Kwartaalblad 79

Page 1

79

Kwartaalblad september 2013 no. 79

Reigerveen


Kwartaalblad van Stichting Het Drentse Landschap Uitgave Stichting Het Drentse Landschap Bezoekadres: Kloosterstraat 5 - 9401 KD Assen Postadres: Postbus 83 - 9400 AB Assen Tel. (0592) 31 35 52 / Fax (0592) 31 80 89 e-mail: mail@drentslandschap.nl Web-site:www.drentslandschap.nl Website: www.drentslandschap.nl Bankrek. nr.www.facebook.com/drentslandschap Facebook: 30.28.75.751 Bankrek. nr. 30.28.75.751 Redactie E.W.G. van der Bilt, J.D.D. Hofman, S.S. van derE.W.G. Redactie Meer, van m.m.v. derH. Bilt, Colpa, J.D.D.J.G. Hofman, Schenkenberg B.M. van Mil, van Mierop S.S. van der en Meer, B. Zoer m.m.v. H. Colpa, H. Schipper, Vormgeving J.G. Schenkenberg Albert vanRademaker Mierop en BNO, B. Zoer Annen Grafische productie Vormgeving Albert Rademaker Koninklijke BNO, van Annen Gorcum BV, Assen Grafische productie Koninklijke van Gorcum BV, Assen Omslag Exoërkyl / foto: Geert de Vries Omslag Reigerveen / foto: Eef Arnolds ISSN 1380-3263 ISSN 1380-3263 Overname van artikelen met bronvermelding is toegestaan. Overname van artikelen met bronvermelding is toegestaan. De inhoud van de bijdragen van gastschrijvers weerspiegelt De inhoud van de bijdragen van gastschrijvers weerspiegelt niet noodzakelijk de opvattingen van Stichting niet noodzakelijk de opvattingen van Stichting Het Drentse Landschap. Het Drentse Landschap. Het Drentse Landschap is een uitgave van Stichting Het Het Drentse Landschap is een uitgave van Stichting Het Drentse Landschap. Het geeft informatie over de terrein­ Drentse Landschap. Het geeft informatie over de terrein­ bezittingen en activiteiten van de stichting. Het blad bezittingen en activiteiten van de stichting. Het blad verschijnt viermaal per jaar, bij het wisselen der seizoenen verschijnt viermaal per jaar, bij het wisselen der seizoenen en wordt gratis toegezonden aan de beschermers van het en wordt gratis toegezonden aan de beschermers van het Landschap. Begunstiger kan men worden door bijgevoegde Landschap. Beschermer kan men worden door bijgevoegde kaart in te vullen en te verzenden. Minimale bijdrage € 17,50 kaart in te vullen en te verzenden. Minimale bijdrage € 17,50 per jaar. Begunstiger voor het leven € 400,– . per jaar. Beschermer voor het leven € 400,– . Als u Het Drentse Landschap extra wilt steunen dan kan dat Als u Het Drentse Landschap extra wilt steunen dan kan dat op de volgende wijze: op de volgende wijze: Periodieke gift  In plaats van of naast uw begunstigersbijPeriodieke gift  In plaats van of naast uw beschermersbijdrage. Dit is een voor de inkomstenbelasting volledig aftrekdrage. Dit is een voor de inkomstenbelasting volledig aftrekbare periodieke bijdrage, die u voor minimaal 5 jaar met een bare periodieke bijdrage, die u voor minimaal 5 jaar met een eenvoudige notariële akte toezegt. Voor bijdragen van € 50 eenvoudige notariële akte toezegt. Voor bijdragen van € 50 en hoger per jaar regelt en betaalt de stichting de akte. Het en hoger per jaar regelt en betaalt de stichting de akte. Het kwartaalblad wordt u gratis toegezonden om u op de hoogte kwartaalblad wordt u gratis toegezonden om u op de hoogte te houden van Het Drentse Landschap. te houden van Het Drentse Landschap. Andere giften  Indien het totaal van uw giften in enig jaar Andere giften  Indien het totaal van uw giften in enig jaar zowel 1% van uw drempelinkomen als ook € 60 te boven zowel 1% van uw drempelinkomen als ook € 60 te boven gaat, is het meerdere aftrekbaar voor de inkomstenbelasting gaat, is het meerdere aftrekbaar voor de inkomstenbelasting tot ten hoogste 10% van het drempelinkomen. tot ten hoogste 10% van het drempelinkomen. Legaten of erfstellingen  U kunt Stichting Het Drentse Legaten of erfstellingen  U kunt Stichting Het Drentse Landschap en/of Stichting Oude Drentse Kerken ook in uw Landschap en/of Stichting Oude Drentse Kerken ook in uw testament begunstigen. testament begunstigen. Stichting Het Drentse Landschap en Stichting Oude Drentse Stichting Het Drentse Landschap en Stichting Oude Drentse Kerken zijn vrijgesteld van schenkings- en successierecht, Kerken zijn vrijgesteld van schenkings- en successierecht, zodat uw gift, schenking of legaat geheel ten gunste komt zodat uw gift, schenking of legaat geheel ten gunste komt van deze stichtingen. van deze stichtingen. Nadere inlichtingen over de hierboven vermelde mogelijke Nadere inlichtingen over de hierboven vermelde mogelijke vormen van steun kunt u inwinnen bij het kantoor van de vormen van steun kunt u inwinnen bij het kantoor van de stichting of bij uw notaris. stichting of bij uw notaris. Het Drentse Landschap Het Drentse Landschap www.de12landschappen.nl www.de12landschappen.nl

3

Eruitgelicht

Het Reigerveen Eef Arnolds

4

— bestuursberichten

— terreinbeschrijving

9 Activiteiten 10

Al tien jaar hulp in nood Olav Reijers

— Stichting Oude Drentse Kerken

13

NPL

14

Roodborsttapuit Arend J. van Dijk

— fauna

16

Buiten is gezond

17

Nieuwe toekomst voor de Mandelanden Te d d y B e z u i j e n

20

22

— terreinbeschrijving

De Mandelanden en de bronnen van de Hunze Bertus Boivin en Eric van der Bilt

— fietsroute

Keuterij De Kiefte Eric van der Bilt

— erfgoed

25

WMD

26

Akkerhommel Geert de Vries

28

— fauna

Dertig jaar onderzoek Drouwenerzand G u i d o N i j l a n d e n U k o Ve g t e r

— beheer

30

Jaarverslag 2012

32

Kanaal met een verhaal Loes van der Laan

34

— erfgoed

Smelwaterheuvels Reinder Reinders

— aardkunde

36

Kortweg

38

In/uit de politiek

39

Vlees van het Landschap

— berichten


Foto’s: Hanna Schipper

De bescherming van natuur en landschap is in deze tijd van opeenvolgende crisissen geen luchtige bezigheid. Natuurbeschermers zijn veelal behoorlijk serieuze mensen die niet zelden en zeker niet ten onrechte zich donkere wolken aan de horizon zien samenpakken. Maar willen wij onze medeburgers meekrijgen om de schouders eronder te zetten en de wereld een betere plaats te maken, dan helpt het ­prediken van de ondergang niet echt. Enige jaren geleden heeft onze stichting besloten om het behoud van de schoonheid van onze wereld als iets feestelijks te zien. Het moet vooral ook leuk zijn om samen onze leefwereld te verbeteren. Vanuit dat perspectief hebben we be­sloten om om de 2 jaar een Hunzeloop te organiseren. Waarbij gezond bewegen in de vrije natuur voorop staat. Daarnaast en in afwisseling daarmee wordt het andere jaar het Festival van het Landschap gehouden. Zo ook afgelopen 30 juni in Orvelte. Er waren maar liefst 5500 bezoekers die in prachtig weer van het gebodene bij ons 3e festival hebben genoten. In een weldadig ontspannen sfeer luisterden ze naar muziek, keken naar straattheater en lieten zich voorlichten bij tientallen kraampjes over natuur, landschap en erfgoed. Wat opviel was dat de bezoekers met een grote glimlach rondliepen. Opvallend was ook dat er veel gezinnen met jonge kinderen aanwezig waren. Onze mensen hebben echt hun stinkende best gedaan om er een geweldig feest van te maken met een gevarieerd aanbod en met speciale aandacht voor kinderen. De hele sector was goed vertegenwoordigd. Toen ik naar huis reed voelde ik grote trots op onze organisatie. De medewerkers, de vrijwilligers en mensen uit Orvelte. We hebben toch maar een fantastisch feest gebrouwen waarbij we onszelf als organisatie in al onze verscheidenheid hebben gepresenteerd. Het opkomen voor de pracht van onze provincie is gewoon een feest voor iedereen, zo bleek maar weer eens op die mooie dag in juni. Dank jullie wel.

Eric van der Bilt Directeur/Bestuurder van Het Drentse Landschap


4

Terreinbeschrijving

Nieuw paradijs voor venplanten

Het Reigerveen Eef Arnolds*

Het Reigerveen, onderdeel van Landgoed Vossenberg ten oosten van Wijster, heeft tien jaar geleden een metamorfose ondergaan. Voor die tijd bestond het overwegend uit intensief gebruikt bouwland en grasland, afgewisseld met productiebossen en enkele lanen. Een paar vervuilde vennetjes waren de enige restanten van het vroegere heidelandschap. In 2003 en 2004 werd het gebied door Het Drentse Landschap als natuur ingericht. Niemand kon toen vermoeden dat zich hier in korte tijd een bijzondere vegetatie zou ontwikkelen met tal van zeldzame en bedreigde venplanten.

Veentjes en vennen

> Reigerveen, poel ten oosten van de Hertenkamplaan met Pilvaren en Veelstengelige waterbies

De meeste heideplassen in Drenthe worden gevoed door voedselarm regenwater. Aan de oevers groeien dan planten van vochtige heide, zoals Gewone dophei en Pijpenstrootje. Op den duur ontwikkelt zich een drijvende veenmosdeken met hoogveenplanten als Kleine veenbes en Lavendelhei. In deze veentjes is het water sterk zuur en bruin gekleurd door de humuszuren. Plassen met een bodem van zand of leem waren altijd al veel schaarser. Ze komen hoofdzakelijk voor in contact met basenhoudend grondwater en in stuifzanden bij de aanvoer van opwaaiend zand. Het water is ook hier arm aan stikstof en fosfaat, maar zwak zuur tot basisch. Langs de oevers van zulke vennen kan zich een lage, kruidenrijke begroeiing

ontwikkelen die door vegetatiekundigen naar één van de kenmerkende soorten wordt aangeduid als het Oeverkruidverbond. Uit oude publicaties blijkt dat rond de jaren dertig van de vorige eeuw onder andere het Mekelermeer, het Hijkermeer en diverse plassen op de Dwingeloosche Heide tot dit type vennen behoorden. Het Oeverkruid-verbond is door ontginningen, instromend landbouwwater en door vermesting en verzuring als gevolg van luchtverontreiniging in heel West-Europa zeer zeldzaam geworden en geldt overal als sterk bedreigd. Pioniers

Snel na de inrichting van het Reigerveen leken de oevers van de meeste plassen begroeid met kort, frisgroen gras. Bij nadere inspectie bleek dit ‘gazon’ te bestaan uit Pilvaren, een plantje dat door de lijnvormige blaadjes totaal niet op een ‘gewone’ varen lijkt. Alleen doordat ze in jonge toestand opgerold zijn, net als de geveerde bladeren van andere varens, verraden ze hun verwantschap. Tot voor kort was Pilvaren in Drenthe zeer zeldzaam, maar door recente natuurontwikkelingsprojecten gaat het dit pionierplantje weer voor de wind. Tussen de miljoenen Pilvarens groeiden in het Reigerveen andere grasachtige dwergplantjes als Naaldwaterbies en Borstelbies naast talloze polletjes Waterpostelein. Egelboterbloem en Schildereprijs zorgden voor bescheiden fleur in de overigens onopvallend bloeiende vegetatie. Tweedeling

Na enige jaren tekende zich in de ontwikkeling van de plantengroei een tweedeling af. In de poelen aan de oostkant van de Hertenkamplaan heeft zich tussen de nog altijd talrijke

Foto: Eef Arnolds

Pilvaren

In het vernieuwde Reigerveen werden laagten uitgegraven met daartussen flauw glooiende koppen en ruggen waarin de voedselrijke bovengrond van het voormalige landbouwgebied werd verwerkt. Door de grote hoeveelheid meststoffen ontwikkelde zich hier aanvankelijk een ruige vegetatie met veel Pitrus. Door de beweiding met Schotse hooglanders en aanvullend beheer van maaien en afvoeren krijgen deze delen langzamerhand het karakter van bloemrijke graslanden met planten als Witte klaver, Moerasrolklaver, Kale jonker en Biggenkruid. De laagten werden uitgegraven tot in de keileem die overal in de ondergrond aanwezig is. Daarin waren de meststoffen niet uitgespoeld en zo ontstonden ondiepe, voedselarme plassen met een brede, ‘s zomers droogvallende oeverzone. Het afwisselende landschap heeft een grote bekoring en oefent aantrekkingskracht uit op tal van vogelsoorten.



6

Drijvende waterweegbree

Pilvaren de Veelstengelige waterbies sterk uitgebreid. Binnen het Oeverkruid-verbond heeft deze plant een voorkeur voor de zuurdere standplaatsen. Ook Moeraswolfsklauw, Kleine zonnedauw en Gewone dophei op de oever wijzen op voedselarme, zure omstandigheden. Ze duiden op een ontwikkeling naar veenmosveentjes en inderdaad zijn langs het water al beginnende veenmostapijtjes te zien. De plassen ten westen van de Hertenkamplaan staan in verbinding met de centrale slenk en bevatten eveneens voedselarm, maar neutraal tot basisch water. Dat geldt ook voor het noordelijke poeltje aan de oostkant van de laan, dat via een duiker onder de zandweg door in verbinding staat met de slenk. Dit terreingedeelte stond vroeger bekend als De Stroet, een veldnaam voor een laag gelegen kwelmoerasje in het heidelandschap, waaruit vaak een beekje ontsprong. Plantaardige verrassingen

Moerashertshooi >

Al in 2005 werd in de noordoostelijke poel een flinke populatie ontdekt van de Drijvende waterweegbree, een opvallend waterplantje met witte, drietallige bloempjes. Het is internationaal zeldzaam en bedreigd waardoor het in Europees verband beschermd wordt. Naar aanleiding hiervan berichtte Pina Dekker uit Wijster dat Drijvende waterweegbree al voor de inrichting van het terrein op ongeveer dezelfde plek voorkwam in een slootje. Inmiddels heeft hij zich sterk uitgebreid langs de oevers van de centrale slenk. De noordoostelijke poel is inmiddels grotendeels dichtgegroeid met half ondergedoken planten. Hierbij spelen twee andere soorten van het Oeverkruid-verbond een hoofdrol: Vlottende bies, verschenen in 2009 en Ondergedoken moerasscherm vanaf 2011. Nu komen van beide planten in het

Reigerveen al duizenden exemplaren voor! Ze waren allebei bijna uit Drenthe verdwenen, maar ze zijn de laatste tijd ook in enkele andere nieuwe natuurgebieden opgedoken. Ondergedoken moerasscherm behoort tot hetzelfde geslacht als het keukenkruid Selderij, maar de eerste is veel tengerder. De stengels zweven in het water of kruipen door de modder. De witte bloeischermpjes worden maar zelden opgemerkt. De meeste kenmerkende soorten van het Oeverkruidverbond zijn onopvallend, maar dat geldt niet voor een andere nieuwkomer, Moerashertshooi. Deze fraaie plant met witwollig blad en gele bloemen is pas sinds 2011 uit het gebied bekend. Hij is in Drenthe altijd erg zeldzaam geweest. Er waren slechts twee kleine recente groeiplaatsen bekend, in poelen bij Dalen en Oosterhesselen. Nu staan er langs de centrale slenk op allerlei plekken forse, volop bloeiende pollen. Kale plekjes vormen een geschikt milieu voor bijzondere eenjarige plantjes, zoals de Bleekgele droogbloem en Grondster. De laatste groeit in Drenthe vooral op omgewerkte karrensporen in boswachterijen.Vondsten in zijn oorspronkelijke milieu, venoevers, zijn uitzonderlijk. De meest recente aanwinst in het Reigerveen past ook in dit rijtje: de Draadgentiaan, een ijl, spichtig vertakt kabouterplantje, zelden meer dan een decimeter hoog, met enkele gele bloemkelkjes van een paar millimeter. Toch is het een soort waar plantenkenners graag voor op de knie毛n gaan, want hij is de afgelopen eeuw zeer zeldzaam geworden. In Drenthe gold de Draadgentiaan lange tijd als uitgestorven, met alleen waarnemingen van v贸贸r 1950. De soort werd in 2003 herontdekt in het Eexterveld en in 2011 in een ander natuurontwikkelingsgebied, De Holmers bij Elp. In het


Terreinbeschrijving

Reigerveen werd de Draadgentiaan in 2012 ontdekt in een paar pootafdrukken van koeien langs de centrale slenk.

7

Draadgentiaan

Waar komen ze vandaan?

Een intrigerende vraag bij het verschijnen van zoveel bijzondere soorten is hoe die planten hun weg naar het Reigerveen gevonden hebben. De meest voor de hand liggende mogelijkheid is dat de soort vóór de ingrepen al aanwezig was, hetzij in de vegetatie, hetzij in de zaadvoorraad in de grond.Van de hierboven genoemde venplanten geldt dat voor de Drijvende waterweegbree, zoals is aangegeven. Een tweede mogelijkheid is spontane uitbreiding vanuit aangrenzende natuurgebieden. Mogelijk geldt dit voor de Veelstengelige waterbies die ook in het Hamveld in het noorden van de Vossenberg voorkomt, een afstand van een paar honderd meter. In de directe omgeving van het Reigerveen zijn verder geen vennen aanwezig die als brongebied zouden kunnen dienen voor de besproken soorten. Een derde weg is verspreiding van soorten via apparatuur die in verschillende natuurterreinen gebruikt wordt. De vestiging van de Rietorchis in het grasland kan te danken zijn aan het gebruik van een maaimachine die ook in orchideeënrijke hooilanden in de Eekmaten wordt ingezet. Maar er zijn geen vindplaatsen van venplanten die op zo’n manier worden beheerd. Ook het moedwillig uitzaaien of uitplanten van soorten is een optie. Het hooiland in de Eekmaten heeft zijn orchideeën te danken aan het uitstrooien van bloemenrijk hooi uit het gebied van de Drentsche Aa. In het Reigerveen is van introductie van venplanten nooit sprake geweest en het lijkt zeer onwaarschijnlijk dat dit hier illegaal is gebeurd. Blijft over spontane vestiging door natuurlijk transport van zaden of andere plantendelen over lange afstand. Sommige soorten hebben zulke fijne zaden of sporen dat ze gemakkelijk met de wind worden meegevoerd, bijvoorbeeld Kleine zonnedauw, Moeraswolfsklauw en Pilvaren. Andere planten verspreiden zich via dieren doordat de zaden worden opgegeten en weer worden uitgepoept, of doordat ze blijven kleven aan vacht of veren. Maar Ondergedoken moerasscherm, Vlottende bies, Moerashertshooi en Draadgentiaan verbreiden zich niet zo gemakkelijk. Bovendien zijn ze in Drenthe uiterst zeldzaam en de dichtstbijzijnde groeiplaatsen bevinden zich op vele kilometers afstand. Hoe groot is de kans dat

een zaadje van Moerashertshooi in Oosterhesselen aan een eendenpoot blijft kleven om vervolgens 15 kilometer verder in het Reigerveen te belanden? Een populatiebioloog zal zeggen: praktisch nul. Maar de natuur heeft al vaak laten zien dat ze maling heeft aan modelberekeningen en dat soorten opeens op ‘onmogelijke’ plekken opduiken. De wonderen zijn de wereld nog niet uit! Beheer en toekomstperspectief

Bij het beheer van het Reigerveen wordt door Het Drentse Landschap extra zorg besteed aan de kwetsbare venvegeta-


8

Reigerveen, centrale slenk

ties. Het waterpeil in de centrale slenk wordt geregeld via een knijpstuw. Die is zo ingesteld dat in de winter het water hoger staat dan in de zomer zodat dan brede oeverzones droogvallen. Een laag zomerpeil is tevens gunstig voor het maaien van de oevers waardoor verruiging wordt tegengegaan en opslag van wilgen kort wordt gehouden. Het is moeilijk te voorspellen hoe de venvegetaties zich verder zullen ontwikkelen. Zulke plantengemeenschappen hebben vaak een tijdelijk karakter. De lage vegetaties worden gemakkelijk overvleugeld door hoge moerasplanten als Riet en Pitrus en door opslag van wilgen. Het is de vraag of een maaimachine en koeienpoten hier op den duur tegen opgewassen zijn. Geleidelijke uitspoeling van voedingsstoffen uit de hoger gelegen voedselrijke bouwvoor kan ook ongunstig uitpakken. Aan de andere kant staan ons wellicht nog positieve ontwikkelingen te wachten. Het gebied lijkt prima geschikt voor een paar andere zeldzame venplanten die nu nog ontbreken, bijvoorbeeld Stijve moerasweegbree en Oeverkruid, de naamgevende soort van het Oeverkruidverbond. Wie weet verschijnen ze de komende jaren. Het

blijft hoe dan ook spannend om de ontwikkelingen van de plantengroei in het Reigerveen verder te volgen. Over het Reigerveen zijn eerder artikelen verschenen in de kwartaalbladen 45 (maart 2005) en 48 (december 2005). In het vorige kwartaalblad, nr. 78, is een wandelroute opgenomen. Deze is ook via de website www.drentslandschap.nl/ eropuit gratis te downloaden.

*Dr. E.J.M. Arnolds is lid van de Wetenschappelijke Adviescommissie van Het Drentse Landschap.


Activiteiten

9

Activiteiten eruit gelicht Kijk voor meer activiteiten in de agenda oktober 2013 t/m maart 2013 of op www.drentslandschap.nl

Zo 6 oktober en zo 13 oktober 13.00-17.00 uur

Boele Bever is de beste bouwer van de Hunze. Hij is op zoek naar een nieuwe woonplek. Kom je kijken of je de sporen van Boele kunt vinden? Een wandeltocht voor kinderen (6 t/m 12 jaar) en (groot)ouders. Starten tussen 13-14 uur. Duur: ongeveer 2 uren. Deelname gratis. Aanmelden is noodzakelijk en kan via www.drentslandschap.nl/activiteiten of 0592-313552. Locatie: infocentrum Egberts Lent, Hunzeweg 30, 9657 PD Nieuw-Annerveen.

Beversporen langs de Hunze

Workshop: Macro-fotografie in de herfst

Foto: Henny Leijtens

Za 12 oktober 10.00-16.30 uur

Zo 13 oktober 14.00 uur

U gaat met Edo van Uchelen (auteur van het ‘Handboek natuurfotografie’) op pad. U leert anders kijken en beseft dat zien niet hetzelfde is als waarnemen. U doet veel inspiratie op die later weer van pas komt! Kosten: € 95,- (zelf lunch meenemen). Beschermers van Het Drentse Landschap krijgen € 15,- korting. De workshop is geschikt voor mensen met een spiegelreflexcamera. Aanmelden is noodzakelijk en kan via www.drentslandschap.nl/activiteiten. Startlocatie: Assen (na aanmelding ontvangt u de exacte locatie).

Met paddenstoelendeskundigen gaat u op zoek naar de ‘vruchten van de herfst’. Na deze wandeling kijkt u nooit meer hetzelfde naar paddenstoelen. Er gaat een wereld voor u open. Startlocatie: informatiepaneel van Het Drentse Landschap tegenover caférestaurant Alinghoek, Alinghoek 16a, 9533 PE Drouwen.

Foto: Eric Wanders

Paddenstoelen op het Drouwenerzand

Ma 21 oktober 14.00 uur

Foto: Eric Wanders

Samen knutselen voor de Herfsttafel

Kinderen (6-12 jaar) gaan in de natuur op zoek naar alles wat met de herfst te maken heeft. Daarna mag je je eigen kunstwerk maken van datgeen dat je hebt meegenomen. De ouders kunnen ondertussen meedoen met een herfstexcursie voor volwassenen. Kosten: € 3,- (per kind). Aanmelden is noodzakelijk en kan via www.drentslandschap.nl/activiteiten of 0592-313552. Activiteit vindt plaats in het kader van De week van het Landschap in het Reestdal. Zie voor het uitgebreide programma op www.drentslandschap.nl/activiteiten. Locatie: infocentrum ’t Ende, Stapelerweg 20, 7957 NB De Stapel (bij De Wijk).


Stichting Oude Drentse Kerken

10

Olav Reijers*

Al tien jaar hulp in de nood Het gaat al jaren bergafwaarts met de kerken in

Drenthe. Door vergrijzing en ontkerkelijking

neemt het aantal kerkgangers af zodat het onder-

houd van de gebouwen door steeds minder

mensen moet worden gedragen. Leegstand

dreigt voor een groot aantal kerken, ook van-

wege een reeks fusies tussen zowel

protestantse als katholieke kerkge-

Kerkgebouwen hebben niet alleen grote betekenis voor de eigen kerkgemeenschap – onlosmakelijk verbonden met de belangrijkste momenten in een leven als geboorte, huwelijk en overlijden – maar vormen vaak ook het middelpunt van een dorp of streek. Ze zijn karakteristiek en beeldbepalend, meestal het oudste gebouw in een dorp en worden vaak door de hele gemeenschap gebruikt. Verlies van een kerkgebouw betekent verlies van identiteit en geschiedenis voor de hele gemeenschap. Om die reden heeft Het Drentse Landschap tien jaar geleden de Stichting Oude Drentse Kerken (SODK) in het leven geroepen. Aansprekend voorbeeld was en is de Stichting Oude Groninger Kerken die inmiddels ruim zeventig kerken plus tientallen begraafplaatsen en andere gebouwen in eigendom heeft en ervoor zorgt dat deze gebouwen behouden blijven en waar nodig een nieuw leven kunnen beginnen. Een dergelijk vangnet ontbrak nog in Drenthe. In tien jaar veel bereikt

De SODK is inmiddels niet meer weg te denken uit de Drentse erfgoed- en kerkenwereld. De stichting heeft nu

vier kerkgebouwen in eigendom: de synagoge van Zuidlaren, het kleine kerkje van Gieterveen en de hervormde kerken van Bovensmilde en Eext.Verder heeft de SODK vijf jaar geleden, samen met andere partijen, in het Jaar van het Religieus Erfgoed, een drukbezocht symposium georganiseerd dat de discussie over leegstand en herbestemming van kerken ook bij

de politiek onder de aandacht heeft gebracht. Dit heeft onder andere geresulteerd in een motie van Provinciale Staten ter ondersteuning van het behoud van kerkgebouwen.Voor een groter publiek heeft de stichting twee boeken uitgegeven – ‘Gods Huisjes’ en ‘Drentse Kerken’ – en verschijnt ieder kwartaal een artikel over een kerk in het blad van Het Drentse Landschap.

Foto: Sake Elzinga

Foto: Sake Elzinga

meenschappen.


Minder zichtbaar maar minstens zo belangrijk is de advies- en klankbordfunctie. In de loop der jaren hebben tientallen kerkbesturen aangeklopt bij de SODK met vragen over onderhoud, financiering, herbestemming en soms ook overdracht van het eigen bezit. Zo vindt de opgebouwde kennis en ervaring van de SODK steeds beter zijn weg naar de kerkbestuurders en –beheerders om op deze manier bij te dragen aan behoud van het religieus erfgoed.

In enkele gevallen hebben deze gesprekken geleid tot overdracht van het kerkgebouw aan de SODK. Het gebouw is daarmee gered en soms kan ook de geloofsgemeente blijven kerken in het gebouw. Naast ander gebruik voor bijvoorbeeld concerten, bijeenkomsten of tentoonstellingen. Bij overname hanteert de SODK een paar heldere principes om ook de toekomst van het gebouw te kunnen blijven borgen. Een kerkgebouw betekent in de regel een forse kostenpost met weinig inkomsten. De overname geschiedt dus altijd om niet, afhankelijk van de staat van onderhoud al dan niet met een bruidsschat.Voor het voortbestaan van het gebouw is verankering in de lokale gemeenschap een absolute vereiste. Er dient daarom altijd een plaatselijke commissie of stichting te zijn die zorgt voor aansluiting bij de eigen omgeving en die de exploitatie van het gebouw op zich wil nemen en activiteiten organiseert. De SODK staat uiteindelijk garant voor het onderhoud en beheer, maar ziet graag een zo groot mogelijke zelfredzaamheid van de lokale gemeenschap. De SODK ondersteunt in de communicatie via de kanalen van Het Drentse Landschap en helpt waar nodig met het eigen netwerk en deskundigheid.

Foto: Sake Elzinga

Verankerd in de lokale gemeenschap

Muzikale en culinaire (fiets)tocht langs kerken Oost Drenthe Zondag 6 oktober van 11.00-17.00 uur Ter gelegenheid van het 10-jarig jubileum van Stichting Oude Drentse Kerken wordt op zondag 6 oktober a.s. een feestelijk programma aangeboden in vijf kerken in Oost Drenthe. Naast onze eigen kerken werken de kerken in Anloo en Gieten mee aan het lustrum. Het programma is gevarieerd en verrassend. Met vooral veel muziek, maar ook met lekkere hapjes en drankjes. Toegang is gratis. Kom langs en geniet samen met ons van deze prachtige monumentjes van weleer. De gratis fietsroute kan worden opgehaald bij de volgende startpunten: Synagoge – Zuiderstraat 1, 7491 KJ Zuidlaren

• • •

Nederlands Hervormde Kerk – Kloosterstraat 2, 9463 PR Eext ’t Kleine Kerkje – Broek 2, 9111 PR Gieterveen

Kijk voor meer informatie in de bijgevoegde folder of op www.drentslandschap.nl/activiteiten.


’t Kleine Kerkje in Gieterveen was het eerste kerkje van Stichting Oude Drentse Kerken. Zij kreeg het gebouw als geschenk van de Vereniging Vrijzinnig Hervormden Gieterveen. Vrij snel na de restauratie werd een Plaatselijke Commissie ingesteld met inwoners van Gieterveen en omgeving. Deze commissie organiseert regelmatig activiteiten in de kerk. Ook is de kerk te huur voor speciale gelegenheden, zoals workshops, verjaardagen en huwelijksfeesten. Zo hoopt ze de kerk te kunnen behouden. Om in aanmerking te komen voor subsidies richtte de Plaatselijke Commissie in 2007 een stichting op. Op 6 september j.l. vierde de stichting haar 1e lustrum op feestelijke wijze in ’t Kleine Kerkje.

Groot stuwmeer

De SODK heeft eigenlijk de ambitie om zo min mogelijk kerken te verwerven. Dat betekent namelijk dat de kerkgemeenschappen zichzelf kunnen redden. De praktijk is echter weerbarstiger. Er lijkt zich een stuwmeer te vormen van kerken die proberen het hoofd boven water te houden maar waarvoor de basis uiteindelijk te smal zal zijn.Voor een kerkgemeenschap is afstoten van een gebouw een enorme stap die zij zo lang mogelijk wil uitstellen. Liever teren ze in op het eigen ‘tafelzilver’ (verkoop pastorie, opmaken reserves) in de hoop op een betere toekomst. Als het resultaat een lege kas is en een gebouw met veel achterstallig onderhoud, dan maakt dat een doorstart wel een stuk moeilijker. De SODK is in staat het beheer efficiënt en met deskundigheid uit te voeren en kan soms onvermoede geldbronnen aanboren, het is echter geen tovenaar die vanuit het niets een kerk kan redden. Nieuw gebruik

Er is ook positief nieuws. De kerken die onder monumentenzorg vallen staan er over het algemeen goed bij. De afgelopen jaren was er vooral vanuit

het Rijk voldoende geld voor onderhoud en restauraties. Mede dankzij organisaties als de Monumentenwacht, die inspecties en kleine reparaties uitvoert, kunnen bouwkundige problemen tijdig gesignaleerd en daardoor tegen geringere kosten opgelost worden. De grote opgave voor de toekomst is echter een verantwoord gebruik van de kerkgebouwen. Nu steeds meer gebouwen leeg komen te staan, kan niet elke kerk een sociaal-culturele functie meer krijgen. De markt voor concerten en tentoonstellingen lijkt op dit moment al verzadigd. Bovendien wordt een publieksfunctie voor kerkgebouwen steeds duurder vanwege de eisen aan vergunningen die de overheid stelt en door het extra comfort dat bezoekers vragen. De meeste mensen willen best een keer een concert in een niet-verwarmde kerk meemaken maar het moet geen gewoonte worden. Dit dilemma kan alleen opgelost worden door – hoe kan het anders - een betere samenwerking tussen alle betrokkenen. De eigenaren moeten nog slimmer met het beschikbare geld omgaan en nieuwe bronnen aanboren, overheden met de nodige flexibiliteit andere bestemmingen mogelijk maken en monumentenzorgers (nog) meer oog hebben voor het gebruik van een gebouw. Het allerbelangrijkste is echter om te denken vanuit de maatschappelijke behoefte: de kerk moet leven bij de bevolking zodat het een plek blijft houden in de eigen omgeving. Alleen dan is het voortbestaan van deze prachtige monumenten van geschiedenis en menselijk leven gewaarborgd.

Foto: Sonja van der Meer

Plaatselijke Commissie Gieterveen 5 jaar

*Drs. O. Reijers is erfgoedadviseur. Stichting Het Drentse Landschap behartigt ook de belangen van Stichting Oude Drentse Kerken.

Hervormde kerk Bovensmilde Na de fusie tussen de Gereformeerde en de Hervormde gemeenten in Bovensmilde besloot het bestuur voortaan te kerken in de gereformeerde kerk uit 1953. Voor de overbodig geworden 19e-eeuwse hervormde kerk, een rijksmonument, wendde het kerkbestuur zich tot de SODK. Het werd daarmee een van de eerste kerken waar de SODK zijn tanden in kon zetten en het verhaal van de verwerving laat tegelijk zien hoe moeizaam hergebruik van kerken verloopt. De eerste gesprekken startten al in 2006 met het kerkbestuur en met GGZ Drenthe dat achter de kerk een voorziening voor dementerende ouderen wilde realiseren. De kerk zou dan aan een nieuw leven als openbare ruimte voor bijeenkomsten en ontmoetingen beginnen. Na eindeloze procedures en plannen zag GGZ drie jaar geleden echter af van de bouw van dit centrum en daarmee van gebruik van de kerk. SODK bleef achter met een net verworven kerk zonder gebruiker. De casco-restauratie was toen al in volle gang zodat er nu in ieder geval een van buiten prachtig opgeknapt gebouw staat. Belangrijkste struikelblok voor herbestemming is het zogenaamde bankenplan. Het oorspronkelijke interieur van de kerk is nog bijna volledig intact inclusief de banken die in een halve cirkel om de preekstoel staan. Een ander, multifunctioneel gebruik is alleen mogelijk als de SODK toestemming krijgt deze monumentale banken te verwijderen. De discussie loopt al jaren en is nog steeds geen gelopen race. In het ergste geval moet de SODK de kerk ongebruikt laten en resteert, in de woorden van Eric van der Bilt van Het Drentse Landschap ‘een dichtgetimmerd kerkskelet’.


Foto:Saxifrage – Henk Groenewoud

13

Natuur bloeit dankzij de Met steun van de Nationale Postcode Loterij kan Stichting Het Drentse Landschap ontzettend veel doen voor de natuur en cultuur in Drenthe. Bijvoorbeeld door het inrichten van het nieuwe natuurgebied Mandelanden in het Hunzedal. Het is verbazingwekkend om te zien hoe veerkrachtig de natuur aan het werk gaat nadat het geronk van de bulldozer verdwenen is. Oeverzwaluwen, Kleine plevieren, stekelbaarsjes en nog vele andere planten en dieren weten in een mum van tijd de nieuwe gebieden te vinden. Het blijft altijd weer raadselachtig waar ze zo snel vandaan komen. Het maken van nieuwe natuur betekent winst voor plant en dier. Maar u kunt ook winnen door mee te doen met de Postcode Loterij. Hier maakt u elke maand kans op duizenden prijzen. Bovendien steunt u met uw lot onder meer de projecten van Het Drentse Landschap. Pak die kans en geef zo de natuur en cultuur in Nederland extra steun. Bel (0900) 300 1500 voor meer informatie.


Fauna

14

Arend J. van Dijk*

Roodborsttapuit verovert Drenthe De Roodborsttapuit kennen we als heidevogel, maar zo’n zestig jaar geleden was het vooral een bewoner van het kleinschalige cultuurlandschap. Na jarenlange teruggang en vrijwel verdwijnen uit het cultuurland is dit neefje van de Roodborst onmiskenbaar met een verrassende opmars bezig. De wat ‘zenuwachtige’ Roodborsttapuit rekent de heide nog steeds tot zijn eldorado en laat zich daar zelden onbetuigd. De top van een heidestruik vormt vaak de uitvalbasis tijdens de jacht op insecten en andere ongewervelden. Plotseling vliegt of zeilt hij naar de grond, pikt de prooi en gaat dan vaak weer naar

Foto: Johan Vos

dezelfde uitkijkpost. Soms hangen ze even als een helikopter boven de vegetatie. Al in maart zijn de eerste Roodborsttapuiten op de broedplaatsen aanwezig. In de winter verruilen ze ons land voor Frankrijk en Spanje en sommige belanden nog net aan de overzijde van de Middellandse Zee. Direct na aankomst is de zang niet van de lucht en vinden ook territoriale achtervolgingsvluchten plaats laag over de heide. De zang is variabel en bestaat uit vrij melodieus vibrerende strofes, die één of meer keren worden herhaald, en herinnert aan die van de Heggenmus. Tot in juli kan de in intensiteit afnemende zang worden gehoord, vooral bij het ochtendkrieken, maar ook later in de ochtend. Het nest wordt laag in (heide)struiken of op de grond gebouwd en bevat 4 tot 6 bleek-blauwgroene eieren. Na 14 dagen zijn de eieren uitgebroed en weer na 14 dagen verlaten de jongen het nest. Op de heide is de ‘robotap’, zoals vogelaars hem vaak noemen, alom aanwezig zodra er maar een struikje staat, ook langs wegen

en paden. Is het niet de opvallende tekening met zwarte kop, witte kraag, donkere rug en oranje borst, dan is het wel het opvallende gedrag. Hij zit meestal opvallend boven in een lage struik en roept geregeld een wat driftig en schor klinkend ‘wied trek-trek’. Soms is het fletser getekende vrouwtje in de nabijheid en met uitgevlogen jongen kan het wel om 5-6 vogels bijeen gaan. Al roepend wordt je als wandelaar enige tijd begeleid, totdat je kennelijk uit de gevarenzone bent geraakt. Op de heide begon de victorie

Het is haast niet meer voor te stellen, maar eind vorige eeuw stond de Roodborsttapuit nog op de rode lijst van bedreigde en karakteristieke vogels, omdat er sprake was van afname en leegloop van het agrarisch cultuurlandschap. Op de recente rode lijst staat hij niet meer. Wat is er zo plotseling veranderd? In 1975-1980 telde Drenthe 320-350 broedparen van de

Roodborsttapuit, ongeveer de helft daarvan op heideterreinen en hoogvenen en de andere helft in het agrarisch cultuurland. Dat liep terug naar het dieptepunt van 100-150 paren in 1985-1987. Daarna trad herstel op en in 19901995 gaf de teller 400-500 Drentse broedparen aan. Het aandeel op heide en hoogvenen was gegroeid naar 90% van het totaal. Er zat dus maar 10% in het agrarisch cultuurland. En dan te bedenken dat heide en hoogvenen nog niet eens 10% van de Drentse bodem beslaan. Toename op de heide viel vaak samen met veranderingen in het heidebeheer, zoals kappen van dichte bosopslag, plaggen en maaien van heidepercelen en introductie van runder- en uitbreiding van schapenbegrazing. In 1998-2000 was de stand al opgelopen tot ongeveer 800 broedparen en volgens berekeningen gaat het thans om ongeveer 2500 paren. Dit laatste aantal komt neer op het twintigvoudige van het aantal tijdens het dieptepunt.


Fauna

De heidevelden en hoogvenen raakten langzaamaan overbevolkt en omstreeks 1995 vestigden zich voor het eerst weer Roodborsttapuiten op nieuwe plekken buiten de heide. Dat gebeurde echter uitsluitend in natuurvriendelijk beheerde agrarische gebieden van Het Drentse Landschap, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. Deze gebieden liggen vaak tegen natuurgebieden aan en hebben een enigszins ruige begroeiing van kruiden en lage struiken. Ook deze gebieden raakten vol en vanaf 2005 doken Roodborsttapuiten ook op in het reguliere boerenland. Daar zitten ze niet in de raaigrassteppen, maar aan randen van percelen, in bermen en taluds. Die moeten dan niet of niet vroeg in het seizoen gemaaid worden. Tweederde van de Roodborsttapuiten broedt thans op heide en hoogvenen en eenderde in het agrarisch cultuurlandschap, merendeels in natuurvriendelijk beheerde. De aanvankelijke afname en het verdwijnen van de Roodborsttapuit op veel plekken in het agrarisch cultuurlandschap viel samen met afname van weidevogels. Dit wordt in verband gebracht met grote veranderingen door de steeds intensievere agrarische bedrijfsvoering, met waterpeilverlaging, vergroting en egalisatie van percelen, verdwijnen van ruige overhoekjes, gebruik van bestrijdingsmiddelen en der-

gelijke. Inmiddels zijn daarin enige voor de Roodborsttapuit gunstige veranderingen opgetreden. Denk daarbij aan minder intensief onderhoud (maaien e.d.) van perceelsranden, bermen en taluds en meer percelen met een natuurvriendelijk beheer, schapenof paardenweiden, hooilanden en graanakkers. Klimaatsverandering

De grote motor achter de spectaculaire toename en uitbreiding van de Roodborsttapuit in Drenthe, maar ook elders in ons land en in Europa, is waarschijnlijk klimaatsverandering. Door gemiddelde temperatuurstijging zijn de winters milder geworden en blijken meer Roodborsttapuiten in Drenthe te overwinteren. De wel weggetrokken overwinteraars arriveren eerder op de broedplaatsen. Het totale broedseizoen is langer geworden en daardoor lukt het meer ‘robotaps’ om twee of drie keer achtereen jongen groot te brengen. Dat kan veel extra nakomelingen opleveren die allemaal een broedplekje moeten zien te vinden. Er zijn weinig vogelsoorten in ons land die in zo’n korte tijd, zo stormenderhand, zulke grote gebieden aan hun broedareaal hebben weten toe te voegen.

Drentse Landschap, zoals het Doldersummerveld, Koelingsen Bouwersveld, Hijkerveld, Drouwenerzand, Groote Zand, Rabbinge/De Wildenberg, Boerenveensche Plassen, Het Zwarte Gat, Uffelter Binnenveld en Dalerpeel is het al gauw raak. En dat geldt ook voor gebieden van Het Drentse Landschap met natuurvriendelijk beheerde percelen in het Hunzedal, langs de Reest, Oude Diep of Vledder Aa, op Landgoed Vossenberg en Landgoed Rheebruggen. In deze laatste gebieden loont het om de hekpaaltjes af te zoeken. Maar kijk ook in uw eigen Drentse omgeving, want het is welhaast onmogelijk om tegenwoordig binnen een straal van 2-3 km van je verblijfplaats in april-mei niet tegen een Roodborsttapuit aan te lopen. Neem de proef op de som komend voorjaar.

*A.J. van Dijk is lid van de Raad van Advies van Het Drentse Landschap.

Struikjes en paaltjes afkijken

Om in Drenthe Roodborsttapuiten te zien hoef je niet ver de deur uit. Op heideen hoogveenterreinen van Het Foto: Johan Vos

Sprong naar agrarisch cultuurland

15


16

Uit een grootschalige publieksenquête onder meer dan 1.000 Nederlanders blijkt dat de meeste Nederlanders denken dat er een positieve relatie bestaat tussen natuur en gezondheid. Onderzoeker Agnes van den Berg deed onderzoek op verzoek van De Friesland Zorgverzekeraar. Het Drentse Landschap werkt sinds enkele jaren met deze

Buiten is gezond

organisatie samen in het Natuurcollectief en een aantal projecten om mensen meer te betrekken bij de natuur. Vrijwel alle Nederlanders zijn van mening dat natuur een gezonde en rustgevende werking heeft en dat het belangrijk is dat kinderen opgroeien met voldoende natuur in hun buurt. Deze positieve houding van Nederlanders ten aanzien van natuur en gezondheid werd in 2004 al vastgesteld, en lijkt sindsdien alleen maar toegenomen. Het doel van de enquête was om de mening van Nederlanders over de positieve effecten van natuur op gezondheid verder uit te diepen. Op deze manier hoopte de onderzoeker meer inzicht te verkrijgen in de persoonlijke ervaringen van Nederlanders met de meerwaarde van natuur voor verschillende ziekten en aandoeningen. ‘Medicijn’ tegen somberheid

Depressie is een veel voorkomende psychische stoornis.Vrijwel alle Nederlanders zouden een vriend of vriendin die last heeft van somberheid of depressieve gevoelens (misschien) aanraden om ‘vaker de natuur in te

gaan’.Van de meest gangbare (zelfhulp) middelen bij depressieve klachten, zoals bijvoorbeeld meer gaan sporten, afleiding zoeken door muziek, relaties versterken of in therapie gaan of medicijnen slikken, wordt ‘vaker de natuur ingaan’, het meest ondersteund door de Nederlandse bevolking. Een andere opvallende uitkomst is dat de meeste Nederlanders grootschalige natuur verder weg van de stad over het algemeen gezonder vinden dan natuur in en rond de stad zoals parken en tuinen. Deze ideeën krijgen weinig steun uit wetenschappelijke onderzoeken naar relaties tussen natuur en gezondheid, waaruit blijkt dat alle soorten natuur ongeveer even gezond en rustgevend zijn. Nederlanders vinden dat er meer onderzoek naar het belang van natuur voor gezondheid moet worden gedaan. De Friesland wil zich graag inzetten om dit mogelijk te maken. Momenteel wordt er aanvullend onderzoek hiernaar gedaan.

Samenwerking natuur­ organisaties

Het Drentse Landschap en acht andere natuurorganisaties hebben met De Friesland een duurzame samenwerking op het vlak van natuur en gezondheid. Bijvoorbeeld in de vorm van het Natuurcollectief, een collectieve zorgverzekering voor beschermers van Het Drentse Landschap. De samenwerking wordt de komende tijd geïntensiveerd op basis van de onderzoeksresultaten van Agnes van den Berg. Kijk voor meer informatie over dit onderwerp op www.defriesland.nl/ buitenisgezond. Hier kunt u onder andere het volledige rapport lezen.


17

Foto:TOPFOTO

Educatie

Nieuwe toekomst voor natuurgebied Mandelanden Te d d y B e z u i j e n *

Het gebied Mandelanden (ca 120 ha) ligt tussen de Hondsrug en het kanaal BuinenSchoonoord. De afgelopen maanden is er hard gewerkt om dit nieuwe natuurgebied in te richten. Niet alleen voor de natuur, maar ook voor de water-veiligheid (van de mens). In tijden van extreme wateroverlast kan hier 160.000 m3 water worden opgeslagen. Een prachtig voorbeeld hoe natuurorganisaties, gemeenten, provincie en waterschappen elkaar hebben gevonden bij het oplossen van een aantal problemen in onze Drentse samenleving.


18

Erfgoed

Oorspronkelijk vormt de Mandelanden één van de bovenlopen van het Voorste Diep. Een andere bovenloop, te weten de Stroot ten westen ervan, is door de realisatie van het kanaal Buinen-Schoonoord rond 1900 van Mandelanden afgesneden. Het Drentse Landschap kon het gebied in 2011 verwerven. Dit gebeurde in nauwe samenspraak met Bureau Beheer Landbouwgronden en de kavelruiladviescommissie.Vervolgens werd er een projectgroep ingesteld die het natuurontwikkelingsproject vorm moest gaan geven. Hierin zaten naast Het Drentse Landschap, de Provincie Drenthe, het Waterschap Hunze en Aa’s en de Gemeente Borger-Odoorn.

het streven naar het terugbrengen van kwel in het maaiveld, waardoor bloemrijke schraallanden ontwikkeld kunnen worden. Specifiek voor de inrichting van de Mandelanden was het terugbrengen van een meanderende beek als doel gedefinieerd, waarbij de nadruk moest komen te liggen op waterretentie: het vasthouden van water waarna het water later en langzaam weer kan worden afgegeven aan de beek. Met de uitgevoerde inrichtingsmaatregelen en het nieuwe hydrologische systeem is het nu mogelijk om in tijden van (hoge) waterafvoer ruim 160.000 m3 water in het gebied te bergen. In extreme situaties (1 x per 100 jaar) is het zelfs mogelijk ruim 400.000 m3 water te bergen.

Uitgangpunt

Als kader voor het inrichtingsplan is de kenschets gebruikt zoals deze opgenomen was in de in 1995 uitgebrachte Hunzevisie en later ook in gebiedsplan Hunze, het Provinciaal Omgevingsplan en het advies van de Commissie Waterbeheer 21ste eeuw. Uitgangspunt was dat in het Voorste Diep wordt gestreefd naar het restaureren van de snelstromende en meanderende bovenloop. In samenhang daarmee tevens

De inrichting

Voor de uitvoering van het inrichtingsplan is steun gekregen van het Europese Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO), Provincie Drenthe, Klimaatfonds van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, Helena Vruchtfonds van het Prins Bernhard Cultuurfonds en de Nationale Postcode Loterij. In de zomer van 2012 startte het

aannemingsbedrijf Oosterhuis uit Nijeveen met de inrichtingswerkzaamheden. In het centrale deel van het gebied werd oppervlakkig de bouwvoor verwijderd. Door vrijkomende grond naar de randen van het gebied te brengen ontstond daar een versterking van het natuurlijke reliëf. Ook zijn nieuwe houtwallen aangelegd.Verder werd op basis van historische kaarten en bodemonderzoek een nieuwe beek gegraven die overigens minder diep en breed is dan de oude beek. Nabij de N34 is een bestaande stuw vervangen door een knijpconstructie, die de mogelijkheid heeft het water gefaseerd te laten afstromen. Er is bovenstrooms een stuw geplaatst waar ook vissen langs kunnen. Het gebied kan zo ook een functie vervullen als paai- en opgroeigebied voor visbroed. Ten behoeve van de afwatering van het gebied Koelanden-Strengen in de omgeving van de wijk Daalkampen en het gebied tussen de Mandelanden en het kanaal, is een gemaal geplaatst. Dit gemaal is noodzakelijk om de waterstanden in het gebied Mandelanden te kunnen verhogen zonder dat er negatieve waterhuishoudkundige effecten op aangrenzende landbouwpercelen plaats vinden. Tijdens de uitvoering werd een zevental archeologische vindplaatsen aangetroffen. Deze vindplaatsen zijn afgedekt met doek en een gronddek zodat ze geconserveerd blijven voor de toekomst. Opgraven was volgens de gemeentelijke en de provinciale archeoloog nu niet nodig. Het beheer

Voor de lange termijn wordt in het gebied gestreefd naar nat schraalland met plaatselijk ook betekenis voor de weidevogels.Verwacht wordt dat alleen in de laagste delen zich dotterbloem-


19

graslanden zullen ontwikkelen. Het beheer zal de komende jaren dan ook voornamelijk gericht zijn op het maaien en afvoeren van de vegetatie. De Mandelanden is buiten het broedseizoen (15 maart- 15 juni) vrij toegankelijk. Er is een zandweg om het gebied die het hele jaar door open is voor wandelaars en fietsers. Aan de rand van het gebied nabij het kanaal Buinen-Schoonoord, is een kijkheuvel ingericht. Mede naar aanleiding van de gehouden informatieavond voor bewoners en belangstellenden uit de omgeving is er langs de N34 met financiële steun van de Gemeente Borger-Odoorn, een fietspad aangelegd over de kade. Ook is hier voor ruiters en menners een doorwaadbare plaats in de beek gemaakt.

Open dag in het nieuwe natuurgebied De Mandelanden Zondag 29 september 11.00 – 16.00 uur

Het Drentse Landschap is trots op dit nieuwe natuurgebied. Ze nodigt u dan ook van harte uit om op zondag 29 september a.s. een kijkje te komen nemen.Van 11.00 – 16.00 uur zijn medewerkers aanwezig om over het project te vertellen maar vinden er ook allerlei leuke activiteiten voor kinderen plaats (zie ook kader).

*T.W.M. Bezuijen is hoofd terreinbeheer van Het Drentse Landschap.

Locatie: ingang bij het kanaal waar de Westdorperstraat over gaat in de Borgerderstraat. Dit is de route via de wijk Daalkampen van Borger naar Westdorp

• • • •

Kinderactiviteiten Excursies Rondritten Outdoorbelevenissen


20

Wandelroute Bertus Boivin / Eric van der Bilt in samenwerking met Roelof Huisman

De Mandelanden en de bronnen van de Hunze Tijdens dit rondje vanuit Borger maakt u kennis met een verbluffend afwisselend landschap. De heuveltjes van de Hondsrug waar je even op de trappers moet staan. De lange rechte einden door het veenkoloniale landschap waar je blij bent geen wind tegen te hebben of een bui regen. Het rondje brengt u over mooie fietspaden door allerlei bossen, langs uitbundig bloeiende groenlanden, over schelpenpaadjes langs de es. U passeert kronkelende beekjes, stille, half dichtgegroeide kanaaltjes en moerassen vol leven. Kortom, een fietstocht om nooit te vergeten. vanaf de Buunerbult (punt 15) een nog spectaculairder beeld van de ijstijddoorbraak in petto: eens lag er géén laagte tussen Buunerbult en Hondsrug….

Buinen-Schoonoord, ontginningen en ruilverkavelingen hadden het oorspronkelijke beekdal doen verdwijnen.

Mandelanden

Bij de reconstructie van het 120 hectare grote gebied is veel grond naar de randen gebracht. Met behulp van oude kaarten en het vakmanschap van de kraanmachinisten werd de oorspronkelijke loop van het Voorste Diep teruggevonden.

Foto: Jaap de Vries

Na het viaduct moet u ter hoogte van de boomsingel (punt 3) het paadje in dat op een kijkheuvel eindigt. Vanaf hier hebt u een prachtig uitzicht over het natuurgebied Mandelanden van Stichting Het Drentse Landschap. De reconstructie van Voorste Diep en Mandelanden begon in de zomer van 2012 en nam een klein jaar in beslag.

Brongebied Hunze Onderweg maakt u kennis met het brongebied van de Hunze. Het riviertje heeft twee bovenlopen: het Voorste Diep en het Achterste Diep. Het Voorste Diep ontstaat ten westen van de Hondsrug in de velden rond Westdorp, terwijl het Achterste Diep aan de andere kant van de Hondsrug achter Exloo uit het veen tevoorschijn komt. Vanaf Gasselternijveen gaan Voorste Diep en Achterste Diep samen als Hunze noordwaarts. Het Voorste Diep leverde tegen het eind van de laatste ijstijd een opmerkelijke prestatie door zich een weg dwarsdoor de Hondsrug te banen nadat zich in het westen een enorm smeltwatermeer gevormd had. Bij het graven van het Kanaal Buinen-Schoonoord werd van deze natuurlijke laagte gebruikgemaakt (punt 2 in de route). Tegen het eind van de fietsroute heeft het Voorste Diep

Doel van Het Drentse Landschap was om hier de oorspronkelijke beekloop van het Voorste Diep terug te brengen in het landschap. Langs het diep lagen vroeger de ‘Mandelanden’, de gemeenschappelijke groenlanden van de boeren van Westdorp. (Het woord ‘mande’ in de naam betekent dan ook ‘gemeenschappelijk’, vgl. het woord ‘mandelig’.) Het graven van het Kanaal

Vanaf de kijkheuvel ziet u hoe de natuur zich binnen de kortste keren weer over de Mandelanden ontfermd heeft. Kwelwater dat naar de oppervlakte stroomt, zal ervoor zorgen dat zich hier bloemrijke schraallanden gaan ontwikkelen.

Waterberging Mandelanden Naast natuurontwikkeling gaat het bij het Mandelanden-project ook om waterberging. Bij een grote wateraanvoer kan hier voortaan ruim


Als u in de bocht (punt 7) rechtdoor fietst, ziet u links een knijpstuw die ervoor zorgt dat het water op gepaste wijze de Mandelanden verlaat. Vissen kunnen het stuwtje moeiteloos passeren. Rechts van het fietspad moet het Voorste

Achterste Diep Voorbij punt 13 passeert u het gereconstrueerde Achterste Diep. Enkele jaren geleden was het diepje niet meer dan een sloot door het aardappelland.

Foto: Jaap de Vries

Lofar-gebied

Diep zich in wat extra bochten wringen om op het kanaalpeil verderop te komen.

Zoersche Landen In de Zoersche Landen (punt 12) van Het Drentse Landschap vindt het Achterste Diep zijn oorsprong. De naam komt van het Drentse ‘zoer’ (zuur) en dat heeft uiteraard betrekking op de venige bodem. Eind jaren negentig werd het 80

Astron kocht hier 400 hectare veenkoloniale landbouwgrond aan als antenneterrein voor het Lofar-project (tussen punt 13 en 14). Het is ingericht als natuurgebied rond het Achterste Diep. Astron heeft het terrein overgedragen aan Het Drentse Landschap. Links langs het weggetje ligt een natte slenk die op het Achterste Diep afwatert. Het moeras is een paradijs voor watervogels. Eens per jaar wordt het peil tijdelijk verlaagd om er te kunnen maaien. Zo hoopt Het Drentse Landschap te voorkomen dat het gebied met Elzen dichtgroeit.

Inlaat Voorste Diep

Foto: Henny Leijtens

Als u bij de brug (punt 17) even doorfietst, ziet u de inlaat van het laatste stuk van het Voorste Diep. Bij het graven van het Kanaal Buinen-Schoonoord werd tot deze plaats gebruikgemaakt van het beekdal van het Voorste Diep. Op dit punt echter scheidden hun waterwegen en gaat het Voorste Diep op weg naar zijn ontmoeting met het Achterste Diep, ruim drie kilometer verderop.

Foto: Johan Vos

hectare grote gebied in het kader van het Hunzeproject opnieuw ingericht. Op de hogere delen ontwikkelt zich een vochtig eiken-beukenbos, terwijl op nattere gedeelten elzenbroekbos ontstaat. Zo’n kletsnat bos blijkt een perfecte leefomgeving voor Bevers.

1

Afbeelding: Geopark de Hondsrug / Jouke Nijman

160 duizend kubieke meter water worden opgeslagen.

Foto: Lofar

Uitneembaar routekaartje in dit nummer. Ook te downloaden op www.drentslandschap.nl

2

3

1 In het Hunzedal tussen Buinen en Exloo vindt u het centrale Lofar-gebied van ongeveer twee bij twee kilometer. Middenin ligt een ronde ‘terp’ omgeven door water. In het Lofar-gebied staat ongeveer de helft van de in totaal ruim 7000 kleine antennes die via glasvezel­ kabels verbonden zijn met een supercomputer. Samen vormen ze de grootste radiotelescoop ter wereld. De ‘ogen’ van Lofar kunnen miljarden jaren terug in de tijd kijken, tot vlak na de oerknal… Meer weten over Lofar? Kijk op www.lofar.nl. 2 De Bruine kiekendief is de absolute heerser van Nederlandse moerassen. Met trage vleugelslag zweeft hij laag over de rietvelden op zoek naar vogels in alle soorten en maten. Met het verdwijnen van de moerassen ging ook de Bruine kiekendief er behoorlijk in aantal op achteruit. De kiekendief greep echter onmiddellijk de kansen die de moerassen in het Lofar-gebied hem boden. U kunt hem ‘s zomers niet missen… 3 Geopark de Hondsrug heeft internationaal aandacht gevraagd voor het unieke geologische wordingsverhaal van het Hondsruggebied. Waarschijnlijk dit jaar al kan de Hondsrug de officiële status als Geopark in de wacht slepen. Wie meer wil weten over de geologie en prehistorie van het gebied kan de Geopark-expositie in het Hunebedcentrum in Borger bezoeken. De expositie is toegankelijk tijdens de openingsuren van het museum. Wie een kaartje voor het Hunebedcentrum koopt, kan daarmee ook de Geopark-expositie bezoeken.


Erfgoed

22

Keuterij De Kiefte Eric van der Bilt*

Het streekje De Kiefte, bij Linde langs het Reestdal gelegen, laat zich eigenlijk met niets vergelijken. Het is een zandrug waarover een doodlopende klinkerweg ligt met hier en daar een boerderij. Een van

Foto’s: Sake Elzinga

deze boerderijen is keuterij De Kiefte. Het is een ontginningsboerderij uit de jaren ’30 van de vorige eeuw. Het Drentse Landschap wist het pand in 2009 te verwerven. Na de restauratie kon dit prachtig gelegen pand al snel haar nieuwe bewoners begroeten. Op oude kaarten valt goed te zien hoe onherbergzaam het in De Kiefte was voor het einde van de 19e eeuw. Het Schrapveen was een groot moeras dat overliep naar de Reest. Pas na de drooglegging van dit moeras werd De Kiefte ontgonnen. Een zogenaamde veldontginning uit de 20e eeuw. De keuterij De Kiefte is misschien niet eens zo heel bijzonder. Het is één van de vele ontginningsboerderijtjes uit die tijd. Kenmerkend voor dit type boerderijtjes is dat ze uitermate sober en functioneel zijn ingericht. Bruikbaar als ideale boerderij in die tijd. Veel van dit soort keuterijtjes worden tegenwoordig gesloopt of zo onherkenbaar gerenoveerd dat er maar weinig van de oorspronkelijke staat overblijft.Vanuit de wens om het kleinschalige cultuurlandschapje van De Kiefte te behouden, was Het Drentse Landschap dan ook blij dat ze deze keuterij aan het Schrapveen 13 kon verwerven. Landinrichting

Toen Hendrik van Goor op 71-jarige leeftijd na een zwaar en werkzaam leven in 2007 kinderloos stierf, kwam boerderij De Kiefte te koop. In het kader van de Landinrichting

Zuidwolde mocht Bureau Beheer Landbouwgronden de boerderij kopen. Zij bood het vervolgens aan onze stichting aan met 30 are land. De keuterij is prachtig in het kleinschalige landschap gelegen, met een hofje en een boomgaard. Het complex bevond zich wel in behoorlijk vervallen toestand, maar ondanks een lekkend dak


Erfgoed

was het voorhuis nog net als toen het in 1930 gebouwd werd. TenneT

Ten tijde van de verwerving speelde een compensatieregeling van TenneT. Afspraak was dat de hoogspanningslijn tussen Zwolle en Vierverlaten zou verdwijnen. Hetgeen het landschap rond de Reest, dat door deze lijn gekruist wordt, zeer ten goede zou komen. Echter geheel tegen de afspraken in werd de lijn opgewaardeerd. Om de negatieve ruimtelijke effecten te compenseren stelde TenneT ongeveer â‚Ź 10 miljoen beschikbaar aan de provincies Drenthe en Overijssel. Met dit geld zou het landschap in beide provincies een nieuwe impuls kunnen worden gegeven. Het behoud van het ensemble De Kiefte paste hier heel goed in. Mede dankzij deze middelen, bijdragen van de Provincie Drenthe en de Nationale Postcode Loterij kon onze stichting de keuterij op deze unieke plek verwerven en restaureren. Met als doel het landschap en de cultuurhistorische waarden ter plaatse te versterken. Het Drentse Landschap koos ervoor om de boerderij geschikt te maken voor wonen in combinatie met erfgoedlogies. Staat van verval

De boerderij verkeerde zoals gezegd in zeer slechte staat, maar bevatte nog veel van haar oorspronkelijke kenmerken. In de deel was de grupstal nog te vinden waar aan weerszijden de koeien aangebonden hadden gestaan. In de pompstraat stond nog de eerste pomp.

Het voorhuis bestond uit twee kamers met oude houten schouwen en mooie balkenplafonds met de ouderwetse, wat fletse groene en bruine kleuren er nog op. Ook het opkamertje met daaronder een aardappelkelder was nog aanwezig. Op de muren zaten dikke lagen bruinig behang, veelal met vervaagde

bloemmotieven. Hoewel we in eerste instantie het huis van binnen minder donker en hokkerig wilden maken, werd uiteindelijk toch besloten om de oorspronkelijke indeling en kleurstelling van het voorhuis geheel in de sfeer van de jaren ’30 te houden. Hier moest een bijzonder erfgoedlogies in komen, zo vonden we...

23


Foto’s: Sake Elzinga

De verbouwing

Het achterhuis werd in het ontwerp van het bouwkundig bureau Van de Salm uit Dwingeloo tot woonhuis ingericht. Beneden een grote woonkeuken met een modern kookeiland van waaruit je een prachtig uitzicht hebt op het prachtige cultuurlandschap van De Kiefte. Het woonhuis heeft drie slaapkamers waarvan twee op de verdieping. Door het aanbrengen van een vide blijft het mogelijk de volledige hoogte van de kap te ervaren. In januari 2011 werd het werk aanbesteed aan aannemer Van Dijk te Vledder en het installatiebureau Sjabbens. Begin 2012 vond de oplevering plaats.

De keuterij is prachtig geworden. Een modern woonhuis in combinatie met een vrijwel origineel voorhuis uit 1930 waar zich de erfgoedlogies bevinden. Het pand heeft haar sobere karakteristiek op deze unieke plek in het hoevelandschap van De Kiefte behouden. De samenhang tussen landschap, bebouwing en erf is in dit ensemble op Schrapveen 13 nog steeds goed te beleven. Opnieuw een stap op weg naar een duurzame inrichting van het prachtige cultuurlandschap van het Reestdal.

*Drs. E.W.G. van der Bilt is directeur/bestuurder van Het Drentse Landschap.

Ook op zoek naar een bijzondere woonplek? Kijk op de website of meld u dan aan bij de afdeling Gebouwen van Het Drentse Landschap, info@drentslandschap.nl

Lezersaanbieding Beleef in De Kiefte het landleven, rust en prachtige natuur. De bewoners, Jan en Edith, genieten hier elke dag volop van. Zij willen de beschermers van Het Drentse Landschap dit ook laten beleven en bieden daarom Bed and Breakfast aan met 10% korting op overnachting en een heerlijk ontbijt. Deze aanbieding geldt voor het seizoen 2013/2014 voor 2 personen. B&B De Kiefte – Schrapveen 13 – 7925 PG Linde 06-13119488 – dekiefte@gmail.com


Verrukkelijk onkruid

Wie maakt het lekkerste onkruidmaal? In het Verrukkelijk Onkruidreceptenboek zijn de lekkerste recepten uit een wedstrijd voor koks met groene vingers gebundeld. De meeste tuinliefhebbers hebben een hekel aan brandnetel, zevenblad en paardenbloemen. Dus gaan ze die te lijf. Onkruid is niet alleen maar lastig. Je kunt er ook veel mee. Opeten bijvoorbeeld. Veel onkruiden zijn waardevolle planten voor insecten, maar ze zijn ook rijk aan vitamines en mineralen of hebben een geneeskrachtige werking. De oplossing voor woekerend zevenblad? Gewoon opeten. Supergezond. Brandnetels en paardenbloemen zijn prima te verwerken in soepen, salades of pesto; verrukkelijk onkruid dus! De ingrediënten groeien gewoon in je achtertuin. Maar hoe smaakt het en hoe maak je het klaar? Kijk eens op www.zonder-is-gezonder.nl. Hier staan de (h)eerlijke recepten met onkruid, maar ook tips voor milieuvriendelijk tuinieren. Opeten, schoffelen of wegbranden zijn prima alternatieven bij de bestrijding van onkruid. Chemische bestrijdingsmiddelen zijn niet nodig en vormen een groot risico voor onze drinkwaterbronnen, de bodem en het waterleven. Overheden bouwen het gebruik van deze middelen af en de land- en tuinbouwsector gaat er slimmer mee om. Er zijn volop mogelijkheden om tuin, terras en moestuin te onderhouden zonder gebruik te maken van bestrijdingsmiddelen. Dat is beter voor het milieu én voor de portemonnee. Bovendien blijft zo het drinkwater van morgen schoon. De campagne Verrukkelijk Onkruid komt voort uit het project ‘Zonder is gezonder’. WMD werkt samen met de Drentse waterschappen en gemeenten, IVN, de provincie Drenthe, Waterbedrijf Groningen, én vanaf nu hopelijk ook met u! Om het grond- en oppervlaktewater schoon te houden voor nu en de toekomst.

Bekijk het Verrukkelijk Onkruidreceptenboek zonder-is-gezonder.nl of wmd.nl


Hommels zijn net als de Honingbij sociaal levende bijen. Alle bijensoorten zijn vegetariërs. Een groot verschil met een volk van de Honingbij is dat een hommelvolk elk jaar uitsterft, behalve de bevruchte koninginnen. De Akkerhommel is van het vroege voorjaar tot in de herfst actief. Een koningin van de Akkerhommel heeft de winter slapend doorgebracht in een zelf gemaakt holletje.Wanneer ze in het voorjaar wakker wordt, maakt de Akkerhommel meestal bovengronds een nest. De koningin bekleedt dat nest met mos, gras en een beetje was. Daarna maakt ze van was een potje waar ze nectar in stopt. Dit kan ze dan gebruiken in slechtweer tijden als ze de deur niet uit kan.Vervolgens maakt ze van was een soort beker die ze vult met stuifmeel, vermengd met een beetje nectar. Op deze stuifmeelvoorraad legt ze een klein groepje eitjes. Als een kip zit ze op deze eitjes te broeden.

Akkerhommel Geert de Vries*

Van de 29 hommelsoorten die in Nederland voorkomen is de Akkerhommel het meest algemeen. Hommels zijn grote bijen met een dikke jas. Dankzij die dikke beharing kunnen hommels vroeg in het jaar en ook al op tijd in de ochtend aan het werk. Bovendien kunnen hommels zich zelf warm trillen, waardoor ze lang niet zo afhankelijk zijn van warm weer als de meeste andere insecten.

Foto’s: Geert de Vries

Werksters

Na enkele dagen komen de eitjes uit. De larven smikkelen de pot stuifmeel, vermengd met wat nectar, leeg. Een groepje larven eet gezamenlijk uit een pot, die regelmatig wordt bijgevuld. Na ongeveer twee weken spint elke larf een eigen cocon. Na nog eens twee weken komen de eerste werksters tevoorschijn die half zo klein zijn als hun moeder. Deze werksters doen hun naam eer aan en gaan nectar en stuifmeel verzamelen. De koningin hoeft dan niet meer de deur uit. Ze kan zich aan haar kerntaak wijden: eitjes leggen. De werksters slepen de hele dag nectar en stuifmeel aan voor hun kleine ‘zusjes’. Het volk van de Akkerhommel breidt zich in de loop van de zomer uit tot zo’n 150 exemplaren. De darren en de koninginnen komen aan het eind van de zomer tevoorschijn. Nadat de darren de koninginnen van andere volken buitenshuis hebben bevrucht, sterft het volk


Fauna

27

geleidelijk aan uit. Alleen de bevruchte koninginnen overleven de winter en dan is de cirkel weer gesloten. Kritisch

De meeste planten ‘willen’ niet bestoven worden door stuifmeel van hun eigen bloemen. Dit om inteelt te voorkomen. Aangezien een plant geen poten heeft om zich te verzetten, is een plant afhankelijk van de wind of van insecten die het stuifmeel van de ene naar de andere bloem brengen. Sommige planten zijn echter zeer kritisch. Smeerwortel bijvoorbeeld heeft geen enkel belang bij een ‘regen’ van stuifmeel van allerlei soorten planten. Bevruchting kan alleen plaats vinden met stuifmeel van dezelfde plantensoort. Zo levert het stuifmeel van de Smeerwortel dat op torkruid terecht komt dus nooit een “smeer-tor” op. Om aan klantenbinding te doen geeft de plant de bloembezoeker een beloning in de vorm van nectar. Hommels verzamelen niet alleen stuifmeel, maar verzamelen net als Honingbijen ook nectar. Ze kunnen hun eigen lichaamsgewicht aan nectar transporteren. Kostbare nectar

Het is voor een plant een grote investering om nectar te produceren, maar het loont wanneer de bloembezoekers daardoor voor een goede bestuiving zorgen. Vanuit de plant geredeneerd is het niet handig om die kostbare nectar zomaar bij de ‘voordeur’ beschikbaar te stellen. Veel planten zoals Vingerhoedskruid en Smeerwortel, verstoppen hun cadeautjes dan ook zo goed dat insecten onder het stuifmeel worden bedolven tijdens hun zoektocht naar de kostbare brandstof. De Akkerhommel heeft een lange tong en kan nectar bemachtigen die voor de meeste insecten onbereikbaar is. De ook algemene Aardhommel daarentegen heeft een korte tong, waardoor een aantal nectarbronnen voor haar onbereikbaar lijken. Aardhommels hebben

Kolonie van de Akkerhommel. Tijdens maaiwerkzaamheden werd dit nest in een wegberm per ongeluk zichtbaar.

een slimme list bedacht. Ze bijten aan de zijkant van de bloem een gaatje en stelen zo de nectar zonder een bijdrage aan de bestuiving te leveren. Bij Dophei en Smeerwortel zijn deze gaatjes aan de zijkant van de bloemen met het blote oog goed te zien. Toekomst

Een aantal hommelsoorten gaat achteruit. Dat is niet het geval bij Akkerhommel. Ze voelen zich zowel in het stedelijk gebied als op het platteland goed thuis. Huisvesting kan problemen opleveren zodra de omgeving er te netjes uit ziet. Nectar en stuifmeel zoeken ze binnen een straal van 500 meter van hun nest. Binnen die afstand moeten vanaf het voorjaar tot in de herfst planten bloeien die zowel stuifmeel als nectar leveren. In de bebouwde

kom is dat meestal wel het geval, maar in het buitengebied gaat de diversiteit aan plantensoorten achteruit. Dat is niet alleen jammer voor de wilde bijen, maar ook voor ons.Want wie wil tijdens zijn/ haar ommetjes in het landelijk gebied niet worden getrakteerd op het gezellige gezoem van bijvoorbeeld de mooie vosbruine Akkerhommel?

*G.W. de Vries is natuurfotograaf en lid van de Wetenschappelijke Adviescommissie van Het Drentse Landschap. Dr. M.M. Kwak is hommelspecialiste en heeft de concepttekst van commentaar voorzien.


Dertig jaar vegetatie-onderzoek op het Drouwenerzand G u i d o N i j l a n d e n U k o Ve g t e r *

In het natuurgebied Drouwenerzand wordt door Het Drentse Landschap sinds 1981 elke 10 jaar de ontwikkeling van de vegetatie gevolgd, het laatst in 2011. In de huidige tijd van snelheid en de jacht op korte-termijnsucces is dit welhaast een unicum. Doel van dit langdurige onderzoek is om na te gaan of het beheer tot de gewenste resultaten leidt. En zo niet, op welke wijze bijsturing nodig zou zijn.

In 1981 is begonnen met het begrazingsbeheer met Drentse heideschapen op het Drouwenerzand. Het beheer is in de beschouwde dertig jaar zeer stabiel geweest. Met een winterdichtheid van ĂŠĂŠn schaap per twee hectare werd er jaarrond begraasd.Verder zijn in het terrein enkele opstanden gekapt om wind en verstuiving meer ruimte te


Foto: Eric Wanders

geven. Met enige regelmaat zijn jonge Grove dennen handmatig verwijderd. Het monitoringsonderzoek is uitgevoerd door in het terrein een gebied af te bakenen (transect) van 1250 meter, bestaande uit vakken van 50 bij 2 meter. Dit transect weerspiegelt zoveel mogelijk de variatie in de vegetatie op het Drouwenerzand. Met een meetlint en twee hulplijnen is dit gebied vastgelegd en is genoteerd welke soorten er voorkomen (zie foto). Elke 10 jaar opnieuw. Tussen 1981 en 1991 waren de veranderingen in het terrein door de introductie van begrazing het grootst. De oude Struikhei stierf af en werd vervangen door een vegetatie gedomineerd door mossen en korstmossen. Ook de grazige vegetaties werden, mede door het relatieve gebrek aan Struikhei, flink aangepakt waardoor mossen en korstmossen op sommige plekken de overhand kregen. De Kraaihei, die niet gegeten wordt door schapen, bleef aanvankelijk qua areaal constant. De schapen bleken goed in staat om de verbossing met loofbos (Berken en Amerikaanse vogelkers) te voorkomen. Ze konden echter niet de Grove dennen blijvend onderdrukken. Deze zijn daarom handmatig verwijderd. Resultaten beheer

De vegetatie is in de 30 jaar van monitoring in zijn totaliteit relatief stabiel gebleven. Wel waren er tussentijdse fluctuaties in bedekking tussen de vegetaties na de introductie van de begrazing met schapen. Aanvankelijk

nam de Struikhei versneld af (1991), om daarna weer gestaag toe te nemen. De kraaiheiverbreiding gaf een omgekeerd beeld en werkte als een soort van contramal. De druk op de grazige vegetaties nam toe bij afnemende beschikbaarheid van Struikhei waardoor ook deze in oppervlak ging variĂŤren en de laatste tien jaar duidelijk afnam. Het Drouwenerzand heeft zich onder invloed van het ingezette beheer goed ontwikkeld. Onder het huidige extensieve begrazingsbeheer voltrekt zich de ‘normale’ heidecyclus van het uitgroeien en langzaam weer afsterven van Struikhei. Het lijkt erop dat de huidige dichtheid van begrazing juist voldoende voedingsstoffen aan het systeem onttrekt. Meerwaarde

De door sommige deskundigen gevreesde achteruitgang van korstmossen door begrazing is in dit terrein niet opgetreden. De korstmossen zijn nog even vitaal als bij de start van de begrazing en de spreiding door het terrein is verbeterd door het ontstaan van schapenpaadjes en rustplekken waar op kleine schaal nieuw, open zand ontstaat. Het ingezette beheer lijkt gunstig voor zowel heide- als grazige vegetaties, mossen en korstmossen. Ook deze laatste groep handhaaft zich goed. Er is gezien de vegetatie-ontwikkeling geen reden om het beheer wezenlijk te veranderen. Omdat bij de laatste opname meer vraat aan Grove den en Jeneverbes is geconstateerd en stikstofminnende soorten afnemen, kan

29

Foto: Archief HDL

Beheer

worden overwogen de begrazingsdichtheid op het Drouwenerzand licht te verminderen.Verder zal het ingezette beheer worden voortgezet omdat blijkt dat het huidige beheer gewoon voldoet. Uit het onderzoek zijn eveneens de gevolgen van langdurige invloeden zoals luchtverontreiniging af te leiden. Het heeft daarmee een duidelijke meerwaarde gehad voor het huidige en toekomstige beheer van Het Drentse Landschap in het Drouwenerzand.

*Drs. U.Vegter is hoofd Onderzoek en Planning van Het Drentse Landschap. Ir. G. Nijland heeft een ecologisch adviesbureau.


30

Jaarverslag

Jaarverslag 2012 Afgelopen mei verscheen het Jaarverslag 2012 van Stichting Het Drentse Landschap. Ook in het verslagjaar duurde de onzekerheid over de toekomst van het natuurbeleid voort. Echter een belangrijk verschil met 2011 was dat de nieuwe regering het natuurbeleid weer op politieke agenda zette. Het Drentse Landschap heeft veel tijd geïnvesteerd om maximale winst voor het behoud van Drentse natuur te behalen en dat is redelijk goed gelukt. Ook is het draagvlak en de waardering voor het werk van onze stichting nog steeds onverminderd groot. In 2012 behaalde de stichting op beide onderdelen in een landelijk onderzoek een hoge score.

Natuur en landschap Door het nieuwe natuurbeleid stagneerde in 2012 de uitvoering van het Hunzeproject. Toch kon in de loop van het jaar de Klimaatbuffer Torenveen in gebruik worden genomen. Staatssecretaris Atsma en gedeputeerde Munniksma verrichtten de officiële opening. Verder was het

verheugend dat het Waterschap Hunze en Aa’s het initiatief nam om een aantal waterbergingsprojecten in het Hunzegebied te gaan inrichten. De herinrichting van de gebieden kon snel worden opgepakt omdat Het Drentse Landschap alle benodigde gronden reeds in eigendom had.

Kengetallen 2012

2011

2012

Oppervlakte in eigendom

8.290

8.332

Gebouwen in eigendom

242

245

Kerken

3

4

Verworven gebouwen

1

2

Begunstigers

15.735

16.070

Vrijwilligers

241

242

Personeelsleden

34

34

Persberichten

100

87

Kwartaalbladen

78.000

77.000

Deelnemers excursies/lezingen/activiteiten (incl. onderwijs)

32.546

50.000

Bezoekers informatiecentra

107.800

39.200*

Besteding aan de doelstelling

92,85 %

90,04 %

Kosten eigen fondsenwerving

3,95 %

7,46 %

Kosten beheer en administratie/reguliere baten

10,07 %

9,48%

* Het bezoekersaantal is vooral gedaald vanwege de tijdelijke sluiting van twee infocentra

In het najaar van 2012 werden de eerste ecoducten van het Noorden in gebruik genomen. Het Drentse Landschap was bereid aan dit project mee te werken omdat hoe dan ook een snelweg als de N48 een vrijwel onneembare barrière voor dieren betekende. Ze hebben inmiddels hun nut bewezen, want verschillende dieren maken gebruik van de passage. Het beheer van de ecoducten wordt door Het Drentse Landschap uitgevoerd. Erfgoed In de nacht van 11 op 12 maart 2012 brandde de boerderij Kamps tot de grond toe af. De brand bleek te zijn aangestoken. De bewoners kwamen gelukkig met de schrik vrij. Na het overlijden van Willem Braam kocht Stichting Het Drentse Landschap de boerderij in 2002 en restaureerde het pand volledig. Uit onderzoek bleek dat de bouw van de boerderij exact gedateerd kon worden op 1588. Ondanks het feit dat Het Drentse Landschap de boerderij gaat herbouwen is door de brand een mystieke plek voor eeuwig verloren gegaan.


Jaarverslag

batig saldo van € 111.981,- past in de lijn van de verwachtingen die gewekt zijn aan de hand van de gepresenteerde tussentijdse cijfers in de vorm van de halfjaarrapportage en de derde kwartaalrapportage.

Gelukkig konden we ook een aantal mooie projecten opleveren. Zo werd het Hospice Eesinge, gelegen in het Reestdal bij Meppel, feestelijk in gebruik genomen. Tijdens een Open Dag kwamen honderden bezoekers een kijkje nemen. Inmiddels wordt het hospice veelvuldig gebruikt. Ook Huis ter Hansouwe, twee boerderijen in Orvelte en een boerderij op het Landgoed Rheebruggen werden gerestaureerd. Het Drentse Landschap was ook in de gelegenheid om de laatste boerderij van Landgoed Rheebruggen te verwerven. Het ligt in de bedoeling het bedrijf tot beheerboerderij om te vormen van waaruit het cultuurlandschap van Rheebruggen beheerd wordt.

Burgerparticipatie De belangstelling voor de activiteiten van onze stichting nam toe. Het aantal bezoekers aan onze informatiecentra daalde echter maar dat had vooral te maken met de tijdelijke sluiting van het informatiecentrum in Orvelte. In 2012 kon Het Drentse Landschap nog steeds rekenen op de steun van ruim 240 vrijwilligers. Mede dankzij hun inzet kan de stichting veel extra doen voor de natuur en het erfgoed in Drenthe. Financieel resultaat De geconsolideerde jaarrekening 2012 sluit met een voordelig saldo van € 269.665,--. Het enkelvoudig resultaat van Het Drentse Landschap, zijnde een

Het enkelvoudig batig saldo van Het Drentse Landschap (€ 111.981,--) is samen met het saldo van de mutatie (overbestede) gelden van de Nationale Postcode Loterij (€ 125.981,--) toegevoegd aan de bestemmingsreserve Natuurbeheer. De bestemmingsreserve Natuurbeheer is noodzakelijk om ook in de toekomst de minimaal noodzakelijk geachte beheertaken van de stichting te kunnen continueren. Het jaarverslag is te downloaden via www.drentslandschap.nl, link ‘over ons’ of tegen verzendkosten op te vragen bij het kantoor in Assen, (0592) 31 35 52.

31


Een voorproefje van de foto’s die in de route zijn opgenomen . . .

Op de foto ziet u hoe het turfgraven in zijn werk ging. In het midden staan twee mannen met ijzeren werktuigen met lange houten stelen: de stikkers. Zij bepalen de maat van de turven. Op de voorgrond staat de graver met een oplegger, een smalle schop. Hij steekt de turf uit. De krooier brengt de volle slagkaar of kruiwagen naar het zetveld dat rechtsachter op de foto staat. In totaal werkten er zo’n zes tot negen personen in een ploeg.

Turfbazen namen het liefst een heel gezin in dienst. Het was voor de baas goedkoop dat iedereen meehielp in het veen. Op de foto ziet u een vrouw die de baggerturf aanstampt. Ook werden vrouwen ingezet om de turf te stapelen in stobben om ze later naar het schip te kruien.

Kanaal met een verhaal Route langs het nieuwe Koning Loes van der Laan*

In Zuidoost-Drenthe, tussen Oranjedorp en Klazienaveen, ligt sinds 8 juni het Koning Willem-Alexanderkanaal (in de volksmond al het WAKanaal genoemd). Wandelaars, fietsers en vaarrecreanten kunnen langs het kanaal een smartphoneroute volgen die het gebied laat zien door de lens van fotografen van een eeuw geleden. Ze legden een open landschap vast, vol bedrijvigheid met kanaalgravers, turfschippers, mannen, vrouwen en kinderen aan het werk in het veen.

Het veen is voor Drenthe van groot economisch belang geweest. Dankzij de verveningen kent Drenthe een uitgebreid kanalenstelsel. Het Oranjekanaal en het Scholtenskanaal, waar het Koning Willem-Alexanderkanaal op aansluit, zijn gegraven om het veen te ontwateren en om de turven te vervoeren. Veenarbeid wordt vaak geassocieerd met armoede. Toch heeft het veen ook welvaart gebracht. Turfgraverij zorgde bij menig arbeidersgezin voor brood op de plank.


Een groepje veenarbeiders met op de achtergrond zo’n stobbe. Dit was een ronde of rechthoekige hoop turf met een gestapelde muur aan de buitenkant. De stobben hadden in ieder veengebied dezelfde maat, zodat ze ongeveer eenzelfde aantal turven bevatten voor de schipper. Op de foto ziet u ook een kind in de kinderwagen. De moeder nam de baby zo mee naar het veen. Soms hielden broertjes of zusjes een oogje in het zeil.

Het laden van een schip. De turf werd door veenarbeiders in het ruim gestort en gestapeld. Eerst werd de turf gestuwd, het stoegen. Daarna bouwden de vrouwen een stevige muur van om en om gestapelde turven; het loegen. De schipper zorgde voor een stevige borrel. Tijdens het verhoor van een turfgraver in Erica bleek hoeveel borrels er geschonken werden: ‘Er zijn zuinige schippers, die geven 3 of 4, goede schippers geven soms 5.’

Willem-Alexanderkanaal Tijdens de route langs het Koning Willem-Alexanderkanaal ontdekt u de geschiedenis van dit gebied en de mensen die hier woonden en werkten. Het Koning Willem-Alexanderkanaal is slechts zes kilometer lang, maar vormt de ontbrekende schakel in de doorgaande vaarroute in dit gebied. Het kanaal maakt onderdeel uit van het project Veenvaart, een route voor de pleziervaart die door de Drentse en Groningse Veenkoloniën gaat. Door het nieuwe kanaal is het nu mogelijk de

hele provincie Drenthe rond te varen. Het Koning Willem-Alexanderkanaal begint aan de Bladderswijk, even onder Oranjedorp, en eindigt op het Scholtenskanaal, boven Klazienaveen.

*L. van der Laan is medewerker communicatie bij het Drents Archief.

De route ‘Kanaal met een verhaal’ is een smartphoneroute op annodrenthe. Kijk op de website www.annodrenthe.nu en download de gratis app. Ervaar hoe het landschap, stad of dorp er vroeger uitzag. Historische kaarten, foto’s, films, documenten en verhalen laten je op een andere manier naar je omgeving kijken. Annodrenthe.nu is ontwikkeld door het Drents Archief in samenwerking met Stichting Het Drentse Landschap, Natuur en Milieufederatie Drenthe, Geopark de Hondsrug, historische en buurtverenigingen en andere organisaties.


Aardkunde

34

Smeltwaterheuvels

Reinder Reinders*

Tussen Ruinen en Pesse ligt een vrij vlak dekzandgebied. Op het eerste gezicht een weinig interessant landschap, zeker in vergelijking met het nabijgelegen nationaal park Dwingelderveld. Wanneer we de geomorfologische kaart bekijken, zien we echter een grote variatie in het landschap: beekdalen, dalvormige laagten en dekzandruggen. Tot de bijzonder ijstijdrelicten in dit gebied behoren vijf smeltwaterheuvels: Fluitenberg (1), Kalenberg (2), Galgenberg (3), Benderse berg (4) en Hunnenkloosterberg (5). Het zijn markante hoogtes die bekend staan als ‘-berg’, hoewel ze slechts 3-5 m boven het vlakke dekzandlandschap uitsteken. Detail geomorfologische kaart (vereenvoudigd), blad 17/18, Beilen/ Roswinkel.

Een markante smeltwaterheuvel is de Hunnenkloosterberg, ten zuidoosten van Hees. De vondst van prehistorische werktuigen laat zien dat de heuvel tijdens het Neolithicum een aantrekkelijk punt in het landschap was. Op twee andere smeltwaterheuvels liggen Fluitenberg en Kalenberg, kleine ontginningen uit de 17e en 18e eeuw. Het gehucht Kalenberg is goed bewaard gebleven: boerderijen, esjes met grindige akkers en bospercelen op een smeltwaterheuvel.

Foto: Rijksuniversiteit Groningen, Groninger Instituut voor Archeologie

Tekening: Reinder Reinders

De smeltwaterheuvels zijn ontstaan tijdens het Saalien - 238.000-128.000 jaar geleden - toen het landijs tot Midden-Nederland reikte. Aan het eind van het Saalien begon het landijs te smelten. Het smeltwater voerde zand, grind en keien met zich mee dat via spleten en gaten onder het landijs terechtkwam. Zo ontstonden ruggen en heuvels.


35

Foto: Reinder Reinders

Benderseberg

Ook op het Dwingelderveld ligt een smeltwaterheuvel: de Benderse berg. Hier lagen eens twee keuterijen met akkertjes te midden van wat bos in het verder kale heideveld. Een paal op de Benderse berg markeerde het punt waar de grenzen van de marken van Ruinen, Pesse en Lhee samenkwamen. Een imposante smeltwaterheuvel is de Galgenberg ten westen van Anholt die voor de ontginning van het gebied ruim 5 m uitstak boven het natte heideveld. Op de Galgenberg lag een grafheuvel met de resten van een neolithisch graf en een paalkrans uit de Midden-Bronstijd. De heuvel is in 1951 onderzocht door de archeoloog Willem Glasbergen. De smeltwaterheuvel dankt zijn naam aan de galg die boven op de grafheuvel was geplaatst.

Opgraving Galgenberg

Op de opgravingstekening staat vermeld: ‘1751 laatste opgehangen en verbrand in put van veldstenen’. De galg moet in de 18e eeuw zeker zichtbaar zijn geweest vanuit de postkoets op de route van Ruinen via Anholt over het Dwingelderveld naar Spier. Juist door de combinatie van landschappelijke waarden - ondergrond, bodem, morfologie, archeologische resten, ontginning, veldnamen en verhalen - vormen de smeltwaterheuvels waardevolle elementen in het landschap. Met name de Galgenberg verdient een vorm van bescherming en beheer die recht doet aan de bijzondere betekenis van deze heuvel. *Drs. R. Reinders, archeoloog, is lid van de Raad van Advies van Het Drentse Landschap.

Lezing smeltwaterheuvels Op woensdag 2 oktober houdt Reinder Reinders een lezing over smeltwaterheuvels. Aanmelden is nood­ zakelijk. Dit kan via www.drentslandschap. nl/activiteiten of 0592 - 313552. Kosten € 9,- p.p. (incl. koffie/thee). Voor begunstigers van Het Drentse Landschap en Vrienden van het Drents Archief is de entreeprijs € 7,50. Tijdstip: 19.30 - 22.00 uur Locatie: Drents Archief, Brink 4, 9401 HS Assen


36

Berichten

Kortweg Diversen minister besloot dat het ministerie 75 % van de koopsom zou betalen waardoor het uiteindelijk lukte om de financiering van deze voor Drenthe belangrijke en omvangrijke aankoop rond te krijgen. Daarmee heeft gedeputeerde Willems zijn bestuurlijke capaciteiten en connecties op een cruciaal moment ingezet voor Het Drentse Landschap.

In memoriam Tale Willems In juni overleed oud-gedeputeerde Tale Willems. Deze rasbestuurder was gedeputeerde voor de VVD in Drenthe van 1974 tot 1987. In de slotfase van zijn carrière als gedeputeerde heeft hij voor Het Drentse Landschap een sleutelrol vervuld bij de aankoop van het Hijkerveld. Een aankoop van een dergelijke omvang was in Drenthe nog niet eerder gerealiseerd. De financiële consequenties gingen de beschikbare budgetten van de Provincie Drenthe te boven. Hoewel het zijn portefeuille niet was, wist gedeputeerde Willems de toenmalige CDA minister Braks ervan te overtuigen een uitzonderlijke stap te zetten. De Het Drentse Landschap zoekt vrijwilligers

Drentse vennen Onze vennen zijn de juweeltjes van de Drentse heidevelden. De afgelopen decennia is de soortenrijkdom door tal van oorzaken behoorlijk onder druk komen te staan. Denk maar aan verdroging en vermesting. Door Alterra Wageningen is van

Holtveen

Foto: Hans Dekker

Stichting Het Drentse Landschap is op zoek naar nieuwe vrijwilligers die kunnen ondersteunen bij vele uiteenlopende activiteiten. Bent u geïnteresseerd in het vrijwilligerswerk van onze stichting? Neem dan contact op met Hans Colpa, vrijwilligerscoördinator. Hij is bereikbaar via h.colpa@drentslandschap.nl of op maandag, donderdag of vrijdag via (0592) 31 35 52.

18 Drentse vennen in een drietal inventarisatierondes vanaf 1990 de ecologische kwaliteit geïnventariseerd. Hieruit bleek dat de kwaliteit van de vennen door goed beheer flink is toegenomen. De waterkwaliteit is zichtbaar verbeterd waardoor de vennen weer deels dezelfde kwaliteit hebben als in de vorige eeuw. De terreinbeheerders moeten gewoon doorgaan met goed beheer, de waterschappen blijven zorgen voor een goede waterhuishouding en de landbouw zal zich blijvend inspannen om de depositie van vooral stikstofverbindingen uit de mest te beperken. We zijn dus op de goede weg (Wageningen UR: Kwaliteit Drentse vennen sterk verbeterd).

Windmolens malen door Op 26 juni heeft vrijwel de voltallige Provinciale Staten van Drenthe de windmolenvisie omarmd. In Drenthe zal zo’n 285,5 megawatt aan windenergie moeten worden opgewekt, deel uitmakend van de in totaal 6000 megawatt in alle provincies van ons land. Zo’n 95 ca. 200 meter hoge windmolens zullen waarschijnlijk dus in Zuidoost-Drenthe verschijnen. Zoals u weet is onze stichting tegen de plaatsing van windmolens in Drenthe vanwege de aanslag op de kwaliteit van het landschap. Het landschap van de veenkoloniën maar ook het woon- en leefklimaat aldaar, zal ernstig worden aangetast. Onder ogen moet worden


gezien dat het politiek ook een wespennest is. Indien de Provincie Drenthe geen keuze maakt dan zal het Rijk dat wel doen. Met het risico dat er nog veel grotere windparken ontstaan, in combinatie met verspreide windmolens over de gehele provincie. Toch kan men niet de ogen sluiten voor de vele twijfels die er inzake het rendement van windmolens op land bestaan. Spottend wordt wel eens gesteld dat windmolens op subsidie draaien en daar lijkt wel een kern van waarheid in te bestaan. Een recent rapport van het Centraal Planbureau (CPB) voedde die twijfels met feiten en stelt voor om de plaatsing van windmolens op land in deze tijd van crisis uit te stellen. In het recent gesloten Nationaal Energieakkoord wordt om politieke redenen vastgehouden aan het moeizaam bereikte akkoord om 6000 megawatt aan windmolens op land te plaatsen. Tegelijk geeft men wel aan dat er veel verstandiger aan gedaan zou worden om meer windmolenparken op zee te bouwen. In aanleg wel duurder maar veel efficiënter, terwijl het de noordelijke economie een grote stimulans zou kunnen geven.

Professionele Organisatie voor Monumentenzorg Als Aangewezen Organisatie voor Monumentenzorg (AOM) werd onze stichting verrast door het voornemen van het ministerie van OCW om een nieuwe status van Professionele Organisatie voor Monumentenzorg (POM) te introduceren. Juist terreinbeherende organisaties als Het Drentse Landschap zouden daarvan de dupe zijn omdat er meer dan 40% van de omzet in monumentenzorg gerealiseerd zou moeten worden. Een beetje een willekeurig criterium dat vooral organisaties met een meervoudige doelstelling, zoals terreinbeherende organisaties, zou treffen.Via alle mogelijke lijnen richting Tweede Kamer en de ministeries van OCW en EZ werd onder meer door De12Landschappen en de Federatie Instandhouding Monumenten gewezen op de onredelijkheid van deze benadering. En naar het nu lijkt met succes. De minister van OCW heeft het criterium “Hoofdactiviteit monumentenzorg” laten vallen voor de POM-status. Wel vervalt de subsidie voor woonhuizen voor organisaties die monumentenzorg niet als hoofdactiviteit hebben. Een gevoelig verlies. We zijn natuurlijk wel blij met het bijstellen van het voornemen en hopen vanaf 2014 opnieuw als POM gewaarmerkt te zijn.

Foto: Archief HDL

Semsweg 2 – Eexterveenschekanaal

Restauratieprojecten Ondanks de crisis vinden bij onze stichting nog opvallend veel bouwprojecten doorgang. Deels omdat er al afspraken lagen van vóór de grote bezuinigingen. Deels ook omdat Het Drentse Landschap ervoor kiest om naar vermogen in ons erfgoed te blijven investeren. Het Prins Bernhard Cultuurfonds draagt € 20.000,-- subsidie bij voor de aankoop en restauratie van de brugwachterswoning Semsweg 2 te Eexterveenschekanaal. Inmiddels is de bouw gegund aan aannemer Jurriëns. Tevens kon het perceel naast de woning worden verworven waardoor dit prachtige ensemble van woning, brug en

kanaal ruimtelijk goed behouden kan blijven. Dank aan het Prins Bernhard Cultuurfonds. De herbouw van de boerderij Kamps te Assen die zo jammerlijk door brand verloren ging, is inmiddels door aannemer Hofstra-Hulshof uit NieuwBuinen gestart. Daarnaast zijn renovatieplannen klaar of in voorbereiding voor boerderij De Braamskamp op De Schiphorst, boerderij De Veldkamp op Landgoed Rheebruggen, De Amshoff te Stuifzand en de boerderij Essererf te Veenhuizen. De beschikbaarheid van middelen zal verder het tempo van de restauratieprojecten bepalen.

Blijf op de hoogte Via Twitter verstuurt Het Drentse Landschap regelmatig leuke nieuwsberichten en andere zaken die interessant zijn voor natuur- en cultuurliefhebbers. U vindt ons op twitter.com/drentslandschap. Genieten van prachtige foto’s of leuke nieuwtjes over Het Drentse Landschap? Kijk dan op www.facebook.com/drentslandsschap. Via onze maandelijkse digitale nieuwsbrief brengen we u de laatste nieuwtjes, aanbiedingen en interessante activiteiten. U kunt zich hiervoor aanmelden via www.drentslandschap.nl/nieuwsbrief.


38

Voor het voetlicht

Rijk in beweging Met de komst van staatssecretaris Dijksma bij het ministerie van EZ is er een frisse wind gaan waaien die tot meer rust in onze veelgeplaagde groene sector leidt. De Natuurvisie van 8 maart j.l. herbevestigde de keuze om de EHS inclusief verbindingen toch tot stand te gaan brengen. Er werden middelen voor dit doel in het vooruitzicht gesteld en door constructief overleg tussen het ministerie, het Interprovinciaal Overleg (IPO) en ‘het veld’, ontstond vertrouwen en rust. Op 22 juni vond de Natuurtop plaats waarbij de staatssecretaris alle betrokken partijen uitnodigde en uitdaagde om anders over de natuur te denken. Ons meer te richten op bruggen bouwen en in slimme combinaties samen te werken. Bijvoorbeeld rond thema’s als waterveiligheid (waterberging), gezondheid (wellness) en economie (toerisme-recreatie, grondstoffen, woon- en leefklimaat). In feite een oproep om ons op te stellen zoals we in het gebiedsgerichte beleid in Drenthe al sinds jaar en dag in de praktijk brengen. De middelen die ons voor de icoonprojecten Reestdal en Hunzedal door het ministerie van EZ ter beschikking worden gesteld, zullen ook op die integrale wijze besteed gaan worden. Kort samengevat bepleit de staatssecretaris op drie punten een gewijzigde inzet. Ten eerste zal men gaan streven naar een robuust Nederlands natuurnetwerk (EHS mag niet meer genoemd worden; te ingewikkeld). Met natuur die beter ingebed is in de natuurlijke en sociale omgeving. Dat past ook bij de nieuwe rol van de Provincies in het natuurbeleid. Ten tweede bepleit zij verduurzaming van onze economie; groen ondernemerschap. Tenslotte wordt de ontwikkeling van natuur als kracht in plaats van als hindermacht voorgestaan. Drie mooie aanbevelingen die men echter nauwelijks als grensverleggend zal ervaren. Wel nieuw is de veel positievere houding naar de natuur en de ambities die in dit pleidooi opgesloten liggen. Waar wij als Het Drentse Landschap vanzelfsprekend heel blij mee zijn. Kijkend naar de alledaagse praktijk zien we een hoofdlijnennotitie waarin de uitgangspunten voor de komende tijd meer praktisch in nauw overleg met IPO en terreinbeheerders, zijn vastgelegd. Met regelingen als de SNL, de bekostiging, afspraken over certificering en monitoring. Momenteel ligt e.e.a. echter weer stil in de opmaat naar de nieuwe bezuinigingen van 6 miljard die in september worden voorgesteld. We houden opnieuw ons hart vast.

Veiling Via de pers weet u wellicht dat er 34 ha natuur van Staatsbosbeheer (SBB) in Daarle (Overijssel) openbaar geveild is. De aandacht die deze gebeurtenis trok en de commotie die het veroorzaakte, leidde bij staatssecretaris Dijksma tot het opschorten van het voornemen om nog meer SBB gronden te verkopen. Veel waardering voor de inzet van de Vereniging Das en Boom en de Partij voor de Dieren om deze weinig verheffende veiling van onze Nederlandse natuur te beëindigen. De positie van SBB blijft evenwel ter discussie staan en de dreiging van verdere bezuinigingen op deze prachtige organisatie blijft bestaan. Weidevogelbalans 2013 In opdracht van het ministerie van EZ en Vogelbescherming Nederland onderzoeken SOVON en Landschapsbeheer Nederland al vanaf 2002 de ontwikkelingen van de weidevogels. Dit onderzoek onderschrijft de bevindingen van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (RLI) inzake het bestaande agrarisch natuurbeheer. Op maar liefst 440.000 ha vindt enige vorm van weidevogelbeheer plaats. Op 290.000 ha staat daar ook een vergoeding tegenover. In totaal is er op slechts 25.000 ha sprake van reservaatsbeheer, voor een kwart vormgegeven door de Provinciale Landschappen. In 2011 werd er 58 miljoen euro aan uitgegeven en de waargenomen trend van de laatste 5 jaar is er één van lichte verbetering in combinatie met een gedeeltelijke verslechtering. Speciale aandacht krijgen de Kievit en de Grutto. Beide populaties zijn in de periode 2002-2011 in ons land gemiddeld jaarlijks met ca. 3,3% afgenomen. In Drenthe echter nog sterker, namelijk de Kievit – 6,1% en de Grutto – 12,9%. Toch zijn er lichtpuntjes. Wanneer er hogere eisen worden gesteld aan onder meer de grondwaterstand, mozaïekbeheer vanuit collectieven van agrariërs en het realiseren van plas-dras situaties over royale oppervlaktes, blijkt de weidevogelstand wel degelijk te verbeteren. Goede inrichting en beheer kan goede resultaten opleveren. Daar hoort dan wel een deugdelijke vergoeding tegenover te staan. Het Drentse Landschap heeft zich altijd verbaasd over het verschil in omgang tussen het heidelandschap en de weidevogelgebieden. Beide zijn natuurrijke maar op zich museale cultuurlandschappen. Waar men bij de heide absoluut niet denkt aan boeren bij het beheer, moet weidevogelbeheer anno 2013 nog steeds door moderne boeren ingepast worden in hun rationele bedrijfsvoering. Dat lukt dus nooit. Vogelbescherming pleit daarom voor specifieke weidevogelboerderijen waar niet maximalisering van het inkomen voorop staat maar het produceren van weidevogels. Iets wat Het Drentse Landschap van harte ondersteunt en ook wil helpen vorm te geven.

Natuur en landschap

de (Drentse) politiek


Onbeperkt houdbaar Kort geleden zag een verrassend helder advies van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (RLI), genaamd “Onbeperkt houdbaar – op naar een robuust natuurbeleid”, het licht. Uitlatingen van staatssecretaris Dijksma op de Natuurtop maakten duidelijk hoe zeer dit rapport van invloed is op het voor de komende jaren beoogde natuurbeleid. Kort samengevat komt het advies neer op het onverkort vasthouden aan de lange termijn doelen op het punt van behoud van soortenrijkdom van onze natuur. Met als toevoeging dat meer zal worden uitgegaan van het gegeven dat de natuur zich in regionale natuurnetwerken zal blijven ontwikkelen en men haar niet als een vastgelegd gegeven kan behandelen. Verder bepleit men het combineren van natuur met andere maatschappelijke doelen en wordt naar continuïteit van de financiering gestreefd. Men zet dus nadrukkelijk in op grotere oppervlakten natuur, onderling door robuuste verbindingen aaneengesloten tot een groter netwerk. Met minder aandacht voor losse snippers. De terreinbeherende organisaties worden uitgedaagd nog meer de samenwerking te zoeken. De meeste aandacht kreeg echter de uitspraak dat het agrarisch natuurbeheer als mislukking wordt gezien. In de afgelopen 20 jaar is daar meer dan 1 miljard euro aan besteed terwijl door de versnipperde inzet en de geringe eisen die aan het beheer worden gesteld, het rendement gering is gebleven. Mede door de soms botte berichtgeving werd er fors door de landbouwsector op deze constatering gereageerd. En ook deels begrijpelijk omdat sommige onderdelen van het agrarisch natuurbeheer, denk bijvoorbeeld aan landschapsonderhoud, akkerrandenbeheer en het behoud van de Grauwe kiekendief, wel succesvol waren. Opvallend is de constatering van de RLI dat de verweving van commerciële landbouw en soortenrijke natuur en landschap gewoon gedoemd is te mislukken. Scheiding lijkt de enige redelijke benadering indien men soortenrijkdom in stand wil houden. Iets dat onze stichting al 20 jaar zegt. De wijze waarop agrarisch natuurbeheer werd vorm gegeven, had niets met een rationele benadering uit te staan. Het betrof een vorm van politieke zoethouderij in de richting van de landbouw, die daarmee eigenlijk ook de landbouw als ondernemende bedrijfstak niet serieus nam.

Vanaf heden te bestellen in de webwinkel:

Vlees van het Drentse Landschap Vanaf september is het mogelijk om diverse vleesproducten via onze webwinkel te bestellen. Het gaat om voorverpakte producten zoals gehakt, saucijzen, beefburgers, droge worst e.d. Het vlees van het landschap behoort tot het minst belaste en meest smakelijke dat er te vinden is en wij willen u, als beschermer, de mogelijkheid bieden om hiervan mee te genieten. Bestellen is nu nog eenvoudiger via de webwinkel van onze stichting. Na bestelling en betaling ontvangt u een e-mail met daarin de datum waarop u uw bestelling kunt afhalen bij slagerij ABZ in Anloo. Dit kan tussen oktober – januari, altijd op een woensdagmiddag van 15.00 – 17.00 uur. De aflevering van de bestellingen geschiedt op volgorde van binnenkomst, zolang de voorraad strekt. Kijk voor het assortiment op www.drentslandschap.nl/webwinkel. Ook kunt u zich tijdens kantooruren wenden tot Aaltje Stroetinga van de beheeradministratie, 0592-304135.

Eric van der Bilt Directeur Stichting Het Drentse Landschap


Deze uitgave werd mede mogelijk gemaakt dankzij een financiële bijdrage van:

• Nationale Postcode Loterij Amsterdam (0900) 300 15 00 Ma. t/m vr. 09.00 - 21.00 uur Loterij voor mens en natuur • VSBfonds Groningen - www.vsbfonds.nl Zet zich in voor de kwaliteit van de Nederlandse samenleving • PBCF Amsterdam - www.prinsbernhardcultuurfonds.nl Voor cultuur en natuurbehoud in Nederland • JMFonds Groningen - www.jmfonds.nl Levert bijdragen aan maatschappelijke ontwikkelingen • Bouwbedrijf H. Poortman Veeningen (Zuidwolde Dr.) (0528) 39 14 82 Restauratie-nieuwbouw-onderhoud-verbouw • GRONTMIJ DRENTHE Assen (0592) 33 88 99 Advies- en ingenieursbureau • Attero Wijster (088) 550 10 00 Energiek met milieu – Terugwinning grondstoffen en productie duurzame energie uit afvalstromen. • NAM B.V. Assen (0592) 36 20 74 Aardoliemaatschappij • Havesathe ‘de Havixhorst’ De Wijk (0522) 44 14 87 Hotel - Restaurant • NV Waterleidingmaatschappij ‘Drenthe’ Assen (0592) 85 45 00 Als je de kraan opendraait... • Buro Hollema B.V. Rolde (0592) 24 13 13 Tuin- en landschapsarchitekten BNT • ARCADIS Assen (0592) 39 21 11 Advies- en ingenieursbureau (inrichting, infrastructuur, milieu en ecologie) • Quercus/Krinkels bv Zuidwolde (0592) 26 11 71 Uw bomen, onze zorg • N.V. Waterbedrijf GRONINGEN Groningen (050) 368 86 88 Wees wijs met water • KONINKLIJKE VAN GORCUM BV Assen (0592) 37 95 55 Uitgeverij/grafisch bedrijf • BORK SLOOPWERKEN B.V. Stuifzand (0528) 33 12 25 Sloopwerken, asbestsanering en puinrecycling • HARWIG Installatiegroep Emmen (0591) 65 67 69 Almere (036) 530 22 72 Groningen (050) 597 39 59 Uw installatie in goede handen! • DE ROO DRENTE BV Bedum (050) 301 25 00 Cultuurtechniek en groenvoorzieningen

• BARSINGERHORN CONSULTANCY Delfzijl (0596) 61 22 66 Training en coachen van personeel en organisatieadvies • ARCHITECTEN MEPPEL Meppel (0522) 25 57 96 • Concordia bouwmaterialenhandel Meppel (0522) 25 36 31 Hout- en bouwmaterialenhandel • oosterhuis bv Nijeveen (0522) 49 16 86 Loonbedrijf - Aannemersbedrijf g.w.w. - Landschapswerk • ASTRON/LOFAR Dwingeloo www.astron.nl www.lofar.nl • WARENHUIS VANDERVEEN (ASSEN) Assen (0592) 31 16 11 Shop-in-shop totaalwarenhuis elton bv • Roden (050) 502 11 99 Producenten van ELLEN tochtprofielen • VNO NCW Noord Groningen (050) 534 38 44 Belangenbehartiger van het Noorden • Ensing Schilders Assen (0592) 348 080 Onderhoud- en protectiesystemen • VANDERSALM bouwkundig ontwerp- en adviesburo Dwingeloo (0521) 593 638 Nieuwbouw, verbouw, renovatie, projectontwikkeling en restauratie • DE FRIESLAND ZORGVERZEKERAAR Leeuwarden (058) 291 31 31 • Bureau B+O Architecten BV Meppel (0522) 246 625 ORANJA marketing communicatie reclame • Meppel (0522) 26 20 95 Verbinden vanuit de essentie: www.oranja.nl Installatiebedrijf DICK SJABBENS • Diever (0521) 59 19 94 Specialist in duurzame energietechnieken • Schildersbedrijf WESTERBEEK Zuidwolde, www.westerbeek-schilders.nl De beste vriend van uw huis Bouwbedrijf Bruins Slot V.o.f. • www.bouwbedrijfbruinsslot.nl Restauratie - onderhoud - verbouw - nieuwbouw • GROENVERZORGING VOS BV Roden (050) 501 53 46 / www.vosroden.nl Boomverzorging en landschaponderhoud • KNOL TRAINING & ADVIES BV Gieterveen (0599) 89 19 70 Ingenieursbureau voor proces- en milieutechnologie • HOFSTRA HULSHOF BOUW BV Nieuw-Buinen (0599) 21 29 77 • CompuSystems Hoogezand (0598) 34 38 60 • OP- en overslag meppel B.V. Meppel (0522) 24 36 12 Grond, weg- en waterbouw

Stichting Het Drentse Landschap zet zich in voor het behoud van de Drentse natuur en maakt zich sterk voor het in stand houden van ons culturele erfgoed. Dit doet ze door het aankopen en beheren van natuurterreinen en cultuurhistorisch waardevolle objecten. Stichting Het Drentse Landschap behartigt ook de belangen van:

• Stichting Drentse Boerderijen • Stichting Oude Drentse Kerken • Stichting drs. A.V.J. den Hartogh Fonds


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.