Dutch - The First Epistle to the Corinthians

Page 1


1Korintiërs

HOOFDSTUK1

1Paulus,geroepentotapostelvanJezusChristusdoorde wilvanGod,enSosthenes,onzebroeder, 2AandegemeentevanGoddieteKorintheis,aande geheiligdeninChristusJezus,geroepenheiligen,metallen dieinalleplaatsdeNaamvanJezusChristus,onzeHeere, aanroepen,zowelhunalsonzeHeere

3GenadezijuenvredevanGod,onzeVader,envande HeereJezusChristus

4IkdankmijnGodaltijdvooru,voordegenadevanGod dieudoorJezusChristusgegevenis.

5DatuinallesrijkbentgewordendoorHem,inalle woordeneninallekennis, 6ZoalshetgetuigenisvanChristusonderubevestigdis, 7Opdathetuaangeengaveontbreekt,terwijludekomst vanonzeHeereJezusChristusverwacht

8Dieuookzalbevestigentotheteinde,zodatu onberispelijkzultzijnopdedagvanonzeHeereJezus Christus

9Godisgetrouw,doorwieugeroepenbenttot gemeenschapmetzijnZoonJezusChristus,onzeHeer 10Enikvermaanu,broeders,indeNaamvanonzeHeere JezusChristus,datgijalleneensgezindspreektendater geenverdeeldheidonderuis,maardatgijvast aaneengeslotenzijt,éénvandenkenenéénvangevoelen

11Wantmijisoveru,mijnbroeders,doortoedoenvande huisgenotenvanChloëbekendgemaaktdatertwistenonder uzijn

12Ditzegik,omdatiedervanuzegt:IkbenvanPaulus, enikvanApollos,enikvanKefas,enikvanChristus

13IsChristusgedeeld?IsPaulusvoorugekruisigd?Of bentuindenaamvanPaulusgedoopt?

14IkdankGoddatikniemandvanugedooptheb,behalve CrispusenGajus,

15Opdatniemandzouzeggendatikinmijneigennaam gedooptheb

16IkhebookhethuisgezinvanStefanasgedoopt;ikweet overigensnietofiknogiemandandersgedooptheb

17WantChristusheeftmijnietgezondenomtedopen, maaromhetevangelieteverkondigen;nietmetwijsheid vanwoorden,opdathetkruisvanChristuskrachtelooszou worden

18Wanthetwoordoverhetkruisiswelvoorhendie verlorengaan,dwaasheid,maarvooronsdiebehouden worden,isheteenkrachtvanGod

19Wanterstaatgeschreven:Ikzaldewijsheidvande wijzentenietdoenenhetinzichtvandeverstandigenzalIk tenietdoen

20Waarisdewijze?Waarisdeschriftgeleerde?Waaris deonderzoekervandezewereld?HeeftGoddewijsheid vandezewereldnietdwaasgemaakt?

21WantaangeziendewereldindewijsheidvanGodGod nietheeftlerenkennen,heefthetGodbehaagddoorde dwaasheidvandepredikinghendiegeloven,zaligte maken.

22WantdeJodenverlangeneenteken,endeGrieken zoekenwijsheid

23MaarwijpredikenChristus,degekruisigde,voorde JodeneenstruikelblokenvoordeGriekeneendwaasheid, 24Maarvoorhendiegeroepenzijn,zowelJodenals Grieken,isChristusdekrachtGodsendewijsheidGods 25WanthetdwazevanGodiswijzerdandemensen,en hetzwakkevanGodissterkerdandemensen.

26Wantgijziet,broeders,uwroeping:erzijnnietveel wijzennaarhetvlees,nietveelmachtigen,nietveeledelen 27MaarGodheefthetdwazederwerelduitverkoren,om dewijzentebeschamen,enGodheefthetzwakkeder werelduitverkoren,omhetsterketebeschamen; 28EnhetonedeleenverachtevandewereldheeftGod uitverkoren,endatwatnietis,omaanhetgeenwelis,de dingenteniettedoen

29opdatgeenvleesvoorHemzouroemen.

30MaaruitHembentuinChristusJezus,Dievoorons vanGodisgewordenwijsheid,enrechtvaardigheid,en heiliging,enverlossing.

31Opdathetzalzijnzoalsgeschrevenstaat:Wieroemt, moetroemenindeHeere

HOOFDSTUK2

1Enik,broeders,toenikbijukwam,bennietmet verhevenheidvanwoordenofvanwijsheidgekomenomu hetgetuigenisvanGodteverkondigen

2Wantikhadbeslotennietsandersonderutewetendan JezusChristus,endiegekruisigd

3Enikwasbijuinzwakheid,eninvrees,eninveel beving

4Enmijnsprekenenmijnpredikingbestondennietin overtuigendewoordenvanmenselijkewijsheid,maarin betoonvangeestenkracht

5opdatuwgeloofnietzourustenopdewijsheidvan mensen,maaropdekrachtvanGod.

6Wijsprekenwijsheidonderdevolmaakten,maarhetis nietdewijsheidvandezewereldenvandemachtenvan dezewereld,dietenietgedaanworden.

7MaarwijsprekendewijsheidGods,alseengeheimenis, eenwijsheiddieverborgenisendieGodvóórdewereld totheerlijkheidvanonsheeftbestemd.

8Ditiseenfeitdatgeenvandeleidersvandezewereld gekendheeftAlszehetgewetenhadden,zoudenzede Heerderheerlijkheidnietgekruisigdhebben.

9Maarhetiszoalsgeschrevenstaat:Watgeenoogheeft gezienengeenoorheeftgehoordeningeenmensenhartis opgekomen,datheeftGodbereidvoorhendieHem liefhebben

10MaarGodheeftzeonsgeopenbaarddoorZijnGeest WantdeGeestonderzoektalledingen,zelfsdedieptenvan God

11Wantwievandemensenweetwatineenmensis,dan degeestvandemens,dieinhemis?Zoweetookdemens nietwatinGodis,dandeGeestvanGod 12Wijhebbenechternietdegeestvandewereld ontvangen,maardeGeestdieuitGodis,opdatwijzouden wetenwatonsdoorGodingenadegeschonkenis

13Hieroversprekenwijook,nietmetwoordendiede menselijkewijsheidonsleert,maarmetwoordendiede HeiligeGeestonsleert,zodatwijgeestelijkedingenmet geestelijkedingenvergelijken

14Maardenatuurlijkemensaanvaardtniethetgeenvande GeestGodsis,wanthetishemdwaasheidenhijkanhet nietverstaan,omdathetgeestelijkbeoordeeldwordt 15Maardegeestelijkemensbeoordeeltalledingen,zelf wordthijechterdoorniemandbeoordeeld.

16WantwieheeftdegedachtendesHerengekend,dathij Hemzouonderrichten?Maarwijhebbendegedachtenvan Christus.

HOOFDSTUK3

1Enik,broeders,konniettotusprekenalstotgeestelijken, maaralleenalstotvleselijken,alstotjongekinderenin Christus

2IkhebualleenmaarmelkgegevenengeenvleesTotnu toekonudatnietverdragen,enooknunogniet.

3Wantgijzijtnogvleselijk;wantterwijleronderunijd, twistentweedrachtis,zijtgijnietvleselijkenwandeltgij nietnaardemens?

4Wantterwijldeeenzegt:IkbenvanPaulus,endeander: IkbenvanApollos;zijtgijdannietvleselijk?

5WiezijndanPaulusenwieisApollos,andersdan dienarendoorwieutothetgeloofbentgekomen,zoalsde Heeraaneeniedergegevenheeft?

6Ikhebgeplant,Apollosheeftbegoten,maarGodheeftde wasdomgegeven

7Zoisdannochhijdieplant,nochhijdiebegiet,iets, maarGod,diedewasdomgeeft.

8Enwieplantenwiebegiet,zijnéén;eniederzalzijn eigenloonontvangennaarzijneigenarbeid

9WantwijzijnGodsmedearbeiders;Gods akkerbouwbedrijfbentu,Godsbouwwerkbentu

10NaardegenadeGods,diemijgegevenis,alseenwijs bouwmeester,hebikhetfundamentgelegd,eneenander bouwtdaaropMaarlaateeniedertoezien,hoehijdaarop bouwt

11Wantniemandkaneenanderfundamentleggendanwat gelegdis,namelijkJezusChristus

12Indiennuiemandopditfundamentbouwtmetgoud, zilver,edelgesteente,hout,hooiofstro, 13Iederswerkzalopenbaarworden,wantdedagzalhet duidelijkmaken,omdathetdoorvuuronthuldwordtEn hoedanigiederswerkis,zalhetvuurbeproeven.

14Alsiemandswerk,dathijeropgebouwdheeft, standhoudt,zalhijloonontvangen

15Wanneeriemandswerkverbrandt,zalhijschadelijden; maarhijzelfzalgeredworden,maarwelalsdoorvuurheen

16WeetunietdatuGodstempelbentendatdeGeestvan Godinuwoont?

17AlsiemanddetempelvanGodschendt,zalGodhem schendenWantdetempelvanGod,endatbentu,isheilig 18Laatniemandzichzelfbedriegen.Alsiemandonderu denktdathijwijsisindezewereld,laathijdwaasworden, opdathijwijszalzijn

19WantdewijsheidvandezewereldisdwaasheidbijGod Wanterstaatgeschreven:Hijvangtdewijzeninhun sluwheid.

20Enverder:DeHeerweetdatdegedachtenvande wijzenijdelzijn

21Laatdaaromniemandroemenopmensen,wantalle dingenzijnvanu;

22OfhetnuPaulusis,ApollosofKefas,ofdewereld,of hetleven,ofdedood,ofhetheden,ofdetoekomst,allesis vanu

23EnubentvanChristus,enChristusisvanGod.

HOOFDSTUK4

1Laatmenonszobeschouwen:alsdienaarsvanChristus enbeheerdersvandegeheimenissenvanGod

2Bovendienwordtvanbeheerdersverwachtdatzij betrouwbaarzijn

3Maarhetisvoormijietsheelkleinsdatikdooruofdoor mensengeoordeeldword.Ikoordeelzelfniet.

4Wantikweetnietsuitmijzelf,entochwordikhierdoor nietgerechtvaardigd;maarHijdiemijoordeelt,isde HEERE.

5Oordeeldaaromnietvóórdetijd,totdatdeHeere gekomenisHijzalookaanhetlichtbrengenwatinde duisternisverborgenis,enderaadslagenvanhethart openbaarmakenEndanzaliedermenslofvanGod ontvangen

6Endezedingen,broeders,hebikopmijzelfenop Apollosovergebracht,terwillevanu,opdatuvanonszou lerendemensennietteverheffenbovenhetgeen geschrevenstaat,opdatniemandvanuopgeblazenwordt tenopzichtevandeander

7Wantwieonderscheidtuvaneenander?Enwathebtu datunietontvangenhebt?Enalsuhetontvangenhebt,wat roemtudan,alsofuhetnietontvangenhad?

8Nuzijtgijverzadigd,nuzijtgijrijk,gijhebtalskoningen geregeerdzonderons;enoch,ikwensteweldatgijkoning waart,danzoudenookwijmeturegeren

9WantikbenvanmeningdatGodons,apostelen,de laatstenheeftaangewezen,alszijndebestemdvoordedood, wantwijzijneenschouwspelgewordenvoordewereld, voorengelenenvoormensen

10WijzijndwaasomChristus'wil,maarubentwijsin ChristusWijzijnzwak,maarubentsterkUbenteerbaar, maarwijwordenveracht

11Totopdithuidigeuurlijdenwijhongerendorst,zijn naaktenwordenmishandeld,enhebbengeenvaste woonplaats;

12Enarbeiden,werkendmetonzeeigenhanden;worden wijuitgescholden,danzegenenwij;wordenwijvervolgd, danverdragenwijhet

13Wijzijnbelasterdensmeken:wijzijngemaaktalshet uitwerpselenvandewereldenhetuitvaagselvanalle dingentotopdedagvanvandaag.

14Ikschrijfudezedingennietomutebeschamen,maar alsmijngeliefdekinderenwaarschuwiku

15WantalhebtutienduizendleermeestersinChristus, tochhebtunietveelvaders.WantinChristusJezushebik uverwektdoorhetEvangelie

16Daaromsmeekiku:weesmijnnavolgers

17DaaromhebikTimotheüsnaarutoegestuurd,diemijn geliefdeentrouwezoonisindeHeerHijzaluherinneren aanmijnwegen,dieinChristuszijn,zoalsikoveralinelke gemeenteleer

18SommigenzijnopgeblazenendenkendatIknietnaaru toewilkomen.

19Maarikzalbinnenkortbijukomen,alsdeHeerhetwil, enikzalnietdewoordenvandeopgeblazenenkennen, maardekracht

20WanthetKoninkrijkvanGodbestaatnietinwoorden, maarinkracht.

21Watwiltu?Zalikmetderoedetotukomen,ofinliefde enindegeestvanzachtmoedigheid?

HOOFDSTUK5

1Hetgeruchtgaatdateronderuhoererijvoorkomt,enwel eenvormvanhoererijdieonderdeheidenennietvoorkomt: datiemanddevrouwvanzijnvaderheeft.

2Engijzijtopgeblazen,enhebtnietveeleerrouw bedreven,opdathij,diedezedaadgedaanheeft,uituw middenzouwordenweggenomen.

3Wantik,dienaarhetlichaamafwezigben,maarnaarde geestaanwezig,hebreedsgeoordeeld,alsofikaanwezig was,overhemdiedezedaadheeftgedaan,

4IndenaamvanonzeHeerJezusChristus,wanneeru samenkomt,enmijngeest,metdekrachtvanonzeHeer JezusChristus,

5Omzoiemandoverteleverenaandesatan,totverderf vanhetvlees,opdatdegeestbehoudenzouwordenopde dagvandeHeereJezus.

6UwroemisnietgoedWeetgijniet,dateenweinig zuurdeeghetgeheledeegzuurmaakt?

7Zuivertdanhetoudezuurdeeguit,opdatgijeennieuw deegmoogtzijn,gelijkgijongezuurdzijtWantookons Paschaisvooronsgeslacht:Christus

8Latenwijdaaromfeestvieren,nietmetoudzuurdeeg, nochmetzuurdeegvanslechtheidenboosheid,maarmet hetongezuurdebroodvanoprechtheidenwaarheid

9Ikhebuindebriefgeschrevendatunietmethoereerders moetomgaan:

10Maarweesnietinhetalgemeengelijkaande hoereerdersvandezewereld,ofaandehebzuchtigen,of aanderovers,ofaandeafgodendienaarsWantdanzouu weluitdewereldmoetengaan

11Maarnuhebikugeschrevendatunietmetiemand moetomgaandie,terwijlhijeenbroederheet,een hoereerder,eengeldgierigpersoon,eenafgodendienaar, eenlasteraar,eendronkaardofeenroveris.Metzoiemand magubeslistnieteten

12Wantwatmoetikdoenomookhenteoordelendie buitenzijn?Oordeeltuniethendiebinnenzijn?

13Maarhendiebuitenzijn,oordeeltGodDoedaaromdie bozeuituwmiddenweg.

HOOFDSTUK6

1Durftiemandvanu,dieeengeschilheeftmeteenander, voordeonrechtvaardigenteverschijnenennietvoorde heiligen?

2Weetunietdatdeheiligendewereldzullenoordelen?En alsdewerelddoorugeoordeeldwordt,bentudan onwaardigomoverdekleinstezakenteoordelen?

3Weetunietdatwijengelenzullenoordelen?Hoeveelte meerdanoverdingendiebetrekkinghebbenopditleven?

4Alsudanoverzakenvanditlevenmoetoordelen,laat hendanoordelenoverdegenendiehetminstgeachtzijnin degemeente

5Ikspreektotuwschande:Ishetzo,datergeenwijsman onderuis?Nee,niemanddieinstaatzalzijnomte oordelentussenzijnbroeders?

6Maardeenebroedergaatmetdeanderebroederinrechte, endatnogwelvoordeogenvanongelovigen.

7Erisnuduseenvolkomenmisstaponderu,omdatumet elkaarnaarhetrechtgaatWaaromneemtunietliever onrecht?Waaromlaatuzichnietlieverbenadelen?

8Nee,gijdoetonrechtenbedriegt,endatnogweluw broeders

9Weetgijniet,datonrechtvaardigenhetKoninkrijkGods nietbeërvenzullen?Dwaaltniet:nochhoereerders,noch afgodendienaars,nochoverspelers,nochschandknapen, nochmannendiemetmannenslapen,

10Nochdieven,nochgeldgierigen,nochdronkaards,noch lasteraars,nochroverszullenhetKoninkrijkGodsbeërven.

11Sommigenvanuzijndatwelgeweest,maarubent afgewassen,maarubentgeheiligd,maarubent gerechtvaardigdindeNaamvandeHeereJezusendoorde GeestvanonzeGod

12Allesismijgeoorloofd,maarnietallesisnuttigAllesis mijgeoorloofd,maarikzalmijaangeenenkelemacht onderwerpen

13Spijzenvoordebuik,endebuikvoorspijzen;maarGod zalbeide,zowelhetzelvealsdieverdelgen.Nuishet lichaamnietvoorhoererij,maarvoordeHeere,ende Heerevoorhetlichaam

14EnGodheeftdeHeeropgewekt,enHijzalookons opwekkendoorzijneigenkracht

15Weetgijniet,datuwlichamenledenvanChristuszijn? ZalikdandeledenvanChristusnemenenzetotledenvan eenhoermaken?Volstrektniet

16Weetunietdatwiezichaaneenhoerhecht,één lichaamis?Wantdetwee,zegtHij,zullenéénvleeszijn.

17MaarwiezichaandeHeerhecht,isééngeest 18VliedtdehoererijAllezonde,dieeenmensdoet,is buitenhetlichaam;maardiehoererijbedrijft,zondigttegen zijneigenlichaam

19Weetuniet,datuwlichaameentempelisvande HeiligeGeest,DieinuwoontenDieuvanGodontvangen hebt,endatunietvanuzelfbent?

20WantubentgekochtenbetaaldVerheerlijkdaarom Godmetuwlichaamenmetuwgeest,dievanGodzijn.

HOOFDSTUK7

1Watnudedingenbetreftwaaroverumijgeschrevenhebt: Hetisgoedvooreenmanomgeenvrouwaanteraken.

2Maaromhoererijtevermijden,moetiederemanzijn eigenvrouwhebbeneniederevrouwhaareigenman

3Laatdemanzijnvrouwdebarmhartigheidbetonendie hemtoekomt,enevenzodevrouwjegenshaarman.

4Devrouwheeftnietzelfdemachtoverhaarlichaam, maardeman;enevenzoheeftdemannietzelfdemacht overzijnlichaam,maardevrouw

5Bedriegelkaarniet,tenzijhetmetwederzijdse instemmingisvooreenbepaaldetijd,omutewijdenaan vastenengebedKomdanweersamen,opdatSatanuniet opdeproefsteltvanwegeuwgebrekaanzelfbeheersing 6Maarikzegdituitvrijewilennietuitbevel.

7WantikwildatallemensenzijnzoalsikzelfMaarieder mensheeftzijngavevanGod,deeenopdezewijze,ende anderopdiewijze

8Daaromzegiktotdeongehuwdenendeweduwen:hetis goedvoorhen,alszijblijvenzoalsik.

9Maaralszezichnietkunnenbeheersen,latenzedan trouwenWanttrouwenisbeterdanbranden

10Enaandegetrouwdengebiedik,dochnietik,maarde Heere:Devrouwmagnietscheidenvanhaarman

11Maaralszijweggaat,moetzijongehuwdblijvenofzich methaarmanverzoenenEneenmanmagzijnvrouwniet verstoten

12Maartotdeoverigenzegik,nietdeHeer:Alseen broedereenongelovigevrouwheeftenzijwilbijhem blijven,danmoethijhaarnietverstoten

13Eneenvrouwdieeenongelovigemanheeft,endiewil bijhaarblijven,moethemnietverlaten

14Wantdeongelovigemanisgeheiligddoorzijnvrouw, endeongelovigevrouwisgeheiligddoorhaarman. Anderswarenuwkinderenonrein,maarnuzijnzijheilig

15Maarindiendeongelovigeweggaat,laathijweggaan Eenbroederofzusterisinzulkegevallennietgebonden, maarGodheeftonstotvredegeroepen

16Wanthoeweetu,vrouw,ofuuwmanzultredden?En hoeweetu,man,ofuuwvrouwzultredden?

17MaargelijkGodaaniedermensheeftuitgedeeld,gelijk deHeereiedergeroepenheeft,alzowandelehijEnalzo ordenikinallegemeenten.

18Wordtiemandbesnedengeroepen?Laathijniet onbesnedenwordenWordtiemandonbesnedengeroepen? Laathijnietbesnedenworden.

19Besnedenzijnbetekentnietsenonbesnedenzijn betekentniets,maarhethoudenvandegebodenvanGod

20Laatiedermensinderoepingblijvenwaarmeehij geroepenis

21Wordtueenslaafgenoemd?Maakudaargeenzorgen over.Maaralsuvrijkuntworden,gebruikhetdanliever.

22WantwieindeHeeregeroepenis,iseenslaaf,endus eenvrije,enduseenslaafvandeHeereEvenzoisookwie vrijgeroepenis,eenslaafvanChristus.

23Julliezijngekochtenbetaald;weesgeenslavenvan mensen

24Broedersenzusters,laatiedermensdaarinbijGod blijven,waarinhijgeroepenis

25Watdemaagdenbetreft,hebikgeengebodvandeHeer Tochgeefikmijnoordeel,alsiemanddiede barmhartigheidvandeHeerheeftontvangenomtrouwte zijn.

26Ikverondersteldaaromdatditgoedisvoordehuidige nood,ikzegdathetgoedisvooreenmensomzotezijn

27Zijtgijaaneenvrouwgebonden?Zoeknietom losgemaaktteworden.Zijtgijvaneenvrouwlosgemaakt? Zoekgeenvrouw

28Maarindiengijtrouwt,hebtgijnietgezondigd;en indieneenmaagdtrouwt,heeftzijnietgezondigdDoch zulkezullenmoeitehebbeninhetvlees;maarIkspaaru

29Maarditzegik,broeders,detijdiskort.Hetblijftzo, datzijdieeenvrouwhebben,zijnalsofzijergeenhebben

30Enzijdiewenen,alsofzijnietwenen;enzijdiezich verheugen,alsofzijzichnietverheugen;enzijdiekopen, alsofzijnietbezitten;

31Enzijdievandezewereldgebruikmaken,makener geenmisbruikvan.Wantdegedaantevandezewereldgaat voorbij

32Maarikwildatuzonderzorgbent.Deongehuwde zorgtvoordedingendiedesHerenzijn,hoehijdeHeren zalbehagen

33Maardegetrouwdemanzorgtvoordedingenvande wereld,hoehijzijnvrouwkanbehagen.

34Erisookonderscheidtusseneenvrouweneenmaagd DeongehuwdevrouwzorgtvoordedingenvandeHeer, opdatzijheiligzij,zowelinlichaamalsingeest;maarde getrouwdevrouwzorgtvoordedingenvandewereld,hoe zijhaarmanzalbehagen.

35Enditzegikinuweigenbelang;nietomeenvalstrik voorutewerpen,maaromhetgoedetedoenenopdatu ongestoorddeHeerdient.

36Maaralsiemanddenktdathijzichonfatsoenlijk gedraagttegenoverzijnmaagd,alszijdebloeivanhaar levengepasseerdisendebehoefteaanhaarmanvoelt,laat hijdandoenwathijwil,hijzondigtniet:laathentrouwen

37Maarwievaststaatinzijnhart,geenbehoefteheeft, maarmachtheeftoverzijneigenwileninzijnhart beslotenheeftzijnmaagdtebewaren,diedoetgoed

38Wiehaardusuithuwelijkt,doetgoed;maarwiehaar nietuithuwelijkt,doetbeter.

39Zolanghaarmanleeft,iseenvrouwgebondenaande wetMaaralshaarmangestorvenis,magzetrouwenmet wiezewil,maaralleenindeHeer.

40Maarzijisgelukkiger,indienzijzoblijft,naarmijn oordeel;enikmeenook,datikdeGeestGodsheb

HOOFDSTUK8

1Watnudedingenbetreftdieaanafgodengeofferdzijn, wijwetendatwijallenkennishebbenKennismaakt opgeblazen,maarliefdesticht

2Enindieniemanddenktdathijietsweet,weethijnog nietszoalshijzoumoetenweten

3MaaralsiemandGodliefheeft,danisdataanhem bekend.

4Watdanhetetenvandedingenbetreftdieaanafgoden geofferdzijn,wetenwijdateenafgodnietsisindewereld endatergeenandereGodisdanEén.

5Wantalzijnerzogenaamdegoden,hetzijindehemel, hetzijopdeaarde(zoalservelegodenenveleherenzijn), 6MaarvooronsisermaaréénGod,deVader,uitwiealle dingenzijnenwijtotHem,enéénHeer,JezusChristus, doorwiealledingenzijnenwijdoorHem.

7MaarnietbijiedereenisdiekennisaanwezigWant sommigen,dienogsteedseengewetenvanafgoderij hebben,etenhetalseenafgodsofferEnhungeweten,dat zwakis,wordterdoorverontreinigd.

8MaarhetvleesmaaktonsnietaantrekkelijkvoorGod Wantalswijeten,wordenwijnietbeter,enalswijniet eten,wordenwijnietslechter

9Maarweesopuwhoededatdezevrijheid,dieuhebt, geenstruikelblokwordtvoorhendiezwakzijn.

10Wantindieniemandu,diekennishebt,indetempelvan deafgodzietaanzitten,zalhetgewetenvanhemdiezwak is,nietaangemoedigdwordenomteetenvanhetgeenaan deafgodengeofferdis?

11Enzoudooruwkennisdezwakkebroederverloren gaan,voorwieChristusgestorvenis?

12Maarwanneeruzotegendebroederszondigtenhun zwakkegewetenkwetst,zondigtutegenChristus.

13Daarom,alsvleesmijnbroedertotstruikelenbrengt,zal ikzolangdewereldbestaatgeenvleesmeereten,opdatik mijnbroederniettotstruikelenbreng

HOOFDSTUK9

1Benikgeenapostel?Beniknietvrij?HebiknietJezus Christus,onzeHeer,gezien?Zijnjullienietmijnwerkin deHeer?

2Alsikvooranderengeenapostelben,danbenikhetvoor uzekerwelWanthetzegelvanmijnapostelschapbentu indeHeer.

3Ditismijnantwoordaanhendiemijonderzoeken: 4Hebbenwijnietdemachtomteetenentedrinken?

5Hebbenwijnietdemachtomeenzuster,eenvrouw,rond teleiden,evenalsdeandereapostelen,enzoalsdebroeders vandeHeerenKefas?

6OfhebbenalleenBarnabaseniknietdemachtomniette werken?

7Wiegaaterooitopeigenkostentenstrijde?Wieplant eenwijngaardeneetnietvandevruchtervan?Ofwie weidteenkuddeeneetnietvandemelkvandekudde?

8Zegikditalsmens?Ofzegtdewethetzelfdeookniet?

9WantindewetvanMozesstaatgeschreven:Gijzultden dorsendeosnietmuilbandenZorgtGoddanvoordeossen?

10Ofzegthijhetgeheelomonzentwil?Omonzentwilis ditgeschreven:datwieploegt,inhoopmoetploegen,en datwieinhoopdorst,deelgenootmoetwordenvanzijn hoop

11Alswijhetgeestelijkevoorugezaaidhebben,ishetdan veel,alswijhetvleselijkevooruoogsten?

12Indienanderendezemachtoverudeelachtigzijn,zijn wijhetdannietveeleer?Wijhebbendezemachtechterniet gebruikt,maarverdragenalles,opdatwijhetEvangelievan Christusnietzoudentegenhouden

13Weetunietdatzijdiedeheiligedingendienen,vande dingenvandetempelleven,endatzijdiebijhetaltaar dienen,methetaltaardelen?

14ZoheeftdeHeerbepaalddatzijdiehetEvangelie verkondigen,vanhetEvangeliemoetenleven

15MaarikhebgeenvandezedingengebruiktIkhebdit ooknietopgeschrevenmetdebedoelingdathetmijzozou overkomenWanthetzoubetervoormijzijntestervendan datiemandmijnroemtenietzoudoen.

16WantalverkondigikhetEvangelie,hetisvoormijgeen redenomteroemenWantdenoodismijopgelegdWee mij,indienikhetEvangelienietverkondig

17Wantalsikhetvrijwilligdoe,hebikloon;maaralsik hettegenmijnwildoe,ismijdeuitdelingvanhet Evangelietoevertrouwd

18Watisdanmijnloon?Voorwaar,datik,wanneerikhet Evangelieverkondig,hetEvangelievanChristuskosteloos verkondig,opdatikmijnmachtinhetEvangelieniet misbruik

19Wanthoewelikvrijbenvanallen,hebikmijtochtot slaafvanallengemaakt,omerdestemeertewinnen.

20EnvoordeJodenbenikgewordenalseenJood,omde Jodentewinnen;voorhendieonderdewetzijn,benik

gewordenalsonderdewet,omhendieonderdewetzijn, tewinnen.

21Aanhendiezonderwetzijn,wordikalszonderwet gezien(ikbennietzonderwetvoorGod,maar onderworpenaandewetvoorChristus),opdatikhenzou winnendiezonderwetzijn

22Voordezwakkenbenikalseenzwakkegeworden,om dezwakkentewinnen.Ikbenvoorallenallesgeworden, ominelkgevalsommigenteredden

23EnditdoeikterwillevanhetEvangelie,opdatikermet udeelaanzoukrijgen

24Weetgijniet,datzij,dieindeloopbaanlopen,allenwel lopen,maardatslechtsééndeprijsontvangt?Looptalzo, datgijdiemoogtverkrijgen

25Eneeniederdienaardeheerschappijstrijdt,isinalles beheerst.Nudoenzijdatomeenvergankelijkekroonte verkrijgen,maarwijeenonvergankelijke

26Daaromloopikzo,nietalsiemanddieonzekeris;zo vechtik,nietalsiemanddieindeluchtslaat.

27Maariktuchtigmijnlichaamenhoudhetinbedwang, omtevoorkomendatik,naanderengepredikttehebben, zelfverworpenword.

HOOFDSTUK10

1Enikwilniet,broeders,datuonwetendbentvanhetfeit datonzevaderenallenonderdewolkwarenenallendoor dezeegingen.

2EnzijlietenzichalleninMozesdopenindewolkenin dezee;

3Enzijatenallenhetzelfdegeestelijkevoedsel;

4Enzijdronkenallendezelfdegeestelijkedrank,wantzij dronkenuiteengeestelijkerots,diehenvolgde;endierots wasChristus.

5MaarinvelenvanhenhadGodgeenwelgevallen,want zijwerdenindewoestijnverslagen

6Dezedingenzijnonstotvoorbeeldgeweest,opdatwij geenlustzoudenhebbenaanhetkwade,zoalszijlust hadden

7Enweesookgeenafgodendienaars,zoalssommigenvan hen,zoalsgeschrevenstaat:Hetvolkgingzittenomteeten entedrinken,enstondopomtespelen

8Latenwijookgeenhoererijbedrijven,zoalssommigen vanhendeden,enervielenopééndag drieentwintigduizendmensen

9LatenwijChristusooknietverzoeken,zoalssommigen vanhendeden,enzijwerdendoordeslangengedood

10Enmorniet,zoalssommigenvanhenmorden,enzij werdendoordeverderververdelgd

11Aldezedingenzijnhunoverkomenalsvoorbeeldenen zijnopgeschreventotwaarschuwingvoorons,overwiehet eindevandewereldgekomenis.

12Daarom,wiemeenttestaan,moetoppassendathijniet valt

13Uhebtgeenbovenmenselijkeverzoekingtedoorstaan EnGodisgetrouw:Hijzalnietgedogendatuboven vermogenverzochtwordt,maarHijzalmetdeverzoeking ookvoordeuitkomstzorgen,zodatuertegenbestandbent 14Daarom,mijngeliefden,vluchtvoordeafgoderij 15Ikspreekalstotverstandigemensen;oordeeltgijover watikzeg

16Debekerderdankzegging,diewijzegenen,isdatniet degemeenschapmethetbloedvanChristus?Hetbrood, datwijbreken,isdatnietdegemeenschapmethetlichaam vanChristus?

17Wantwij,metvelen,zijnéénbroodenéénlichaam.Wij hebbenimmersallendeelaanhetenebrood

18Zie,hetisIsraëlnaarhetvleesHebbenzijdievande offerseten,nietookdeelaanhetaltaar?

19Watzegikdan?Iseenafgodiets,ofisdatgenewataan afgodengeofferdwordtiets?

20Maarikzeg,datwatdeheidenenofferen,zijofferenaan duivelsennietaanGod;enikwilniet,datgijgemeenschap hebtmetdeduivels.

21JulliekunnennietdedrinkbekervandeHeerdrinkenén dedrinkbekervandeduivelen;julliekunnennietaande tafelvandeHeerzittenénaandetafelvandeduivelen.

22MakenwijdeHeerjaloers?Zijnwijsterkerdanhij?

23Allesismijgeoorloofd,maarnietallesisnuttigAllesis mijgeoorloofd,maarnietallesbouwtop.

24Laatniemandzijneigenvoordeelzoeken,maarlaat iederhetbezitvaneenanderzoeken

25Eetalleswatindepuinhopenverkochtwordt,zonderer omgewetensredenenvragenovertestellen

26WantdeaardeisvandeHEERE,enalwatzijbevat

27Alsiemandvandeongelovigenuuitnodigtvooreen feestmaal,enutochzinhebtomtegaan,eetdanwatu wordtvoorgezet,zondererietsovertevragen,omwillevan uwgeweten.

28Maaralsiemandtegenuzegt:Ditiseenafgodenoffer, eethetdanniet,omwillevanhemdiehettekennenheeft gegevenenomwillevanhetgeweten.Wantdeaardeisvan deHEEREenalwateropis

29Ikzegnietdathetuwehetgewetenis,maardatvande ander.Waaromzouikmijnvrijheidimmerslatenafhangen vanhetgewetenvaneenander?

30Wantalsikuitgenadedeelhebaandegenade,waarom wordikdangelasterdomdatgenewaarvoorikdankzeg?

31Ofuduseetofdrinktofietsandersdoet,doeallester erevanGod

32Geefniemandaanstoot,nochdeJoden,nochde heidenen,nochdegemeentevanGod

33Zoalsikinallesaanallemensentegemoetkom,zoekik nietmijneigenvoordeel,maarhetvoordeelvanvelen, opdatzijbehoudenworden

HOOFDSTUK11

1Weesmijnnavolgers,zoalsookikChristusnavolg.

2Enikprijsu,broeders,datuinallesaanmijdenktende bepalingeninachtneemt,zoalsikzeaanuheb overgeleverd

3Maarikwildatuweetdathethoofdvaniedereman Christusis,enhethoofdvandevrouwdeman,enhet hoofdvanChristusGod

4Iedereendiebidtofprofeteertmetbedekthoofd,brengt zijnhoofdteschande

5Maariederevrouwdiebidtofprofeteertmetonbedekt hoofd,brengthaarhoofdteschandeWantdatisnetzoiets alswanneerzijkaalgeschorenis

6Wantindieneenvrouwnietbedektis,moetzijzichook latenscherenMaarindienhetvooreenvrouweenschande

isomgeschorenofkaalgeschorentezijn,moetzijzich bedekken.

7Wanteenmanhoeftzijnhoofdniettebedekken,omdat hijhetbeeldendeheerlijkheidvanGodis;maardevrouw isdeheerlijkheidvandeman.

8Wantdemanisnietuitdevrouw,maardevrouwuitde man

9Ookdemanisnietgeschapenomdevrouw,maarde vrouwomdeman

10Daarommoetdevrouwmachtophaarhoofdhebben, vanwegedeengelen

11MaarindeHeerisnochdemanzonderdevrouw,noch devrouwzonderdeman.

12Wantzoalsdevrouwuitdemanis,zoisookdeman doordevrouw;maarallesisuitGod

13Oordeeltbijuzelf:ishetwelgevallig,dateenvrouw zonderhaargezichttotGodbidt?

14Leertdenatuurzelfunietdathetvooreenmaneen schandeislanghaartedragen?

15Maaralseenvrouwlanghaardraagt,isdateeneervoor haarHethaarishaarimmersgegevenalseenbedekking

16Maaralsiemanddeindrukheeftdathijtwistziekis,dan hebbenwijgeendergelijkegewoonte,endegemeentenvan Godevenmin

17Enwatikuverkondig,daarprijsikunietvoor:datuw samenkomstniettotvoordeelstrekt,maartotnadeel

18Wantteneerstehoorikdaterverdeeldheidonderuis, wanneeruindegemeentesamenkomt.Enikgeloofhetten dele

19Wantermoetenookketterijenonderuzijn,opdatzijdie betrouwbaarzijn,onderuopenbaarworden.

20Wanneerudusopéénplaatssamenkomt,isdatnietom hetavondmaaltegebruiken

21Wantalsiemandeet,gebruikthijeerstzijneigen maaltijd;deeenheefthonger,deanderisdronken 22Wat?Hebtgijniethuizenomteetenentedrinken?Of verachtgijdegemeenteGods,enbeschaamtgijdegenen, dieniethebben?Watzalikuzeggen?Zalikudaarin prijzen?Ikprijsuniet

23WantikhebvandeHeereontvangen,hetgeenikook aanuovergeleverdheb,datdeHeereJezusindenacht,in welkeHijovergeleverdwerd,broodnam;

24EnnadatHijgedankthad,brakHijhetbroodenzei: Neem,eet,ditisMijnlichaam,datvoorugebrokenwordt; doedittotMijngedachtenis

25OpdezelfdewijzenamHijookdedrinkbeker,nadatHij demaaltijdhadgehouden,enzei:Dezedrinkbekerishet nieuwetestamentinMijnbloed;doedit,zodikwijlsalsu diedrinkt,totMijngedachtenis

26Wantzodikwijlsalsgijditbroodeetenuitdebeker drinkt,verkondigtgijdedooddesHeren,totdatHijkomt

27Daaromzaliedereendieoponwaardigewijzeditbrood eetendedrinkbekervandeHeerdrinkt,zichschuldig makenaanhetlichaamenbloedvandeHeer

28Maarlaatiederzichzelfbeproeven,endanvanhet broodetenenuitdebekerdrinken

29Wantwieoponwaardigewijzeeetendrinkt,eeten drinkttotoordeeloverzichzelf,omdathijhetlichaamvan deHeernietonderscheidt

30Daaromzijneronderuveelzwakkenenzieken,en velenslapen

31Wantalswijonszelfzoudenoordelen,zoudenwijniet geoordeeldworden.

32Maaralswijgeoordeeldworden,wordenwijdoorde Heergetuchtigd,opdatwijnietmetdewereldveroordeeld zoudenworden.

33Daarom,broeders,wanneerusamenkomtomteeten, wachtdanopelkaar

34Enindieniemandhongerheeft,dieeetthuis,opdatgij nietsamenkomttotveroordelingEnderestzalIkinorde stellen,wanneerIkkom

HOOFDSTUK12

1Watnudegeestelijkegavenbetreft,broeders,wilikniet datuonwetendbent

2Julliewetendatjullieheidenenwarenendatjullieje lietenmeeslependoordezestommeafgoden,zoalsjullie ookgeleidwerden

3Daarommaakikuduidelijkdatniemand,diedoorde GeestvanGodspreekt,JezusvervloektEnniemandkan zeggendatJezusHeeris,dandoordeHeiligeGeest

4Erzijnwelverschillendegaven,maartochishetdezelfde Geest

5Enerzijnverschilleninbestuur,maarhetisdezelfde Heer.

6Enerisverscheidenheidinwerkingen,maarhetis dezelfdeGoddieallesinallenbewerkt

7MaardeopenbaringvandeGeestwordtaaniedermens gegeventotwelzijn

8WantaandeeenwordtdoordeGeesteenwoordvan wijsheidgegeven,enaaneenandereenwoordvankennis, doordezelfdeGeest;

9AaneenanderhetgeloofdoordezelfdeGeest;aaneen anderdegavenvangenezingendoordezelfdeGeest;

10Aaneenanderdewerkingvanwonderen,aaneenander deprofetie,aaneenanderhetonderscheidenvangeesten, aaneenanderallerleitalen,aaneenanderdeuitleggingvan talen

11Maaraldezedingenzijnhetwerkvanéénendezelfde Geest,dieaaniederafzonderlijkuitdeelt,zoalsHijwil.

12Wantzoalshetlichaaméénisenveleledenheeft,enal deledenvanditenelichaam,hoewelvele,éénlichaam vormen,zoishetookmetChristus.

13WantookwijallenzijndooréénGeesttotéénlichaam gedoopt,hetzijwijJodenzijn,hetzijGrieken,hetzijslaven, hetzijvrijen;enwijzijnallenmetéénGeestdoordrenkt.

14Wanthetlichaambestaatnietuitéénlid,maaruitvele 15Indiendevoetzouzeggen:Omdatikdehandnietben, behoorikniettothetlichaam;behoorthijdaaromniettot hetlichaam?

16Enalshetoorzouzeggen:Omdatikhetoognietben, behoorikniettothetlichaam,behoorthetdaaromniettot hetlichaam?

17Alshethelelichaameenoogwas,waarwasdanhet gehoor?Alshethelelichaameengehoorwas,waarwas dandereuk?

18MaarnuheeftGoddeleden,elkafzonderlijk,inhet lichaamhunplaatsgegeven,zoalsHijgewildheeft 19Enalszeallemaaléénlidwaren,waarwashetlichaam?

20Maarnuzijnerwelveleleden,maartochisermaaréén lichaam

21Enhetoogkannietzeggentotdehand:Ikhebuniet nodig,ofvervolgenshethoofdtotdevoeten:Ikhebuniet nodig

22Ja,veelmeernogzijndeledenvanhetlichaamdiehet zwakstschijnentezijn,noodzakelijk.

23Enaandeledenvanhetlichaamdiewijhetminsteervol achten,betuigenwijovervloedigereer,enonzeminder fraaiedelenontvangenovervloedigerschoonheid.

24Wantonzemooiedelenhebbendatnietnodig,maar Godheefthetlichaamsamengesteld,dooraanhetdeeldat gebrekhad,overvloedigereertegeven

25opdatergeenverdeeldheidinhetlichaamzouzijn, maardatdeledendezelfdezorgvoorelkaarzoudendragen.

26Enalséénlidlijdt,lijdenalleledenmee;alséénlideer ontvangt,verblijdenalleledenzichmee

27JulliezijnhetlichaamvanChristuseniedervoorzich leden

28EnGodheeftsommigenaangesteldindegemeente,ten eersteapostelen,tentweedeprofeten,tenderdeleraars, vervolgenskrachten,vervolgensgavenvangenezingen, hulpmiddelen,regeringen,verscheidenheidvantalen

29Zijnzijallenapostelen?Zijnzijallenprofeten?Zijnzij allenleraars?Zijnzijallenwonderenaanhetdoen?

30Hebbenzijallengavenvangenezing?Sprekenzijallen intongen?Vertolkenzijallendewoorden?

31StreefnaardebestegavenEnikwijsueenwegdienog veelverdergaat

HOOFDSTUK13

1Alzouikdetalenvandemensenenvandeengelen spreken,alsikdeliefdeniethad,danzouikklinkendkoper ofeenschallendecimbaalzijn

2Enalhadikdegavevanprofetie,enalwistikalle geheimenissenenallekennis,enalhadikalhetgeloof, zodatikbergenverzette,maarikhaddeliefdeniet,ikwas niets.

3Alzouikalmijnbezittingenuitdelentotspijzevande armen,enalzouikmijnlichaamovergevenomverbrandte worden,alsikdeliefdenietheb,zouhetmijnietsbaten.

4Deliefdeisgeduldigenvriendelijk;deliefdeisniet afgunstig;deliefdeisnietpronkzuchtig,zijisniet opgeblazen,

5Zijgedraagtzichnietonbetamelijk,zijzoektzichzelfniet, zijwordtnietlichtvaardiggeprikkeld,zijrekenthetkwade niet;

6Zijverheugtzichnietoverongerechtigheid,maarzij verheugtzichoverdewaarheid;

7Allesbedektzij,allesgelooftzij,alleshooptzij,alles verdraagtzij

8Deliefdevergaatnimmermeer;maarprofetieënzullen tenietgedaanworden;talenzullenverstommen;kenniszal tenietgedaanworden

9Wantonskennenistendele,enonsprofeterenistendele 10Maarwanneerhetvolmaaktegekomenis,zalhet onvolmaaktetenietgedaanworden

11Toenikeenkindwas,sprakikalseenkind,dachtikals eenkind,dachtikalseenkindMaarnuikeenmanben geworden,hebikafgelegdwatkinderlijkwas

12Wantnuzienwijnogdooreenspiegel,inraadselen, maarstraksvanaangezichttotaangezichtNukenikten dele,maardanzalikkennenzoalsikgekendben

13Ennublijvengeloof,hoopenliefde,dezedrie,maarde grootstevandezeisdeliefde.

HOOFDSTUK14

1Jaagdeliefdenaenstreefnaardegeestelijkegaven,en vooraldaarnaar,datgijmagprofeteren

2Wantwieineenvreemdetaalspreekt,spreektniettot mensen,maartotGod;wantniemandverstaathet;maarin degeestspreekthijgeheimenissen

3Maarwieprofeteert,spreekttotdemensenomhenopte bouwen,tevermanenentetroosten

4Wieineenvreemdetaalspreekt,stichtzichzelf,maarwie profeteert,stichtdegemeente

5Ikwilweldatualleninvreemdetalenspreekt,maar lieverdatuprofeteert.Wantwieprofeteert,ismeerderdan wieinvreemdetalenspreekt,tenzijhijhetuitlegt,zodatde gemeenteerdooropgebouwdwordt

6Broedersenzusters,alsikbijukomeninvreemdetalen spreek,watvoornutheeftdatvoorualsikniettotuspreek, hetzijdooropenbaring,hetzijdoorkennis,hetzijdoor profeteren,hetzijdooronderricht?

7Enzelfslevendewezensdiegeluidgeven,zoalsfluitenof harpen,hoekanmenwetenoferopdefluitofdeharp wordtgespeeld,alszegeenonderscheidmakeninde klanken?

8Wantalsdetrompeteenonduidelijkgeluidgeeft,wiezal zichdangereedmakenvoordestrijd?

9Zoishetookmetu:alsudoordetaalgeenbegrijpelijke woordenspreekt,hoezalmendanbegrijpenwatergezegd wordt?Wantuzultindeluchtspreken.

10Erzijn,hetkanzijn,zoveelsoortenstemmeninde wereld,engeenenkeleiszonderbetekenis

11Alsikdusdebetekenisvandestemnietken,zalikvoor hemdiespreekteenbarbaarzijn,enhijdiespreekt,zal voormijeenbarbaarzijn

12Zomoetooku,naarmateuijverigbentnaargeestelijke gaven,ernaarstrevendatumaguitmuntenindeopbouw vandegemeente

13Daarommoethijdieineenvreemdetaalspreekt,bidden dathijhetmaguitleggen

14Wantalsikineenvreemdetaalbid,bidtmijngeestwel, maarmijnverstandblijftonvruchtbaar.

15Watishetdan?Ikzalbiddenmetdegeest,enikzalook biddenmethetverstand;ikzalzingenmetdegeest,enik zalookzingenmethetverstand.

16Anders,wanneergijmetdeGeestzegent,hoezalhijdie deplaatsinneemtvandeongeleerde,amenzeggenopuw dankzegging,aangezienhijnietbegrijptwatgijzegt?

17WantGijdanktwelopeenmooiemanier,maarde anderwordternietdooropgebouwd

18IkdankmijnGod,datikmeerinvreemdetalenspreek danjullieallemaal

19Tochwilikindegemeentelievervijfwoordenmet mijnverstandspreken,omookanderenteonderwijzen,dan tienduizendwoordenineenvreemdetaal

20Broeders,wordgeenkindereninuwverstand,maar weeskinderenindeslechtheid,enwordinuwverstand volwassen

21Indewetstaatgeschreven:Doormensendieeenandere taalsprekenendooranderelippenzalIktotditvolk

spreken,enookdanzullenzijnietnaarMijluisteren, spreektdeHEERE.

22Daaromzijndetalentoteenteken,nietvoorhendie geloven,maarvoordeongelovigen;endeprofetieisniet voordeongelovigen,maarvoorhendiegeloven.

23Alsnudehelegemeentebijeenzoukomen,enallen sprakeninvreemdetalen,enerkwamenongeleerdenof ongelovigenbinnen,zoudenzijdannietzeggendatu buitenzinnenbent?

24Maarindienallenprofeteren,enerkomteenongelovige ofongeleerdebinnen,danwordtdiedoorallenovertuigd endoorallengeoordeeld

25Enzowordendeverborgenhedenvanzijnhartopenbaar; enzozalhijzichmethetgezichtteraardewerpenenGod aanbidden,enverkondigendatGodwerkelijkinuis

26Hoeishetdan,broeders?Wanneergijsamenkomt, heefteeniedervanueenpsalm,heefteenleer,heefteen tong,heefteenopenbaring,heefteenuitleggingLaatalles totstichtinggeschieden.

27Indieniemandineenvreemdetaalspreekt,laathetdan doortweeoftenhoogstedriepersonentegelijkgebeuren, enlaatéénhetuitleggen.

28Maarindienergeenuitleggeris,moethijzwijgeninde gemeente;hijmoettotzichzelfsprekenentotGod

29Laattweeofdrieprofetenspreken,enlaatdeanderen oordelen

30Alsaaneenanderdieerbijzit,ietsgeopenbaardwordt, moetdeeerstezwijgen.

31Wantukuntallenéénvooréénprofeteren,zodatallen lerenenallengetroostworden

32Endegeestenvandeprofetenzijnonderworpenaande profeten

33WantGodisgeenGodvanwanorde,maarvanvrede, zoalsinallegemeentenvandeheiligen.

34Laatuwvrouwenindegemeentenzwijgen,wanthetis hunniettoegestaantespreken,maarhunisgebodenzich aandewetteonderwerpen,zoalsookdewetzegt.

35Enalszeietswillenweten,moetenzehetthuisaanhun mannenvragenWanthetiseenschandevoorvrouwenom indegemeentetespreken.

36IshetwoordvanGodvanuuitgegaan?Ofishetalleen totugekomen?

37Alsiemanddenktdathijeenprofeetofeengeestelijk mensis,laathijdanerkennendatwatikuschrijf,geboden vandeHeerzijn

38Maaralsiemandonwetendis,laathijdanonwetendzijn.

39Daarom,broeders,streefernaarteprofeterenenverbied hetsprekeninvreemdetalenniet.

40Laatallesopeenfatsoenlijkemaniereningoedeorde gebeuren

HOOFDSTUK15

1Enikmaakubekend,broeders,hetEvangeliedatiku verkondigdheb,datookuaangenomenhebtenwaarinu ookstaat

2Daardoorwordtookubehouden,alsuzichherinnertwat ikuverkondigdhebAndersbentutevergeefstotgeloof gekomen

3Wantikhebuallereerstovergeleverdwatikook ontvangenheb,namelijkdatChristusgestorvenisvoor onzezonden,overeenkomstigdeSchriften,

4EndatHijbegravenisenopdederdedagisopgewekt, overeenkomstigdeSchriften.

5EndatHijgezienisdoorKefas,daarnadoordetwaalf 6DaarnawerdHijaanmeerdanvijfhonderdbroeders tegelijkgezien,vanwiehetmerendeeltotophedenis overgebleven,maarenkelenzijngestorven 7DaarnaverscheenHijaanJakobusenvervolgensaanalle apostelen.

8EntenlaatsteisHijookaanmijverschenen,alsaan iemanddieontijdiggeborenis

9Wantikbendeminstevandeapostelen,dienietwaardig beneenapostelgenoemdteworden,omdatikdegemeente vanGodvervolgdheb.

10MaardoordegenadevanGodbenikwatikben,enzijn genadediemijgeschonkenis,isniettevergeefsgeweest Integendeel,ikhebovervloedigergearbeiddanzijallen; dochnietik,maardegenadevanGoddiemetmijwas 11Hetzijdan,ik,hetzijzij,zopredikenwij,enzohebtook gijgeloofd.

12AlsnuoverChristusgeprediktwordtdatHijuitde dodenisopgewekt,hoekunnensommigenonderudan zeggendatergeenopstandingvandedodenis?

13Maarindienergeenopstandingderdodenis,isChristus ooknietopgewekt

14EnalsChristusnietisopgewekt,danisonze verkondigingzinloosenisookuwgeloofzinloos

15EnwijzijnookvalsegetuigenvanGodgebleken, omdatwijvanGodgetuigdhebbendatHijChristusheeft opgewektHemheeftHijnietopgewekt,indienergeen dodenopgewektworden

16Wantindiendedodennietopgewektworden,isook Christusnietopgewekt

17EnalsChristusnietisopgewekt,isuwgeloofzinloos;u bentnoginuwzonden.

18Danzijnookzij,dieinChristusontslapenzijn,verloren 19AlswijalleenvoorditlevenonzehoopopChristus gevestigdhebben,zijnwijdebeklagenswaardigstevanalle mensen

20MaarnuisChristusopgewektuitdedodenenisHijde Eerstelinggewordenvanhendieontslapenzijn.

21Want,zoalsdedooderisdooreenmens,zoisookde opstandingvandedodenerdooreenmens

22WantzoalsalleninAdamsterven,zozullenookin Christusallenlevendgemaaktworden

23Maariederinzijneigenrangorde:Christusals Eersteling,vervolgenszijdievanChristuszijnbijZijn komst

24Dankomtheteinde,wanneerHijhetkoningschapaan God,deVader,zalhebbenovergedragen,wanneerHijalle heerschappij,allemachtenkrachtzalhebbentenietgedaan

25WantHijmoetKoningzijn,totdatHijalZijnvijanden onderZijnvoetengelegdheeft.

26Delaatstevijanddievernietigdzalworden,isdedood

27WantHijheeftalledingenaanZijnvoetenonderworpen MaarwanneerHijzegtdatalledingenHemonderworpen zijn,ishetduidelijkdatHijuitgezonderdis,DieHemalle dingenonderworpenheeft.

28EnwanneeralledingenaanHemonderworpenzijn,zal ookdeZoonZelfZichonderwerpenaanHemDieHem alledingenonderworpenheeft,opdatGodallesinallenzal zijn

29Watzullenanderszijdoen,dievoordedodengedoopt worden?Indiendedodeninhetgeheelnietopgewekt worden?Waaromlatenzijzichdanvoordedodendopen?

30Enwaaromstaanwijelkuuringevaar?

31IkbetuigbijderoemdieikinChristusJezus,onzeHeer, heb,datikelkedagsterf

32AlsikbijEfezemetwildedierenhebgevochten,zoals demensendatdeden,watbaathetmijdan,alsdedoden nietopstaan?Latenweetenendrinken,wantmorgen stervenwe

33Laatunietmisleiden:slechteomgangbederftgoede zeden

34Wordwakkerenwordrechtvaardigenzondignietmeer, wantsommigenhebbengeenkennisvanGodIkzegdittot uwschande

35Maariemandzalzeggen:Hoewordendedoden opgewekt?Enmetwatvoorlichaamkomenzij?

36Dwaas,watjijzaait,wordtnietlevend,tenzijhetsterft

37Enwatgijzaait,zaaitgijniethetlichaamdatzal worden,maarhetkalegraan,hetkantoevalligtarwezijn, ofeenandergraansoort

38MaarGodgeeftereenlichaamaan,zoalsHijgewild heeft,enaanelkzaadzijneigenlichaam

39Nietallevleesishetzelfde:hetvleesvanmensenis andersdandatvandieren,vissenenvogels.

40Erzijnhemellichamenenaardlichamen,maardeglans vandehemellichamenisandersdandievande aardlichamen.

41Deglansvandezonisanders,endeglansvandemaan isanders,endeglansvandesterrenisandersWantdeene sterverschiltvandeandereinglans.

42Alzoishetookmetdeopstandingderdoden:hetwordt gezaaidinvergankelijkheid,hetwordtopgewektin onvergankelijkheid.

43Hetwordtgezaaidinoneer,hetwordtopgewektin heerlijkheid,hetwordtgezaaidinzwakheid,hetwordt opgewektinkracht.

44Erwordteennatuurlijklichaamgezaaid,eneen geestelijklichaamopgewektEriseennatuurlijklichaam eneriseengeestelijklichaam.

45Enzostaaterookgeschreven:Deeerstemens,Adam, werdeenlevendeziel;delaatsteAdamwerdeen levendmakendeGeest.

46Maarhetgeestelijkekwamnieteerst,maarhet natuurlijke,endaarnahetgeestelijke

47Deeerstemensisuitdeaarde,stoffelijk;detweede mensisdeHeeruitdehemel

48Zoalshetaardseis,zozijnookdeaardsemensen;en zoalshethemelseis,zozijnookdehemelsemensen

49Enzoalswijhetbeeldvandestoffelijkegedragen hebben,zozullenwijookhetbeeldvandehemelsedragen

50Ditzegikechter,broeders,datvleesenbloedhet KoninkrijkGodsnietkunnenbeërven,enhetvergankelijke beërftdeonvergankelijkheidniet

51Zie,ikdeelueengeheimenismede:Wijzullenniet allenontslapen,maarwijzullenallenveranderdworden, 52ineenondeelbaarogenblik,ineenoogwenk,bijde laatstebazuinWantdebazuinzalschallenendedoden zullenonvergankelijkopgewektworden,enwijzullen veranderdworden.

53Wantditvergankelijkemoetzichmet onvergankelijkheidbekleden,enditsterfelijkemoetzich metonsterfelijkheidbekleden

54Wanneerditvergankelijkeonvergankelijkheid aangedaanheeft,enditsterfelijkeonsterfelijkheid aangedaanheeft,danzalhetwoordvervuldwordendat geschrevenstaat:Dedoodisverslondenenheeftde overwinningbehaald.

55Dood,waarisuwprikkel?Graf,waarisuw overwinning?

56Deangelvandedoodisdezonde,endekrachtvande zondeisdewet

57MaarGodzijgedankt,dieonsdeoverwinninggeeft dooronzeHeereJezusChristus

58Daarom,mijngeliefdebroeders,weesstandvastig, onwankelbaar,altijdovervloediginhetwerkvandeHeer, indewetenschapdatuwarbeidniettevergeefsisinde Heer

HOOFDSTUK16

1Watdeinzamelingvoordeheiligenbetreft,doetu hetzelfdealsikvoordegemeenteninGalatiëhebbepaald

2Laatiedervanuopdeeerstedagvandeweekietsbij zichzelfopzijleggen,naargelangdezegeningenvanGod hemtendeelzijngevallen,zodatergeenbijeenkomsten hoeventewordengehoudenalsikkom

3Enwanneerikkom,zalikdegenendieumetuwbrieven goedkeurt,sturenomuwvrijgevigheidnaarJeruzalemte brengen

4Enalshetgoedisdatikookga,zullenzijmetmij meegaan

5Nuzaliknaarutoekomen,wanneerikdoorMacedonië zaltrekken.WantikzaldoorMacedoniëtrekken.

6Enhetkanzijndatikbijublijf,ja,dewinterdoorbreng, zodatumijmeeneemtopmijnreis,waarikookheenga

7Wantikzalunuonderwegnietzien,maarikhoopnog eentijdjebijuteblijven,alsdeHeerhettoestaat 8MaarikblijfinEfezetotPinksteren

9Wanterismijeengroteenkrachtigedeurgeopend,maar erzijnveeltegenstanders

10AlsTimotheüskomt,zorgerdanvoordathijzonder vreesbijuis,wanthijwerktaanhetwerkvandeHeer, zoalsik

11Laatdusniemandhemminachten,maarleidhemin vrede,zodathijbijmijkankomen.Wantikverwachthem samenmetdebroeders

12WatonzebroederApollosbetreft,ikhebersterkop aangedrongendathijmetdebroedersnaarutoezoukomen Maarhetwaszijnwilomopditmomenthelemaalniette komenMaarhijzalkomenwanneerhethemgelegenkomt

13Weeswaakzaam,stavastinhetgeloof,weesmannelijk, weessterk

14Laataluwgavenmetliefdewordengedaan

15Ikroepuop,broeders,(uweetdathethuisvanStefanas deeerstelingisvanAchajeendatzijzichhebbentoegelegd opdedienstvandeheiligen)

16Datuzichaanzulkemensenonderwerpt,enaanieder diemetonsmeehelptenarbeidt

17IkbenblijdatStefanus,FortunatusenAchaïcus gekomenzijnZijhebbenaangevuldwatbijuontbrak

18Wantzijhebbenmijngeestendeuweversterkt;erkent daaromhen,diezodanigzijn.

19DegemeentenvanAsiagroetenuAquilaenPriscilla groetenuzeerindeHeer,metdegemeentedieinhunhuis is.

20AllebroedersgroetenuGroetelkaarmeteenheilige kus

21Degroetvanmij,Paulus,metmijneigenhand.

22AlsiemanddeHeerJezusChristusnietliefheeft,diezij eenvervloeking:Maranatha

23DegenadevanonzeHeerJezusChristuszijmetu 24MijnliefdezijmetualleninChristusJezusAmen(De eerstebriefaandeKorintiërswerdvanuitFilippi geschrevendoorStefanas,Fortunatus,Achaïcusen Timotheüs)

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
Dutch - The First Epistle to the Corinthians by Filipino Tracts and Literature Society Inc. - Issuu