4 minute read

'Stille aarde ' door Dave Goulson

'Stille aarde ' door Dave Goulson

✒ Jaap van Diggelen

Advertisement

boekbespreking

Dave Goulson heeft een uitstekend onderbouwd overzichtswerk geschreven over hoe weinig rooskleurig het ervoor staat met de insecten op aarde. Een verhaal dat voor andere diergroepen al veel langer wordt verteld. Je wordt er niet vrolijk van. Gelukkig sluit hij af met een serie hoofdstukken met de boodschap: het is nog niet te laat.

‘Stille Aarde: Hoe we de insecten van de ondergang kunnen redden’*). Engelse titel is: ‘Silent Earth. Averting the insect apocalypse’ . De Engelse titel spreekt van het afwenden van de ondergang, in het Nederlands moeten we dan weer gelijk gaan ‘ redden’ . Subtiele verschillen maar toch. De titel ‘Stille aarde’ is een directe verwijzing naar het boek ‘Stille Lente’ (Silent Spring) uit 1962 waarin Rachel Carson voor het eerst de gevaren van onze milieuverpestende stoffen (destijds DDT) aan de orde stelt. Zestig jaar later is niet alleen het jaargetijde stil, maar de gehele aarde. De hint is duidelijk, de lat ligt hoog. Wil Goulson met deze titel aangeven dat zijn boek een impact heeft die te vergelijken is met die van Carsons boek? De tijd zal het leren. Goulson schreef eerder veelgelezen boeken over hommels (Een verhaal met een angel; De vlucht van de hommel) en hij heeft veel wetenschappelijke publicaties op zijn naam staan over de effecten van de nieuwe bestrijdingsmiddelen (neonicotinoïden) op insecten algemeen en meer specifiek op hommels en bijen. In zijn nieuwste boek zet Goulson de alarmerende berichten van de afgelopen jaren over grootschalige insectensterfte in een breed perspectief.

Uitgebreide hoofdstukken met wetenschappelijke kennis worden afgewisseld met korte portretten van insectensoorten die een bijzondere leefwijze hebben. Zij verluchtigen de zware teksten met het slechte nieuws. In tekstjes van één pagina passeren glimwormen, de honingpotmier, bombardeerkevers, bladsnijdermieren, orchidee-bijen, het tijmblauwtje, de dennenprocessierups en het groot avondrood (pijlstaartvlindersoort, ook in Altena te vinden; zie foto) de revue. En deze opsomming is niet uitputtend. Wat te denken van zakdragers, wet. sch. naam Psychidae. Bij deze micro-motjes die, hoewel de naam anders doet vermoeden, naast mannetjes ook vrouwtjes kennen, omhullen de rupsen zich met een cocon van zelf-aaneengekitte-naalden of -kleideeltjes, een soort kokerjuffers maar dan op het droge. De lange series hoofdstukken die de boodschap van het boek dragen, behandelen achtereenvolgens het belang van insecten, de achteruitgang van deze meest diverse onder de diergroepen en de oorzaken daarvan. Het boek eindigt met het belangrijke deel V: wat kunnen we doen? Waardoor na lezen van het boek niet achterblijven in negativiteit en doemdenken. Volgens Goulson zijn insecten belangrijk in praktische en economische zin, bovendien beleven we er plezier aan, ze inspireren ons en we verwonderen ons er over. Hij illustreert dit met talloze voorbeelden en uiteraard geldt dit voor de ene soort veel meer dan voor de andere. Al deze ‘belangen’ die we aan insecten toekennen zijn uiteindelijk terug te voeren op eigenbelang. Daarenboven hebben we de morele plicht, vindt Goulson, om voor insecten en al het leven op aarde te zorgen. Gelovigen zouden het moeten zien als zorg om de Schepping, nietgelovigen zouden moeten beseffen dat de mens slechts één uit talloos veel miljoenen soorten op aarde is en dat er niets is waaraan hij het recht kan ontlenen om de aarde te beheersen en te plunderen. De volgende oorzaken voor de achteruitgang van insecten op aarde worden uitgebreid behandeld in afzonderlijke hoofdstukken: verlies van leefomgeving, invasieve soorten, uitheemse ziekten, pesticidemengsels, klimaatverandering, lichtvervuiling en waarschijnlijk andere menselijke oorzaken die we nog niet kennen. Dit laatste klinkt cryptisch maar Goulson wijdt er een heel hoofdstuk getiteld ‘Weten en niet weten wat we niet weten’ aan. Dave Goulson met groot avondrood

Na het slechte nieuws dat circa driekwart van het boek beslaat, eindigt Goulson zoals gezegd met een serie hoofdstukken over wat we kunnen doen. De titels hiervan duiden de verschillende mogelijkheden aan: ‘Ons bewustzijn vergroten’ , ‘Onze steden vergroenen’ , ‘Andere landbouw’ en ‘Overal natuur’ . Om te voorkomen dat we bij mensen om ons heen, de ‘ anderen’ , de bal neerleggen is zijn allerlaatste hoofdstuk getiteld: ‘Wat iedereen kan doen’ . In 15 pagina’s wordt hierin een opsomming gegeven van concrete acties die iedereen kan uitvoeren om de situatie voor insecten te verbeteren. Hierbij kom ik vele bekenden tegen als ‘ minder vaak maaien’ , ‘heggen planten i.p.v. schuttingen zetten’ , ‘ een fruitboom planten’ , ‘ een bijenhotel plaatsen’ , ‘ gebruik geen pesticiden in je tuin’ naast toch ook weer handreikingen aan plaatselijke- of provinciale overheden.

Dave Goulson heeft een uitstekend onderbouwd overzichtswerk geschreven over hoe weinig rooskleurig het er voor staat met de insecten op aarde. Een verhaal dat voor andere diergroepen al veel langer wordt verteld. Je wordt er niet vrolijk van. Gelukkig sluit hij af met een serie hoofdstukken met de boodschap: het is nog niet te laat.

*) Insecten redden van de ondergang is een totaal nieuw geluid dat haaks staat op wat er decennialang is geroepen over het onheil dat wij mensen over de aarde afroepen: een voor ons onleefbare aarde door nucleaire rampen of allesvernietigende milieuproblemen. Steeds was de boodschap dat wij zouden uitsterven maar dat, enigszins gechargeerd gesteld, de taaie insecten de aarde zouden be rven, als de ultieme overlevers. Dit beeld lijkt nu dus ingehaald te worden door de huidige werkelijkheid en de rollen lijken omgedraaid: niet wij maar de insecten sterven uit. Willen we als menselijke soort de onuitroeibare kakkerlak van de 21e eeuw worden? Tegen welke prijs en op wat voor aarde? Dat is ten diepste de vraag die in boeken als Stille Aarde aan de orde wordt gesteld. ✤

Dave Goulson (2021): Stille aarde. Hoe we de insecten van de ondergang kunnen redden. Uitgeverij Atlas Contact.

This article is from: