is, zal bij het UWV een WIA-uitkering worden aangevraagd. “Het UWV toetst eerst of partijen voldoen de aan de re-integratie hebben gedaan, en beoordeelt wat de werknemer nog kan doen (restverdiencapaciteit). Het verschil tussen het inkomen dat Brouwer als kinderarts ontving en de restverdien capaciteit is het loonverlies; dat bepaalt de mate van arbeidsongeschiktheid.”
Twee typen uitkeringen
De WIA bestaat uit twee typen uitkeringen: de IVA en de WGA. Als Brouwer binnen vijf jaar tijd geen kans op herstel heeft, krijgt hij een IVA-uitkering (inkomensvoorziening volledig duurzaam arbeidsongeschikten) van 75% van het maximumdagloon. Het loon van een medisch specialist is hoger. In de zorg is in de meeste pensioenfondsen een voorziening opgenomen die zorgt voor een aanvulling tot 75% van het oorspronke lijke loon. Is er wél een kans op herstel met een arbeidsongeschiktheidspercentage van 35 tot 100%, dan komt Brouwer in aanmerking voor een uitkering uit de Werkhervattingsre geling gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA). Bij minder dan 35% arbeidsongeschiktheid ontvangt hij geen uitkering. In de zorg is in de meeste pensioenfondsen een voor ziening opgenomen voor een aanvulling tot maximaal 70% van het loon.
Stimulans tot werken
De WGA bestaat uit meerdere typen uit keringen. Eerst is sprake van de WGA loon gerelateerde uitkering (3 tot 38 maanden) van maximaal 70% van het laatstverdiende salaris. Maar ook dit is weer gemaximeerd. Daarna kom je in aanmerking voor een loon aanvullingsuitkering (bij een benutting van ten minste 50% van de restverdiencapaciteit) of een vervolguitkering (bij een benutting van minder dan 50%). “De vervolguitkering heeft de grootste gevolgen, omdat deze is gebaseerd op het wettelijk minimumloon. De aanvulling van een pensioenfonds kan dan zeer beperkt zijn. De wet stimuleert dus werken”, aldus Derksen.
* Namen van cliënten in deze rubriek zijn fictief i.v.m. de privacy van de cliënt.
September 2017 | 7