Inleiding
Belangstelling voor de vele ontwikkelingen in het basisonderwijs. Enthousiasme over de prestaties die er geleverd worden. De energie om je als geëngageerd bestuurder in te zetten voor de toekomst van Stichting jong Leren. Het zijn maar een paar van de eigenschappen waarmee Karel van der Esch (voorzitter) en Titus Sips (secretaris) in het bestuurlijke bootje van jong Leren stapten. Weliswaar op afstand, maar niettemin koersvast en met een open blik staan zij aan het roer van een dynamische organisatie. Een kijkje achter de schermen.
Bestuurders in de bres voor het maatschappelijk belang van het onderwijs De liefde voor het onderwijs gaat in je bloed zitten. Ook als je daar in je professionele werk niets mee te maken hebt. Dat voor zowel Karel van der Esch als voor Titus Sips. Van der Esch en Sips begonnen hun “carrière” als vader in de Medezeggenschapsraden van OBS Binnenstad en de Cramignon in Eijsden. Later maakten ze ook deel uit van de overkoepelende Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). Een passie voor het onderwijs aan de dag leggen is een noodzakelijke voorwaarde om goed te kunnen gedijen in een bestuur zoals dat van jong Leren. Toch is hierbij een kanttekening op zijn plaats: het bestuur van Stichting jong Leren is weliswaar betrokken, maar bestuurt met gepaste afstand. Bestuursleden staan dus niet bij de scholen op de stoep om de directeuren en de leerkrachten te vertellen hoe ze – het spreekwoordelijke - krijtje vast moeten houden. Dat kunnen ze namelijk over het algemeen heel goed zelf af. In het bestuur wordt gewerkt volgens het Policy Governance principe. Kortgezegd betekent dit dat het bestuur bestuurt en de managers managen. De dagelijkse gang van zaken is de taak van de bovenschoolse managers, de directeuren van de 14 scholen en de leerkrachten. “Wij zitten als een soort coach aan de zijlijn van het proces. Het is prettig en verstandig om het werk in het veld over te laten aan de experts”. Van Gaal voetbalt tenslotte ook niet zelf mee. Veranderingen zijn in het (basis)onderwijs aan de orde van de dag. Krimp, sluiting van scholen, opening van nieuwe scholen, samenwerking met voorschoolse opvang, nieuwe kindcentra. Het is maar een greep uit de vele onderwerpen waarmee bestuursleden te maken krijgen. Jong Leren profileert zich als een moderne, dynamische organisatie, die op een openhartige en creatieve manier op al deze ontwikkelingen probeert in te spelen. Van der Esch en Sips vinden het leuk om al deze onderwijsprocessen te kunnen volgen en er mede sturing aan te kunnen geven.”Omdat we zelf kinderen hebben worden we er automatisch mee geconfronteerd. Jewilt het beste voor je kinderen en tevens voor de maatschappij. Het is een wisselwerking. De maatschappij komt steeds verder de scholen in. Leerkrachten worden soms halve maatschappelijk werkers. Dat we, zonder op de stoel van de leerkrachten te gaan zitten, invloed kunnen uitoefenen en dingen toevoegen is fantastisch om mee te maken”. Het bestuur houdt onder meer middels 7 vergaderingen per jaar toezicht op het functioneren van de stichting. De dagelijkse leiding laten ze verder over aan de bovenschoolse managers Rob Beaumont en Huub van Kruchten. Karel van der Esch: “Wij oefenen invloed uit door het stellen van kaders waarbinnen de stichting opereert en door het formuleren van doelen. Hiervoor moeten we open oog
en oor hebben voor de ontwikkelingen in het onderwijs en in de maatschappij. Tijdens de bestuursvergaderingen hebben we boeiende discussieswaarbij we vanuit verschillende invalshoeken de resultaten en het beleid van de stichting toetsen. Kandidaten moeten zich realiseren dat het bestuur op afstand van de dagelijkse praktijk staat”. De cultuur binnen jong Leren is er een van openheid en toegankelijkheid. Kern van de zaak is het gevoel dat iedereen zijn uiterste best doet om een kind een veilige haven te bieden waarin hij of zij volledig tot bloei kan komen. Pasals kinderen zich veilig weten ontwikkelen ze het zelfvertrouwen dat nodig is om werkelijke aandacht en zorg te hebben voor de wereld waarin ze leven. “Deze visie willen we ook in het bestuur uitdragen”. Het bestuur zal bestaan uit 7 mensen. Het behoeft geen betoog dat kandidaten een groot hart moeten hebben voor het onderwijs en een duidelijke visie aan de dag moet leggen op de rol die het onderwijs heeft in een samenleving die voortdurend in beweging is. Bovendien wordt van de nieuwe man of vrouw verwacht dat hij of zij de uitgangspunten van Stichting jong Leren onderschrijft: een open, dynamische onderwijsorganisatie met oprechte aandacht voor het individu. In de profielschets wordt van mensen gevraagd dat men binding heeft met de regio waarin jong Leren actief is. Wat echter veel zwaarder weegt is dat de kandidaten blijk geven van grote betrokkenheid. Titus Sips: “Wij zien graag mensen die kunnen bogen op een brede maatschappelijke oriëntatie. Jevertegenwoordigt de samenleving. Wij zitten hier voor het maatschappelijk belang van het onderwijs.” Het belang van de kwaliteit van het onderwijs wordt in het licht van de huidige ontwikkelingen alleen maar groter. “De maatschappij eist steeds meer van scholen. Hierbij is het van belang dat we, samen met politiek en gemeenten, oplossingen vinden voor de uitdagingen waar we in het onderwijsveld mee te maken krijgen”. Gedreven en idealistisch zien beide heren het als een “geweldige kans, maar tegelijkertijd ook als een enorm voorrecht dat we hier een steentje aan kunnen bijdragen”. En de beloning is niet te versmaden: jaarlijks een heerlijk etentje!!