
2 minute read
1.1.2 Effecten van elektrische stroom
1.1.2.1 Thermisch effect
Een elektronenstroom ontwikkelt in een geleider warmte, dit is het thermisch effect. Het toepassingsgebied van dit effect is zeer uitgebreid : verwarming, waterkoker, strijkijzer, soldeerbout, kookplaat, oven, ... Maar we moeten ook rekening houden dat dit effect soms een ongewenst effect is naast ons beoogde doel. Denk maar aan het te warm worden van geleiders waardoor de isolatie eventueel kan gaan smelten/verbranden.
1.1.2.2 Chemisch effect
Als een potentiaalverschil wordt aangelegd over twee metalen elektroden die in een elektrolyt zijn geplaatst, zullen er materiedeeltjes uit het elektrolyt worden vrijgemaakt en op de elektroden neerslaan. Anderzijds zullen er eveneens materiedeeltjes van de elektroden in het elektrolyt worden afgezet. Dit verschijnsel van de elektrolyse wordt toegepast in de elektrochemie voor het bereiden van zuurstof, waterstof ,… Ook in de metallurgie zijn de toepassingen van de elektrolyse zeer talrijk (elektrometallurgie), zoals bv. de galvanostegie d.w.z. voorwerpen bedekken met een metaallaagje om deze tegen corrosie te beschermen of te verfraaien.
1.1.2.3 Magnetisch effect
Als een elektronenstroom door een geleider vloeit, dan verschijnen concentrisch hieromheen magnetische veldlijnen, d.w.z, dat elektrische energie wordt omgezet in magnetische energie. De richting van de veldlijnen kun je achterhalen met de kurkentrekker-regel. Dit effect vindt toepassing in de magnetische excitatiekringen van elektrische generatoren en motoren, in elektromagnetische relais, in transformatoren, in elektromagnetische beveiligingsschakelaars(maximaalstroomautomaten) enz.
Als je een kurkentrekker in de richting van de stroom indraait, dan volgen de magnetische veldlijnen de draairichting van de kurkentrekker. ( Magnetische veldlijnen lopen hierbij altijd van noord naar zuid )

1.1.2.4 Mechanisch effect
Een geleider, waarin een elektronenstroom vloeit, ondervindt een interactiekracht (een zgn. lorentzkracht) in een magnetisch veld. Dit verschijnsel wordt ondermeer toegepast in elektromotoren waarin elektrische energie wordt omgezet in mechanische energie.
1.1.2.5 Licht effect

Als snel bewegende elektronen botsen tegen atomen van een gas, raken sommige elektronen van dit gas in geëxciteerde toestand (d.w.z. dat deze elektronen extra energie verwerven en daardoor op een elektronenschil met grotere straal gaan ronddraaien). De betreffende elektronen keren snel terug naar de originele elektronenschil en staan daarbij elektromagnetische stralingsenergie af die veelal als licht kan worden waargenomen. Dit is het verschijnsel van de elektroluminescentie. Dit verschijnsel wordt aangewend in gasontladingverlichtingsbuizen

1.1.2.6 Fysiologisch effect
Een elektronenstroom in het menselijk lichaam kan oorzaak zijn van verlamming van de spieren, elektrolyse van lichaamsvochten, verbranding van weefsels of stilvallen van ademhaling of het hart. De grootte van het gevaar van een elektrische schok hangt af van de intensiteit van de stroomsterkte, de tijdsduur van de inwerking, de plaats van het contact en de baan die de elektrische stroom volgt doorheen het lichaam van de persoon.
Stroomsterkte Fysiologisch effect Duur van de blootstelling
0,01 – 1 mA Gewaarwordingsdrempel ∞
1 – 5 mA Gevoel verdwijnt, verstijving van de hand ∞