
1 minute read
7.2.6 Aanlopen van een driefasige motor
�� = √3.�� .�� . cos��
Het nuttig vermogen aan de as van de motor : �� = �� .��
De vermogensverliezen zijn de som van : - Jouleverliezen in de stator : �� = 3 .�� .�� - Jouleverliezen in de rotor : �� = 3 .�� .�� - Ijzerverliezen PFe in rotor en stator - Mechanische verliezen Pmech ( wrijving,... ) �� = �� + �� + �� + �� Het vermogen dat op het kenplaatje van een motor wordt genoteerd, is het nuttig vermogen ! Vermits op dat kenplaatje tevens U, I en cos φ te vinden zijn, kun je het rendement van de motor berekenen.
Dit schommelt van 0,6 voor kleine motoren tot 0,9 voor motoren met grotere vermogens.
Als we het koppel en de stroom i.f.v. de rotatiefrequentie uitzetten dan merk je dat het aanzetkoppel van de asynchrone motor klein is terwijl de aanloopstroom verschillende keren groter is dan de nominale stroom In. Hoge startstromen belasten het net sterk en veroorzaken spanningsdaling. Om spanningsschommelingen tot een minimum te herleiden moet de aanloopstroom binnen bepaalde perken gehouden worden.
7.2.6.1 Directe aanloop
De motor wordt rechtstreeks op de netspanning aangesloten. Nadelen:
- De grote aanloopstroom veroorzaakt een spanningsval in het net - Bruuske aanzet is bij bepaalde toepassingen niet gewenst. Toepassing: Beperkt vermogen ( vb tot 2,2 kW voor driefasige enkelkooimotoren )
7.2.6.2 Aanzet met statoraanzetweerstanden
In elke aansluitdraad wordt een weerstand geplaatst die tijdens het aanlopen geleidelijk wordt uitgeschakeld. Hierdoor krijgt de motor een verlaagde spanning aangeboden. De aanzetstroom wordt kleiner, maar ook het aanloopkoppel vermindert sterk.
7.2.6.3 Aanzet met aanzettransformator
Teneinde bij het aanzetten de spanning te verlagen kan ook een draaistroomtransformator met een regelbare secundaire gebruikt worden.
7.2.6.4 Aanzet d.m.v. ster-driehoekaanloop
Zoals bij de voorgaande methoden is het hier ook de bedoeling de aangelegde spanning bij het starten te verlagen. Tijdens het aanlopen is de motor in ster geschakeld. Als we dezelfde karakteristiek nog eens uitzetten zie je dat zowel het aanzetkoppel als de aanzetstroom nu 1/3 bedraagt van de waarden bij een driehoekschakeling.
