Inventarisatie welzijnsimpact van de Q-koortsvaccinatie op geiten
Vaccineren tegen Q-koorts is een zeer effectieve manier om abortus door de Q-koortsbacterie te voorkomen en uitscheiding van deze bacterie te verminderen. Het is bekend dat het vaccin tegen Q-koorts bijwerkingen kan hebben bij gevaccineerde dieren, zo is dit ook beschreven op de bijsluiter. De wens vanuit de sector is om een zo volledig mogelijk en objectief beeld te krijgen van waargenomen bijwerkingen. Om deze reden is het Platform Melkgeitenhouderij gestart met het inventariseren van de impact van de Q-koortsvaccinatie op geiten. Dit initiatief wordt gefaciliteerd door GD.
Er is een enquête verspreid onder geitenhouders, dierenartsen en erfbetreders. Zo wordt een beeld geschetst van de praktijkervaringen van de betrokkenen. Ook loopt er een data-analyse om de invloed van vaccinatie op diverse gezondheids- en productieparameters te onderzoeken. De resultaten van de enquête en de data-analyse worden door onder andere het Platform Melkgeitenhouderij verwerkt in een projectvoorstel om de Q-koortsvaccinatiestrategie aan de hand van de One Health-aanpak te evalueren. Dierenartsenpraktijken met melkgeitenhouders als klanten hebben recent een mail met link naar de enquête ontvangen. Per praktijk mogen meerdere dierenartsen de enquête invullen. De enquête is bestemd voor elke dierenarts die een een-op-een relatie heeft met een melkgeitenhouder. Heeft u de enquête nog niet ingevuld? Dan kunt u dit alsnog doen via de mail die u heeft ontvangen of door de QR-code te scannen.
Carlijn ter Bogt-Kappert , projectleider
Monsters insturen met warm weer
Met warme dagen is extra zorg vereist voor het insturen van materiaal. Voor een optimaal onderzoek is het van belang om vers materiaal in te sturen, het materiaal te koelen in warme tijden en op een droge, afgeschermde plek binnen te plaatsen.
Met name wanneer het onderzoeksmateriaal lang onderweg is, kan een warme omgeving nadelig zijn voor de kwaliteit. Dit kan bijvoorbeeld resulteren in foutief verhoogde of verlaagde bloedwaardes. Voor microbiologisch onderzoek geldt dat gekoelde opslag het afsterven van relevante kiemen en overgroei door niet-relevante kiemen remt. Koelelementen meesturen kan een uitkomst bieden. Zorg er echter wel voor dat het monstermateriaal niet tegen het element aan bevriest door er een buffer tussen te plaatsen.
De Veekijker: voor alle veterinaire vragen
Voor veterinaire vragen is de Veekijker rechtstreeks te bereiken op 088 20 25 555. Via een keuzemenu kiest u de diersoort waar u informatie over wilt hebben.
Voor de verschillende dier soorten gelden andere openingstijden:
Rund 08.30 – 17.00 uur
Rund uiergezondheid 15.00 – 17.00 uur
Kleine Herkauwers 15.00 – 17.00 uur
Varken 08.30 – 17.00 uur
Pluimvee 08.30 – 17.00 uur
Helpdesk Paard (alleen voor infectieuze aan doeningen) 15.00 – 17.00 uur
Lotte Roos, coördinator diergezondheidsmonitoring
Week van de Monitoring
Wat speelt er in het veld? Als dierenarts ziet u het dagelijks, vaak als eerste. U signaleert, onderzoekt, bespreekt, schakelt. De signalen die u vanuit de praktijk deelt met GD zijn een essentieel onderdeel van de diergezondheidsmonitoring in Nederland. Tijdens de Week van de Monitoring – van 16 tot en met 20 juni – zetten we de diergezondheidsmonitoring centraal en laten we zien wat er met uw waardevolle input gebeurt.
Nederland loopt voorop in diergezondheidsmonitoring. Een van de succesfactoren is de nauwe samenwerking tussen dierhouders, dierenartsen, overheid en partijen uit de dierhouderijsectoren. We zijn in staat gebleken om diergezondheidsproblemen vroegtijdig te signaleren zodat snel handelen mogelijk werd. Ondanks dat we in Nederland voorop lopen, blijft het noodzakelijk continu te kijken waar verbeteringen mogelijk zijn. De wereld om ons heen verandert immers constant. Om daar extra aandacht aan te geven, delen we tijdens de Week van de Monitoring via verschillende kanalen recente inzichten: opvallende casussen, trends in diergezondheid en kennis uit de laatste diagnostische technieken. Tot stand gekomen met uw inbreng. We sluiten de week af met een symposium op vrijdag 20 juni, speciaal voor dierenartsen. Kom luisteren naar inspirerende sprekers, volg sectorspecifieke sessies voor praktische kennis, neem een kijkje in het laboratorium met sectiezaal én stel uw vragen aan onze experts. Meer informatie over het programma volgt binnenkort.
Hopelijk tot ziens op 20 juni!
Cursus voor jonge pluimveedierenartsen
In maart ging de pluimveecursus voor jonge pluimveedierenartsen van start, met negen enthousiaste deelnemers uit Nederland en België. Gedurende vijf weken kwamen de dierenartsen een dag in de week naar Deventer voor de cursus. Het programma was gevarieerd: er was verdieping in pluimveeziekten en ook communicatietraining.
Het programma werd afgetrapt met een dynamisch escaperoom-spel, waarbij de deelnemers in teams signalen over een nieuwe dierziekte moesten onderzoeken. De sfeer, maar ook competitie zat er al meteen goed in. Twee ochtenden van de cursus werden gehouden in de sectiezaal. Op één ochtend werden dieren bekeken die door de deelnemers zelf waren aangeleverd. De lessen pathologie werden erg goed gewaardeerd. Tijdens de cursus kwamen verschillende dierziektes en ook de monitoring daarvan aan bod. Er was onder andere verdieping in aviaire influenza, mycoplasma, Gumboro, salmonella en hittestress. De inhoudelijke sessies werden leerzaam gevonden en relevant voor de praktijk. Andere onderdelen van de cursus waren laboratoriumtechnieken en nieuwe diagnostiek, daarnaast kwamen generatiemanagement en werkgeluk aan bod. Op de laatste dag van de cursus was er gelegenheid voor een borrel. Daarna vertrokken alle deelnemers huiswaarts, met zowel nieuwe kennis als nieuwe contacten voor de toekomst.
Fiona Schoemaker-van Kaam MSc , dierenarts
Ernstig ziektebeeld veroorzaakt door zeldzame salmonella
Uit een recente casus met zeer zieke speenbiggen kwam een zeldzame salmonella naar voren. Twee gespeende biggen werden ingestuurd met als anamnese verkleuring van de huid aan de oren, snuit, buik en achterhand.
Bij pathologisch onderzoek bleek dat de dieren macroscopisch uitgebreide hyperaemie van de oorschelp, de neus en meningen, alsook marmering van diverse lymfeknopen en ernstige zwelling van de milt toonden. De ernstige miltzwelling is een aanwijzing voor sepsis en ook histologisch werden aanwijzingen voor sepsis gezien. Onderzoeken op virale ziekten zoals influenza, circovirus, Afrikaanse en Klassieke varkenspest verliepen allemaal negatief.
Door middel van bacteriologisch onderzoek werd de oorzaak van de sepsis achterhaald. Een kweek uit de milt toonde veel salmonella aan. Klassieke serotypering wees uit dat de salmonella tot serogroep C behoorde. Na nadere typering op basis van whole genome sequencing bleek het te gaan om Salmonella enterica serovar Choleraesuis var. Kunzendorf, een salmonellavariant die we zelden tot nooit signaleren in Nederland. S. Choleraesuis is zeldzaam in Europa, aangepast aan varkens en staat bekend om het veroorzaken van ernstige sepsis met mogelijk veel sterfte tot gevolg. Deze bevinding is van belang omdat het klinisch beeld lijkt op varkenspest, het bij varkens ernstige ziekte kan veroorzaken en het een zoönose betreft. Maatregelen om verspreiding te voorkomen zijn onder andere het isoleren van besmette varkens, reiniging en desinfectie, en strikte hygiënemaatregelen. Er wordt onderzoek naar de mate van verspreiding op het bedrijf ingezet.
Ten slotte, niet zozeer het vinden van salmonella, maar ziekte door salmonella (salmonellose) bij zoogdieren is meldingsplichtig en moet gemeld worden bij het landelijk meldpunt dierziekten (telefoonnummer: 045 - 546 31 88).
Christiaan Sanderman MSc , projectleider
Ziekte van Gumboro bij opfok-leghennen
De afgelopen weken ontvingen we meerdere meldingen en positieve monsters van opfok-leghennen met de ziekte van Gumboro (infectious bursal disease; IBD). Deze virale infectie, veroorzaakt door het IBD-virus, komt jaarlijks frequent voor bij vleeskuikens en een enkele keer bij opfok-leghennen.
In april tot begin mei zagen we echter al vijf bevestigde gevallen van Gumboro bij opfok-leghennen. Dit vraagt om hernieuwde aandacht voor preventie. Cruciaal hierbij is een correcte vaccinatiestrategie, zowel in de broederij als op het bedrijf. Op bedrijfsniveau adviseren we vaccinatie op basis van enttijdstipbepaling, afgestemd op maternale antistoffen. Zo bereik je een zo vroeg mogelijke bescherming, zonder dat het vaccin wordt geneutraliseerd. Daarnaast blijven goede reiniging, desinfectie en strikte biosecurity van groot belang om jonge dieren te beschermen tegen infectie.
Willem Dekkers MSc , dierenarts
Interactieve dag met dierenartsen geitengezondheidszorg en patholoog
Een groep geïnteresseerde geitendierenartsen bezocht GD afgelopen maart om een dag over pathologie bij te wonen. De ochtend werd besteed aan het zelf uitvoeren van secties, onder deskundige begeleiding van de technisch assistenten en een veterinair patholoog.
Bij de nabespreking van deze secties werd onder andere ingegaan op pensontwikkeling en -structuur, in samenhang met digestieproblemen bij jongere en oudere geiten, en het belang dat inzendende dierenartsen hechten aan een microscopische beschrijving van de penswand. Ook de relevantie van de anamnese voor een optimale uitkomst van het postmortale onderzoek werd invoelbaar. Veel voorkomende beelden zoals longontsteking bij lammeren, maar ook aandoeningen die macroscopisch niet herkenbaar zijn, zoals listeria-meningoencephalitis en mogelijkheden tot onderzoek daarnaar kwamen voorbij. Door ter plekke met elkaar het dier, de herkomst, de bevindingen en de klinische gegevens te bespreken, kwamen patholoog en dierenarts nader tot elkaar voor een praktisch bruikbare diagnose. Handvatten voor gerichte monstername en oog voor afwijkingen werden ook gedeeld.
In de middag werden nog meer casuïstieken besproken aan de hand van inzendingen uit een bepaalde periode, waardoor het hele spectrum van wat een patholoog zoal ziet aan geiten de revue passeerde. Ook hier was veel ruimte voor inhoudelijke discussie, met name op het snijvlak van pathologie en kliniek, en aandoeningen waar een patholoog doorgaans minder mee te maken heeft omdat die geen uitval veroorzaken. Pathologisch onderzoek is een belangrijk onderdeel van de basismonitoring diergezondheid zoals we die in Nederland bij GD uitvoeren. Het belang van dit systeem werd met behulp van deze casuïstieken benadrukt. Door de interactieve vorm van de cursusdag werd de aansluiting van de pathologie bij wensen en bevindingen uit het veld verder vormgegeven. De kans om niet alleen met de patholoog maar ook met collega’s uit de rest van Nederland te sparren over aanpak en behandeling, was van meerwaarde op deze geslaagde dag.
drs. Reinie Dijkman , veterinair patholoog
Gratis diagnostiek voor westnijlvirus bij paarden
Ook in het vectorseizoen van 2025 kunt u bij neurologische symptomen bij een paard kosteloos een serummonster naar GD sturen in het kader van uitsluitingsdiagnostiek van westnijlvirus (WNV).
WNV komt al geruime tijd voor in Zuidoost-Europa en het Middellandse Zeegebied. De afgelopen jaren breidde het zich uit richting Centraal-Europa, waaronder het centrale deel van Duitsland in 2018. In 2020 werd WNV voor het eerst in Nederland aangetoond in wilde vogels, muggen en enkele mensen. In 2023 is een WNV-infectie vastgesteld bij een paard net over de Duitse grens, waarbij het oplopen van de besmetting in Nederland niet werd uitgesloten.
Paarden spelen een belangrijke rol in vroege opsporing van WNV door syndroomsurveillance bij neurologische symptomen. In zo’n geval kunt u kosteloos een serummonster naar GD sturen, gefinancierd door een ministeriële subsidie. Gebruik hiervoor het speciale inzendformulier, of schrijf monsters digitaal in via VeeOnline onder project ‘2080114 West Nile surveillance in paarden’. Het is wel zo dat de WNVantistoffentest geen onderscheid maakt tussen gevaccineerde en geïnfecteerde dieren.
WNV is niet bestrijdingsplichtig omdat het paard een eindgastheer is. Positieve bevindingen hebben daarom geen directe gevolgen voor paarden. WNV is wel meldingsplichtig. Daarom worden positieve resultaten aan de NVWA gemeld en geconfirmeerd door WBVR.
Carlijn ter Bogt-Kappert , projectleider
Nieuws en mededelingen
Veterinair is een uitgave van Royal GD
Redactie: Marian Aalberts, Tara de Haan, Daphne de Leeuw, Mirthe de Wit, Margreet Pasman, Annemieke Medema, Klaas Peperkamp
Overname van artikelen is toegestaan na schriftelijke toestemming van GD.
ISSN 1388-4042
Postbus 9, 7400 AA Deventer T. 088 20 25 500 www.gddiergezondheid.nl info@gddiergezondheid.nl
Alle genoemde tarieven zijn exclusief btw en basiskosten.
VeeOnline krijgt een update
VeeOnline is vernieuwd! Deze vernieuwing zorgt voor meer overzicht en gemak:
• Filters zijn beter vindbaar: de snelfilters staan bovenaan de pagina waardoor ze makkelijker te vinden zijn.
• Filters blijven actief tussen pagina’s: je hoeft niet steeds opnieuw je filters in te stellen als je van pagina wisselt.
• ‘Verzoeken en mededelingen’ is verbeterd: je ziet nu snel in één overzicht welke verzoeken actueel zijn en welke zijn gearchiveerd. Daarnaast kun je filteren op ‘op lijst’ om snel te zien welke verzoeken nog niet op een monstername-lijst staan.
Diagnostiek maagdarmwormen bij jongvee
Mestonderzoek op maagdarmwormen bij jongvee dat voor het eerst naar buiten gaat, is zinvol om de mate van besmetting te bepalen. Echter, naarmate het rund meer weerstand krijgt, wordt de eiproductie bij een gelijke besmettingsgraad minder en is de eitelling niet meer te relateren aan de infectiedruk.
Het enzym pepsinogeen wordt gemaakt in de lebmaag. Raakt de lebmaag beschadigd door (larven van) maagdarmwormen, dan stijgt het pepsinogeengehalte in het bloed. Later in het seizoen is bloedonderzoek op pepsinogeen dus nog wel goed te gebruiken
SCAN DE QR-CODE VOOR MEER INFORMATIE
Combinatie van diagnostiek én expertise
Eén van de aspecten waarin GD zich onderscheidt, is het aantal gedreven veterinaire specialisten dat zich dagelijks inzet voor onze klanten. Benieuwd naar wie dit zijn?
GA NAAR ONZE EXPERTS
Jeroen Leus nieuwe sectormanager Pluimvee
Per 1 september begint Jeroen Leus, oprichter van Demetris DierGezondheid in Duiven, als nieuwe manager van de afdeling Pluimvee bij Royal GD in Deventer. Hij volgt Marieke Augustijn op, die als afdelingshoofd Exportcertificering op locatie bij de NVWA is begonnen.
Afwijkende dienstregeling ophaaldiensten
Voor het ophalen van monstermateriaal werken we samen met PS Nachtdistributie. Zij halen van maandag tot en met vrijdag monstermateriaal op en leveren de monsters af bij GD. Op onderstaande dagen rijdt de ophaaldienst niet:
• Hemelvaartsdag: donderdag 29 mei
• Tweede pinksterdag: maandag 9 juni
U kunt monsters voor de eerstvolgende werkdag in het webportaal of via de app aanmelden en tot 18.00 uur wijzigingen doorgeven. PS Nachtdistributie haalt de monsters de eerstvolgende nacht waarin wordt gereden weer op.
De ophaaldienst voor sectiemateriaal rijdt op deze dagen ook niet.
Indien gewenst kunnen tegen het vaste spoedtarief dieren worden opgehaald om gekoeld te bewaren tot de eerstvolgende werkdag.