JONGE LEEUWEN

Drie lenige dochters brengen familie Van Aerde in de ban van het turnen

Nina (11) en Loes (9) zijn twee ambitieuze turnsters en kleine Mona (6) treedt mogelijk in hun voetsporen. Veelbelovend sprokkelden de meisjes al aardig wat medailles en prijzen bij elkaar. Of ze naar de Olympische Spelen in 2028 gaan? Dat is nog koffiedik kijken, maar een Europees kampioenschap voor Nina is wel al in beeld. De zusjes wonen samen met hun ouders, grootste supporters Emilie Deblauwe en Frederik Van Aerde, in de Breeweg. Op een boogscheut waar vader Frederik trouwens training geeft aan de U12 van KSK Dennenheem. We gingen langs bij deze ambitieuze sportievelingen om te luisteren naar hun leven op en rond de mat.

School en sport… véél sport

Nina, de oudste van de drie zussen, loopt school in OLVA De Touwladder in Assebroek. Daar kan ze met haar topsportstatuut schoollopen combineren met 21 uur training per week. Drie dagen in de week, op maandag, dinsdag en vrijdag, start Nina al om 7u45 met twee uren turntraining in sportcentrum Julien Saelens in Brugge. Daarna sluit ze aan met haar 14 klasgenoten in het zesde leerjaar, om vervolgens van 16u15 tot 18u30 alweer te strekken, te springen en te tuimelen. Zus Loes heeft wekelijks 19 uur training. Ze heeft ondertussen net als Nina het topsportstatuut behaald en gaat eveneens naar school De Touwladder. Beiden zijn omwille van dit statuut zes uren vrijgesteld op de basisschool. De lesinhoud moeten ze op eigen houtje bijbenen. Kleine Mona turnt 9 uur en loopt school in VBS De Bosbes.

De favorietjes

In het turnen zijn er voor dames vier disciplines: de sprong, de brug met ongelijke leggers, de evenwichtsbalk en de grondoefening. De balk is het favoriete toestel van Nina. Loes vindt de balk ook wel leuk, maar tegelijk wat eng. De balk is slechts 10,16 cm breed en daar moet je een flik (een achterwaartse tuimeling) op doen. Haar talent ligt voornamelijk bij de sprong.

Tijdens de wedstrijden komen steeds alle disciplines aan bod. Hierbij bereid je een oefening voor, de moeilijkheidsgraad van de oefening bepaalt de maximum score die je kunt behalen. Bij de uitvoering bepaalt de jury vervolgens je score, want elke fout geeft meteen strafpunten. Het is een uitdaging om een goeie balans te maken tussen de moeilijkheidsgraad enerzijds en de haalbaarheid voor de gymnast anderzijds. De punten van alle vier de disciplines worden steeds samengeteld. Nina Van Aerde traint wekelijks 21 uren om haar gymnastiekoefeningen te perfectioneren.

Vol programma

Trainsters Julie en Margaux, die zelf nog samen met Nina Derwael turnden, staan de jonge dames heel wat uren per week bij. Naast de turnoefeningen leren ze welke voeding je best inneemt na al dat sporten. Eiwitten spelen hier bijvoorbeeld een belangrijke rol. Ook de kine-oefeningen die ze aanleren, moeten de meisjes thuis verder oppakken. Heel belangrijk om de spieren los te maken na de inspanningen en voorbereidingen te treffen voor oefeningen die volgen. Dat alles samen, maakt dat de meisjes in topvorm zijn om aan de wedstrijden deel te nemen.

Ze staan maar beter goed op scherp. Vier maal per jaar nemen de turners immers deel aan controletrainingen. Op deze tussentijdse testmomenten moeten ze voldoende hoge scores behalen op kracht en lenigheid om hun statuut te behouden. Tot nu toe slaagden

Nina en Loes hier keer op keer in, toch neemt de groep met mondjesmaat af. Het niveau en de sociale opoffering die ervoor moeten doen zijn niet te onderschatten. Bij de elfjarigen, de groep van Nina, zijn er nog slechts zeven meisjes in Vlaanderen die voldoen aan die normen.

Vijf wedstrijden per jaar

Vijf maal per jaar nemen de zusjes Van Aerde deel aan de wedstrijden van Sport Vlaanderen. Er zijn de provinciale wedstrijden, het Vlaams Kampioenschap en ten slotte het Belgisch kampioenschap. Om je voor het Vlaams kampioenschap te kwalificeren, moet je eerst aan de drie provinciale voorrondes deelnemen. De Vlaamse kampioenschappen zijn op hun beurt selectief voor de Belgische kampioenschappen.

Wanneer die wedstrijden niet dichtbij zijn, plant mama Emilie graag een slaapplekje in de buurt van de locatie om niet ál te vroeg te moeten vertrekken. Zo bleven Emilie en Nina onlangs logeren bij een vriendin in het Hasseltse en werd de spannende dag vooraf al beklonken met een gezellige avond bijpraten. Zo kun je quality time en taxi mama toch fijn combineren.

Ze is best trots op haar dochters. Toen ze destijds een hobby zocht voor Nina, was er voor kleuters niet veel keuze. Nina startte in de Valkaart bij turnclub Varsenare-Oostkamp, waar ze omwille van haar lichaamsbouw al snel werd uitgekozen voor de pré-competitie. Nina is sowieso een gebeten sporter. Was ze in de zwemclub gestart, dan had ze daar zeker ook uitgeblonken, verklaart Emilie. Loes is net als haar oudere zus erkend door Sport Vlaanderen met het topsportstatuut.

Goeie vaart

Nina werd eerder dit jaar West-Vlaamse kampioen en op 28 mei behaalde ze zilver op het Belgisch kampioenschap gymnastiek. Benieuwd hoe ver ze het nog schopt met haar hobby. Grote kans trouwens dat haar zus Loes nog haar rivale wordt. Eens beiden in het middelbaar zitten, komen ze in dezelfde categorie terecht. Dat wordt nog spannend. Momenteel werkt Nina hard aan een nieuwe oefening op de ongelijke leggers. Of Nina een tip heeft voor jonge turners die ambitieus zijn? “Voor je doel gaan,” zegt ze zonder verpinken. “Vroeg beginnen en blijven doorgaan.” We wensen de zussen Van Aerde een goeie vaart in hun turnavontuur en dat we nog lang voor hen mogen supporteren.

Auteurs: Christoph Biebauw en Judith Debecq