Ekoland 12 2014 online editie

Page 1

MET ALLE KANDIDATEN VOOR DE EKOLAND INNOVATIEPRIJS

2015

BEDRIJF IN BEELD POLDERSPORT 12

No.

12/2014

Een uitgave van Van Westering Groep bv Losse verkoop € 8,49

www.ekoland.nl

De bodem, grond van ons bestaan

Kansen voor landbouw en natuur

Op zoek naar de ideale aardappel


Hoe moet de biologische landbouw eruit zien in 2030? 21 & 22 januari 2015 IJsselhallen, Zwolle

“Wij bieden een podium voor inspirerende mensen met een duidelijke kijk op de verdere verduurzaming van de biologische sector.“ Paul Fischer, voorzitter programmacommissie en biologisch akkerbouwer

• Voor en door de biologische sector, van boer tot retail • Interessante lezingen en workshops • Ruim 200 stands uit binnen- en buitenland De Bio-beurs is een initiatief van Bionext en Libéma. Ekoland is de officiële mediapartner. Volg ons op Twitter: @Biobeurs

www.bio-beurs.nl


EKOLAND

DECEMBER  |  NUMMER 12 – 2014

18

BEDRIJF IN BEELD

Poldersport en melkvee Het biologische melkveebedrijf van boer Albert Blommestijn waar eerder dit jaar een innovatieve ronde stal (Round House) naast de oude boerderij verrees. Dit familiebedrijf maakt van zijn beperkingen een voordeel door een open en transparant bedrijf te creëren, waar buitensport en biologische veeteelt elkaar versterken.

W

2015 SCH

OU

L

GI

D

B

IN BIO

O

10

VATIEPR I

JS

NO

E LAN

EKOLAND INNOVATIEPRIJS

2015

14

BODEM

De grond van ons bestaan 2015 is het Jaar van de bodem. Dit jaar wordt in elke editie van Ekoland vanuit verschillende standpunten aandacht aan dit voor de landbouw zo wezenlijke thema besteed. In dit nummer een inleiding en al meteen het eerste artikel.

Inhoud BEDRIJFSVOERING

BEDRIJF IN BEELD

NATUURBEHEER

Regels & Wetten - Deel 5 9 Geurwet beschermt Wanneer is geurhinder strafbaar? Lees mee in de Wet geurhinder en veehouderij

Poldersport en melkvee 18 De familie Blommestijn combineert outdoor survival met een innovatieve melkveehouderij

Kansen voor landbouw en natuur 24 Hebben biologische boeren meer kans om natuurland te beheren?

EKOLAND INNOVATIEPRIJS De kandidaten van 2015 10

ONDERZOEK

Lupineveredeling voor 22 Nederlandse bodems De eiwitrijke lupine is een veelbelovend gewas, LBI werkt aan het verbeteren van rassen

26 Wordt vervolgd - Deel 39 Bedrijfscontinuïteit in de ­ biolo­gische landbouw Crowdfunding: betaal zo je nieuwe grond

Een kenismaking met de dertien aangemelde bedrijven

BODEM

De bodem, grond van ons 14 bestaan Een vruchtbare bodem is zowel het begin als het resultaat van biodynamische landbouw Naar een betere benutting van 16 bodemfosfor Biologische bedrijven lijken toe te kunnen met minder fosfor of spelen vlinderbloemigen hierbij een rol? EKOLAND | december – 2014

VASTE RUBRIEKEN Editoriaal Landbouwberichten Marktberichten Biohuis update Trekkers

5 6 28 29 34

BEDRIJFSVOERING

HANDEL & AFZET

Op zoek naar de ideale 30 aardappel Introductie van nieuwe generatie resistente aardappelrassen kost veel tijd en moeite 32 Varkens, sap & granen Bijzondere producten en afzet op de Bio-beurs 2015

OP DE COVER: ALBERT BLOMMESTIJN FOTO: BERNARD FABER

3


Bio-beurs 21 en 22 januari

Waag jij de sprong? Demeter plein op de Bio-beurs: ‘Levende bodems’

Tentoonstelling met levensgrote bodemprofielen Bodemlaboratorium met bodemspreekuur Café voor ontmoeting en uitwisseling Doorschakelen naar biodynamische landbouw? 22 Januari 16.45-17.45 uur: Workshop ‘Bodem als basis’ door Leen Janmaat en Petra Derkzen Het Demeter-plein is een samenwerking tussen Stichting Demeter, de BD-Vereniging en Warmonderhof en wordt mede mogelijk gemaakt door EkoPlaza, Estafette Odin, Landgilde, Landgoed Kraaybeekerhof en Stichting Grondbeheer.


VOOR WOORD

Louterend Ik ben een week in Noord Ghana geweest. Als bestuursleden van een kleine stichting ondersteunen en bezoeken we elk jaar twee biologische plattelandsontwikkelingsprojecten. Zo’n weekje in een totaal andere cultuur werkt voor mij altijd louterend. Je wordt door al je gedachten en zintuigen gewezen op de belangrijkste zaken in dit ondermaanse bestaan. Boeren en boerinnen zijn in Noord Ghana in eerste plaats afhankelijk van zichzelf en van de natuurlijke omgeving waarin ze leven en werken. Er is geen politiek vangnet wat bij catastrofes zoals vogelgriep of een Russische boycot te hulp schiet met financiële hulp of compensaties. Je moet het zelf oplossen. De natuurlijke omgeving zorgt voor voedsel, medicijnen, brandhout, bouwhout en drinkwater. Maar die omgeving is ernstig aangetast. Regens zijn de laatste 10 jaar in Noord Ghana onregelmatig geworden. Zo onregelmatig dat regenafhankelijke landbouw, voor 90 % van de plattelandsbevolking de bestaansbron, bijna niet meer mogelijk is. Het water komt soms met bakken en soms helemaal niet uit de hemel. Als het graan net is gekiemd of net staat te bloeien en het blijft een week droog dan is de ­opbrengst mislukt. En dat betekent honger. Oorzaak van de onregelmatige regens is het veranderende ­k limaat. Overal in Afrika zie je dat terug. Het schrijnende is

dat Afrika niet zelf de oorzaak is van het veranderende klimaat, dat zijn toch vooral de overconsumerende rijke westerse landen. Wij stoten veel broeikasgassen uit en dat veroorzaakt klimaatsverandering in o.a. de 500 km zone onder de Sahel in Afrika. Compost gebruiken helpt wel. Ik ben verschillende boeren tegengekomen die juist door compostering net genoeg water op kunnen slaan in de bodem om een droge periode te overbruggen. Een boerin vertelde mij: “Compost verbetert niet alleen de bodem maar ook onze dorpssamenleving. Want compost maken doen we in groepen. Vandaag maken we compost bij boer Iddrisu, morgen bij boerin Akurugu en overmorgen bij boer Apusik. Zo leren we elkaar kennen en delen lief en leed met elkaar. Compost verhoogd de samenhang. Beide effecten heb je niet als je kunstmest gebruikt”. Dat vind ik wel een louterende kerstgedachte: verhogen van de samenhang, in de bodem en in onze samenleving. Volgend jaar is het ‘Jaar van de Bodem’. In dit nummer en in alle nummers van volgend jaar zal Ekoland veel aandacht geven aan de bodem, maar hoe verhogen we de samenhang? Als u ideeën heeft: Graag!.

Kees van Veluw hoofdredacteur

COLOFON ISSN: 0926-9142

Uitgever

Vormgeving

Advertentieacquisitie

Abonnementen

Vilarrica bv, Baarn

Van Westering Groep bv, Baarn T 035-8873531 E sales@ekoland.nl

Ekoland verschijnt 11x per jaar. Een jaarabonnement kan elke maand ingaan en kost (vanaf januari 2015) € 92,49 (NL) inclusief BTW. Het abonnement wordt s­ tilzwijgend verlengd, tenzij twee maanden voor het verstrijken van het lopende abonnementsjaar schriftelijk (kan ook via de website) wordt opgezegd. Indien niet anders is overeen­gekomen wordt jaarlijks een acceptgiro ter beta­ling van het a ­ bonnementsgeld toegezonden. Adreswijzigingen s.v.p. vijf weken van te­voren schriftelijk opgeven aan de abonne­men­ten­ad­ministratie o.v.v. het oude adres (via de adresdrager of www.ekoland.nl, zie abonnee service).

Jaap van Westering

Aan dit nummer werkten mee

Hoofdredacteur

Diana Beekvelt, Jan Bokhorst, Dick Boschloo, Maria van Boxtel, Bernard Faber, Leen Janmaat, Henk Kloen, Edwin Nuijten, Udo Prins, John van der Rest, Petra Rietberg, Geertje Schlaman, Bart Timmermans, Kees van Veluw, Helmer Wieringa

Kees van Veluw

Eindredactie Bernard Faber

Redactie Maria van Boxtel Eline de Bot Harm Brinks Leen Janmaat

Bladmanager Annemieke Praamstra

34ste jaargang nr 12

Redactie-adres Postbus 696, 3740 AP Baarn T 035-8873531 E redactie@ekoland.nl

Druk Drukkerij Veldhuis Media, Raalte

WWW.EKOLAND.NL EKOLAND | december – 2014

Abonnementen­administratie Van Westering Groep bv Postbus 696, 3740 AP Baarn T 035-8873531 E abonnementen@ekoland.nl ©2014. Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen en/of ­illustraties is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de uitgever. De redactie noch de uitgever aanvaardt enige verantwoor­delijkheid voor schadelijke gevolgen die kunnen ontstaan na gebruikmaking van gegevens uit dit blad.

Ekoland is een uitgave van Van Westering Groep bv @vakbladekoland

Los nummer € 8,99 (m.i.v. nr 1/2015) Het volgende nummer van Ekoland verschijnt op 16 januari 2015

5


ILLEGAAL LANDBOUWGIF SIERTEELTSECTOR GEVAAR VOOR BIJEN Een nieuw Greenpeace-onderzoek heeft uitgewezen dat de sierteeltsector grootverbruiker is van pesticiden die giftig zijn voor bijen. Een onafhankelijk laboratorium heeft tuinplanten, kamerplanten en snijbloemen onderzocht die worden verkocht bij GroenRijk, Life & Garden, Hornbach, Praxis, Gamma en Jumbo. Van de 105 onderzochte producten bevat 36% verboden bestrijdingsmiddelen. Op producten werden 637 restanten van bestrijdingsmiddelen aangetroffen. Eén bosje chrysanten bevatte 15 en één bosje rozen zelfs 21 verschillende soorten pesticiden. In 68 gevallen ging het om een bestrijdings-

Bodemkwaliteit op zand

Ziektes als Phytophtora in aardappel en bladvlekkenziektes in prei, alsmede het relatief warme weer met veel neerslag. Het zijn evenzovele oorzaken dat de biologische opbrengsten in 2014 van het project ‘Bodemkwaliteit op zandgrond’ tegenvallen. In het WUR-project worden drie systemen met verschil in organische stofaanvoer vergeleken. Twee geïntegreerde systemen waarvan één met hoge en één met lage organische stofaanvoer, en een biologisch systeem met hoge organische stofaanvoer met vaste mest en drijfmest. Daarnaast wordt in elk systeem ploegen en niet-kerende grondbewerking vergeleken. Het gangbare 6

middel dat niet is toegestaan in de Nederlandse sierteelt. Op een aantal monsters werden middelen aangetroffen die al jaren illegaal zijn en zeer schadelijk voor de gezondheid kunnen zijn. Bijen lopen groot gevaar door het pesticidengebruik in de sierteeltsector. Maar liefst 79% van de planten bevat residuen van middelen die zeer giftig zijn voor bijen. De kans is groot dat bijen tijdens de teelt aan deze middelen worden blootgesteld. Direct, omdat ze hun

systeem zonder gebruik van organische mest leverde ook dit jaar gemiddeld 10% minder op dan het gangbare systeem mét organische mest. Niet-kerende grondbewerking (NKG) gaf gemiddeld een vergelijkbare opbrengst als bij ploegen. De opbrengst van de zomergerst viel erg tegen. Het is nog steeds niet duidelijk waarom deze elk jaar zo achterblijft. De opbrengst van erwt, peen en maïs was goed tot zeer goed.

Herstel biologische varkenshouderij Duitsland Na economische zware tijden trekt volgens het Duitse marktinformatiebureau AMI de vraag naar biologische slachtvarkens weer aan in Duitsland. Eind november bedroeg de opbrengstprijs voor E-kwaliteit slachtvarkens, van biologische herkomst €3,29 per kilo geslacht-gewicht. Eerder dit jaar nam de vraag naar biologisch varkensvlees af met 13 procent. Volgens cijfers van AMI telde Duitsland in 2013 117.000 biologische varkens.

eten en drinken halen op de giftige planten, of indirect, via het afvoerwater van de kassen dat in het oppervlaktewater terecht komt. Het TV-programma Kassa Groen besteedde 2 december uitgebreid aandacht aan het onderzoek. Het volledige testrapport ‘Bloemen die bijen doden’ is te vinden op de website.

Zetten is minder stellig over het aantal Freiland-bedrijven, maar dat zijn er volgens hem slechts enkele en dan in de omgeving van Kamperveen. Volgens Van Zetten zijn er ook vanuit de hobbyhouders en hobbybedrijven die vaak hun dieren buiten hebben lopen geen meldingen geweest bij de Nederlandse Voedsel- en De prijs voor biologische biggen is al twee jaar ontoereikend, meldt het artikel. Voor een goede opbrengstprijs van de vleesvarkens is het echter cruciaal dat de dieren goed classificeren en voldoen aan de specificaties die de slachterijen hanteren. De gewichtskorting voor te zware varkens is namelijk fors.

Geen bio bedrijven in besmette gebieden In een straal van 25 kilometer rond Kamperveen en ook elders in het Groene Hart van Holland zitten geen biologische pluimveebedrijven. Dat bevestigt voorzitter Willem Remijnse van de vereniging van biologische pluimveehouders. Eierhandelaar Roel van

Warenautoriteit van bovenmatige sterfte onder hun dieren. Remijnse kan zich vinden in de maatregelen die zijn getroffen om de kans op besmetting zoveel mogelijk te beperken. Beide mannen hopen dat de ophokplicht niet langer zal duren dan strikt noodzakelijk. De Europese regels gaan uit van een maximale termijn van twaalf weken ophokplicht bij veterinaire noodzaak.

december – 2014 | EKOLAND


LANDBOUWBERICHTEN

Minder ammoniak door weidegang

Koeien die langer in de wei lopen zorgen voor vermindering van de totale ammoniakemissie van melkveebedrijven. Dat blijkt uit onderzoek van Wageningen UR Livestock Research in opdracht van Natuurweide, de vereniging van biologische melkveehouders in Nederland. De lagere ammoniakemissie komt vooral doordat er minder mest wordt uitgereden. Ook aan- en afvoer van mest spelen een belangrijke rol; de ammoniake-

missie die ontstaat bij het uitrijden van aangevoerde mest, doet de voordelen van meer weidegang voor een deel te niet. De resultaten sluiten aan bij die van een eerdere modelstudie op basis van een gangbaar melkveebedrijf. Daarbij werd berekend dat elk uur weidegang de ammoniakemissie vermindert met 3,3 gram per koe per jaar. Gemiddeld weiden de koeien op biologische bedrijven bijna twee keer zo lang als op gangbare bedrijven. Vermindering van de ammoniakuitstoot is voor de biologische melkveesector een extra stimulans om te streven naar maximale weidegang. Met het onderzoek wil Natuurweide nagaan of weidegang mogelijkheden biedt als mitigerende maatregel voor ammoniakemissie. Een goede borging,nodig om extra weidegang als ammoniakreducerende maatregel op te kunnen nemen in de wet- en

regelgeving, is echter nog niet geregeld. Technische innovaties bieden hiervoor wel perspectief, maar een pasklaar antwoord is er nog niet.

Internationale coalitie contra sojaoctrooi Monsanto

Samen met organisaties uit tien Europese lidstaten start Bionext een nieuwe bezwaarprocedure tegen een octrooi van Monsanto op eigenschappen van wilde soja-rassen. Natuurlijke eigenschap-

pen van planten worden steeds vaker als ‘uitvinding’ vastgelegd in een octrooi. Bionext wijst deze ontwikkeling af omdat het de innovatie in de verdeling belemmert en kleine zaadbedrijven uit de markt gedrukt worden. In februari 2014 heeft het Europees Octrooibureau in München een octrooi verleend aan Monsanto (EP2134870) op het screenen en selecteren van sojaplanten die zijn aangepast aan bepaalde klimaatzones. Het gaat ditmaal om circa 250 wilde en gekweekte soorten uit Azië en Australië. Volgens de Europese octrooiwetgeving is het verboden om klassieke veredelingsmethoden en plantenrassen te octrooieren. Bedrijven als Monsanto weten dat en omzeilen die wetgeving door hun octrooi-aanvragen zo breed en vaag mogelijk te maken. Volgens Bionext vormen dit soort octrooien op termijn een bedreiging voor de biodiversiteit.

DE ZADERIJ BV, EEN NIEUW BIOLOGISCH ZAADBEDRIJF Jan Velema start ‘proefstation voor regionale en historische zaden’. Jan Velema, voormalig directeur van Vitalis Biologische Zaden is een nieuw bedrijf gestart: de Zaderij B.V. De Zaderij is geen gewoon zaadbedrijf maar noemt zich proefstation voor regionale en historische zaden. Jan Velema:: “Voor de grootschalige en internationale handel voor biologische groenten is er inmiddels een goed aanbod van geschikte biologische rassen. Maar tegelijk zie je een toenemende interesse in regionale producten, kleinschalige teelt, stadslandbouw, en dergelijke. Daarvoor zijn de moderne handelsrassen niet altijd geschikt”. Velema heeft zich verdiept in de geschiedenis van de Nederlandse plantenveredeling en ontdekte dat rassen de afgelopen decennia steeds meer zijn geselecteerd op kenmerken die bepaald worden door handel, industrie en supermarkt. Waarbij vooral opbrengst, houdbaarheid en uniformiteit een

EKOLAND | december – 2014

rol spelen, terwijl smaak en variatie verloren zijn gegaan. De Zaderij wil zaadteelt en selectie weer dichter bij de teler en consument brengen. “Wij selecteren en telen niet alleen zelf zaad, maar werken ook nauw samen met (moes) tuinders en boeren die een eigen selectie in stand houden en daar zaad van telen, soms van vader op zoon of oma op kleindochter. Daarnaast verzamelen wij via genenbanken oude Nederlandse rassen en kijken wij of daar de oude authentieke smaak in terug te vinden is”. Afgelopen jaar heeft de Zaderij 170 oude slarassen beproefd en vermeerderd die van 1850 tot 1980 in Nederland op de markt waren. Ook zijn ze bezig om zo veel mogelijk oude bonenrassen te verzamelen en te beschrijven. Voor dat werk zijn is de Zaderij deze zomer gekozen tot Held van de Smaak in Gelderland. Ook worden

er de oude graanrassen, waar steeds meer belangstelling voor is, in stand gehouden en vermeerderd, zoals Sintjansrogge, tarwe Gelderse Risweit en spelt. Om kleinschalige en regionale teelt van dienst te zijn biedt de Zaderij naast regionale tuindersselecties en historische rassen ook zaad in kleinverpakking aan van Vitalis en Bejo. “Want serieuze moestuinders en kleine telers met directe afzet van verse groenten hebben ook behoefte aan zaden van hoge kwaliteit. Wij hebben een selectie gemaakt van professionele rassen van Vitalis en Bejo die voor vers gebruik en directe afzet geschikt zijn”. Dat is bijzonder, want de meeste rassen van Vitalis en Bejo waren tot nu toe niet in kleinverpakking verkrijgbaar. Verkoop via www.zaderij.nl

7


Jan Velema, biologische plantenveredelaar van De Zaderij heeft nu een exclusief assortiment van zaden van de beste biologische rassen beschikbaar voor de kleine tuinder en particulier.

ecology farming AND

Regionale, historische en moderne rassen voor kleinschalige teelt en directe afzet zijn vanaf nu te bestellen in onze webshop via thors www.zaderij.nl With au und

de Zaderij B.V.

Appenseweg 7, 7383BA Voorst an More th ers FREE d www.zaderij.nl info@zaderij.nl d a re 0 wnloa 50,00 o D n

from aro e the glob

per editi

o

ecology farming

Worldwide magazine on organic farming, for decision makers in the organic industry, AND farming, trade, processing, retail, education, governments and NGO’s.

Unique, digital, magazine for the organic movement. thors With au und from aro e the glob

Subscribe Now!

www.ecologyandfarming.com Annual subscription fee: €44,-

an More th ers read 50,000 on per editi

Ecology and Farming is published FREEby Vand Westering theaNetherlands, nlo owbv, DGroep under the auspices of IFOAM

w w w . Worldwide e c o l o magazine g y a n on d organic f a r mfarming, ing.com for decision makers in the organic industry, farming, trade, processing, retail, education, governments and NGO’s.

Subscribe Now!

Zonnehoeve te Zeewolde zoekt per direct Unique, digital, magazine www.ecologyandfarming.com een ervaren melkveehouder. Annual subscription fee: €44,for the organic movement. Kijk voor meer informatie over Zonnehoeve op www.zonnehoeve.net Ecology and Farming is published by Van Westering

Groep bv, the Netherlands, Profiel: under the auspices of IFOAM • Aantoonbare professionele ervaring • Ervaring met het werken met melkvee, kalveren en agrarische loonwerk op de boerderij. Beheer van natuurterreinen hoort hier ook bij. • Oog voor zowel de mensen, dieren als het productieproces, zelfstandig, w w w. e co l o g ya n d fa r m in g . co m verantwoordelijk, ondernemend, leergierig, creatief en stressbestendig. • Woonachtig op bereisbare afstand of bereidt zich hier te vestigen (woonruimte aanwezig). • Bij voorkeur een opleiding gevolgd op de Warmonderhof met als specialisatie melkveehouderij en agrarisch loonwerk.

De 24-uurszorg en de dagbesteding spelen een grote rol op Zonnehoeve. Onze kandidaat zal dan ook regelmatig werken met onze zorgvragers in het productieproces en daar ook enige affiniteit mee dienen te hebben. Stuur uw sollicitatie en motivatiebrief naar info@zonnehoeve.net.

Stichting Warmonderhof zoekt Een enthousiaste directeur (0,4 fte) Warmonderhof in Dronten staat voor het opleiden en enthousiasmeren van mensen die biologische en biologisch dynamische landbouw en de keten daaromheen als werkveld kiezen.

Stichting Warmonderhof draagt zorg voor het wonen en voor de praktijk en werkt daarbij nauw samen met Warmonderhof Opleidingen (Groenhorst Dronten) en de bedrijven op Warmonderhof.

Voor meer informatie over deze functie en over Stichting Warmonderhof, zie onze website www.warmonderhof.nl. BF15_90-5x258_NL_Ekoland_4c.indd 1

04.11.14 12:31


BEDRIJFSVOERING

WANNEER IS GEURHINDER STRAFBAAR? LEES MEE IN DE WGV

GEURWET BESCHERMT MENSEN

REGELS & WETTEN DEEL 5 Hoe om te gaan met (nieuwe Europese) regelgeving

De wetgeving in Nederland beschermt de burger. Omdat mensen het beste in een schoon milieu leven, is een schoon milieu van belang. Hoe werkt dit door op het landbouwbedrijf? De aanpak van geurhinder laat dit zien. TEKST HELMER WIERINGA | FOTO DICK BOSCHLOO

D Boeren en tuinders behoeven geen bescherming tegen stank.

e Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) biedt bescherming aan personen tegen langdurige blootstelling aan geurhinder in gebouwen. Zo luidt de wet. Kijk nog eens goed naar die zin. Het gaat om mensen die langere tijd in een gebouw zitten. Die mensen mogen geen schade hebben door stank, in dit geval van dieren. De geur komt ook uit een gebouw, zo stelt de wet verder. We hebben het probleem dus omgezet in een afstandsvraag tussen gebouwen met dieren en gebouwen met mensen. De veestal moet voldoende afstand hebben tot dit andere gebouw, 50 meter is de ondergrens. Het erf, de mestput en het weiland tellen dus niet mee. En ook een tent niet. Gelukkig geldt de afstandseis niet voor de boerenwoning tot de eigen stal en alle stallen van de buren. Andersom bekeken: boeren en tuinders behoeven geen bescherming tegen stank, ook niet die van de buren, aldus de wet. We lezen verder. Een gebouw is een geurgevoelig object als dat ‘bestemd is voor en blijkens aard, indeling en inrichting geschikt is om te worden gebruikt voor menselijke wonen of menselijk verblijf en die daarvoor permanent of een daarmee vergelijkbare wijze van gebruik, wordt gebruikt’. Een echte juridische zin. Door deze omschrijving is de fantasie geprikkeld dat allerlei verblijf hieronder moet worden verstaan, zoals bed and breakfast en een dagopvang voor ouderen. Het bijzondere is dat de Tweede Kamer het woordje ‘regelmatig’

EKOLAND | december – 2014

uit de zin heeft geschrapt, anders had de fantasie gelijk gekregen. Toch volgden rechtszaken. Uit uitspraken van de rechter blijkt dat een kortdurend verblijf in een gebouw, of dat nu regelmatig is of niet, van het gebouw geen geurgevoelig object maakt in de zin van de Wgv. Bij een logeergebouw is het dus de vraag of de personen er kortdurend (zoals recreanten) of langdurig verblijven (zoals expats). Een logeergebouw voor recreanten is in principe kortdurend en niet geurgevoelig. Helaas volgt niet elke gemeente deze interpretatie voor recreatie. Is ouderen- en kinderopvang dan wel ‘geurgevoelig’? En je eigen kinderopvang op de melkveehouderij? Een mooie oefening. De illustratie laat zien dat het nuttig is om te weten waar de wet op gebaseerd is, om de details te begrijpen. Zowel burgers als ambtenaren vergeten wel eens waar een detailregel vandaan komt. Zo stelde ik dat de minimale afstand bij geur 50 meter is. Maar de wet zegt ook: als je aantoont, dat er geen probleem is, is er geen probleem. De kern is zorgvuldigheid, de kern is niet dat buitenstaanders ‘berekenen’ dat er een geurprobleem is. Op dezelfde wijze geldt het zorgbeginsel in andere milieu- en natuurwetgeving. Ook de landbouw die biologisch boert, heeft een zorgbeginsel als basis. Helmer Wieringa is adviseur bij Land & Co. Hij ontvangt graag vragen van Ekoland-lezers om te bespreking in deze rubriek. Mail uw vraag naar kopij@ekoland.nl. Uw vraag blijft anoniem! Voor eerdere antwoorden: zie Ekoland en www.landregels.nl

9


EKOLAND INNOVATIEPRIJS BIOLOGISCHE LANDBOUW

SCH

W

2015

OU

IN

GI

L

O

VATIEPR I

JS

BIO

De lezers van Ekoland hebben dit jaar dertien bedrijven aangemeld voor de Ekoland Innovatieprijs 2015. Stuk voor stuk inspirerende en innovatieve biologische bedrijven en ondernemers die op vernieuwende wijze hun bedrijf ontwikkelen. Op deze pagina’s alvast een eerste kennismaking. De vakjury bestaande uit Jan van Beekhuizen, Jan Bokhorst, Jan Jonkman, Maria van Boxtel, Geertje Schlaman en Kees van Veluw, kiest uit de aanmel­ dingen drie genomineerden. In Ekoland 1/2015 worden de namen van deze genomineerden bekend gemaakt. Op woensdag 21 januari om 20.00 uur wordt de winnaar van de Ekoland Innovatieprijs bekend gemaakt en worden alle prijzen feestelijk uitgereikt op de Bio-beurs. Iedereen is welkom.

NO

D

B

DE KANDIDATEN

E LAN

TEKST MARIA VAN BOXTEL, GEERTJE SCHLAMAN & KEES VAN VELUW

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND

EKOLAND

EKOLAND

BAKKERBIO is een akkerbouw en vollegrondsINNOVATIE PRIJS 2015te Munnekezijl INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015

01 02 03 04

groenteteeltbedrijf met zoogkoeien, gericht op de bodem. Een gezonde bodem geeft immers gezonde, weerbare gewassen. Met een ruime rotatie, bemesting met strorijke mest van eigen zoogkoeien en geitenbedrijven uit de regio en directe inzaai van een tussengewas na de oogst is de bodem altijd bedekt en is er altijd wat te eten EKOLAND EKOLAND EKOLAND maakt het moINNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 voor het bodemleven. Niet meer ploegen, niet meer spitten, plus INNOVATIE PRIJS 2015 BIO-KI gelijk om met eigen biobeddenteelt met rijpaden, resulteert hier in een verbetering van de logische stieren te fokken productkwaliteit, een vermindering van de mestbehoefte met 30 en het sperma van deze procent en een 25 procent lager brandstofgebruik. De familie Bakbiologisch gehouden ker experimenteert met teelt zonder aanvoer van dierlijke stieren in de biologische meststoffen via Planty Organic en blijkt in vergelijking met (melk)veehouderij te verandere ondernemers in Boer en Klimaat bijna klimaatneukopen. Wat bij de teelten traal te werken. Zonnepanelen en de ontwikkeling van een EKOLAND EKOLAND EKOLAND verplicht is: gebruik van zelf samengestelde bloemkooloogstmachine zonneINNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIEop PRIJS 2015 biologisch uitgangsmaenergie zijn nog toekomstplannen. www.bakkerbio.nl. teriaal, is in de melkveehouderij minder gebruikelijk. Op bedrijven met een eigen stier na wordt zo’n driekwart van de EKOLAND EKOLAND EKOLAND wel geboren uit een biologiEKOLAND EKOLAND EKOLAND EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015 kalfjes INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 DEELI FRUITS & HONEY heeft kleinfruit, INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 sche melkkoe, maar met sperma van druiven en hoogstamfruit, daarnaast kippen, een gangbaar gehouden en gefokte stiepaar (vlees)koeien, en honingbijen. De producten ren. Innovatie in de stierenfokkerij, worden zelf verwerkt en in directe verkoop op de zoals familieteelt, maakt dat er goed markt gebracht. Het kleinschalige bedrijf gebruikt op specifieke eigenschappen voor veel verschillende (fruit)rassen met een heldere de biologische veehouderij geselecoogstspreiding, zodat Roeland en Ingrid van Dee teerd kan worden. Bio-KI toonde de het werk zelf aankunnen. In de pluimveehouderij EKOLAND EKOLAND EKOLAND afgelopen tien jaar aan dat het goed INNOVATIE PRIJS PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 verzorgen ze2015 zelf de heleINNOVATIE kringloop van ei tot kuikmogelijk is om te fokken met sperma en, leghen of mesthaan, tot nieuw ei. Jonge en oude van biologisch gehouden stieren. kippen worden bij elkaar gehuisvest, alleen de hanen Bio-KI is de enige biologische gaan op zekere leeftijd apart. De bewust kleinschalige KI-organisatie ter wereld. strategie is gericht op een levensvatbaar bedrijf en als www.biologischefokkerij.nl een realistisch alternatief voor specialisering en opEKOLAND EKOLAND EKOLAND EKOLAND EKOLAND EKOLAND EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 schaling. www.deeli.nl INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015

01 02 03

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

05 06 07 08

01 020503060407

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

09 10 11 12 10

10 0811 1 05 060907 december – 2014 | EKOLAND


01 02 03 04 EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

3 04

S 2015

BIOSFEER GROEDE is een

kruiden- en groenteteeltbedrijf dat zich helemaal richt op het telen en verwerken van medicinale en smakelijke planten voor tincturen en powerjuices. Zo weet Biosfeer Groede met een klein teeltoppervlak smakelijke en gezonde producten op de markt te brengen met een goed rendement. Innovatieve micro-landbouw, waarbij teelten slim gecombineerd worden in tijd en ruimte, leveren trendy producten zoals powerjuices, tarwegras, EKOLAND druivensap, witte en rode Bruuswijn INNOVATIE PRIJS 2015 en verse thee, de HealT, met een zo hoog mogelijk gehalte aan actieve inhoudsstoffen. Er is zoveel vraag EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015 naar de originele en bijzondere producten, zoals tincturen, gemmo-maceraten en wijnen, zoals paardebloemwijn, dat ook telers in de regio via ‘Anders Ondernemen’ voor Biosfeer gaan telen. Naast het inspelen op de trend van powerjuices ontwikkelt Biosfeer Groede via Zuiver Zeeuws ook welness-producten als een paardenmelkpakking met kruiden en een mosselscrub. www.biosfeergroede.nl

7 08

S 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

1 12

S 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND

EKOLAND

COOPERATIE BIOMEERWAARDE EI INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 201

05 06 07 08

is een boereninitiatief om biologische eieren gezamenlijk af te zetten en daarmee grip te krijgen op het aanbod van biologische eieren op de markt. Door een periode van grote groei door omschakeling daalden in 2012 en 2013 de prijzen van biologische eieren. Grote bedrijven kregen directe contracten met pakstations, kleinere bedrijven konden de eieren soms niet meer kwijt. In navolging van de BioMeerEKOLAND EKOLAND EKOLAND waardeKip wilden de pluimveehouders meer INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 grip op de markt. BioMeerwaarde Ei is in 2014 op de biologische vakbeurs gepresenteerd. Inmiddels zijn al 35 bedrijven aangesloten met in EKOLAND EKOLAND EKOLAND EKOLAND totaal 400.000 biologische leghennen. En dat terINNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 201 wijl in de pluimveehouderij geen traditie van coöperatief samenwerken bestaat. De marktprijs voor EKOLAND EKOLAND EKOLAND biologische eieren is gestegen en 2015 BioMeerwaardeEi INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS INNOVATIE PRIJS 2015 IN staat open voor alle biologische pluimveehouders: samenwerken aan eerlijke prijzen.

01 02 03 04 09 10 11 12 01 02 03 0 EKOLAND

DOMINIO VALE DO MONDEGO INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

05 06 07 08 13 14 05 06 07 0

is opgestart door Nederlanders Eelco Schaap en Karin Sligting in Portugal. Met een olijfboomgaard, groenteteelt en een zeldzaam schapenras vitaliseren ze een verlaten vallei EKOLAND EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 met biologische landbouw. Ze ontvangen gasten en geven ruimte aan bijzondere EKOLAND EKOLAND EKOLAND FRUITTUIN VAN WEST is INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 kunst- en cultuuruitingen. Innovatieve het nieuwe fruitbedrijf van ervanatuurbescherming maakt het geheel comren fruittelers Wil en Lisan Sturpleet. Een gedeelte van de onderneming kenboom en hun medewerkers. is gefinancierd met aandelen, ook vanuit Vertrokken uit Dronten startten Nederland, en zijn er goede leer- en uitbreize bij Amsterdam een nieuwe pudingsmogelijkheden. De regionale bevolbliekstuin met fruit en natuur. Dit king is betrokken bij dit bijzondere en muzikale bedrijf. In voorjaar nu al EKOLAND EKOLAND EKOLAND nog een kale vlakte, EKOLAND de streek geldt het als een voorbeeld van ‘hoe het ook kan’. INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 dragende bomen. Hoe? Doordat de Gasten van de muziekfestivals en conferenties doen inkoFruittuin van West volwassen bopen in de regionale winkels, bewoners worden trotser op men aanplantte die meteen bleken hun streek: enthousiasme en bewustzijn van zorg voor de te dragen. De eerste drie open daaarde worden gedeeld. gen trokken meteen 1200 bezoekers www.dominiovaledomondego.com per open dag. De plek biedt uitstekende potentie EKOLAND EKOLAND met alle soorten EKOLAND voor stadsgerichteINNOVATIE landbouw INNOVATIE PRIJS 2015 PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 aangeplant fruit, ook zacht fruit. Jonge ondernemers kunnen op de Fruittuin kennismaken met stadslandbouw. www.fruittuinvanwest.nl

IN

09 10 11 12

09 10 11 1

EKOLAND | december – 2014

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

11

IN


VOORBESCHOUWING BIO-BEURS 2015 EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

02 03 04 SCH

W

2015

OU

L

GI

D

B

IN

BIO

O

VATIEPR I

JS

NO

E LAN

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND

EKOLAND

BIOROMEO van Krispijn van den INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 201

09 10 11 12

Dries innoveert in direct contact met de consument. Op zorgboerderij De Boerderij in Emmeloord en op het bedrijf van zijn vader Dignie van den Dries en vennoot Peter Keij werkt jonge boer Krispijn van den Dries aan bijzondere producten. EKOLAND EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 Ze hebben vergeten groenten en wilde producten met bijzondere kleuren en smaken mede in de markt gezet, ook op groothandelsschaal, en komen daarmee tegemoet aan de behoefte van de bewuste consument aan authentieke en bijzondere smaakervaringen. Krispijn van den Dries ontwikkelde, inEKOLAND een uitwisseling met Chileense telers, zelf een mengsel EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 van veelkleurige aardappels, nu in de markt beschikbaar als Wilde Aardappelen. Ook veelkleurige wortels, bietjes en oude gewassen als pastinaak, wortelpeterselie en aardpeer zet hij op de kaart. Met zijn regionale webwinkel en met zijn aandacht voor sociale media heeft Krispijn van den Dries flinke media-impact als jonge biologische EKOLAND EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015 PRIJS 2015 boer. In samenwerkingINNOVATIE met groenteclubs, collectieve bestelgroepen en met de Stichting Samen Rooien maken ze biologisch op een vernieuwende en snelgroeiende manier ook voor groepen met lagere inkomens beschikbaar. www.bioromeo.nl

01 02 03 04 06 07 08 13 14

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND

HET WILLINK van Gerjan INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

Slingerbergh en familie is een biologisch-dynamisch legkippenbedrijf in het Overijsselse Ane. Een nieuwe dubbeldoelras-kip is de innovatie op het Willink. In samenwerking met andere pluimveehouders en onderzoekers, maar ook met enorme vasthoudendheid, EKOLAND EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 creativiteit en eigen financiële middelen, werkt het Willink aan het nieuwe ras: een nieuw dubbeldoelras-kip. Naast eieren EKOLAND EKOLAND EKOLAND leveren dergelijke rassen ook goed INNOVATIE INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 PRIJS 2015 vlees. Hierdoor kunnen de haantjes rendabel worden opgefokt voor vleesproductie, en hoeven ze niet te worden vernietigd. Hiermee biedt deze innovatie een oplossing voor een lastig maatschappelijk probleem. Inmiddels is het nieuwe kippenras in de zevende generatie, bij de twaalfde generatie is een goed ras bereikt. Het EKOLAND EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015 ras is een kruising van bestaande rassen en hobbyrassen, maar legt toch minimaal 270 eieren per jaar en levert voldoende vlees op biologisch voer. Zoek via www.boerderij.nl EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015de video over ‘de combikip in naar de maak’.

05 06 07 08 10 11 12 14

EKOLAND

EKOLAND

POLDERZICHT MASTENBROEK is een modern bioloINNOVATIE PRIJS 2015 INNOVATIE PRIJS 2015

09 10 11 12

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

gische melkveehouderijbedrijf met speciale aandacht voor natuurbeheer en weidevogels. De familie Pelleboer innoveert slim in verbreding met weidevogelsafari’s, Tour de Mastenbroek en kano- of trekschuitvaren. De nieuwste innovatie is Red de Rijke Weidekaas. Als eerste boer in Nederland ontwikkelde Pelleboer een biologisch zuivelproduct met een geborgde natuurinspanning. In de komende drie jaar breidt hij uit naar een derde kruidenrijk grasland of plas/dras grasland. Samenwerkingspartners zijn belangrijk bij deze innovatie. Rouveen maakt de kaas van Polderzicht’s melk, Kroon/Natudis verzorgt de groothandel en distributie. Vogelbescherming Nederland ziet toe op de natuurinspanning en maakt reclame maakt voor Red de Rijke Weidekaas onder haar achterban van 140.000 leden. Per verkochte kilo kaas stelt Kroon/ Natudis EKOLAND een euro beschikbaar voor weidevogelbeheer, in het eerste jaar tussen de INNOVATIE PRIJS 2015 4000 en 6500 euro. Met dalende overheidsfinanciering voor natuurbeheer biedt Polderzicht Mastenbroek hiervoor een deel van de oplossing. www.polderzichtmastenbroek.nl www.redderijkeweide.nl

13 14

12

december – 2014 | EKOLAND


01 0

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

3 04

S 2015

D IJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND

VELD & BEEK INNOVATIE PRIJS 2015houdt biologisch melkvee en ossen in natuurgebieden en teelt

9 10 11 12 7 08

S 2015

D IJS 2015

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

05 0

INNOV

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

3 14 1 12

S 2015

groenten. Zuivel, vlees en groente worden rechtstreeks geleverd van de boerderij EKOLAND aan een vaste consumentenkring. Een uniek en innovatief systeem met zelf- INNOVATIE PRIJS 2015 bedieningskoelwagens geeft de consumenten de mogelijkheid op elk moment producten in de eigen buurt op te halen. Slimme combinaties met natuurbeheer, bijvoorbeeld door een grasmengsel met zes grassen, zes kruiden en zes klavers in te zaaien, geven de koeien een gevarieerd menu en passende natuur. Duurzaam energie- en watergebruik – met slimme technieken ook in de zuivelverwerking – maakt het bedrijf milieuvriendelijk. Door een grote investeerder en de eigen klanten is Veld & Beek vernieuwend gefinancierd. De nieuwste innovatie bestaat uit een potstal met technieken uit de kasteelt: een lichtdoorlatend dak biedt de mogelijkheid om in de zomer, als de koeien buiten lopen, uitstekende kwaliteit groenten te telen in de stal. www.veldenbeek.nl

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

EKOLAND | december – 2014

INNOV

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

INNOV

09 1

BOOMGAARD TER LINDE in-

noveert door een bloeiende ondergroei in de boomgaard. Als er na de bloei van het fruit zelf weinig te halen valt is dit een welkome aanvulling op het menu van bestuivende insecten. Piet Korstanje, Heleen van Elsacker en hun medewerkers besteden veel aandacht aan goed bodembeheer en ondergroei in de boomgaard. Door te investeren in moderne koel- en sorteervoorzieningen zijn zij in staat hun eigen smaakvolle fruit in optimale conditie via coöperatie Nautilus af te zetten. Samen met collega’s en onderzoekers in binnen- en buitenland zijn zij onvermoeibaar op zoek naar technieken die leiden tot een succesvolle teelt maar bovenal naar een optimale vruchtkwaliteit. Veel experimenten vinden plaats in de eigen boomgaard. Zo plantten ze 4 hectare van het nieuwe appelras Topaz op veel sterkere onderstammen dan gebruikelijk en planten ze een derde van het gebruikelijke aantal bomen per hectare, om de individuele bomen beter tot hun recht te laten komen. Met als doel een nog betere vruchtkwaliteit en reductie van de vele uren bodembewerking. Boomgaard Ter Linde pionierde ook in het vrijkopen van de grond onder het bedrijf: stichting Avalon maakt het mogelijk om de grond verantwoord te bewerken en door te geven. www.boomgaardterlinde.nl

EKOLAND INNOVATIE PRIJS 2015

VOF DE BETHUNE is in natuurgebied

13 1

en kwelpolder de Bethune opgezet door Willem en Gerdien van der Linden. Als starters van buiten de landbouw hebben ze veel doorzettingsvermogen, ze begonnen met vier hectare en gepachte stallen. Inmiddels zijn ze eigenaars van het bedrijf en tien hectare grond en pachten ze ruim 200 hectare grond onder 200 melkkoeien en leveren ze een miljoen liter melk. En dat in ietsje meer dan 10 jaar. Via pachten van Staatsbosbeheer en Waternet Amsterdam en het houden van vleesvee groeide het bedrijf stormachtig naar de huidige omvang met melkvee en enkele varkens. De Bethunepolder levert drinkwater voor Amsterdam, zodat spaarzaam gebruik van grondstoffen een voorwaarde is. Willem en Gerdien van der Linden maken slim gebruik van deze voorwaarden door biologisch te werken en samen te werken met Boeren voor Natuur. De bewuste keuze om de meest vruchtbare percelen buiten de Bethunepolder met voorrang te bemesten, maakt deel uit van deze innovatieve strategie. Zo slaagden ze erin om met ondernemingslust en doorzettingsvermogen ‘uit het niets’ een bedrijf op te bouwen.

13


EEN VRUCHTBARE BODEM IS ZOWEL HET BEGIN ALS HET RESULTAAT VAN BIODYNAMISCHE LANDBOUW

De bodem, grond van ons bestaan 14

2015 is het Jaar van de bodem. Een jaar lang wordt in elke editie van Ekoland vanuit verschillende standpunten aandacht aan dit voor de landbouw zo wezenlijke thema besteed. In dit eerste artikel wat bespiegelingen en beschouwingen over de bodem en compost vanuit biodynamisch perspectief. Leer uw bodem kennen. TEKST LEEN JANMAAT | FOTO’S JAN BOKHORST december – 2014 | EKOLAND


BODEM

D

e bodem waarop wij leven en boeren is grotendeels het resultaat van verweringsprocessen. Maar in ons land kennen we ook bodems als herinnering aan moerassen en veenvorming. Het Groene Hart is gevormd uit laagveen waarbij de planten groeiden in contact met het grondwater. Op de wat hoger gelegen gebieden in het oosten van het land, is hier en daar nog hoogveen aanwezig waarbij de planten afhankelijk zijn van het regenwater. De meeste bodems in Nederland bestaan echter voornamelijk uit minerale delen. Zand, klei en alles daar tussenin komt oorspronkelijk uit gesteenten zoals graniet en/of kalksteen. Kennis en inzicht over deze gesteenten en meer specifiek kiezel (SiO2) en kalk (CaCO3), vormen een grondslag voor biodynamische boeren. Pure zandgrond bestaat voornamelijk uit kiezel (SiO2) en zonder organische stof kan er niet veel op groeien. Naast water is aanvoer van mineralen nodig om er planten in te laten groeien. Zonder toevoegingen van meststoffen en mineralen ontbreekt de groei en overheerst de vorm. Denk hierbij aan kruiden en plantensoorten die op de heide groeien. Pure zandgrond is dus niet erg geschikt voor landbouw, niet voor niets werd de heide pas ontgonnen nadat kunstmest voorhanden was en kwamen de problemen toen het organische stofgehalte omlaag ging. Kalkrijke kleigronden vormen een tegenhanger van de (zure) zandgronden. Dit zijn de ingedijkte laag gelegen aangeslibde zeekleigebieden langs de kust en de drooggelegde Flevopolders meer landinwaarts. Deze doorgaans vruchtbare kleibodems hebben veel groeikracht. Dit is zichtbaar aan de overheersende groene kleur van het landschap na inpoldering.

De C/N-verhouding is een belangrijke parameter om de kwaliteit van compost te bepalen.

Riet, moerasandijvie en daarna koolzaad bepalen het beeld. Om hier landbouwgewassen te telen, is het nodig voldoende lucht in de bodem te krijgen. Door ontwatering komt er lucht ofwel zuurstof in de (natte) kleigrond waarna de rijping van de bodem begint. De grijs-blauwe kleur verandert langzaam naar tinten bruin. Op jonge kleigrond overheerst groeikracht. De uitdaging voor deze groeikrachtige bodems is het binnenhalen van voldoende licht zodat (af)rijping kan plaatsvinden. Slechte (waterige) smaak van producten is vaak een gevolg van overheersende groei en te weinig afrijping. Organische stof in het algemeen ofwel aanvoer van verteerde stalmest of plantaardige compost zorgt voor bodemvruchtbaarheid op langere termijn. Op zandgrond past een wat vette en mineraalrijke compost of mengsel van dierlijke mest met compost. Op kleigrond is een meer koolstofrijke compost op zijn plaats. Het doel van rijke organische mest op zandgrond is om de bodem mineraalrijker te maken en dus meer groeikracht mee te geven. Het doel van koolstofrijke compost op kleigrond is om vooral de structuur

Composteringsproces in drie fasen (Willemijn Cuijpers), afhankelijk van de temperatuur en de frequentie van het omzetten van de composthoop is de compost na minimaal 10 weken klaar voor gebruik. Meer info: Compost composities, bodem, bemesting en ziektewering, door Willemijn Cuijpers en Leen Janmaat. Uitgave Louis Bolk Instituut.

en daarmee ook zuurstof in de bodem te verbeteren. Zo snijdt het compostmes aan twee kanten. Compost of stalmest helpt in dit geval de bodem uit zijn doorgeschoten kwaliteit te halen. Maar we zouden compost tekort doen als we het bodemleven zouden vergeten. Het geheim van compost is dat in het verteringproces, en daarna in de opbouw van gerijpte compost, levende (micro)organismen het werk verrichten. In het composteringsproces zijn vele soorten organismen actief, zowel tijdens afbraak- als opbouwfase. Daarmee voegt compost ook iets levends toe aan de bodem. Vanuit biodynamisch perspectief worden levende planten met levende compost in een levende bodem gevoed. Tegelijkertijd speelt hierin de bemestingswaarde van de mest een rol die weer afhankelijk is van de samenstelling. Hier komt het mineralenaspect in zicht, waarbij bodem- of mestanalyses een hulpmiddel zijn om de waarde te bepalen. De C/Nverhouding is een belangrijke parameter om de kwaliteit van compost te bepalen. Gedurende het composteringsproces loopt de C/N-verhouding terug. Hoe meer structuurhoudend materiaal (stro, hout, ea.) er aanwezig is, hoe hoger de C/N verhouding wordt. Uitgerijpte groencompost heeft een C/N verhouding rond de 20. Een mineraalrijke compost (C/N < 10) zal meer mineralen naar de bodem brengen en een koolstof houdende compost (C/N > 40) geeft meer “body” aan de bodem. De effecten van compostaanvoer worden pas op langere termijn zichtbaar. De ideale bodem. De opbouw van de bodem en bodemprocessen verlopen langzaam in de tijd. De vraag hierbij is in welke richting de boer zijn bodem wil sturen. Wat is het ideale bodemprofiel voor de betreffende grondsoort en hoe geeft dit bodemvruchtbaarheid voor de volgende generatie? De beoordeling van een bodem begint met het waarnemen van het bodemprofiel, daaruit volgt de vraag ‘wat kan ik toevoegen om de bodem beter geschikt te maken van de teelt van mijn gewassen’. Dit vraagt ondermeer om het maken van keuzes in het bouwplan, in meststoffen, in grondbewerking en in mechanisatie. Leen Janmaat is als Senior Adviseur verbonden aan het LBI.

WORKSHOP snelle opname oplosbare afbraak eiwitten, vetten, hemicellulose en suikers en zetmeel cellulose

EKOLAND | december – 2014

langzame afbraak lignine en andere moeilijk afbreekbare componenten

•D e bodem als basis do 11.00 | Meerhal 1 15


BIOLOGISCHE BEDRIJVEN LIJKEN TOE TE KUNNEN MET MINDER FOSFOR OF SPELEN VLINDERBLOEMIGEN HIERBIJ EEN ROL?

NAAR EEN BETERE BENUTTING VAN BODEMFOSFOR Fosfaatoverschotten hebben negatieve gevolgen voor de natuur en de kwaliteit van het oppervlaktewater. Daarom wordt de aanvoer van fosfor (P) via mest en compost steeds verder aan banden gelegd. De uitdaging is om bij beperkte fosforaanvoer toch een goede opbrengst te realiseren. De biologische sector loopt voorop in het telen bij lage fosforniveaus. Het LouisBolk Instituut onderzoekt dit. TEKST PETRA RIETBERG & BART TIMMERMANS | FOTO’S PETRA RIETBERG

S

ommige biologische telers boeken ondanks zeer lage Pw-waarden en jarenlang weinig P-aanvoer op het bedrijf toch een goed resultaat. Het lijkt er op dat zij hun bodemfosfor goed weten te benutten. Reden om te onderzoeken wat er op deze bedrijven precies gebeurt. Dit doet het Louis Bolk Instituut in het project ‘Naar een betere benutting van bodemfosfor’. Vaak zijn er in de bodem grote voorraden fosfor opgeslagen, bijvoorbeeld doordat in het verleden zeer veel bemest is. Een groot deel van dit fosfor kunnen planten echter niet opnemen. Fosfaat is, in tegenstelling tot bijvoorbeeld nitraat, niet mobiel in de bodem: het beweegt maar kleine afstanden. De opname van fosfor hangt daardoor sterk af van de be-

worteling en samenwerking van planten met mycorrhizae, schimmels die fosfor vrijmaken. Door de immobiliteit van bodemfosfaat zijn bodemstructuur, pH en vochttoestand zeer bepalend voor de opname. De Zonnehoeve: slim gebruik maken van fosfor? Eén van de bedrijven waar het onderzoek plaatsvindt, is de Zonnehoeve. Dit is een gemengd bedrijf met 60 melkkoeien en 43 hectare land in Zeewolde (Flevoland). Sinds 1983 wordt enkel fosfor aangevoerd met bermmaaisel, zo’n 400500 kg ds/jaar. Daar staan afvoer van melk, vlees, akkerbouwgewassen en mest tegenover. De gewasrotatie bestaat uit twee jaar gras-klaver en twee jaar graan, erwten of bonen. De beschikbaarheid van fosfor

Bemesting (ton/ha)

P2O5-aanvoer (kg/ha)

Is fosfor limiterend voor de groei? Om meer inzicht te krijgen in de fosforhuishouding zijn opbrengsten en fosforgehalten van verschillende gewassen gemeten. Op basis daarvan is de fosforopname berekend, en een fosforbalans opgesteld. De aan- en afvoer van fosfor zijn over de hele rotatie ongeveer gelijk (Tabel 1). Op perceelsniveau is er dus geen negatieve fosforbalans. Dit is ook te zien aan het Ptotaal-gehalte van de grond: dit Een vergelijking met monsters uit 1983 laat zien dat sinds dat jaar het totale fosforgehalte gelijk gebleven is (ongeveer 550 mg P/kg grond, dat is zo’n 8 kg P/mm bouwvoor).

P2O5-afvoer (kg/ha)

Grasklaver

10-15

16

Grasklaver

Beweiding

-

10

Graan/erwten/bonen

20

60

30

Graan/erwten/bonen (of grasklaver)

20

60

30

Totaal (kg/ha)

-

136

110

Gemiddeld (kg/ha/jaar)

-

34

27

16

in de bodem voor de plant, gemeten als Pw, is zeer laag: in 2013 was de Pw 5,8 mg P2O5 L-1 gemiddeld over vier percelen. Ter vergelijking: een Pw van 21-30 mg P2O5 L-1 wordt als ‘voldoende’ beschouwd. Toch zeggen de telers van de Zonnehoeve geen fosforgebrek en fosforlimitatie te ervaren in de teelt van de gewassen.

Door de aanvoer van potstalmest is de fosfaatbalans op perceelsniveau niet negatief.

Tabel 1. Gewasrotatie, bemesting en aanvoer en afvoer van fosfaat op de Zonnehoeve, gebaseerd op metingen in 2013. Gewas

P

40

december – 2014 | EKOLAND


BODEM Foto 3. Wintertarwe op de Zonnehoeve.

Opbrengsten waren normaal voor biologische teelt, maar fosforgehalten waren voor graan, peulen en erwten aan de lage kant. Echter, nutriëntengehalten in planten kunnen sterk variëren. Om zeker te weten of fosfor de groei van het gewas wel of niet beperkt, is in 2014 een fosforexperiment uitgevoerd op de Zonnehoeve. In dit experiment zijn gewassen bijbemest met fosfaat, om te testen of dat de opbrengt verhoogde. Lupine, grasklaver en graan zijn geteeld. Naast de (standaard) stalmest kregen deze gewassen 0, 40 en 80 kg P2O5 per hectare. Er bleek geen verschil in opbrengst te zijn tussen de fosfaattrappen, ook niet bij de vlinderbloemige gewassen (die in hun eigen stikstof voorzien). Fosfor is dus niet limiterend voor de groei (Figuur 1). Wel was de P-opname bij grasklaver hoger wanneer met 80 kg P2O5 bemest werd dan wanneer niet bemest werd. Dit is in overeenstemming met de verwachting, en duidt op luxeconsumptie van fosfor. Hoe kunnen er bij zulke lage gehalten van beschikbaar bodemfosfor toch gewassen geteeld worden zonder P-limitatie? De gewassen in het teeltplan zijn niet extreem fosforbehoeftig, en fosforlimitatie zal hier minder snel optreden dan wanneer bijvoorbeeld kolen geteeld worden. Toch is het uitermate interessant dat bij teelt van deze gewassen bij zulke lage bodem- P-gehalten, er geen sprake is van fosforlimitatie. Mogelijk

spelen bodemstructuur en beworteling een rol bij de benutting van bodemfosfor. Maar bodemmetingen en literatuuronderzoek wijzen ook op andere mogelijke verklaringen voor de benutting van bodemfosfor: organische stof, en vlinderbloemigen. Fosfor dat vrijkomt uit organisch materiaal (vooral bodemorganischestof, maar ook gewasresten en mest) zou een grote rol kunnen spelen in de fosforvoorziening. Uit internationale wetenschappelijke literatuur blijkt dat planten ook fosfor (kunnen) opnemen die gemineraliseerd is uit organische bronnen. Metingen aan de grond van de Zonnehoeve laten zien dat het waarschijnlijk is dat er relatief veel fosfor vrijkomt uit mineralisatie van bodemorganischestof. Tussen 1983 en 2013 bleef de totale fosforvoorraad in de bodem gelijk, maar het aandeel organisch fosfor in de bodem nam toe, zowel in absolute als in relatieve zin (Figuur 2). Dat bleek uit een vergelijking van bodemmonsters uit beide jaren, gemeten met de Kuo-methode (Kuo, 1996). In diezelfde periode liet een nabijgelegen gangbaar perceel een toename in totaalfosfor zien, terwijl het aandeel van organisch fosfor hierin afnam. Het aandeel koolstof (een maat voor het organischestofgehalte) bleef gedurende de 30 jaar gelijk, en verschilde niet tussen beide bedrijven. De bodemorganischestof op de Zonnehoeve heeft dus een hoger fosforgehalte gekregen in 30 jaar, en ook een hoger

Figuur 1. Totale biomassa in ton droge stof per ha in de fosfaatbemestingsproef op de ­Zonnehoeve. Er waren geen significante verschillen tussen de fosfaatbemestingsniveaus.

Totale biomassa (ton DS/ha)

14 12

fosforgehalte dan het gangbare buurperceel. Het is hierom waarschijnlijk dat bij decompositie van die organische stof ook meer fosfor vrijkomt. Dit is echter moeilijk te meten en in de gebruikelijke metingen van fosforbeschikbaarheid wordt mineralisatie uit organische bronnen dan ook niet meegenomen. Vlinderbloemigen als fosforleveranciers? Een andere mogelijke verklaring voor de opmerkelijke fosforhuishouding op de Zonnehoeve is de gewasrotatie. Om precies te zijn: het hoge aandeel vlinderbloemigen. Australisch onderzoek heeft laten zien dat vlinderbloemigen zoals lupine, veldboon en klaver, fosfor kunnen vrijmaken voor het volggewas. Verschillende soorten vlinderbloemigen hebben eigenschappen waardoor ze kunnen groeien op bodems met weinig fosfor. Zo scheiden ze zuren uit om extra, aan de bodem gebonden fosfor vrij te maken. Dit kan behoorlijke hoeveelheden opleveren. Het Australische onderzoek liet zien dat dit ook gedeeltelijk ten goede komt aan de gewassen die na de vlinderbloemigen worden geteeld. Een hoog aandeel vlinderbloemigen in het bouwplan, zoals op de Zonnehoeve, zou dus voor een betere benutting van bodemfosfor kunnen zorgen. Komend seizoen wordt in een veldproef getest of de P-opname van wintertarwe hoger is na de teelt van de vlinderbloemigen lupine en grasklaver, dan na wintertarwe. Als dit inderdaad zo is, dan zijn vlinderbloemigen mogelijk niet alleen voor de stikstofvoorziening op biologische bedrijven cruciaal, maar ook voor de fosforvoorziening. Petra Rietberg en Bart Timmermans werken als onderzoekers bij het Louis Bolk Instituut

Figuur 2. Relatieve aandelen in anorganisch en organisch gebonden fosfor op de Zonnehoeve in 1983 (2 monsters) en 2013 (4 monsters).

1983

2013

10 8

0 kg P2O5

6

40 kg P2O5 80 kg P2O5

4

22% 473,85

31% 726,375 78% 1710,15

69% 1593,15

2 0

Gras-klaver

EKOLAND | december – 2014

Wintertarwe

Organisch P (kg ha-1)

Anorganisch P (kg ha-1)

17


DE FAMILIE BLOMMESTIJN COMBINEERT OUTDOOR SURVIVAL MET EEN INNOVATIEVE MELKVEEHOUDERIJ

POLDERSPORT

Niet de naam die je direct verwacht bij een biologische melkveebedrijf, Poldersport. Hoe dat komt legt boer Albert Blommestijn graag uit. Maar de directe aanleiding voor deze reportage is de innovatieve ronde stal (Round House) die eerder dit jaar verrees in het weiland naast de oude boerderij. Dit familiebedrijf maakt van zijn beperkingen een voordeel door een open en transparant bedrijf te creëren, waar buitensport en biologische veeteelt elkaar versterken. TEKST BERNARD FABER | FOTO’S BERNARD FABER & POLDERSPORT

18

december – 2014 | EKOLAND


BEDRIJF IN BEELD

EN MELKVEE

D

e nieuwe stal is goed zichtbaar vanaf de toegangsweg naar de boerderij. En vanuit de nieuwbouw iets verderop. Na de begroeting beginnen we met een rondje foto’s maken, voor het helemaal donker wordt. “Praten doen we zo wel bij de kachel.” Een dertigtal koeien lopen los in de ronde stal met een doorsnee van circa 30 meter. Wat direct opvalt is dat de koeien gehoornd zijn. En dan toch vrij rondlopen, vraagt dat niet om problemen? “Dat valt erg mee”, vertelt Blommestijn, “maar ik moet erbij zeggen dat ze nu wel veel ruimte hebben, het jongvee loopt nu nog buiten, maar gaat in de loop van deze week ook op stal. We willen toegroeien naar een kudde van 60 melkkoeien. Dan hebben ze natuurlijk wel wat minder ruimte.” Toch verwacht hij geen problemen en daar heeft de ronde vorm van de stal alles mee te maken: “ Doordat de omheining rond is, kan een dier nooit in het nauw worden gedreven, ze kunnen altijd ontsnappen.” Toch krijgen de jonge koeien die laag in de rangorde staan wel eens een haal van een hoorn, maar de schade is niet zodanig dat het dier of de productie eronder lijdt. Later staan we te kijken hoe de dieren met wat krachtvoer de voergang ingelokt worden. Als ze kop door het hek steken om het krachtvoer tussen het hooi vandaan te eten, kunnen ze niet meer terug. Ze zijn er nog niet helemaal aan gewend. Sommigen kunnen niet een plek vinden aan het voerhek. Blommestijn verwacht dat het nog een maand of zes zal duren, voordat alles elke dag vlekkeloos zal verlopen. Hij wijst op een koe die achterblijft in de stal: “Kijk, dat is de enige koe zonder hoorns, die kan zich niet goed verdedigen en is daarom heel voorzichtig.” Als de dieren allemaal vaststaan in de voergang, wordt de stalbodem van fijne en grove houtsnippers omgewoeld met een eg. De damp slaat er vanaf. Blommestijn pakt een riek en graaft nog even wat dieper, hij laat een handvol materiaal zien: “Hier voel maar, hoe warm het is.” Een graadje of 25, schatten we. De boer is er blij mee. “Deze laag ligt er nog niet zo lang in, het uitgangsmateriaal was vrij vochtig en het is spannend of het composteerproces goed op gang komt. Het hele systeem kan vanaf een PC worden gemonitored, maar

Afgelopen seizoen groeide het aantal bezoekers met 12 procent

EKOLAND | december – 2014

19


BEDRIJFSGEGEVENS POLDERSPORT Albert en Astrid Blommestijn.

VOORAANKONDIGING 4 maart 2015: Gedeputeerde Jaap Bond, provincie Noord-Holland zal de biologische stal officieel openen. Meer info op www. poldersport.com of www.biologischonder nemen.nl

de basis is toch wat je met je eigen handen, ogen en neus voelt, ziet en ruikt.” En het ruikt helemaal niet slecht. Onder de laag houtsnippers van circa een meter bevindt zich een ventilatiesysteem dat lucht van bovenaf door de laag heen zuigt. Via een schoorsteen in het midden van de stal wordt de lucht afgevoerd. “’s Ochtends zie je vaak een witte pluim boven het dak van de stal. Het is de kunst om wel te beluchten, maar niet teveel te koelen.” Eenmaal per jaar wordt het gecomposteerde materiaal uit de stal gehaald. Het is bestemd voor eigen gebruik en vervangt de ruige mest waarmee het land voorheen werd bemest. Behalve de compost, wordt er dunne mest en zo’n 70 kilogram zeezout per hectare over het land uitgereden. De ronde stal met houtsnipperbodem, het gehoornde vee, weinig krachtvoer, het zeezout en straks de familiekudde passen allemaal in de visie om de dieren gezond en weerbaar te maken. En om een gezond eindproduct te leveren. En om voor het publiek een mooi beeld te creëren van de melkveehouderij. “De winst zit hem niet in een directe hogere opbrengst maar in een duurzame bedrijfsvoering en een hogere opbrengst per dier op langere termijn. En in de aantrekkingskracht op bezoekers. Zo’n ronde stal spreekt veel meer aan dan de ouderwetse grupstallen die we hier hadden en zeker meer dan de ligboxenstallen waar meer dan 90% van alle koeien in Nederland in verblijft.” Ook het vormen van een familiekudde past perfect in deze opzet. Wat is er mooier dan kalfjes die bij het moederdier lopen? Nou, er niet alleen naar kijken, maar daar dan tussen sporten. Het is tijd om naar binnen te gaan. Na de waterige kou voelt de vloerverwarming in de keuken zeer aangenaam aan. Blommestijn vertelt over zijn overgrootvader die in 1894 deze boerderij begon. De datum staat aan weerszijden van de naam ‘Leeuwarden’.

20

Arbeid/personeel (in FTE): 4. Areaal: 28 ha eigen grond, 5 ha in pacht. Veestapel: 30 stuks melkvee, 20 stuks jongvee; 11 stuks schapen. Rassen: Blaarkop. Grondsoort: Veen. Quotum, productie: 220.000 liter. Bemesting: Compost van houtsnippers en mest, en gier. Machinepark: Tractor, kraan, manitou. Afzet: Friesland Campina (Ekomel) Bijzonderheden: Round House stal, stalbodem van ­houtsnippers met beluchting van bovenaf; familiekudde; combinatie melkveehouderij en sportbedrijf Internetadres: www.poldersport.com

“Die naam komt niet uit Friesland, maar betekent een verhoging in het land, een soort terp.” We slaan de familiegeschiedenis verder over. In 1981 treedt de jonge Albert al toe tot de maatschap. Hij zit dan nog op de middelbare landbouwschool. De omvang van het bedrijf is met 28 hectare eigen grond en 35 stuks melkvee eigenlijk te klein. Uitbreiding is lastig, het december – 2014 | EKOLAND


BEDRIJF IN BEELD

bedrijf ligt ingeklemd tussen de uitdijende dorpen. Intensivering past hun niet echt, maar de jonge Albert wil wat en moet wat. Hij gaat tuinplanten telen, die via de veiling in het nabijgelegen Aalsmeer de hele wereld overgaan. Een paar jaar later stort deze markt echter in en wordt er opnieuw gezocht naar een uitbreiding van de activiteiten. In deze tijd wordt er een sportevent georganiseerd op de boerderij. Dat wordt het begin van Poldersport. Sinds 1994 is deze activiteit elk jaar gegroeid. Blommestijn: “Wij bieden outdoor survival voor groepen. Deels tussen de koeien, we maken dankbaar gebruik van het vele water dat ons land doorsnijdt. Er komen zo’n 30.000 bezoekers per jaar, vooral in de zomermaanden. Je moet denken aan bedrijven, scholen en families. Ze kunnen hier kanoën, allerlei survivalspellen doen en na afloop of tussendoor barbecueën of van een buffet genieten. Op de drukste dagen ontvangen we ruim 500 man en hebben we 40 parttime sportinstructeurs in dienst. In de winter is het rustiger en bedenken we nieuwe spellen en toestellen. Mijn vrouw Astrid is actief in het sportbedrijf en onze kinderen, die nu nog op school zitten denken al een beetje over opvolging.” Zoon Pim (17), die net binnen komt, bevestigt dit lachend. Hij zit op de middelbare landbouwschool. De jongste dochter van 12 wordt geplaagd met de vraag of ze later in het familiebedrijf komt werken, oudste dochter Maartje is 16, houdt van sport en wil misschien verder studeren in communicatie. Alle drie helpen ze in het hoogseizoen mee. Blommestijn: “Misschien worden dit in de toekomst twee familiebedrijven. Beide takken kunnen nog groeien. De veestapel naar 50 à 60 koeien. De wens is om zelfvoorzienend te blijven van ruwvoer en geen mest te hoeven afvoeren. De poldersporttak heeft nog ruimte in de horeca en de combinatie van excursies en sportprogramma’s. Afgelopen seizoen groeide het aantal bezoekers met 12 procent.” EKOLAND | december – 2014

’s Ochtends zie je vaak een witte pluim boven het dak van de stal

In 2001 nam Blommestijn het bedrijf helemaal over van zijn ouders en in 2009 schakelt hij om naar bio­ logisch. “Campina zocht biologische boeren en die manier van werken sprak me aan. Wij gebruikten toch al heel weinig kunstmest. In het begin was ik wel bang dat we meer last van distels zouden krijgen, maar door ze meerdere keren per jaar kort af te maaien, houden we dat goed onder controle. Het paste ook beter bij de sportactiviteiten. Zo staat alles wat we doen in het teken van de ontwikkeling van de gezondheid van mensen en dieren.” Het voorste deel van de oude boerderij wordt verhuurd aan een stichting die er de dagbesteding voor mensen met een beperking organiseert. De acht tot negen cliënten werken als ‘zorgboeren’ onder begeleiding van professionele zorgbegeleiders op de boerderij. “Wij zijn dus niet afhankelijk van pgbinkomsten en ook niet verantwoordelijk voor de begeleiding,” legt Blommestijn uit. Nog een laatste vraag: hoe ziet het bedrijf er over vijf jaar uit? “Over vijf jaar melken we minimaal 50 koeien. De familiekudde is compleet inclusief kalfjes bij de koe, met uitzondering van de stier in de kudde. Er zijn combiprogramma’s van sport, excursies en horeca. Over vijf jaar is Poldersport het meest complete buitensportbedrijf in West-Nederland.” Intussen is het donker geworden, uitnodigend staat de verlichte stal als een baken in het weiland.

WORKSHOPS •O mschakelen naar biologische (melk)veehouderij Woensdag 21 januari 2015 14.00 – 15.00 | Meerhal, zaal 4 •O mschakelen naar biologische akkerbouw en vollegrondsgroenteteelt 17.45 – 18.45 | Meerhal, zaal 4

21


DE EIWITRIJKE LUPINE IS EEN VEELBELOVEND GEWAS, LBI WERKT AAN HET VERBETEREN VAN RASSEN

LUPINEVEREDELING VOOR NEDERLANDSE BODEMS

De belangstelling voor plantaardige eiwitten voor menselijke consumptie neemt toe. Lupine komt dan steeds naar voren als een interessante peulvrucht. Sinds 2007 voert het Louis Bolk Instituut proeven uit om de haalbaarheid van de teelt van lupine voor menselijke consumptie te onderzoeken. TEKST EDWIN NUIJTEN & UDO PRINS | FOTO’S EDWIN NUIJTEN

T Een stabiele opbrengst van 4-5 ton/ha is haalbaar

22

en gevolge van de onderzoeksinspanningen is het areaal lupine in Nederland inmiddels gestegen tot ruim 100 ha. Er wordt vooral blauwe of smalbladige lupine (Lupinus angustifolius) geteeld omdat van deze soort de meeste rassen beschikbaar zijn die geschikt zijn voor het Nederlandse klimaat. Smalbladige lupines hebben echter één nadeel: ze groeien slecht op kalkhoudende gronden (zie foto 1). Als de pH boven de 6,5 komt en het koolzure kalkgehalte hoger is dan 0,8% dan wordt de teelt van smalbladige lupine ontraden. In een seizoen met warm weer en weinig regen kan op kalkrijke lichte klei wel blauwe lupine worden geteeld. Maar doorgaans is het risico op misoogst is groot, omdat het weer niet te voorspellen is. Dit bleek ook weer uit proeven met nieuwe rassen van smalbladige lupine, die uitgevoerd waren met Proefboerderij Rusthoeve en DLV in 2012 en 2013.

lerantie in witte lupines. Een extra reden voor dit onderzoek was dat er heel weinig verdelingsactiviteiten met witte lupine plaatsvinden. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van materiaal van een verdelingsprogramma uit Egypte aangevuld met materiaal van Globe Seeds en twee commercieel beschikbare rassen als referentie. Een groot nadeel van deze commercieel beschikbare rassen, Dieta en Volos, is dat ze te laat afrijpen. Als begin april wordt gezaaid, kunnen ze pas in de tweede helft van september worden geoogst. Deze rassen zijn daarnaast legeringsgevoelig, waardoor schimmelziekten snel toeslaan tijdens de afrijping. In 2014 is een Pools ras, Boros, meegenomen in het onderzoek. Dit ras rijpt wel vroeg af (2e helft augustus bij zaai begin april), maar is te weinig kalktolerant, wat resulteert in kleine planten en een te lage opbrengst.

In 2011 is begonnen met onderzoek naar de haalbaarheid van de ontwikkeling van kalktolerante lupines. Hoewel onze ervaring was dat de meeste smalbladige lupines slecht tegen hoge kalkgehaltes kunnen, blijkt uit internationaal onderzoek dat er lijnen van witte lupine bestaan die in Egypte op zeer kalkrijke bodems wel goed groeien. Dit vormde de start van een onderzoeksprogramma rond het vinden van kalkto-

In 2012 en 2013 zijn op vier locaties proeven uitgevoerd, zo veel mogelijk in vier herhalingen, in samenwerking met VanDinter Semo, Proefboerderij Rusthoeve en DLV, en de telers Jos Jeuken en Jan van ‘t Hul. Dit onderzoek is uitgevoerd met financiering vanuit het onderzoeksprogramma Groene Veredeling, Provincie Zeeland, Productschap Akkerbouw en Stichting Zaadgoed. Het onderzoek is opgezet met december – 2014 | EKOLAND


ONDERZOEK Witte lupine in bloei

smalbladige lupine (links) en witte lupine (rechts) op kalkhoudende grond

kleine veldjes van 3 m2 vanwege beperkte hoeveelheden zaad. In de proeven van 2011 t/m 2013 is tevens geselecteerd op met name kalktolerantie, vroegrijpheid (idealiter afrijping 2e helft augustus of begin september), planthoogte (niet hoger dan 70 cm), legeringsgevoeligheid, en alkaloïdengehalte (geschiktheid voor humane voeding). In twee proeven in 2014 zijn alleen die lijnen getest die voldeden aan bovenstaande kenmerken (foto 2).

wel op zandgrond goede opbrengsten kan geven. Het materiaal van Globe Seeds bleek namelijk legeringstoleranter te zijn dan het materiaal uit Egypte. Op zandgrond lijkt het materiaal uit Egypte wat uitbundiger te groeien en daardoor gevoeliger wordt voor legering. Een ander aspect dat hierbij een rol speelt is het verschil in groeivorm. Bij het vertakkende type dragen de zijtakken substantieel bijdragen aan de opbrengst met als gevolg dat de plant makkelijker topzwaar wordt,

Uit de proeven van 2011 t/m 2014 blijkt dat witte ­lupine ook bij koud weer en een natte bodem nog relatief goed te groeien. Factoren zoals bodemtemperatuur en de waterdoorlatendheid van de bodem beïnvloeden de mate van kalktolerantie. In tegenstelling tot smalbladige lupine heeft witte lupine verschillende strategieën om op kalkhoudende bodems te kunnen groeien, zoals het vormen van veel clusterworteltjes. Zowel het materiaal uit Egypte als dat van Globe Seeds kan interessant zijn voor teelt op kalkrijke grond. Het materiaal uit Egypte is vertakkend (naast een hoofdtak met peulen, meerdere zijtakken met peulen) en kan goed groeien op zware kalkrijke klei, terwijl het materiaal van de Nederlandse veredelaar (Globe Seeds), dat behoort tot het zogenaamd kaarstype (een grote hoofdtak met peulen, en kleine zijtakjes), wat minder goed op zware kalkrijke grond kan groeien, maar

terwijl bij het zogenaamde kaarstype de peulzetting van de hoofdtak bepalend is voor de opbrengst.

Tabel: Opbrengst en andere gegevens van zoete lijnen die vergeleken zijn op twee locaties op kalkrijke klei in 2014. Ras / lijn

Opbrengst (ton / ha)

Plantlengte (in cm)

legeringsvroegheid tolerantie (1-9)* ­afrijping (1-9)**

3-104 5,0 63,7 5,1 4,5 Dieta Boros

5,0 3,7 3,8 4,5 4,3 5,3 2,7

63,7 60,2 62,3 61,3 60,0 80,5 52,3

5,1 6,0 5,9 6,6 8,3 6,5 9,0

4,5 6,7 7,7 4,2 3,8 1,0 7,5

* Legeringstolerantie: 9 = goede tolerantie, 1 = geen tolerantie ** vroegheid afrijping: 9 = rijpt vroeg af (half augustus), 1 = rijpt laat af (half september)

EKOLAND | december – 2014

In de proeven in 2014 hadden een aantal (zoete) lijnen een opbrengst van 4-5 ton/ha. Bij het materiaal dat eind augustus oogstbaar is, bij zaai begin april, ligt de opbrengst wat lager dan bij het materiaal dat begin september oogstbaar is (zie tabel). Door middel van teeltoptimalisatie is mogelijk een verhoging van productie en productiestabiliteit te verkrijgen. Te denken is aan optimale plantdichtheden, rijafstanden, en zaaidata. Het kaarstype kan mogelijk met een hogere plantdichtheid worden geteeld. Het voordeel van een vertakkend type is dat het kan corrigeren als de hoofdbloei slecht peul heeft gezet, of als door onkruidbestrijding de plantdichtheid te laag is geworden. Een ander voordeel van een vertakkend type is dat de bodembedekking beter is, wat belangrijk is voor biologische teelt. Op dit moment is de teelt van lupine met name interessant voor kleinschalige teelt met korte ketens. Naast de bekende mogelijkheden van lupine als broodverbeteraar, vleesvervanger en melkvervanger in producten zoals ijs, kan witte lupine ook interessant zijn als een voedingsmiddel op zich. Met de nodige stappen in veredeling en teeltoptimalisatie is een stabiele opbrengst van 4-5 ton/ha haalbaar. Dit levert dan voldoende rendement voor een groter areaal lupine. De komende jaren gaan we hier verder aan werken in verschillende praktijkproeven. Edwin Nuijten en Udo Prins werken als onderzoekers bij het Louis Bolk Instituut

23


HEBBEN BIOLOGISCHE BOEREN MEER KANS OM NATUURLAND TE BEHEREN?

KANSEN VOOR LANDBOUW EN NATUUR

Biologische boeren en natuurbeheerders lijken natuurlijke partners. Maar de werkelijkheid is soms weerbarstig. En in het natuurbeheer gaat veel veranderen. In bijeenkomsten van de projecten ‘Biologisch Ondernemen Noord-Holland’ en ‘Meer grond voor Bionatuur’ werden de ervaringen gedeeld. Dat leverde veel praktische tips op. TEKST HENK KLOEN | FOTO’S HENK KLOEN & DICK BOSCHLOO

H

ebben biologische boeren de voorkeur? Waarom passen biologische boeren goed bij natuurbeheer? Een lagere veedichtheid, lagere bemesting, ruimere vruchtwisseling, geen chemische gewasbescherming, terughoudend met diergeneesmiddelen. Maar rechtvaardigt dat een voorkeurspositie? Biologische boeren kunnen niet claimen dat zij beter natuur beheren dan gangbare boeren. Ook gangbare boeren kunnen zich aan de voorwaarden voor natuurbeheer houden en goede resultaten leveren. Terreinbeheerders als Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten staan vaak positief tegenover biologische landbouw. Maar soms raken ze geïrriteerd als biologische boeren zichzelf aanprijzen door te zeggen dat ze het bij voorbaat beter zullen doen. Daarbij vinden terreinbeheerders ook een historische relatie (was de pachter vroeger zelf eigenaar van de grond?) en de nabijheid van het pachtende bedrijf (regelmatig toezicht, rij-afstand, betrokken 24

bij het gebied) heel belangrijk. Bij het zoeken naar pachters willen terreinbeheerders zich niet laten beperken. Jan Spijkerboer, rentmeester van Natuurmonumenten: “Wij vinden de pool van biologische boeren nog te klein, daarom sluiten we gangbare bedrijven niet uit.” De landelijke overheid heeft het natuurbeleid grotendeels overgedragen aan de provincies, en daarbij is het budget kleiner geworden. Dat merken de terreinbeheerders. Zij kijken nu of het goedkoper kan. Een aandachtspunt vormen de versnipperde contracten voor kleine eenheden, ze willen liever een kleiner aantal grote contracten, met één boer, of een collectief van boeren. Soms met hogere pacht voor natuurgrond die ook product kan opleveren. In het agrarisch natuurbeheer treedt ook schaalvergroting en concentratie op. De provincies vragen agrarische natuurverenigingen samen

te werken in collectieven. Deze collectieven maken een beheerplan en boeren kunnen vanaf 2016 bij deze collectieven contracten gaan afsluiten. Ook wordt op kerngebieden gefocust: in een kleiner zogenaamd ‘begrensd gebied’ worden beheerpakketten mogelijk. Hier gaat het dan vaak om wat zwaardere beheersvoorwaarden. In een aantal provincies, zoals Noord- en Zuid-Holland en Friesland, is de focus op weidevogels gericht. Voor akkerrandenbeheer was de hoop gevestigd op vergroening van het GLB-beleid. Maar nu akkerbouwers de vergroeningstoeslag ook kunnen krijgen door groenbemesters te telen na de oogst, zullen weinig telers kiezen voor akkerranden. Wel kunnen waterschappen aanvullende financiering specifiek voor akkerranden bieden, maar het is nog niet duidelijk hoe dit georganiseerd gaat worden. Het Europees landbouwbeleid is om nog twee redenen belangrijk voor nadecember – 2014 | EKOLAND


NATUURBEHEER

TIPS

Extensief graslandbeheer biedt de meeste kans voor natuur. Weidevogelmaatregelen op intensief gebruikt grasland is minder succesvol, zo blijkt uit eerder onderzoek. Voor zowel agrarisch natuurbeheer als pacht bij natuurbeheerders is extensief grasland aantrekkelijk. Hierop kun je je bedrijf richten door iets minder intensief te beweiden en te bemesten, met een gevarieerd grassenbestand met ruimte voor kruiden, en met een veestapel die structuurrijk voer goed aan kan. Voor weidevogelbeheer heeft beschikbaarheid van vaste strorijke mest een pre, iets dat gangbare bedrijven minder vaak kunnen bieden. Gronden met een hoog waterpeil zijn ook kansrijker voor weidevogels. Hennie Olthof, adviseur agrarische zaken van Staatsbosbeheer: “Staatsbosbeheer wil de professionalisering van ondernemen in de natuur, bijvoorbeeld in de vorm van vermarkting van natuurproducten, ondersteunen.” Wat zijn de adviezen aan biologische boeren die actief zijn met natuurbeheer? Nils Spaans, biologisch veehouder in Broek in Waterland: “Natuurbeheer: je doet het niet of je richt je hele bedrijf er op; er zit weinig tussenin.” Samenvattend, ga echt voor de combinatie van landbouw en natuur. Dit kan door: - Een combinatie van meerdere bedrijfstakken, zoals agrarische productie, compostering, zorglandbouw en/of recreatie - Verdienen aan landbouw en aan natuur, zoals door kosten te besparen met extensieve veehouderij of natuurbeheer als meerwaarde vermarkten. Voorbeelden: weidevogelkaas en natuurvlees van ­Natuurboeren uit de Buurt.

tuurbeheer. Door de afschaffing van melkquota kunnen melkveehouders de productie verhogen en intensiveren. Voor deze veehouders wordt agrarisch natuurbeheer dan minder aantrekkelijk. (Biologische) veehouders die extensiever werken maken dan meer kans op gronden voor natuurbeheer. Daarnaast wordt het mogelijk dat agrariërs voor natuurgrond die zij pachten, betalingsrechten (EUtoeslagen of dierpremies) kunnen krijgen. Terreinbeheerders zelf kunnen die niet krijgen, maar de toeslag kan indirect de beheerkosten verlagen. (zie ook Ekoland 11/2014). EKOLAND | december – 2014

Investeer in je netwerk. In tijden van verandering is het extra belangrijk dat je goed geïnformeerd bent, maar ook dat je laat zien dat je kennis en ervaring hebt in natuurbeheer. Laat je passie voor natuur zien. Bouw zelf natuurkennis op, en pas dat toe op je eigen bedrijf. Het verst hiermee gaat de Vereniging Natuurboeren met een gecertificeerde cursus. Eenvoudiger is deelname aan biodiversiteitsprojecten of toepassen van een scan zoals www.gaiameetlat.nl. Je kunt dit op je bedrijf laten zien door op kleine stukjes grond iets extra’s voor natuurdoelen doen, zoals de aanleg van een

• Bij de agrarische natuurvereniging of het collectief, worden nu de plannen gemaakt en straks de ­contracten afgesloten. Word lid, denk mee en sluit contracten zodra dat mogelijk is. • Neem contact op met het collectief voor zowel agrarisch natuurbeheer als voor samenwerking met TBO’s. Als collectief sta je sterker. • De terreinbeheerder is je partner. Ga een gesprek aan, vraag hem naar zijn (natuur)doelen, probeer je te verplaatsen in zijn doelstelling en denk mee welke agrarische ­activiteit daarbij kan helpen. • Bied een terreinbeheerder aan om aanvullend kleine werkzaamheden te doen die de beheerder veel tijd kosten, maar die je zelf goed kan meenemen, zoals het verwijderen van zwerfvuil, rasters controleren, klein snoeiwerk langs paden en rasters uitvoeren. • Naast de grote natuurbeheerorganisaties kunnen ook kleine landgoederen en recreatieschappen, of soms gemeenten geïnteresseerd zijn in agrarisch beheer.

plasdrastalud in een sloot, een kruidenrand langs de weg, een bijenhotel op het erf. In de woorden van Jaap Starkenburg, rentmeester van Stichting IJssellandschap: “Samenwerken begint met passie.“ Nils Spaans: “Stel je bescheiden op als een rentmeester, je mag het beheer tijdelijk doen, je bent een kleine schakel in de lange geschiedenis van een terrein.” Henk Kloen werkt bij CLM Onderzoek en Advies, onder andere aan Biologisch Ondernemen Noord-Holland Grond voor bionatuur is een project van Bionext, info bij Maaike Raaijmakers, raaijmakers@bionext.nl. Beheer met meerwaarde is een bijeenkomst van Biologisch Ondernemen Noord-Holland, een project van CLM, DSP Groep, DLV Plant, Ekopart en Land & Co. Verslag op www.clm.nl/thema-s/natuur-landschap/samen­ werking-natuurbeheer.

WORKSHOPS •D ebat ‘Landbouw en natuur, gaat het samen?’ Woensdag 21 januari 2015 15.30 – 17.00 uur | Hanzezaal •R ed de Rijke Weide kaas Woensdag 21 januari 2015 12.45 – 13.45 uur | Meerhal zaal 1 •N atuurboeren in ontwikkeling Woensdag 21 januari 2015 14.00 – 15.00 | Meerhal zaal 1 25


DE E L 39

Wordt VERVOLGD Bedrijfscontinuïteit in de biologische landbouw

CROWDFUNDING: BETAAL ZO JE NIEUWE GROND Via een groenteabonnement klanten vooruit laten betalen, is een beproefde methode om in de biologische landbouw burgers mee te laten financieren. Naast deze vorm van voorfinancieren groeien de initiatieven om zo ook grotere investeringen te doen, bijvoorbeeld in grond of gebouwen. Crowdfunding op de boerderij: laat je inspireren op de Bio-beurs. TEKST MARIA VAN BOXTEL | FOTO DICK BOSCHLOO

I

n verhouding tot het rendement per hectare is landbouwgrond in Nederland duur. Door de waardevastheid van grond kan aankoop soms toch aantrekkelijk zijn. En een biologische boer heeft natuurlijk gewoon grond nodig. Er zijn meerdere voorbeelden van initiatieven waarbij derden – die niet meewerken op de boerderij en 26

ook niet via een bancaire lening – financieel participeren in een agrarisch bedrijf. Die initiatieven variëren van klein naar groot, lokaal en nationaal en met en zonder bank. Voorbeelden zijn het Het Rhoon-PendrechtCortgene fonds, dat gronden in pacht uitgeeft, of Fagoed dat met erfpachtfinanciering werkt. Kenmerkend is dat beleggers in

zulke fondsen genoegen nemen met een lager, maar wel constant rendement. Stichting Grondbeheer, dat gronden aan bd-bedrijven in erfpacht geeft, keert helemaal geen rendement aan de schenkende donateurs. Maar er ontstaan ook initiatieven op bedrijfsniveau. Exploitatie of vermogen? Steeds meer individuele bedrijven nemen initiatieven om burgers via crowdfunding te laten participeren. Crowdfunding kan betekenen dat investeerders voorfinancieren in de exploitatie, in de vorm van bijvoorbeeld een groenteabonnement, vleespakket of toegangskaartje voor een activiteit. Dat kun je als biologische ondernemer meestal goed zelf regelen, bijvoorbeeld doordat de investeerders in de lente betalen voor hun groentepakket en dan het hele jaar groenten komen ophalen. In feite december – 2014 | EKOLAND


BEDRIJFSVOERING

Met een fonds bundel je geld van meerdere investeerders

Bart Pijnenburg en Daniella de Winter van tuinderij de Es

is dat vooruitbetalen. Een goede administratie, duidelijke algemene voorwaarden en heldere afrekeningen zijn dan voldoende. Daarnaast zijn er crowdfunders die helpen financieren in het benodigde vermogen, zoals een lening voor grond of gebouwen. Hierbij worden de eisen vanuit de financiële en fiscale wetgeving scherper, met de bedoeling de consument te beschermen tegen ‘cowboys’ die zomaar geld inzamelen. Met een fonds bundel je geld van meerdere investeerders. Dan is het correct voorlichten van die inleggers nodig en ook verplicht. Er zijn ook grenzen aan het totale bedrag, het bedrag per investeerder en het aantal investeringsobjecten waarna een toets door de Autoriteit Financiele Markten (AFM) verplicht is. De meeste boeren werven alleen in besloten kring beleggers en niet EKOLAND | december – 2014

open. Of werken, zoals de Zonnehoeve voor de nieuwe zuivelverwerking, met een crowdfunding-platform. Zo’n platform is op de hoogte van de wettelijke eisen en kan je veel zorgen uit handen nemen, meestal tegen vergoeding van 2 tot 4% van de inleg. Voorbeelden zijn doorgaan. nl, crowdaboutnow.nl, oneplanetcrowd.nl en geldvoorelkaar.nl, die onder toezicht van de AFM werken. Zij verzorgen een duidelijke communicatie en beoordelen de haalbaarheid van de projecten. Martijn van Schelven van geldvoorelkaar.nl: “We eisen een helder bedrijfsplan met een duidelijk verdienmodel. We hebben nog geen mislukte projecten gehad en dat willen we graag zo houden.” Tuinderij de Es in Haaren teelt biologische groenten en biedt zorg op twee hectare grond. “We werken veel samen. We bieden opvang aan mensen met een psychosociale problematiek en we bieden een voortraject voor re-integratie op de arbeidsmarkt,” vertelt Bart Pijnenburg. Bart en zijn vrouw Daniella de Winter zijn sinds twee jaar vennoot op tuinderij de Es. Zij nemen de tuin over van Ben Eskes en Anna Jooss, die de zorgtuinderij in Haaren ooit begonnen en de grond vruchtbaar hielden. Bart en Daniella ­komen niet uit de landbouw. Daniella: “Het is heel spannend. De afspraak is dat

We bieden niet het hoogste rendement aan onze portiehouders, wel het leukste wij de eerste twee jaar samen de exploitatie doen en zo de bedrijfsvoering leren kennen. Daarna stappen Ben en Anna er geleidelijk uit.” Tijdens de overnameperiode zijn Bart en Daniella gestart met medefinanciering van de grond door klanten en aandeelhouders. Voordat hij de tuinderij overnam, onderzocht Bart als adviseur voor de Taskforce Multifunctionele Landbouw de mogelijkheden van crowdfunding voor landbouwgrond (zie ‘meer lezen’ onderaan dit artikel). En het lijkt te lukken. Bart: “We bieden niet het hoogste

rendement aan onze portiehouders, wel het leukste. Je kan kiezen voor een beloning in natura zoals diners of boodschappen of voor rente op je inleg.” Tuinderij de Es werkt met portiehouders: zij leggen per portie 1000 euro in. Er is een besloten fonds voor algemene rekening opgericht. Een aparte stichting, Stichting ‘Gemeynt de Es’, beheert dit fonds, behartigt de belangen van de portiehouders en verwerft het economisch eigendom van de grond en het recht van hypotheek. De stichting heeft het behoud van biologische grond op deze plek als doel, en stelt de grond beschikbaar aan de ondernemers op Tuinderij de Es. De ondernemers blijven zo geheel verantwoordelijk voor de exploitatie. Inmiddels zijn er met een klein beetje werven toezeggingen binnen voor zo’n 20% van de porties. Bart wordt er enthousiast van: “We vinden het prima dat de grond gemeenschapsgrond wordt en blijft. Portiehouders stappen in voor de lange termijn. In feite baseren we ons op oude concepten van gemeenschappelijk grondbezit. Dat is ook steeds de droom van Ben geweest toen hij dit bedrijf in 1981 begon.” Op de Bio-beurs deelt Bart Pijnenburg graag zijn ervaringen in de workshop over crowdfunding. Maria van Boxtel is partner in Land & Co www.tuindees.nl, ook voor wervingsfilmpje https://vimeo.com/111543000 Ontmoet Landgilde op het Demeterplein op de Bio-beurs. Want zoek je mensen of een biologische boerderij of ondernemers voor een tak erbij? Kijk op www.landgilde.nl Sluit je op facebook aan bij de groep ‘bioboeren land en co’ voor directe uitwisseling onder jongeren. Meer lezen? De brochure ‘Crowdfunding op de boerderij’ is te downloaden van www.landco.nl bij ‘publicaties’ Het rapport ‘Beleggen in grond voor Multifunctionele Plattelandsondernemingen en de Fiscus’ kun je downloaden van www.mensenland.nl

WORKSHOPS •B edrijfsopvolging: hoe doe je dat? Woensdag 21 januari 2015 15.15 tot 16.15 uur | Meerhal 4 •C rowdfunding en communityfunding: financieren voor de toekomst Donderdag 22 januari 2015 13.00 tot 14.00 uur | Meerhal 3 •D ebat ‘Bedrijfscontinuïteit en ­financiering: zijn er nog ondernemers in 2030? Donderdag 22 januari 2015 16.15 tot 18.00 uur | In de Hanzezaal 27


THE STORIES, HET KANAAL VOOR JOUW VERHAAL Wie een interessant verhaal over een product, merk of ingrediënt heeft of kent, kan dit vanaf nu delen met anderen door het te uploaden in de Questionmark app. Questionmark wil consumenten inzicht geven in de impact van consumentenproducten. De producten worden onderzocht op de thema’s volksgezondheid, milieu, mensenrechten en dierenwelzijn. Tot nu toe liet Questionmark per product een score zien van 1 tot 10. Met de introductie van The Stories kunnen bedrijven, keurmerken,

Gulpener wint MVO Nederland Award

Het publiek én de jury waren het erover eens: van alle bedrijven in Nederland was Gulpener, brouwerij van onder meer biologisch bier, de afgelopen tien jaar het meest toonaangevend op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Daarom mocht het bedrijf begin december de MVO Nederland Award in ontvangst nemen. Gulpener moest het opnemen tegen reuzen zoals Unilevers en DSM en ook tegen de Vegetarische Slager, welke de derde prijs won. Gulpener is de eerste bierbrouwer die besloot alleen milieuvriendelijk verbouwde grondstoffen te gebruiken. Baanbrekend in de sector was dat Gulpener een lokaal samenwerkingsverband heeft opgezet met boeren

28

maatschappelijke organisaties maar ook consumenten of nieuwsmakers, hun eigen verhaal vertellen en direct koppelen aan het product waar het om gaat. Dit kan in de vorm van filmpjes, artikelen, infographic’s en foto’s. Stories kunnen informeren of inspireren, of gewoon leuk zijn om te zien. Door een story te liken kunnen consumenten

uit de regio. Deze werden door Gulpener begeleid bij het verduurzamen van hun bedrijfsvoering. Op sociaal vlak laat Gulpener consequent zien dat er in dit bedrijf ook plaats is voor mensen die moeilijk aan een baan komen. Daarnaast worden de streekbewoners via tal van activiteiten nauw bij de brouwerij betrokken en steunt Gulpener het lokale verenigingsleven actief. Juryvoorzitter Jan-Peter Balkenende en directeur John Halmans van Gulpener waren dinsdag 2 december te gast bij RTL Late Night om te praten over de MVO Award.

Biologische HEMA rookworst Vanaf 13 november begroet het icoon van de HEMA, de rookworst, vliegreizigers op de luchthaven Schiphol. Op een duurzame akker vol olifantsgras, nabij de Polderbaan, is de vorm van een mega rookworst van maar liefst vijf hectare uitgemaaid. HEMA besloot tot deze ludieke actie om de introductie van de biologische variant van de HEMA rookworst te vieren, die vanaf dit moment naast de reguliere rookworst te koop is. De

het verhaal omhoog stemmen. Via de stories wil Questionmark een stap zetten in de richting van transparantere productieketens. Via www.thequestionmark.org/download is app te downloaden.

biologische rookworst is gemaakt van het vlees van het Nederlandse landvarken en wordt op traditionele wijze gerookt boven smeulend eiken- en beukenhout en langzaam gerijpt. De worst is vrij van onnatuurlijke kleur- , geur- en smaakstoffen en is SKAL gecertificeerd. HEMA is dit jaar voor de 7e keer door het Nederlandse publiek uitgeroepen tot ‘Meest Onmisbare Merk van Nederland’. Rookworst feitje: Iedere drie seconden gaat er een HEMA rookworst over de toonbank.

Nieuwe biologi­ sche regelgeving Bionext houdt woensdag 28 januari een flashbijeenkomst over het voorstel voor de nieuwe biologische regelgeving, die invloed heeft op elke schakel van de productieketen. Een greep uit

de voorstellen: het importregime wordt veranderd, winkels moeten zich aansluiten, de eisen voor gebruik van biologisch zaad en dieren wordt strenger en de sancties bij niet naleving van de regels worden bijgesteld. Marian Blom van Bionext en Renze Brouwer van het ministerie van Economische Zaken beschrijven tijdens de bijeenkomst de beleidsoverwegingen die geleid hebben tot het voorstel, geven een overzicht van de wijzigingen per sector en vertellen wat de volgende stappen in het besluitvormingsproces zijn en wanneer ondernemers geconfronteerd worden met de nieuwe regels. Plaats Eemlandhoeve Bunschoten, van 13.0017.00 uur, kosten €160 (€80 voor leden van bij Bionextaangesloten organisaties). Inschrijven tot woensdag 21 januari via Bionext.nl.

Biologische garantieprijs De FrieslandCampina biologische garantieprijs voor boerderijmelk blijft in december, net als in november, 48 euro. De vraag naar biologische melk in West-Europa blijft positief bij een beperkt aanbod. In de biologische garantieprijs is een positieve correctie verwerkt van te laag ingeschatte biologische melkprij-

december – 2014 | EKOLAND


MARKTBERICHTEN 2014 komt de biologische garantieprijs uit op 49,25 euro. In 2013 bedroeg de garantieprijs 46,65 euro en de biologische melkprijs (biologische garantieprijs + prestatietoeslag + reservering ledenobligaties) 49,69 euro.

zen van de referentiebedrijven in oktober. In december bedraagt de eiwitwaarde 783,55 euro, de vetwaarde 391,77 euro en de lactosewaarde 78,35 euro per 100 kilo. De biologische garantieprijs 2014 geldt voor 100 kilo melk met 3,47 procent eiwit, 4,41 procent vet en 4,51 procent lactose en is exclusief btw. De vermelde bedragen gelden bij een gemiddelde levering van 600.000 kg melk op jaarbasis. Over geheel

de campagne, waaronder de Organic Consumer Association, het WNF, de FAO en IFOAM. De

Al 100 partners voor Save Our Soils campagne Op World Soil Day, 5 december, hield Volkert Engelsman een toespraak bij de wereldvoedsel­ organisatie FAO in Rome. Engelsman is oprichter van Eosta, een in Nederland gevestigd internationaal opererend handelsbedrijf in biologische groente en fruit, en tevens initiator van de Save Our Soils campagne. Meer dan 100 organisaties en bedrijven sloten zich al aan bij

FAO organiseerde 5 december op drie continenten bijeenkomsten waar aandacht aan het bodemthema werd geschonken, vooruitlopend op het Internationale Jaar van de Bodem 2015. FAO-directeur José Graziano da Silva leidde in het hoofdkwartier in Rome de toespraak van Volkert Engelsman in. De Save Our Soils campagne wil

consumenten bewust maken van het bodemprobleem: elke minuut gaan 30 voetbalvelden aan vruchtbare grond verloren. Save Our Soils vraagt de consument vaker biologisch te eten, aangezien biologische landbouw de bodem spaart. Beter bodembeheer heeft grote positieve effecten voor voedselzekerheid, waterbeheer, biodiversiteit en CO2-opslag. Engelsman: “We willen niet alleen wetenschappers maar ook miljoenen burgers bereiken in 2015. Want met elke euro die je uitgeeft, breng je een stem uit op de wereld die je je wenst.” Vanwege zijn betrokkenheid bij duurzaamheidvraagstukken stond Engelsman in 2014 op de 25e positie in de Duurzame top-100 van Trouw. In 2015 bestaat Eosta 25 jaar.

BIOHUIS UPDATE Biohuis bijeenkomsten in uw eigen regio De komende tijd bent u welkom op één van de regionale bijeenkomsten van het Biohuis. Er zijn negen bijeenkomsten, van 4 december tot 15 januari, verdeeld over Nederland. We adviseren voorlopig de pluimveehouders om niet te komen, om zo alle risico’s te vermijden. In afwachting van verdere ontwikkeling van de vogelgriep. Op alle bijeenkomsten kunt met bestuurders van het Biohuis en aangesloten organisaties in gesprek over het werk van het Biohuis. Onderwerpen zijn o.a. regelgeving, marktontwikkeling, promotie, het onderscheidend vermogen van biologisch. Per bijeenkomst is er daarnaast een eigen thema: plantaardig, melkvee of dierhouderij algemeen. U bent op alle bijeenkomsten welkom, ook buiten uw eigen EKOLAND | december – 2014

regio. Kijk voor de data en de locaties op www.biohuis.org .We adviseren voorlopig de pluimveehouders om niet te komen, om zo alle risico’s ter vermijden, in afwachting van de verdere ontwikkelingen van de vogelgriep. De bijeenkomsten worden georganiseerd samen met LTO Nederland. De LTO’s vormen 3 van de 15 aangesloten organisatie van het Biohuis en leveren 3 van de 15 leden van de Bioraad, het centrale adviesorgaan van het Biohuis.

Bijeenkomst over residuen Op 25 november organiseerden Bionext en Biohuis een bijeenkomst met een aantal akkerbouwers uit de landelijke akkerbouwgroep Bioplant. Besproken werd de problematiek van residu door bestrijdingsmiddelengebruik van gangbare telers in de omgeving. Biologische landbouw vindt

niet plaats onder een kaasstolp. Biologische telers lopen door dit middelengebruik grote en ongewenste risico’s. Zaken die ze zelf niet in de hand hebben. Er is besproken hoe dit probleem het beste bij de verschillende instanties aangekaart kan worden.

Mestverwerking Sinds 2014 geldt er een mestverwerkingsplicht. Ook in de de nieuwe melkveewet staan teksten staan over de verplichte verwerking van mest. Biohuis wil u erop wijzen dat de biologische land-

bouw is uitgezonderd van het verplicht verwerken van mest, vanwege het feit dat zij haar eigen zaken in een kringloopsysteem oplost. Biohuis heeft deze uitzondering destijds bepleit bij het ministerie.

A-meststoffen Naar verwachting neemt het Skal bestuur medio december een besluit over de door het Biohuis ingediende voorstellen om het gebruik van A meststoffen te vergroten. Wij houden u op de hoogte,

Biobeurs 21 en 22 januari in Zwolle Woensdag 21 januari is om 10.00 uur voor de start van de Bio-beurs de Ledenvergadering van het Biohuis. Met een mooie terugblik naar de wortels van de biologische landbouw.

29


INTRODUCTIE VAN NIEUWE GENERATIE RESISTENTE AARDAPPELRASSEN KOST VEEL TIJD EN MOEITE

OP ZOEK NAAR DE IDEALE AARDAPPEL Na jaren van kruizen en selecteren groeit het aanbod van phytophthoraresistente aardappelrassen. De meesten hiervan hebben zich afgelopen jaar in veldproeven bewezen. Nu is het tijd dat deze nieuwe rassen ook een plek in het aardappelschap veroveren. De Groene Winkel in Zeist neemt het voortouw. TEKST & FOTO LEEN JANMAAT Bionica Alouette

H

et areaal biologische aardappelen loopt terug. Hoofdoorzaak is de hoge ziektedruk van de aardappelziekte ‘phytophthora’. Door vroege aantasting sterft het loof voordat de aardappelen in de grond zijn volgroeid. Om het tij te keren werken veredelaars en onderzoekers in BioImpuls aan nieuwe rassen die resistent zijn tegen deze aardappelziekte. Dat stimuleert ook de kweekbedrijven. En niet zonder succes, want inmiddels zijn de eerste ´sterke` rassen beschikbaar. Maar onbekend is in het begin vaak nog onbemind. De ontwikkeling van nieuwe rassen en teeltstrategieën voor biologische aardappelteelt kan daarom een steun in de rug gebruiken. Binnen het Europese project Co-Free werkt het Louis Bolk Instituut aan strategieën die nieuwe rassen een kans geven in de markt. Binnen het Europese project Co-Free werken vele onderzoekers samen met het bedrijfsleven aan het ontwikkelen van alternatieve middelen en teeltstrategieën tegen schimmelziekten van aardappel, hardfruit, druiven en tomaten. Het streven is om het mogelijk te maken deze

30

Carolus Connect

Sarpo Mira Vitabella

Uit de voorselectie zijn de volgende biologisch geteelde, resistente rassen gekozen: • Alouette (Agrico-Bioselect) - roodschillig, geel vlezig en vrij vastkokend • Bionica (Meijer/Niek Vos) - blanke schil, witvlezig en vrij vastkokend • Connect (Den Hartigh) - blanke schil, geel vlezig en vrij vastkokend • Carolus (Agrico-Bioselect) - blanke schil met rode ogen, geelvlezig en vrij kruimig • Vitabella (KWS/Plantera) - blanke schil, geelvlezig en vastkokend, ook geschikt voor frites • Sarpo Mira (Danespo) - roodschillig, witvlezig en vrij vastkokend, vooral geschikt voor frites.

gewassen zonder gebruik van koperhoudende middelen biologisch rendabel te telen. Voor aardappelen zijn er goede perspectieven omdat nieuwe resistente of hoogtolerante rassen het gewas sterk maakt tegen phytophthora. Uit vooronderzoek blijkt dat het lastig is toegang te krijgen in de bestaande afzetkanalen. Indien de handel al voorzien wordt van AGF van goede kwaliteit en rassen met gunstige consumptie-eigenschappen, zal ze niet snel nieuwkomers opnemen in het assortiment. Zelfs als ze voor de teler beter

te telen zijn. Zeker als het product niet op alle fronten goed scoort is het lastig bestaande rassen te vervangen. Zo heeft het ras Bionica een goede resistentie, maar op enkele producteigenschappen voldoet Bionica nog niet aan de ‘ideale’ aardappel. Zo heeft deze aardappel een witte vleeskleur, terwijl de Nederlandse en Duitse consument vooral geel wenst. In Duitsland is Ditta nog een hoofdras vanwege positieve consumptie-eigenschappen zoals stevigheid, kleur en smaak. Maar Ditta is vatbaar voor phytophtora en dus risicovol voor de teler. Om de reacties van consumenten op de nieuwkomers te peilen, zijn er meerdere consumentenonderzoeken gedaan op de winkelvloer. De eerste test is gedaan in winkels van supermarkt Boni met het ras Bionica onder de naam Niek’s Witte, vorig jaar is een vergelijkbare peiling gedaan in vier Ekoplaza-winkels met het ras Carolus. Uit de interviews bleek dat de klanten in zowel de supermarkt als natuurvoedingswinkel gevoelig zijn voor prijs. Dat geldt vooral voor de superdecember – 2014 | EKOLAND


HANDEL & AFZET

BIONICA (NIEK’S WITTE), EEN BIJZONDER VERHAAL Aardappelen die een geschiedenis hebben van ongeveer 35 jaar. Het begon in de Andes in Zuid Amerika. Wetenschappers uit Wageningen ontdekten daar wilde soorten die verwant waren aan aardappelen. Soms hadden ze nauwelijks knollen. Als bijzonderheid hadden ze dat ze geen Phytophthora kregen. Wetenschappers hebben de resistentie uit deze wilde soort (Solanum bulbocastanum) met veel moeite en diverse brugkruisingen in cultuurmateriaal kunnen overbrengen als basis voorsterke aardappelrassen. Het kweekbedrijf Meyer in Kruiningen heeft uiteindelijk met dit basismateriaal diverse kruisingen gemaakt en bessen geoogst. Zo’n 500 zaden werden op verzoek aan Niek Vos gegeven voor de eerste selectierondes op zijn biologisch-dynamische akkerbouwbedrijf in Marknesse. En laat hij nou net uit die 500 een goede gevonden hebben: Bionica. Een ras met een goed opbrengend vermogen en regelmatige knolvorm maar witvlezig. Het heeft nog eens 10 jaar geduurd voor deze ‘kloon’ op alle mogelijke eigenschappen en diverse locaties is getoetst en als ras is geregistreerd. Nu is Bionica verkrijgbaar onder de naam Niek’s Witte om van zijn ‘zwakte’ een kracht te maken!

marktklanten, waar de omloopsnelheid gedurende de actieweken met aantrekkelijke prijzen aanzienlijk hoger was. Na de actieweek stagneerde de omloopsnelheid. Dat gold veel minder voor Ekoplaza winkels waar de omloop van de 2 kg zakken met Carolus in de actieweek wel verdubbelde, maar daarna niet ver wegzakte. Verder viel op dat klanten trouw blijken te zijn aan verpakking. Als aankoopmotief werd vaak gezegd: ‘deze zak koop ik altijd’. Deze trouw aan de verpakking is tevens een mogelijkheid om huidige rassen in deze zakken te vervangen door de nieuwe. In het geval van EKOLAND | december – 2014

Inspecteurs van Den Hartigh controleren proefveldjes bij de Firma Bouma in de Flevopolder

Carolus wordt de consument verrast met een wat roze kleur rond de oogjes hetgeen bij gebruik geen enkel probleem vormt, maar bij verkoop uit de kist een nieuwe aanblik vormt. Het is duidelijk dat voor alle nieuwe rassen geldt dat zij zich zowel in het veld (= teelteigenschappen) als in het schap (= producteigenschappen) moeten bewijzen. Dat vraagt doorgaans tijd. Voor opname in het winkelschap is een kritische voorselectie noodzakelijk. PRIJSVRAAG LEVERT NIEUWE NAAM In 2009 bereidde Agrico de weg voor een nieuw resistent ras en organiseerde een prijsvraag voor een nieuwe naam. De toenmalige minister Verburg onthulde op de Biovak de nieuwe naam Carolus, gekozen uit honderden inzendingen voor de Pieperpad-prijsvraag, een initiatief van Biologica en Greenpeace. De naam Carolus verwijst naar de Vlaamse botanicus Carolus Clusius die de aardappel rond 1600 introduceerde in Nederland. Van sierplant tot medicijn werd de aardappel volksvoedsel nummer één. Agrico-Bioselect streeft naar een compleet assortiment sterke rassen voor de bioteelt en introduceert dit jaar Alouette en heeft nog een paar potentiële rassen in de pijplijn zitten.

De Groene Winkel in Zeist erkent de problemen met de ziektegevoelige rassen en vindt het belangrijk dat resistente rassen een kans in het schap krijgen. De Groene Winkel gaat deze voorselectie samen met haar klanten doen. Van 12 tm 17 januari wordt het aardappelschap gevuld met het assortiment beschikbare, nieuwe resistente rassen. Iedere dag van de week staat één resistent ras centraal en wordt er om 11.00 en 16.00 uur een passend gerecht bereid. Klanten kunnen de aardappel zo kant en klaar proeven en vergelijken met andere nieuwe rassen. Op basis van de voorkeur van de klanten en uiteraard de verkrijgbaarheid gaat De Groene Winkel het aardappelassortiment voor komend jaar invullen. De uitslag hiervan wordt tijdens de Bio-beurs bekend gemaakt.

WORKSHOP • Op de Bio-beurs zijn verschillende presentaties, lezingen en workshops over aardappelen. Kijk in de volgende uitgave van Ekoland, de beursspecial, voor tijd en plaats! 31


Ploegen moet je overlaten aan de wormen

Op de Bio-beurs worden bijzondere producten, verpakkingen en afzetmogelijkheden gepresenteerd. Zoals het Schager varken, Zeldzaam Sap en oude graanrassen uit Groningen. Een voorpoefje. TEKST JOHN VAN DER REST & MARIA VAN BOXTEL FOTO’S JOHN VAN DER REST

‘W

BIJZONDERE PRODUCTEN EN AFZET OP DE BIO-BEURS 2015

VARKENS, SAP & GRANEN

at loopt dáár nou?’ Vraag ik me hardop af als ik op een zonnige herfstmorgen de Westfriese dijk oprijd. Het is met ruim twintig graden absurd warm, maar voor een fata morgana toch te koel. Met open mond van verbazing zie ik tien enorme roze varkens door het nog felgroene gras van een weiland rennen. Dat moeten de dieren van de familie Wennekers zijn. “Ze benne ontsnapt”, verklaart Ruud Wennekers even later het on-Nederlandse beeld. “Ik hoop dat ze de boel niet omploegen. Help je even om ze terug te drijven naar de moestuin? Daar had ik ze vanmorgen We laten onze varkens sowieso losgelaten.” drie weken langer doorgroeien dan in Ruud’s angst voor de toereguliere vleesvarkens stand van het weiland was overigens niet vreemd. In de moestuin hebben zo’n zestig varkens de bovenlaag van de grond bijna compleet omgewroet. Met toestemming deze keer. Een aantal zware dames scharrelt in een veldje 32

voederbieten en een ander deel van het ‘tuinpersoneel’ loopt gemoedelijk te grazen op het gazon.”Ik wist niet dat varkens ook gras eten”, merk ik even later op in de keuken van de prachtig gerestaureerde stolpboerderij van de familie Wennekers. “Gras is het toetje”, zegt Lida Wennekers met een glimlach. “Elk varken kan in de schuur vierentwintig uur per dag een eigen portie ruwvoer ophalen; naar keuze in één keer, drie keer of zelfs tien keer. Binnen ligt het varken op stro en het bepaalt zelf of en wanneer het naar buiten wil.” “In de regel zie je ze alleen buiten als het droog is en vooral in de schemering”, vertelt Lida verder. “Als ze het warm hebben, gaan ze massaal badderen en wroeten in de driehonderd meter lange ondiepe moddersloot in het drassige land onder aan de dijk. Om af te koelen. We noemen ze daarom ‘het Schager Dijkvarken’. Onze varkens staan nog dicht bij de natuur. Ze zijn daarnaast nogal lui en zeer eigenzinnig. Dat ze nu buiten lopen komt vooral door het mooie weer.” “Juist dat komt de smaak ten goede”, vult Ruud aan. “Op meerdere manieren. Het grastoetje maakt het menu van december – 2014 | EKOLAND


HANDEL & AFZET

volledig biologisch droogvoer compleet. En belangrijker: de door zonlicht aangemaakte vitamines zorgen voor super lekker vlees. Je proeft de zon! We laten onze varkens sowieso drie weken langer doorgroeien dan reguliere vleesvarkens. In die extra tijd rijpt het vlees extra mooi. En door de beweging ontstaat extra spiermassa, wat de verhouding tussen vet en vlees verbeterd.” Is het Schager Dijkvarken echt een eigen ras? “Nee, maar dat zou het met de jaren wel kunnen worden”, stelt Lida. “Wij ontwikkelen met dit fokprogramma een uniek varken, een streekeigen product. Met zowel de fok als de opfok in eigen beheer houden we de biologische kringloop zoveel mogelijk gesloten. Dat betekent dat we zoveel mogelijk in onze eigen regio het varkensvoer telen en de meeste mest weer teruggeven aan de biologische akkerbouwers”. Het varken van de familie Wennekers ligt in het supermarktschap van de Albert Heijn, maar is ook als Schager Dijkvarken verkrijgbaar bij biologische slagerijen van de Groene Weg en bij regionale restaurants. Juist zo’n mix van afzetmogelijkheden en het bespreken van prijs en afzet komt aan bod in de workshop ‘Afzet van biologisch varkensvlees’ op de Bio-beurs.

de massa door een bijzondere kleur en vormgeving en door informatie over bijzondere rassen en hoogstamboomgaarden en de waarde daarvan voor het landschap, evenals door de bijzondere smaak. De exclusiviteit wordt benadrukt doordat iedere teler zijn eigen persoonlijke label op een speciaal voor het pak ontworpen sticker, kan aanbrengen. “Het sappak biedt mij ruimte voor het vermelden van de gebruikte fruitrassen,” vertelt Willemien, “zoals bijvoorbeeld de Schone van Boskoop, Lunterse Pippeling, Sterappel, Veendammer Glorie, Notaris, Groninger Kroon, Zwijndrechtse wijnpeer, Juttepeer en de Clapps.” Het nieuwe pak voor sap en een nieuwe verpakking voor Zeldzaam Lokaal geschenkpakketten van meerdere biologische boeren zijn voorbeelden van bijzondere productverpakkingen in de workshop ‘Zeldzaam goed verpakt’ op de Bio-beurs. Beide verpakkingen hebben als uitgangspunt: vertel je persoonlijke verhaal via de verpakking. Terug naar de korrel Ale Havenga van Landgoud teelt verschillende soorten granen in Noord-Groningen, zoals Oberkulmer rotkorn (een oerspelt). Als pionier op het gebied van Agrarisch Natuurbeheer, zoekt hij manieren om het de natuur op zijn bedrijf het zo goed mogelijk naar de zin te maken. Bijvoorbeeld met graanteelt. Ook Groninger akkerbouwers Harm en zijn zoon Erwin Westers zijn bijzondere boeren. Dierlijke mest gebruiken ze niet. Om de bodem toch te kunnen voeden gebruiken ze de natuur zelf: ze zaaien klavers en andere groenbemesters in. Ook aan ploegen hebben ze een broertje dood, want da´s alleen maar slecht voor de bodem. Hun motto luidt ‘ploegen moet je overlaten aan de wormen, die kunnen dat veel beter’. Om hun bijzondere graanteelten aan de man te brengen, riepen deze boeren met steun van handel en molenaars de Graanrepubliek opnieuw uit. De Graanrepubliek is een nieuw concept voor het beleven van oude graansoorten, met als motto: ‘Terug naar de korrel!’. Consumenten kunnen kennismaken met de rijke en unieke smaak van oude graansoorten. Met als centrale waarden, nuchterheid, transparantie en een eerlijke verdeling. Hun originele aanpak leidt tot goede verkopen en ondersteunt bijzondere diersoorten van het akkerland, zoals de Grauwe en Blauwe kiekendief. Wil je letterlijk proeven van hun aanpak? Kom dan naar de workshop ‘Terug naar de (Groninger) korrel’ op de Bio-beurs en proef risotto van oude granen.

Zeldzaam Sap geeft meerwaarde aan bijzondere fruitrassen Hoogstam-fruitteler Willemien Hartmans uit Nijbroek laat deze herfst haar fruit tot sap persen bij de Welsumse sapmobiel en verpakken in het pak van Zeldzaam Sap. Deze nieuwe en exclusieve verpakking in de vorm van een 5 liter saptap haalt fruitsap van bijzondere rassen uit de anonimiteit en geeft het meerwaarde. De verpakking onderscheidt zich van

WANDELEN OP HET VARKENSPAD Op 27 november 2014 openden Jaap Bond (l), gedeputeerde van de provincie NoordHolland, en wethouder André Groot (r) van de gemeente Schagen, het wandelpad door het boerenland bij de biologische varkensboerderij van de familie Wennekers. Met het wandelpad van Schagen naar de Mariakapel in Keinse is een historische pelgrimsroute hersteld. Wandelaars stappen dwars door de weilanden met varkens van boerderij EkoVar Wennekers. Met een touwtrekpontje varen de wandelaars van het varkensweiland naar de dijk, om met een houten trap de Westfriesedijk op te klimmen en naar de Mariakapel te lopen. Ook doen? Download de route op www.schagen.nl

John van der Rest, bureau Tuinen & Teksten, schreef het portret van de familie Wennekers voor BioValley www.biovalley.nl

WORKSHOP Foto Dick Boschloo

EKOLAND | december – 2014

• Zeldzaam Sap pak en Zeldzaam Lokaal productpakket Woensdag 21 januari 2015 | 17.45 tot 18.45 uur | Meerhal 2 •O ude en bijzondere aardappelrassen Donderdag 22 januari 2015 | 16.45 tot 17.45 uur | Meerhal 3

33


TREKKERS T.k. Doperwt-Peul-Capucijner. F1 Tasty Sweet mais. F1 Sweet Mama pompoen.Cape Horn spits. Namenia. Gr.Raapsteel. etc. Alle zaden SAKATA-TAKII-BEJO.

VAN GORP

Joh.Kats. Tel.0186-651579 fax. 0186-651534 Numansdorp Plaats vanaf heden hier uw gratis Trekker.

VOOR PARTICULIEREN EN LAND- EN TUINBOUWBEDRIJVEN Ongeveer 30 tekens per regel, incl. spaties, of minder­. Minimum aantal regels 3, maximaal 10. In overleg is meer ruimte mogelijk. 3 woorden per adv kunnen vet gedrukt worden.Duidelijk aangeven welke.

Van Westering Groep bv

BIOLOGISCHE VOEDERS BV

voeders e h c is g lo io b in t s li ia c e De sp De biologische voeders worden apart geproduceerd in onze fabriek te Schalkwijk en zijn leverbaar in de gehele BENELUX

Advertentietekst per e-mail, sturen naar:

trekkers@ekoland.nl Vermeld altijd duidelijk het adres waar de rekening naar toe moet w ­ orden gezonden.

Gratis Trekker plaatsen in Ekoland vanaf januari 2015!

Informatie: Tel. 0416-315770 - Fax 0416-315779 Zomerdijkweg 2 - 5145 PK Waalwijk NL info@van-gorp.com - www.van-gorp.com

www.ekoland.nl

€ 87,49 - Tijdschrift abonnement, € 49,99 - iPad abonnement

Ontwikkelaars voor een sterk en levendig platteland • Beleidsadvisering landbouw • Versterking verbrede activiteiten • Omschakeling naar biologisch ondernemen

Helmer Wieringa: 06 – 53 44 77 70 Taco IJzerman: 06 – 13 10 26 98 Maria van Boxtel: 06 – 53 59 31 88

www.landco.nl




Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.