2013-08 FysioPraxis augustus 2013

Page 31

31

ingezonden artikel

‘Het proces van denken en handelen wordt gekoppeld aan een duidelijke, specifiek beroepsinhoudelijke beschrijving van het gewenste eindresultaat van dit redeneren’ meren.17 Als het adaptief vermogen verminderd is, heeft dat gevolgen voor het herstel van functiestoornissen en daarmee samenhangend beperkingen in activiteiten. Zo ontstaat een eerste indicatie voor de formulering van de fysiotherapeutische doelstellingen en de verwachte duur van het herstel, de prognose. In navolging van de ICF wordt de fysiotherapeutische hoofddoelstelling geformuleerd in termen van de mate van herstel van functiestoornissen en de mogelijkheden en beperkingen in activiteiten en participatie. Aansluitend worden de subdoelstellingen zo specifiek en meetbaar mogelijk geformuleerd.

Wat betekent dit voor de formulering van de fysiotherapeutische diagnose? Zoals eerder beschreven verdient het vanuit verschillende overwegingen de voorkeur om de diagnose zo kort en krachtig mogelijk te formuleren. Daarbij dient de diagnose zowel een beschrijving als een verklaring voor het gezondheidsprobleem van de cliënt te zijn. Wij stellen op basis van bovenstaande overwegingen voor dat de diagnose de volgende vijf kernelementen bevat. 1. Een beschrijving van het patroon of de medische status. 2. Een beschrijving van het beloop. 3. Een beschrijving van (dreigende) belemmeringen voor herstel. 4. De fysiotherapeutische hoofddoelstelling. 5. De prognose.

1. Het patroon of de medische status Bij het beschrijven van het patroon wordt zo veel mogelijk gebruikgemaakt van bestaande richtlijnen of evidence statements. Voorbeelden: Subacromiale klachten Diagnosegroep 1, Klachten aan de arm, nek en/of schouder (KANS) patiëntenprofiel I. Het betreft hier vooral aspecifieke aandoeningen. Indien er sprake is van een specifieke medische aandoening wordt deze beschreven, bijvoorbeeld status na Cerebro Vasculair Accident (CVA) of Chronic Obstructive Pulmonary Disease (COPD) Gold 2.

3. Belemmeringen voor herstel Hierbij kan gedacht worden aan stoornissen in anatomische structuren, bijvoorbeeld pijn, bewegingsbeperkingen en krachtsverlies. Anatomische stoornissen hoeven alleen te worden vermeld als ze daadwerkelijk een belemmering vormen. Zo hoeft pijn niet altijd belemmerend te werken voor herstel. Het kan als waarschuwing voor overbelasting ook bevorderend werken voor herstel. Naast deze lokale belemmeringen voor herstel worden algemene belemmeringen voor herstel genoteerd. Tot deze laatste groep behoren: comorbiditeit, eenzijdig houdings- en bewegingsgedrag en persoonskenmerken, zoals (gebrekkig) ziekte-inzicht, angst om te bewegen, inadequate gezondheidsopvattingen of een passieve copingstijl.

4. De fysiotherapeutische hoofddoelstelling Deze doelstelling betreft het verwachte herstel op het functie-, activiteiten- en participatieniveau, uitgedrukt met ‘geen’, ‘gedeeltelijk’ of ‘volledig’ herstel van de vastgestelde stoornissen en beperkingen. Deze hoofddoelstelling wordt aansluitend nader gespecificeerd in de vorm van subdoelstellingen. Deze subdoelstellingen worden zo specifiek, meetbaar en realistisch mogelijk geformuleerd en vormen daarmee het behandelplan.

5. De prognose De prognose beschrijft de verwachte duur voor herstel en is gebaseerd op epidemiologische kennis en professionele ervaring. Een voorbeeld van de op bovenstaande wijze geformuleerde fysiotherapeutische diagnose: ‘Lumbosacraal syndroom [status of patroon] met afwijkend beloop ten gevolge van gebrek aan inzicht, eenzijdig houdings- en bewegingsgedrag en bewegingsangst (belemmerende factoren voor herstel) bij verwacht volledig herstel binnen 3 maanden (doelstellingen en prognose).’18

Aanzet tot discussie Wanneer de fysiotherapeutische diagnose op deze wijze wordt vormgegeven biedt dat tevens de mogelijkheid om het klinisch redeneren eenduidig en transparant vorm te geven. Dit proces van denken en handelen wordt immers gekoppeld aan een duidelijke, specifiek beroepsinhoudelijke beschrijving van het gewenste eindresultaat van dit redeneren: de fysiotherapeutische diagnose met de beschreven vijf kernelementen. Met dit artikel willen wij een aanzet geven tot een landelijke discussie over het formuleren van eenduidige fysiotherapeutische diagnoses. Wij zijn zeer nieuwsgierig naar uw reactie.

2. Het beloop Het beloop van het gezondheidsprobleem kan normaal zijn, passend binnen de kenmerken van de aandoening en op basis van epidemiologische kennis of professionele ervaring. Het beloop kan ook afwijkend zijn, waarbij verschillende factoren het (natuurlijke) beloop kunnen belemmeren.

Drs. H. van Enck, hoofddocent HAN, IPS, afdeling Fysiotherapie, Nijmegen. Tevens werkzaam als praktiserend fysiotherapeut in een eerstelijnspraktijk in Deventer, henk.vanenck@hotmail.nl. Dr. P.H.J.A. Nieuwenhuijzen, docent HAN, IPS, afdeling Fysiotherapie, Nijmegen. Tevens werkzaam als praktiserend fysiotherapeut in een eerstelijnspraktijk in Nijmegen. FysioPraxis | augustus 2013

INGEZONDEN ARTIKEL ENCK.indd 31

07-08-13 15:08


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
2013-08 FysioPraxis augustus 2013 by KNGF FysioPraxis - Issuu