9.2 Verkeer en techniek

9.2 Verkeer en techniek

Bereikbaarheid kernen (vanuit het buitengebied)

Kleine kernen als de vier kernen in Laarbeek kunnen niet beschikken over een compleet voorzieningenniveau. Een compleet, autonoom dorp is anno 2021 een illusie. De kernen moeten om die reden in elk geval goed bereikbaar zijn, met name voor minder mobiele inwoners. Het systeem van buurtbussen is daarom van onschatbare waarde. Buurtbus Laarbeek rijdt met twee buslijnen: lijn 259 met als eindpunt busstation Nuenen en lijn 261 met als eindpunt het Havenplein in Helmond. Maar ook de elektrische fiets vergroot de actieradius van inwoners aanzienlijk. Voor het gebruik van een elektrische fiets is een bepaalde mate van vitaliteit echter een onvermijdelijke voorwaarde.

Sluiproutes

De gesprekken van de beide transitieverkenners met de inwoners van het buitengebied (zie bijlage 1: procesverantwoording) hebben blootgelegd dat sluiproutes een aanzienlijke bron van ergernis vormen. De wegen die worden gebruikt als sluiproute zijn meestal niet ingericht voor die verkeersintensiteit en -snelheid. Met name de volgende sluiproutes zijn tijdens de keukentafelgesprekken genoemd: • Broekweg (Beek en Donk) • Broek - Broeksteeg - Knapersven (Lieshout/

Mariahout)

De gemeente blijft zich inspannen om de overlast op deze sluiproutes te voorkomen of te beperken.

Verbreding landbouwwegen

ZLTO Laarbeek heeft aandacht gevraagd voor de noodzakelijke verbreding van landbouwwegen in het buitengebied, ten gevolge van het breder worden van de landbouwvoertuigen. Beperkende factor voor de verbreding van wegen is de aanwezigheid van sloten en bomen, bepalend voor de uitstraling van het buitengebied. Mocht de verbreding van landbouwwegen in de toekomst onontkoombaar worden, dan wil de gemeente dit alleen overwegen in de zogenaamde ‘toekomstbestendige agrarische ontwikkelgebieden’ Pionierslandschap en Aalandschap. De gemeente wil ook de mogelijkheden en effectiviteit van landbouwpasseerstroken onderzoeken.

Kabels en leidingen

Het grondgebied van een gemeente bestaat ondergronds uit een spaghetti van kabels en leidingen. Zo ook in Laarbeek getuige de nevenstaande afbeelding. Het is niet alleen voor de gemeente, maar ook voor particuliere initiatiefnemers zaak om bij graafwerkzaamheden hierover tijdig informatie in te winnen door middel van een wettelijk verplichte KLIC-melding.

Aanwezigheid glasvezel

De aanwezigheid van glasvezel is cruciaal voor de zogenaamde ‘cottage industries’. Dit zijn de creatieve en nichebedrijfjes die veelal vanuit hun eigen huis werken en die zich steeds vaker in het buitengebied vestigen. Denk aan architecten, consultants en internetspecialisten. Het buitengebied van Laarbeek is sinds 2018 volledig voorzien van glasvezel. De aanwezigheid is eveneens van groot belang om de Brede Plattelandsbestemming te kunnen ondersteunen (zie paragraaf 6.2).

Verkeersveiligheid

In de verkeersveiligheidsrapportage van BLIQ (2020) valt op te maken dat het aantal ongevallen waarbij fietsers betrokken zijn toeneemt. Alhoewel in het buitengebied van Laarbeek geen sprake is van een verkeersongevallenconcentratie of ‘black spot’, verdient de oversteek Hoofakker - Deense Hoek extra aandacht. Jonge kinderen (naar of komende van de kern Lieshout) zijn genoodzaakt om deze drukke weg over te steken.

In de Verkeersrisico-analyse van november 2020 - in opdracht van Metropoolregio Eindhoven – is een aantal risicolocaties in Laarbeek aangeduid. Het gaat in het buitengebied met name om 60 km/uur wegen die qua inrichting niet of beperkt voldoen aan de Duurzaam Veilig richtlijnen. Mede hierdoor ligt de gemiddelde snelheid op deze wegen te hoog. Het gaat concreet om de Herendijk, Laarweg, Peeleindseweg, Veghelsedijk en de Sonseweg. Met name op de wegen zonder vrijliggend fietspad leidt dit tot gevaarlijke situaties. Op de Sonseweg rijdt vijftien procent van de automobilisten sneller dan 87,8 km/uur, daar waar 60 km/uur is toegestaan.

Het gebruik van smalle landbouwwegen door steeds bredere landbouwvoertuigen vergt aandacht. Hierbij is het een optie om op een aantal kritische plekken landbouwpasseerstroken aan te leggen. Een landbouwvoertuig moet deze strook gebruiken en kan daarna weer veilig invoegen op de hoofdrijbaan, zonder het overige verkeer daarbij te hinderen. Een landbouwpasseerstrook zorgt ook voor een betere doorstroming van het verkeer. De lengte van een landbouwpasseerstrook is afhankelijk van de hoeveelheid verkeer op het traject.