CANON VAN NEDERLAND
“De geschiedenis is van iedereen” Sinds het Vlaamse regeerakkoord publiek werd, riep één specifiek onderdeel flink wat reacties op: de Canon van Vlaanderen.1 Tegenstanders lieten sindsdien geen gelegenheid onbenut om hun bedenkingen te uiten. Toch zal een commissie onder leiding van Emmanuel Gerard tegen oktober 2022 een Vlaamse canon uitwerken, waarbij het Nederlandse model een leidraad is. faro had een gesprek met Lotte Jensen, hoogleraar Nederlandse literatuur- en cultuurgeschiedenis (Radboud Universiteit) en lid van de herijkingscommissie van de Nederlandse canon. Alexander Vander Stichele
DOSSIER IDENTITEIT
D
44
e Nederlandse canon dateert uit 2006 en werd in juni dit jaar aangepast.2 Op 20 februari was Jensen een van de deelnemers aan het ‘canondebat’ van het Vlaams-Nederlands huis deBuren. Tijdens het debat namen de Nederlandse panelleden3 met verbazing kennis van de afkeer aan Vlaamse zijde voor het canonproject. In Vlaanderen bleek het toch een stuk complexer en gevoeliger te liggen, zo bleek. “Er is mij die avond een zin bijgebleven,” steekt ze van wal. “Een van de Vlaamse panelleden observeerde: ‘Wat zitten jullie daar zo complexloos Nederlanders te wezen’. Voor mij echt een eyeopener; het toonde een wezenlijk verschil aan tussen Neder-
landers en Vlamingen. In Nederland zijn we blijkbaar een stuk pragmatischer in zulke zaken: we gaan na waar we elkaar kunnen vinden, wat we uit de canon als educatief instrument kunnen halen en wat de meerwaarde kan zijn … Wij zijn ons duidelijk te weinig bewust van de complexe ontstaansgeschiedenis van België en de verhouding tussen de verschillende gemeenschappen. Tegelijkertijd zijn we ook een stuk utilitaristischer: de Nederlandse canon startte vanuit de vaststelling dat leerlingen in het lager onderwijs een kennistekort hadden. In Vlaanderen daarentegen komt de vraag uit politieke hoek. Wellicht was de weerstand in Nederland groter geweest als dat bij ons ook zo was geweest.