Luchtopname van Asidonhopo, dorp van de Saramaccaners aan de Pikin Rio. [Tropenmuseum, 1986]
semi-onafhankelijke enclaves. De granman van de Ndyuka is gevestigd te Dritabiki (Drietabbetje), die van de Matawai in Pusugrunu. Hoewel de historische achtergrond van de stammen vergelijkbaar is en ook de leefomstandigheden niet zeer van elkaar afwijken, vertonen de groepen toch soms grote verschillen in taal, gebruiken en vestigingspatronen. De verschillen zijn in cultureel opzicht het grootst tussen Saramaka, Matawai en Kwinti (Centraal-Suriname) enerzijds en Ndyuka, Boni en Paramaka (Oost-Suriname en het westen van Frans-Guyana) anderzijds.
Marrondorpen Een marronman voorziet elk van zijn vrouwen van een woning. Deze behuizingen kunnen over meerdere dorpen verspreid liggen. Marrondorpen liggen aan de rivier, bij uitstek de verbinding tussen woondorpen, werkkampen en jachtgronden. De dorpen hebben over het algemeen tussen de twee- en driehonderd inwoners. Doorgaans liggen de werkkampen verder van de rivier dan de dorpen. In werkkampen staan in vergelijking met de dorpen meer open bouwsels, minder houten huizen en meer eenkamerhuizen. Zowel de dorpen als de kampen betreedt men door een poortboog van palmbladeren of palmbladnerven. Een dergelijke boog moet de kwade geesten buitensluiten. Met uitzondering van menstruerende vrouwen is het een ieder dan ook verplicht hier onderdoor te gaan.6 In de dorpen staan de huizen, kookhutten, open bouwsels, magazijnen en enkele dierverblijven in een nagenoeg willekeurige opstelling. Ook zijn er vruchtbomen, ver-
32
schillende cultushuisjes en zogeheten menstruatiehutten. Het gado-oso is een sacrale ruimte ten dienste van de gemeenschap. Een of meerdere houten beelden kunnen er in worden vereerd. Bij de beslissingen rond de bouw van een huis spelen rituelen een belangrijke rol: voorouders, goden en machten worden daarbij geraadpleegd middels bezweringen, orakels en droomuitleg. Het zijn de individuele volwassenen die huizen hebben, niet zozeer families. Bovendien bezitten veel mannen en vrouwen meerdere huizen. Een vrouw kan bijvoorbeeld een huis hebben in haar eigen dorp, in haar werkkamp en in het dorp van haar man. De meeste bezigheden vinden buitenshuis plaats. Veel vrouwen geven er de voorkeur aan ook buiten in een open hut te koken. Daarom heeft bijna elke bosnegerhut ook nog een aparte kookhut.7
Vergadering (krutu) te Kwattahede in Boven Saramacca. [Tropenmuseum, 1922]