Mensen maken Leeuwarden
Dit magazine is een initiatief van opbouwwerk Amaryllis
VERHALEN OVER VEERKRACHT IN CORONATIJD
Houvast
2
Wat doet het opbouwerk? Het opbouwwerk van Amaryllis ondersteunt bewoners en groepen met het verbeteren van hun wijk of dorp. Ze ondersteunen bewonersinitiatieven, weten wat er leeft en zijn voortdurend op zoek naar nieuwe samenwerkingen. Het opbouwwerk wil samen met bewoners en andere professionals de wijk socialer, leefbaarder en veiliger maken. Wat doet de opbouwwerker: • Ondersteunen van bewonersinitiatieven en burgerkracht in buurt of dorp • Het verbreden van de netwerken in en rondom bewoners • Mensen met elkaar in contact brengen • Partijen betrekken die iets kunnen toevoegen aan de bestaande situatie • Zoeken naar gedeelde wensen en belangen van bewoners en organisaties • Aandacht vragen voor zaken die voor bewoners van belang zijn Het opbouwwerk ondersteunt bij de opbouw van de samenleving en bij de verbetering van het woon- en leefklimaat. Ze richten zich op de participatie van de burgers en hun functioneren in de samenleving, met het doel het individuele welzijn en dat van groepen en samenlevingsverbanden te vergroten. In de gemeente Leeuwarden zijn momenteel 9 opbouwwerkers actief in 8 gebieden.: Dorpen Noord: Christel van Hoorn Dorpen Zuid: Wietske van der Zee Noord Leeuwarden: Auck Busman Noordoost Leeuwarden: Menno Schotanus West Leeuwarden: Reynuck Hendriksma Oost Leeuwarden: Iqbal Aslam Zuid Leeuwarden: Willem Wijbenga Centrum Oost Leeuwarden: Wout Minnema Oud Oost Leeuwarden: Jos Bouwhuis
Colofon Hoofd- en eindredactie Opbouwwerk Amaryllis Team opbouwwerk - Amaryllis - Leeuwarden April 2022 Vormgeving Eko Kooistra, Eko strategie & design Tekstbewerking Nynke van der Zee, .nynketxt Fotografie Marleen Holwerda, PHOTOSBYMRLN en eigen foto’s
Houvast in coronatijd Het wijkcentrum dat plotseling de deuren sluit. Het handwerkcafé dat stil komt te liggen. Bibliotheken, kerken en zorgcentra die op slot gaan. De coronapandemie heeft ingrijpende gevolgen gehad voor veel bewoners in de gemeente Leeuwarden. Waar de lockdowns op het ene adres tot creatieve ideeën leiden, zorgden ze een deur verderop voor onzichtbare eenzaamheid. In 2020 en 2021 gingen opbouwwerkers van Amaryllis Leeuwarden op zoek naar bewoners met bijzondere verhalen. Ze hielden diverse interviews in hun wijken en dorpen. Zo ontstonden er portretten over originele initiatieven in coronatijd, maar ook gesprekken over hartverscheurende momenten, die diepe sporen hebben achtergelaten in hun leven. Stuk voor stuk indrukwekkende verhalen die niet verloren mogen gaan. Deze verhalen publiceerden we als online versie via onze Houvast Facebook-pagina. We merkten dat ze voor inspiratie en steun zorgden bij diverse lezers. Daarmee ontkiemde zich het idee om de portretten van elf bijzondere bewoners te bundelen in deze unieke uitgave. Het project Houvast vertelt het verhaal van bewoners die juist in tijden van eenzaamheid de kracht ontdekten van samendoen. Of zoals diaken Hanna de Vries-Wiarda het prachtig verwoordt: ‘Met samendoen maak je niet alleen een ander gelukkiger, je wordt er zelf ook rijker van.’ Sjoerd Tolsma Directeur Amaryllis
Contact/info ©Houvast is een initiatief van het opbouwwerk van Amaryllis Leeuwarden. Benieuwd naar de verhalen van onze opbouwwerkers? Kijk op www.facebook.com/opbouwwerkamaryllisleeuwarden. In het gebied Dorpen Noord, Stiens en omgeving waren erg veel mensen spontaan bereid om mee te doen aan een interview. Deze extra interviews zijn geplaatst op de Facebookpagina ‘Verhalen dorpen Noord’: www.facebook.com/dorpenteamnoord
Dit magazine is een initiatief van Opbouwwerk Amaryllis.
Houvast
3
Het bewijs dat het anders kan De één kookt voor de buurvrouw, timmert aan een weggeefkast of verspreidt vrolijke uitdeelkaartjes. De ander runt een handwerkcafé, verzorgt het bloemenperkje in de straat of staat dag en nacht klaar in het wijkcentrum. Welk verhaal je ook kiest uit deze bundel, stuk voor stuk portretteren ze markante buurtbewoners die op hun eigen wijze het verschil maken. Deze elf verhalen maken burgerparticipatie in de straat, de wijk of het dorp heel concreet. Het gaat niet over organisaties of over professionals. Het gaat over mensen. Mensen die de wereld om hen heen net iets mooier willen maken. Die niet wegkijken als ze worden geconfronteerd met eenzaamheid, een hulpverzoek of een vragende hand, maar in actie komen. Dit is hún bijdrage aan de samenleving. Wij zijn enorm trots op al deze verhalen die laten zien dat onze gemeente bruist van bewoners die zonder financieel motief, uit
de goedheid van hun hart iets voor een ander willen betekenen. Aan ons de eervolle taak hen daarbij te ondersteunen. Wij faciliteren in plaats van organiseren en zijn attent op dat éne moment waarop een idee een plan wordt. Zo blijven bewoners eigenaar van hun initiatief of oplossing. Wij ondersteunen bewonersinitiatieven, klein en groot. We verbinden mensen met elkaar of wijzen hen de weg bij het verwezenlijken van hun plannen. We brengen ze in contact met de juiste partners of gaan op zoek naar de juiste middelen. Daarbij zijn wij nooit de
kartrekker, maar duwen we graag een stukje mee in de goede richting. Of het nu gaat om achtergestelde groepen, straten, nationaliteiten of talen: wij hebben oog en oor voor wie niet gezien of gehoord wordt. Deze elf portretten zijn slechts een kleine greep uit de vele bewoners die een gat dichten dat ze tegenkomen in de maatschappij. Die op hun eigen manier aan de slag gaan om een zelfstandige, zelfredzame burgermaatschappij te worden. Die kansen zien en zich niet laten tegenhouden. Die wederkerigheid omdraaien door niet af te wachten wat er van hen wordt verlangd, maar zelf het initiatief nemen. Die bewijzen dat het anders kan.
werk Team opbouw
Houvast
4
Een gift is soms bittere noodzaak DOOR IQBAL ASLAM
LEEUWARDEN - Tijdens een kerkdienst afgelopen zomer zag ik, schuin achter me, een onbekende man in een zwart kostuum zitten, met in zijn knoopsgat een grote knalgele bloem. Nu zitten er regelmatig toeristen in de kerk, maar hij viel echt op. Na afloop van de dienst zag ik hem naar onze predikant lopen en die sprak een poos-
je met hem. Even later kwam de predikant naar me toe en zei: “Tja, ik heb misschien een wat vreemde vraag. Die meneer van zonet vertelde me dat hij hier voor een bruiloft was en na afloop tot de ontdekking was gekomen dat men hem had bestolen. Zijn beurs, zijn paspoort, betaalpas en zijn geld waren ontvreemd.” Meneer moest met de trein terug naar zijn woonplaats Amsterdam en wist niet hoe hij aan het geld voor de reis moest komen. Dus was hij onze kerk binnengestapt. Het was een ietwat vreemd
verhaal, maar de man oogde betrouwbaar, dus besloot ik hem te geloven en gaf hem vijftig euro.‘ Als diaken in de Jacobijnerkerk (Grote Kerk) in Leeuwarden heeft Hanna de VriesWiarda (74) een roeping en dat is mensen helpen. Ze heeft bijna haar hele leven in de Vogelwijk gewoond en woont nog steeds in dezelfde straat. Ze zegt dat het woord diaken niet voor niets afstamt van het Griekse woord diaconia dat ‘dienen’ betekent. Het
Houvast
5
Ik ben opgevoed met het idee dat je niet alleen voor jezelf op deze wereld bent werk is haar op het lijf geschreven. Met voldoening merkt ze dat soms kleine dingen voor een ander véél kunnen betekenen. Door de coronapandemie is dat helpen echter een stuk moeilijker geworden. Immers, je kunt niet zomaar spontaan even naar iemand toegaan, alles moet veilig. Kerkdiensten worden online gehouden; ontmoeten en even snel iemand na een dienst aanspreken is er dus niet bij. Daardoor hoort Hanna minder snel of iemand problemen heeft. Toch blijft ze waar mogelijk in contact. Aandacht voor je medemens ‘Ik ben opgevoed met het idee dat je niet alleen voor jezelf op deze wereld bent. Je bent medeverantwoordelijk voor de natuur en het milieu, maar vooral ook voor je medemens. Dat is wat onze kerk en ook vele andere geloven willen uitdragen. Met mensen omgaan heeft me altijd geboeid. Ik heb de verpleegstersopleiding in het voormalige Diaconessenhuis gedaan en heb er tien jaar gewerkt. In die tijd kreeg je ontslag als je trouwde. Dankzij een kinderarts, die op hoge poten naar de directie stapte, kon ik doorwerken tot ik met zwangerschapsverlof ging. Het waren andere tijden.’ ‘De laatste tien jaar voor mijn pensioen heb ik nog als doktersassistente in een huisartsenpraktijk in Bilgaard gewerkt. Een praktijk met cliënten van allerlei nationaliteiten en uit veel verschillende godsdiensten. Dat was prachtig werk om te doen, een verrijking. Nu ben ik bijna tien jaar gepensioneerd en doe ik vrijwilligerswerk. In mijn vrije tijd luister ik graag naar klassieke
muziek en lees en fiets ik graag. Met mijn man fiets ik geregeld lange afstandstochten in binnen- en buitenland. Onze laatste tocht bracht ons naar Berlijn.‘ Klaar om bij te springen Dankzij allerlei vangnetten zoals de WW, de bijstand en diverse toeslagen zou men verwachten dat mensen zichzelf tegenwoordig financieel kunnen redden. Maar dat is niet altijd het geval. Voor die laatste groep mensen staat de diaconie waar Hanna lid van is klaar om bij te springen. Wanneer Hanna een hulpvraag krijgt, bekijkt ze eerst of er ergens anders geld te krijgen is. Soms lukt dat niet en dan kan er via de diaconie een geldbedrag worden geschonken of worden geleend. ‘Zo’n hulpvraag wordt anoniem besproken en afgehandeld, dus men hoeft niet te schromen om bij ons aan te kloppen’, legt ze uit. ‘Niemand anders dan diegene die het geld brengt, weet de naam en het adres van de hulpvrager.’ Deze financiële hulp is niet enkel en alleen voor eigen kerkleden beschikbaar, benadrukt Hanna. ‘Omdat onze diaconie niet wist hoe wij mensen in Leeuwarden, die niet kerkelijk verbonden zijn, konden bereiken, hebben we contact gezocht met het sociaal wijkteam West. Via dit wijkteam kregen we een aantal mensen aangedragen voor ondersteuning. En we doen nog meer. In Leeuwarden ondersteunen we onder andere de voedselbank, het aanloophuis en het straatpastoraat met geld en vrijwilligers. En we geven giften aan bijvoorbeeld de daklozenopvang, het Blijf van mijn lijf-huis en stichting Present.
Ook landelijk en internationaal steunen we projecten. In Rwanda bijvoorbeeld, waar de gruwelijke burgeroorlog veel mensenlevens heeft gekost. In dat land zijn verzoening en ondersteuning bij het weer opzetten van een gewoon leven bittere noodzaak.’
Ik zou iedereen willen meegeven; kijk eens om je heen, veel mensen zijn eenzaam Samendoen stimuleert en inspireert Over de hele wereld steunt Kerk in Actie, waar de diaconie van Hanna bij aangesloten is, het beschikbaar stellen van kleine kredieten aan veelal vrouwen. ‘Hiermee kunnen ze een klein bedrijfje opzetten en inkomen genereren om zo hun kinderen te voeden en eventuele schoolkosten van te betalen.’ Hanna glundert als ze praat over zoveel naastenliefde. Het doet haar goed, al zal het nooit voldoende zijn, want er is veel nood en de coronapandemie maakt het er niet beter op. ‘Ik zou iedereen willen meegeven; kijk eens om je heen, veel mensen zijn eenzaam. Toon begrip en echte belangstelling. Maak eens een praatje, ga eens bij iemand langs, maar doe het veilig. Het zit hem niet in de grote dingen, maar juist in kleine gebaren. Je maakt hiermee niet alleen een ander gelukkiger, maar je wordt er zelf ook rijker van. Samendoen stimuleert en inspireert.’
Houvast
6
Je moet zelf in beweging komen, DOOR MENNO SCHOTANUS
HEECHTERP - ‘We wonen in een flat en willen graag verhuizen naar een benedenwoning. Maar we krijgen, ondanks mijn beperking door fybromyalgie, geen urgentieverklaring. Toch wil ik het liefst in Heechterp blijven wonen, want deze wijk heeft me mede gemaakt tot de persoon die ik nu ben. Ik ben er aan verknocht. Mijn dochters gaan hier naar school en hier heb ik mijn kennissenkring opgebouwd.’
Het is het begin van het verhaal van Samira (42), moeder van drie dochters. Na jaren van flinke privéproblemen met als droevig resultaat dat ze niet langer welkom was bij haar biologische ouders, heeft ze eindelijk haar innerlijke rust gevonden. Daarvoor moest ze wel eerst verhuizen en met zichzelf aan de slag. Nu, na hard werken en vele jaren later, is ze in staat om hulp te bieden aan anderen. ‘In Leeuwarden heb ik mijn plekje gevonden en na verloop van tijd ook mijn geluk.
Ik verstopte me voor de realiteit en schoof alles aan de kant Maar daar is eerst heel wat inspanning voor nodig geweest’, vertelt ze openhartig. ‘Ik zat diep in de ellende. Ik deed op een gegeven moment zelfs mijn gordijnen niet meer open. Ook de post stapelde zich op, want brieven opende ik niet uit angst voor wat ik
Houvast
7
Als je wilt veranderen moet je - hoe moeilijk dat soms ook is - zelf in beweging komen zou aantreffen. Ik werd steeds lustelozer en eenzamer. Ik verstopte me voor de realiteit en schoof alles aan de kant.’ Een gevoelige snaar Uiteindelijk komt Samira via via in aanraking met het sociaal werk. Ze zet de eerste stap en enige tijd later weet ze ook de weg naar Wijkcentrum Schieringen te vinden. Daar komt ze in contact met andere vrijwilligers. ‘Mijn zelfvertrouwen groeide en ik kreeg steeds meer taken in het wijkcen-
dunne haardos met uitgroei maakte haar onzeker, maar door geldproblemen was een bezoek aan de kapper niet mogelijk. Omdat ik geïnteresseerd ben in haarverzorging en make up heb ik de uitdaging opgepakt door haar spontaan mijn hulp aan te bieden. Dat ging overigens niet zonder slag of stoot. Mevrouw was bij mijn eerste bezoek behoorlijk achterdochtig en niet echt vriendelijk. Ze moest echt wennen aan het feit dat een vreemde bij haar thuis was en met haar haar aan de slag ging.’
anders gebeurt er niets trum. Het ging zelfs zo goed dat men mij vroeg om als voorzitter van het wijkcentrum Schieringen op te treden’, vertelt ze trots. ‘Door deze boost ben ik na gaan denken over mijn toekomst. Graag zou ik nog een opleiding gaan volgen op het sociale vlak. Mijn ervaringen uit het verleden hebben dit gevoel versterkt.’ Vlak voor de coronacrisis ontmoet Samira in de wijk een eenzame, oudere mevrouw. Het verhaal van deze mevrouw raakt bij Samira een gevoelige snaar. ‘Haar veel te
In eenzaamheid overleden Omdat Samira zelf in een vergelijkbare situatie had gezeten, kan ze de achterdocht van mevrouw begrijpen en leert ze met de weerstand omgaan. ‘Ik bleef geduldig en vriendelijk, probeerde haar vertrouwen te winnen. Toen heb ik gevraagd wat ik voor haar kon doen. Ze wilde graag een kleurtje in het haar en wilde worden opgemaakt. Dát kon ik wel voor haar regelen. We hadden afgesproken dat ze na afloop pas in de spiegel zou kijken. Toen het moment daar was, sprongen de tranen in haar ogen, zo mooi vond ze het resultaat.
We hebben na die eerste keer nog driemaal afgesproken en mooie, maar ook emotionele gesprekken gehad. Haar kinderen kwamen de afgelopen jaren niet meer bij haar en dat was waar zij juist intens naar hunkerde. Ze zijn uiteindelijk niet meer bij haar geweest. Mevrouw is in eenzaamheid in coronatijd overleden’, zegt Samira zichtbaar ontdaan. Dat je niet moet verwachten dat je altijd iets van de ander terugkrijgt voor wat je investeert, daarin is Samira door schade en schande wijs geworden. Toch heeft het haar niet weerhouden om in actie te komen. ‘Als je wilt veranderen moet je - hoe moeilijk dat soms ook is - zelf in beweging komen. Anders gebeurt er niets. Een luisterend oor van de sociaal werker, daar had ik behoefte aan en nadat ik de stap richting het wijkteam had gemaakt, heb ik die hulp gekregen. Het duurde even, maar uiteindelijk heb ik de noodzakelijke hulp aanvaard.’ Lachend: ‘Alles ging vanaf dat moment beter, maar ik heb natuurlijk ook een ontzettend lieve vriend en drie prachtige dochters waarmee ik het samen doe. Mijn leven is op orde en ik heb weer goed contact met mijn biologische ouders.’
8
Houvast
Naastenliefde naar Indonesisch voorbeeld DOOR MENNO SCHOTANUS
HEECHTERP - De inmiddels 71-jarige Maud von Ende uit Heechterp is altijd in de weer met plantjes en bloemperkjes. Een passie die niet onopgemerkt blijft in de buurt. Een buurtbewoonster stelt voor om eens met Maud te gaan praten. Het wordt een inspirerend gesprek over betrokkenheid in de buurt, over delen, maar vooral over gastvrijheid en naastenliefde.
Houvast
9
Het is nu meer dan ooit nodig iets voor je medemens te betekenen ‘Gisteren heb ik nog gekookt voor mijn familie. Vooral de Indonesische keuken heeft mijn interesse want in dat land ben ik geboren. Mijn roots liggen daar. Ik kook graag en als ik iemand een plezier kan doen met een gratis maaltijd in deze coronatijd dan zal ik dat zeker niet nalaten. Eventueel wil ik tegen kostprijs bij mij thuis wel een kookcursus Indonesisch koken voor buurtbewoners geven.’ Naastenliefde Maud woont al jaren met plezier in de wijk Heechterp en ze vindt het vanzelfsprekend dat ze zich inspant om haar deur open te zetten en anderen in de buurt te helpen in tijden van nood. Vandaag is ze druk bezig om bestek te sorteren dat bij verschillende kennissen vandaan komt. Een gedeelte van het bestek wil ze zelf gebruiken, maar wat er overblijft schenkt ze graag aan anderen. Groene vingers Daarnaast heeft Maud al enige tijd de verzorging van het bloemperkje voor haar woning op zich genomen. Hiermee wil ze voorkomen dat er afval wordt gedumpt rond deze plek. Ze zucht en wijst naar buiten. ‘Verderop zou dit ook moeten gebeuren, maar dat moeten anderen maar oppakken. Een andere buurvrouw gaat altijd met een groep bewoners door de wijk om zwerfafval op te ruimen. Zo houden we de wijk met elkaar netjes.’ Haar betrokkenheid, gulheid en gastvrijheid vallen in positieve zin op in een
wijk die al jarenlang hoog op de lijst van armste wijken van Nederland staat. Toch was het ook voor Maud niet altijd rozengeur en maneschijn. Ze moest jarenlang met weinig geld rondkomen, ze kreeg een bijstandsuitkering en dat heeft haar gevormd. Nu er wat financiële ruimte is, heeft ze meer oog voor de problematiek van anderen. Bootje varen Als Indische Nederlandse Friezin is ze al jaren een liefhebster van de watersport. Met haar bootje vaart ze regelmatig door
de grachten en meren van Friesland. ‘Soms vaar ik in mijn eentje ergens en dan denk ik; kon ik maar iemand meenemen.’ Op dit moment heeft haar boot een klein mankement, vermoedelijk laadt de accu niet goed op. Daardoor komt er nu niet veel van varen, maar dat is tijdelijk. Spontaan vertelt ze dat ze de boot ook graag beschikbaar stelt aan mensen met een kleine beurs. ‘Straks leg ik de boot in een mooi natuurgebied in de buurt. Dan kunnen de mensen er een weekend van genieten.’
Houvast
10
Ik ben een vrijwillige zeikerd tegen wil en dank DOOR WILLEM WIJBENGA
ALDLÂN - ‘Voor publiek staan was niet helemaal mijn ding’, vertelt Ronnie Tielenburg (61) lachend en leunend aan de bar in “zijn” wijkgebouw, terwijl hij terugdenkt aan die dag dat hij in de jaren tachtig wordt gevraagd om een playbackshow te presenteren. Het is het begin van een jarenlange vrijwilligerscarrière. ‘Ik ben meer dan dertig jaar geleden begonnen met het hele gebeuren, altijd doorgegaan en ik ben er nog. Daar tussenin zit natuurlijk nog wel een verhaal.’ Een verhaal van een man die niet zo’n ‘wijkgebouwtype’ was, maar veranderde in ‘de man met de bos sleutels’. Ronnie is dit jaar op de kop af zesendertig jaar actief als vrijwilliger in wijkcentrum Aldlân, voorheen bekend als de Frosk. En nog altijd weet hij van geen ophouden. Voor het begin van zijn verhaal moeten we terug naar Leeuwarden in de jaren zeventig. Het buurtwerk in Aldlân begint in 1976 in een soort bouwkeet, tot in 1985 het huidige gebouw wordt neergezet en de oude keet wordt afgebroken. In die eerste jaren zijn er in de wijk onder begeleiding van toenmalig opbouwwerker Peter Wolters allerlei themagroepjes actief. Ronnie: ‘Mijn broer Freddy was destijds actief in de groep die
zich met de jeugd bezighield. Op zijn aandringen ben ik daar ook bijgegaan om een playbackshow te presenteren. En dat terwijl ik helemaal niet zo’n ‘wijkgebouwtype’ was. Ik was meer bezig met het maken van films. Afijn, we kregen steun van de opbouwwerker in de vorm van geld en we mochten zelf bepalen wat we daarmee wilden doen. We organiseerden die hele week activiteiten. Discoavonden, knutselmiddagen, meisjes- en jongensactiviteiten, kinderbingo’s, de hele rataplan. Dat deden we met heel veel vrijwilligers, allemaal in dat oude gebouwtje.’
Jeugd in opstand In dat ‘oude gebouwtje’, zoals Ronnie het liefkozend noemt, ontstaat op een gegeven moment onrust. ‘We kregen de jeugd tegen ons, die niet tevreden was met sommige activiteiten. Dat was in 1984-1985. Toen ben ik op het idee gekomen om een speelfilm met hen te maken, om ze zo weer mee te krijgen. Op YouTube is die film nog altijd terug te vinden wanneer je zoekt op “Een dag uit het leven van het T-team”.’ Met het project weet Ronnie zijn liefde voor film en zijn activiteiten als vrijwilliger in het
Houvast
11
wijkgebouw samen te brengen. Daarna gaat alles weer zijn gebruikelijke gangetje, met af en toe wat kabaal, maar de angel is uit de weerstand. ‘Dat was een prachtige tijd. Naast Joukje Kazimier, die nu Topfit (een bewegingsactiviteit) organiseert voor oudere dames, ben ik nog de enige vrijwilliger uit die periode die actief is in het wijkgebouw. Het leuke is dat Joukje de groep die ze toen had, nu nog altijd traint. Die groep is met haar meegegroeid.’
Je mag wel weten dat ik de tent hier door de jaren heen behoorlijk heb lopen vervloeken’
Gabbers Vanaf eind jaren tachtig tot ver in de jaren negentig zijn de discoavonden in wijkgebouw de Frosk legendarisch. Ze zijn zo in trek dat half Leeuwarden op een gegeven moment naar Aldlân komt. Het is er iedere avond propvol. Tot het moment dat ook de tasjes met drugs mee naar binnen worden gesmokkeld en er wordt gedeald. De organisatie moet zelfs uitsmijters bij de deur neerzetten. Ronnie is de eerste die harde conclusies trekt. ‘Als het zo moet, dan geen wijkdisco meer.’ ‘We hebben het over de jaren negentig, de gabberhouseperiode’, blikt hij terug. ‘Een geweldige tijd. Je zag mij in die tijd op bijna elk hardcorefeest verschijnen. De associatie met de Frosk was in die tijd; dikke hardcore feesten, maar dat betekende ook meer ellende. Als er een pistool op de bar komt te liggen dan heb je het gauw gehad natuurlijk. Dat heb ik meegemaakt. Er was op het laatst ieder weekend wel gedoe en wanneer het weer raak was, stonden er standaard zes politiewagens voor de deur. Die slechte naam, daar wilden we van af. Dus hebben we de stekker met pijn in ons hart uit de discoavonden getrokken.’
De tent vervloekt Rond 2008 raakt Ronnie overspannen, komt in een burn-out terecht en moet een stap terugdoen. Ondanks alle tegenslag lukt het hem niet het werk voor de wijkvereniging los te laten. Hij beheert het secretariaat, doet de sociale media en regelt de zalenverhuur. Lachend: ’Kijk, weet je wat het is? Ik ben zo’n type dat zegt: die activiteiten moeten blijven doorgaan. Je kunt niet zeggen: we hebben geen vrijwilliger, dus we kwakken de tent maar dicht.’
De man met de sleutels Na de komst van een totaal nieuw bestuur in 2010-2011 wordt de naam de Frosk veranderd in Herberghe Froskenburch. Tegenwoordig draagt het wijkgebouw de naam Wijkcentrum Aldlân. ‘We gebruiken de oude naam als vrijwilligers zelf nog wel eens hoor’, geeft Ronnie toe. ‘Dan is het: hé, kom je vanavond ook in de Frosk? Dat zit er nog altijd in.’ Ronnie is al jaren vrijwillig jongerenwerker, maar men kent hem in de wijk meer als een soort beheerder. Het wijkgebouw is zijn tweede thuis. Activiteiten organiseren voor de jeugd vindt hij geweldig, dus is hij er niet weg te slaan. ‘En ja, dan krijg je dat mensen denken van; hij is hier de baas, hij heeft de bos
met sleutels’, lacht hij. ‘Ik heb ook een aantal jaren in het wijkbestuur gezeten en achter de bar gestaan. Misschien speelt dat ook een rol bij het beeld dat ze van me hebben.’
Ronnie gaat door, maar doet het regelmatig met tegenzin. Vooral het barwerk is niet echt leuk, maar hij staat er weer. Misschien omdat hij al zoveel jaren actief is, dat hij daardoor te veel feeling met het wijkgebouw heeft. Hij voelt zich onverminderd verantwoordelijk. ‘Je mag wel weten dat ik de tent hier door de jaren heen behoorlijk heb lopen vervloeken en nog steeds hoor. Ik scheld hier wat af. Hoe het komt dat ik dan toch blijf? Tsja, nou zeg jij het maar.’ ‘In de tijd dat ik overspannen was heb ik een keer de sleutels ingeleverd. Toen wilde ik echt kappen, want ze belden me constant op omdat ik van alles rond het wijkgebouwgebeuren op de hoogte ben. Zit ik niet in het bestuur, moet ik nog bij die vergadering zitten. Je had mijn kop eens moeten zien toen ze me dat vroegen. Toen had ik zoiets van; hier hebben jullie de sleutels. En als ik dan weer liep te tieren en te brullen, moesten ze allemaal lachen. Want juist dan schijn ik komisch over te komen. Gelukkig kan ik er zelf ook wel vaak om lachen.’ Klaar Terwijl U Wacht Het is door de coronacrisis rustiger in het wijkgebouw, merkt Ronnie, en dat is jammer. ‘Persoonlijk heeft de situatie op mij niet veel impact hoor, want ik verveel me nooit. Het is
erger voor ouderen en jongeren die nu geen gebruik kunnen maken van het wijkgebouw. Ik ben zelf ook even niet erg actief in het wijkcentrum, want er is niks te doen. Natuurlijk gaan de taken van het secretariaat gewoon door, maar dat kan ik vanuit huis doen. Misschien is dit de tijd om een aantal afleveringen van Klaar Terwijl U Wacht - vanwege de slechte beeldkwaliteit - opnieuw te monteren.’ De tv-serie Klaar Terwijl U Wacht van de toenmalige omroep Mercurius, speelt zich af in en rond een Leeuwarder klussenbedrijfje, waar de klussers Jouke en Dirk het niet zo nauw nemen met de regels. Daarbij gaan ze een zwart klusje ook niet uit de weg. Ronnie speelt een rol in de serie en moet het hele bedrijfje een beetje fatsoenlijk draaiende houden. Een onmogelijke missie omdat hij dankzij de twee vette klussers altijd en overal het slachtoffer van is. In april 2008 wordt er, ondanks het succes van de serie, een punt achter de opnames gezet. De crew heeft in totaal iets van dertig afleveringen gemaakt die allemaal op deze website te zien zijn. Een zeikerd tegen wil en dank Eind 2008 zijn de afleveringen samengevoegd tot vijf lange films. Daarmee viel op een enkel live optreden in de Harmonie in 2015 na - definitief het doek voor Klaar Terwijl U Wacht. Ronnie: ‘Ik vind acteren heel leuk, maar dan moet er wel iets te acteren zijn. Dus er moest een verhaal komen en dat moest iemand doen. We hadden een goede regisseur en die kon ook erg goed monteren, maar die hield ermee op. Dus heb ik die taak vervolgens maar weer op me genomen. Ook dat doe ik dan weer, maar ik vind er eigenlijk niks aan. Het monteren is vreselijk, ik heb de rust niet om het te doen.‘ En zo doet hij eigenlijk heel veel dingen waar hij de pest aan heeft. Lachend: ‘Zolang het leuk is, blijf ik. Ik ben een zeikerd, ik weet het, maar dat ben ik hier al zesendertig jaar en niemand neemt me daarin toch serieus. Ik ben, zeg maar, een vrijwillige zeikerd tegen wil en dank.’
Houvast
12
Het coronavirus heeft me ook iets heel waardevols opgeleverd DOOR MENNO SCHOTANUS
SCHIERINGEN - In wijkcentrum Schieringen is Karin Romein (62) actief als gastvrouw en bestuurslid. Het wijkcentrum is haar tweede thuis geworden. Het is dat er geen bed staat, anders was Karin er dag en nacht. De wijk Schieringen zit nou eenmaal in haar hart. ‘Ik ben dan ook niet van plan hier ooit nog weg te gaan.’
Houvast
Karin heeft geen gemakkelijk leven achter de rug. Het zat haar meermaals niet mee. Negentien jaar geleden verliest ze haar eerste man en blijft als alleenstaande moeder achter met drie dochters. Het verdriet is immens. Dankzij de steun uit haar omgeving in haar toenmalige woonplaats Workum houdt Karin het hoofd echter kranig boven water en kan ze geleidelijk aan het verlies verwerken. Naast haar grote liefde valt er met de dood van haar man bovendien plotseling een inkomen weg. Karin moet financieel een flinke stap terugdoen. Vrienden, kennissen en familieleden vullen de proviandkast en bieden mentale steun. Karin maakt er het beste van. ‘Die inkomensval maakte me creatief. Ik ging zelf kleding op de naaimachine maken en ben gaan behangen en verven.’ Een nieuw begin in Leeuwarden Na een aantal jaar vindt Karin opnieuw het geluk bij een andere man. Zes jaar lang lacht het leven haar weer toe. Totdat andermaal het noodlot toeslaat. Ook haar tweede man komt te overlijden en met hem in diezelfde periode nog een aantal familieleden. De belangrijkste mensen in Karins omgeving ontvallen haar en ze glijdt langzaam weg in eenzaamheid. Het verlies valt haar zwaar. ‘Eén van mijn dochters vroeg op een gegeven
13
moment of ik naar Leeuwarden wilde komen. Nieuwe mensen ontmoeten en een verandering van omgeving zouden mij goed doen. Ze kreeg gelijk.’ Eenmaal in Leeuwarden leeft Karin helemaal op. Ze legt contact met mensen die ook het een en ander hebben meegemaakt en sluit zich aan bij allerlei vrijwilligersactiviteiten. ‘Ik beteken graag iets voor anderen en wilde niet vereenzamen, dus er was werk aan de winkel’, lacht ze. Naast haar bestuurstaak bij het wijkcentrum heeft vooral de textielgroep in het wijkgebouw Karins bijzondere aandacht. Ze leert er anderen het bedienen van de naaimachine en ondersteunt bij verstelvragen. Een buurman zonder huisraad bezorgt ze tweedehands spullen en ze geniet bijna dagelijks van haar zes kleindochters. Haar leven wordt drukker en drukker. En dan wordt het maart 2020. De coronacrisis stelt Karins doorzettingsvermogen opnieuw op de proef, want de coronamaatregelen hebben een desastreuze impact op zowel haar privéleven als haar vrijwilligerswerk. Als moeder en oma moet Karin het plotseling stellen zonder de spontane omgang met haar kinderen en kleinkinderen. Het is zoeken naar wat nog wel kan. En dat blijkt niet altijd eenvoudig.
Samen eten Karin: ‘Een van mijn dochters is gehandicapt. Zij mocht een periode lang geen bezoek ontvangen, dus deden we alles telefonisch. Dit telefonische contact was voor ons heel belangrijk. Ik belde haar iedere dag om even te vragen hoe het met haar ging en wat ze die dag had gedaan. Ze mocht van de stichting waar ze woont ook geen spullen ontvangen, dus de nieuwe televisie die ik voor haar had gekocht, bleef hier in de gang staan. Dat was allemaal moeilijk aan haar uit te leggen. Alle coronamaatregelen verwarden haar, al die mensen in witte pakken en het feit dat ze niet van haar kamer mocht. Nu is er gelukkig weer iets meer mogelijk.’ Met één van haar buurvrouwen bouwt Karin in de tussentijd door alle droevige omstandigheden een sterke band op. De buurman is ernstig ziek en daarom helpt Karin hen. Kortgeleden is hij overleden en heeft Karin haar buurvrouw uitgenodigd om regelmatig bij haar te komen eten. ‘Mijn buurvrouw werkt de hele dag en heeft nog niet de energie om te koken. Samen eten doet ons allebei goed. Ik heb hetzelfde meegemaakt en weet wat ze op dit moment voelt. Na het eten doen we een bakje koffie, we kletsen wat en daarna gaan we onze eigen weg. Uiteindelijk heeft het coronavirus me dus ook iets heel waardevols opgeleverd.’
Houvast
14
Het is zo waardevol om te zien hoe blij mensen worden als je iets voor hen betekent’ DOOR CHRISTEL VAN HOORN
STIENS - Duurzaam leven zit bij Corine in het bloed. Haar moeder van 75 jaar werkt al jaren bij kringloopwinkel Dorcas en steekt hier nog altijd de handen uit de mouwen. Zodoende groeide Corine op met de kringloopgedachte. Ze is altijd met recycling bezig en kan geen nieuwe spullen kopen wanneer er ook een tweedehands exemplaar voorhanden is. Het geeft haar energie. Verduurzamen en minimaliseren noemt ze het zelf. Overal in Corines huiskamer staan gebruikte spullen die in haar gezin opnieuw dienst doen. In het oog springende retro zaken zoals een oude radio en een naaitafel. Corine had ooit een ultieme droom; een weggeefwinkel beginnen, net zoals haar vriendin die een weggeefwinkel in Franeker heeft. Het liefst één met een gezellige koffiehoek waar mensen elkaar kunnen ontmoeten.
Die droom werd in de zomer van 2020 in kleinere vorm werkelijkheid met de komst van Corines weggeefkast. ‘Ik ben zelf een kast gaan bouwen van oud schuttinghout dat we nog hadden staan. We gingen door de coronapandemie toch niet op vakantie, dus ik had alle tijd. Er moest wel wat extra hout komen voor het raamwerk en dat ben ik gaan kopen. Toen ik in die winkel ver-
telde dat ik wilde gaan ‘potdekselen’ (een bepaalde techniek van betimmering, red.) werd er schamper gelachen, maar ik heb het uiteindelijk toch maar mooi voor elkaar gekregen!’ Naweeën van corona Alles loopt op rolletjes, totdat Corine net voor de kerstdagen corona krijgt. ‘Ik kreeg
Houvast
15
altijd kampt met restverschijnselen van haar coronabesmetting. Met name merkt ze dat ze veel sneller moe is. ‘Als ik te veel doe, ben ik ineens echt hélemaal OP!’ Het valt haar bovendien zwaar om half digitaal, half klassikaal les te geven. ‘De kinderen in de klas hebben er moeite mee om rekening te houden met de kinderen die aan de andere kant van de lijn zitten en ik ben steeds afhankelijk van de techniek.’
Toen ik vertelde dat ik een kast ging bouwen, werd er schamper gelachen. Maar ik heb het toch maar mooi voor elkaar gekregen! rugklachten en uitval in mijn benen. Het waren hernia-achtige klachten. Daarna werd ik wat verkouden en heb toen toch maar een test gedaan. En ja hoor, onverwacht testte ik positief op corona en mijn man ook. De kinderen hadden het gelukkig niet. Vanaf de laatste week van november tot en met de kerstvakantie was voor ons gezin dus een quarantaineperiode.’ Corine werkt drie dagen op een basisschool in Leeuwarden Noord. Ze merkt dat ze nog
Ze maakt zich zorgen over kinderen die nu gedwongen thuiszitten en niet mee kunnen komen. Over kinderen met ouders die de taal nog niet machtig zijn en daardoor hun kroost thuis moeilijk les kunnen geven. En over kinderen die, nu ze thuis zijn, allerlei andere dingen moeten doen, zoals hun zusjes of broertjes begeleiden, waardoor ze zelf niet aan hun huiswerk toekomen. ‘Ik ben blij dat er via de crisisopvang ruimte is om bepaalde kinderen toch op school les te kunnen geven. Digitaal kun je namelijk niet checken of ze de stof écht opnemen. Daarvoor moet je ze fysiek zien.’ Argwaan en applaus Haar weggeefkast of in het Fries - it Fuortjaan Kabinet - is inmiddels af en staat op haar oprit in Stiens. Hij heeft een mooie deur met een kijkraam van plexiglas gekregen. ‘Die heb ik in de kerstvakantie gemaakt, omdat ik toen toch in quarantaine zat. Nu blijven de spullen droog, anders moet ik dingen weggooien en dat is zonde.’ Ze vertelt over de reacties in de buurt toen haar kast er eenmaal stond. ‘Het idee werd óf argwanend bekeken óf toegejuicht. Misschien dat bepaalde mensen in het begin huiverig waren voor wie er op af zou komen, maar dat station zijn we inmiddels gepasseerd. Nu zetten ook buren er spullen in of halen er iets uit. Een buurvrouw reageerde onlangs: ‘Zo kan ik m’n interieur af en toe vernieuwen met leuke snuisterijen!’’ De kast biedt door zijn opstelling genoeg privacy voor mensen die iets komen halen of juist brengen. ‘Iedereen mag alles wat nog heel is erin zetten, mits het erin past’,
legt Corine uit. Want in het reglement dat op de kast hangt, staat duidelijk vermeld dat alles wat buiten de kast wordt geplaatst, wordt weggegooid. Andere bezigheden Corine straalt van passie en inspiratie wanneer ze over haar weggeefkast vertelt. Het geeft haar de energie die ze ook voor haar andere bezigheden nodig heeft. Want die overige bezigheden zijn er in overvloed. ‘Ik doe mee aan Robin Round. Hiervoor maken negen mensen in de omgeving van Leeuwarden ieder drie bladzijden voor een boekje dat uiteindelijk een kunstwerk moet worden. Daarnaast bestellen we soms eten, dat we in van die mooie doosjes bezorgd krijgen. Daar maak ik dan weer cadeaudoosjes van.’
Afgelopen kerstdagen hebben we kerststukjes gebracht bij de aanleunwoningen van Skilhiem en bij Talant Tijdens de eerste lockdown is er in Corines gezin een bijzonder project ontstaan. ‘Wij hebben toen tulpenbollen opgekocht van een groothandel in nood en die hebben we vervolgens rondgebracht. De afgelopen Kerstdagen kwamen de buren met het idee om samen kerststukjes te kopen, zo leuk! Die hebben we vervolgens rondgebracht bij de aanleunwoningen van Skilhiem en bij Talant. Ook onze kinderen liepen weer mee. Dit doen we met elkaar!’ Een kleurrijk leven Het is zaak dat Corines gezondheid weer snel op het oude peil komt, want stilzitten is er voor haar niet bij. Alle bezigheden kleuren haar leven. ‘Het is zo waardevol om te zien hoe blij mensen worden als je iets voor hen betekent.’ Benieuwd naar Corines weggeefkast? Kijk op https://www.facebook.com/ It-Fuortjaan-Kabinet-101086508389925
16
Houvast
Houvast
17
Eén keer heb ik Rutte horen zeggen dat wij het zwaar hebben DOOR CHRISTEL VAN HOORN
STIENS - Moeder Ter Haar uit Stiens zit aan de keukentafel achter haar laptop, vader loopt langs om vervolgens een verdieping hoger weer achter die van hem te kruipen. Ze zijn druk, want beiden werken. Daarnaast zijn ze ook mantelzorger voor hun autistische zoon Chiel (19). Die zit in de woonkamer en vertelt opgetogen hoe hij in dit interview verzeild is geraakt. ‘Mijn moeder heeft mij getipt om me op te geven. Ze vond dit echt iets voor mij. Nou, ik ben blij dat ze het heeft gedaan, want ik wil dolgraag mijn verhaal vertellen.’ Tien jaar geleden richten Chiels ouders een stichting op die in eerste instantie taxivervoer regelt naar het buitengewoon onderwijs. Later breidt de stichting haar werkzaamheden uit met het organiseren van activiteiten voor kinderen met een beperking. Het idee wordt indertijd geboren uit een persoonlijk gemis aan activiteiten in de eigen omgeving. Webshop Match Worn Die eerste stichting is tien jaar na dato vervangen door een opvolger, waar Chiel actief in meewerkt. Vanuit deze nieuwe stichting organiseert de familie Ter Haar meerdere activiteiten. Maar voor Chiel springt er één specifiek onderdeel uit: de webshop Match Worn met tweedehands voetbalkleding. De bewuste sportkleding is meestal maar één seizoen gedragen en is vaak nog in goede staat. De trainings- en wedstrijdkleding en aanverwante zaken worden zowel verkocht als weggegeven in zogenoemde wensdozen. ‘Laatst hebben we een wensdoos gebracht bij een jongen van tien jaar die het Syndroom van Down heeft’, vertelt Chiel trots. ‘Hij was zielsgelukkig toen hij de doos opende. Er verscheen een brede glimlach op zijn gezicht. Kijk, daar doe ik het voor. Die glimlach én voor de waardering die je van volwassen mensen krijgt natuurlijk.’ Onbetaalbare glimlach De opbrengst van de verkochte kleding wordt door Chiel omgezet in nieuwe weggeefdozen en in ‘subsidie’ voor een activiteit of een ontzorgmoment voor mantelzorgers. Denk
bijvoorbeeld aan een dagje sauna of een etentje bij een Van der Valk hotel. ‘Zo kunnen mantelzorgers even ontspannen en iets voor zichzelf doen’, legt Chiel uit. ‘Mijn ouders zijn altijd míjn mantelzorgers geweest en ik geloof best dat dit zwaar is, hoor.’ Chiel vertelt dat hij vorig jaar samen met z’n ouders is gestart met het wegbrengen van wensdozen. Dat begon met circa twee op een middag. ‘Tussen half maart en begin juni hadden we al vijfenvijftig dozen weggegeven. Daarna hebben we ook uitjes georganiseerd, omdat mensen weer meer op pad mochten nadat de coronamaatregelen werden versoepeld. Toen in oktober de gedeeltelijke lockdown weer inging, zijn we ons opnieuw gaan richten op de wensdozen.’ Afgelopen december heeft Chiel andermaal dozen in heel Friesland uitgedeeld. De vraag wordt alleen maar groter nu er ook buiten de provinciegrenzen belangstelling voor zijn initiatief ontstaat. ‘Ik ga dan graag mee om ze weg te brengen en om de reactie van de kinderen te zien, daar word ik zó blij van.’ Een vergeten groep kinderen De vader van een kameraad is inmiddels ambassadeur van Chiels stichting en doet er alles aan om zo veel mogelijk bekendheid aan het project te geven. Dat lukt aardig. Chiel heeft door al het harde werk inmiddels contact met Henk de Jong van voetbalclub SC Cambuur en via hem weer met De Graafschap. Via een speler is er ook contact gelegd met
Helmond Sport. Verder heeft hij spullen van Ajax, Feyenoord, PSV en het Nederlands elftal in de collectie. Chiel wil graag zijn stichting promoten, de webshop aanprijzen en kleding ontvangen. Zo kan hij met zijn ouders blijvend iets doen voor een vergeten groep kinderen. ‘Uit eigen ervaring weet ik dat er voor kinderen met een beperking niet veel aandacht is. Er wordt weinig voor ze georganiseerd, terwijl juist deze groep iets extra’s verdient. Gelukkig zijn er ook clubs die wel hun best doen. Voetbalclub Blauw-Wit ’34 in Leeuwarden heeft bijvoorbeeld meerdere gehandicaptenteams (G-teams). Maar ik weet niet wat er in de gemeente verder nog wordt geregeld.’ Aandacht van Rutte En nu, tijdens deze coronacrisis, heeft de politiek al helemaal geen aandacht voor kinderen met een beperking. ‘Eén keer heb ik Rutte horen zeggen dat wij het zwaar hebben. Ik wil verder niet te veel klagen hoor, want de werkzaamheden voor de stichting maken voor mij veel goed. Ik ben er iedere dag druk mee.’ Als de zakenman in spe vervolgens wordt gevraagd of hij een foto bij dit artikel wil, hoeft Chiel niet lang na te denken. ‘Doe díe maar, daar sta ik wel leuk lachend op. Ik heb ook nog wel wat flyers voor u.’ Benieuwd naar het bijzondere initiatief van Chiel en zijn ouders? Bekijk de website www.meermogelijkmetvoetbalkleding.nl
Houvast
18
Een lesje positief denken in coronatijd’ TEKST EN FOTO: ROEL SWART
Houvast
HUIZUM WEST - Soms val ik in deze coronatijd ten prooi aan depressieve gevoelens. Ik voel me dan compleet machteloos. We mogen helemaal niks meer! Er is geen pest meer aan! Genieten van mijn pensioen? Ammehoela! Al mijn vrijwilligerswerk ligt stil! Geen rondleidingen en publieksbegeleiding meer in stadsschouwburg De Harmonie, geen stadswandelingen, weg archiefklus bij het Historisch Centrum Leeuwarden, exit huiskamervoorstellingen: niks kan en mag meer! Ik kan niet naar de bieb en naar de boekhandel, alle restaurants zijn gesloten en de sportschool is dicht. Uit lamlendigheid ga ik steeds later naar bed en kom ik er pas tussen 11 uur en 12 uur ‘s ochtends uit. Op andere momenten voel ik me stukken beter en heb ik gewoon zin in het leven. Want, ondanks mijn depressiegevoeligheid, wandel ik veel, ga ik op bezoek bij of krijg ik bezoek van familie en vrienden en vriendinnen, en onderhoud ik mijn sociale contacten ook via de telefoon, WhatsApp, Facebook en Messenger. Bovendien maak ik me dienstbaar als vrijwilliger bij stichting Ixta Noa en ben ik actief als redacteur van de Hollanderwijkkrant. Even na Nieuwjaar kreeg ik weer eens last van mijn rug. “Dat gaat wel weer over”, dacht ik, “fysiotherapie hoef ik niet meer”. Aanvankelijk leek het ook wel mee te vallen, totdat ik op een nacht, rond een uur of vier, wakker werd van de pijn. Twee paracetamolletjes waren voldoende om na enige tijd weer in slaap te vallen. De volgende morgen belde ik een goede kennis om raad. Hij zei tegen me dat ik niet zo moest zeuren. “We zitten allemaal in hetzelfde schuitje, je bent niet de enige.” “Allemaal goed en wel, maar het ene schuitje is wel een stuk luxer dan het andere”, bracht ik daar tegenin, “en bovendien verveel ik me kapot. En ik verga van de rugpijn.” “Je zou eens wat minder naar de coronacijfers moeten kijken”, ging mijn gesprekspartner onverstoorbaar verder, “en wat minder op de bank zitten. En wat je rug betreft: daar kan ik je niet mee helpen, daarvoor is de fysiotherapeut, toch?”
19
Drie keer “wam- wam-wam” zoenen in het luchtledige kan wat mij betreft definitief naar het nieuwe abnormaal worden verbannen’ Hij heeft me wel aan het denken gezet. Nadat ik gedurende enkele dagen een pijnblok had opgebouwd, kwamen de paracetamol, de ibuprofen, de kruiswoordpuzzels en de zitbank mij de neus uit, en maakte ik een afspraak met Spectrum fysiotherapie. Inmiddels ben ik weer rugpijnvrij. Ik was tot voor kort afkerig van online dingen bestellen. Maar door de strenge gedwongen lockdown moest ik wel. Zo had ik medio december nog geen agenda, de kantoorboekhandels waren inmiddels gesloten. Op een zondagavond heb ik de stoute schoenen (“verhip, ook schoenenwinkels zijn volgens de regering niet-essentieel”) aangetrokken, heb een account aangemaakt bij bol.com, een agenda besteld en betaald via iDEAL, en hupsakee! Twee dagen later kon ik de bestelling ophalen bij de Albert Heijn aan de Prins Hendrikstraat. Wat een overwinning! Een week later ontdekte ik dat mijn scheerapparaat kuren begon te vertonen. Geen nood: via bol.com kocht ik online een nieuw exemplaar en binnen twee dagen kon ik de bestelling afhalen bij dezelfde winkel. Een tijdje later kwam ik op Facebook een oproep tegen om de lokale boekhandel te steunen door online te bestellen. Ik besloot dat via mijn favoriete winkel te doen. Mijn keus viel op het boek “Wen er maar aan”, het romandebuut van Toren C-actrice Maike Meijer. Nog geen 24 uur later werd het boek bij mij aan de deur bezorgd door een medewerkster van boekhandel Van der Velde.
We zitten allemaal in hetzelfde schuitje. Maar het ene schuitje is wel een stuk luxer dan het andere
Wanneer deze corona-ellende achter de rug is, mag wat mij betreft een aantal dingen wel zo blijven, zoals de vrijheid die er is ontstaan door de anderhalve-meter-regel: het levert mij meer ruimte op. We staan en zitten niet zoals voorheen te dicht op elkaar. Dan heb ik het nog niet eens over slechte adem van de voor mij onbekenden, die voorheen stijf naast mij zaten in het theater. Handen schudden zou mogelijk wel weer kunnen, maar drie keer “wam- wam-wam” zoenen in het luchtledige kan wat mij betreft definitief naar het nieuwe abnormaal worden verbannen. Ergo: meer ruimte op de tribunes. En last but not least: de meeste hygiënemaatregelen mogen als het aan mij ligt, eveneens blijven. Roel Swart P.S. Hoe zit het eigenlijk met de kapper, kun je die online bestellen? Mijn haar begint zo zoetjes aan wel erg lang te worden en een coupe Johan Derksen heeft niet mijn voorkeur. Ik denk dat ik het maar eens ga proberen. Wie weet wordt de kapper of kapster, met alle kappersbenodigdheden, via PostNL bij mij thuis afgeleverd voor het renoveren van mijn haardos!
Helaas is Roel voor de publicatie van zijn verhaal in deze bundel overleden. In overleg met zijn naaste familie hebben we besloten zijn portret ter nagedachtenis aan hem te publiceren. Het verhaal van Roel was voor ons de inspiratiebron om op zoek te gaan naar meer bijzondere bewonersportretten die houvast bieden.
20
Houvast
Houvast
21
De reade tried yn myn ferhaal is dat ik it moai fyn om minsken mei elkoar te ferbinen DOOR WIETSKE VAN DER ZEE
GROU - De 51-jarige Saskia Lezwijn-Krist is moeder van twee volwassen kinderen, heeft een eigen naaiatelier en is een van de drijvende krachten achter het handwerkcafé Grou e.o. Ze voorziet tijdens de lockdown een deel van de ongeveer vijftig deelneemsters van het handwerkcafé van garen en toebehoren. Daarnaast houdt ze met mailtjes en nieuwsbrieven iedereen op de hoogte van wat er is gemaakt, waar de spullen naar toe gaan én voorziet ze hen van nieuwe haak- of breiprojecten. ‘De froulju fan ús groep wolle graach wat dwaan. Stilsitte ís gjin opsje.’ In 2014 ontstaat het handwerkcafé vanuit het idee dat het leuk zou zijn om gezamenlijk aan dezelfde hobby te werken. ‘En sa is it gewoan begûn’, knikt Saskia. De vaste tijd om samen te komen wordt één keer per maand op de zaterdagochtend. Maar al snel komt daar de maandagmiddag bij, met als locatie Friesmastate in Grou. Het deelnemersaantal groeit gestaag mee. Zijn de dames in het begin voornamelijk met eigen projecten bezig; al gauw worden er spullen voor een gezamenlijk doel gemaakt. Zo hebben alle bewonersgroepen van Friesma State in de loop der jaren dekens voor over de bank in de huiskamer ontvangen. Ook zijn er omslagdoeken en vlaggenlijnen gemaakt en geschonken. Verschillende goede doelen zijn de revue gepasseerd; van knuffels en handige spullen voor de Sint Piterbeurs tot knikkerzakjes voor de schoolprojecten van Edukans. 140.000 granny squares Een hoogtepunt de afgelopen jaren was het meedoen aan het project “De grootste gehaakte deken van de wereld” van Culturele Hoofdstad 2018. ‘It wie fantastysk om dêr mei oan de slag te wêzen’, vertelt Saskia met een grote glimlach. ‘Wy ha mei syn allen mear as hûndertfjirtichtûzen granny squares makke’. Granny squares zijn vierkantjes van tien bij tien centimeter.
‘Wy ha dêrmei 519 tekkens makke’, vervolgt Saskia. ‘It moaie wie dat elk hjir oan meidwaan koe. Elk dy’t hake kin, kin granny’s hake en oars koene wy it se wol
Us doel is om tegearre moaie dingen te meitsjen foar minsken dy dit goed brûke kinne leare. Der ha in hiel soad minsken meidien. En doe’t it safier wie, ha wy in bus regele om mei syn allen in dei nei de presintaasje yn it Vijversburgpark yn Tytsjerk te gean.’ Een steuntje in de rug Sinds 2019 worden er door het handwerkcafé spullen gedoneerd aan de voedselbank, de kinderkledingbank en aan het Dorpenteam Zuid van Amaryllis. Denk hierbij aan babypakketten of winterse kleding zoals sjaals en mutsen. Het Dorpenteam krijgt gehaakte kussens om uit te delen aan bewoners die letterlijk en figuurlijk wel een steuntje in de rug kunnen gebruiken. Of een warme deken voor wie wel wat warmte kan gebruiken. Of een zorgenvriendje (een gehaakte knuffel) voor kinderen. Dit laatste levert vaak ontroerende reacties op.
Bijzonder is het feit dat het garen voor het handwerkcafé nagenoeg allemaal wordt gedoneerd. Af en toe komen er financiële giften binnen, die vervolgens in garen en toebehoren worden omgezet. Er komt tot nu toe altijd voldoende aanvoer binnen. Dreigt er een tekort te ontstaan dan is een oproep op Facebook voldoende om nieuwe spullen te krijgen. ‘Wy kinne altyd jern brûke en se witte ús wol te finen.’ De rode draad Saskia vertelt dat ze het fijn vindt dat ze met haar inzet voor het handwerkcafé iets voor anderen kan betekenen. Ze is zelf in 1998 begonnen met handwerken en dat heeft haar persoonlijk veel gebracht. Ze heeft kennis en vaardigheden over allerhande technieken opgedaan, maar ze heeft hiermee ook een heel nieuw netwerk aangeboord. Doordat ze zich in de loop der jaren bij verschillende forums en creatieve manifestaties aansloot, heeft ze inmiddels - verspreid over het land - allerlei kennissen en contacten opgedaan. Ondanks de pogingen die Saskia doet om contact te houden met haar dames via nieuwsbrieven en mailtjes, mist ze net als alle andere deelnemers van het handwerkcafé het echte contact tijdens deze lockdown enorm. Naast de berichtjes die ze deelt, krijgt Saskia regelmatig een telefoontje van een van de dames. ’Eefkes in praatsje; dêr giet it om. De reade tried yn myn ferhaal is dat ik it moai fyn om minsken mei elkoar te ferbinen. Om tegearre moaie dingen te meitsjen foar minsken dy dit goed brûke kinne.’
Houvast
22
Ik wil mensen verrassen met een groet, glimlach, mooi gedicht of een lied TEKST: JOS BOUWHUIS
Houvast
23
LEEUWARDEN - Als trotse inwoonster van Leeuwarden wil Brigit Janssen (47) haar verhaal graag delen met mensen die, net als zij, geraakt zijn door de verhalen op ‘Houvast’. Een verhaal dat in mineur start, een turbulente ontwikkeling doormaakt, maar op zeker moment gelukkig ook weer een positieve wending neemt. Brigit Jansen is geboren en getogen in Leeuwarden, heeft tussendoor zes jaar in Zaandam gewoond, maar woont nu alweer vele jaren in de Friese hoofdstad. ‘Terug in Leeuwarden voelde het alsof ik een oude jas aantrok. Ik kwam weer thuis.’
Als ik de krankzinnig verklaarde schoonmoeder van Willem Lodewijk speel, dan bén ik ook die vrouw
Zelfkritiek Onder het genot van een kop koffie gaat Brigit in gedachten terug naar haar bewogen jeugd. ‘In mijn jeugd heb ik beetje bij beetje mijn eigenwaarde verloren omdat mijn ouders erg onzeker en somber waren. Als kind was er altijd die eeuwige onzekerheid; kan ik het wel, ben ik wel goed genoeg? Altijd was een ander beter en was niemand in het gezin goed genoeg. Er waren zelden complimenten, nooit een knuffel, nooit trots. Dat was het voorbeeld waarmee ik opgroeide.’ Brigit leert niet hoe ze van zichzelf kan houden, zit vol zelfkritiek. Het duiveltje op haar schouder wordt steeds sterker en spreekt haar in keiharde oordelen toe. Gelukkig lukt het haar om dat stemmetje soms even te negeren wanneer ze bezig is met haar favoriete hobby; toneelspelen. Op school heeft Brigit een meester die haar daarin stimuleert. ‘Wanneer ik acteerde kon ik alles en iedereen zijn, dan vergat ik mijn zelfkritiek en verloor mezelf helemaal in het spel. Mijn creativiteit was hiervoor een fijne uitweg.’ Liefde en kracht Al die zelfhaat leidt uiteindelijk wel tot een depressie en een zware burn-out. Brigit raakt haar baan in de zorg en haar vrienden kwijt en haar huwelijk eindigt in een scheiding. Vervolgens worden haar ouders ook nog eens ernstig ziek. Haar moeder overlijdt na een jarenlange strijd tegen kanker en haar vader krijgt Alzheimer, gaat wonen in een verzorgingshuis en overlijdt enige jaren na Brigits moeder. Ze zucht. ‘Na jaren hard aan mezelf te hebben gewerkt, met steun van een scala hulpverleners en door
een opname in een psychiatrische kliniek, kreeg ik na het overlijden van mijn ouders langzaamaan meer grip op mijn kracht en vaardigheden. Ik kon vanaf toen mijn leven met nieuwe vooruitzichten en frisse moed oppakken, althans dat dacht ik. Het liep helaas anders.’ In 2006 wordt Brigit ernstig ziek. ‘Ik bleek grote tumoren in mijn lever te hebben en de vooruitzichten waren ronduit somber. Na een spannende periode volgde er een precisie-operatie en een behandeling, met goed gevolg. De tumoren bleken succesvol verwijderd en mijn lever herstelde zich geleidelijk. Ik kan het me nog goed herinneren. Toen ik na een lange bedlegerige periode in de spiegel keek, zag ik mezelf voor het eerst in alle liefde en kracht.’ Acceptatie Net op het moment dat Brigit zichzelf en haar leven herwaardeert, komt de volgende nare uitdaging: de pijn na haar grote buikoperatie gaat maar niet weg. Het wordt zelfs erger en chronisch. Hierdoor wordt Brigit minder mobiel en moet ze vaker rusten. Ze bezoekt diverse ziekenhuizen en klinieken door heel Nederland, die beloven te kunnen helpen bij pijnbestrijding. Uiteindelijk vindt ze in Eindhoven de juiste specialisten, maar die brengen haar slecht nieuws. Lichamelijk kan er niets meer worden gedaan om de pijn te verminderen. Er wordt zelfs voorspeld dat Brigit uiteindelijk gehandicapt zal raken. Het is andermaal een teleurstelling, maar Brigit zou Brigit niet zijn als ze zich zou neerleggen bij deze voorspelling. Ze blijft zoeken en vindt een arts in het Medisch Centrum Leeuwarden die haar verder helpt. Hij raadt haar aan om een pijneducatieprogramma te volgen. ‘Ik kreeg les in het leren omgaan met de energieslopende pijn en met de innerlijke strijd die ik voortdurend lever om die pijn te verdragen. Langzaamaan ontdekte ik
Houvast
24
Ik weet nu dat ik er mag zijn hoe ik die last kan ombuigen in acceptatie en daarbij mijn lichaamseigen kracht en hulpstoffen kan inzetten.’ juist in kleine gebaren. Je maakt hiermee niet alleen een ander gelukkiger, maar je wordt er zelf ook rijker van. Samendoen stimuleert en inspireert.’ Enorm actief De methode slaat aan. Brigit leert bovendien hulp te accepteren of in te roepen. Er komt hulp in de huishouding en ze krijgt een scootmobiel. Hiermee krijgt ze haar zelfstandigheid beetje bij beetje terug en begint ze van alles aan te pakken. Bewoners zien haar regelmatig langsrijden in haar vrolijke voertuig versierd met bloemen en hartjes. Als bezige bij betekent Brigit inmiddels veel voor haar omgeving. ‘Ik treed op met de vrouwenband de ‘Saxy Ladies’ en de theatrale muziek act ‘Top Secreet’. Ik ben torenwachter in de Oldehove geworden en ontvang daar met veel passie nu al veertien seizoenen lang bezoekers. Verder ben ik, om het groen in Leeuwarden zoveel mogelijk te behouden, actief lid van Stichting Bomenridders geworden.’ Ook haar grote jeugdliefde vlamde weer op. ‘Ik kan mezelf verliezen in de prachtige rollen die ik speel voor Van Ravensteijn Entertainment. Ik duik dan in de rijke geschiedenis van Leeuwarden en neem mensen daarin mee. Als ik de krankzinnig verklaarde schoonmoeder van Willem Lodewijk (ús Heit) in de binnenstad speelde, dan wás ik ook die vrouw’, glundert ze enthousiast. Bemoedigende boodschap Tot maart 2020 wanneer er plotseling zand in de goed geoliede machine komt. Nederland komt langzaam tot stilstand. Zo ook Brigit. Corona rammelt aan de deuren en
slaat daarbij Brigits deur niet over. Al haar werkzaamheden vallen weg. Het dwingt haar tijd te nemen voor rust en bezinning. Brigit besluit die periode te gebruiken om zichzelf werkelijk terug te vinden. Met ondersteuning van een hulpverlener en Eye Movement Desensitization and Reprocessing (EMDR therapie), zet ze haar laatste stap richting maximaal zelfevenwicht. ‘Ik voel op dit moment heel veel liefde; voor mezelf, voor mijn partner, de natuur, de mensen om mij heen, maar ook voor mijn stad, mijn land en de wereld. Ik loop gewoon over van al die liefde. Het bruist in me.’ Brigit wil haar herwonnen positieve gevoel graag delen met mensen die nét even iets extra’s nodig hebben. Zo ontstaat het idee om in de stad, op onverwachte plekken, mensen aan te spreken en om blije kaartjes te maken met een bemoedigende boodschap. Die kaartjes laat Brigit dan voor de vinder op openbare plekken achter. Maar ze verrast mensen ook graag met een groet, een glimlach, een mooi gedicht of een lied. Verder heeft ze haar beroep als activiteitenbegeleidster weer opgepakt. Ze is nu vrijwilligster in het Odensehuis, een inloophuis voor mensen met geheugenproblemen en hun mantelzorgers. Zonder rancune Brigits positivisme begint zich inmiddels uit te betalen. ‘Ik heb nu een netwerk van heel mooie en lieve mensen om mij heen waar ik op kan rekenen. Dat voelt ontzettend goed. Ik heb het verleden een plek gegeven, heb zonder rancune of wrok mijn ouders en familie weer in mijn hart gesloten en de nare gebeurtenissen uit mijn verleden de ruimte geven. Ze zijn verwerkt. Ik weet nu dat ik er mag zijn.’
Ut ‘e krapte wei ûntstean de moaiste dingen DOOR WIETSKE VAN DER ZEE FOTO: Bob de Boer Photography, Koarnjum
MANTGUM – ‘Ut ‘e krapte wei ûntstean de moaiste dingen’. It is in útspraak fan Popke van der Zee, yn augustus 2020 ferstoarn nei in slimme sykte. It wurdt neamd yn it petear dat ik ha mei Wieke de Haan fan Mantgum. Wieke is skriuwster en wurket by Tresoar as realisator/stiper. Ik kom har tsjin op in oerlis by de Doarpskeamer yn Mantgum en wurd nijsgjirrich nei har ferhaal troch de wize wêrop hja praat oer de tiid dêr’t wy no yn sitte. ‘Ik ha net sa’n lêst fan korona; ik sjoch foaral nei wat der noch wól kin.’
MANTGUM - ‘Vanuit schaarste ontstaan soms de mooiste dingen’. Het is een uitspraak van Popke van der Zee, in augustus 2020 overleden na een ernstige ziekte. Het komt naar voren in het gesprek dat ik heb met Wieke de Haan uit Mantgum. Wieke is schrijfster en werkt bij Tresoar als realisator/ ondersteuner. Ik kom haar tegen bij een overleg in de Doarpskeamer van Mantgum en word nieuwsgierig naar haar verhaal en de wijze waarop ze praat over de tijd waarin we nu leven. ‘Ik heb niet zo’n last van corona; ik kijk vooral naar wat er nog wél kan.’
Houvast
26
Ik tink dat dizze koronaperioade foar ús minsken in les yn nederichheid is’ In wike letter sit ik by har oan ’e tafel. Hja fertelt oer hoe’t hja earst mei Popke, en no mei harren bern en in nije freon ûnderweis is yn it libben. Faaks op in wize dy’t ek oaren ta tinken set, as romte jout. Bygelyks troch har boeken as troch de produksjes wer’t hja by belutsen wie en is. Fan hoe’t it ferlies fan harren soantsje yn in toanielstik fe rwurke waard troch Popke en hy dêrmei syn eigen fertriet yn ’e eagen seach. Besikers fan it stik hiene romte foar harren eigen fertriet en it neipetear wie alle kearen drok besocht. En ek komt it te praat oer de ierdbeien fan Popke syn folkstún; sy kin daalk de útrinners dy’t oan syn âlde planten kaam binne, útdiele. ‘En sa kin ik in stikje fan wêr’t hy fol fan siet trochjaan oan famylje en freonen. Sa moai!’ Yn aksje komme Diele fan wat der west hat, as fan wat je sels ha, komt as in reade tried werom. It is foar Wieke hiel gewoan. Krekt lykas ‘dwaan’. Yn aksje komme. ‘Ik tink dat dizze Koronaperioade foar ús minsken in les yn nederichheid is. Dat we better op dizze wrâld passe moatte en dêrom bin ik fegetarysk iten gien. Dat hie ’k alris faker besocht, mar doe woe Popke dat ‘kanarjefoer’ net langer ha. No set ik troch!’
En net allinich fegetarysk iten komt op it aljemint, mar ek wergebrûk, duorsumens, minderje mei plestik en leafde foar de Kringloopwinkel. ‘Wy kinne net altyd ôfjaan op wat oaren ferkeard dogge as neilitte; ik sjoch foaral ek nei wat ik sels bydrage kin’.En dan gewoan dwaan. Sa ek mei omtinken foar oaren. ‘Ik kin itensiede foar mysels, mar krekt like maklik foar in pear minsken mear. Dan binne der mear dy’t der wat oan hawwe. En wist: it hoecht net op ’e skeal.’ Net foar ien gat te fangen Se fertelt oer buorfrou, dy’t wol benaud is foar Korona, mar dochs út en troch komt te iten, of sy by har mei in ferlingstik oan ‘e tafel, fanwege it ôfstan hâlden. Fan buorman, dy’t ek wolris in miel kriget en dy’t foar har om ’e doar lêsten de oprit sljochte hat. It is no in túntsje mei beistrûken dêr’t hooplik skielk beien oan groeie dêr’t aanst wer potsjes sjem of beisop fan makke en útdield wurde kinne. ‘Sa sit der altyd wat fan dysels yn wat’st fuortjoust en hoe moai is dát!’ We komme te praat oer tinke yn mooglikheden en net ‘foar ien gat te fangen’ wêze. Neffens Wieke is ferbyldingskrêft der tige wichtich yn. It ûnderskriuwt foar har it belang fan keunst en kultuer. ‘It is sa belangryk om fanút oare ferbannen te tinken; om gebrûk te
meitsjen fan ferbyldingskrêft. Wêr kin je wat foar brûke as wat fan meitsje?’.
Sjoch nei wat der wól kin, haw each foar elkoar en foar wat der om dy hinne is Each foar skientme Nei de kofje nog in léste fraach: wat soestû graach minsken meijaan wolle? ‘Sjoch nei wat der wól kin, haw each foar elkoar en foar wat der om dy hinne is en wês net benaud om op in oar ôf te stappen.’ Sûnder neitinken rôlet har it antwurd út ‘e mûle. Dit petear set my ta tinken.Dat ‘sjen nei wat der wól kin’ net allinich foar no is. Dat it eins in foarm fan libbenskeunst is, mei each foar de skjintme flakby. As ik Mantgum wer útryd, falt myn each op foarsichtich bloeiende bûtergieltsjes njonken de sleat en in skarreljend pearke swannen yn ’e greide. Sa moai! Tige tank Wieke de Haan.
Houvast
27
Ik denk dat deze coronaperiode voor ons mensen een les in nederigheid is’ Een week later zit ik bij haar aan de keukentafel. Ze vertelt over hoe zij eerst samen met Popke en nu met hun kinderen en een nieuwe vriend onderweg is in het leven. Vaak op een manier die anderen laat nadenken, of ruimte biedt voor eigen gevoelens. Bijvoorbeeld door de boeken die ze eerder heeft geschreven of de (culturele) producties waarbij ze betrokken was en is. Van hoe het verlies van hun zoontje in een toneelvoorstelling is verwerkt door Popke en hij op die manier zijn eigen verdriet in de ogen keek. Bezoekers van deze voorstelling kregen ruimte voor hun eigen ervaringen rondom verdriet en het gesprek na de voorstelling werd alle keren druk bezocht. Ook komt het gesprek op de aardbeien uit Popkes volkstuin; Wieke kan straks de uitlopers van zijn oude planten uitdelen. ‘En op die manier kan ik een stukje van waar hij zo enthousiast over was weer doorgeven aan familie en vrienden. Zo mooi!’ In actie komen Delen van wat er is geweest, of van wat je zelf hebt, is een rode draad door het gesprek. Het is voor Wieke heel gewoon. Net zoals dóen. In actie komen. ‘Ik denk dat deze coronaperiode voor ons mensen een les in nederigheid is. Dat we beter op onze wereld moeten passen. Daarom ben ik vegetarisch gaan eten. Dat had ik al vaker geprobeerd, maar toen wilde Popke dat
“kanarievoer” op een gegeven moment niet langer eten. Maar nu zet ik door!’ We praten niet alleen over vegetarisch eten, maar ook over hergebruik, duurzaamheid, het verminderen van plastic en de liefde voor de kringloopwinkel. ‘We kunnen niet altijd afgeven op wat anderen niet goed of nalaten te doen: ik kijk vooral naar wat ik zelf kan bijdragen aan de oplossing.’ Vaak is dat een kwestie van gewoon doen. Dat geldt ook voor het geven aandacht aan anderen. ‘Ik kan eten koken voor mezelf, maar net zo makkelijk voor een paar mensen extra. Dan zijn er meer die daar iets aan hebben.”’ Niet voor één gat te vangen Ze vertelt over een buurvrouw, die wel bang is voor corona, maar toch af en toe komt eten bij haar of omgekeerd. En dan met een verlengstuk aan de tafel, om goed afstand te kunnen houden. Van de buurman die ook wel eens een maaltijd krijgt en die nu voor haar de oprit heeft geslecht, waarna deze is veranderd in een tuintje met bessenstruiken. Hopelijk zullen hier op termijn bessen aan gaan groeien waar bessensap en jam van gemaakt kan worden om vervolgens weer uit te delen. ‘Zo zit er altijd wat van jezelf in dat wat je weggeeft. Hoe mooi is dát?’ We raken in gesprek over denken in mogelijkheden en niet “voor één gat te
vangen zijn”. Volgens Wieke is verbeeldingskracht daarin heel belangrijk. Het onderschrijft voor haar het belang van kunst en cultuur. ‘Het is zó belangrijk om vanuit andere verbanden te kunnen denken, om gebruik te kunnen maken van verbeeldingskracht. Wat kun je waar voor gebruiken of waar kun je wat van maken?’
Kijk naar wat er nog wél kan, heb oog voor elkaar en voor wat er vlakbij om je heen is’ Oog voor de schoonheid Na de koffie nog een laatste vraag: wat zou je mensen graag willen meegeven? Zonder na te hoeven denken geeft ze antwoord: ‘Kijk naar wat er nog wél kan, heb oog voor elkaar en voor wat er vlakbij om je heen is en wees niet bang om op een ander af te stappen.’ Dit gesprek zet me aan tot denken. Ik realiseer me dat ‘kijken naar wat wél kan’ niet alleen voor nu geldt. Dat het eigenlijk een vorm van levenskunst is, met oog voor de schoonheid om je heen. Als ik Mantgum uitrijd, valt mijn oog op voorzichtig bloeiend speenkruid naast de sloot en een scharrelend paartje zwanen in het weiland. Zo mooi! Dank, Wieke de Haan.
Wij zetten ons in voor leefbare wijken en dorpen in Leeuwarden. Het opbouwwerk van Amaryllis zet zich in voor leefbare wijken en dorpen in Leeuwarden. Dat doen ze door organisaties en bewoners met elkaar in contact te brengen, goede ideeën te ondersteunen en groepen bewoners te helpen zichzelf te organiseren. U kunt contact opnemen met de opbouwwerker in uw wijk of dorp om een idee voor te leggen, een probleem te bespreken of gewoon voor een praatje over uw wijk of dorp. Voor het maken van een afspraak of voor meer informatie neemt u contact op met: Amaryllis Zuidvliet 620 8921 EZ Leeuwarden 058 303 0400 info@amaryllisleeuwarden.nl