
5 minute read
Gezenderde kieviten in Altena
✒ Marga Oerlamans
zendertje In het voorjaar werd de weidevogelgroep benaderd door Brabants Landschap of wij mee wilden werken aan een onderzoek van de Wageningen Universiteit. Dit onderzoek moet inzicht geven in de succesfactoren die bepalend zijn voor het groot worden van kievit kuikens. Het wordt op zes plaatsen in Nederland verricht, waarbij telkens zes broedende kieviten worden voorzien van een GPSzender. De vraag werd natuurlijk met een enthousiast ja beantwoord, ten slotte zien wij in het veld hoe weinig kuikens uiteindelijk ook vliegvlug worden. Meer inzicht in de factoren die daarvoor bepalend zijn, zou kunnen helpen om doeltreffende beschermingsmaatregelen in te zetten.
Advertisement
Het onderzoek
Zo kwam het dus dat we in het voorjaar in Fort Giessen zaten met een aantal enthousiaste vrijwilligers van de loopgroepen rondom het plasdrasgebied de Langen Bruggert. In dit gebied zouden de kieviten gezenderd worden. De Wageningse onderzoeker Tim Visser gaf uitleg wat het onderzoek in zou houden en wat er van ons verwacht werd. Kort gezegd werden er zes kieviten gezenderd met een zender van 4,5 gram die als een soort rugzakje op de rug zit, waarmee de kieviten gevolgd kunnen worden. Ook werden de kieviten geringd met een kleur- en lettercode. Daarnaast
werd er door middel van insectenvallen, bodemmonsters en bodemvochtigheidsmetingen onderzoek gedaan in het gebied om deze gegevens te kunnen relateren aan broedsucces. Aan de vrijwilligers de taak om nestgegevens aan te leveren zodat een goede keuze voor de te volgen kieviten gemaakt kon worden en er succesvol gezenderd zou kunnen worden. Ook zouden de vrijwilligers de kieviten met jongen in het veld visueel monitoren, om de digitale gegevens aan te kunnen vullen. Onze vrijwilligers zijn dus op pad gegaan om te doen wat we altijd doen: nesten opzoeken, beschermen en contact houden met boeren over de gevonden nesten. De startdatum van het legsel was dit keer extra belangrijk, zodat Tim en zijn team enkele dagen voor het uitkomen van de nesten de vrouwtjes konden zenderen en ringen. Het is van belang om dit kort voor het uitkomen te doen, omdat de broeddrang op dat moment het grootst is waardoor de vogels zich niet laten verstoren. De vogels worden gevangen door een klapval over het nest te plaatsen. Als de vogel terugkeert naar haar nest valt de val dicht en kan de kievit gevangen en gezenderd worden. Via de zender krijgt onderzoeker Tim iedere dag per halfuur de locatie van de kievit moeder door en zo kan uit het gedrag van de moeder opgemaakt worden of er jongen zijn en waar ze met de jongen naartoe trekt om te foerageren. Naast deze elektronische waarneming van de vogels is het van belang, dat er in het veld gekeken wordt hoe het met de vogels gaat, bijvoorbeeld om te weten hoeveel kuikens er (nog) zijn. Dat is wat we graag doen, dus werd er heel geduldig op ruime afstand, om zeker te zijn dat we zelf geen verstorende factor zouden zijn, met behulp van verrekijkers en telescopen geobserveerd.
Opmerkelijke gebeurtenissen
Kort na het uitkomen van de eerste nesten werd op 30 april onder het oog van één van onze vrijwilligers Niels- een gezenderde kievit door een havik geslagen. Een wel heel bijzondere waarneming! Wat erover was van deze kievit inclusief zender kon hierdoor worden teruggevonden.

Het slachtoffer met zendertje
Het behoeft geen betoog dat de jongen van dit legsel verloren zijn gegaan.

Route Arnhem - Rusland
Een ander legsel dat uitkwam op 6 mei ging enkele dagen later waarschijnlijk verloren door landbouwactiviteit, waarop de kievit besloot om oostwaarts te trekken. Bij Arnhem verliet zij ons land om vervolgens via Duitsland, Polen en Litouwen naar Rusland (zuidelijk van St. Petersburg) te vliegen. Een derde kievit vloog na het verloren gaan van de kuikens naar Bretagne. Ook in de andere vijf onderzoeksgebieden bleken kieviten weg te trekken tijdens het broedseizoen, iets wat niet bekend was van kieviten.
De resultaten
Het was een moeilijk jaar voor de kieviten dit jaar, dat bleek in alle zes de onderzoeksgebieden. Het was lang droog en daar houden weidevogels niet van, er is dan minder voedsel beschikbaar en de klei wordt keihard, waardoor het voedsel ook nog eens slecht bereikbaar wordt. Van de zes gezenderde kieviten met allemaal nesten van drie of vier eieren is er slechts één kuiken vliegvlug geworden in Altena. Er zijn nesten gepredeerd en nesten bij bewerking van het land verloren gegaan. Drie kieviten hebben een tweede poging gedaan om een legsel groot te brengen, maar daarvan is slechts één legsel uitgekomen en die kuikens zijn waarschijnlijk door voedselgebrek niet groot geworden. Aan de passie van de weidevogelvrijwilligers zal het niet gelegen hebben.
In de laatste dagen van het tweede en laatste legsel was er een soort kraambulletin in de gezamenlijke app. Na enkele dagen de informatie: “Ze zit nog op het nest” kwam het vervolg: 25 juni: Ze is wel onrustig, erg oplettend. Terwijl ze gisteren erg rustig was. Zou het dan toch bijna zover zijn?” 26 juni: “HET NEST IS UIT! Allebei de ouders sloegen alarm!” 3 juli: “Nog drie kuikens gespot” 8 juli: “Twee kuikens gespot” , pa hinkt met linkerpoot” 10 juli: “Tim, heb jij nog activiteit gezien, het is stil op de akker… ” “Helaas moeder is vertrokken, zit oostelijk van Tilburg” “Ah, de pullen groeiden ook nauwelijks de afgelopen twee weken”“We moeten accepteren dat het over is, helaas. Het is even slikken”
Ten slotte
Het onderzoek is niet afgesloten, de zenders blijven enkele jaren werken, dus er komt zeker nog een vervolg op dit verhaal. Hopelijk kan er met de gegevens over verschillende jaren inderdaad een uitspraak worden gedaan over de succesfactoren bij het vliegvlug worden van kievit kuikens, dat zou erg helpen bij effectieve inzet van de beschermingsmaatregelen. Een jaarlijkse achteruitgang van zo’n 5% kan natuurlijk niet voortduren als we de zo karakteristieke weidevogel willen behouden. Wordt vervolgd… ✤

Actieviteit kievit voordat de eieren uit zijn
Activiteit kievit nadat de eieren uit zijn
