

Omzien en vooruitkijken

Omzien en vooruitkijken
80 jaar herdenking
15 augustus 1945
Omzien en vooruitkijken
80 jaar herdenking 15 augustus 1945
Een publicatie in opdracht van Stichting Nationale Herdenking 15 augustus 1945 over de herdenkingen 2021-2025.
LM Publishers www.lmpublishers.nl info@lmpublsihers.nl
© november 2025 – LM Publishers & Stichting Nationale Herdenking 15 Augustus 1945
ISBN: 9789460229398
Teksten: Nanette van Beukering, Arlette Kouwenhoven, Ricci Scheldwacht, John Sijmonsbergen, www.indischmonument.nl
Kernbegrippen: Margaret Leidelmeijer
Lokale herdenkingen: Arnold van der Capellen
Redactie: Nanette van Beukering, Frank Marcus, Hélène Oppatja, Ricci Scheldwacht
Eindredactie: Nanette van Beukering, Ricci Scheldwacht
Correcties: Audrey Burger, Clazien Medendorp
Vormgeving: Erik Rikkelman en Ad van Helmond Fotografie: Ilvy Njiokiktjien (foto’s herdenking), Jessica Anthonio, Henk Aschman, Jan Banning, Freek van den Bergh, Vivian Boon, Robin Cox, Marco De Swart, Henriëtte Guest, Daniel Heikens, Chris Lans, Aubrey van Leeuwen, Cynthia Leiwakabessy/Funcksterrshoots
PhotoGraphy, Agnes van der Logt, Kris Patmo, Oorlogsgravenstichting, Kaya de la Rambelje, Jorrit Schenkhuizen
Historische foto’s: Beeldbank WO2-NIOD (p. 17, 42, 44-45) Australian War Memorial (P02652001), Publiek Domein (p. 32-33), Museon, Collectie Nationaal Archief (p. 17, 20-21).
Productie: Hightrade bv Foto omslag: Ilvy Njiokiktjien
Deze publicatie is mede mogelijk gemaakt dankzij een financiële bijdrage van het ministerie van VWS en donateurs.


De redactie heeft getracht alle betrokkenen die een bijdrage hebben geleverd in deze publicatie te benaderen en de herkomst van de gebruikte foto’s te achterhalen. In niet alle gevallen is dit gelukt. Mocht u menen rechthebbende te zijn van foto’s die in dit boek zijn gebruikt, gelieve de uitgever hierover te benaderen.
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Auteursrecht ten aanzien van tekst- en datamining en machinelearning is nadrukkelijk voorbehouden.
8 Van generatie op generatie
10 Nationale Herdenking 15 augustus 2021-2025
15 Deel 1: Thema’s (1941-1945)
16 De Tweede Wereldoorlog in Zuidoost-Azië
18 Slag in de Javazee: Johan Geneuglijk
23 Vrouwen en jongenskampen: Beau Schneider
24 Jongenskampen: Charles Ligtvoet
26 Hell ships: Yvonne en Babiche Keuls
29 Birma-Siam-spoorweg: Reggie Baay
30 Birma Siam-spoorweg: Ruben Annink
35 Buiten de kampen: Puck Runtuwene
37 Buiten de kampen: Myrna Njiokiktjien
38 Buiten de kampen: Esther Scheldwacht
40 Verzet: Ronald Poetiray
42 Romusha’s: Mohamed Nur
46 De komst naar Nederland: het Indisch
Oud-Paspoortarchief: Erry Stoové
48 Aankomst in Nederland Contractpensions: Peggy Hoefsloot-van Middelkoop
50 Aankomst in Nederland: Molukkers: Jessica Manuputty
53 Deel 2: Vijf jaar herdenken (2021-2025)
56 Er leven haast geen mensen meer
59 Verjonging en verbreding
60 Muziek bij de herdenking
65 Robin Block: Mijn bloed
66 De Melati, een teken van respect, medeleven en kracht
67 Melati-kas
69 De Melati-krans
70 Kransleggers uit andere landen
72 Jong1508
De Melati van Emily Kroon
De Melati van Juul Willemsen
De Melati van Loek Middel
De Melati van Anouk Daams
Melati-lezing
Donateurs
De vaandelwacht
Defensie
Molukkers in de Krijgsmacht
Pro Libertate
Toespraak van VCL-leerling
Zeekadetkorps Rotterdam
Scouting Nederland
Zonnebloemen
Bar Bungkus
Dagprogramma
Indische plaquette
Lokale Herdenkingen
130 Herdenkingen op Bronbeek
Erevelden in Azië en Australië
De Melati van Eveline de Vink
De Catalina
Het bestuur
Met dank aan
Kernbegrippen


Van generatie op generatie
Praten over oorlog is nooit eenvoudig. Het organiseren van een herdenking die recht doet aan álle betrokkenen evenmin. Zelfs 80 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog blijft dat een zoektocht. Want hoe groter de afstand in tijd, hoe meer ruimte er ontstaat voor verschillende perspectieven. De verhalen over de Japanse bezetting van voormalig NederlandsIndië bereiken ons in al hun gelaagdheid en complexiteit.
In de afgelopen vijf jaar heeft het bestuur van de Stichting Nationale Herdenking 15 augustus 1945, met kleine en grote veranderingen maar weloverwogen een weg gevonden naar een waardige herdenking die de traditie in ere houdt en tegelijkertijd toekomstbestendig is. Een herdenking die recht doet aan iedereen die geleden heeft onder de Japanse bezetting en de doorwerking daarvan – van de eerste generatie tot aan de achterkleinkinderen van nu.
Wat begon als een initiatief gedragen door de Nederlandse-Indische gemeenschap, met nadruk op overlevenden van interneringskampen en militaire slachtoffers, groeide uit tot een bredere erkenning. Er kwam aandacht voor de buitenkampers, voor Molukkers, Chinezen, Papoea’s, romusha’s (Indonesische dwangarbeiders) en voor de vele Indonesiërs die door opzettelijk veroorzaakte hongersnood omkwamen. Ook zij die overleefden, maar getraumatiseerd waren en geen echte vrijheid ervoeren, worden herdacht.
We spreken inmiddels niet meer van dé Indische gemeenschap, maar van Indische gemeenschappen – net zo rijk en divers als de koloniale samenleving waaruit zij voortkwamen. En 15 augustus is niet alleen een markering voor deze gemeenschappen, maar ook voor Indonesië en Nederland. De oorlogsjaren veranderden beide landen ingrijpend en voorgoed.
2020 bleek een kanteljaar. Vlak voor de eerste coronamaatregelen vond de eerste huiskamerbijeenkomst van de Indische Dialogen plaats. Hieruit ontstond het netwerk Jong1508.
Onder de noemer Thuis herdenken werden bloemen gemaakt voor de Melati-krans en herinneringen gedeeld op het virtueel Indisch Monument. Via het project Krachtenbundeling werd de verbinding met lokale herdenkingen steviger en bereikten we nieuwe generaties. De herdenking verschoof van middag naar avond, en Bar Bungkus – een pop-up restaurant op het veld – werd een vaste waarde.
Hoewel de initiatieven van Thuis herdenken en Krachtenbundeling zijn afgerond, zijn ze niet gestopt bij het einde van hun looptijd. Ze zijn verankerd geraakt in de praktijk van herdenken en blijven inspireren en verbinden. De bloemen voor de Melati-krans worden elk jaar nog steeds gemaakt, herinneringen gedeeld, en nieuwe generaties sluiten zich aan. De beweging is blijvend.
In 2025 kijken we vooruit. We dragen de verhalen verder, van generatie op generatie. Van Janny Liem (1925), die zich als kind moest verstoppen bij het horen van het woord ‘Japan’, tot Thom de Graaf (1957), die erop wees dat herdenken in tijden van geweld en onzekerheid, zoals de onze, niet waardenvrij is:
‘Wij herdenken de doden en zij die het hebben meegemaakt, de eerste generatie hier op het veld en thuis. Wij herdenken om hen te eren maar ook om oorlogsagressie en onmenselijkheid te veroordelen. Toen in Nederlands-Indië, tachtig jaar geleden. En nu in Oekraïne, in Gaza en op zoveel andere plekken in de wereld.’
Of zoals Eltjo Ockeloen (2000) zegt: Ik herdenk om niet te vergeten, hoe complex ons verleden en heden zijn. Niet één verhaal, maar vele, verweven verhalen die soms ver weg lijken, maar raken aan wie we zijn. Herdenken is ruimte maken voor verhalen, voor vertrouwen, voor wie we samen kunnen zijn.
Bestuur Nationale Herdenking 15 augustus 1945

Nationale Herdenking 15 augustus 2021-2025
De afgelopen vijf jaar heeft de Nationale Herdenking 15 augustus 1945 een flinke ontwikkeling doorgemaakt. Elk jaar komen er meer mensen naar het veld bij het Indisch Monument in Den Haag. Ook bij de laatste editie in 2025 was dat goed te zien. In heel Nederland nam de bekendheid met de herdenking op 15 augustus toe. Op die dag kwam er in 1945 een einde aan de Tweede Wereldoorlog in voormalig Nederlands-Indië en daarmee ook voor het Koninkrijk der Nederlanden.
Met de uitbraak van het coronavirus in 2020 moest heel de wereld een pas op de plaats maken. De gevolgen daarvan waren ook op 15 augustus merkbaar. Vanwege de strenge maatregelen was de nationale herdenking niet voor iedereen toegankelijk. Naast een beperkt aantal hoogwaardigheidsbekleders werden 75 donateurs persoonlijk uitgenodigd aanwezig te zijn bij de herdenking van 75 jaar 15 augustus. Zij vormden een representatieve dwarsdoorsnede van de groep die elk jaar naar de herdenking komt. Ook koning Willem-Alexander was in dit kroonjaar aanwezig en legde tijdens de herdenkingsceremonie de eerste krans. Zoals voorgaande jaren deed de NOS live verslag, zodat iedereen thuis voor de televisie getuige van de herdenking kon zijn.
2021
Ook in 2021 was het aantal aanwezigen vanwege de coronamaatregelen beperkt. Vanwege de anderhalvemetermaatregel, waarbij iedereen anderhalve meter afstand van elkaar moest houden, was er dat jaar op het veld plaats voor 1000 genodigden.
2022
In 2022 waren de coronamaatregelen niet meer van kracht. Na twee jaren waarin er door corona minder bezoekers de herdenking konden bijwonen, was deze editie weer voor iedereen toegankelijk. De herdenking vond voor het eerst in de avonduren plaats. De NOS zond de herdenking live uit op NPO1 op prime time . Daardoor konden meer mensen de herdenking thuis en op het veld live meemaken. Omroep West, de regionale zender in Den Haag en omstreken zond de herdenking integraal uit. Ruim voordat de herdenking begon hadden zich bij het Indisch Monument in Den Haag al duizenden mensen verzameld voor een ontvangst als vanouds met koffie of thee met spekkoek.
Nieuw deze keer was dat de ambassadeur van Indonesië direct na de minister-president een krans legde voor alle slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Ook in de jaren daarna zou dat gebeuren.
Een ander nieuw initiatief was de oprichting van Jong1508, het netwerk van young professionals dat zich sinds 2022 inzet voor de nationale herdenking op 15 augustus, op de dag zelf, bij de voorbereiding en bij andere bijeenkomsten gedurende het jaar, zoals de talkshow Indisch vragenvuur en de Generatietafels, waarbij de verschillende generaties met elkaar in gesprek gaan en waarvan de eerste editie plaatsvond in 2023.

2023
In 2023 werd Bar Bungkus voor het eerst in gebruik genomen. In dit pop-up restaurant op het veld bij het Indisch Monument konden de aanwezigen voor en na de herdenking elkaar ontmoeten om met elkaar in gesprek te gaan en iets eten en drinken. In de edities hiervoor gebeurde dat in het nabijgelegen Leonardo Royal Hotel. Bar Bungkus ontleent zijn naam aan de nasi bungkus, een kleine rijstmaaltijd in bananenblad. Na de bevrijding deelde het Rode Kruis nasi bungkus uit aan de teruggekeerde krijgsgevangenen.
Met de komst van Bar Bungkus kwam de mogelijkheid weer terug dat mensen elkaar konden ontmoeten vooraf en na afloop van de herdenking. Iets wat sinds 2020 sterk gemist was. De zichtbare ontmoetingen tussen familie, vrienden en bekenden zorgden voor een informele en gemoedelijke sfeer. Het leverde de nationale herdenking op 15 augustus de bijnaam Familieherdenking op.

Voorafgaande aan de herdenking werd in de Koninklijke Schouwburg en op andere locaties in Den Haag voor het eerst een herdenkingsprogramma georganiseerd. Het Nationale Theater en een aantal andere kunstinstellingen werkten hieraan mee.
2024
In 2024 nam de belangstelling voor de herdenking toe. Niet eerder kwamen er zoveel mensen naar het Indisch Monument, 1,4 miljoen kijkers schakelden in voor de live-uitzending van de NOS.
De Melati, die in 2015 werd ontworpen, groeide uit tot het symbool van de nationale herdenking op 15 augustus. In de tuin van Museum Sophiahof werd de Melati-kas in gebruik genomen, waar melatiplanten (Indische Jasmijn) worden gekweekt. Ook de tweede editie van Bar Bungkus werd een groot succes. Na afloop van de herdenkingsceremonie en het defilé bleven er meer mensen langer op het veld. In poppodium Paard in Den Haag trad laat op de avond de Indonesische popgroep Lair op voor een veelal jong publiek.
2025
Het jaar 2025 was opnieuw een kroonjaar. Koning Willem-Alexander hield voor de eerste keer tijdens de herdenkingsbijeenkomst een toespraak en legde de eerste krans. Voor het eerst deed de NOS niet alleen live verslag op tv maar ook integraal via de radio.
Na afloop van de herdenking had de koning een ontmoeting met een aantal vertegenwoordigers van de Indische en Molukse gemeenschappen die een bijdrage aan de herdenking hadden geleverd. In samenwerking met het Indisch maandblad Moesson werd een speciale editie gemaakt in het teken van 80 jaar na de Tweede Wereldoorlog. Het dubbeldikke nummer werd gratis aan de donateurs van de stichting toegezonden en verspreid onder leden van de Eerste en Tweede Kamer.
Met de uitbreidingen van de afgelopen jaren is de Nationale Herdenking 15 augustus 1945 zichtbaarder geworden. Het aantal belangstellenden neemt toe, zowel op het veld als thuis voor de televisie. Ook groeit de aandacht in de media en op social media. Naast de NOS en Omroep West, deden de laatste drie jaar alle grote landelijke omroepen verslag in hun nieuwsuitzendingen en besteedden alle grote kranten in meerdere artikelen aandacht aan de nationale herdenking evenals aan de lokale herdenkingen door het hele land. Het aantal lokale herdenkingen steeg in 2025 naar ruim 70, een ontwikkeling die in de media niet onopgemerkt bleef.
De herdenking op 14 augustus bij de Indische Plaquette in de Statenpassage van de Tweede Kamer en de Melati-lezing op de avond voorafgaand aan de herdenking zijn jaarlijks terugkerende elementen.
De samenwerking met de Oorlogsgravenstichting en een aantal buitenlandse ambassades in Nederland werd geïntensiveerd. Het einde van de Tweede Wereldoorlog was een gebeurtenis die niet alleen voor Nederland van belang was. Een toename in het aantal herdenkingen op de erevelden in Indonesië laat dat zien.
Met een herkenbaar symbool als de Melati, die niet meer alleen op 15 augustus wordt gedragen maar soms ook het hele jaar door, het succes van Bar Bungkus, het herdenkingsprogramma overdag en de aandacht in de media en op sociale media, groeit de herdenking in het collectieve bewustzijn.
De doelstelling verjongen en verbreden is behaald, de herdenking toekomstbestendig: de nieuwe generatie is volop betrokken en staat klaar om het stokje over te nemen.

Doek met borduursel van schoonmaak kookpotten. Makers(s) onbekend, Adek 1945.




De Tweede Wereldoorlog
in Zuidoost-Azië
In 1941 viel Japan voormalig Nederlands-Indië binnen voor een oorlog die zou duren tot 15 augustus 1945. Japan beschouwde zichzelf als de leider van een nieuwe orde in Azië en wilde de regio militair en economisch domineren. In de jaren 30 was het land begonnen te industrialiseren en daarvoor waren veel grondstoffen, zoals olie, rubber en mineralen nodig.
Aanval op Pearl Harbor
Op 7 december 1941 voerden Japanse vliegtuigen zware luchtaanvallen uit op Pearl Harbor, de Amerikaanse marinebasis op Hawaii. Deze aanval zonder voorafgaande oorlogsverklaring bracht de Verenigde Staten officieel in staat van oorlog. Kort daarvoor al had Nederland de oorlog aan Japan verklaard. Vier dagen later vielen de Japanse troepen Nederlands-Indië binnen.
Japanse overmacht
Op 11 december 1941 werd Ambon gebombardeerd. Vanaf half januari 1942 volgde de grootscheepse Japanse invasie van de Indische archipel: Celebes, Borneo, Ambon, Bali en Sumatra werden veroverd. Rond olieraffinaderijen en havens woedde een hevige strijd; Nederlandse vernielingsbrigades vernietigden deze strategische plekken tot woede van de Japanners. Represaillemaatregelen volgden en de militairen en ambtenaren die hiervoor verantwoordelijk werden gesteld, werden geëxecuteerd. Ruim 17.000 militairen werden krijgsgevangen gemaakt. De Europese burgers werden geïnterneerd, inclusief het merendeel van de Indo-Europeanen die op deze eilanden woonden, dit in tegenstelling tot wat er op Java zou gebeuren.
Java
Begin maart 1942 startte de Japanse invasie van Java. Op 8 maart 1942 capituleerde NederlandsIndië en begon de Japanse bezetting. Overal in de archipel werd de Japanse vlag gehesen: wit met een rode bol, het symbool voor de keizer. Veel Indonesiërs zagen de Japanners als bevrijders van het koloniale regime.
Impact op de bevolking
De oorlog in Azië had een grote impact op de bevolking. Rond de 100.000 Nederlandse burgers, mannen, vrouwen en kinderen werden geïnterneerd in Japanse kampen, afgesloten van de buitenwereld. Het merendeel van de IndoEuropeanen op Java werd vanwege hun deels Aziatische afkomst niet geïnterneerd. In de meeste gevallen betrof het vrouwen van wie de mannen wel naar de Japanse kampen waren afgevoerd. Zonder inkomsten moesten deze vrouwen met hun kinderen zien te overleven. Tijdens de Japanse bezetting waren deze zogeheten buitenkampers overgeleverd aan de grillen van het Japanse leger. Na de capitulatie van Japan vielen ze tijdens de bersiap ten prooi aan plunderingen en moordpartijen door Indonesische nationalisten.



Slag in de Javazee
Johan Geneuglijk
Eind februari 1942 probeerde een geallieerde vlooteenheid onder leiding van schout-bij-nacht Karel Doorman de landing van een Japanse invasiemacht op Java te verhinderen. De geallieerde vloot, die bestond uit Nederlandse, Britse, Amerikaanse en Australische marineschepen, leed tijdens de Slag in de Javazee op 27 februari een zware nederlaag, waarna het Japanse leger in korte tijd Java kon bezetten.
In 2024 legde Johan Geneuglijk (1920) een krans bij het Indisch Monument in Den Haag. Thuis sprak hij nooit veel over de oorlog. In 1939 werd hij als matroos uitgezonden naar NederlandsIndië. Daar streed hij met geallieerden mee tegen de Japanners. Tijdens de Slag in de Javazee wist hij weg te komen. Dat gold niet voor de 918 Nederlandse opvarenden die de slag niet overleefden, onder wie ook Karel Doorman. Aan geallieerde kant liep het aantal doden op tot 2300.
De Slag in de Javazee wordt elk jaar herdacht op het ereveld Kembang Kuning in Surabaya bij het Karel Doorman-monument. Ook in de Kloosterkerk in Den Haag wordt op 27 februari stilgestaan bij de Slag in de Javazee. In 2006 werd er in de kerk aan het Lange Voorhout een plaquette onthuld.






Beau Schneider bij het Indisch Monument
Rechts: Eric Schneider met zijn zonen Olivier (links) en Beau
Vrouwenkampen en jongenskampen
Beau Schneider
Op 15 augustus 2022 sprak Beau Schneider (1988) bij het Indisch monument. Op 23 mei van dat jaar overleed zijn vader Eric Schneider. Hij werd 87 jaar.
Eric Schneider werd geboren in Nederlands-Indië.
Als 7-jarige jongen zag hij hoe de Japanners in 1942
Java binnenvielen. Zijn vader werd meegenomen en moest dwangarbeid verrichten aan de beruchte
Birma-spoorweg. Samen met zijn moeder en broertjes bracht de kleine Eric de oorlog door in de Japanse interneringskampen Tjihapit en Adek.
Bij de onthulling van het Indisch Monument in Den Haag in 1988 was Eric Schneider de eerste in een lange rij sprekers die op 15 augustus een toespraak zou houden. In 2015 deed hij dat opnieuw, samen met zijn jongste zoon Beau. Zeven jaar later vertelde Beau over de gevolgen voor de familie van die jaren in gevangenschap.

‘Wat betekende dat voor hen? En voor mij? Laat ik vooropstellen dat ik mezelf niet als slachtoffer wil neerzetten. Dat ben ik niet. Wel wil ik meeleven met de mensen die dat wel waren. Ook wil ik jonge mensen van nu duidelijk maken hoe belangrijk het is om te herdenken. We weten hoeveel pijn, verdriet en ellende een oorlog met zich meebrengt. En toch lijken we er niet van te leren.
Eric sprak niet graag over zijn kampverleden, alleen op het toneel voelde hij zich vrij om dat te doen. Nu krijg ik een podium om ons verhaal te vertellen. Het kan ook niet anders dan dat Erics grote verbeeldingskracht in de kampen is begonnen. Omdat er voor een kind niets te doen was, creëerde hij zijn eigen fantasiewereld vol verhalen en personages. Hier moet de acteur in hem zijn geboren.’
Scan de QR-code om de voordracht van Beau Schneider terug te lezen.

Na het overlijden van Eric Schneider zond de publieke omroep een herhaling van de documentaire De oorlog van acteur Eric Schneider uit, die eerder in 2015 werd uitgezonden. Daarin bezoeken zijn zoons Olivier en Beau de Japanse kampen waar hun vader in zijn jeugd gevangen zat om zo meer te weten te komen over wat zich destijds heeft afgespeeld.
Scan de QR-code voor de documentaire.

Jongenskampen
Charles Ligtvoet
Charles Ligtvoet (1931) werd op 11-jarige leeftijd geïnterneerd in een Japans kamp, eerst bij zijn moeder en zus, later werd hij overgebracht naar de kazerne van het 15de Bataljon in Bandoeng. In dit kamp leefde hij opeengepakt met achtduizend medegevangenen.
Bij de internering van vrouwen en hun kinderen werden alle jongens in eerste instantie bij hun moeders geplaatst. Zij moesten de zwaardere werkzaamheden in het vrouwenkamp verrichten, zoals land bewerken, sjouwen van afvaltonnen en goederen laden en lossen. Tot april 1944 werden de jongens van 16 jaar en ouder door de Japanners
uit de vrouwenkampen gehaald en overgebracht naar mannenkampen. In april 1944 veranderde het Japanse beleid en werden alle jongens van 10 jaar en ouder als man aangemerkt en overgebracht naar speciaal voor hen opgerichte jongenskampen. Het gedwongen afscheid had grote impact op zowel de jongens als hun moeders. Sommige jongens hadden geluk als ze bij hun broer(s) terechtkwamen. In andere gevallen moesten ze geheel zelfstandig zien te overleven. De oorlog beroofde hen in een keer van hun jeugd. In 2024 legde Charles Ligtvoet samen met zijn dochter Joke en zijn kleindochter Mariëlle de driegeneratiekrans bij het Indisch Monument. Nog altijd bezoekt hij schoolklassen om zijn verhaal aan de leerlingen te vertellen.




Hell ships
Yvonne en Babiche Keuls
In mei 1942 besloot het Japanse bestuur om krijgsgevangenen als arbeiders in te zetten voor de Japanse industrie en bij de constructie van militaire bouwwerken zoals vliegvelden en spoorlijnen. Met duizenden tegelijk werden de gevangenen naar een voor hen onbekende bestemming verscheept. Het transport per Japans schip was levensgevaarlijk, omdat Japanse schepen doelwit waren van geallieerde torpedojagers en bommenwerpers. Bij de transporten op deze zogeheten hell ships vielen rond de 22.000 slachtoffers.
De grootste scheepsramp was de torpedering door een Engelse onderzeeër van de Junyo Maru voor de kust van Sumatra op 18 september 1944. Naar schatting kwamen daarbij 5600 personen om: krijgsgevangenen afkomstig uit Nederlands-Indië, Groot-Brittannië, Australië en de Verenigde Staten en ongeveer 4200 Indonesische dwangarbeiders, de zogenoemde romusha’s.
In 2024 vertelde Yvonne Keuls (1931) samen met haar kleindochter Babiche Keuls (1994) het verhaal van haar schoonvader Aat en de duizend van Amahei. Duizend mannen die door de Japanners krijgsgevangen waren gemaakt, werden met het schip Kunitama Maru naar Amahei, een stadje op Ceram, verscheept. Daar moesten ze een kamp voor zichzelf bouwen en vliegvelden voor de Japanners aanleggen. Het materiaal daarvoor dat in zee werd gedumpt moesten de krijgsgevangenen al zwemmend naar het eiland brengen. Door het zware werk in de onmenselijke hitte met bijna niets te eten en te drinken, raakten de mannen uitgeput. Veel van hen kregen dysenterie en stierven. Aat Keuls overleefde de oorlog.
Lees hier de toespraak van Yvonne en Babiche Keuls.


Foto rechts: Yvonne Keuls en haar kleindochter Babiche gefotografeerd door Kaya de la Rambelje



