

Tandartsassistent TA-A BEROEPSCOMPETENTIEPROFIEL
Voorwoord
Ontwikkelingen mondzorg
De ontwikkelingen in de mondzorg gaan door. Preventie en de mondige en goed geïnformeerde patiënt vragen nog meer van de communicatie-, voorlichtings- en motivatievaardigheden van de tandartsassistent. Ook zijn er weer nieuwere technieken en technologieën waar de mondzorgpraktijk gebruik van maakt en de bedrijfsvoering en communicatie met derden is nog meer geautomatiseerd. Daarbij is er veel aandacht voor veilig werken en veilig omgaan met patiëntgegevens. Goed kunnen omgaan met deze ontwikkelingen is dan ook een belangrijk aspect in het werk van de tandartsassistent. Vanuit het werkveld bestond daarnaast de wens om een eenduidige omschrijving te krijgen van erkende opleidingen en functies voor mondzorgassistenten.
Kwalitatieve mondzorg en een branche-erkende opleidingsstructuur
Naast de beroepsopleidende en de beroepsbegeleidende leerwegen via het mbo bestaan er ook (vervolg)opleidingen tandartsassistent die door andere partijen worden aangeboden. Bij de beroepsopleidende en de beroepsbegeleidende leerwegen via het mbo is de kwaliteit geborgd middels een door de overheid vastgesteld kwalificatiedossier. Van oudsher is er echter ook sprake van (vervolg)scholing buiten het mbo om waarbij deze kwaliteitsborging ontbreekt. Om in deze lacune te voorzien is een branche- erkende opleidingsstructuur ontwikkeld voor de assisterende functies tandartsassistent (A), preventieassistent (B) en paro-preventieassistent (C).
Inhoud opleidingsstructuur
ABC Mondzorgassistenten bestaat uit een aantal onderdelen:
• Een beroepscompetentieprofiel waarin voor het vak van tandartsassistent competenties staan beschreven;
• Een beschrijving van de opleidingen in een drietal kwalificatieprofielen voor tandartsassistent (A), voor preventieassistent (B) en voor paro-preventieassistent (C);
• Gecertificeerde opleidingsorganisaties;
• Centraal georganiseerde examinering;
• Een ‘Register Mondzorgassistenten’ waarin tandartsassistenten (A), preventieassistenten (B) en paro-preventieassistenten (C) zich kunnen inschrijven;
• Een ‘Commissie Mondzorgassistenten’ die toezicht houdt op de kwaliteit van ABC Mondzorgassistenten.
Hiermee ontstaat een kwaliteitsnorm voor alle assistenten in de mondzorg en krijgen patiëntengroepen de zorg die ze nodig hebben.
Eisen aan kwaliteit
De KNMT streeft naar kwalitatief hoogwaardige mondzorg en stelt daarom eisen aan de kwaliteit van mondzorgprofessionals en zo ook aan die van de verschillende assistenten werkzaam in de mondzorgpraktijk. Werkgevers zijn volgens de Wet kwaliteit klachten en geschillen zorg (Wkkgz) verantwoordelijk om kwalitatief goede medewerkers aan te nemen. Er is echter tot op heden geen diploma van een (erkende) opleiding nodig om als tandartsassistent te mogen werken. De KNMT brengt daar verandering in en neemt de verantwoordelijkheid op zich om duidelijkheid te geven over de gewenste kwaliteit op het gebied van assistentie. Met ABC Mondzorgassistenten introduceert de KNMT een keurmerk waarin nieuw tot het werkveld toe te treden mondzorgassistenten via gecertificeerde opleidingen kunnen aantonen te voldoen aan de vereiste opleidingseisen waarmee kwalificatie voorwaardelijk wordt voor beroepsuitoefening. Hiermee wordt goede kwaliteit van mondzorg toetsbaar.
Gezien de keuzes die gemaakt zijn wat betreft de inzet van menskracht binnen de mondzorg zal de tandartsassistent in de nabije toekomst een nog belangrijkere spil worden binnen het mondzorgteam. ABC Mondzorgassistenten geeft daarom ook inzicht in de carrièremogelijkheden voor de tandartsassistent.
Mijn dank aan iedereen die heeft meegewerkt aan het tot stand komen van ABC Mondzorgassistenten.
Hans de Vries Voorzitter KNMT Utrecht, maart 2025
© 2025 KNMT. Alle rechten voorbehouden. Alle auteursrechten ten aanzien van dit document berusten bij de KNMT. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen, mag niets uit dit document worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de KNMT.
Hoewel aan de totstandkoming van dit document de uiterste zorg is besteed, kan de KNMT niet instaan voor eventuele (druk)fouten en onvolledigheden en aanvaardt de KNMT deswege geen aansprakelijkheid.
2
3.1
1
Inleiding
Dit beroepscompetentieprofiel is gemaakt in opdracht van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde (KNMT) met een vertegenwoordiging van tandartsassistenten, tandartsen en het onderwijsveld. Het vervangt het beroepscompetentieprofiel (BCP) uit 2013. De KNMT actualiseert periodiek het profiel, zeker wanneer ontwikkelingen in de maatschappij en/of de mondzorg daar aanleiding toe geven.
In de tekst is gekozen voor de term ‘behandelaar’. Met de term ‘behandelaar’ wordt gerefereerd aan de tandarts, de tandarts-specialist en de mondhygiënist. In verband met de leesbaarheid van de tekst is gekozen voor ‘zij’ bij de aanduiding van de tandartsassistent en bij de aanduiding van de behandelaar of werkgever is gekozen voor ‘hij’. Waar in de tekst ‘tandartsassistent’ of ‘tandarts(-specialist)’ staat, heeft dit zowel betrekking op mannelijke als vrouwelijke beroepsbeoefenaren.
In dit BCP is rekening gehouden met de geldende beroepsnormen in de mondzorg.
ABC-opleidingsstructuur
De KNMT streeft naar kwalitatief hoogwaardige mondzorg en stelt daarom eisen aan de kwaliteit van mondzorgprofessionals en zo ook aan die van de tandartsassistent. Werkgevers zijn volgens de Wet kwaliteit klachten en geschillen zorg (Wkkgz) verantwoordelijk om kwalitatief goede medewerkers aan te nemen. Er is echter tot op heden geen diploma van een erkende opleiding nodig om als tandartsassistent te mogen werken. De KNMT brengt daar verandering in.
Bij de beroepsopleidende en de beroepsbegeleidende leerwegen via het mbo is de kwaliteit geborgd middels een door de overheid vastgesteld kwalificatiedossier. Van oudsher is er echter ook sprake van (vervolg)scholing buiten het mbo om waarbij deze kwaliteitsborging ontbreekt. Om in deze lacune te voorzien is een branche-erkende opleidingsstructuur ontwikkeld voor (vooralsnog) de assisterende functies tandartsassistent (A), preventieassistent (B) en paro-preventieassistent (C).
De ‘ABC-structuur’ bestaat uit drie onderdelen:
• een inhoudelijke beschrijving van de opleidingen in ‘Kwalificatieprofielen ABC Mondzorgassistenten’
• branche-erkende opleidingsorganisaties
• examinering onder toezicht van geaccrediteerde mondzorgverleners
Daarnaast kent de ABC-structuur het ‘Register Mondzorgassistenten (RMza)’ voor registratie, certificering en accreditering en de ‘Commissie Mondzorgassistenten’ voor de examinering.
Nu de kwaliteitsborging een feit is, wordt kwalificatie voorwaardelijk voor beroepsuitoefening en zijn voor nieuw tot het werkveld toetredende assistenten per 2026 dan ook opleidingseisen van kracht. Deze staan beschreven in paragraaf 2.5.
Actualisering
Ten opzichte van het BCP uit 2013 is een aantal onderdelen geactualiseerd. Inhoudelijk wordt hier dieper op ingegaan in de hoofdstukken 2 en 3.
De belangrijkste structuurwijziging betreft, naast het beschrijven van competenties van de tandartsassistent, het weer opnemen van de beschrijving van ‘taakgebieden en taken’ van de tandartsassistent. Competenties geven aan over welke ‘kwaliteiten’ de tandartsassistent moet beschikken. De taken beschrijven het vak vanuit ‘het werk, de dagelijkse beroepsactiviteiten’ van de tandartsassistent. In deze taken zijn onderdelen van de competenties verwerkt en beschreven in observeerbaar gedrag. Dit geeft een meer compleet beeld van het vak van de tandartsassistent en sluit ook meer aan bij het kwalificatiedossier van de mbo-opleiding.
Een leven lang leren
In dit BCP is meer informatie opgenomen over carrièremogelijkheden en functies voor de tandartsassistent. Er is een beschrijving opgenomen van doorgroeimogelijkheden via branche-erkende opleidingen conform het ABC Mondzorgassistenten.
Beroepsprofiel
Dit beroepscompetentieprofiel beschrijft het beroep van tandartsassistent met als aandachtspunten:
• welke taken de tandartsassistent in het pakket heeft
• welke competenties worden ingezet bij het uitoefenen van dit beroep en welke kwaliteiten een tandartsassistent in huis moet hebben om het vak goed uit te voeren
• een helder beeld van wat de patiënt, de werkgever en de collega’s mogen verwachten van een tandartsassistent
• de werkvelden waarbinnen de tandartsassistent actief is
• aanvullende functies die de tandartsassistent kan vervullen
Een beroepsprofiel heeft verschillende functies:
• het wordt gebruikt om te bepalen wat de opleidingsvereisten voor de mbo-opleiding tandartsassistent (kwalificatiedossier tandartsassistent) én de branche-erkende opleiding Tandartsassistent (A) (Kwalificatieprofiel ABC) moeten zijn. Dit vormt input voor het onderwijs om de opleiding optimaal aan te laten sluiten bij de praktijkuitoefening
• het kan worden ingezet bij de verdere professionalisering van de beroepsgroep
• het kan gebruikt worden bij het geven van voorlichting over en als visitekaartje voor het beroep, bijvoorbeeld voor aankomende tandartsassistenten
Het BCP TA-A beschrijft de beroepspraktijk zodanig dat de tandartsassistent zich herkent in het profiel. Daarnaast wordt duidelijkheid verschaft over de complexiteit van de verschillende profielen en biedt het BCP TA-A inzicht in de vereiste competenties, mate van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid voor het uitoefenen van de functie tandartsassistent. Het vormt het fundament voor de mbo-kwalificatie en dient als uitgangspunt voor de inhoud van de branche-erkende A-opleiding conform het ABC-model. Zie ook paragraaf 1.1.
Kwalificatie-eisen
Het beroepscompetentieprofiel biedt de basis voor zowel kwalificatie via de beroepsopleidende en de beroepsbegeleidende leerwegen van het mbo als via de branche-erkende niet door de overheid bekostigde leerweg.
Mbo-kwalificatie
De kwalificatie-eisen voor de mbo-opleiding tot tandartsassistent zijn vastgelegd in het Kwalificatiedossier Tandartsassistent. Hieraan is het diploma Tandartsassistent mbo-4 verbonden, erkend door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Het mbo-4-diploma Tandartsassistent kan toegang geven tot doorstroom naar wettelijk erkende hbo-opleidingen, zoals Mondzorgkunde.
Branchekwalificatie: ABC-loopbaanpad en -opleidingsstructuur
De kwalificatie-eisen voor de door de branche erkende ABC-functieopleidingen Mondzorgassistenten (tandartsassistent (A), preventieassistent (B) en paro-preventieassistent (C)) zijn vastgelegd in de ‘ABC Kwalificatieprofielen Mondzorgassistenten’ (KNMT, 2025). De eisen voor de branche-erkende opleiding tandartsassistent (A) voldoen ten minste aan het BCP TA-A en het kwalificatiedossier Tandartsassistent, met uitzondering van de generieke vakken Nederlands, Engels, rekenen, loopbaan en burgerschap. De kwalificatie-eisen voor de functies preventieassistent (B) en paro-preventieassistent (C) voldoen aan de ‘Kwalificatieprofielen ABC Mondzorgassistenten’. De kwaliteit van de ABC-opleidingsstructuur wordt geborgd door externe validering (zie ook hoofdstuk 5).
Reikwijdte van het profiel
Het BCP TA-A beschrijft het beroep tandartsassistent, zoals verwerkt in het schema ‘functiegebouw tandheelkunde’ (KNMT, 2010, 2025), De tandartsassistent (A) is opgenomen in de kolom ‘Direct ondersteunend aan het primaire proces’.
Praktijkondersteuning en -management
Financieel-baliemedewerker
Direct ondersteunend aan het primaire proces Uitvoerders van het primaire proces1
Baliemedewerker (triagist)
Officemanager Assistent Omloop en Sterilisatie Tandarts/tandartsspecialist
Praktijkmanager
Tandartsassistent (A-assistent) Geregistreerd-mondhygiënist
Preventieassistent (B-assistent) Mondhygiënist
Paro-preventieassistent (C-assistent)
Tabel 1: Functiegebouw tandheelkunde (KNMT, 2021)
Tabel 1 bevat de functies zoals opgenomen in het Functiegebouw tandheelkunde KNMT. Vanzelfsprekend zijn in de praktijk ook andersoortige medewerkers werkzaam, zoals de tandheelkundig medewerkers. Deze zijn als regel niet zelfstandig bevoegd noch functioneel zelfstandig bevoegd.
Het profiel is van toepassing op alle werkvelden waarbinnen de tandartsassistent werkzaam is, met dien verstande dat de assistent niet per definitie voor alle onderdelen waartoe zij is opgeleid in de praktijk wordt ingezet. Haar primaire taak is het ondersteunen van de behandelaar voor, tijdens en na de behandeling van patiënten. Een deel van de taken van de tandartsassistent kan ook uitgevoerd worden door functionarissen uit de kolom ‘Praktijkondersteuning- en management’. Het gaat om andere ondersteunende (administratieve) werkzaamheden.
Er zijn drie factoren te onderscheiden die de taken van specifieke tandartsassistent een ander accent kunnen geven. Deze factoren maken dat aspecten van een competentiegebied meer of minder nadruk hebben in de taakuitvoering. De factoren zijn:
1. De omvang van de organisatie: een solo- of groepspraktijk- al dan niet onderdeel uitmakend van een keten. Het type dienstverlening: reguliere of specialistische tandheelkundige behandelingen. Reguliere tandheelkundige behandelingen worden verricht door een tandarts of een mondhygiënist.
2. Daarnaast zijn er gedifferentieerde tandartsen die (een deel van) de tijd besteden aan een specifiek onderdeel van de tandheelkunde, zoals de parodontoloog, endodontoloog, implantoloog, pedodontoloog en gerodontoloog. Specialistische tandheelkundige behandelingen worden uitgevoerd door de orthodontist en kaakchirurg.
3. De doelgroepen waaraan de zorg wordt verleend, waaronder bewoners van verzorgingshuizen, bewoners van verpleeghuizen, gehandicapten, asielzoekers en bewoners van penitentiaire inrichtingen, militairen en degenen die zich aanmelden voor zorg door de centra voor jeugdtandverzorging.
Werkwijze
De vorige versie van het BCP TA-A (KNMT, 2013), waarop deze nieuwe versie is gebaseerd, is ontwikkeld onder regie van een stuurgroep met vertegenwoordigers van relevante werknemers- en werkgeversverenigingen en beroepsverenigingen uit de sector. Inhoudelijke input is aangeleverd door een klankbordgroep van relevante beroepsbeoefenaren. Daarnaast is in dit BCP een koppeling gemaakt met en is informatie opgenomen over de branche-erkende opleidingsstructuur ABC, die de afgelopen jaren door het veld, op initiatief van de Associatie Nederlandse Tandartsen (ANT, per 1 januari 2021 gefuseerd met de KNMT), is doorontwikkeld.
1 Vermeld als uitvoerder primair proces op basis van zelfstandige bevoegdheid in het kader van de Wet BIG.
1.7
Voorliggend BCP TA-A is door de Commissie Opleidingen van de KNMT geactualiseerd en in relatie gebracht met de ABC-structuur in opdracht van het bestuur. Een conceptversie is van feedback voorzien door vertegenwoordigers van de beroepsgroepen en de opleiding tandartsassistent. In bijlage 1 zijn de betrokkenen vermeld. Daarnaast is aanvullend documentenonderzoek verricht. De gebruikte bronnen zijn vermeld in bijlage 2.
De KNMT heeft het definitieve concept van het BCP TA-A via de ledenraad aan de achterban voorgelegd ten behoeve van validering, waarna het bestuur van de KNMT het definitieve BCP TA-A heeft vastgesteld. Het BCP TA-A is ter legitimering en validering aan de sociale partners voorgelegd. Aan de andere branchepartijen is het BCP voorgelegd. In bijlage 1 zijn de personen vermeld die betrokken zijn bij de totstandkoming van het BCP TA-A in hun rol als expert of vertegenwoordiger van sociale partners en/of brancheorganisatie. In onderstaand overzicht is de rol van de betrokken partijen aangegeven.
Leeswijzer
De volgende hoofdstukken bieden een beschrijving van het beroep van de verschillende typen tandartsassistenten. Hoofdstuk twee geeft een beeld van het vakgebied, de complexiteit en typerende beroepshouding en de relevante wet- en regelgeving. Vervolgens is in hoofdstuk drie beschreven welke ontwikkelingen van invloed zijn op de taakuitvoering van de tandartsassistent. In hoofdstuk vier zijn de competenties en benodigde kennis van de typen tandartsassistenten uitgewerkt volgens het CanMEDSmodel (2015) en zijn de taakgebieden en taken beschreven. Ten slotte gaat hoofdstuk vijf in op mogelijke loopbaanpaden voor de assistent.
Algemeen beeld van het beroep 2
In dit hoofdstuk wordt de beroepscontext, het vakgebied, de complexiteit en de typerende werkhouding van de tandartsassistent beschreven, evenals het loopbaanperspectief en de relevante wet- en regelgeving.
De beroepscontext
Afhankelijk van het karakter van de praktijk waar de tandartsassistent werkzaam is, verschilt de beroepscontext. De tandartsassistent kan werkzaam zijn in een:
• tandartspraktijk2
• gedifferentieerde tandartspraktijk2
• orthodontiepraktijk2
• afdeling MKA-chirurgie van een ziekenhuis of een zelfstandig behandelcentrum
• praktijk voor mondhygiëne
• verzorgings- en/of verpleeghuis of instelling voor gehandicaptenzorg
Tandartspraktijk
Qua tandartspraktijken zien we dat het aantal ‘solopraktijken’, praktijken met één tandartspraktijkhouder, verder is gedaald. Van 44% in 2018 naar 33% in 2020 (KNMT, 2021). Het merendeel van de ureninzet van tandarts- en preventieassistenten vindt plaats in praktijken waar meerdere tandartspraktijkhouders en tandartsmedewerkers actief zijn. In die praktijken werken omloop- en sterilisatieassistenten, tandartsassistenten A en praktijkmanagers samen met verschillende zorgverleners: tandartsmedewerkers, (paro-)preventieassistenten (B en C), mondhygiënisten en tandarts-medewerkers. Naar schatting zijn er momenteel in Nederland 4.300 tandartspraktijken (KNMT, 2023, 2024), waarvan circa 1.450 (34%) solopraktijken (één tandarts-praktijkhouder), 2.300 (53%) samenwerkingspraktijken (meer tandartsen, van wie één of meer tandarts-praktijkhouders) en 550 (13%) ketenpraktijken (onderdeel van groep van praktijken, waarvan de eigenaar (veelal) geen tandarts is).
Gedifferentieerde tandartspraktijk
In een gedifferentieerde tandartspraktijk oefenen één of meer tandartsen eventueel aangevuld met andere mondzorgprofessionals een specifiek deelgebied van de tandheelkunde uit. Dit kan bijvoorbeeld een parodontologie- of implantologiepraktijk of een praktijk voor kindertandheelkunde zijn. Hier worden patiënten behandeld met specifieke, vaak complexere problematiek in een bepaald deelgebied. De assistent - afhankelijk van de concrete praktijksituatie en de in paragraaf 1.5 benoemde factorenondersteunt de behandelaars hierbij en/of ondersteunt in de praktijkvoering.
Orthodontiepraktijk
In een orthodontiepraktijk begeleiden één of meer orthodontisten met hun team de groei en ontwikkeling van de kaak en het gebit. Veel kinderen zijn onder behandeling bij een orthodontist, maar ook steeds meer volwassenen kloppen bij deze specialist aan. De assistent ondersteunt de orthodontist bij de behandeling. Zoals het maken van afdrukken, het geven van poetsinstructie, het verwisselen van de ijzerdraadjes bij een vaste beugelbehandeling en het plaatsen en verwijderen van beugels. Dit gebeurt allemaal in opdracht en onder controle van de orthodontist.
Mondziekten, kaak- en aangezichtschirurgie Mondziekten-, kaak- en aangezichtschirurgie vindt veelal plaats in een ziekenhuis of zelfstandig behandelcentrum. Daarnaast zijn er ook algemene praktijken waar kaakchirurgische en/of implantologische behandelingen plaatsvinden. Kenmerkend is dat het assisteren van de kaakchirurg of tandarts bij chirurgische ingrepen wordt uitgevoerd in een steriele werkomgeving. De werkzaamheden van de assistent in de kaakchirurgie kunnen bestaan uit het onderzoeken van patiënten in overleg met de kaakchirurg/tandarts volgens richtlijnen en binnen vastgestelde kaders, het aanbrengen of verwijderen
2 Solo- of groepspraktijk al dan niet deel uitmakend van een keten.
2.1
van hechtingen, het maken en verwerken van intra- en extra-orale röntgenopnamen en het geven van lokale anesthesie.
Praktijk voor mondhygiëne en zorginstellingen
Mondzorg vindt niet meer uitsluitend plaats in de tandartspraktijk. Zo kunnen assistenten ook werkzaam zijn bij de mondhygiënist, die een eigen praktijk voor mondhygiëne heeft (vrijgevestigde mondhygiënist).
Afhankelijk van de concrete praktijksituatie en regels rondom taakdelegatie ondersteunt de assistent daar op het gebied van preventie- en mondhygiëne.
Ook verplaatst de zorg zich vaker naar het woongebied van kwetsbare doelgroepen. In verzorgings- en verpleeghuizen en instellingen voor gehandicaptenzorg zijn ook mondzorgprofessionals werkzaam.
De assistent ondersteunt de tandarts en/of de mondhygiënist bij deze mondzorg voor ouderen en/of gehandicapten op locatie.
Het vakgebied: de taken van de tandartsassistent
De tandartsassistent biedt professionele ondersteuning op verschillende gebieden. Het beroep van tandartsassistent omvat afhankelijk van de concrete praktijksituatie en de in paragraaf 1.5 benoemde factoren de volgende kerntaken:
• verrichten van frontofficewerkzaamheden
• geven van voorlichting en advies
• ondersteunen bij de behandeling van patiënten
• uitvoeren van onderdelen van tandheelkundige behandelingen
• uitvoeren van ondersteunende werkzaamheden voor logistiek en beheer
• werken aan kwaliteit, veiligheid, en deskundigheid
De tandartsassistent bepaalt voor een belangrijk deel het gezicht van de praktijk, doordat zij de patiënt veelal als eerste te woord staat. Afhankelijk van de praktijksituatie kunnen tandartsassistenten de behandelaar assisteren bij tandheelkundige behandelingen ‘aan de stoel’, waardoor de behandelaar optimaal en efficiënt kan werken.
Daarnaast zijn er assistenten die een aantal taken zelfstandig uitvoeren, waaronder het zorgdragen voor adequate voorbereiding, werkzaamheden voor en na de behandeling en het uitvoeren van administratieve taken.
Delegeren van ‘voorbehouden handelingen’
Verder zijn er assistenten die patiënten informeren en adviseren of in opdracht van de tandarts (onderdelen van) ‘risicovolle en/of voorbehouden handelingen’ uitvoeren. Voor hen gelden hiervoor de regels van de Wet BIG, de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) en de Wet kwaliteit klachten en geschillen zorg (Wkkgz). Bij de regels voor taakdelegatie staan ‘bekwaam zijn, jezelf bekwaam achten en bekwaam worden geacht voor de taak’ centraal. Hierna worden deze regels nader toegelicht. Het delegeren van taken geldt bijvoorbeeld voor assistenten die doorgroeien naar de functie van preventieassistent (B) en paro-preventieassistent (C). Voor deze functies gelden aanvullende opleidingseisen (zie hoofdstuk 5).
Welke voorbehouden handelingen zijn er?
Tandartsen zijn zelfstandig bevoegd voor de volgende voorbehouden handelingen3: heelkundige handelingen, injecties geven, onder narcose brengen, radioactieve stoffen gebruiken en toepassen van ioniserende straling4 en het voorschrijven van geneesmiddelen.
3 Tandartsen zijn uitsluitend zelfstandig bevoegd voor zover het gaat om handelingen die tot het wettelijk omschreven deskundigheidsgebied behoren (zoals boren en slijpen). Daarnaast moeten tandartsen beschikken over de bekwaamheid die nodig is voor het behoorlijk verrichten van de voorbehouden handelingen.
4 Met inachtneming van de eisen zoals deze voortvloeien uit de Kernenergiewet en daarop gebaseerde regelgeving.
2.2
Naast tandartsen zijn er ook geregistreerd-mondhygiënisten5. Een geregistreerd-mondhygiënist is zelfstandig bevoegd voor drie voorbehouden handelingen: het maken van röntgenfoto’s met uitzondering van orthopantomogrammen (OPT’s) en Conebeam CT-scans ( CBCT’s), het toedienen van lokale anesthesie en het behandelen van primaire caviteiten. Geregistreerd-mondhygiënisten mogen de handelingen waarvoor zij zelfstandig bevoegd zijn delegeren aan de assistent met inachtneming van de eisen die de Wet BIG daaraan stelt.
Regels voor delegeren van voorbehouden handelingen
Het door de tandartsassistent laten uitvoeren van voorbehouden handelingen is mogelijk met inachtneming van de eisen op grond van de Wet BIG en het toetsingskader ‘Taakdelegatie in de mondzorg’ van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ, 2023):
De tandarts of geregistreerd-mondhygiënist: De tandartsassistent:
• is BIG-geregistreerd en stelt de indicatie
• geeft een opdracht aan de tandartsassistent, per patiënt, en evalueert de uitvoering daarvan; de opdracht wordt schriftelijk vastgelegd in een protocol of bij gebrek daaraan in het dossier van de patiënt
• gaat na of de tandartsassistent bekwaam is om de voorbehouden handeling naar behoren uit te voeren
• borgt6 de mogelijkheid van toezicht en/of tussenkomst: telefonische bereikbaarheid of toezicht op afstand is niet voldoende, aanwezigheid in de praktijk is een vereiste
• geeft zo nodig aanwijzingen
Tabel 2: Taakdelegatie in de mondzorg (IGJ, 2023)
Delegeren van niet-voorbehouden handelingen
• handelt uitsluitend in en na opdracht van een BIG-geregistreerd tandarts of geregistreerdmondhygiënist
• gaat na of hij/zij bekwaam is om de voorbehouden handeling naar behoren uit te voeren
• gaat na of de mogelijkheid van toezicht en/of tussenkomst geborgd is
• volgt gegeven aanwijzingen op
• informeert de patiënt dat de voorbehouden handeling in opdracht van de tandarts of geregistreerd-mondhygiënist wordt uitgevoerd, vraagt de patiënt in dat kader om toestemming en legt deze toestemming vast in het dossier
De Wet BIG gaat heel specifiek in op voorbehouden handelingen en wie daarvoor (zelfstandig) bevoegd is. Maar over niet-voorbehouden handelingen wordt in de wet weinig gezegd. Ook voor nietvoorbehouden handelingen geldt dat iemand bekwaam moet zijn om deze goed uit te kunnen voeren. Er zijn niet-voorbehouden handelingen met meer of minder risico. Dit kan liggen aan de handeling zelf, maar ook aan met de patiënt samenhangende omstandigheden. Hoe groter het risico op gezondheidsschade, hoe meer waarborgen de tandarts moet inbouwen om ervoor te zorgen dat de patiënt daadwerkelijk goede zorg krijgt van een bekwaam tandartsassistent (KNMT, 2023). Dit staat niet alleen in de Wet BIG, maar volgt ook uit de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz).
Zie de volgende website voor meer informatie over delegeren van voorbehouden en risicovolle handelingen: https://knmt.nl/voor-patienten/het-beroep-tandartsassistent/voorbehouden-handelingenen-taakdelegatie
5 Geregistreerd-mondhygiënisten zijn 4-jarig opgeleide mondhygiënisten, die in het kader van een vijfjarig experiment met taakherschikking in de mondzorg vanaf 1 juli 2020 zelfstandig bevoegd zijn voor drie voorbehouden handelingen. Gedurende het experiment is voor deze drie voorbehouden handelingen geen opdracht van een BIGgeregistreerd tandarts nodig, evenmin hoeft de mogelijkheid van toezicht en/of tussenkomst geborgd te worden. Inschrijving in het BIG-register is een vereiste, evenals het beschikken over een TMS-certificaat.
6 Belangrijk is dat in de praktijk een BIG-geregistreerd tandarts aanwezig is. Dat hoeft niet de opdrachtgevend tandarts zelf te zijn. Op het moment dat de opdrachtgevend tandarts niet aanwezig kan zijn, kan de tandarts de mogelijkheid van toezicht en/of tussenkomst borgen door met een collega-tandarts daarover concrete afspraken te maken. Vanzelfsprekend moet de collega-tandarts bereid zijn de verantwoordelijkheid op dit punt te nemen.
Taakdelegatie afhankelijk van werksetting
De kern van het vakgebied is in de diverse werkvelden waar de tandartsassistent werkzaam is identiek. Wel kunnen er afhankelijk van de werksetting andere accenten op taken liggen. Daarnaast verschilt per behandelaar en per type assistent of en welke taken gedelegeerd worden. De tandartsassistent werkt alleen of in teamverband onder eindverantwoordelijkheid en in opdracht van de behandelaar. Bij de uitvoering van de taken handelt zij binnen haar bekwaamheid en verantwoordelijkheid. De tandartsassistent werkt conform de geldende richtlijnen, wet- en regelgeving, beroepsnormen en praktijkprotocollen.
Complexiteit en typerende beroepshouding
Complexiteit
De werkzaamheden van de tandartsassistent kenmerken zich door een grote diversiteit, waarbij zij flexibel moet kunnen schakelen tussen activiteiten en prioriteiten kan stellen. Daarnaast wordt zij geconfronteerd met onverwachte situaties en spoedeisende klachten die ingepast moeten worden in de dienstverlening. Haar taakuitvoering vereist snelheid van handelen en ook onder tijdsdruk dient zij professioneel te blijven handelen en communiceren.
De technische apparatuur wordt geavanceerder, dit vergroot de complexiteit in het omgaan hiermee. Die wordt ook bepaald door de steeds toenemende wet- en regelgeving, de grote diversiteit in de patiëntenpopulatie, verschillende leeftijdsgroepen, uiteenlopende zorgvragen, diverse culturele achtergronden en een scala aan emotionele belevingen bij de zorgvragers. De werkzaamheden worden uitgevoerd in een beperkte ruimte en in fysiek contact met patiënt en behandelaar. Daarnaast voert zij zowel taken uit volgens standaardroutines en protocollen als werk dat naar eigen inzicht moet worden uitgevoerd. Praktijken verschillen in de mate waarin handelingen worden gedelegeerd aan de tandartsassistent; dit vraagt van haar dat zij helderheid heeft over haar eigen verantwoordelijkheden en goed haar grenzen kan bewaken.
De tandartsassistent moet tijdens het assisteren snel kunnen schakelen en dient - afhankelijk van de werkzaamheden waarvoor zij wordt ingezet - te beschikken over een goede motoriek en ooghandcoördinatie. Bij de uitvoering van haar taken dient zij specialistische kennis en vaardigheden adequaat toe te passen en daarnaast praktische oplossingen te vinden voor voorkomende problemen. Afhankelijk van de werkzaamheden die de specifieke assistent uitvoert, ondersteunt zij de borging van de (patiënt)veiligheid; dit vraagt bewustzijn en handelen gericht op het beperken van de risico’s.
Typerende beroepshouding
De tandartsassistent die hiermee binnen haar takenpakket te maken krijgt, heeft voor, tijdens en na de tandheelkundige behandeling een servicegerichte houding naar de patiënt. Zij stelt zich in dat geval toegankelijk en vriendelijk op, houdt rekening met de belevingswereld van de patiënt en gaat hier respectvol mee om.
Tijdens de werkuitvoering heeft de tandartsassistent te maken met verschillende wetten en regels. Veranderingen in de wet- en regelgeving hebben effecten op het werk van de tandartsassistent. Zij dient zich hiervan bewust te zijn, er basale kennis van te hebben en er naar te handelen. Dit is ook van belang in de communicatie met patiënten, zodat zij de juiste voorlichting verstrekt. In paragraaf 3.6 wordt nader ingegaan op actuele wet- en regelgeving. 2.3
Zij denkt, indien de situatie daar - gezien haar takenpakket - om vraagt, (pro)actief mee met de patiënt, de behandelaar en andere collega’s en stelt zich dienstverlenend naar hen op. De tandartsassistent staat open voor feedback van de patiënt, van de behandelaar en van het team.
Zij toont initiatief binnen de grenzen van haar verantwoordelijkheden en is flexibel in het schakelen tussen werkzaamheden. De tandartsassistent is evenwichtig, integer en stressbestendig. Zij is in staat haar grenzen te bewaken en aan te geven. Zij hanteert de geldende regels ten aanzien van geheimhoudingsplicht, privacy, hygiëne en veiligheid, bezit basiskennis van patiëntenrechten en, als zij hiermee binnen haar takenpakket te maken krijgt, bevoegdheid en bekwaamheid.
Relevante wet- en regelgeving
2.5
Diploma-eis en loopbaanperspectief
Diplomering en certificering
Het BCP Tandartsassistent en een daaruit voortvloeiend kwalificatiedossier of branchekwalificatieprofiel vormen de basis voor zowel kwalificatie via het reguliere mbo (bekostigd onderwijs) als via de brancheerkende niet bekostigde leerweg.
De mbo-opleiding Tandartsassistent, conform het kwalificatiedossier, leidt tot het door OCW erkende diploma Tandartsassistent mbo-4. De branche-erkende opleidingen Tandartsassistent (A), Preventieassistent (B) en Paro-preventieassistent (C) leiden tot ‘branchecertificaten’ (zie ook paragraaf 1.4).
Voorwaardelijk voor beroepsuitoefening
Bij de KNMT staat het aanbieden van zorg van goede kwaliteit en goed niveau door haar leden voorop. Zorg dient aan te sluiten bij de regelgeving, zoals die in de Wet Kwaliteit klachten en geschillen zorg staat beschreven. De zorg is veilig, doeltreffend, doelmatig en clientgericht, wordt tijdig verleend en is afgestemd op de reële behoefte van de client. Onder andere in dit kader dienen nieuw tot het werkveld toetredende assistenten daarom per 2026 minimaal
• in het bezit te zijn van een mbo-4-diploma Tandartsassistent of een certificaat van een brancheerkende opleiding Tandartsassistent (A)
• of bij aanvang van het dienstverband in opleiding te zijn of binnen twee maanden in opleiding te gaan bij een mbo-opleiding niveau 4 tot tandartsassistent of een branche-erkende opleiding Tandartsassistent (A)
NB Deze vereisten gelden ook voor medewerkers die worden ingezet bij vervanging van vaste medewerkers.
Uitzonderingen zijn:
• medewerkers die geen zorginhoudelijke patiëntencontacten hebben
• tandartsassistenten met een arbeidsovereenkomst daterend van vóór 1 januari 2026, ook wanneer zij na de ingangsdatum bij een nieuwe werkgever in dienst zijn getreden
• ervaren tandartsassistenten die vanaf de ingangsdatum opnieuw instromen en die binnen de periode 1 januari 2020 en 1 januari 2026 nog minimaal twee jaar een arbeidscontract hebben gehad als tandartsassistent
Werkgevers en werknemers zijn beiden verantwoordelijk voor het voldoen aan de diploma- c.q. certificeringseis.
Wat mag een werkgever van een gekwalificeerd tandartsassistent verwachten?
Een mbo-gediplomeerde of door de branche erkende tandartsassistent:
• is praktijkgericht opgeleid bij een door een mbo-instelling of de branche-erkende opleider, oefent het geleerde gelijk in de praktijk en kan dus zo aan de slag
• heeft indien van toepassing een opleiding om zelfstandig aan haar gedelegeerde taken te kunnen verrichten
• heeft een opleiding op mbo-niveau 4, middenkaderopleiding, het hoogste mbo-niveau waarmee ze is opgeleid om op haar niveau zelfstandig specialistische, uitvoerende taken te kunnen verrichten
• heeft zich in haar opleiding (als optie in de A-opleiding) via individuele keuzedelen specifiek kunnen bekwamen in beroep specifieke kennis en vaardigheden die leiden tot verdieping in deelgebieden van haar werkgebied
• wanneer mbo-gediplomeerd is ze ook opgeleid in de generieke vakken Nederlands, Engels, rekenen en loopbaan en burgerschap en heeft haar opleiding verrijkt met individuele keuzedelen
• is aantoonbaar bekwaam, acht zichzelf bekwaam en is daarmee bevoegd om in opdracht van de tandarts(-specialist) röntgenfoto’s te maken
• is tijdens haar mbo-opleiding of brancheopleiding reeds volledig gevaccineerd tegen hepatitis B
Kortom: een mbo-gediplomeerde of door de branche erkende tandartsassistent staat garant voor een gedegen, snel inzetbare assistent.
Verdieping en doorstroom
Het mbo-4-diploma Tandartsassistent kan toegang geven voor doorstroom naar wettelijk erkende hboopleidingen, zoals Mondzorgkunde.
Met dit diploma of certificaat van de branche-erkende opleiding Tandartsassistent (A) kan de assistent doorstromen naar de brancheopleiding Preventieassistent (B) en vervolgens Paro-preventieassistent (C).
Via het volgen van bij- en nascholing en cursussen onderhoudt de tandartsassistent haar competenties en ontwikkelt zij zich verder. Ze kan bijvoorbeeld cursussen als implantologie en orthodontie volgen. Daarnaast kan de tandartsassistent haar carrière voortzetten in de functie van senior tandartsassistent, waarbij ze ook beginnende assistenten begeleidt. Ook behoren doorstroom naar de functies officemanager en praktijkmanager tot de mogelijkheden. Daarnaast zijn er tandartsassistenten werkzaam in orthodontie- of kaakchirurgiepraktijken. In hoofdstuk vijf worden mogelijke loopbaanpaden voor assistenten beschreven.
Trends en ontwikkelingen 3
De afgelopen decennia zijn er veranderingen opgetreden in de wijze waarop tandartsen hun beroep uitoefenen, zoals toenemende differentiatie op de verschillende tandheelkundige deelgebieden en veranderingen in de praktijkvoering. Dit is ook van invloed op het werk van de tandartsassistent. Er wordt meer en meer samengewerkt, niet alleen door tandartsen onderling, maar ook door en met mondhygiënisten, (paro-)preventieassistenten en andere mondzorgverleners. Hierdoor zijn praktijken gemiddeld genomen ook groter geworden, ten minste wat de omvang van het patiëntenbestand betreft. In relatie hiermee is de laatste jaren een specifieke praktijkvorm in opkomst geweest: de praktijken verenigd in een keten (zo’n 9% van het totaal aantal geschatte praktijken, KNMT, 2021).
De belangrijkste trends en ontwikkelingen zijn hieronder gecategoriseerd weergegeven. Bij elke categorie is aangegeven wat de effecten van de ontwikkelingen zijn op de taakuitvoering van de tandartsassistent.
3.1
Nieuwe definitie van mondgezondheid
De tandheelkundige zorg ontwikkelt zich van curatie (herstel van gebit) naar mondzorg waarbij het accent ligt op preventie en waarbij verschillende zorgverleners nauw met elkaar samenwerken. Binnen het vakgebied is merkbaar dat het aantal tandartsassistenten dat zich verder bekwaamt via cursussen en opleidingen toeneemt. Dit wordt mede veroorzaakt door de toegenomen taakdelegatie.
De Federation Dentaire Internationale (FDI) heeft in 2016 een nieuwe definitie van mondgezondheid opgesteld, waarbij ook het vermogen om te praten, lachen, ruiken, proeven, voelen, kauwen, slikken en het overbrengen van emoties door gelaatsuitdrukkingen zonder pijn, ongemak en ziekte van het gelaat en aangezicht worden betrokken. Hiermee wordt mondgezondheid in een veel breder gezondheidsperspectief geplaatst. Het doel van de mondzorg is het bevorderen van een duurzame mondgezondheid als integraal onderdeel van de algemene gezondheid en het individueel welbevinden. Specifieke subdoelen richten zich op de integrale benadering van mondgezondheid in opeenvolgende fasen door het:
1. voorkomen van mondziekten
2. genezen van mondziekten
3. herstel van optimale functie
4. bevorderen van de esthetiek en de kwaliteit van leven
Anders gezegd: de missie van mondzorg is het tot stand brengen van een gezonde, functionele, esthetische en comfortabele mond bij patiënten die gegeven de mogelijkheden en omstandigheden bestand is tegen de natuurlijke veranderingen in iedere levensfase c.q. levensloopbestendig is (Van der Sanden et al. 2019). Deze bredere benadering kan van grote invloed zijn op de toekomstige mondzorg.
3.2
Praktijkvoering en verdergaande samenwerking
Om kwalitatief hoogwaardige zorg aan de patiënt te leveren, zijn tandheelkundige zorgverleners erop gericht om meer te gaan samenwerken. Het aantal groepspraktijken neemt gestaag toe ten opzichte van het aantal solopraktijken. Ook zijn er steeds meer praktijken die verenigd zijn in een keten. Avond- en weekenddiensten worden in een aantal gevallen gecentraliseerd aangeboden voor een groter regionaal gebied. In de loop der jaren is de samenstelling van tandartspraktijken veranderd. Zo geldt dat het aantal praktijken waarin één tandarts werkt, is afgenomen van 76% in 1997 tot 58% in 2014 en 33% in 2020 (KNMT, 2021). Bovendien blijkt dat steeds meer andere mondzorgprofessionals in tandartspraktijken actief zijn. Daarbij is vooral de inzet van praktijkmedewerkers (zzp’ers, geen eigenaar) toegenomen. Sinds 1997 is de inzet van mondhygiënisten, tandarts- en preventieassistenten en praktijkmanagers in tandartspraktijken toegenomen. Daarmee is ook de omvang van praktijken gegroeid. Tegenwoordig wordt in de tandartspraktijk veel meer samengewerkt, doordat de behandeling van patiënten niet meer alleen door tandartsen wordt gedaan. Dit komt duidelijk naar voren uit de samenstelling van het tandheelkundig team in praktijken: in 2020 bestond een tandheelkundig team uit gemiddeld 9,0 personen en lag de procentuele verdeling van de formatie in fte op 40% tandartsen, 50% tandheelkundige zorgmedewerkers en 10% overige medewerkers. Daarbij waren in 53% van de praktijken mondhygiënisten actief en 89% van de tandartsen verwees patiënten naar deze zorgverlener binnen en/of buiten de praktijk. Verder delegeerde 63% tandheelkundige zorgtaken aan preventieassistenten (KNMT, 2023).
3.5
Steeds vaker delegeert de behandelaar taken. Afhankelijk van de individuele praktijksituatie, -omstandigheden en het btakenpakket kan dit voor de tandartsassistenten betekenen dat zij:
• vaker werken in een team met meerdere collega’s en een variatie aan zorgverleners binnen de tandheelkunde
• te maken krijgen met meer en andere behandelaars die zij ondersteunt
• meer en andere taken gedelegeerd krijgen
• ruimere ontwikkelmogelijkheden hebben doordat er meerdere disciplines/aandachtsgebieden aanwezig zijn, met veelal een positief effect op de arbeidssatisfactie
• meer mogelijkheden hebben om zich in gedelegeerde nieuwe taken te bekwamen
• ruimere mogelijkheden hebben voor parttime en flexibele werkverbanden
• ruimere mogelijkheden hebben om door te stromen binnen en buiten de tandheelkundige zorg
Beroepsuitoefening tandartsen
Naast de erkende specialismen mondziekten, kaak- en aangezichtschirurgie en orthodontie heeft in de afgelopen jaren een toenemend aantal tandartsen zich gedifferentieerd op een of meer tandheelkundige deelgebieden. Differentiëren in endodontologie, pedodontologie, implantologie, gerodontologie en esthetische tandheelkunde lijkt toe te nemen. Daarnaast is parodontologie ook een veel gekozen differentiatie. Voor sommige tandartsassistenten betekent dit dat zij - afhankelijk van de individuele praktijksituatie en praktijkomstandigheden en haar takenpakket:
• meer te maken krijgen met het ondersteunen van gedifferentieerde tandartsen, dat andere, specifiekere kennis en vaardigheid vraagt
• met patiënten met specifieke problematiek in aanraking komen
Patiënten
De bevolking vergrijst, is multicultureel en er bestaat een diversiteit aan leefstijlen en consumptiepatronen. Hierdoor variëren ook de problemen en aandacht voor mondzorg. Een toenemend aantal ouderen is nog in het bezit van de eigen tanden en kiezen. De vraag naar complexe tandheelkundige behandelingen stijgt. Ook de vraag naar esthetische tandheelkunde neemt toe. De huidige patiëntengroep is mondig en stelt meer vragen. De patiënt doet veelal zelf onderzoek naar mogelijke behandelwijzen via internet voordat hij een tandheelkundige zorgverlener consulteert. Patiënten vragen op basis van de gevonden mogelijkheden een specifieke behandeling en verwachten meer uitleg. Het is van belang dat de tandartsassistent adequaat hierop kan reageren en goede communicatie- en motivatietechnieken beheerst. Ook vraagt de huidige wetgeving om ‘informed consent’ en ‘shared decision making’. Dat betekent dat de patiënt in samenspraak met de behandelaar tot besluitvorming komt over de behandeling. Het samen beslissen staat daarbij centraal.
Voor sommige tandartsassistenten betekent dit dat zij afhankelijk van de individuele praktijksituatie en praktijkomstandigheden en haar takenpakket:
• in het contact met de goed geïnformeerde en assertieve patiënten over adequate communicatieve vaardigheden moeten beschikken
• continu een beroep moeten doen op hun (zelf)lerend vermogen en hun kennis moeten blijven ontwikkelen
Informatietechnologie
De samenwerking in de mondzorg zal op allerlei manieren worden ondersteund en vervlochten zijn met toepassingen op het gebied van informatietechnologie. Sinds het begin van de jaren tachtig heeft de digitalisering van tandartspraktijken een grote vlucht genomen. Aanvankelijk ging het daarbij om de automatisering van de praktijkadministratie, maar gaandeweg kwam er ook meer en meer digitale beeldvormings- en behandelapparatuur beschikbaar. In 2020 was in vrijwel alle praktijken de administratie geheel geautomatiseerd. Was bij 92% van de praktijken digitale röntgenapparatuur aanwezig, inclusief specifieke software voor het verwerken van digitale röntgenopnamen. Verder beschikte 75% over specifieke behandelapparatuur als OPT-röntgenapparaten (60%), een behandelmicroscoop (35%), apparatuur voor digitale afdrukken (31%), CAD-CAM-apparatuur (CEREC) (10%) en/of 3D-röntgenapparatuur (CBCT) (9%). De komende jaren zal de digitalisering zich verder uitbreiden (KNMT, 2023). Verschillende toepassingen zijn al voorhanden of in een vergevorderde ontwikkelingsfase. Tandartsassistenten kunnen bij het uitvoeren van taken rondom deze technologieën worden ingezet. Ook bijvoorbeeld op het gebied van de begeleiding en communicatie met patiënten zijn al toepassingen 3.3 3.4
3.6
beschikbaar in de vorm van videoconsulten, van apps en ‘slimme’ tandenborstels, die in de naaste toekomst vermoedelijk steeds betere functionaliteit zullen krijgen en het mogelijk maken om patiënten nog beter ‘op afstand’ zorg te verlenen (KNMT, 2023). Technologische ontwikkelingen maken ook dat er steeds meer mogelijkheden komen voor mensen om hun gebit te houden en/of te verbeteren. Deze mogelijkheden worden ook in toenemende mate in de eigen praktijk aangeboden; patiënten hoeven minder doorverwezen te worden. Daarnaast wordt voor communicatie met de patiënt steeds vaker gebruikgemaakt van digitale media, zoals sms- en e-mailmodules en sociale media.
Het digitaal informeren van de patiënt en andere uitwisseling van digitale gegevens gaat via beveiligde internetverbindingen volgens de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en daarop gebaseerde richtlijnen naar aanleiding van adviezen van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). Sinds 1 juli 2023 geldt bovendien de Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg (Wegiz). Dit betekent dat zorgaanbieders wettelijk verplicht worden om zorggegevens elektronisch uit te wisselen.
Wet- en regelgeving Tijdens de werkuitvoering heeft de tandartsassistent te maken met verschillende wetten en regels. De belangrijkste wettelijke kaders vormen:
• wetten gericht op de kwaliteit van de zorg: Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG, die regels en normen omschrijft om patiënten te beschermen tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen door zorgverleners) en de Wet kwaliteit klachten en geschillen zorg (Wkkgz, waarin is vastgelegd dat zorgaanbieders zijn gehouden de kwaliteit van hun zorg te bewaken, te beheersen en te verbeteren). Deze laatste geeft patiënten ook het recht om te klagen over de aangeboden zorg en een geschil daarover voor te leggen. De assistent kan een signalerende en de-escalerende rol spelen als patiënten ontevreden zijn
• wetten die gericht zijn op het versterken van de rechtspositie en (privacy)bescherming van patiënten: Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO, als onderdeel van het Burgerlijk Wetboek, individuele zorgvragers optimaal informeren over passende zorg); Algemene verordening gegevensbescherming (AVG); Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling (sinds 1 juli 2013 van kracht); Wet klachten kwaliteit en geschillen zorg (Wkkgz)
• wetten gericht op besturing en financiering van de zorg, waaronder de privacywetgeving, gegevensbescherming, de Zorgverzekeringswet (Zvw) en het beroepsgeheim en het toetsingskader van de Inspectie Gezondheid en Jeugd
• richtlijnen: zoals de richtlijn Infectiepreventie, de richtlijn Tandheelkundige radiologie en de richtlijn Patiëntendossier
Veranderingen in wet- en regelgeving hebben effect op het werk van de tandartsassistent, zoals bijvoorbeeld de richtlijn Infectiepreventie. Het op juiste manier naleven van deze richtlijn vereist kennis van reiniging, desinfectie en sterilisatie van instrumentarium. Daarnaast brengt de inwerkingtreding van de Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling een extra taak met zich als het gaat om het signaleren en melden van verwaarlozing en/of mishandeling. De tandartsassistent kan in opdracht van de behandelaar taken hebben bij het toepassen van de meldcode.
In de praktijk komt het erop neer dat van zorgverleners, ook van assistenten, wordt verwacht dat zij medeverantwoordelijk zijn voor het wat, het hoe en het waarom van te verlenen en verleende zorg. Om daaraan invulling te geven, kunnen assistenten van verschillende instrumenten gebruikmaken. Belangrijk is het actueel houden van kennis en vaardigheid, door bijvoorbeeld het volgen bij- en nascholing, op de hoogte zijn en blijven van praktijkwijzers, praktijkrichtlijnen en zorgprotocollen. Ook is van belang dat ze bereid zijn om transparant te zijn over alles wat ze doen en niet doen.
De tandartsassistent dient afhankelijk van de individuele praktijksituatie en praktijkomstandigheden en haar takenpakket:
• zich bewust te zijn van deze wet- en regelgeving
• zich deze kennis eigen te maken en hiermee rekening te houden in de communicatie met de patiënt
• er in haar werk rekening mee te houden dat het tandheelkundig handelen in toenemende mate verantwoord moet worden. Dit kan meer of andere administratieve handelingen voor bijvoorbeeld dossiervorming met zich mee brengen
De bouwstenen van het beroepscompetentieprofiel
Competenties en taken
De bouwstenen van het BCP TA-A bestaan uit twee elementen: competenties en taken. Vanuit deze elementen wordt het vak van tandartsassistent op twee manieren beschreven. Competenties geven aan over welke ‘kwaliteiten’ de tandartsassistent moet beschikken. De taken beschrijven het vak vanuit ‘het werk, de dagelijkse beroepsactiviteiten’ van de tandartsassistent. In deze taken zijn onderdelen van de competenties verwerkt en beschreven in observeerbaar gedrag.
CanMEDS-model voor de tandartsassistent
De beschrijving van het competentieprofiel voor de tandartsassistent is uitgewerkt op basis van het CanMEDS-model. Dit model van de Canadian Medical Education Directives for Specialists 2015 (CanMEDS 2005 en 2015) is geen vaststaand format, maar een raamwerk dat sindsdien in diverse Europese landen voor verschillende rollen is ingevoerd. In Nederland zijn de competenties voor de assisterende beroepen binnen de gezondheidszorg (zoals onder andere de praktijkondersteuner, apothekers-, dokters- en tandartsassistent) beschreven aan de hand van dit model en volgens dezelfde systematiek. Ook de functies van mondhygiënist en tandarts zijn beschreven volgens dit model.
In het CanMEDS-model worden zeven in de praktijk voorkomende rollen beschreven, die zijn vertaald naar het beroepsniveau van de tandartsassistent. Daarbij komen de volgende twee aspecten aan bod:
1. Competentiegebieden (de bloem)
Het hart van de bloem biedt een overkoepelende beschrijving van het beroep waarin alle taakgebieden van de assistent die zij in elke context uitvoert, benoemd zijn. De overige competentiegebieden (de bloemblaadjes) vullen elkaar aan en zijn met elkaar verbonden. Ze zijn opgebouwd uit een aantal te onderscheiden algemene vaardigheden.
2. Competenties per competentiegebied Hierbij wordt een competentiegebied uitgesplitst naar concrete taken met de daarbij benodigde kennis, vaardigheden en houding.
In figuur 2 zijn de zeven competentiegebieden omschreven, vertaald naar het beroep tandartsassistent.
Figuur 1: De bloem van het CanMEDS-model
4.3
Het hart van de bloem omvat het vakinhoudelijk handelen. De bloemblaadjes omvatten de competentiegebieden communiceren, samenwerken, professioneel handelen, leren en ontwikkelen, gezondheidsbevorderend handelen en organiseren. Afhankelijk van het werkveld, de individuele praktijksituatie, de praktijkomstandigheden en haar takenpakket, zal de tandartsassistent zich op één of enkele taakgebieden focussen en daarbij meer of minder gebruikmaken van de omliggende competentiegebieden.
Professioneel handelen
Beroepshouding, ethisch handelen, omgaan met privacy, rekening houden met wet- en regelgeving en handelen volgens beroepscode, ergonomisch werken en omgaan met incidenten en calamiteiten.
Leren en ontwikkelen
Kennis onderhouden, participeren in netwerken van belangen en beroepsverenigingen.
Communiceren
Omgaan met patiënten, doorvragen, motiveren, informatie opnemen in dossier, doorverwijzen binnen de zorgketen, informatieoverdracht.
Vakinhoudelijk handelen
De tandartsassistent maakt gebruik van de benodigde kennis en vaardigheden om te assisteren bij het door de behandelaar e ciënt, e ectief en veilig werken enafhankelijk van de individuele praktijksituatie en praktijkomstandigheden en haar takenpakket - om een aantal gedelegeerde deelbehandelingen uit te kunnen voeren, advies en voorlichting te kunnen geven conform werkinstructies en werkzaamheden te kunnen uitvoeren voor administratie, logistiek en beheer.
Gezondheidsbevorderend handelen
Adviseren en voorlichten, bevorderen van gezondheid, informeren en stimuleren van bewustwording, motiveren, handelen volgens relevante wet- en regelgeving en veilig handelen.
Samenwerken
Assisteren, feedback geven en ontvangen, proactief handelen, multidisciplinair en in ketenzorg samenwerken.
Organiseren Organiseren van eigen werk, voorwaarden scheppen voor e ciënt werken van anderen, registreren, participeren kwaliteitszorg, stellen van prioriteiten.
Figuur 2: de zeven competentiegebieden omschreven, vertaald naar het beroep tandartsassistent.
De zeven competentiegebieden van de tandartsassistent
In onderstaande tabellen staan de omschrijvingen van de zeven competentiegebieden en de daarbij horende competenties. Daarbij dient te worden aangemerkt dat met name voor tandartsassistent (A) geldt dat deze een brede basisopleiding heeft en dus breed competent is, maar dat deze niet per definitie voor alle onderdelen waartoe zij is opgeleid in de praktijk wordt ingezet. In de onderstaande tabellen is derhalve uitgewerkt waartoe de assistent is opgeleid en tot welke handelingen zij bekwaam en competent is.
Competentiegebied Vakinhoudelijk handelen
Omschrijving
Het vakinhoudelijk handelen op mondzorggebied integreert als ‘centraal’ gebied de zes andere competentiegebieden. De tandartsassistent draagt, in afstemming met de behandelaar, zorg voor optimale tandheelkundige zorg door:
• (te assisteren bij) het uitvoeren van handelingen in het kader van tandheelkundige zorg. Zij zet haar specialistische kennis in bij deze activiteiten en voert ze uit volgens de geldende wet- en regelgeving, procedures en werkinstructies
• balie-, logistieke en beheerwerkzaamheden uit te voeren
Haar vakinhoudelijk handelen wordt gekarakteriseerd door een efficiënte aanpak gebaseerd op actuele theoretische kennis en op bekendheid met de recente tandheelkundige ontwikkelingen. Zij voert haar handelingen op ethische wijze uit en communiceert daarbij effectief met de patiënt, de behandelaar en het team.
Competenties
De tandartsassistent is in staat om:
1. de behandelaar proactief te assisteren bij onderzoek en tandheelkundige verrichtingen
2. de urgentie van pijn en hulpvragen vast te stellen aan de hand van parate kennis en (triage) protocollen
3. vragen via telefoon, e-mail en aan de balie te beantwoorden
4. advies te geven op basis van richtlijnen, protocollen en werkafspraken
5. nieuwe patiënten te informeren over de gang van zaken in de praktijk en hen in te schrijven
6. de tijdsduur van behandelingen in te schatten in overleg met de behandelaar;
7. de tandheelkundige zorgverlening adequaat te organiseren in overleg met de behandelaar
8. onderdelen van tandheelkundige behandelingen uit te voeren volgens richtlijnen, protocollen en werkafspraken, te weten: het nemen van (begin)afdrukken, het maken van gipsmodellen/lepels, het verrichten van tandtechnische werkzaamheden, het maken van kleurenfoto’s van gezicht en gebit, het maken van 3D-gebitsscans, slijpen van instrumenten, vervaardigen van noodkronen, hechtingen verwijderen, droogleggen behandelgebied, aanbrengen cofferdam, sealen en taken op het gebied van preventie en mondhygiëne: anamnese/-update afnemen, uitvoeren plaque-kleurtest, fluorideapplicatie, behandelen gevoelige tandhalzen en polijsten
9. het op aanwijzing en in opdracht van de behandelaar plaatsen van film of sensor m.b.v. instelapparatuur en het richten van het röntgentoestel voor bitewing- en soloröntgenopnamen, het plaatsen van de film en het voorbereiden van de patiënt voor een panoramische opname, het bedienen van de röntgenapparatuur
10. motivatietechnieken toe te passen om therapietrouw te stimuleren
11. professioneel en ethisch te blijven handelen in situaties waar tijdsdruk en urgentie om keuzes vragen
12. bij te dragen aan een adequaat ingerichte en onderhouden werk- en wachtruimte
13. de administratie te verzorgen, waaronder het bijwerken van de patiëntendossiers, proactief plannen, verwerken van verwijsbrieven en contact onderhouden met onder andere de zorgverzekeraar
14. de regels van de richtlijn Infectiepreventie in de mondzorgpraktijk strikt na te leven
Competentiegebied Vakinhoudelijk handelen
Kennis
De tandartsassistent heeft brede en op onderdelen specialistische kennis van:
• de functie, anatomie en pathologie van het orofaciale gebied
• deelgebieden van de tandheelkunde: kennis van parodontologie, implantologie, endodontologie, gnathologie, gerodontologie, prothetiek, restauratieve tandheelkunde, angstbegeleiding, kindertandheelkunde en zorg aan tandheelkunde bijzondere doelgroepen
• specialisaties in de tandheelkunde: basale kennis van orthodontie en kaakchirurgie
• tandheelkundige methoden en behandelingen
• benodigde apparatuur, instrumentarium, materialen en middelen
• de algehele gezondheid van de patiënt in relatie tot het orofaciale gebied;
• risico’s van tandheelkundige methoden en behandelingen
• relevante wet- en regelgeving (waaronder Wet BIG, WGBO, Wkkgz, Arbowet)
• richtlijnen, zoals Infectiepreventie in mondzorgpraktijken (KNMT, 2016), Patiëntendossier (KNMT, 2020), Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld (KNMG, 2023), Opvang tandheelkundige spoedgevallen buiten praktijkuren (2023), Niet aangaan of beëindigen van de behandelingsovereenkomst (2023)
• radiologie: kennis van eigenschappen van straling, gevaren van straling, bescherming tegen straling, basale anatomie en röntgenanatomie, herkennen van fouten in opname en filmverwerking, gebruik apparatuur, de richtlijn Tandheelkundige radiologie (KNMT, 2018)
• ergonomisch werken
• ethiek in de tandheelkunde
Tabel 3: competentiegebied Vakinhoudelijk handelen.
Competentiegebied Communiceren
Omschrijving
De tandartsassistent zorgt er door haar heldere, zorgvuldige en overtuigende wijze van communiceren voor dat de patiënt weet wat hem te wachten staat en gemotiveerd wordt voor het toepassen van preventieve maatregelen en het trouw volhouden van de afgesproken therapie. Ook onderhoudt de tandartsassistent de relatie met de behandelaar, collega’s en teamleden op de eigen werkplek.
Competenties
De tandartsassistent is in staat om:
1. relevante informatie en toelichtingen accuraat aan de patiënt, collega’s en behandelaar over te dragen, zowel mondeling als schriftelijk
2. empathisch en respectvol met de patiënt om te gaan door gesprekstechnieken en communicatiestijl doelgericht in te zetten
3. adequaat om te gaan met (signalen van) onvrede, grensoverschrijdend gedrag, klagen en agressie
4. vertrouwen en veiligheid te creëren
5. communicatieve vaardigheden in te zetten met als doel angst te reduceren
6. communicatieve vaardigheden in te zetten met als doel adequaat te communiceren met de voorkomende doelgroepen in de praktijk
7. de patiënt steun te bieden door communicatietechnieken aan te passen aan de situatie (geruststellen, motiveren, overtuigen)
8. motivatietechnieken toe te passen om therapietrouw te stimuleren
9. de non-verbale communicatie aan te passen aan de boodschap die moet worden gebracht
10. rekening te houden met factoren die de communicatie beïnvloeden
11. adequaat om te gaan met nieuwe (sociale) media en andere communicatietoepassingen en de veilige toepassing ervan
12. informatie veilig te verwerken in geautomatiseerde systemen
Competentiegebied Communiceren
Kennis
De tandartsassistent heeft brede en op onderdelen specialistische kennis van:
• communicatie-, gespreks- en motivatietechnieken
• kenmerken van patiëntgroepen
• uitingsvormen van pijn en angstgevoelens
• informatie- en communicatietechnologie (ICT: computergebruik en geautomatiseerde systemen)
• Nederlandse taal, zodanig dat adequaat communiceren mogelijk is in woord en geschrift
• tandheelkundige vaktaal
• de privacywetgeving, gegevensbescherming, de zorgverzekeringswet en het beroepsgeheim
Tabel 4: competentiegebied Communiceren.
Competentiegebied Samenwerken
Omschrijving
De tandartsassistent werkt effectief en efficiënt samen met de behandelaar, collega’s, leveranciers en andere samenwerkingspartners om bij te dragen aan optimale tandheelkundige zorg.
Competenties
De tandartsassistent is in staat om:
1. de taakverdeling af te stemmen door een heldere en eenduidige informatie-uitwisseling, mede op basis van praktijkprotocollen, zodat collega’s weten wat er van hen verwacht wordt
2. structureel en ad hoc met de behandelaar te overleggen
3. collega’s aan te spreken op hun handelen
4. aan te sluiten bij de werkwijze van de behandelaar
5. grenzen aan te geven van haar beroepsuitoefening
6. feedback te geven aan en te ontvangen van collega’s, behandelaar(s) en patiënten
7. problemen binnen de samenwerking bespreekbaar te maken
8. een bijdrage te leveren aan het werkoverleg
9. zelf initiatief te nemen als het gaat om samenwerking en afspraken met bijvoorbeeld het tandtechnische laboratorium, de patiënt, verwijzers, zorgverzekeraars, verzorgings- en verpleeghuizen en de thuiszorg
Kennis
De tandartsassistent heeft brede en op onderdelen specialistische kennis van:
• de organisatie van en werk in verzorgings- en verpleeghuizen, thuiszorg en het tandtechnische laboratorium en over processen in de zorgverlening
• taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van alle betrokkenen binnen de organisatie
• taakbegrenzing
• wet- en regelgeving over taakdelegatie, privacy en beroepsgeheim
• probleemoplossende methodieken en conflicthantering
• informatieverwerkingssystemen
• feedbackregels
Tabel 5: competentiegebied Samenwerken.
Competentiegebied Organiseren
Omschrijving
De tandartsassistent organiseert binnen de gegeven opdracht haar eigen werk en schept voorwaarden voor anderen om het werk efficiënt en effectief te kunnen uitvoeren.
Competenties
De tandartsassistent is in staat om:
1. afspraken zorgvuldig in te plannen en te anticiperen op (mogelijke) problemen in de planning
2. de gegevens van de patiënt volgens richtlijnen te registreren
3. te zorgen voor het afhandelen van financiële aspecten/declaraties
4. de eigen werkzaamheden te plannen op basis van prioriteit, in afstemming met de tandarts
5. prioriteiten te stellen in de uitvoering van taken die onverwacht of tegelijkertijd op haar afkomen
6. de taken op elkaar af te stemmen en deze zo nodig over te dragen
7. voorraad te beheren zodat benodigde materialen/middelen voldoende beschikbaar zijn
8. kostenbewust te handelen
9. de kwaliteitsaspecten van het kwaliteitssysteem toe te passen en de kwaliteit van haar eigen werk te waarborgen
10. de noodzaak tot veranderingen in de praktijkvoering te signaleren en te inventariseren
11. mee te werken aan kwaliteitsbevordering en activiteiten ten aanzien van praktijkvoering en tandheelkundige zorg en samenwerking met het tandtechnisch laboratorium en het dental depot
Kennis
De tandartsassistent heeft brede en op onderdelen specialistische kennis van:
• planning en logistieke processen in de praktijkvoering
• duur en impact van behandelingen
• de inhoud van protocollen en richtlijnen
• voorraadbeheer
• basale kennis over financiële aspecten van de praktijkvoering en kostenbewust handelen
• het declaratiesysteem
• het voeren van een digitale boekhouding
• veelgebruikte softwarepakketten voor de tandheelkundige praktijk
• verzekeringen, afspraken met verzekeraars rondom tandheelkundige zorgverlening en de zorgverzekeringswet
• kwaliteitssystemen in de tandheelkundige zorg
Tabel 6: competentiegebied Organiseren.
Competentiegebied Gezondheidsbevorderend handelen
Omschrijving
De tandartsassistent is zich bewust van haar verantwoordelijkheid en mogelijkheden om de aandacht voor de mondgezondheid van patiënten te bevorderen en handelt daarnaar.
Competenties
De tandartsassistent is in staat om:
1. patiënten voorlichting en advies te geven over een goede mondverzorging en preventie, waaronder voedings- en leefstijladviezen, (bevorderen van) esthetiek en kwaliteit van leven
2. bij advisering gebruik te maken van de kennis van de meest voorkomende preventiemaatregelen
3. patiënten te motiveren en te stimuleren om adviezen op te volgen
4. de patiëntveiligheid te waarborgen
5. te handelen in overeenstemming met de relevante wet- en regelgeving
Competentiegebied Gezondheidsbevorderend handelen
Kennis
De tandartsassistent heeft brede en op onderdelen specialistische kennis van:
• preventiemaatregelen
• leefstijlrisico’s
• voeding en voedingsadviezen
• algemene mondverzorging
• esthetische tandheelkunde
• procedures, protocollen en werkafspraken betreffende patiëntveiligheid
• taakbegrenzing
• kennisoverdracht- en voorlichtingsmethodieken
• overtuigings- en beïnvloedingsprocessen
• motivatiestrategieën
• wet- en regelgeving, zoals de Wkkgz en de WGBO
• het kwaliteitssysteem
Tabel 7: competentiegebied Gezondheidsbevorderend handelen.
Competentiegebied Leren en ontwikkelen
Omschrijving
De tandartsassistent houdt haar deskundigheid op peil, zodat zij haar werk naar actuele maatstaven kan blijven uitvoeren.
Competenties
De tandartsassistent is in staat om:
1. initiatief te nemen om geïnformeerd te blijven over ontwikkelingen op het vakgebied
2. nieuwe technologie en ICT-vaardigheden te leren benutten
3. zichzelf te beoordelen door middel van zelfreflectie
4. vragen en opmerkingen van patiënten, collega’s en leidinggevende(n) over haar eigen functioneren en werkuitvoering te ontvangen en daarop adequaat te reageren
5. hiaten in haar kennis/vaardigheden vast te stellen
6. initiatief te nemen om persoonlijke leerbehoeften, hiaten in kennis en/of vaardigheden aan te pakken door gebruik te maken van bijvoorbeeld scholing, intervisie of supervisie
7. kennis uit te wisselen met collega’s
8. deel te nemen in netwerken en/of belangenverenigingen en organisaties
9. als ervaren tandartsassistent nieuwe medewerkers in te werken
Kennis
De tandartsassistent heeft brede en op onderdelen specialistische kennis van:
• methoden om te (leren) reflecteren
• actuele ontwikkelingen in de mondzorg
• mogelijkheden voor (digitale) kennisvergaring en -uitwisseling
• netwerken en belangenorganisaties in het mondzorgveld
• vakliteratuur en scholingsaanbod
• coachen en begeleiden van (nieuwe) collega’s (ervaren tandartsassistent)
Tabel 8: competentiegebied Leren en ontwikkelen.
4.4
Competentiegebied Professioneel handelen
Omschrijving
De tandartsassistent toont door haar professionele gedrag en de inzet van haar kennis dat zij verantwoorde ondersteuning kan bieden bij de tandheelkundige zorgverlening.
Competenties
De tandartsassistent is in staat om:
1. om te gaan met patiënten van verschillende etnische en culturele achtergronden en zich in te leven in hun levensomstandigheden
2. adequaat om te gaan met beroepssituaties die zij als moeilijk of stressvol ervaart
3. professioneel te blijven functioneren onder grote druk
4. verantwoordelijkheid te tonen voor de kwaliteit van het eigen handelen
5. de privacy van patiënten te waarborgen
6. uitingen van onvrede te signaleren en hierop actie te ondernemen
7. (bijna) incidenten en calamiteiten te signaleren en te melden conform wet- en regelgeving en procedures Veilig Incident Melden (VIM)
8. op de juiste momenten collega’s in te schakelen
9. lichamelijke signalen en gedragssignalen die wijzen op kindermishandeling of huiselijk geweld te herkennen en te duiden
Kennis
De tandartsassistent heeft brede en op onderdelen specialistische kennis van:
• kenmerken van professionaliteit en een professionele beroepshouding
• kostenbewust handelen
• ethisch handelen
• signalen kindermishandeling en/of huiselijk geweld
• procedures Veilig Incident Melden (VIM)
• EHBO- en reanimatietechnieken
• wet- en regelgeving, zoals Wet BIG, de Wkkgz, de WGBO
• taakbegrenzing
• kwaliteitseisen ten aanzien van de tandheelkundige zorgverlening, verrichtingen en praktijkvoering
• kwaliteitssystemen die worden gebruikt in mondzorgpraktijken
• ergonomisch werken
Tabel 9: competentiegebied Professioneel handelen.
De taakgebieden en taken van de tandartsassistent Naast de competenties dient de tandartsassistent zich te bekwamen in het uitvoeren van haar kerntaken in de mondzorg. Kerntaken zijn taken waarmee tandartsassistenten zich onderscheiden van andere beroepen. Die geven aan wat de tandartsassistent in essentie doet. Deze taken zijn te verdelen in zes taakgebieden. Afhankelijk van het type assistent (A, B of C), de context waarin de assistent werkt en de teamsamenstelling zullen taken al dan niet aan bod komen. De taakgebieden van de tandartsassistent kunnen, afhankelijk van de individuele praktijksituatie en praktijkomstandigheden en haar takenpakket, zijn: 1. verrichten van frontofficewerkzaamheden
2. geven van voorlichting en advies
3. ondersteunen bij de behandeling van patiënten
4. uitvoeren van onderdelen van tandheelkundige behandelingen
5. uitvoeren van ondersteunende werkzaamheden voor logistiek en (ICT-)beheer
6. werken aan kwaliteit, veiligheid en deskundigheid
Bij elk taakgebied maakt de tandartsassistent, indien zij met dat taakgebied in de praktijk te maken krijgt, in meer of mindere mate gebruik van de competentiegebieden die in dit TA-A zijn beschreven. De competentiegebieden overlappen elkaar met als centrale rol het vakinhoudelijk handelen van de tandartsassistent.
Hieronder worden per taakgebied, naast de centrale rol vakinhoudelijk handelen, de maximaal vier belangrijkste competentiegebieden genoemd, waarvan indien van toepassing gebruik wordt gemaakt bij het betreffende taakgebied. Daarna is beschreven welke taken de assistent eventueel heeft. Tot slot is beschreven welk gedrag daarbij gewenst is.
Taakgebied: Verrichten van frontofficewerkzaamheden
✓ Communiceren
✓ Samenwerken
✓ Organiseren
✓ Professioneel handelen
Toelichting
Bij dit taakgebied gaat het in essentie om ‘baliewerk’ en dus om het ontvangen en introduceren van patiënten in de praktijk. Ook gaat het om patiëntencontact via de telefoon of digitaal. Daarnaast betreft het diverse administratieve (balie)werkzaamheden.
Taken:
• neemt de telefoon aan, handelt gesprekken en e-mails zelfstandig af en overlegt hierover indien nodig met een inhoudelijk deskundige
• staat patiënten en derden aan de balie te woord en verstrekt, conform geldende protocollen, de benodigde informatie
• vraagt de patiënt, met inachtneming van de privacyregels, om de benodigde gegevens, zoals NAW, BSN, tandheelkundige-, medische- en verzekeringsgegevens. Slaat de gegevens op in het daartoe bestemde systeem. Ziet erop toe dat de gegevens in het systeem actueel zijn
• controleert de gegevens van de patiënt in de daarvoor bestemde databanken
• draagt zorg voor het laten invullen van een (digitale) medische anamneselijst door de patiënt en het verwerken ervan
• plant in overleg met de patiënt, afspraken in en bewaakt en beheert de agenda
• attendeert zo nodig de behandelaar en de patiënt op gemaakte afspraken en onderneemt de afgesproken acties bij niet nagekomen afspraken
• verheldert aan de hand van geldende (triage)protocollen de tandheelkundige vraag of pijnklacht en beoordeelt deze op spoedeisendheid en behandelingsduur en overlegt bij twijfel met de behandelaar
• verwerkt standaardrecepten en verwijsbrieven, print deze en geeft deze na controle en ondertekening door de behandelaar mee aan de patiënt
• maakt zo nodig de facturen middels het tandheelkundig softwarepakket
• verstrekt zo nodig de factuur aan de patiënt en zorgt voor juiste afwikkeling bij contante betaling
• neemt conform hiertoe geldende afspraken in de praktijk klachten van patiënten in ontvangst en zorgt dat deze terechtkomen bij de daarvoor verantwoordelijke functionaris
Gedrag
Patiënten en derden zijn op professionele wijze ontvangen en te woord gestaan. De juiste gegevens zijn verzameld, gecontroleerd en correct opgeslagen in het daartoe bestemde systeem. Er is een inschatting gemaakt van de spoedeisendheid en behandelingsduur van vragen en pijnklachten. De gegeven informatie is duidelijk voor de patiënt. Afspraken zijn correct ingepland en klachten zijn op correcte wijze in ontvangst genomen.
Taakgebied: Geven van voorlichting en advies
✓ Communiceren
✓ Samenwerken
✓ Gezondheidsbevorderend handelen
✓ Professioneel handelen
Toelichting
Als antwoord op vragen van patiënten of als onderdeel van de behandeling geeft de tandartsassistent advies en voorlichting aan patiënten. Ze geeft suggesties en raad en informeert over het voorkomen van tandheelkundige problemen en het bevorderen van mondgezondheid.
Taken:
• geeft voorlichting en advies aan patiënten over het voorkomen van tandheelkundige problemen, het bevorderen van de mondgezondheid, mondzorgproducten, prothesen en tandheelkundige behandelingen en geeft instructies ter verduidelijking van het advies en/of verstrekt voorlichtingsmateriaal
• geeft voorlichting over eventuele nazorg
• attendeert de patiënt op andere informatiebronnen, bijvoorbeeld folders en websites
• motiveert de patiënt tot preventie en therapietrouw
• registreert het advies in de daartoe bestemde dossiers en systemen
• bespreekt haar bevindingen zo nodig met de behandelaar
Gedrag
De patiënt heeft op passende wijze voorlichting en advies ontvangen en heeft de betreffende informatie begrepen. De tandartsassistent heeft op professionele wijze gebruikgemaakt van voorlichtingsmateriaal.
De patiënt is gemotiveerd tot preventie en therapietrouw.
Taakgebied: Ondersteunen bij de behandeling van patiënten
✓ Samenwerken
✓ Communiceren
✓ Organiseren
Toelichting
De tandartsassistent assisteert de tandarts/specialist aan de stoel bij de behandeling van de patiënt. Ze registreert de behandeling in een (gedigitaliseerd) patiëntendossier.
Taken:
• maakt de behandelkamer, materialen en instrumentarium gereed voor de behandeling
• assisteert de behandelaar bij de behandeling van de patiënt, licht de behandeling en de werkwijze toe aan de patiënt en informeert de patiënt over eventuele vervolgstappen
• reinigt en desinfecteert volgens geldende protocollen, richtlijnen en werkinstructies de behandelkamer, verontreinigde oppervlakken, gebruikte materialen en instrumenten.
• draagt zorg voor onderhoud van instrumenten en ruimt deze op
• registreert de patiënt- en behandelgegevens in de daartoe bestemde dossiers en systemen
Gedrag
De tandartsassistent heeft op professionele wijze geassisteerd bij de behandelingen. De patiënt is op professionele wijze begeleid tijdens de behandeling en is voldoende en op heldere wijze geïnformeerd en zo goed mogelijk gerustgesteld over de behandeling en eventuele na-effecten. Behandelkamer, verontreinigde oppervlakken, materialen en instrumenten zijn veilig en hygiënisch gereinigd en opgeruimd en/of klaargelegd voor een volgende behandeling.
Taakgebied: Uitvoeren van onderdelen van tandheelkundige behandelingen
✓ Communiceren
✓ Samenwerken
✓ Professioneel handelen
✓ Gezondheidsbevorderend handelen
Toelichting
Gedurende de patiëntbehandeling voert ze in opdracht van de tandarts/specialist zelfstandig onderdelen van tandheelkundige behandelingen uit. Ze bereidt voor, registreert, ruimt op en maakt schoon.
Taken:
• voert, in opdracht en conform de geldende richtlijnen, protocollen en werkinstructies, onderdelen van tandheelkundige behandelingen uit. De werkzaamheden kunnen bestaan uit: het nemen van (begin) afdrukken, het maken van gipsmodellen/lepels, het verrichten van tandtechnische werkzaamheden, het maken van kleurenfoto’s van gezicht en gebit, het maken van 3D-gebitsscans, slijpen van instrumenten, vervaardigen van noodkronen, hechtingen verwijderen, droogleggen behandelgebied, aanbrengen cofferdam, sealen en taken op het gebied van preventie en mondhygiëne: anamnese/update afnemen, uitvoeren plaque-kleurtest, fluoride-applicatie, behandelen gevoelige tandhalzen en polijsten en het belichten en verwerken van intra-orale röntgenopnamen
• bespreekt haar bevindingen met de behandelaar
• registreert de behandelgegevens in de daartoe bestemde dossiers en systemen
Gedrag
In opdracht van de behandelaar zijn op professionele wijze tandheelkundige handelingen zelfstandig of indien nodig onder toezicht uitgevoerd. Bij bijzonderheden is adequaat gehandeld.
Taakgebied: Uitvoeren van ondersteunende werkzaamheden voor logistiek en beheer
✓ Organiseren
✓ Communiceren
✓ Samenwerken
Toelichting
De tandartsassistent draagt zorg voor de organisatie, planning en administratie in de praktijk. De tandartsassistent regelt algemene zaken ten behoeve van het goed functioneren van de praktijk.
Taken:
• draagt zorg voor de dagelijkse organisatie van en planning in de praktijk
• verzorgt de (digitale) schriftelijke correspondentie met patiënten en derden
• verricht administratieve werkzaamheden, zoals het verwerken van intake- en anamneselijsten, maken van etiketten, verwerken van mutaties in NAW- en/of verzekeringsgegevens
• verwerkt in- en uitgaande post en attendeert collega’s en de werkgever op relevante stukken
• beheert en archiveert digitale patiëntendossiers
• zorgt ervoor dat de (digitale) praktijkinformatie up-to-date is
• draagt zorg voor het voorraadbeheer (‘first in, first out’) en verricht bestellingen
• onderhoudt de contacten met het tandtechnische laboratorium en dental depots
• zorgt voor (planning van) onderhoud van apparatuur en schakelt indien nodig externen in (bijvoorbeeld leveranciers, monteurs voor onderhoud van apparatuur)
Gedrag
De ondersteunende werkzaamheden zijn conform de geldende instructies en procedures uitgevoerd. De tandheelkundige dossiers en de administratie van de praktijk zijn op orde. Voorraad is voldoende aanwezig en apparatuur functioneert naar behoren.
Taakgebied: Werken aan kwaliteit, veiligheid en deskundigheid
✓ Leren en ontwikkelen
✓ Communiceren
✓ Samenwerken
✓ Organiseren
Toelichting
De tandartsassistent geeft een zodanige invulling aan de taken dat kwaliteit en veiligheid worden gewaarborgd. Ze levert een bijdrage aan het (kwaliteits)beleid en het beheer van de organisatie. De tandartsassistent houdt, met medewerking van de tandarts/specialist, haar deskundigheid op peil, zodat zij haar werk zo goed mogelijk kan uitvoeren.
4.5
Taken:
• houdt het deskundigheidsniveau op peil door het lezen van vakliteratuur, het volgen van bij- en nascholing, het deelnemen aan lezingen en congressen, et cetera en volgt relevante ontwikkelingen op het gebied van nieuwe behandelingen, producten en wet- en regelgeving
• stemt relevante zaken ten aanzien van het eigen vakgebied af met collega’s en anderen
• werkt actief mee aan kwaliteitsverbetering van de praktijkvoering en zorgverlening, bijvoorbeeld door deel te nemen aan ontwikkel- of intervisiegroepen en de kennis van het vakgebied om te kunnen omzetten naar verbetering
• draagt bij aan het veilig werken in de tandartspraktijk bijvoorbeeld door zelf zorgen voor en het stimuleren bij anderen van veilige naleving van richtlijnen en protocollen, signaleren van (bijna) incidenten en het melden conform wet- en regelgeving, vertrouwelijk omgaan met gegevens en veilig verwerken ervan in systemen en waarborgen van privacy
• stemt werkzaamheden af met collega’s en de werkgever, signaleert organisatorische en procesmatige knelpunten en formuleert verbetervoorstellen
• neemt deel aan werkoverleg
Gedrag
De deskundigheid van de tandartsassistent is actief en adequaat bevorderd en doelbewust aangewend om veilig te werken en de kwaliteit van de werkzaamheden te verbeteren. Werkzaamheden zijn afgestemd met betrokkenen en er is op professionele wijze deelgenomen aan relevante overleggen.
Relatie taakgebieden met de competenties van de tandartsassistent
In deze afbeelding is weergegeven welke competenties volgens de klankbordgroep het meest belangrijk zijn bij het uitvoeren van een taak, indien deze taak behoort tot het takenpakket van de specifieke assistent. De belangrijkste competenties zijn opgenomen in de tekst van het taakgebied. In deze afbeelding staan de taakgebieden op de verticale as en de competenties op de horizontale as.
1. Verrichten van frontofficewerkzaamheden
2. Geven van voorlichting en advies
3. Ondersteunen bij de behandeling van patiënten
4. Uitvoeren van onderdelen van tandheelkundige behandelingen
5. Uitvoeren van ondersteunende werkzaamheden voor logistiek en (ICT-)beheer
6. Werken aan kwaliteit, veiligheid en deskundigheid
Tabel 10: Relatie taakgebieden en competenties tandartsassistent
5.1
Loopbaanpaden in de mondzorgpraktijk
Functies in de mondzorgpraktijk
In de mondzorgpraktijk zijn er verschillende functies waarmee kan worden doorgestroomd richting de functie van tandartsassistent. Alle praktijken kennen de functie ‘baliemedewerker’ en veel (grote) praktijken hebben ook de functie ‘assistent omloop en sterilisatie’. Ook is er in sommige praktijken de functie ‘junior tandartsassistent’, wat een functie kan zijn voor een tandartsassistent in opleiding. Vanuit al deze functies kan worden gestart naar de functie van tandartsassistent.
ABC-loopbaanpad: tandartsassistent - preventieassistent - paro-preventieassistent
In de mondzorgpraktijk kunnen tandartsassistenten A hun loopbaan vervolgen en doorgroeien naar de functie van preventieassistent (B) en paro-preventieassistent (C). Dit is in de mondzorgpraktijk een logisch loopbaanpad voor de assistent. Deze assistenten zijn werkzaam op het gebied van de preventie en mondhygiëne. Zij informeren en adviseren patiënten en voeren in opdracht van de tandarts of mondhygiënist (onderdelen van) ‘risicovolle en/of voorbehouden handelingen’ uit. Voor hen gelden hiervoor de regels van de Wet BIG en het Toetsingskader IGJ (2023). Hierbij staan ‘bekwaam zijn, jezelf bekwaam achten en voelen en bekwaam worden geacht voor de taak’ centraal. In de tabel hiernaast worden de regels nader toegelicht.
Aan assistenten, die door de tandarts of mondhygiënist bekwaam worden geacht en ook zichzelf bekwaam vinden, kunnen (deel)taken onder voorwaarden (zie tabel) worden gedelegeerd, die zijn ‘voorbehouden’ aan de tandarts en mondhygiënist. Dit geldt bijvoorbeeld voor het maken van röntgenopnames of het verwijderen van tandsteen ‘onder het tandvlees’ (subgingivaal) door paro-preventieassistenten. Daarnaast kan het gaan over zogenaamde ‘risicovolle’ handelingen. Het gaat bijvoorbeeld om het uitvoeren van bepaalde (tandheelkundige) handelingen op het gebied van preventie en parodontologie (zie ook paragraaf 4.2 en paragraaf 5.2). Het is daarom uitermate belangrijk dat voor deze functies een kwalitatief hoogstaande opleiding is gevolgd.
Regels Wet BIG en Toetsingskader IGJ door assistent laten uitvoeren van (delen van) voorbehouden handelingen.
De tandarts of geregistreerd-mondhygiënist:
• is BIG-geregistreerd en stelt de indicatie
• geeft een opdracht aan de tandartsassistent, per patiënt, en evalueert de uitvoering daarvan; de opdracht wordt schriftelijk vastgelegd in een protocol of bij gebrek daaraan in het dossier van de patiënt
• gaat na of de tandartsassistent bekwaam is om de voorbehouden handeling naar behoren uit te voeren
• borgt de mogelijkheid van toezicht en/of tussenkomst: telefonische bereikbaarheid of toezicht op afstand is niet voldoende, aanwezigheid in de praktijk is een vereiste
• geeft zo nodig aanwijzingen
De tandartsassistent:
• handelt uitsluitend in en na opdracht van een BIG-geregistreerd tandarts of geregistreerdmondhygiënist
• gaat na of zij bekwaam is om de voorbehouden handeling naar behoren uit te voeren
• gaat na of de mogelijkheid van toezicht en/of tussenkomst geborgd is
• volgt gegeven aanwijzingen op
• informeert de patiënt dat de voorbehouden handeling in opdracht van de tandarts of geregistreerd-mondhygiënist wordt uitgevoerd, vraagt de patiënt in dat kader om toestemming en legt deze toestemming vast in het dossier
In de mondzorg kan het gaan om eventueel te delegeren taken uit voorbehouden- en/of risicovolle (deel)handelingen uit het domein van de tandarts en/of geregistreerd-mondhygiënist.
Figuur 3 Regels voor in opdracht laten uitvoeren (delen) voorbehouden en risicovolle handelingen (IGJ, 2023)
ABC-opleidingsstructuur
Voor het hiervoor genoemde ABC-loopbaanpad is de branche-erkende ABC-opleidingsstructuur ingericht. Zoals ook in paragraaf 1.4 vermeld, streeft de KNMT naar kwalitatief hoogwaardige mondzorg en stelt daarom eisen aan de kwaliteit van mondzorgprofessionals en zo ook aan die van de tandartsassistent. Bij de mbo-opleidingen is de kwaliteit middels een door de overheid vastgesteld kwalificatiedossier geborgd. Voor niet door de overheid bekostigde (vervolg)scholing ontbrak kwaliteitsborging. De branche-erkende ABC-opleidingsstructuur voorziet hierin en heeft (vooralsnog) voor de assisterende functies tandartsassistent (A), preventieassistent (B) en paro-preventieassistent (C) kwalificatieprofielen ontwikkeld. Hierin zijn kwalificatie-eisen beschreven voor deze drie functies (www.knmt.nl). Het branchekwalificatieprofiel A is gebaseerd op dit voorliggende BCP Tandartsassistent en het mbokwalificatiedossier. In de praktijk is de functie van preventieassistent al decennia erkend als waardevol. Met het bieden van een ABC-structuur wordt de kwaliteit van dit loopbaanpad geborgd (zie paragraaf 1.4 voor de opzet van de ABC-structuur).
De kwalificatieprofielen bieden duidelijke kaders aan branche-erkende opleiders van tandartsassistenten. Zij gebruiken deze als basis en richtlijn voor hun niet door de overheid bekostigde branche opleidingen. Ook maakt het profiel aan andere betrokken partijen duidelijk wat zij kunnen verwachten van middels de ABC-structuur gekwalificeerde tandartsassistenten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan patiëntenorganisaties, verzekeraars, et cetera. Daarbij dient te worden aangemerkt dat met name voor de tandartsassistent (A) geldt dat deze een brede basisopleiding heeft, maar dat deze niet per definitie voor alle onderdelen waartoe zij is opgeleid in de praktijk wordt ingezet. Aan de hand van de ABC-structuur is derhalve duidelijk waartoe de A-, B- en C-assistenten zijn opgeleid en tot welke handelingen zij bekwaam zijn, maar het is van de individuele praktijksituatie en praktijkomstandigheden afhankelijk waartoe de assistent wordt ingezet. Haar taakuitoefening in de praktijk doet niets af aan haar capaciteiten en bekwaamheden, maar bepaalt wel mede hoe zij door het veld gekwalificeerd wordt. Hierna volgt een beschrijving van de drie functies. Gedetailleerde opleidingsvereisten staan beschreven in de documenten Kwalificatieprofielen Mondzorgassistenten A, B en C (www.knmt.nl).
Tandartsassistent (A)
De tandartsassistent (A) is opgeleid volgens dit BCP Tandartsassistent en verricht de taken zoals beschreven in dit BCP. Zij werkt conform de eisen van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) en de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO). De eisen voor de branche-erkende A-opleiding (tandartsassistent) voldoen ten minste aan het BCP TA-A en het kwalificatiedossier (mbo-4), met uitzondering van de generieke vakken Nederlands, Engels, rekenen, loopbaan en burgerschap. Voor toelating tot de branche-erkende opleidingen ABC worden instroomeisen gesteld. Zie daarvoor het document ‘ABC Kwalificatieprofiel Mondzorgassistenten’. Een functieprofiel voor deze functie is te vinden op www.knmt.nl.
Preventieassistent (B)
De preventieassistent (B) voert in opdracht van de tandarts conform de regels van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) en de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) onderdelen van tandheelkundige behandelingen uit, met name op het gebied van preventie en mondhygiëne. Daarnaast biedt de preventieassistent (B), net als de tandartsassistent (A), ondersteuning aan tandheelkundige zorgverleners bij de voorbereiding, uitvoering en afronding van patiëntbehandelingen. De functie omvat dan ook de werkzaamheden van de tandartsassistent (A). De mate van zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en complexiteit is bij de functie van preventieassistent (B) hoger dan bij de functie van tandartsassistent (A). Net zoals de senior tandartsassistent (A) is de preventieassistent (B) in staat om de werkzaamheden van een tandartsassistent (A) ook in complexe situaties met enig gemak te verrichten. De preventieassistent (B) werkt volgens professionele richtlijnen, werkinstructies en protocollen van de organisatie. Een functieprofiel voor deze functie is te vinden op www. knmt.nl.
Paro-preventieassistent (C)
De paro-preventieassistent (C) voert ook zelfstandig in opdracht van de tandarts conform de regels van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) en de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) onderdelen van tandheelkundige behandelingen uit, op het gebied van preventie, mondhygiëne en parodontitis. De paro-preventieassistent (C) is deskundig op het
5.2
gebied van parodontologie en beschikt over de kennis, vaardigheden en beroepshouding voor het op aanwijzing en onder toezicht uitvoeren van het paro-preventietraject en eventueel (onderdelen van) het parodontologietraject. Zij is aanvullend deskundig op gebieden als microbiologie, speeksel en halitose. Ook heeft de paro-preventieassistent (C) diepgaande en achtergrondkennis over specifieke onderwerpen, zoals communicatie op het gebied van gedragsverandering, parodontitis en voeding.
De paro-preventieassistent werkt in veel praktijken ook als tandartsassistent (A) en/of als preventieassistent (B). Daarom omvat de functie ook de werkzaamheden van een tandartsassistent en preventieassistent. De mate van zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en complexiteit is bij de functie van paropreventieassistent (C) hoger dan bij de functies van tandartsassistent (A) en preventieassistent (B). Net zoals de preventieassistent is de paro-preventieassistent in staat om de werkzaamheden van tandartsassistent ook in complexe situaties met enig gemak te verrichten. De paro-preventieassistent werkt volgens professionele richtlijnen, werkinstructies en protocollen van de organisatie. Een functieprofiel voor deze functie is te vinden op www.knmt.nl.
Overige loopbaan mogelijkheden voor de tandartsassistent
De tandartsassistent kan haar carrière ook op andere wijze voortzetten.
Senior tandartsassistent
Naast het ABC-pad kan de tandartsassistent haar carrière voortzetten in de functie van senior tandartsassistent, waarbij ze ook beginnende assistenten begeleidt.
Loopbaanpad praktijkondersteuning en management
Assistenten die bijvoorbeeld als baliemedewerker (of tandartsassistent) beginnen, kunnen ook kiezen voor een loopbaanpad in de richting van praktijkondersteuning en management. Hier behoort doorstroom naar de functies van officemanager en praktijkmanager tot de mogelijkheden.
Assisteren in de orthodontie of kaakchirurgie
Soms starten assistenten direct bij een orthodontiepraktijk of op een afdeling Mondziekten, Kaak- een Aangezichtschirurgie van een ziekenhuis of een zelfstandig behandelcentrum. Ook doorstroom van de functie van tandartsassistent is mogelijk naar deze functies. Deze assisterenden hebben deels een ander takenpakket dan de tandartsassistent.
Orthodontie-assistent
Een assistent in de orthodontie ondersteunt de orthodontist bij de behandeling en voert zelf een aantal handelingen uit. Zoals het maken van afdrukken, het geven van poetsinstructie, het verwisselen van de ijzerdraadjes bij een vaste beugelbehandeling en het plaatsen en verwijderen van beugels. Dit gebeurt allemaal in opdracht en onder controle van de orthodontist.
Assisistent kaakchirurgie
Kenmerkend voor het werken in de kaakchirurgie is dat het assisteren van de kaakchirurg of tandarts bij chirurgische ingrepen wordt uitgevoerd in een steriele werkomgeving. De werkzaamheden van de assistent in de kaakchirurgie kunnen bestaan uit het onderzoeken van patiënten in overleg met de kaakchirurg/tandarts volgens richtlijnen en binnen vastgestelde kaders, het aanbrengen of verwijderen van hechtingen, het maken en verwerken van intra- en extra-orale röntgenopnamen en het geven van lokale anesthesie.
Voor doorgroei naar al deze functies zijn brancheopleidingen beschikbaar.
Bijlagen
Bijlage 1
Validering en betrokkenen bij ontwikkeling TA-A
Validering
Het BCP TA-A is het vigerende beroepscompetentieprofiel van de tandartsassistent en is door het bestuur van de Koninklijke Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde (KNMT) vastgesteld.
Betrokkenen BCP TA-A versie 2025
Het BCP TA-A is vastgesteld door het bestuur van de KNMT:
• Dhr. J. (Hans) de Vries (voorzitter, tandarts);
• Mw. J.M. (Joke) Kwakman (bestuurslid, kaakchirurg);
• Dhr. R.R. (Rinke) Rinke Blok (penningmeester, tandarts);
• Mw. E. (Ellemieke) Hin (bestuurslid, tandarts-endodontoloog).
Commissie Opleidingen KNMT
• Dhr. E.J.M. (Erik) van Groen (voorzitter, tandarts en opleidingscoördinator tandartsassistent ROC Talland College);
• Dhr. D.R. (Dirk) Bakker (tandarts, docent opleiding tandheelkunde ACTA);
• Dhr. J.H. (Jacques) Weijmar (tandarts, coördinator geconcentreerde Tandartsen Opleiding Voor Artsen (TOVA), Radboud UMC);
• Dhr. Th. (Thomas) van de Winkel (tandarts en kaakchirurg);
• Dhr. S.G.R. (Stan) Banus (hoofd strategie & beleid KNMT).
Werkgroep KNMT
• Mw. M.H.H. (Marieke) Bolk, onderwijskundige, MB Onderwijskundig Ontwerp & Advies (extern);
• Mw. mr. J.M. (Joan) van der Ven, hoofd juridische zaken en jurist KNMT;
• Mw. M.E. (Maren) de Wit, tandarts, bestuurslid Stichting Register Preventieassistenten;
• Mw. M.T.G.G. (Maud) van Gageldonk, preventieassistent, bestuurslid Stichting Register Preventieassistenten;
• Mw. M. T. (Marion) Seuntjes, mondhygiënist, bestuurslid Stichting Register Preventieassistenten;
• Mw. B. (Birgitta) Klompenhouwer, agile coach, projectleider implementatie.
Klankbordgroep opleidingen
• Mw. L. (Lies) Ligtvoet, eigenaar Dental Best Practice;
• Dhr. G (Gerard) Bakker, directeur Academie Tandartsenpraktijk;
• Dhr. P. (Pieter) Schram, directeur Edin Dental Academy.
Overige betrokkenen
Naast bovengenoemde personen zijn er nog tal van betrokkenen geweest die zich bij het initiatief en/ of de ontwikkeling van ABC Mondzorgassistenten op enige wijze hebben ingezet voor dit initiatief. In het bijzonder voormalig bestuursleden van de KNMT dhr. R.J. (Ravin) Raktoe en dhr. R.H. (Richard) Kohsiek, voormalig directeur van Edin dhr. A.P. van Riet en voormalig commissielid opleidingen dhr. P. (Pieter) Nollet.
Bijlage 2
Gebruikte bronnen
Bij de ontwikkeling van het TA-A is gebruikgemaakt van onderstaande bronnen:
• ANT. ABC Beroeps- en Kwalificatieprofiel: ANT, 2020.
• Bruers. J.J.M. Trends en ontwikkelingen in de beroepsgroep en de beroepsuitoefening. QP TANDHEELKUNDE | WWW.QUALITYPRACTICE.NL | JAARGANG 12 | NUMMER 5 | APRIL 2017.
• FDI World Dental Federation. Vision 2020 Think Tank. A new definition for oral health. A New Definition of Oral Health: Executive summary. www.fdiworldental.org
• Inspectie Gezondheid en Jeugd. Toetsingskader taakdelegatie in de mondzorg. Den Haag: 2023.
• KNMT. Beroepsprofiel Tandartsassistent. Nieuwegein: KNMT: 2005 en 2013.
• KNMT. De mondzorgpraktijk in de toekomst; Beleidsnotitie. Utrecht: KNMT, 2023.
• KNMT. (2010, 2024). Functieprofielen. Geraadpleegd op 12 maart 2024, van https: knmt.nl/ personeelszaken/medewerkers-aannemen.
• KNMT. Het begint bij goede mondzorg; Meerjarenplan 2020-2025. Utrecht: KNMT, 2019.
• KNMT Peilstations. Onderzoek Tandheelkundige Praktijkvoering 2020; Typen tandartspraktijken in Nederland. Utrecht: KNMT, 2021.
• KNMT Peilstations. Onderzoek Tandheelkundige Praktijkvoering: Werksituatie van niet-praktijkhoudende tandartsen in 2018; Tabellenrapport 19.04. Utrecht: KNMT, 2018.
• KNMT. (2024). Richtlijnen. Geraadpleegd op 12 maart 2024, van https://knmt.nl/praktijkzaken/richtlijnen
• KNMT. Scholten, H. (2023). IGJ vernieuwt toetsingskader taakdelegatie. Geraadpleegd op 12 maart 2023, van https://knmt.nl/nieuws/igj-vernieuwt-toetsingskader-taakdelegatie
• Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Opdracht voorbehouden handelingen. Hoe ga ik hiermee om? Den Haag: 2023.
• Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Uitleg opdracht voorbehouden handelingen. Den Haag: 2023.
• Patiëntenfederatie Nederland. (2024). Patiëntenrechten (WGBO). Geraadpleegd op 12 maart 2024, van https://www.patientenfederatie.nl/over-de-zorg/patiëntenrechten.
• Sanden. W.J.M. van der, Tams J, Mettes TG, Bruers J. Serie: Onderwijs en de tandarts anno 2025. Op bewijs gebaseerde praktijkrichtlijnen in de opleiding; voorstel tot een academische leerlijn ‘kwaliteit en veiligheid van mondzorg’. NTVT. 2019.
• SBA. Beroepscompetentieprofiel Apothekersassistent 2019. Nieuwegein: SBA, 2019.
• The Royal College of Physicians and Surgeons of Canada. CanMEDS framework. 2015.
Begrippenlijst
ABC Mondzorgassistenten
ABC Kwalificatieprofielen Mondzorgassistenten
De door de branche erkende praktische opleidingsstructuur voor tandartsassistenten, zowel organisatorisch als vakinhoudelijk.
Documenten met daarin alle vereiste competenties, kennis, vaardigheden en aanvullende opleidingseisen benodigd voor het opleiden tot een brancheerkende tandartsassistent (A), preventieassistent (B) en paropreventieassistent (C). Het document beschrijft de eisen die worden gesteld aan opleidingen die tot een branche-certificaat leiden. Dit document wordt beheerd door het Register Mondzorgassistenten.
AVG Sinds 2018 is de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) van toepassing. Dat betekent dat in de hele Europese Unie (EU) dezelfde privacywetgeving geldt. Dit houdt in dat je transparant bent richting de patiënt over de persoonsgegevens die worden verwerkt. Ook heeft de patiënt rechten, ook vanuit de WGBO, zoals het recht om het dossier in te zien of om gegevens te laten aanpassen. Bovendien moet de patiënt erop worden gewezen dat de mogelijkheid bestaat om op basis van de AVG een klacht in te dienen bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP).
BCP
Behandelaar
Een beroepscompetentieprofiel (BCP) wordt ontwikkeld vanuit een behoefte van brancheorganisatie(s) en/of doordat er vanuit de arbeidsmarkt behoefte is aan gediplomeerden voor het beroep. In het beroepscompetentieprofiel staat beschreven waaraan een vakvolwassen beroepsbeoefenaar moet voldoen.
Een beroepscompetentieprofiel kan worden gebruikt als instrument voor personeelsbeleid (waaronder het ontwikkelen van functieprofielen), om de vraag naar beroepsonderwijs te verhelderen en om input te geven aan de opleiding voor de toekomstige beroepsbeoefenaren.
In het TA-A is gekozen voor de term ‘behandelaar’. Met de term ‘behandelaar’ wordt gerefereerd aan de tandarts, de tandarts-specialist en de (geregistreerd-)mondhygiënist.
Competenties De competenties zijn in het CanMEDS-model onder de competentiegebieden geplaatst en zorgen voor de specifieke inkleuring van de functie tandartsassistent.
Complexiteit
Kerntaken
Het begrip ‘complexiteit’ omvat de complexiteit van het beroep. De complexiteit van het beroep wordt onder meer bepaald door de aard en inhoud van het werk, de diversiteit van de werkzaamheden, de context, de noodzaak om snel te kunnen schakelen tussen de werkzaamheden en de keuzes en beroepsdilemma’s waar de beroepsbeoefenaar mee om moet gaan.
Set van inhoudelijk samenhangende beroepsactiviteiten die door een belangrijk deel van de beroepsbeoefenaren in een bepaald beroep of bepaalde functie worden uitgeoefend en die kenmerkend zijn voor dat beroep of die functie.
Kwalificatiedossier Een kwalificatiedossier (KD) wordt gebruikt in het mbo in Nederland om aan te geven wat een student aan het eind van zijn opleiding moet kennen en kunnen; het beschrijft de eisen waaraan een student moet voldoen om zijn diploma te behalen. Kwalificatiedossiers worden gemaakt door kenniscentra i.s.m. scholen en branches en vastgesteld door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW).
Meldcode
Mbo
NLQF/EQF
Beroepskrachten in de zorg, welzijn en andere zelfstandige beroepsbeoefenaren zijn verplicht een meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld te gebruiken. (KNMG, 2018). Het tandheelkundige team heeft een belangrijke rol bij de signalering en aanpak van kindermishandeling of huiselijk geweld. Het gaat daarbij niet direct om het melden, maar allereerst om het doorlopen van een stappenplan.
Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) leidt studenten op voor een beroep. Er zijn opleidingen op vier niveaus. Voor elk mbo-niveau gelden toelatingseisen.
Internationaal raamwerk (NLQF/EQF) voor niveau-aanduidingen van onderwijs. Het kent acht niveaus en een instroomniveau. De niveaus zijn vastgesteld aan de hand van beschrijvingen van wat iemand weet en kan na voltooiing van het leerproces. Deze beschrijvingen van kennis, vaardigheden, zelfstandigheid en verantwoordelijkheid noemen we leerresultaten (NLQF, 2023).
Patiëntendossier Op basis van de WGBO is de tandarts verplicht om een dossier bij te houden met betrekking tot de behandeling van de patiënt. Hierin zijn alle gegevens over de gezondheid van de patiënt en de verrichtingen die zijn uitgevoerd vastgelegd. In de herziene richtlijn Patiëntendossier (KNMT, 2019) is o.a. omschreven welke stukken in dit kader van belang zijn en wat de bewaartermijn is.
Radiologie
Register
Mondzorgassistenten
(voorheen Register
Preventieassistenten)
Röntgenopnamen worden frequent gebruikt in de tandheelkunde. Ze bieden informatie die op een andere wijze niet verkregen kan worden. Deze informatie dient te worden gebruikt als aanvulling op de klinische informatie ter ondersteuning van de diagnostiek en behandelplanning. Het maken van röntgenopnamen is een voorbehouden handeling. In de richtlijn Radiologie (KNMT, 2018) staat onder andere de scholingseisen beschreven. Voor de tandartsassistent geldt het volgende: ‘als de assistent een mbo-opleiding tandartsassistent (met radiologische opnametechnieken in het curriculum) heeft gevolgd, is verdere opleiding niet noodzakelijk’.
Organisatie binnen de KNMT die streeft naar de registratie en kwalificatie (conform ABC-structuur) van in Nederland werkzame mondzorgassistenten. Vooralsnog gaat het om tandartsassistenten (A), preventieassistenten (B) en paro-preventieassistenten (C). Tevens houdt het register zich bezig met het accrediteren van opleiders in de mondzorg die branche-erkende tandartsassistenten willen opleiden, bij- en nascholen.
NB Het Register Mondzorgassistenten komt voort uit het voormalig Register Preventieassistenten. Dit wordt op moment van schrijven omgevormd tot een nieuw register.
Richtlijn infectiepreventie in mondzorgpraktijken
SBB
De richtlijnen Infectiepreventie zijn landelijke richtlijnen voor de preventie van infecties binnen de intramurale gezondheidszorg. Ze zijn gericht op preventie van infecties bij patiënten, maar ook op het voorkomen van (beroeps)ziekten bij de zorgverleners. Binnen de tandheelkunde is een eigen richtlijn opgesteld (KNMT 2016) voor het werken in mondzorgpraktijken. Deze is gericht op minimalisering van het risico op infecties bij de patiënten die in een mondzorgpraktijk worden behandeld en minimalisering van het risico op infecties bij medewerkers tijdens het uitvoeren van hun werkzaamheden.
Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) voert taken uit in opdracht van het ministerie van OCW, zoals het erkennen en begeleiden van leerbedrijven, onder andere voor stages en leerbanen. Ook ontwikkelt de SBB de kwalificatiestructuur en levert zij stage- en arbeidsmarktinformatie. Tot slot is SBB de plek waar beroepsonderwijs en bedrijfsleven afspraken maken over de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt.
Taakdelegatie
Overdragen van de uitvoering van een taak aan een lager opgeleide. Degene die delegeert (bijvoorbeeld de tandarts) houdt wel zelf de eindverantwoordelijkheid (definitie RVS, 2002).
Taakgebieden Een werkvlak, cluster van taken, in het totaal van werkzaamheden van de tandartsassistent.
Taakherschikking
VIM
Taakherschikking in de gezondheidszorg is het structureel herverdelen van taken tussen verschillende beroepsgroepen. Een voorbeeld hiervan zijn de ‘geregistreerd-mondhygiënisten’ die net als de tandarts ook zelfstandig verdoving mogen geven, röntgenfoto’s mogen maken en primaire cariës mogen behandelen (Taakherschikking, taakdelegatie en mondhygiënisten: hoe zit dat? | KNMT).
Bij de aanpak rondom patiëntveiligheid (Wkkgz) hoort Veilig Incidenten Melden. Een incident is elke onbedoelde handeling die tot schade heeft geleid of had kunnen leiden. Het is belangrijk dat er binnen de praktijk een cultuur wordt gecreëerd, waarin iedereen zich veilig genoeg voelt om incidenten te melden volgens de afspraken in de praktijk (volgens protocol als deze in de praktijk aanwezig is). Het melden en bespreken heeft als doel om te voorkomen dat het incident in de toekomst niet nog een keer voorkomt.
Voorbehouden handeling Het uitgangspunt van de Wet BIG is dat het handelen op het gebied van de individuele gezondheidszorg in principe vrij is. Deze vrijheid geldt niet voor alle handelingen. Bepaalde handelingen die onaanvaardbare risico’s voor de gezondheid van de patiënt meebrengen als ze door ondeskundigen worden uitgevoerd, zijn voorbehouden. Deze zogenoemde voorbehouden handelingen en de beroepsgroepen die ze mogen uitvoeren, zijn in de wet opgesomd. De wet heeft een onderscheid gemaakt tussen beroepsbeoefenaren die zelfstandig bevoegd zijn om deze voorbehouden handelingen uit te voeren en beroeps beoefenaren die niet zelfstandig bevoegd zijn om deze voorbehouden handelingen uit te voeren. Alleen de daartoe in de wet aangewezen zelfstandig bevoegde beroepsbeoefenaren, mogen een voorbehouden handeling zelfstandig indiceren en - mits ze daartoe bekwaam zijn - ook uitvoeren. Wie niet zelfstandig bevoegd is, bijvoorbeeld een tandartsassistent, mag in opdracht van een zelfstandig bevoegde beroeps beoefenaar en onder bepaalde voorwaarden (onderdelen van) een voorbehouden handeling uitvoeren. Alle anderen is het verboden om deze handelingen te indiceren en uit te voeren, tenzij er sprake is van een noodsituatie of niet beroepsmatig handelen.
Wet BIG De Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg heeft als doel de kwaliteit te bevorderen van de zorg die beroepsbeoefenaren leveren en de patiënt te beschermen tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen van zorgverleners.
WGBO De Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst beschrijft de rechten en plichten van patiënten in de zorg. De wet regelt onder andere het recht op informatie over de tandheelkundige situatie, de toestemming voor een tandheelkundige behandeling, inzage in en afschrift van het dossier, het recht op privacy en geheimhouding van gegevens en vertegenwoordiging van patiënten die niet zelf kunnen beslissen.
Wkkgz De Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg regelt twee belangrijke zaken: kwaliteit en klachtrecht. Het verplicht zorgaanbieders om ‘goede zorg’ te bieden: zorg die veilig, doeltreffend, doelmatig, cliëntgericht en op de behoefte van de patiënt is afgestemd. Doel van de Wkkgz is een laagdrempelige klachtenafhandeling, maar ook openheid over klachten en ongewenste gebeurtenissen, zodat de zorg verbeterd kan worden.