Incident Oktober 2008

Page 1

Jaargang 8, nummer 8, 2008

Multidisciplinair vakblad voor hulpverleners

Veiligheid bij evenementen

Tall Ships Race ook veiligheidsspektakel   Theorie en praktijk van explosies

Een knallende themadag bij NIFV   Vakbeurs Ambulancezorg

SPECIAL: veel over ambulancezorg



Colofon

8e jaargang nr 8, oktober 2008 Incident verschijnt tien keer per jaar, rond de 24e van de maand De juni/juli en augustus/september­ nummers zijn gecombineerd. Vakblad Incident is een uitgave van Incident B.V.

Postadres

Postbus 221, 3360 AE  Sliedrecht

Vestigingsadres

Stationsweg 109, 3362 HC  Sliedrecht Telefoon: +31 (0)184 750810 Fax + 31 (0)184 750811 info@vakbladincident.nl www.vakbladincident.nl

Redactie

Marcel Debets (hoofdredacteur) redactie@vakbladincident.nl Gerard Pijnenburg (webredacteur) webredactie@incidentonline.nl

Bladmanagement en marketing

Jeroen Zaunbrecher bladmanagement@vakbladincident.nl

Advertentie-exploitatie

Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Tel. 023-5714745 Fax. 023-5717680 zandvoort@bureauvanvliet.com

Account managers Mariëlle Groot Ruud F. van Viersen

Ontwerp & Opmaak

JB&A raster grafisch ontwerp, Delft

Druk

JB&A drukkerij van driel, Rotterdam

Aan dit nummer werkten mee

M. Camps, Rob Jastrzebski, Jan-Willem Kempeneers, Wim Krabbenborg, Ko van Leeuwen, Gerard Pijnenburg, Tina Reinders, Tamara Schiedon, Martijn Vet, R. Wilbers

Voortzetting en opzegging

Uw abonnement wordt automatisch ­verlengd aan het einde van jaar. Wilt u uw abonnement opzeggen, dan moet u dat schriftelijk doen, minimaal twee maanden voor het einde van het jaar, naar: Vakblad Incident, Postbus 221, 3360 AE  Sliedrecht. Zodra wij uw opzegging hebben ontvangen, sturen wij u een schriftelijke bevestiging met einddatum van uw abonnement. Dit is uw bewijs van opzegging.

Incident 8-2008

Voorwoord

Geel D

it nummer is voornamelijk geel. Ik neem het u niet kwalijk als u dat nog niet was opgevallen. Tenminste niet aan de daadwerkelijke kleur. Ik hoop dat het u wel is opgevallen dat het inhoudelijk veel over de ‘gele kolom’ gaat, de ambulancezorg. U kunt waarschijnlijk ook uitstekend een plus een bij elkaar optellen, dus zal het geen verrassing zijn dat een en ander samenhangt met de beurs Ambulancezorg in Apeldoorn, 30 oktober tot en met 1 november. Sterker nog: het zou zelfs zomaar kunnen dat u dit blad daar uitgereikt hebt gekregen. En in dat geval is de kans groot dat u Incident voor het eerst onder ogen krijgt. Voor die lezers zou ik willen zeggen: welkom. U heeft in uw handen het eerste en enige multidisciplinaire blad voor de hulpverlening in Nederland. Incident schrijft niet alleen over úw beroepsgroep, maar ook over brandweer, berging, politie en reddingsbrigades. Sterker nog, we proberen dit alles met elkaar in verband te laten zien. Ook ambulancezorg staat niet alleen in de wereld van de hulpverlening en de samenhang en samenwerking met andere hulpdiensten staat dan ook meestal centraal. Afijn, genoeg reclame. De inhoud van het blad spreekt voor zich. Wel zou ik nog wat extra aandacht willen vragen voor twee bijzondere initiatieven. Geheel in de geest van de hulpverlening, hebben onafhankelijk van elkaar twee groepen mensen zich ingezet voor de minder goed van zorgverlening voorziene medemens in het buitenland. Kijlstra Ambulancegroep in Drachten schonk, in het kader van het 75-jarig bestaan van het bedrijf, een ambulance aan de gemeente Smallingerland voor haar zustergemeente in Gobabis, Namibië. Mooi initiatief, zegt u. Inderdaad, en het wordt nog mooier als u weet dat het bedrijf er twee verpleegkundigen naar toe heeft gestuurd om de mensen daar op te leiden voor het gebruik van de ambulance. Net zo mooi en zelfs net even spannender is de deelname van het Ambu Arctic Team uit Winterswijk aan de Acrtic Challenge. Opdracht: 7000 kilometer racen door onherbergzaam arctisch gebied. Doel: via sponsoring geld inzamelen voor de aanschaf van een ambulance voor Lelydorp, Suriname. Target: ik geloof dat ze nog wel wat geld en hulp kunnen gebruiken… U leest alles over beide initiatieven op pagina 14 en 15. Marcel Debets, hoofdredacteur


E8E Efad_ 8[dWÌ YZf[`Y Egbbadf

7W` g`[W] TWVd[\X [` VW TdS`ViWWdeWUfad

GVcYffc

haWdfg[YW` T^geba_bW` W` TdS`ViWWd_SfWd[S^W`

GVc\``a bT_Ãe _SfWd[S^W` W` YWdWWVeUZSbbW`

8E Efad_ 8[dWÌ YZf[`Y Egbbadf 4H E 6[`fW^iWY *+ %#+* >4 7gdabaadf DaffWdVS_ FW^WXaa` , "#*# &') "#" 8Sj , "#*# &') "#+ 7 _S[^ , [`Xa2eXe Th `^ ;`fWd`Wf , iii eXe Th `^

DVcgZTVd

fdS`ebadf _a`fSYW [`ebWUf[W a`VWdZagV dWbSdSf[W W` fdS[`[`Y priodeck_advertentie def.xpd:Opmaak 1

28-05-2008

00:52

Pagina 1

"We zijn ter plaatse, over"! kijk op

eck.nl voor www.priodformatie! meer in

112 werd zojuist in paniek gebeld en u bent al onderweg. Politie, brandweer en ambulance. Met gillende sirenes snelt u voorbij. Het blauwe licht beschijnt de koele grimas op uw gezicht. Die doortastendheid siert echter niet iedereen. Zoals vorige week nog. Het licht stond op rood. Men zag u naderen en trok op. Maar plotseling trapte de bestuurder voor u toch nog op de rem. Op een haar na voorkwam u een ongeval.

Altijd vrije doorgang. Overal!

Dat is nu verleden tijd. Vanaf vandaag hebt u de Priodeck aan boord: uw persoonlijke groene golf. Elk verkeerslicht dat u passeert zet de Priodeck op groen. Alle overige richtingen zet de Priodeck op rood. Volautomatisch, kruising na kruising, en steeds weer ruim op tijd. Dus, zij die niet weten wat te doen, hoeven slechts door te rijden. En u die dat wel weet, kan dat nu ook. “We zijn al ter plaatse, over”.

Priodeck®


Inhoud

6 Nieuwe regeling voor zwaailicht en sirene op komst

Rob Jastrzebski Op 1 januari 2009 wordt de nieuwe ‘Regeling Optische en Geluidssignalen’ van kracht. Voor de gebruikers van voorrangsvoertuigen met zwaailicht en sirene heeft die regeling nogal wat gevolgen. Zo zijn onder meer de gedragsregels voor chauffeurs van voorrangsvoertuigen aangescherpt. De eisen die worden gesteld aan de kwaliteit van zwaailichten, flitsers en lichtbalken, zijn strenger en de installaties moeten volgens een internationale norm zijn gecertificeerd. Ook komt er een nieuw sirenegeluid, dat uniform is voor alle hulpdiensten. Kortom, er komt minder vrijblijvendheid en meer uniformiteit in zwaailicht- en sirenegebruik door voorrangsvoertuigen.

14 Ambulances voor Suriname en Namibië

19 Veiligheid voorop bij nautisch evenement

26 ‘Four-Eleven’ oefent grootschalige waterramp

30 Specialisten in chemicaliën

Hulpverlenend Nederland neemt zijn taak serieus. En niet alleen in Nederland. Steeds vaker zien we initiatieven over de grens. Meestal met het doel om iets te doen voor mensen in landen met minder uitgebreide middelen dan hier. Aandacht voor twee acties met langlopende uitvoering ter plaatse.

8 Als alle alarmbellen gaan rinkelen

11 Nieuwe slachtofferregistratiekaart

13 ‘Storm in een glas water’

16 Invulling protocol OvD-G bijna rond

22 Theorie en praktijk van explosies

33 Kort Nieuws

Column JSTRZBSK!

Rob Jastrzebski ‘Hollands glorie’ herleefde in augustus op de rede van Den Helder. Maar liefst 76 ‘Tall Ships’, klassieke zeewaardige zeilschepen, meerden op 20 augustus af in de Marinestad, die de finishplaats was van de Tall Ships Races 2008. Het was het begin van een vierdaags Sail-evenement, met als hoogtepunt een ‘parade of sail’ over het Marsdiep op 23 augustus. Met honderden schepen en duizenden personen op het water en meer dan 300.000 bezoekers in vier dagen tijd, wilden de organisatie, de gemeente en de veiligheidsregio niets aan het toeval overlaten. Een doortimmerd veiligheidsplan en een flinke paraatheid van de hulpverlening op en rond het water zorgde voor een veilig maritiem feest.

Tamara Schiedon Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid beoefent op 4 november aanstaande het rivierenscenario, ten behoeve van de landelijke oefening TMO. Geheel realistisch, want de regio Zuid-Holland Zuid is omgeven door rivieren. Daarbij is de regio ook bijzonder door bedreiging vanuit de Noordzee. Bij hoogwater en noordwesterstorm kan de regio serieus in de problemen komen. Een van de oefendoelen is het ontruimen van een verpleeghuis.

Tina Reinders In Weesp staat het grote farmaceutische bedrijf Solvay Pharmaceuticals. Van de in totaal elfhonderd werknemers zijn er meer dan honderd BHV-er, vijftien zijn gespecialiseerde EHBO-ers en zeventien vrijwillige brandweerlieden werken samen met de drie beroepskrachten. De bedrijfsbrandweer van Solvay is een uitstekend uitgerust korps, gespecialiseerd in het voorkomen en bestrijden van ongevallen met chemicaliën.

*AARGANG NUMMER

-ULTIDISCIPLINAIR VAKBLAD VOOR HULPVERLENERS

6EILIGHEID BIJ EVENEMENTEN

4ALL 3HIPS 2ACE OOK VEILIGHEIDSSPEKTAKEL 4HEORIE EN PRAKTIJK VAN EXPLOSIES

%EN KNALLENDE THEMADAG BIJ .)&6 6AKBEURS !MBULANCEZORG

30%#)!, VEEL OVER AMBULANCEZORG

Incident 8-2008

Ook bij grote nautische evenement zijn ingrijpende veiligheidsmaatregelen nodig, voor een groot deel op het water, uiteraard. Foto: Rob Jastrzebski.


Op 1 januari 2009 wordt de nieuwe ‘Regeling Optische en Geluidssignalen’ van kracht. Voor de gebruikers van voorrangsvoertuigen met zwaailicht en sirene heeft die regeling nogal wat gevolgen. Zo zijn onder meer de gedragsregels voor chauffeurs van voorrangsvoertuigen aangescherpt. De eisen die worden gesteld aan de kwaliteit van zwaailichten, flitsers en lichtbalken, zijn strenger en de installaties moeten volgens een internationale norm zijn gecertificeerd. Ook komt er een nieuw sirenegeluid, dat uniform is voor alle hulpdiensten. Kortom, er komt minder vrijblijvendheid en meer uniformiteit in zwaailicht- en sirenegebruik door voorrangsvoertuigen.

Nieuwe regeling voor zwaailicht en sirene op komst Door Rob Jastrzebski

W

anneer is een hulpverleningsvoertuig een voorrangsvoertuig? De nieuwe regeling is daar heel duidelijk over. Er worden twee soorten hulpdiensten onderscheiden. Ten eerste de drie kerndiensten in de operationele hulpverlening: politie (inclusief Koninklijke Marechaussee), brandweer en ambulancediensten/GHOR. Zij moeten verplicht de voorgeschreven hulpverleningsstriping voeren om gebruik te kunnen maken van alle ontheffingen die in de wegenverkeerswet aan voorrangsvoertuigen worden verleend. Onherkenbare burgervoertuigen met schroef- of plakzwaailicht, kunnen dus definitief niet meer. Ten tweede zijn er de door ministeries ‘aangewezen’ diensten die een spoedeisende hulpverleningstaak hebben te vervullen; diensten zoals het Explosieven Opruimings Commando, de Milieu Ongevallendienst van het RIVM en de reddingsbrigades van de KNBRD. Zij hoeven niet verplicht de hulpverleningsstriping te voeren, maar moeten wel door middel van een eigen logo of herkenningsteken als spoedeisende hulpverleningsdienst herkenbaar zijn voor de weggebruiker.

De regeling in het kort

• Gecertificeerde primaire blauwe lichtset verplicht • Gecertificeerde secundaire blauwe lichtset toegestaan • Gecertificeerde primaire gele lichtset verplicht • Groen (coördinatie)licht toegestaan bij stilstand • Knipperende koplampen toegestaan • Tweetonige hoorn met toonhoogte 350 en 500 hertz verplicht • Wisselende sirenefrequentie toegestaan • Hulpverleningsstriping verplicht voor kerndiensten • Herkenbaar logo verplicht voor aangewezen diensten • Invoering brancherichtlijn verplicht

Incident 8-2008

Wat betreft de zwaailicht- en sirene-installatie geldt voor beide categorieën voertuigen dat zij verplicht moeten zijn voorzien van een gecertificeerde primaire dakset (zwaailichten of lichtbalk) in een voorgeschreven kleur donkerblauw. Daarnaast is volgens de nieuwe regeling ook een geel zwaai- of flitslicht verplicht voor álle voorrangsvoertuigen. En tenslotte dienen alle voorrangsvoertuigen een uniform tweetonig sirenesignaal te voeren, van een vastgestelde toonhoogte.

Wat moet, wat mag en wat mag niet?

De oude regeling, die met de inwerkingtreding van de nieuwe regeling komt te vervallen, liet nogal wat vrijheid van interpretatie van de regels. Daardoor is in de loop der tijd in de hulpverleningsbranche een ‘wildgroei’ ontstaan in het gebruik van licht- en geluidscombinaties. Vastgestelde normen voor de kwaliteit van de sets optische en geluidssignalen waren er niet en een gericht toezicht op die kwaliteit was er evenmin. Dat leidde in de hulpverleningsbranche soms tot verwarring. Wat mag nou wel en wat mag niet? Die onduidelijkheid is in de nieuwe regeling weggewerkt, door naast de verplichtende voorschriften voor zwaailichten sirene-installaties ook aan te geven welke aanvullende voorzieningen zijn toegestaan. Een secundaire blauwe lichtset, eveneens gecertificeerd, aan de voorzijde van hulpverleningsvoertuigen, mag. Ook een groen zwaailicht als extra wordt toegestaan om een hulpverleningsvoertuig als coördinatievoertuig aan te geven, maar alleen bij stilstand. Bovendien mogen tijdens een spoedrit en het gebruik van de optische- en geluidssignalen overdag ook de koplampen van het voertuig knipperen, om zo beter de aandacht van de weggebruikers te kunnen trekken. Tot slot: wat niet valt onder ‘wat moet’ of ‘wat mag’ is uitdrukkelijk verboden.

Een nieuw geluid

Zo groot als de variatie in lichtsets was ook de variëteit aan sirenetypen en toonhoogtes. Met het oog op het vergroten van de uniformiteit en herkenbaarheid is een nieuw tweetonige sirenesignaal vastgesteld, met een lage toon van ongeveer 375 hertz en een hoge toon van circa 500 hertz. Zowel elektronische sirenes als luchthoorns zijn in staat om een signaal met deze karakteristieken te produceren. Met de keuze voor een tweetonig signaal als standaard, komt de nu nog gebruikte drietonige hoorn voor ambulan-


Een grote variëteit in licht en geluid.

ces te vervallen. Ambulances waren in de geneeskundige zorgverleningsketen overigens de enige voertuigen die zo’n drietonig sirenesignaal gebruikten. GHOR-voertuigen, zoals de voertuigen ten behoeve van Sigma-teams, Ambulanceteams en staffunctionarissen maakten al gebruik van een tweetonige hoorn. Volgens de regeling mag bij het nieuwe sirenesignaal de wisselfrequentie worden versneld ter verhoging van de attentiewaarde, bijvoorbeeld bij het naderen van kruisingen. Om de hoorbaarheid in het steeds drukker wordende verkeer te verbeteren, wordt ook het geluidsvolume aangepakt. Het volume overdag moet minimaal 110 dB bedragen. ’s Nachts, als het verkeersbeeld rustiger is, mag het ietsje minder zijn, minimaal 100 dB. Een geruststelling voor de slapende burgers.

Brancherichtlijn

Naast technische eisen aan de installaties, heeft de nieuwe regeling Optische en Geluidssignalen ook betrekking op de gedragsregels voor de hulpdiensten. Zo zijn in de regeling de voorwaarden opgenomen voor het gebruik van zwaailicht en sirene. De criteria voor ‘dringende taak’ zijn eenduidig vastgelegd. Bij een dringende taak gaat het om situaties waarbij levensgevaar bestaat voor mensen, waarbij grote schade aan gebouwen of goederen kan ontstaan of rechtsordeverstoringen waarbij snel optreden vereist is. Omdat het om zeer uiteenlopende taken gaat, moeten criteria en gedragsregels per hulpdienst worden vastgelegd. Alle operationele diensten zijn daarom verplicht om een zogenoemde ‘brancherichtlijn’ voor het gebruik van optische en geluidssignalen op te stellen. In tegenstelling tot politie, brandweer en ambulance hebben de ‘aangewezen’ diensten zo’n brancherichtlijn nog niet. Zij moeten die straks ook verplicht invoeren in hun organisatie. Zij mogen zelf een richtlijn opstellen, óf een van de drie richtlijnen van de operationele kerndiensten van toepassing verklaren.

Minder blauw

Het gedragsdeel van de nieuwe regeling heeft mede tot doel het overdadig gebruik van het blauwe zwaailicht terug te dringen. Onderweg naar het incident hebben de blauwe optische signalen een noodzakelijke functie voor de verkeersveiligheid, maar ter plaatse is vaak juist het omgekeerde het geval. Een zee van zwaai- en knipperlichten bij een ongeval leidt weggebruikers af en zaait verwarIncident 8-2008

ring. Zeker wanneer het wegdek nat is of het zicht wordt beperkt door regen of mist. Volgens de gedragsregels mag alleen het eerst aankomende voertuig op de plaats incident het blauwe zwaailicht blijven voeren. De gele zwaailichten worden alleen gevoerd door die voertuigen waarbij dat gezien hun opstelling noodzakelijk is. Nu de nieuwe regels helder zijn, komt de uitvoering. De leveranciers van voorrangsvoertuigen worden vóór 1 januari 2009 door het agentschap Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding op de hoogte gebracht van de nieuwe wettelijke regeling, zodat zij daarop kunnen inspelen. Overigens geldt voor bestaande voertuigen een overgangstermijn van vijf jaar. Voertuigen die binnen die termijn worden afgeschreven, hoeven daardoor niet voor die paar jaar met een nieuwe set te worden uitgerust. Voor de rest van het wagenpark is de termijn lang genoeg om de sets te laten vervangen. Voor meer informatie over de nieuwe wetgeving en de onderzoeken die in dat verband uitgevoerd zijn, zie www.lfr.nl, zoekterm ‘geluidssignalen’.

Wie mogen zwaailicht en sirene voeren? Kerndiensten: • brandweer • politie • ambulance/GHOR Aangewezen diensten: • Rampenbestrijdingseenheden van het Nederlandse Rode Kruis • Stichting Sanquin (bloedbank) • ProRail calamiteitenbestrijdingsdienst • Arrondissementale stafdienst Amsterdam (Justitie) • Landelijke Vervoersdienst Justitie •  Landelijke Bijzondere Bijstandsverlening DJI • Milieudienst Zuid-Holland • DCMR Milieudienst Rijnmond • Rotterdam Port Authority • Door de ministeries van BZK, Defensie, Justitie, VenW, VROM en VWS aangewezen diensten met een spoedeisende taak in de crisisbeheersing of rampenbestrijding • Door de KNBRD aangewezen reddingsbrigades met een spoedeisende hulpverlenings-en/of rampentaak


Sinds een aantal jaren is een groot aantal meldkamers van de politie, de brandweer en centrale post ambulancevervoer samengevoegd. Onvoldoende afstemming en coördinatie bij grote calamiteiten en rampen hebben het nut voldoende aangetoond. Maar wie heeft bij een grote calamiteit het overzicht. Hier doet de calamiteitencoördinator Gemeenschappelijke Meldkamer zijn intrede.

Calamiteitencoördinator Gemeenschappelijke Meldkamer

Als alle alarmbellen gaan rinkelen

Door Wim Krabbenborg

“D

oor de centralisten van de drie diensten in één ruimte te huisvesten werken ze samen. Maar ‘samen werken’ moet ‘samenwerken’ worden. In geval van een ramp of grote calamiteit is het bittere noodzaak. De opleidings­ instituten van politie, brandweer en de GHOR zijn zich daar terdege van bewust en ondernemen actie in de vorm van het aanbieden van opleidingen.” Aan het woord is Johan Teunis, projectleider Meldkamerdomein binnen de Politieacademie, bureau Maatwerk. Vanuit het verleden zelf gepokt en gemazeld in het verzorgen van opleidingen en trainingen ten behoeve van de rampbestrijding in het veld, heeft hij binnen de brandweeracademie heel wat voetstappen achtergelaten. “De gemeenschappelijke meldkamer is het knooppunt van informatie. Informatiestromen komen daar samen. Systemen worden daar geraadpleegd middels gekoppelde bestanden. Of het nu om objectinformatie, afkomstig van de brandweer gaat of om incidentinformatie van de politie, steeds zal de vraag zijn: Is deze informatie correct, betrouwbaar, toegankelijk en beschikbaar? Crisismanagement is dus in feite informatiemanagement. Het gaat om het efficiënt samenstellen van informatie. Pas dán kun je risico’s afwegen en op grond van die risico’s in scenario’s gaan denken ten behoeve van de inzet. Met deze regiefunctie op de juiste en verantwoorde inzet van de eenheden, met name tijdens het zogeheten ‘gouden uur’, bewijst de Gemeenschappelijke Meldkamer haar toegevoegde waarde”, aldus Teunis.

Veiligheidsregio’s

Met de komst van de Veiligheidsregio’s wordt de Gemeenschappelijke Meldkamer sterk ­gepositioneerd.

Incident 8-2008

Gemeenschappelijke Meldkamer IJsselland.

Aan de prestaties en de professionaliteit van de meld­ kamerfunctie kunnen bij algemene maartregel van bestuur eisen worden gesteld, zegt de Wet op de Veiligheidsregio. Maar een groot aantal meldkamers wil daar niet op wachten, maar wil nu al ‘bottom-up’ deze professionaliseringslag maken. Niet stilzitten maar bewegen, zodat meldkamers straks als de Veiligheidsregio’s een feit zijn, er ook klaar voor zijn. “Als ik zulke berichten hoor, word ik warm van binnen”, grijnst Teunis voldaan. Nut of noodzaak van de calamiteitencoördinator gemeenschappelijke meldkamer? “Mijn ervaring met rampen en rampbestrijding is dat voor iedereen die het bericht als eerste binnenkrijgt, de drie “O’s” van toepassing zijn. Ongeloof, Onmacht en Onwetendheid. Er is dan sprake van een afbreukrisico. In de chaotische en hectische periode, direct na de melding, moet het incidenttype juist worden ingeschat, moeten informatiestromen ­gevalideerd worden. De chaos dient zoveel mogelijk beperkt te worden. Melding, alarmering, nadere informatie, communicatie en opschaling, volgen elkaar razendsnel op. Elke centralist dient voor zijn eigen discipline de nodige acties uit te zetten, checklisten te raadplegen. Dan blijkt dat de situatie plotseling verandert. Nieuw binnengekomen informatie geeft nieuwe inzichten, maar ook nieuwe risico’s. Wie heeft dan het overzicht?”, zegt Teunis. De rapporten ‘Melding en Opschaling’ van 2001 en ‘De vrijblijvendheid voorbij’ van maart 2005, zijn daar helder in. Bij de evaluatie van rampen en zware ongevallen bleek de 24-uurs multidisciplinaire coördinatie in de meldkamer niet alleen nuttig maar ook noodzakelijk te zijn. Ook het


Referentiekader van de Gemeenschappelijke Meldkamer van de Ministeries van BZK en VWS, geeft deze noodzaak aan.

Foto: Erik de Leeuw, Veiligheidsregio IJsselland.

De CACO in de praktijk

De praktijk heeft inmiddels de meerwaarde van de functie van CACO aangetoond. Leo van Dam, groepschef en proceseigenaar ‘opschalen’ Centrale Meldkamer Haaglanden legt het kort en duidelijk uit: “Hier in de Hofstad hebben we regelmatig ­calamiteiten waarbij politie, brandweer, ambulancedienst en de gemeente samen moeten werken. Bij elke ‘kolom’ komt dan soms het stoom uit de oren. Ze worden volledig in hun eigen operationeel proces gezogen. Met name dat eerste uur is dan heel hectisch. De CACO is dan de persoon die de helikopterview heeft, de juiste informatie op de juiste plaats neerlegt. Door informatie te delen, vermenigvuldigt hij die. Iedereen moet hetzelfde beeld hebben en dezelfde afstemming met het veld. Als de OvD’s van de politie, brandweer en ambulance het incident bestrijden bij de bron komen vaak uit de verre omgeving bij de meldkamer de klachten binnen van de gevolgen van dat incident. Die effecten dienen direct op hun waarde en risico’s te worden ingeschat. Daarna vinden de vervolgstappen plaats.” De Centrale Meldkamer Haaglanden beschikt inmiddels over zeven CACO’s, afkomstig uit de drie disciplines. Om een 24-uurs dekking te kunnen garanderen zullen er nog enkelen aan worden toegevoegd. Ook de ‘zittende’ centralisten dienden met deze nieuwe ontwikkelingen te worden bekendgemaakt. Wat wordt er van hun verwacht en hoe werken ze samen met de CACO? Daarom zijn de 115 centralisten in 6 opeenvolgende dinsdagen in groepen bijgeschoold, zodat ook zij ten tijde van het ‘gouden uur’ goed voorbereid hun bijdrage kunnen leveren. “De Hofstad is er (bijna) klaar voor”, zegt een tevreden Leo van Dam.

De opleiding

De opleiding is tot stand gekomen door samenwerking van de drie opleidingsinstituten en ‘het veld’. Uitgangspunt is dat de opleiding multidisciplinair van opzet is en de ­deelnemers uit de drie disciplines komen, waarbij de toekomstige CACO’s in de huid van de OvD’s en HOvD kruipen, ten behoeve van de aanpak en coördinatie tijdens het ‘gouden uur’. De opleiding wordt gegeven bij het NIFV (Nederlands Instituut voor Fysieke Veiligheid) te Arnhem, in 4 blokken van 2 dagen, verdeeld over 2 maanden.

Belangrijke onderwerpen die de revue passeren zijn: de rol van de calamiteitencoördinator in de Gemeenschappelijke Meldkamer; zijn taken en bevoegdheden ; de processen van de drie disciplines op de meldkamers, hun opschaling en de daaruit voortvloeiende dwarsverbanden en de gevolgen. De sturing/coördinatie en de procescontrole worden hierbij in diverse scenario’s geoefend. Bijzondere aandacht wordt besteed aan het veiligheidsbewustzijn. Bij de ­behandeling van het informatiemanagement, risicomanagement en scenariomanagement, wordt de cursisten aan de hand van scenario’s geleerd methodisch te denken en te handelen, waarbij niet alleen wordt uitgegaan van onvoorziene zaken

De gemeenschappelijke meldkamer is het knooppunt van informatie. maar tevens van voorziene evenementen, die kunnen ontaarden in een calamiteit of crisissituatie. Gezien het feit dat de CACO en de centralisten veelal zullen moeten werken onder stressvolle omstandigheden, wordt aan dit aspect extra aandacht besteed. Het herkennen en erkennen van stress bij jezelf en bij collega’s , is daarbij een belangrijk onderwerp. Hierbij gaat het niet alleen om de CACO zelf, maar ook hoe hij/zij zijn/haar collegae (de centralisten) kan ondersteunen en motiveren. Een ­training stressreductie, verzorgd door een psychologe, maakt onderdeel uit van de opleiding. Tijdens de opleiding wordt aandacht besteed aan de verslaglegging in de vorm van een korte, juiste en heldere Sitrap (situatierapportage) ten behoeve van het ROT (Regionaal Operationeel Team). Er is sprake van een ­generieke opleiding, waarna deze in de regio’s een vervolg kan krijgen met regiospecifieke trainingen/onderwerpen. Andere aandachtspunten zijn: het coördineren van de restdekking; het coördineren van meerdere calamiteiten tijdens het gouden uur. Dit laatste indachtig het spreekwoord: “Een ramp komt nooit alleen!”. Tijdens de gehele opleiding wordt rekening gehouden met de grote diversiteit in werkwijzen binnen de disciplines en de regio’s. De opleiding wordt afgesloten met een proeve van bekwaamheid waarbij het behaalde certificaat drie jaar geldig is. Inmiddels hebben 72 CACO’s , afkomstig uit de diverse regio’s, de opleiding afgerond.

Het eerste knoopsgat

De georganiseerde en snel op te schalen hulpverlening bij een ramp, calamiteit of zwaar ongeval komt op gang nadat bij de gemeenschappelijke meldkamer de eerste melding binnenkomt. De meldkamer is dus een zeer belangrijke schakel in de keten van de hulpverlening. Daarna komt ‘het veld’ in beweging. ‘Dus’, zegt Johan Teunis; “Als je het eerste knoopsgat mist, krijg je de jas nooit meer goed dicht!” Gert Jolink, meldkamer Veiligheidsregio IJsselland, neemt als eerst gecertificeerde calamiteitencoördinator van Nederland de felicitaties in ontvangst van Johan Teunis, projectleider meldkamerdomein van de Politieacademie. Incident 8-2008


De Landelijke Meldkamer Ambulance Zorg (LMAZ) is sinds 1 juni 2007 operationeel. De LMAZ is ondersteunend, laagdrempelig en informatief ten dienste van de reguliere meldkamers ambulancezorg in Nederland. Een professioneel team centralisten opereert vanaf een moderne werkplek in Driebergen. De LMAZ centralisten werken op detacheringbasis: centralisten werken veelal op reguliere meldkamers of zijn gedetacheerd via specialistische uitzendbureaus.

DE LMAZ ZOEKT: PROFESSIONELE PIONIERS Voor een volledige bezetting van de tweede bedienplaats is de LMAZ op zoek naar professionals uit de acute zorg die binnen het meldkamerwerk hun horizon willen verbreden en over pioniersgeest beschikken. Zo nodig wordt u met opleiding en scholing op maat de LMAZ centralist die wij zoeken. De afstand naar Driebergen hoeft geen bezwaar te zijn: de LMAZ biedt in voorkomende situaties overnachtingsmogelijkheden in de omgeving. Nieuwsgierig? Voor meer informatie kijkt u op de website http://www.meldkamer.nl Voor de details neemt u contact op met Peter Hartog, manager, tel: 0343-536733. Mailen kan uiteraard ook: info@meldkamer.nl incident-lmaz 080902.indd 1

12-09-2008 13:05:22


Eind 2006 bracht het ministerie van BZK een nieuwe slachtoffer-registratiekaart uit, met het verzoek aan alle GHOR-regio’s om deze in hun eigen regio te implementeren voor 1 juli 2007. Maar wat betekent dit nu daadwerkelijk voor een regio? Aan de hand van de werkwijze in de regio Noord- en Midden-Limburg willen wij u laten zien hoe dit proces in deze regio verlopen is en waarom de implementatie succesvol heeft kunnen verlopen.

Gezamenlijke aanpak implementatie Noord- en Midden-Limburg

Nieuwe slachtofferregistratiekaart M. Camps en R.Wilbers

D

e nieuwe slachtofferregistratiekaart is totaal verschillend vergeleken met de jarenlang gebruikte gewondenkaart. Zowel de werkwijze als het uiterlijk van de kaart zijn gewijzigd. Zo dienen nu alle lopende slachtoffers als T3 te worden getrieerd en is het mogelijk om De nieuwe de triage op meerdere momenten slachtofferregistratiekaart. uit te voeren. Bovendien dient de kaart niet alleen op het rampterrein, maar ook bij binnenkomst in de ziekenhuizen te worden gebruikt. Dit is heel belangrijk als slachtoffers op eigen gelegenheid naar het ziekenhuis gaan. Tot dusver bestond er in onze regio alleen contact met de ambulancedienst rondom het gebruik van de gewondenkaart. Daarom pakten wij deze gelegenheid aan om samen met RAV Limburg Noord, de 3 ziekenhuizen in de regio (Viecuri Medisch Centrum in Venlo, St. Jansgasthuis in Weert en het Laurentiusziekenhuis in Roermond), GHOR-bureau Noord- en Midden-Limburg en het Nederlandse Rode Kruis (rondom de SIGMA) het implementatietraject van de slachtoffer-registratiekaart vast te stellen.

Draagvlak in de regio

Om de vaardigheden te ontwikkelen rondom het gebruik van de registratiekaart was het nodig dat hiervoor extra trainingsmomenten werden georganiseerd. Inmiddels (het was voorjaar 2007) was het gezamenlijke jaarplan rondom opleiden en oefenen voor de geneeskundige keten al opgesteld. Doordat we elkaar tijdig benaderden vond iedereen het belangrijk om met het oog op de oefenkalender (zie verderop) een extra trainingsmoment in te bouwen. Een andere positieve factor was, dat er nu een gelegenheid zou ontstaan om ketenbreed medewerkers samen met elkaar te laten oefen, hetgeen kennis van elkaars werkveld zou vergroten en de samenwerking in een rampensituatie gemakkelijker maken. Voor de tweede helft van het jaar stonden diverse oefeningen gepland zoals een ETS-oefening voor de ziekenhuizen, 8 COPI-oefeningen op het rampterrein en één grote Incident 8-2008

systeemoefening waarin zowel het COPI, de eenheden ter plaatse, als de ziekenhuizen zouden worden beoefend. Dit waren uitermate geschikte momenten om tevens de slachtoffer-registratiekaart mee te beoefenen.

Het implementatietraject

Het GHOR-bureau had ruimte om het hele proces te begeleiden en stelde financiële middelen beschikbaar voor deskundige begeleiding. De organisatie werd uitgevoerd door de RAV Limburg Noord. De ziekenhuizen stelden ruimte ter beschikking zodat over de hele regio verspreid mensen aan de scholing konden deelnemen. De eerste stap in het implementatieplan was het organiseren van een ‘train de trainer’ programma. Door vanuit alle organisaties enkele trainers op te leiden, werd ook het vervolg op de scholing gewaarborgd. Immers, elke organisatie wordt hiermee zelf in staat gesteld om vervolgoefeningen en scholing aan nieuwe medewerkers zelf te organiseren. Vanuit de ziekenhuizen werden zeven SEH verpleegkundigen en drie SEH artsen opgeleid. De RAV Limburg Noord en het GHOR-bureau leverden elk vier trainers. Het programma bestond uit kennismaken en oefenen met het lesprogramma. Alle opgeleide trainers hebben elk twee oefenavonden mee gedaan als ondersteunend trainer, waardoor het mogelijk was om in kleine groepjes praktisch te oefenen met de slachtoffer-registratiekaart. Er was rekening gehouden met een samenstelling per oefenavond van trainers uit alle deelnemende organisaties. Uit evaluatie bleek dat het als bijzonder prettig werd ervaren om samen met de ketenpartners de oefeningen te doen.

Conclusie

In de toekomst moet de kaart elke keer weer bij oefeningen centraal staan, omdat de kennis anders snel verloren kan gaan. Om dit risico zo klein mogelijk te houden is afgesproken dat de kaart gebruikt zal worden in de praktijk bij incidenten met meer dan drie slachtoffers. M. Camps is beleidsmedewerker GHOR Noord- en MiddenLimburg en R. Wilbers is Regionaal Opleidingscoördinator RAV Limburg Noord.

11


A

D

V

E

R

T

O

R

I

A

L

LMAZ is ‘kassa 3’ voor de meldkamers ambulancezorg De Landelijke Meldkamer Ambulance Zorg in Driebergen is nu bijna anderhalf jaar operationeel. De LMAZ is paraat en alert, 24 uur per dag en zeven dagen per week. Is het nu wachten op die ramp waarvan iedereen hoopt dat die nooit zal komen? De LMAZ is daar klaar voor, maar zit niet stil en heeft zoveel meer te bieden. De nog jonge organisatie blijft zich ontwikkelen en heeft haar weg in de acute zorgsector gevonden.

N

a een voorbereidingstijd van een jaar gingen op 1 juni 2007 de lijnen naar de Landelijke Meldkamer Ambulance Zorg open. De kernopdracht was duidelijk: het ondersteunen van de vijfentwintig regionale meldkamers ambulancezorg (MKA’s), onder andere bij grote incidenten en calamiteiten. Maar hoe vul je dat in zonder draaiboek en zonder plan vooraf? Met een meedenksessie waarvoor alle meldkamers waren uitgenodigd en door het aantrekken van kwartiermakers (verpleegkundig centralisten, gedetacheerd vanuit regionale meldkamers) werd een ontwikkeling ingezet die niet meer te stuiten bleek. De LMAZ beschikt over geavanceerde communicatiesystemen en kan op verzoek van een MKA de communicatie met zorgvragers en met ambulances in iedere regio overnemen. Een aantal meldkamers heeft ondersteuning van de LMAZ al in de praktijk mogen ondervinden. Zo werden telefonie, informatievoorziening, ambulancebijstand en radioverkeer (C2000) voor enige tijd geheel of gedeeltelijk overgenomen.

Kassa 3

Peter Hartog, manager van de LMAZ, gebruikt graag een metafoor om uit te leggen wat de LMAZ voor de acute zorgsector kan betekenen: “U kent de situatie: een lange rij voor de twee geopende kassa’s in de supermarkt. Geklaag: het duurt vandaag wel erg lang, kan er geen kassa bij? Op dat moment klinkt er door de omroepinstallatie: ‘Kassa 3, even bijdraaien’. De LMAZ herkent zich in kassa 3. De medewerkers van de LMAZ zijn normaal gesproken bezig met ‘vakken vullen’ zoals administratieve- en beheerstaken voor de ambulanceregio’s. Plotseling is er een situatie waarbij ondersteuning nodig is en dan

12

Incident 8-2008

‘draait de LMAZ even bij’ net als kassa 3 in de supermarkt.”

Takenpakket

Langzaam maar zeker is het takenpakket van de LMAZ omvangrijker geworden. Naast het aansturen van de traumahelikopter van de traumaregio Oost in de nachtelijke uren beheert de LMAZ de gegevens in Octopus, het landelijke netwerk voor ambulancebijstand en gewondenspreiding. De LMAZ inventariseert bij de regionale meldkamers op werkdagen de interregionale ambulancezorg (buitenritten) en stelt waar mogelijk matches voor om onnodige ‘lege ritten’ te voorkomen. De LMAZ ondersteunt MKA’s niet alleen bij grote ongevallen en calamiteiten maar ook bij uitval van voorzieningen. Zo kan de LMAZ, bij uitval van een meldkamer,

112-meldingen opvangen en aannemen, alternatieve radioverbindingen opzetten met MKA’s en voertuigen, alarmering regelen en voorzien in geografische informatievoorziening. Daarnaast weten ook andere diensten de LMAZ te vinden: de LMAZ fungeert ook als loket voor medische vragen van speciale politie- en justitiediensten. Bij incidenten binnen deze diensten waarschuwt de LMAZ de betreffende MKA van die regio en verzoekt eventueel om ambulancezorg. Dat het takenpakket zich in de toekomst verder zal uitbreiden is te voorzien, zeker voor taken die bovenregionaal zijn. Centrale aansturing is voor de LMAZ relatief eenvoudig door het landelijke overzicht en de uitgebreide communicatiemiddelen die ter beschikking staan. Dat kan tijdwinst opleveren die van onschatbare waarde is.

Kwaliteit

Net als de regionale meldkamers heeft de LMAZ kwaliteit van zorg hoog in het vaandel staan, zowel in reguliere als in opschalingsituaties. Door vakkennis en ervaring van de medewerkers, de gestroomlijnde werkprocessen en moderne ICT-oplossingen biedt de LMAZ op een hoogwaardige manier extra capaciteit en extra ondersteuning. Peter Hartog: “Het is daarom dat wij op de ambulancevakbeurs in Apeldoorn de bezoekers een winkelwagenmuntje aanbieden. Als u weer eens in de rij staat voor de kassa of het werk op de meldkamer hoopt zich op… denk dan eens aan de LMAZ: kassa 3 springt bij!” Actuele informatie over de LMAZ, zie de website:

www.lmaz.nl. Voor een oriënterend gesprek over te verlenen diensten neem je contact op via 0343-536733 of info@meldkamer.nl


JSTRZBSK!

Safety Equipment bv leverancier van diensten en materialen voor BEDRIJFSHULPVERLENING * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *

AED alarm nooduitgang alarmbel anglia evacuatiedoek armbandherkenning bedrijfsnoodplan bedrijfsnoodplankoffer blusdekens brancards brandblustoestellen brandmeldcentrale brandslanghaspel brandwondenkompres break a light cursus BHV cursus brandbest. cursus EHBO deurcontroller eerste hulppaneel eerste hulptas m/cap evacuatiestoel handstaaflantaarns helmen heuptas BHV instructieplaten isolatiedekens keybox kiss of life koolmonoxyde meld. mag charger megafoon metaaldetector micro mask mini-pictogrammen nalichtende borden noodsleutelkastje noodverlichting omikron ontruimingsplattegronden oogspoelhulppost oogspoeldouche ontruimingssticker opbergkast BHV opslagkast chem.stoffen personenzoeksysteem pictogrammen portofoons powerflare rook/vluchtmaskers rookmelders safety firestop signalisatie sirenes sleutelbeveiliging smokeXcape stroboscoopflitser veiligheidsbrillen veiligheidsmes veiligheidsvesten verbandtrommels vluchtladders vluchtweganalyse vluchtwegmarkering vluchtwegplattegronden "wat te doen bij brand"

‘Storm in een glas water’

Vraag brochure: Safety Equipment bv Bosrand 29 3121 XA Schiedam tel.010-4705354 / fax 010-4490137 E-mail: info@safetyequipment.nl Internet: www.safetyequipment.nl

Incident 8-2008

incident-safety equipment.indd 1

17-01-2007 13:47:36

H

et was de afgelopen maanden weer spannend in de Golf van Mexico. Een ware stoet orkanen trok een spoor van verwoesting over de Dominicaanse Republiek, Haïti, Cuba en delen van de Verenigde Staten. Ook New Orleans werd eind augustus weer eens met de ondergang bedreigd, toen Hurricane Gustav zijn zinnen leek te hebben gezet op ‘landfall’ nabij deze parel van de zuidelijke staten. Burgemeester Ray Nagin sprak al over ‘de moeder aller orkanen’ en meer dan een miljoen mensen uit New Orleans en wijde omgeving kreeg het bevel hun biezen te pakken. Maar Gustav gedroeg zich mild, temperde tijdig en spaarde de stad. Storm in een glas water dus, althans vergeleken met de onheilstijdingen die van tevoren werden verkondigd. Maar met de nu tijdige en adequate preparatie liet de Amerikaanse overheid in ieder geval zien zijn lesje van ‘Katrina’ in 2005 te hebben geleerd.

tijdig? Minimaal 72 uur vóórdat het water binnenstroomt, bezweert generaal b.d. Ruurd Reitsma, programma­manager van de TMO. Een tijdstip waarop een verwachte storm vaak nog helemaal niet is ontstaan. Een evacuatiebesluit dat het openbare leven en de economie in heel Nederland compleet zal verlammen, moet dus worden genomen op basis van een ­theoretisch weermodel dat een kans berekent dat het tot een voor de kustprovincies ­gevaarlijke weers­situatie zal komen. Een absurde ­situatie: de zon schijnt, het is windstil, maar toch krijgen de ­inwoners van Amsterdam, Rotterdam, Leiden, Den Haag, Dordrecht en tussen­ liggende lage gebieden de oproep om naar het oosten te trekken. En vergeet u vooral de koeien, kippen en schapen, ziekenhuispatiënten, gedetineerden, rolstoelers en de Nachtwacht niet mee te nemen. Het zal een organisatorische en logistieke operatie worden die zijn weerga niet kent...

Een preventieve massa-evacuatie, dagen vóórdat een tropische orkaan misschien wel of misschien niet toeslaat, is een ­situatie waaraan de burgers in de zuidelijke Amerikaanse staten gewend zijn, maar die de inwoners van de Nederlandse kuststreken zich totaal niet kunnen voorstellen. Toch moeten we ons er maar op gaan voorbereiden dat op een dag ook de hele westelijke Randstad preventief op transport wordt gesteld naar de hoge zandgronden van de Veluwe. Een van de scenario’s voor een ‘Ergst Denkbare Overstroming’, ontwikkeld door de Taskforce Management Overstromingen (TMO) beschrijft een zeldzame ‘superstorm’ uit het noordwesten, die kan leiden tot water­standen waarop onze waterkeringen misschien niet zijn berekend. Grote delen van West-Nederland kunnen dan door bruisende golven worden verzwolgen en er kunnen duizenden tot tienduizenden slachtoffers vallen als de inwoners van laag gelegen gebieden niet tijdig worden geëvacueerd.

En wat als die megastorm Nederland links laat liggen, of in de loop der dagen afneemt tot niet meer dan een stevig briesje? Dan heeft de overheid heel wat uit te leggen aan de immense stroom ongetwijfeld zeer boze orkaanvluchtelingen. En of die bij een volgende stormdreiging ooit nog gehoor zullen geven aan een evacuatiebevel, is zeer de vraag. U herinnert zich vast nog wel wat er begin 1995 gebeurde, toen een kwart miljoen mensen in het rivierengebied ruim een week lang preventief werd geëvacueerd. Maar daar stond het water dan ook tien centimeter onder de rand van de dijken, die her en der al begonnen af te kalven. Vergeleken daarmee vraagt een evacuatie­ beslissing voor een theoretische storm die nog in geen velden of wegen te bekennen is wel uitzonderlijk veel dapperheid van de verantwoordelijke ­bestuurders. Ach, als overheid doe je het ­waarschijnlijk nooit goed. Stuur je de mensen weg en er gebeurt niets, dan is iedereen razend. Maar laat je ze zitten en de boel stroomt tóch onder en er verdrinken tienduizend burgers, dan is diezelfde overheid óók de pineut. Maar de minister-president zal zich liever politiek verantwoorden voor een massa-evacuatie die uiteindelijk niet nodig bleek, dan voor een beslissing die ertoe leidt dat Den Haag het New Orleans van Nederland wordt.

Maar hoe realistisch is dat? Een miljoen mensen of meer evacueren? Het zal de verantwoordelijke crisismanagers in ieder geval voor enorme dilemma’s plaatsen. Want om zo’n massale operatie te laten slagen, moeten tijdig hele ingrijpende beslissingen worden genomen. Maar wat is

13


Hulpverlenend Nederland neemt zijn taak serieus. En niet alleen in Nederland. Steeds vaker zien we initiatieven over de grens. Meestal met het doel om iets te doen voor mensen in landen met minder uitgebreide middelen dan hier. Op deze twee pagina’s twee initiatieven uit de ambulancesector.

Ambulance voor Suriname

Ambu Arctic Team rijdt Arctic Challenge 2009 A

mbulancechauffeurs Bert Reerink en Erik Jan Zomer uit Winterswijk, van de AmbulanceZorg Noord en Oost Gelderland, nemen van 17 tot en met 24 januari 2009 als Ambu Arctic Team deel aan de Arctic Challenge. Niet zomaar, voor hun eigen plezier, maar om geld in te zamelen voor een goed doel: een ambulance en materiaal voor de SEH van het zorgcentrum Libi Makandra in Lelydorp, Suriname. Erik Jan Zomer en Bert Reerink.

Samenwerken

De Arctic Challenge is een autosportevene-

ment, waarbij de teams circa 7000 kilometer afleggen binnen een week, in hartje winter, naar een bestemming ver boven de poolcirkel en weer terug. “Doel is geld in te zamelen voor de Spoed Eisende Hulp van het zorgcentrum Libi Makandra”, vertelt Erik Jan Zomer. “Dit is een zorgcentrum in Lelydorp, ongeveer 30 km ten zuiden van Paramaribo. In deze instelling is men bezig faciliteiten te ontwikkelen, die wij hier in Nederland als de normaalste zaak van de wereld zien. Het is een initiatief van twee broers, die zijn teruggegaan naar Suriname

Ambulance voor Namibië

Kijlstra Ambulance actief voor Afrika M

isschien niet direct net zo spannend, maar daarom niet minder belangrijk is het initiatief van Kijlstra Ambulancegroep Fryslân in Drachten. In 2005 bestond de firma Kijlstra 75 jaar. In het kader hiervan schonk het bedrijf een ambulance aan de gemeente Smallingerland, met als doel deze te gebruiken in hun zustergemeente Gobabis in Namibië. Maar met het alleen schenken van een ambulance ben je er niet, besefte ook de directie van Kijlstra, kennisoverdracht is net zo belangrijk.

Train de trainer

Met het citaat van een oud burgemeester van Drachten - “we geven ze een hengel, maar nu

14

Incident 8-2008

moeten we ze nog leren vissen” - in het hoofd, gingen twee enthousiaste verpleegkundigen aan het werk. Bowe Bottinga en Jillard Faber schreven een trainingsprogramma en gaven voor het eerst les in maart 2006 in Gobabis. Het enthousiasme waarmee deze theoretische en praktische lessen werden ontvangen overtrof hun verwachtingen. Bowe Bottinga: “De verpleegkundige kennis was wel aanwezig, maar om dit goed om te kunnen zetten naar spoedeisende zorg, bleek voor de meesten te moeilijk.” “Het belangrijkste bij ontwikkelinghulp is kennisoverdracht”, zegt Jillard Faber. Om te zorgen dat de kennis er komt en ook duurzaam

Bowe en Jillard met de gecertificeerde verpleegkundigen in Gobabis.

kan worden doorgegeven, werd een train-detrainer cursus opgezet. Het voordeel hiervan is dat later lokale trainers kunnen worden ingezet voor eigen personeel. Bovendien geeft het de mensen in Gobabis zelfstandigheid in plaats van afhankelijkheid. De intensieve cursus werd gevolg door vier verpleegkundigen uit het State Hospital. Naast theoretische en praktische scholing werd er ook aandacht besteed aan didactiek en organisatie. “Aan het eind van de derde dag stuurden wij de verpleegkundigen naar huis met de opdracht om de volgende ochtend een les te verzorgen van maximaal 30 minuten”, vertelt Bowe. “We waren erg benieuwd hoe ze het er vanaf


De auto waarmee het Ambu Arctic Team gaat deelnemen aan de Arctic Challenge.

om hun land te helpen. Twee mensen binnen de dienst kregen het verzoek om te helpen bij het inrichten van het zorgcentrum. Zo is er vorig jaar al een gebruikte Nederlandse ambulance naar toe gegaan, maar er is er hard nog één nodig, liefst een wat nieuwere, en beter ingericht. Daar gaan wij voor aan de slag!” “Wij willen een goede gebruikte Nederlandse ambulance kopen, deze inrichten, verschepen en verder zoveel mogelijk spullen meesturen die nodig zijn in het zorgcentrum en de

SEH”, zegt Bert Reerink. “Hierbij denken wij aan rollators en rolstoelen, maar ook aan geen verbruiksmaterialen voor de SEH, die in Suriname niet of nauwelijks verkrijgbaar zijn. Ook gaan we meedenken om een scholingsprogramma op te zetten voor het ambulanceen SEH- personeel van Libi Makandra. Maar er is nog zoveel meer nodig.”

Sponsoren

Ambu Arctic Team blijft daarom zoeken naar sponsoren en mensen die financieel willen

steunen. “De basis van het project staat als een huis”, zegt Erik Jan. “Auto, brandstof, inschrijving en dergelijke nemen wij, met steun van een aantal bedrijven, voor onze rekening.” “Voor de vervolgstappen hebben we inmiddels de eerste contacten met een ambulanceleverancier”, zegt Bert. “We hopen een goede gebruikte ambulance te kunnen gaan aanschaffen voor een redelijk bedrag. Verder willen we de ambulance compleet gaan afleveren en zijn we op zoek naar klein materiaal zoals verbandmiddelen, infuussystemen en naalden, maar ook zuurstofsystemen en klokken. Verder willen we een brancard, monitor (LP12), zuurstofpaneel, uitzuigunit, spoedkoffer, kinderkoffer, spalken, crashschaar enz. gaan aanschaffen voor de ambulance die naar Suriname gaat.” De mannen van Ambu Arctic Team doen dan ook een oproep: “Mochten er diensten zijn die dit soort dingen nog hebben staan na vervanging... Wij houden ons aanbevolen en komen het desnoods ophalen!” Verder zoeken de mannen nog een sponsor voor het verschepen van de ambulance, en een mobiele internetverbinding en telefoon, om verslag te kunnen doen. Voor meer informatie: www.ambu-arctic-team.nl

zouden brengen.” De twee mannen zijn nu nog enthousiast over de lessen die studenten hadden voorbereid. “De goede kwaliteit van zowel de inhoud als de manier van presenteren van de lessen overtrof onze stoutste verwachtingen”, zegt Jillard. Een viertal enthousiaste gemotiveerde trainers hield de gemeente Gobabis er dan ook aan over, die nu nog steeds regelmatig trainingen verzorgen in Gobabis en omstreken.

Eerstehulp

Om de samenwerking tussen de verschillende ketens in de hulpverlening (politie, brandweer en ambulance) te optimaliseren en de trainers te voorzien van vervolgtrainingen, reizen de twee verpleegkundigen in november weer af naar het zuidelijke Afrikaanse land. Maar dat is niet het enige waar ze voor gaan. Tijdens een werkbezoek van de burgemeester en de gemeentesecretaris van Gobabis aan Kijlstra Ambulancegroep Fryslân in september 2008, kwam de burgemeester (die tevens zitting heeft in de gezondheidsraad) met de vraag of de firma Kijlstra de gemeente Gobabis ook kan helpen bij het opzetten van een eerstehulpcursus. Deze Incident 8-2008

‘Gobabis’ op bezoek in Drachten. V.l.n.r. Jillard Faber, burgemeester   Mr. Katjoaha, Bowe Bottinga, Chief Executive Officer Mr. Dawids en Operationeel Directeur Roelof Kijlstra.

cursus zal in eerste instantie gegeven moeten worden aan de medewerkers van scholen en gemeente-instellingen in Gobabis. “Zelfs met een simpele verwonding of bloedneus weten de leerkrachten niet om te gaan”, verklaart burgemeester Platini Katjoaha. Directeur Sietze Kijlstra reageerde enthousiast op dit

voorstel. Kijlstra Ambulancegroep zal zorg dragen voor voldoende materiaal in de vorm van eerstehulpkoffers. Daarnaast zullen Jillard Faber en Bowe Bottinga de gemeente Gobabis ondersteunen in het opzetten en ontwikkelen van deze cursus.

15


De hulpverleningsbranche staat bol van procedures en protocollen, instrumenten om de eenheid van handelen te bevorderen. Dat geldt in het bijzonder voor de sector geneeskundige hulpverlening, waar veel beroepsgroepen al sinds jaar en dag ervaring hebben in het werken met vaste protocollen. Een functie waarvoor een landelijk protocol tot op heden nog niet bestaat is de Officier van Dienst-Geneeskundig. De GHOR Academie heeft met de presentatie van een concept Landelijk Protocol voor de OvD-G (LPO) begin oktober een voorzet gegeven om te komen tot een grotere uniformiteit in de invulling van deze coördinatiefunctie binnen het hulpverleningsbestel.

Grotere landelijke uniformiteit in werkwijze op komst

Invulling OvD-G bijna rond Door Rob Jastrzebski

D

e Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) is een organisatie in beweging. De GHOR-regio’s hebben vanaf 1997 gestalte gekregen en sindsdien is hard gewerkt aan het professionaliseren van de organisaties. Maar hoewel de landelijke koepelorganisaties en de uitvoerende beroepsgroepen in de GHOR over veel aspecten van de spoedeisende geneeskundige hulpverlening eenheid van opvatting hebben bereikt, lijkt de functie Officier van Dienst-Geneeskundig tot op heden tussen wal en schip te zijn gevallen. Sommige regio’s hebben weliswaar richtlijnen voor de functie ontwikkeld, maar landelijke uniformiteit is er niet. Deze leemte in de organisatie kwam aan het licht na de start van de gestructureerde OvD-G-opleiding in 2005. Een opleiding die functionarissen theoretisch en praktisch veel steun biedt bij het leren procesmatig te werken, maar waarin een inhoudelijke eenheid van opvatting over het optreden in de hulpverleningspraktijk ontbreekt. “De gesignaleerde behoefte in het veld aan zo’n inhoudelijk OvD-G protocol, was voor de GHOR Academie de reden OvD-G ter plaatse!

16

Incident 8-2008

om samen met vertegenwoordigers van de GHOR-praktijk een concept te ontwikkelen”, verklaart Maaike Pijnenborg, medewerker van het kenniscentrum GHOR Academie. “Dit concept wordt nu verspreid in de GHOR-regio’s, zodat de organisaties er praktijkervaring mee kunnen opdoen. Vooralsnog is geen sprake van een verplichtend protocol, maar van een leidraad die de regio’s houvast biedt bij het inhoudelijk invullen van de OvD-G-functie.”

Behoeftestelling

Een van de regio’s die in eigen beheer richtlijnen voor het optreden van de OvD-G heeft ontwikkeld, is GelderlandMidden. Het hier gehanteerde ‘Zakboek OvD-G’ biedt checklists voor besluitvorming in uiteenlopende situaties, zoals snelwegincidenten, ongevallen op het water, ongevallen met gevaarlijke stoffen en NBC-incidenten, zoals (mogelijke) antraxbesmettingen. Arjan de Kreek, werkzaam bij de ambulancepoot van Hulpverlening Gelderland-Midden, is een van de deelnemers in het regionale OvD-G piket. Hij is voorstander van een landelijk protocol, omdat het in zijn ogen bijdraagt aan de kwaliteitsbevordering binnen de GHOR-keten en omdat een protocol steun biedt bij gecompliceerde incidentscenario’s die niet vaak voorkomen. Gestructureerd werken via een protocol voorkomt dat de OvD-G zaken over het hoofd ziet. Zijn behoefte aan meer uniformiteit komt in de eerste plaats voort uit het feit dat hulpverleners over regiogrenzen heen moeten samenwerken. Een situatie die volgens De Kreek regelmatig voorkomt en niet alleen bij rampsituaties, maar ook bij frequenter voorkomende grote ongevallen. “Als OvD-G in Gelderland-Midden kan ik te maken krijgen met incidenten in het grensgebied van drie aangrenzende regio’s, waarbij je met hulpverleners van een andere regio moet samenwerken. In zo’n geval is het nuttig als iedereen dezelfde taal spreekt en dezelfde werkwijzen en uitgangspunten hanteert. Ik heb zelf een praktijkgeval meegemaakt in het grensgebied met een naburige regio, waar de OvD-G-functie een andere grondslag had. Terwijl in Gelderland-Midden de inzetcriteria voor een Officier van


Dienst laagdrempelig zijn, verschijnt die functionaris aan de andere kant van de regiogrens alleen bij echt grootschalige incidenten ten tonele. Als je over regiogrenzen heen met ambulancebemanningen moet samenwerken, kunnen de verwachtingspatronen teveel uiteen lopen en dat kan knelpunten in de samenwerking opleveren. Landelijke eenheid van opvatting over de invulling van de functie kan die knelpunten helpen voorkomen. Het LPO kan helpen om deze discussie over inzetcriteria landelijk aan te gaan.”

Kwaliteitstoets

Wat de inhoudelijke kant van de werkzaamheden van de OvD-G betreft, denkt Arjan de Kreek dat een landelijk protocol een betere waarborg kan bieden voor de kwaliteit van handelen. Hij zegt het merkwaardig te vinden dat eenduidige toetsingscriteria voor vakbekwaamheid van belangrijke coördinatiefuncties als OvD-G tot op heden ontbraken. “Van het optreden van de OvD-G in de praktijk hangt veel af, omdat hij een cruciale sleutelfuctie heeft in de keten van geneeskundige hulpverlening. Daarnaast is de OvD-G ook het scharnierpunt tussen de GHOR-kolom en de andere hulpverleningspartners op de plaats van het incident. Zowel binnen de eigen kolom als in de contacten met brandweer en politie wordt dus nogal wat van onze functie verwacht qua proceskennis en inhoudelijke bagage. Maar hoe wordt de kwaliteit van handelen getoetst? Voor ambulancepersoneel is dat wel protocollair geregeld. Zij worden eens in de vijf jaar getoetst volgens uniforme vakbekwaamheidseisen. Het Landelijk Protocol Ambulancezorg is in grote lijnen overal in Nederland hetzelfde. Voor cruciale sleutelfuncties zoals de OvD-G is dat nog niet het geval. In mijn ogen is het wenselijk dat ook deze functionarissen volgens een soortgelijke systematiek regelmatig worden getoetst en dat kan alleen als er een landelijke uniforme taakopvatting is. Het is wel zo dat een protocol géén wet is en dat een functionaris altijd van een protocol moet kunnen afwijken, mits hij dat goed kan beargumenteren.”

Expliciete beslismomenten

Volgens Gijs Roest, vakgroepdecaan van de GHOR Academie is het streven dat het in ontwikkeling zijnde landelijk protocol uiteindelijk dezelfde status krijgt als het Landelijk Protocol Ambulancezorg en dat de functionarissen net als ambulancepersoneel inderdaad periodiek op hun kennis en vaardigheden worden getoetst. “Voor een goede procesmatige afstemming tussen de ambulancehulpverlening en de operationele coördinatie door de OvD-G is het essentieel dat de gehanteerde werkwijzen en beslissingsstructuren van de verschillende betrokken partijen goed op elkaar aansluiten. Een leidraad die niet alleen op procesmatig niveau maar ook inhoudelijk houvast geeft aan de officieren van dienst, is daarvoor essentieel.” Caren Mertens, één van de auteurs en inhoudelijk verantwoordelijk voor het LPO, zegt dat de bestaande richtlijnen in sommige regio’s vaak vooral beschrijvend van aard zijn. In de praktijk is er echter grote behoefte aan ondersteuning in de vorm van expliciete handelwijzen en beslismomenten, als checklist voor de Officier van Dienst, naar het voorbeeld van het Landelijk Protocol Ambulancezorg. “Omdat veel functionarissen die optreden als OvD-G uit de ambulancesector afkomstig zijn, gaan we ervan uit dat zij zich een landelijk protocol voor hun functie gemakkelijk Incident 8-2008

Treinongeval in Arnhem, november 2006. Voor dit soort situaties biedt het Zakboek OvD-G voor GHOR GelderlandMidden uitkomst.

eigen kunnen maken. Vanuit de ambulancepraktijk zijn zij immers al gewend aan protocollair werken.” Vakgroepdecaan Gijs Roest verklaart dat na de nu begonnen proeffase van een jaar de ervaringen in de regio’s grondig zullen worden geëvalueerd, waarna het protocol gevalideerd zal worden. Hij verwacht dat een landelijk protocol met brede instemming van het veld zal worden ontvangen. “Een goede graadmeter daarvoor is de positieve respons die tijdens het opstellen van het concept uit de klankbordgroep is gekomen. Veel betrokkenen uit de GHOR-praktijk hebben een actieve en kritische bijdrage geleverd aan de totstandkoming van het concept-protocol en bevestigen dat het beantwoordt aan een dringende behoefte onder de functionarissen in het veld.” Inmiddels wordt in bredere zin gewerkt aan het invoeren van een vakbekwaamheidssysteem voor de gehele GHORketen. Het project vakbekwaamheid binnen de GHOR, dat door de GHOR Academie in opdracht van de ministeries van BZK en VWS en GHOR Nederland is uitgevoerd, heeft geleid tot het opstellen van ‘kwalificatiedossiers voor negen belangrijke sleutelrollen in de GHOR, waaronder ook de OvD-G. In die kwalificatiedossiers zijn selectie-eisen, competenties en vaardigheidseisen vastgelegd waaraan functionarissen voor zo’n rol moeten voldoen. Ook het per functie te doorlopen scholings-, trainings- en bijscholingsprogramma, inclusief een nieuwe examenmethodiek, is in het kader van het project uitgewerkt. De verwachting is dat de gewenste grotere landelijke uniformiteit in vakinhoudelijke kennis via die weg daadwerkelijk tot stand zal komen.

17


Galvanibaan 1-3 | 3439 MG Nieuwegein | Postbus 1533 T: 030 600 50 50 | F: 030 600 04 27

| 3430 BM Nieuwegein

| www.acertys.nl | info.nl@acertys.com

certain to care

Bezoek ons op de Ambulancevakbeurs! Op 30, 31 oktober en 1 november is Acertys als deelnemer van het eerste uur wederom aanwezig op de Ambulancevakbeurs in Apeldoorn!

R

Kom naar onze stand en ontdek de laatste ontwikkelingen op uw vakgebied. Specialisten van de volgende fabrikanten zijn aanwezig bij Acertys op de stand: Weinmann, Ferno, BD en Schipper Textiles

MAR300806112

31-08-2006

12:39

Wij hebben dit jaar een aantal mooie primeurs. Pagina 1

MARELKO SIGNALERINGSSYSTEMEN KOM JE OVERAL TEGEN! Marelko benelux garandeert de levering van: • Kwaliteitsproducten & deskundige adviezen • Eigen technische dienst & uitstekende service • In- en opbouw en service van de apparatuur zowel op locatie als in eigen werkplaats

Leveringsprogramma: Daksets, draailampen, flitslampen, sirenes, handlampen, black boxen, veiligheidsmarkering, verkeersvideo apparatuur, ademanalyse apparatuur.

Importeur van:

Daksets uit te voeren met o.a.: - LED lampen - draailampen - luidsprekers - flitslampen - 3-lens optiek lampen - verlicht middenstuk - hoogtes van 90 mm, 117 mm, - zijlichten 130 mm en 138 mm. - werklichten - lengtes van 150 mm tot 2550 mm - richtingaanwijzers

Marelko, dat zit safe Postbus 2674, 6026 ZH Maarheeze Tel: + 31(0)495-592290, Fax: + 31(0)495-591014 info@marelkobenelux.nl www.marelkobenelux.nl


‘Hollands glorie’ herleefde in augustus op de rede van Den Helder. Maar liefst 76 ‘Tall Ships’, klassieke zeewaardige zeilschepen, meerden op 20 augustus af in de Marinestad, die de finishplaats was van de Tall Ships Races 2008. Het was het begin van een vierdaags Sail-evenement, met als hoogtepunt een ‘parade of sail’ over het Marsdiep op 23 augustus. Met honderden schepen en duizenden personen op het water en meer dan 300.000 bezoekers in vier dagen tijd, wilden de organisatie, de gemeente en de veiligheidsregio niets aan het toeval overlaten. Een doortimmerd veiligheidsplan en een flinke paraatheid van de hulpverlening op en rond het water zorgde voor een veilig maritiem feest.

Veiligheid voorop bij nautisch evenement

Tall Ships Races veilig verlopen

Door Rob Jastrzebski

Met zoveel schepen moet ook op het water het verkeer geregeld worden.

D

e Tall Ships Races worden jaarlijks georganiseerd door de stichting Sail Training International en biedt duizenden jonge mensen de gelegenheid om zich te bekwamen in het zeezeilen. In een meerdaagse zeilrace langs havensteden in verschillende landen wordt gestreden om de prijs voor het snelste schip én een trofee voor de bemanning die het beste staaltje internationale vriendschap en samenwerking laat zien. Dit jaar vond de race plaats in het Noordzeegebied, met Liverpool als vertrekhaven op 21 juli en - na een rondje Schotland, Noorwegen en Denemarken - Den Helder als finishhaven op 20 augustus.

Proeftuin evenementenveiligheid

Foto: Nico van den Ham.

Het vierdaagse internationale zeilevenement in Den Helder was in veiligheidsopzicht een experiment voor de gemeente Den Helder en de veiligheidsregio NoordHolland-Noord. Het zeilfeest werd gezien als een ideale proeftuin om het in 2007 Burgemeester Stefan vastgestelde regionale beleid voor eveneHulman van Den Helder, mentenveiligheid te toetsen. Kern van dat getooid met Sail-pet. beleid is een strakker georganiseerd proces voor de vergunningverlening. De hulpdiensten stellen strenge en bindende eisen aan veiligheidsmaatregelen die de organisatie moet treffen en als de organisatie niet aan die eisen voldoet, wordt geen vergunning verleend. Behalve de organisatie zelf, stellen ook brandweer, politie, GHOR en de gemeente hun eigen draaiboeken op en regelen zij de in hun ogen noodzakelijke paraatheid van personeel en materieel. Zowel de gemeente als de veiligheidsregio zijn positief over deze aanpak Incident 8-2008

die tijdens de Tall Ships races voor het eerst in de praktijk is getoetst en die zich kenmerkt door minder vrijblijvendheid en grotere eenduidigheid voor alle partijen. “We hebben in Den Helder wel de nodige ervaring met het organiseren van grote nautische evenementen”, verklaart burgemeester Stefan Hulman van Den Helder. “De Marinedagen trekken jaarlijks heel veel bezoekers en dit evenement is daarmee qua omvang vergelijkbaar. Met de verwachte 300.000 tot 400.000 bezoekers als uitgangspunt zetten we daarom vooral in op bereikbaarheid en crowd-control. Hoe voorkomen we een verkeersinfarct en hoe houden we het gebied bereikbaar voor de hulpverlening, in het geval dat zich een calamiteit voordoet? Maar ook: hoe kunnen we een menigte van 100.000 mensen beheersen en sturen in het geval van bijvoorbeeld een plotselinge weersomslag? Dat is één van de scenario’s waar we op bedacht moeten zijn, los van mogelijke incidenten als aanvaringen en personen die te water raken.” Volgens burgemeester Hulman is de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het veiligheidsplan integraal bij de organisatie van het evenement neergelegd en hebben de gemeente en vertegenwoordigers van de hulpdiensten in de diverse werkgroepen geparticipeerd. Ook is in het gezamenlijke ‘Operationeel Centrum’ van de organisatie en de overheidsdiensten voortdurend een goede afstemming en informatie-uitwisseling gewaarborgd.

Oefening

De Koninklijke Marine stelde tijdens het vierdaagse zeilfestijn een deel van zijn terrein en kades beschikbaar als ligplaats voor circa 20 grotere zeilschepen. Reden waarom ook de marine de nodige inspanningen op veiligheids-

>

19


gebied leverde. De Koninklijke Marine zette zijn bedrijfshulpverleningsorganisatie in voor het veiligheidstoezicht op het eigen terrein. Ruud de Graaf, hoofd van het Bureau Arbo & Milieu en hoofd bedrijfshulpverlening, geeft een toelichting: “Met de organisatie van Sail hebben we afspraken gemaakt om de veiligheid op het marineterrein op hetzelfde niveau te brengen als tijdens de marinedagen. Voor onze paraatheid betekende dit dat we op de vier Saildagen tussen 9 uur ’s ochtends en 11 uur ’s avonds continu twaalf bedrijfshulpverleners in ploegendiensten paraat hadden. Behalve het optreden bij allerhande kleine incidenten, zoals mogelijke valpartijen en onwelwordingen, konden onze mensen ook optreden in het geval van een eventuele evacuatie en aanlanding en opvang van gewonden aan de wal.” Voorafgaand aan het Sail-evenement hebben de operationele hulpdiensten, de KNRM, de veiligheidsregio, de Koninklijke Marine en de gemeente enkele keren geoefend. Een operationele oefening, voorafgaand aan de marinedagen, is gehouden in mei en juni, waarna in de week voorafgaand aan de Tall Ships Races ook nog een bestuurlijke tabletop-oefening is gehouden. “Met de operationele oefeningen in mei en juni hebben we in feite twee vliegen in één klap geslagen”, aldus Ruud de Graaf. “Daarmee konden alle operationele partners zich gelijktijdig voorbereiden op de marinedagen én de Tall Ships Races.”

Een post van het Nederlandse Rode Kruis.

Te land en ter zee

Een keur aan operationele diensten was tijdens het evenement paraat om ervoor te zorgen voor een veilig en soepel verloop van de festiviteiten en om bij incidenten snel te kunnen ingrijpen. Gelet op het ‘waterige karakter’ van het zeilfestijn, lag de nadruk op het varende deel van de hulpverlening. De reddingsbrigades van de KNBRD, afkomstig van verschillende steunpunten in het land, leverden op de vier dagen circa 60 medewerkers en negen boten. Hun taak was preventief aanwezig te zijn in de havens waar de tientallen Tall Ships lagen afgemeerd en waar dagelijks vele tienduizenden bezoekers op het water en op de kades aanwezig waren. De Koninklijke Nederlandse Reddingmaatschappij (KNRM) was op de dag van de spectaculaire ‘parade of sail’ paraat op het Marsdiep, met een tiental kleine en grote reddingboten, afkomstig van diverse kuststations in de kop van Noord-Holland, Friesland, Texel en Terschelling. De inzet van de schepen, die over het parcours waren verdeeld

BRANDbrigade

Beveiliging rond genodigden en koninklijk bezoek.

Hollands Glorie op het Marsdiep.

Tijdens het vierdaagse Sail-evenement in Den Helder stuitten we op een bijzonder hulpverleningsvoertuig, met een al even bijzonder opschrift ‘BRANDbrigade’. Een mix van brandweer en reddingsbrigade. Navraag bij de voorzitter van de Reddingsbrigade Den Helder leerde dat de Toyota-landcruiser met hulpverleningsstriping en optische en geluidssignalen een demo-model is, waarmee de brigade Den Helder aan het proefrijden is. Qua huisstijl wordt dit mogelijk de standaard voor de nieuw aan te schaffen voertuigen voor de brigades met een rampentaak in het kader van de Regionale Voorziening Reddingsbrigades. De minister van BZK heeft de reddingsbrigades aangewezen als operationele partnerdienst, die vanuit het belang van hun spoedeisende hulpverleningstaak mogen worden uitgerust met optische en geluidsignalen én die ook de officiële hulpverleningsstriping mogen voeren. Alleen zal het woord BRANDbrigade dan wel worden aangepast in ‘Reddingsbrigade’.

20

Incident 8-2008


De KNRM brengt een schip terug naar ‘veilige haven’.

volgens een vakkenindeling, werd gecoördineerd vanaf de Joke Dijkstra (KNRM station Den Helder), die optrad als ‘On Scene Commander’ namens de Kustwacht. Circa 40 bemanningsleden van de KNRM zijn bij de operatie ingezet. Op de wal waren ook de kustreddingsvoertuigen van Petten en Callandsoog bij toerbeurt aanwezig. Ook de Dienst Waterpolitie van het KLPD en de Koninklijke Marechaussee hadden een behoorlijke vloot schepen op het parcours. Met drie grote KLPD-vaartuigen, twee van de Koninklijke Marechaussee en zes kleine snelle boten werd het politietoezicht rond de parade uitgeoefend. Volgens Hans Kaarsemaker, operationeel commandant van de groep Den Helder van de Dienst Waterpolitie, lag de focus vooral op de verkeersregeling op het water, om aanvaringen in de enorme massa rondvarende zeil- en motorbootjes met toeschouwers te voorkomen. “In de werkgroep Veiligheid is vooraf een verkeersvrij gebied afgesproken van 600 meter vanaf de kust. Aan de westzijde van het parcours lag de grens voor handhaving op een afstand van honderd meter tussen de Tall Ships en de bootjes van de toeschouwers. Hoewel het bijzonder druk was op het water, is het op enkele kleinere incidenten en aanvaringen met materiële schade na, gelukkig allemaal goed en feestelijk verlopen.” Behalve op het water werd ook op het land de nodige zorg besteed aan de veiligheid van de talloze bezoekers. Naast enkele posten van het Nederlandse Rode Kruis, verkeersregelaars, mobiele surveillance van politie en Koninklijke Marechaussee, waren ook enkele tientallen particuliere beveiligers ingehuurd. Zij hadden het vooral op de eerste dag van het evenement druk met het oog op de aanwezigheid van Prins Maurits en Prinses Marilène bij de officiële opening van het programma. Samenvattend: een bonte mix van professionals en vrijwilligers van tal van organisaties, op het land en op het water, hebben bijgedragen aan een soepel en veilig verloop van een groots nautisch evenement, waarop de organisatie en de gemeente Den Helder tevreden kunnen terugkijken. Incident 8-2008

De reddingsbrigades zetten ook hun eigen verbindings-commandowagen in.

Ruud de Graaf van de Koninklijke Marine.

21


Een explosie is net een olifant. Moeilijk te definiëren, maar als je er een ziet, herken je hem direct. Een mooie omschrijving, gehoord op de themadag ‘Theorie en praktijk van explosies’ in Arnhem op 25 september.

Theorie en praktijk van explosies

Een knallende themadag Door Rob Jastrzebski

D

e themadag werd georganiseerd door ingenieursbureau DHV en het Nederlands Instituut Fysieke Veiligheid. Behalve met wetenschappelijke theorie over explosies, konden de deelnemers in praktijkdemonstraties kennismaken met allerlei soorten explosies en verbrandingsprocessen. Op kleine schaal en onder gecontroleerde condities weliswaar, maar nuttig om inzicht te krijgen in de processen achter het fenomeen ‘explosie’. Een knallende themadag dus. Meer formeel wordt het fenomeen explosie omschreven als het vrijkomen van veel energie in korte tijd en in een kleine ruimte. Hulpverleners die tijdens de inzet aan den lijve een explosie of de gevolgen daarvan hebben gezien, zullen dat kunnen beamen. Het zijn de grote knallen die tot de verbeelding spreken en die de headlines van het nieuws maken. Zoals de LPG-explosie in Mexico-stad in 1984 (650 doden), de explosie van een hogedruk-gastransportleiding in het Belgische Ghislengien in 2004 (24 doden) en de vuurwerkramp in Enschede in mei 2000 (23 doden en bijna 1000 gewonden). En voor wie het echt wil weten: de zwaarste explosie in de geschiedenis was de explosie van het Indonesische vulkaaneiland Krakatau in 1883. Die explosie had een kracht van het equivalent van 200 ton

Stofexplosie.

22

Incident 8-2008

TNT. De knal werd tot op 3000 kilometer afstand gehoord en de drukgolf kaatste zeven keer de aardbol rond.

Soorten explosies

Wat voor soorten explosies zijn er, welke kenmerken hebben ze, welke processen liggen eraan ten grondslag, wat kunnen we doen aan preventie en hoe kunnen hulpverleners zich beschermen tegen de effecten? Docent Jody Bogers van de Nederlandse Defensie Academie lichtte het allemaal toe in het theoriedeel. Even de kenmerken op een rij. De ‘explosieleer’ onderscheidt drie hoofdgroepen explosies, namelijk: • fysische explosies (drukvaten, tanks, spuitbussen, gasflessen) • chemische explosies (gasexplosies, stofexplosies en explosies van vaste stoffen - buskruit, kunstmest en dergelijke) • nucleaire explosies (Hirosjima) Elk type explosie heeft zijn eigen kenmerken en risico’s, waarop hulpverleners bedacht moeten zijn. Iedere explosie gaat gepaard met een drukgolf, die in extreme gevallen zoveel kracht kan hebben dat tot op grote afstand schade kan worden aangericht of lichamelijk letsel kan optreden (‘blast’). In veel gevallen (bij brandbare gassen/dampen)


Damp zwaarder dan lucht.

treedt een vuurbal op, die een intense hittestraling tot op honderden meters afstand kan geven en brandwonden en secundaire brandhaarden kan veroorzaken. Rondvliegende fragmenten en puin en glas vormen een derde effect dat risico voor hulpverleners en omstanders kan opleveren. Zijn brandweerlieden qua kennis eigenlijk wel voldoende voorbereid op de risico’s en effecten van explosies? Volgens Dick Arentsen van het Landelijk Netwerk Ongevalsbestrijding Gevaarlijke Stoffen wel: “Leidinggevenden van de brandweer krijgen in hun opleiding voldoende basiskennis mee om met behulp van vuistregels een veilige afstand voor zichzelf te creëren. Die afstand is natuurlijk afhankelijk van het type explosie dat verwacht wordt en de hoeveelheid energie die kan vrijkomen. Met die regels zijn voor branden in vuurwerkopslagbedrijven en gasopslagtanks veilige opstelafsanden vast te stellen. Bijvoorbeeld bij een brandende ketelwagon met tot vloeistof verdicht gas, minimaal duizend meter.”

Het schrikbeeld van de ‘BLEVE’

Een overdreven grote afstand? Niet als je de effecten in ogenschouw neemt van het in brandweerkringen gevreesde verschijnsel ‘bleve’ (Boiling Liquid Expanding Vapour Explosion). Een opslagtank, tankwagen of ketelwagon met tot vloeistof verdicht gas, wordt verhit door een vuurhaard, waardoor de temperatuur in de tank oploopt en de druk stijgt. Als de tankwand die druk niet meer kan weerstaan, barst de tank open en expandeert de in een flits verdampende vloeistof tot een veelvoud van het vloeibare volume. Het gevolg is een enorme drukgolf en bij brandbare gassen een reusachtige vuurbal, die een diameter van honderden meters kan hebben. Het is het schrikbeeld voor brandweerlieden die uitrukken naar een melding van een tankwagenbrand of een ontspoorde goederentrein met een of meer brandende ketelwagons. Gebeurtenissen die in ons land uiterst zeldzaam zijn, maar die in het buitenland regelmatig verantwoordelijk waren voor spraakmakende catastrofes. Volgens explosiedeskundige Soedesh Mahesh van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, wijzen de statistieken uit dat rampzalige bleve’s niet vaak voorkomen. Hij becijfert het aantal grote bleve’s wereldwijd op circa 90 in tachtig jaar tijd. Daarbij kwamen in totaal zo’n 1600 mensen om, waarvan 650 tijdens de eerder genoemde LPG-ramp in Mexico in 1984. In eigen land speelt de discussie over het risico van bleve’s zich vooral af rond het vervoer van gevaarlijke stoffen via het spoor en LPG-stations in de bebouwde kom. Het milieubeleid spant zich al jaren in om LPG-stations uit woonkernen weg te saneren, vanwege de buitenproportioneel grote effecten die zijn te verwachten bij de bleve van een LPG-tankwagen. En in de operationele voorbereiding rond de vorig jaar in gebruik genomen Betuweroute is het een van de maatgevende scenario’s, waarop de operationele Incident 8-2008

Explosie-opstellingen als schaalmodel.

slagkracht van de brandweer moet worden gebaseerd. Er is berekend dat de brandweer bij het scenario van een brandende ketelwagon met tot vloeistof verdicht gas binnen 30 minuten 6000 liter water per minuut effectief moet kunnen inzetten voor koeling om een bleve te voorkomen. Of die prestatie-eis realistisch is, is de vraag. Het opbouwen van zo’n blusoperatie lukt wellicht niet overal op het tracé binnen die tijd en bovendien kan volgens RIVM-deskundige Mahesh een bleve al binnen een kwartier na het uitbreken van een brand optreden. Bij zo’n incidentscenario zal de brandweer soms dan ook geen andere optie hebben dan de wijde omgeving razendsnel te ontruimen en zich terug te trekken tot op een veilige afstand.

Bleve in het klein

Videobeelden van grote bleve’s en de effecten van zo’n mega vuurbal, zijn er te over. Enkele klassiekers, die ook op Internet (onder andere op Youtube) te vinden zijn, werden op de themadag ter illustratie van de risico’s vertoond. Zoals de explosie van een propaanoverslagstation in stedelijk gebied in Korea en de explosie van een ketelwagon met vloeibaar propaan in Illinois, verenigde Staten. In schril contrast met deze mega-explosies stond de minibleve die in het middagprogramma van de themadag live werd gedemonstreerd. Een gasaansteker met 2 milligram tot vloeistof verdicht gas kan bij vlam vatten óók een bleve teweeg brengen. Hoewel ‘blevetje’ de lading beter dekt, kan zo’n klein ding al een flinke steekvlam geven. De twee inleiders van ‘Resolve’, een DSM afdeling voor scholing en simulatie van explosierisico’s, lieten in de voertuigremise van het NIFV nog meer voorbeelden zien van typen explosies en verbrandingsprocessen. Van de ‘mini-bleve’ tot branden van gassen zwaarder dan lucht, stofexplosies en gedrag van brandbare gassen en dampen bij verschillende damp/luchtverhoudingen. Stuk voor stuk kleinschalige experimenten, die juist door hun kleinschaligheid in een laboratoriumopstelling en de toegankelijke uitleg duidelijk maken wat er nu precies gebeurt bij een explosie. Verhelderend was bijvoorbeeld de opstelling die liet zien hoe ‘zware’ dampen van lak- of lijmproducten die bij een doe-het-zelf-klus in een woning op zolder zijn gebruikt, via het trappenhuis naar de keuken op de begane grond lekken en daar door het fornuis worden ontstoken. Waarmee maar wordt aangetoond dat het niet uitsluitend chemische bedrijven, tankwagens of LPG-stations zijn die met explosierisico’s kunnen worden geassocieerd. Ook een simpel woonhuis zit vol potentiële explosiebronnen én ontstekingshaarden. Om nog maar te zwijgen van de explosieve verschijnselen die kunnen optreden bij een flashover of backdraft als gevolg van de steeds grotere toepassing van kunststof isolatiematerialen die bij verhitting explosieve dampen kunnen vormen. Het gevaar van een explosie kan dus letterlijk overal op de loer liggen.

23


4%# 4RAFFIC 3YSTEMS IS SINDS ACTIEF OP HET GEBIED VAN VERKEERSTECHNIEK $OOR STEEDS WEER NIEUWE hHIGH ENDv PRODUCTVERTEGENWOORDIGINGEN ZEKER TE STELLEN EN DOOR ZELF PRODUCTEN EN SYSTEMEN TE ONTWIKKELEN LEIDT DIT KEER OP KEER TOT SNELLE EN SUCCESVOLLE MAATOPLOSSINGEN EN PRODUCTEN

Supersnelle en mobiele kentekencontrole

4%# VERKOOPT ALLEEN AAN OFFICIĂ‘LE POLITIE ORGANISATIES !ANKOOP DIENT TE GESCHIEDEN MET EEN OFFICIEEL INKOOP OVERHEIDSDOCUMENT

EÊn van deze producten is Pagis, Police ANPR Graphic Information System. Criminaliteit terugdringen? Pagis helpt u daarbij. Pagis vergelijkt de gescande kentekens met de kentekens in de data-base en bij een match volgt een alarm. Hiermee kunnen o.a. veelplegers, gestolen auto’s, vervallen kentekens of drugsrunners in een mum van tijd opgespoord worden. Kenmerken s 'ROTE SNELHEID VAN HET SYSTEEM s .ATREKKEN VAN HONDERDEN KENTEKENS PER DIENST s 2IJDEND TE GEBRUIKEN DUS MEN KAN DIRECT TOT ACTIE OVERGAAN s 4E INSTALLEREN IN ELKE POLITIE AUTO s (AARSCHERP KLEURENBEELD VAN ZOWEL AUTO ALS KENTEKEN s 'ESCHIKT VOOR NACHTELIJKE CONTROLES DMV INFRAROOD s %ENVOUDIG IN GEBRUIK

www.tectraffic.nl

Tec NL adv A5 fc nieuw.indd 2

22-08-2008 12:30:17

KP Medical BV is de leVerancier Van Medische KwaliteitsProducten en diensten. hierBij ligt onze focus oP de critical care. hoewel de onderneMing nog jong is, heeft KP Medical een teaM Van zeer erVaren en Kundige MedewerKers. onze Klanten Bestaan VoornaMelijK uit aMBulancediensten, defensie, zieKenhuizen, PriVĂŠKlinieKen, oVerheden en industrie.

a M Bu l a n c e c o n c e P t VerBruiKsMaterialen

Wij leveren alle benodigde disposables en toebehoren voor het goed kunnen functioneren van de hulpverlening van een ambulancedienst. KP Medical volgt hierbij de wensen van de ambulancedienst en samen zorgen wij er voor dat het assortiment optimaal blijft. Natuurlijk mag u van ons verwachten dat we regelmatig met nieuwe innovatieve producten komen. EĂŠn voorbeeld hiervan is de introductie door KP Medical van de EZ-IO botnaalden. Bijna alle ambulancediensten en de meeste ziekenhuizen werken hier inmiddels mee. Indien gewenst kunt u zelfs het hele logistieke traject outsour-

cen bij KP Medical. Hierbij zorgen wij voor de bewaking van de voorraad, het automatisch bijbestellen van artikelen, het afleveren op alle locaties en het inruimen en ordenen van de artikelen in het magazijn.

Medische aPParatuur en seh Materialen

KP Medical adviseert u graag over de medische appartuur voor in de ambulance. Wij leveren o.a. uitzuigpompen, infuuspompen, transportventilatoren en defibrillatoren. Maar ook leveren wij brancards en stoelen van Stryker, wervelplanken, schepbrancards, intubatiebestek etc. Uiteraard gaat aan het leveren van medische apparatuur een uitgebreid adviestraject vooraf. Meestal is een proefplaatsing daarvan een onderdeel.

Duwboot 13 Houten T 030 – 634 56 34

serVice en onderhoud

Ons Technisch Service Center is ons paradepaardje. Natuurlijk moet u continu kunnen vertrouwen op de juiste werking van uw geavanceerde apparatuur. Daarom is periodiek onderhoud met kalibratie een must. Wij kennen hiervoor een efficiente aanpak waarbij in kort tijdsbestek de apparatuur van het hele wagenpark wordt geserviced terwijl de hulpverlening gewaarborgd blijft. Van dit onderhoud en de kalibratie ontvangt u een rapportage die u kunt vastleggen in uw kwaliteitssysteem. Onze technische medewerkers beschikken allen over een ruime ervaring en kennis. Natuurlijk zijn ze door onze leveranciers gecertificeerd. Voor tussentijdse reparaties kunt u ook een beroep op ons doen. Wij staan 7 dagen per week en 24 uur per dag voor u klaar voor technische service.

E sales@kpmedical.nl I www.kpmedical.nl


A

D

V

E

R

T

O

R

I

A

L

Voorhout Data Connection ontwikkelt pc-oplossingen voor hulpverleners

Toegangspoorten vanuit het voertuig openen Toegangspoorten met sleutels openen. De status van incidenten op een lastig toetsenbord invoeren of wachten totdat de pc is opgestart. Dat is niet meer nodig met de oplossingen die Voorhout Data Connection voor hulpverleners heeft ontwikkeld.

A

mbulances en brandweerwagens zijn steeds vaker uitgerust met een pc, die tal van mogelijkheden biedt voor verbetering van de hulpverlening. Voorhout Data Connection (VDC) ontwikkelde hard- en softwaretoepassingen ter ondersteuning van de hulpverleners. De meest recente toepassing is een systeem waarmee op afstand, vanuit een voertuig, toegangspoorten en slagbomen kunnen worden geopend. Op de pc in het ­voertuig wordt software geïnstalleerd en een ­communicatiemodule aangesloten. De toegangspoorten zijn uitgerust met eenzelfde communicatiemodule.

Openen op afstand

“Tot voor kort kon je hekken, palen en dergelijke onder andere openen met sleutels, ­handzenders en analoge mobilofoon. Kortom, een grote diversiteit”, vertelt Wim Voorhout, directeur van VDC. “Dit heeft allerlei nadelen. Batterijen raken leeg, sleutels en zenders raken zoek. Bovendien maakt iedere regio gebruik van andere systemen.” VDC levert een universeel systeem. Zodra een voertuig in de buurt van de poort komt, meldt de poort zich aan op de pc in het voertuig. Wim Voorhout: “De afstand waarop de poort wordt herkend, is maximaal 300 meter, afhankelijk van omgevingsfactoren, zoals bebouwing. Op het scherm verschijnt een overzicht van de toegangspoorten die binnen het bereik liggen. De bestuurder kan dan met de toetsen op het touchscreen aangeven welke poort hij wil openen. Het is mogelijk zelf de poorten te benoemen, bijvoorbeeld ‘Het schuifhek’ of ‘Garagedeur 1’, zodat deze voor de hulpverleners Incident 8-2008

herkenbaar zijn. Door het bedieningsgemak en de herkenbaarheid kunnen alle gebruikers direct gemakkelijk met het systeem omgaan.”

communicatiemodule bij het verkeerslicht geplaatst.

De Ambulancedienst Gelderland Midden en Zuid Limburg gebruikt de software sinds kort. De ambulancedienst zocht een oplossing die eenvoudig te installeren was en waarbij zo min mogelijk aanpassingen nodig waren aan de infrastructuur. Ook de beveiliging moest vanzelfsprekend in orde zijn. “De draadloze verbinding tussen het voertuig en de poort is beveiligd met AES-encryptie. Deze is momenteel niet te kraken en een stuk veiliger dan het oude mobilofoonsysteem, waarvan de code te reproduceren was. Hierdoor kon een onbevoegde die bekend was met de code het hek of de poort openen”. Een ander groot voordeel van het systeem is dat het tussen verschillende regio’s te gebruiken is. Zo zou het systeem in een andere regio bijvoorbeeld wel een wegblokkade kunnen openen, maar niet toegangspoorten waar alleen diensten binnen de regio toegang tot hebben. Wanneer een nieuwe wegblokkade wordt geplaatst, is het bovendien mogelijk die direct uit te rusten met een communicatiemodule. Hierbij is het niet noodzakelijk de database bij te werken. De nieuwe poort meldt zich automatisch aan op alle voertuigen die met de communicatie­ module zijn uitgerust.

Naast de software voor het openen van poorten heeft VDC twee andere toepassingen voor pc’s met touchscreen ontwikkeld. De eerste is een applicatie voor C2000-mobilofoons, waarmee bestuurders van een voertuig de status van een incident via de pc aan de meldkamer kunnen doorgeven. Tevens kan de gebruiker met de applicatie eenvoudig schakelen tussen ­verschillende gespreksgroepen of het volume van de mobilofoon aanpassen. Wim Voorhout: “Het touchscreen van de pc werkt een stuk een­voudiger dan de bedientoetsen van de mobilofoon. Bovendien is het scherm ­gemakkelijk met handschoenen te bedienen.”

Een alternatief gebruik van het systeem is het beïnvloeden van verkeerslichten vanuit het voertuig. Dat is bijvoorbeeld van belang als rijrichtingen voor voertuigen van ­ambulance, brandweer of politie moeten worden vrijgemaakt. Voor deze toepassing wordt een

Status doorgeven

De tweede toepassing is een hardwaremodule die de on-board pc en overige ­randapparatuur met een P2000-pagingsysteem in de ­ambulance of brandweerwagen inschakelt. Wim Voorhout: “Na een oproep duurt het gemiddeld twee tot drie minuten voordat de bemanning aan boord is. De pc moet dan nog worden opgestart. Met deze module is alle apparatuur gebruiksklaar als de bestuurder bij het voertuig aankomt. Ook de aanrijroutes zijn direct beschikbaar en het navigatiesysteem is ingeschakeld. Bij vals alarm gaat de pc vanzelf weer uit als het voertuig binnen een kwartier niet wegrijdt.”

Produktieweg 7, 3481 MH Harmelen T: +31(0)348 443557 W: www.vdcinfo.nl

25


Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid beoefent op 4 november aanstaande het rivierenscenario, ten behoeve van de landelijke oefening TMO. Geheel realistisch, want de regio Zuid-Holland Zuid is omgeven door rivieren. Daarbij is de regio ook bijzonder door bedreiging vanuit de Noordzee. Bij hoogwater en noordwesterstorm kan de regio serieus in de problemen komen. Een van de oefendoelen is het ontruimen van een verpleeghuis.

Voorbereidende oefening voor Verpleeghuis Lingesteyn

‘Four-Eleven’ oefent grootschalige waterramp Door Tamara Schiedon

A

l maanden is de Veiligheidsregio ZHZ met vertegenwoordigers van alle hulpverleningsdiensten, waterschappen, defensie en overige partners bezig zich voor te bereiden op de landelijke oefenweek die draait om de bestrijding van de negatieve gevolgen van overstromingen. En dit doen zij op een unieke wijze, want niet alleen wordt er bestuurlijk geoefend, maar oefent de regio als enige in Nederland ook operationeel. Zo zal een deel van de bevolking van een gemeente in de regio geëvacueerd en geregistreerd worden, oefent een andere gemeente het proces Opvang en Verzorging en wordt een dijkvak bewaakt en versterkt bij een dreigende overstroming. Dit zijn een aantal voorbeelden van de operationele doelen die de Veiligheidsregio die week heeft. Met oefendoelen als het beoefenen van de onderlinge samenwerking tussen de betrokken organisaties en daarbij het vergroten van het inzicht in elkaars organisatie en toegevoegde waarde, is dit een zeer uitgebreide oefening. Als extra onderdeel wordt een ontruiming van

Verpleeghuis Lingesteyn in de gemeente Leerdam nagebootst!

Evacueren? Hoe?

Verpleeghuis Lingesteyn is een verpleeghuis met 150 bewoners met lichamelijke en psychogeriatrische aandoeningen. Tevens beschikt Lingesteyn over een afdeling revalidatie en een dagbehandeling. Een hele operatie om dit verpleeghuis te ontruimen bij een dreigende overstroming, want waar breng je de cliënten naar toe? De GHOR ZuidHolland Zuid (ZHZ) heeft in samenwerking met alle zorginstellingen voor de regio ZHZ de procedure Onderlinge Bijstand Zorginstellingen (OBZ) opgesteld. Deze procedure waarborgt de continuïteit van zorg van de regionale zorginstellingen in geval van de noodzaak van ontruiming en de tijdelijke opvang van bewoners elders als gevolg van interne of externe calamiteiten. Maar in geval van een dreigende overstroming kun je waarschijnlijk je cliënten niet bij collega’s in de regio onderbrengen. En hoe organiseer je een evacuatie van een dergelijk verpleeghuis? Allemaal vragen waar Lingesteyn graag antwoord op wil hebben. Geen wonder dat ze ingestemd hebben mee te doen aan oefening Waterproef ZHZ op 4 november.

Table-Top

Voorafgaand aan ‘four-eleven’ beoefende Lingesteyn op 18 september jongstleden haar ontruimingsplan met een ‘table-top oefening’ in samenwerking met de GHOR ZHZ. Delia van Vliet, staffunctionaris Opleiden, Trainen en Oefenen van het Bureau GHOR ZHZ, trad op als oefenleider die dag. “Lingesteyn heeft de afgelopen maanden hard gewerkt om zijn ontruimingsplan opnieuw te bekijken en bestaande protocollen op te frissen”, geeft Van Vliet aan. “Met de table-top oefening hebben we bekeken of ze op de goede weg zitten, want 4 november komt steeds dichterbij.” Lingesteyn heeft tijdens de oefening zijn Regio Beleidsteam bij elkaar geroepen en een evacuatie van

26

Incident 8-2008


de bewoners gesimuleerd. Een boeiende dag die diverse leerpunten opleverde. Dat communicatie ook weer bij deze oefening als primair proces om de hoek kwam kijken, verbaasde niemand. “Door middel van een gestructureerd overleg zet je de acties uit en draag je zorg voor een goede en verantwoorde ontruiming”, volgens Winnie Poorterman, regiomanager bij RIVAS Zorggroep en verantwoordelijk voor Verpleeghuis Lingesteyn. “Wij hebben ons gaandeweg gerealiseerd dat we de interne structuur van werken bij de aankomende oefening nog aan willen passen voor wat betreft samenstelling en taakverdeling van het Regio Beleidsteam. Maar wij hebben zeker het nodige geleerd met deze table-top oefening.” “Je kan zeggen dat deze calamiteit een andere is dan met een ontruiming met direct gevaar. In geval van overstroming heb je iets meer tijd om je protocollen uit te zetten, mensen te benaderen en je ontruiming op gang te brengen”, geeft Poorterman aan.

Responsecel

Het ActieCentrum GHOR speelde een rol in de responsecel samen met vertegenwoordigers van de gemeente Leerdam en de Gemeenschappelijke Meld Centrale (GMC). De GHOR ZHZ had haar oefendoelen van tevoren goed op een rijtje. Zo wilde men graag weten of aan het einde van de oefening bekend is of de procedure OBZ voldoende gegevens bevat om de bewoners op de juiste wijze uit te plaatsen. “Wij kunnen positief zijn over de procedure”, signaleert Annemarie Batenburg, Hoofd ActieCentrum GHOR. “Tijdens de oefening is gebleken dat de OBZ voldoende gegevens bevat die ook op de juiste momenten kon worden opgeroepen. En een belangrijk aspect bij het

Incident 8-2008

afstemmen van de vraag is de communicatie over de zorgvraag. Bijvoorbeeld: gebruikt iemand zuurstof, is iemand afhankelijk van sondevoeding enzovoort. Deze communicatie is uiteindelijk goed op gang gekomen.” Tijdens Waterproef Zuid-Holland Zuid wordt een dertigtal lotus slachtoffers, die de verschillende soorten bewoners van het verpleeghuis vertegenwoordigen, geëvacueerd. De evacuatie zelf wordt door hulpverleningsdiensten uitgevoerd en medewerkers van Lingesteyn ondersteunen daarbij. Poorterman: “Voor ons is het dan zaak genoeg begeleiders te organiseren. Behalve op medewerkers van onszelf en van andere RIVAS organisaties, zullen wij ook een beroep doen op familie, vrienden en overige vrijwilligers. Tijdens de table-top oefening hebben we onze medewerkers telefonisch benaderd en bijna iedereen was thuis. We gaan er dus vanuit dat tijdens de ‘grote’ oefening en natuurlijk ook met een echte calamiteit, iedereen hier in een mum van tijd kan zijn!”

27


Rescue equipment

4000-SERIE . e i t a v o n n i n a v t h c a r k e D

In onze 4000-serie komen tal van innovaties samen: t $03&™ ��O TMBOH TZTUFFN t J #PMU FFO QMBUUF DFOUSBBMCPVUDPOTUSVDUJF t -&% WFSMJDIUJOH JO draaggreep t 4QFFE 7BMWF PQ BMMF SBNNFO FO TQSFJEFST WPPS TOFMMFS PQFOFO 0Q CBTJT WBO EF OJFVXTUF UFDIOPMPHJFÑO POUXJLLFMU )PMNBUSP SFEHFSFFETDIBQQFO EJF CFUFS QSFTUFSFO FO XBBSNFF V TOFMMFS WFJMJHFS FO HFNBLLFMJKLFS kunt werken.

www.holmatro.com

CORETM Technologie

i-Bolt Technologie

LED verlichting in draaggreep

Holmatro Rescue Equipment BV - Postbus 33 - 4940 AA Raamsdonksveer - T 0162-589200 - E info@holmatro.com

incident-medicall 081007.indd 1

09-10-2008 13:11:18


A

D

V

E

R

T

O

R

I

A

L

Van Oeveren-Vervaet is dealer voor firma Miesen

Duitse ambulances via Zeeland naar de Benelux Al ruim 25 jaar verzorgen zij het wagenparkbeheer voor de Regionale Ambulance Voorziening Zeeland. Sinds kort zijn ze officieel importeur voor de Benelux van de Duitse ambulancebouwer C. Miesen. Het gaat hier om Mercedesdealer Van Oeveren-Vervaet uit Terneuzen. Een belangrijke speler op het gebied van het leveren van ambulances nu ze sinds kort officieel importeur van de Duitse firma Miesen zijn.

V

an Oeveren-Vervaet is onderdeel van de Automotions Groep. Onder de groep vallen veertien gerenommeerde bedrijven, waardoor ze aan vrijwel elke vorm van mobiliteit kunnen voldoen. “Van Oeveren-Vervaet voorziet in vrijwel alle soorten van mobiliteit. Van een Fiat Panda tot een Mercedes-Benz Actros voor in het zwaar transport”, aldus Rolf van Waterschoot van het bedrijf. Ook de levering van ambulances wordt dus door het bedrijf gedaan. Al jarenlang beheren ze het wagenpark van de Regionale Ambulance Voorziening Zeeland. Het ging altijd met name om het onderhoud van de in gebruik zijnde voertuigen, maar door het verworven importeursschap kan Van Oeveren-Vervaet sinds kort dus ook splinternieuwe ambulances leveren. Omdat ze inmiddels ruim 25 jaar het onderhoud van ambulances van de RAVZ in handen hadden, was het importeurschap afgelopen voorjaar een logische stap. Het Duitse bedrijf werd op 1 juni 1870 opgericht door de toenmalige smid Christian Miesen uit Bonn. In die tijd bleek het jonge bedrijf, dat aanvankelijk alleen door paarden getrokken koetsen bouwde, uniek te zijn op deze markt. Miesen bouwde al snel een goede reputatie op, dankzij de hoge kwaliteit van zijn producten. Het bedrijf groeide snel en verhuisde in 1901 naar een groter pand. In datzelfde jaar leverde Miesen de eerste door paarden getrokken ambulance aan de stad Bonn. De toenemende mechanisering zorgde er destijds voor dat Miesen in 1905 al een gemotoriseerde ambulance op de markt Incident 8-2008

bracht. Naast ambulances rolde in 1926 zelfs de eerste gemotoriseerde tandheelkundige kliniek van Europa van de band. In de daaropvolgende dertig jaar werd het productassortiment steeds meer toegespitst op de ontwikkeling van standaard Rode Kruis ambulances. Ondersteund door een reeks van octrooien werd Miesen de leidende expert in de wereld van ambulancebouwers. Tijdens sommige drukke jaren werden tot en met 800 exemplaren gebouwd en afgeleverd. Hieronder vielen een aantal speciale auto’s met hoge ontwikkelingskosten. Tegenwoordig wordt het Miesen-team geleidt door Jürgen Krupp. De jarenlange ervaring met

het bouwen van ambulances kan uiteraard niemand het team meer afnemen. De laatste tijd kwam Miesen met enkele nieuwe ontwikkelingen op de markt. Onder andere de nieuwe Miesen KTW op basis van een Volkswagen T5 en de nieuwe RTW opbouw op chassis van een Mercedes-Benz Sprinter. Ook de Miesen Bonna 211L op Mercedes-Benz chassis is een van de laatste ontwikkelingen. Uiteraard zijn er ook weer een aantal nieuwe modellen in ontwikkeling. Omdat Miesen samenwerkt met tal van autofabrikanten zijn ze in de gelukkige positie dat een ambulance van veel merken geleverd kan worden. Het productportfolio van Miesen beslaat dan ook verschillende merken maar ook diverse soorten voertuigen, van eenvoudige standaardambulances tot geavanceerde speciale voertuigen voor onder meer redding of compleet ingerichte doktersvoertuigen. Omdat Van Oeveren-Vervaet al zoveel ervaring had met het onderhoud van de Zeeuwse ambulances, was het begin dit jaar ook niet verwonderlijk dat zij officieel importeur van Miesen werden. Op deze manier kunnen met een nog betere service de laatst ontwikkelde ambulances in Nederland, België en Luxemburg geleverd worden. Tegenwoordig gaan de Duitse Miesen ambulances dus via Terneuzen de Benelux in. Meer informatie over Van Oeveren-Vervaet en de firma Miesen is te vinden op

www.vanoeveren-vervaet.nl en www.miesen.de

29


In Weesp staat het grote farmaceutische bedrijf Solvay Pharmaceuticals. Van de in totaal elfhonderd werknemers zijn er meer dan honderd BHV-er, vijftien zijn gespecialiseerde EHBO-ers en zeventien vrijwillige brandweerlieden werken samen met de drie beroepskrachten. De bedrijfsbrandweer van Solvay is een uitstekend uitgerust korps, gespecialiseerd in het voorkomen en bestrijden van ongevallen met chemicaliën.

Bedrijfsbrandweer Solvay Pharmaceuticals

Specialisten in chemicaliën Door Tina Reinders

S

olvay Pharmaceuticals is een internationaal bedrijf met een oer-Hollandse geschiedenis die nog zichtbaar aanwezig is op het terrein. Aan het begin van de vorige eeuw maakte Philips heel wat meer dan gloeilampen. Tijdens onderzoek naar de hoogtezon, ontdekte een medewerker vitamine D3. Om deze vitamine smakelijker te maken ontstond een samenwerking met de chocoladefabriek van Van Houten in Weesp. Uiteindelijk groeide deze samenwerking, via vele andere bedrijfsconstructies, uit tot de Nederlandse tak van Solvay Pharmaceuticals. Vitamine D3 wordt er niet meer geproduceerd, maar het gebouw van de oude chocoladefabriek van Van Houten staat nog steeds op het terrein. Wat Solvay wel produceert zijn werkzame stoffen voor diverse medicijnen en bijvoorbeeld griepvaccins. Solvay heeft op het terrein in Weesp vier grote fabrieken. Daarnaast staan er tientallen laboratoria waar onderzoek gedaan wordt naar nieuwe geneesmiddelen. In andere laboratoria wordt de kwaliteit van eind- en tussenproducten aan strenge controles onderworpen. In veel laboratoria werken chemisch analisten met kleine hoeveelheden gevaarlijke stoffen en daarom heeft Solvay een uitgebreid team rampenbestrijders en hulpverleners. Het aantal uitrukken op jaarbasis vertoont een afnemende tendens en ook is de BHD de laatste jaren niet meer uitgerukt voor grote calamiteiten. De oude fabriek van Van Houten verscholen achter moderne fabrieken.

Ton Feenstra, groepschef van de bedrijfshulpverleningsdienst.

Incidenten met chemicaliën

Het belangrijkste bij een incident met chemicaliën is onmiddellijk vast te stellen om welke stoffen het gaat en om welke hoeveelheden. Afhankelijk daarvan wordt besloten wat er gedaan moet worden. Welke chemicaliën erbij betrokken zijn bepaalt bijvoorbeeld of de brandweer een chemiepak of een gaspak aan moet. Een chemiepak is een overall dat vrij veel tegen houdt, maar niet voor langere tijd en zeker geen gassen. Gaat het om gassen of extreem toxische stoffen, dan moet het gaspak aan. Een gaspak is voor 100% gas- en vloeistofdicht. De drager kan dit niet zelf aantrekken en ook niet uittrekken. Daarom mag iemand zo’n pak ook maximaal twintig minuten aan, omdat opgesloten zitten in zo’n pak een flinke psychische belasting is. “Wij zetten de gaspakken vooral in bij zoutzuurgas”, vertelt Ton Feenstra, groepschef van de bedrijfshulpverleningsdienst. “Om stoffen te maken waar chloor in voorkomt, heb je zoutzuurgas nodig. Dat gas zit in grote cilinderpakketten en het komt voor dat zo’n pakket niet goed wordt aangesloten op de installatie en gaat lekken. Er komen dan wel geen grote hoeveelheden vrij, maar het pakket moet wel dichtgedraaid worden en dat doen we in een gaspak. Als er echt een incident is, gaat zo’n pak daarna weg. Ik wil niet het risico lopen dat iemand met een pak aan de slag gaat waarvan je niet weet wat voor chemicaliën er nog op zitten. Het is onmogelijk zo’n pak helemaal schoon te maken. Je moet de pakken natuurlijk wel schoonmaken voor je de mensen eruit haalt, anders is er kans dat ze in aanraking komen met de stof. Daar hebben we een speciale ontsmettingsstraat voor. Wij trainen op die ontsmettingsstraat zodat we hem binnen een kwartier hebben liggen.”

Afvalvaten

Feenstra werkt ook met gaspakken wanneer niet bekend is om welke stoffen het precies gaat, bijvoorbeeld bij incidenten met het afval uit de laboratoria, dat verzameld wordt in vaten. De brandweer komt gemiddeld een keer per jaar in actie voor deze vaten. Het komt voor dat de ene analist niet weet wat de andere erin heeft gegooid en dat er chemica-

30

Incident 8-2008


liën in een vat komen die met elkaar reageren. Staat zo’n vat daarna in de zon, dan kan het bol worden en uit elkaar klappen. Voordat dat gebeurt haalt de brandweer de druk eraf. Een ander risico bij Solvay is dat er iets fout gaat met de hoeveelheden oplosmiddelen die het bedrijf gebruikt. Gelukkig is dat nog nooit gebeurd. Wel komt het af en toe voor dat een kleine hoeveelheid in een laboratorium in brand vliegt. Maar dat zijn branden die te bestrijden zijn.

Water, schuim en poeder

Feenstra: “Wij gaan nooit zomaar op een onbekende stof af. Eerst willen we weten of we het met water kunnen blussen, met poeder of schuim. Voor negentig procent van de branden die wij hebben, gebruiken we schuim. Poeder gebruiken we voor stoffen die reageren met water, zoals natrium. Omdat wij zoveel schuim gebruiken, hebben wij water, poeder en schuim in andere hoeveelheden dan gemeentelijke korpsen. Wij hebben duizend liter in de kazerne, duizend liter op onze ene autotankspuit en vijfhonderd liter op de andere. Dat gaat wel ten koste van het water. Een normale autotankspuit heeft vijftienhonderd liter water en wij hebben duizend liter water en vijfhonderd liter schuim. Met het schuim dekken we oplosmiddelen af en bestrijden we brand. Stel dat er ergens lekkage is, dan leggen we daar een schuimdeken overheen. We slaan zo twee vliegen in een klap: het kan niet meer branden en het kan niet meer uitdampen. Het gevaar is dan geweken en daarna gaan we kijken hoe we het op gaan ruimen.”

Zwaar

“Wij oefenen regelmatig met schuim”, gaat Feenstra verder. “Zo weten we dat we bij bepaalde oplosmiddelen zwaar schuim moeten gebruiken. Dat ontdekten we tijdens een oefening. Eerst dacht we dat we het met middelschuim konden blussen, maar in de praktijk bleek dat niet te lukken. De hitteontwikkeling was zo hoog, dat de worplengte van middelschuim te kort was en we er niet zo dichtbij konden komen. We moesten eerst met zwaar schuim aan de gang omdat je daarmee een worplengte van tien meter hebt.” Een andere bijzonderheid bij Solvay Pharmaceuticals is de vaccinfabriek. In de toekomst zal hier ook het vaccin tegen de vogelgriep gemaakt worden. Dat moet in clean rooms zodat het virus zich niet verspreidt. Bij een alarm in een clean room is de specialistische kennis van de BHV-ers die in dat gebouw werken cruciaal. Zij kennen het gebouw en gaan vast op zoek naar de melder die alarm slaat. Is het loos alarm, dan hoeft niemand de clean room in.

Bedrijfshulpverleners

De honderd BHV-ers bij Solvay zijn allemaal gespecialiseerd. Natuurlijk hebben ze de gebruikelijke basistraining gevolgd, maar daarnaast krijgt iedere BHV-er een speciale training voor zijn werkomgeving. Zij checken als eerste welk alarm afgaat, zij kunnen aangeven om welke stoffen het bij een incident gaat en zij kunnen onmiddellijk ingrijpen. Dat kan zijn door een beginnende brand te blussen met een poederblusser, maar het kan ook het wegslepen van een gewonde zijn. Soms ook is het nodig dat iemand die chemicaliën gemorst heeft, onder de douche wordt gezet. Trainingen met kleine blusmiddelen zijn overigens verplicht voor ieder personeelslid van Solvay. Wel verschilt Incident 8-2008

In geval van een incident kan de brandweer desnoods van buitenaf schuim in een laboratorium spuiten.

de vaardigheid per functie. Kantoormensen trainen eens per vijf jaar, BHV-ers ieder jaar en overige functies zitten daar tussenin. Ook de vijftien EHBO-ers zijn hulpverleners met een extra plusje: het zijn deze vrijwilligers die eerste hulp bieden wanneer iemand agressieve chemicaliën heeft ingeademd. Zij kunnen slachtoffers in dat geval zuivere zuurstof toedienen. De EHBO-ers zijn in staat snel een eerste diagnose te stellen en daarvoor de nodige hulp te verlenen. Natuurlijk zijn zij ook geschoold in meer gebruikelijke hulpverlening en reanimatie. De EHBO-ers rijden bij een uitruk op het eerste voertuig mee. Op dit voertuig zit behalve brandblusapparatuur ook de nodige hulpverleningsapparatuur zoals een defibrillator en beademingsapparatuur.

Kennis

Brandbestrijding bij Solvay vereist speciale kennis. “Ik ben mijn loopbaan bij Solvay begonnen als analist” vertelt Feenstra. “Via vrijwilliger bij de bedrijfsbrandweer ben ik opgeklommen tot commandant. Maar als brandweercommandant zou ik niet kunnen functioneren zonder mijn kennis van chemie, ik moet kunnen weten en begrijpen hoe bepaalde stoffen reageren en dus kunnen bedenken wat ik moet gebruiken om branden te bestrijden.” Op het gebied van kennis wordt Feenstra bovendien ondersteund door de afdeling Health Environment and Safety en heeft Solvay productdeskundigen die informatie leveren. Voor iedere stof waar het bedrijf mee werkt worden veiligheidsinformatiebladen uitgegeven. Daarnaast bezoekt Feenstra regelmatig andere chemische bedrijven zoals DSM en Akzo om kennis uit te wisselen.

Samenwerking met lokale brandweer

Zoals bij zoveel bedrijfsbrandweerkorpsen, zijn ook de meeste vrijwilligers bij Solvay tegelijkertijd vrijwilliger bij de lokale brandweer in Weesp. De twee korpsen oefenen minimaal één keer per jaar met elkaar. Het Weesper korps en diverse korpsen uit de omgeving komen bovendien naar Solvay om te oefenen met chemicaliën en blusschuim. De bedrijfsbrandweer van Solvay wordt door de lokale brandweer van Weesp ook gealarmeerd voor grote branden en incidenten met chemicaliën in Weesp. Voor de alarmering hebben de tankautospuit en de beveiliging C2000 portofoons. De bedrijfsbrandweer beschikt over twee autotankspuiten, een gecombineerde slangen poeder wagen en een passagiersbus voor de gaspakdragers.

31


“Intelligente hartmassage”

2DVD

Nu te koop op DVD! Grootschalige rampen en incidenten, zoals de vuurwerkramp in Enschede en de brand in het Hemeltje in Volendam, krijgen vaak nationale bekendheid. In deze 8-delige serie maakt u kennis met de daarbij betrokken brandweermensen.

www.eo.nl/shop

Door het vuur adv 90x131.indd 1

04-08-2008 13:12:43

van www.prorescue.nl tot www.pro-rescue.eu waarbij .eu centraal staat Wij zijn ook in het adresboek voor ambulancezorg en GHOR te vinden

incident-prorescue 081007.indd 1

09-10-2008 13:58:19

Bezoek ons op de Ambulance Vakbeursdagen van 30 okt. - 1 nov.

De AutoPulse® verplaatst meer bloed, op efficiënte wijze, dan mogelijk is met handmatige hartmassage. Het apparaat is eenvoudig in gebruik en werkt op batterijen. De AutoPulse berekent automatisch de thorax omvang en weerstand van de patiënt, en past de compressiekracht daarop aan, waardoor continue kwalitatief hoogstaande, hartmassage bereikt wordt. Onderbrekingen die de coronaire perfusie druk doen dalen worden voorkomen. De reanimatie wordt hierdoor rustiger en efficiënter zelfs tijdens transport. Studies hebben aangetoond dat gebruik van de AutoPulse de overlevingskansen tot ontslag uit het ziekenhuis met 235% verhoogt.*

Voor meer info: Zoll International Holding BV, Postbus 52, 6669 NA Dodewaard tel.nr.: 0488 – 411183 | website: www.zoll.nl


Kort Nieuws

Ruim 70.000 bezoekers op landelijke politiedag

Op 11 oktober werd de Landelijke Politiedag gehouden bij vele korpsen door het hele land. Bezoekers konden tijdens het evenement proeven hoe het er bij de politie aan toegaat. De politie gunde het publiek een kijkje in haar keuken, onder andere om meer mensen te enthousiasmeren voor het beroep van politieagent of rechercheur. De politie Haaglanden kreeg verreweg de meeste bezoekers, met ruim 34.000 belangstellenden. De foto’s geven een impressie van de Landelijke Politiedag in Culemborg (regio Gelderland-Zuid). (Foto’s: Peter Hofman.)

Incident 8-2008

33


strip

Alles over de ambulance Ambulancezorg Nederland heeft een lespakket uitgebracht voor de groepen 5 en 6 van de basisscholen. Hierin wordt uitleg gegeven over het werk van de ambulances. Hierbij gaat het niet alleen om informatie, maar ook om houding en gedrag. Zo wordt er verteld wat er gebeurt als men 112 belt en dat de centralist bepaalde vragen kan stellen. Woensdag 8 oktober was basisschool Toermalijn in Driehuis de eerste school binnen de Veiligheidsregio Kennemerland die dit lespakket kreeg overhandigd. Met wethouder Bokking van de gemeente Velsen aan boord, kwam de ambulance met toeters en bellen het schoolplein oprijden. De twee ambulancemedewerkers gaven aan de kinderen een uitleg over de spullen die ze aan boord hebben en bij enkele kinderen werden er metingen gedaan. Tot grote hilariteit van de kinderen werd hun juf op de brancard gelegd en vastgezet. Daarna verdween de

juf heel even in de ambulance. Nadat de juf en alle kinderen terug waren in de klas, heeft wethouder Bokking eerst heel duidelijk uitgelegd wat er gebeurt als kinderen voor de lol 112 bellen. Dat dit gevolgen kan hebben voor mensen die daadwerkelijk hulp nodig hebben werd door de kinderen wel begrepen. Daarna overhandigde ze het lespakket – bestaande uit een lesboekje en een CD-ROM - aan de juf. Ook kreeg de juf nog een Good Bear voor de schrik. Wethouder Bokking vertelde nog dat binnen de regio 200 scholen zijn aangeschreven en dat tot dat moment 150 scholen positief hebben gereageerd. Zij hoopt dat de rest van de scholen ook nog zullen reageren maar ze is nu al blij met een respons van 75%. Scholen die belangstelling hebben voor dit lespakket kunnen het aanvragen bij hun eigen regio. Adressen zijn te vinden op www.ambulancezorg.nl.

De juf krijgt het lespakket overhandigd – en een

(Bijdrage: Ko van Leeuwen.)

Good Bear voor de schrik.

Innovatieprijs brandweer voor ‘groene brandweerwagen’

De prijs werd in ontvangst genomen door Ymko Attema, Joost Neijenhuis en commandant Stefan Wevers. (Foto: Karin Gijssen.)

34

Incident 8-2008

Op 2 oktober 2008 werd voor het eerst de ‘Jan van de Heijden innovatieprijs’ uitgereikt op het jaarlijks congres van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR). Het is een stimuleringsprijs voor innovatie binnen de brandweer. Er waren drie genomineerden in de categorieën techniek, organisatie en maatschappelijke inbedding. Innovatie is voor de brandweer letterlijk van levensbelang. Verspreid door het land zijn er talloze ideeën en technieken die het werk van de brandweer beter, veiligere en efficiënter maken. Het blijkt echter dat veel vernieuwingen beperkt blijven tot het eigen korps. Met de ‘Jan van der Heijden Innovatieprijs’ moet de innovatieve kracht van de Nederlandse brandweer zichtbaar worden voor iedereen.

De winnaar van de eerste Jan van der Heijden Innovatieprijs is de ‘wijkscan’ van brandweer Enschede. Onder het motto ‘meer rood op straat’ gaat de brandweer in Enschede de wijken in met een ‘wijkscan’. Ymko Attema van Brandweer Enschede legt uit: “Door de risico’s per wijk in kaart te brengen, kan de brandweer heel gericht contact leggen met burgers en instellingen om de risico’s te verlagen en de brandveiligheid te vergroten. Dat zal op termijn leiden tot minder brand, minder slachtoffers en minder schade.” Maar waarom een groene auto? “Groen is de kleur voor veiligheid. We willen het veiligheidsbewustzijn van burgers en instellingen vergroten. De groene tankautospuit trekt bovendien de aandacht en helpt ons om meer mensen te bereiken. De reacties zijn heel positief.”


Abonneer nu en profiteer van de voordelen! Ontvang Incident tot eind 2008

gratis!

En ontvang een exclusieve leren GSM-tas met ambulance- of brandweerlogo (t.w.v. e 29,95)

* CC-abonnement

Incident wordt in Nederland en België verspreid in controlled circulation; een engelse term voor het in besloten kring verspreiden. Dat betekent in dit geval dat Incident tegen lage verzend- en administratiekosten verkrijgbaar is voor uitsluitend particulieren werkzaam in de hulpverlening, bij hulpverlenende organisaties (waaronder ook bijvoorbeeld adviesbureaus, opleidingsinstituten), in de toeleverende industrie of aanverwante ­bedrijven.

Bedrijfsabonnement

Wilt u Incident ontvangen op het adres en/of op rekening van uw organisatie, kazerne, bureau of gemeente in Nederland of België? Dat kan na het afsluiten van een bedrijfs­ abonnement. Dit kost e 74,95 inclusief BTW per jaar en u ontvangt hiervoor een factuur. Het aanvraagformulier vindt u op ­ www.vakbladincident.nl.

Groepsabonnement (v.a. 10 personen)

Voor hulpverleningsorganisaties uit Nederland en België is het mogelijk tegen een aantrekkelijk tarief een groepsabonnement af te sluiten. Hiervoor kunt u contact opnemen met de abonnementenadministratie. Telefoon: +31 (0)184 – 750 810.


Abonneer nu en ontvang Incident tot eind 2008 GRATIS en ontvang daarnaast een leren GSM-tas met ambulance- of brandweerlogo CC Aanvraagformulier

Let op! Leest u svp onderstaande instructies aandachtig door alvorens het formulier in te vullen: Invul instructies • Vul het formulier volledig in en gebruik blokletters of schrijf duidelijk leesbaar • Persoonsgegevens met een * dient u verplicht in te vullen • Vergeet het formulier alstublieft niet te ondertekenen • Het volledig ingevulde formulier dient u te retourneren naar: Vakblad Incident, t.a.v. lezersregistratie, Postbus 221, 3360 AE Sliedrecht, Fax: +31 (0)184 – 750 811

JA!

Voorwaarden • Voor ontvangst van vakblad Incident op uw privé-adres betaalt u als ­individuele hulpverlener alleen de per kalenderjaar vastgestelde admini­stratie­kosten. • Voor het jaar 2009 zijn de administratiekosten vastgesteld op  39,95 incl. portikosten voor Nederland en BTW. Bij deze actie ontvangt u Incident tot eind 2008 gratis alsmede een GSM-tas met logo, t.w.v.  29,95. • Met het afgeven van een door­lopende machtiging geeft u ons toestemming om per kalenderjaar de vastgestelde administratiekosten van uw privé bank- of girorekening af te schrijven.

• Afgegeven machtigingen zijn door­lopend en worden éénmalig in januari van enig kalen-

derjaar geïncasseerd. • Het opzeggen van een afgegeven machtiging dient vóór 1 november van enig kalenderjaar schriftelijk aan ons te geschieden. • Na ontvangst van uw schriftelijke opzeg­ging voor 1 november van enig kalenderjaar wordt met ingang van 1 januari van het volgende kalenderjaar de automatische incasso gestopt en vindt geen toezending van vakblad Incident meer plaats. • Verzendkosten voor België bedragen  25,00 voor een heel jaar.

• Bij tussentijdse opzegging vindt geen restitutie plaats van betaalde ­administratiekosten. • Toezending van het vakblad Incident vindt alleen plaats naar het privé-adres van de ontvanger (=geadresseerde), incasso uitsluitend via de privé-rekening van de ontvanger. • BELANGRIJK: helaas kunnen wij uw aanvraag niet honoreren als: 1. de gegevens niet compleet zijn 2. de handtekening ontbreekt 3. u niet tot onze doelgroep behoort 4. u geen privé bank- of gironummer invult en wij dus geen automatische incasso kunnen uitvoeren.

Ik wil graag vanaf nu Incident ontvangen! Tot en met december 2008 ontvang ik Incident gratis. Vanaf januari 2009 betaal ik � 39,95 (incl. portikosten voor Nederland en BTW). Ik geef toestemming aan Incident b.v. om tot wederopzegging d.m.v. automatische incasso de per kalenderjaar verschuldigde ­administratiekosten van mijn privé-rekening te mogen afschrijven. Bij deze actie ontvang ik tevens een leren GSM-tas met logo. brandweer-uitvoering    ambulance-uitvoering    alleen met Incident logo      Kruis aan: Merk Telefoon: Type aanduiding: I.v.m. de handmatige productievan deze GSM- tas kan de levertijd bij afwijkende telefoontypen of minder gangbare typen/merken minimaal 3 weken bedragen, na ontvangst van uw formulier.

Persoonsgegevens Dhr. *

Mevr.*

Hoogst genoten opleiding:

Voorletters*:

Universitair

Achternaam*:

HBO

MBO

LBO

Middelbaar

Privé adres (tevens toezendadres) Straatnaam*:

Huisnummer*:

Postcode*:

Woonplaats*:

Telefoon*:

E-mail:

Specifiek 1. Waar(in) bent u (vrijwillig) werkzaam?

code

(niet invullen a.u.b.)

2. Wat is uw functie/specialisatie?

code

(niet invullen a.u.b.)

3. Wat is uw rang? (indien van toepassing)

code

(niet invullen a.u.b.)

Betaling Voor Nederland Bank

Giro

Plaats (Post-)Bank:

Voor Nederland én België

Voor België (toeslag van  25,00 voor een heel jaar i.v.m. extra portikosten) Abonnees uit België ontvangen na aanmelding een factuur, omdat incasso op een Belgische bankrekening voor ons niet mogelijk is. Toezending van de GSM tas vindt uitsluitend en pas plaats nadat een betaling van de toegezonden factuur binnen 30 dagen door ons is ontvangen. Bij het niet binnen 30 dagen betalen (na factuurdatum) van de ontvangen factuur, vervalt het recht op deze aktie alsmede het recht op toezending van de gekozen GSM tas.

Privé rekening nummer: Naam rekeninghouder: Datum:

36

Handtekening:

Belangrijk: Dit controlled circulation abonnement kan uitsluitend op persoonlijke titel worden afgesloten en alleen worden betaald via een privé rekening van de abonnee. Toezending van Incident naar een organisatie, kazerne, bureau of gemeente enz. is uitsluitend mogelijk via een bedrijfsabonnement ( 74,95 incl. BTW, na toezending van een factuur). Voor de aanvraag van een bedrijfsabonnement kunt u contact opnemen met de abonnementenadministratie, tel. +31 (0)184 – 750 810 of info@vakbladincident.nl Indien u niet in aanmerking komt voor een cc abonnement ontvangt u hiervan schriftelijk bericht en vervalt automatisch uw machtiging. Uw gegevens worden vastgelegd in de database van Incident. Te allen tijde kunt u een overzicht opvragen van uw gegevens in onze database. Uw gegevens kunnen door Incident en haar adverteerders gebruikt worden voor promotionele activiteiten. Indien u hier bezwaar tegen heeft kunt u contact met ons opnemen.

Incident 8-2008


15e Internationale

Grote brand Velsen-Noord: Brandweer gecontroleerd laten uitbranden In de nacht van vrijdag 19 op zaterdag 20 september is op de hoek van het Noordzeekanaal en Zijkanaal-A te VelsenNoord een grote voorraad cellulose en hout door brand verloren gegaan. Het materiaal stond opgeslagen in een halfopen loods op de Velsen Terminal van het Nederlands Bevrachtingskantoor. Klaas Visser, schipper op de sleepboot Arion van Iskes uit IJmuiden was een van de eerste melders. Visser: “Om 00:00 uur hebben we ter hoogte van VelsenNoord vastgemaakt aan de tanker Surfer Rosa richting Noordersluis en toen hebben we niets gezien. Vervolgens moesten we snel door naar de Coenhaven in Amsterdam. Bij het passeren van de Velserkade rond 01:15 uur zagen we vuur hoog in de loods tegen het dak aan. Direct heb ik via kanaal 3 de sluis in IJmuiden geïnformeerd. Toen we bij de Kruithaven voeren zagen we dat de brand al een stuk breder was geworden en boven het dak uitkwam”. De tankautospuit van Velsen, onderweg naar een automatische brandmelding, is direct ter plaatse gestuurd. De bevelvoerder heeft na een eerste blik vanaf de overkant van het kanaal meteen het sein grote brand gegeven. Hierop zijn een groot aantal eenheden opgeroepen. Vanaf het begin heeft de brandweer ingezet op het behoud van de kantoren en opslagloodsen ten noorden van de brandhaard. Het vuur aan de zuidkant was dermate hevig dat het vrijwel niet te blussen was. En omdat het een zogeheten schone verbranding was, vond commandant Frank van Herpen het uit milieustandpunt ook beter om het te laten branden. Zodoende kon worden voor-

Grip! Wiltec introduceert en nieuwe werkhandschoen, de Zorb-IT HiViz. Deze handschoen is van het gerenommeerde merk Best, welke veel ervaring heeft met nitril gecoate hand-

Incident 8-2008

“Verzamelaars” Beurs

komen dat er grote hoeveelheden vervuild bluswater in het milieu terecht kwamen. Een blusboot van Havendienst Amsterdam heeft lange tijd met grote waterkanonnen boven de brandhaard gespoten om de rookgassen neer te slaan. Ook een crashtender van Schiphol is korte tijd ingezet. Zaterdagmiddag is dce firma Koole uit Vijfhuizen begonnen om een aantal stapels cellulose uit elkaar te trekken. Benedenwinds in Velsen- Zuid is geen sprake geweest van rookoverlast. Wel is zaterdagavond een controle gedaan om vliegvuur. Na 39 uur is het sein brand meester gegeven maar met een aantal waterkanonnen is men nog tot en met dinsdag aan het nablussen geweest. Of de brand daadwerkelijk boven in de loods is ontstaan is volgens van Herpen niet met zekerheid te zeggen: “Forensisch Onderzoek is wel ter plaatse geweest maar gaf vrijwel direct aan dat de oorzaak waarschijnlijk niet te achterhalen is”. (Bijdrage: Ko van Leeuwen.)

schoenen. Best was ook de uitvinder van disposabele nitrilhandschoenen uitvond. Het bijzondere van de Zorb-IT HiViz handschoen is dat zelfs op zwaar geoliede voorwerpen de handschoen grip houdt, zegt de leverancier. De coating is gemaakt van sponsnitril, verantwoordelijk voor de grip. Volgens de leverancier gaat dit niet ten koste van het tastgevoel of het draagcomfort. De nylon drager van de handschoen is fluororanje, wat de handschoen extra laat opvallen voor nog meer veiligheid. De Zorb-IT HiViz is niet de enige handschoen met deze sponsnitril coating. Naast de ZorbIT HiViz is er een gewone, niet HiViz uitvoering, een handschoen waarbij de coating verder doorloopt en is er ook een snijbestendige versie verkrijgbaar.

Op 1 november wordt de 15e Internationale Brandweer “Verzamelaars” Beurs georganiseerd. De organisatie is weer in handen van de Brandweervrienden Papendrecht. Deze groep enthousiastelingen organiseert al weer voor de 15e keer de inmiddels in Brandweer Nederland, maar ook elders in Europa, zeer bekende beurs. Het gemiddelde aantal bezoekers lag de afgelopen jaren op circa 950 per beurs. De beurs wordt dit jaar wederom gehouden in Sporthal Reeland, te Dordrecht. Dit jaar verwacht de organisatie circa 275 meter stand gevuld te hebben. De beurs opent al om 09.00 uur ’s morgens en sluit om 15.00 uur. “Het is de grootste brandweerverzamelaarsbeurs van Europa en dat willen we voorlopig zeker zo houden. Een fantastische plek”, aldus de organisatoren. “Er zijn veel voordelen: de hal is vanaf de N3 (verbinding tussen de A15 en A16) zeer gemakkelijk te bereiken, er zijn heel veel parkeerplaatsen, de beurs is bereikbaar per openbaar vervoer, niet te ver van het NS Station. Verder zijn alle standhouders in één hal en gelijkvloers, en beschikken we over prima faciliteiten.” Naast vele bekende standhouders zoals De Brandweerwinkel uit Rotterdam, de Brandwondenstichting, Good Bears of the World, Wild Toys, Vereniging voor Belangstellenden in het Brandweerwezen (VBB), verwacht de organisatie weer talloze Belgische standhouders en bezoekers. Verdere deelnemers komen uit Frankrijk, Duitsland en Italië. Het mooiste van de beurs blijft natuurlijk het onderling ruilen door de verzamelaars. De liefhebbers van foto’s, patches en brandweerhelmen blinken hier in uit. Maar er wordt tijdens de beurs ook van alles te koop aangeboden zoals t-shirts, sweaters, boeken, miniatuurvoertuigen, kalenders, postzegels, tinnen- en glazen schaalmodellen, spiegels, puzzels, kortom teveel om op te noemen. Speciaal is ook de hoek waar de echte modelbouwers hun kunststukken laten zien maar ook demonstraties geven. Toegangsprijzen: € 3,00 voor volwassen, € 1,50 voor kinderen tot 12 jaar. De hele kleintjes mogen gratis mee naar binnen. De opbrengst van de beurs, die geheel door vrijwilligers wordt georganiseerd, is dit jaar bestemd voor de Nederlandse Brandwonden Stichting (www.brandwonden.nl) en Goodbears Nederland (www.goodbears.nl). Zie ook www.brandweerbeurs.nl.

37


Wilt u hier ook

VER

HUUR

-VERKOOP-ONDERHOUD ING (Ex)PORTOFOONS & TRUNK

uw bedrijfsgegevens plaatsen?

www.flash-services.com

Voor tarieven en reserveringen

Ascent Safety bv

kunt u contact opnemen met:

Siliciumweg 61A 1812 SW Amersfoort

Werken Op Hoogte Hoogteredding

De Brandweer-Winkel

T F E i

www.hollemanmachine.nl Paltrokstraat 35 1508 EJ Zaandam tel. 075-6123272 fax 075-6123272

+31 (0) 334480680 +31 (0) 334480490 jeroen@ascent.nl www.hoogwerk.nl

tel 023-5714745 e-mail m.groot@bureauvanvliet.com

waterkanonnen

De BrandweerWinkel

Holmatro Rescue Equipment

Van der Takstraat 70 3071 LM  Rotterdam T F E I

Mariëlle Groot

Postbus 33 4940 AA Raamsdonksveer

(010) 4863201 (010) 4233056 info@brandweerwinkel.nl www.brandweerwinkel.nl

T F E I

(0162) 589200 (0162) 422482 info@holmatro.com www.holmatro.com

P. v. Midd. Gelderland rood 15 6666 LS  HETEREN Leverancier van o.a. afzet­­­materiaal, handlampen, voertuiguitrusting, signa­lering, onderzoeksmateriaal

Mag-Lite Peli ATEX

Nijverheidswerf 37 1402 BV  Bussum Importeur van o.a.

Specialistisch wassen vraagt om de aandacht van een specialist.

T. 010-4379233 info@Lambert-co.com • www.Lambert-co.com

T F E I

(035) 6914476 (035) 6915474 info@safety-lux.nl www.safety-lux.nl

TBTA bv Rondven 4 Postbus 2674 NL-6026 ZH  Maarheeze ) +31 (0)495 - 59 22 90 2 +31 (0)495 - 59 10 14 info@marelkobenelux.nl www.marelkobenelux.nl

Electrolux Laundry Systems Wisselwerking 52 1112 XR Diemen Tel: 020-5692911 Fax: 020-5692239 www.dewas.nl

Mierloseweg 30b 5666 KA Geldrop Signaleringsapparatuur

Mapping Solutions ®

Verkeersvideoregistratie Ademanalyse-apparatuur Handlampen

Eme Prevent & Rescue International

Gespecialiseerd in de levering van: • ReFra © Deurcontroller (Ambulance, BHV, Brandweer, Politie) • Aed - & Zuurstofkoffers • Aed - & Zuurstoftraining • Aed Diefstalpreventie (RVS kast met codeslot) • Instructeursopleidingen (Aed, Bhv, Ehbo...Zuurstof)

Uw (bedrijfs) veiligheid ! Onze Zorg ! Voor meer informatie kijkt u op www.eme.nl

(026) 4790111 (026) 4790112 politietechniek@pol.nl www.pol.nl

Safety-Lux Nederland bv

Lambert & Co. Safety Flashlights / Cases

De Heze 21, NL-4824 BW BREDA T: +31(0)76 888 65 18, F: +31(0)84 745 90 79 M: +31(0)655 33 42 14 E: info@ctasafety.nl I: www.ctasafety.nl

T F E I

(040) 2801837 (040) 2801838 info@tbta.nl www.tbta.nl

VanDoClean

Stevenshof 21 5109 TX  ’s Gravenmoer (NB) Voor brandwachten en beveiliging!

Peelmanserf 10 5706 JZ Helmond

Tel. 0297 - 230590

Tel : +31 (0) 492 - 590 591 Fax : +31 (0) 84 - 7470 140 GSM : +31 (0) 6 - 5496 3793 E-mail: info@eme.nl

T F E I

www.paraatveiligheidsdiensten.nl

T F E I

(0162) 370390 (0162) 370392 info@vandoclean.nl www.vandoclean.nl

Adverteerders index advParaatVeiligheidsdiensten.indd 1

Acertys AutoPulse Brandweertrainingen.nl Centric EO Groot Jebbink Holmatro Rescue Equipment Hörmann KP Medical

38

Incident 8-2008

18 32 40 39 32 32 28 10 24

19-12-2007 08:57:07

LMAZ/KLPD Marelko Benelux Medicall Life Support Medisol Priodeck Pro Rescue Safety Equipment B.V. Storm Firefighting Support Tec Traffic Systems

10 18 28 2 4 32 13 4 24


V A K B E U R S

AMBULANCEZORG 30 OKT - 1 NOV A P E L D O O R N 8Zcig^X cdY^\i j j^i kddg KV`WZjgh 6bWjaVcXZodg\ Centric Healthcare Solutions neemt ook dit

TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN

jaar weer deel aan de Vakbeurs Ambulance-

Maak ook op onze stand kennis met onder

zorg. Op onze stand brengen wij u graag op

andere deze toekomstige ontwikkelingen:

de hoogte van onze nieuwste oplossingen en

• een koppeling met hartbewakings-

toekomstige ontwikkelingen!

apparatuur • de integratie van het BSN

Tijdens de beurs tonen wij OpenCare:AMBU,

• de ontwikkeling en integratie van

een geavanceerde oplossing voor uw

het e-spoeddossier, waaronder de

bedrijfsprocessensysteem dat automatisch

aankondiging SEH

declaraties doorstuurt naar uw zorgverzekeraars. Met de bijbehorende module Open-

GRAAG BEGROETEN WIJ U OP ONZE STAND!

Care:MDT maakt u digitale ritverwerking op de ambulance mogelijk. Kwaliteit- en efficiencyverbetering zijn gegarandeerd! Centric IT Solutions

KETENINTEGRATIE

Antwerpseweg 8

In de doorontwikkeling naar ketenintegratie

P.O. Box 338

is Centric al geruime tijd met de mobiele

2800 AH Gouda

ambulance-oplossing OpenCare:MDT

The Netherlands

voorbereid op de toekomst. Wij laten u

Phone +31 182 34 50 00

op de beurs zien dat de eerste stap met de

Fax

introductie van het slachtoffervolgsysteem

+31 182 34 50 01

info.hs@centric.nl

is afgerond, dat wordt ingezet in tijden van

www.centric.nl/zorg

opschaling naar ‘GRIP-situaties’.

DATA: DONDERDAG 30 EN VRIJDAG 31 OKTOBER EN ZATERDAG 1 NOVEMBER LOCATIE: AMERICAHAL, APELDOORN KIJK VOOR MEER INFORMATIE OP

WWW.CENTRIC.NL/ZORG

lll#XZcig^X#ca$odg\


WIJ BLIJVEN DE ZAAK HELDER ZIEN...

Vooral bij brand!!!

BOEK NU BIJ ONS DE COMPLETE CURSUS WARMTEBEELDCAMERA t 7&3)&-%&3&/% -&4#0&, t %"(%&&- 5)&03*& t %"(%&&- 13",5*+,53"*/*/( t "--& .0(&-*+,)&%&/ &/ 0/.0(&-*+,)&%&/ 7"/ 8&3,&/ .&5 8"3.5&#&&-%5&$)/*&,

Samen sterk...

www.brandweertrainingen.nl Brandweertrainingen.nl Postbus 28 7220 AA Steenderen

T (0575) 438 590 F (0575) 438 599 E info@brandweertrainingen.nl

Graag informeren wij u over de oefenmogelijkheden voor uw organisatie. Wilt u meer weten? neem dan vrijblijvend contact op met ons secretariaat, telefoon: (0575) 438 590 of via e-mail: info@brandweertrainingen.nl


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.