BNDR Juni by Ellen van den Manacker

juN2012 jouw agrarische jongerenblad

ines Kessels droomt van olympisch goud "

Bert Blom een inkomen buitenshuis en veel ervaring" Dubbelinterview Wilco de jong en Albert jan Maat

Werkgever en werknemer Thema :

Wilco XXXXX

Wat wil je later worden?

Vroeger wist ik al heel jong dat ik boer wilde worden. Boer zijn was het mooiste beroep dat ik maar kon bedenken. Nog steeds sta ik daar, net als velen van jullie, met de volle 100% achter. Het speelse raakt er door de jaren heen helaas wel af, maar de passie is er nog elke dag. Het ‘gewoon’ boer zijn is als NAJK-voorzitter en bestuurder soms een uitdaging op zich. Alle afspraken en bijeenkomsten nakomen, vergde de nodige planning van zowel mij als mijn ouders om al het werk op het bedrijf ook nog rond te kunnen zetten. Dit alles heeft geleid tot een ervaring waar ik mijn leven lang aan herinnerd zal blijven. NAJK zijn wij met zijn allen: de fantastische inzet en gedrevenheid bij leden, personeel en bestuurders hebben mij altijd meer energie gegeven dan dat het gekost heeft. NAJK heeft de jonge boer en tuinder weer op de kaart gezet en doet dat nog steeds. Dat gaat niet vanzelf en dat zal het ook nooit gaan. Ik heb de afgelopen tijd gezien dat een boodschap continu herhaald moet worden, om gehoord te worden. Bijna zo erg, dat als je er iets over vraagt, iedereen weet waarover het zal gaan. Aandacht vraag je dan ook niet, die eis je op: zeker als je een jongerenvereniging bent zoals NAJK. Dit jaar bestaat NAJK 35 jaar, of beter gezegd: NAJK bruist al 35 jaar en zal dat nog vele jaren blijven doen. Hoewel de groep aanhoudend kleiner wordt, zullen er altijd jonge boeren en tuinders zijn waar de toekomst beter gemaakt kan worden. NAJK heeft mij laten inzien dat de vraag ‘Wat wil je later worden?’, afhankelijk is van de toekomst en dat we als jonge boer of tuinder moeten laten zien wie wij in die toekomst willen zijn! Succes!

iNHouD

Wilco de Jong, voorzitter NAJK

in dit juninummer 4 Werken in de agrarische sector: wie gaat het varken wassen? 6 NAJK in het nieuws 8 Baan buiten bedrijf 10 John Beeren: ‘uw betrouwbare partner in de markt’ 12 Jonge boeren en tuinders over werken buiten de deur 13 Bedrijfsovername 15 In het hooi met… Jeroen en Margriet Karstenberg van Agriwerker.nl 16 Ines Kessels: olympisch goud 18 Een toekomst voor iedereen 20 Oud&Nieuw: Bert Blom uit Didam 23 Voor de echte liefhebber… veebeoordelen! 24 Een beleid voor de toekomst: dubbelinterview Albert Jan Maat en Wilco de Jong 26 Suzanne Ruesink: “We doen het altijd zo…” 27 Ruud Huirne, directeur Food&Agri Rabobank: “Personeel wordt steeds belangrijker” 28 Uit alle hoeken 31 Bint & Sudokoe Colofon BNDR wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt en verschijnt vijf keer per jaar. Abonnementen op BNDR kosten 21 euro en lopen per kalenderjaar. Opzegging voor 1 december. Het blad is gratis voor NAJK-leden. Losse nummers zijn verkrijgbaar door storting van 5 euro op bankrekening 3945.38.501 t.n.v. NAJK te Utrecht, onder vermelding van het gewenste nummer van BNDR. Artikelen of illustraties kunnen alleen na overleg met de redactie worden overgenomen. Vragen of opmerkingen over de adressering? Neem contact op met één van de onderstaande organisaties: Provinciale AJK’s: Friesland 0512-305280, Groningen 0512-305283, Drenthe 0512-305281, Flevoland 0512-305282, Overijssel 030-2769869, Utrecht 030-2769869, Gelderland 026-3846233, Hollanden 088-888 6666 (nakiesnr. 3811), Zeeland 0113-247729, Brabant 073-2173636, Limburg 0475-381777 of NAJK: 030-2769869. Redactie: Ellen van den Manacker, NAJK, 030-2769863, binder@najk.nl Advertenties: NAJK, 030-2769869 Vormgeving: www.duo-ontwerp.nl Druk: Drukmotief bv, Apeldoorn Op de cover: Ines Kessels, foto Ellen van den Manacker

BNDR

Wie gaat het va

Een baan in de agrarische sector: leuk en

We leven in een innovatieve wereld. Een groene wereld, waar een mentaliteit van 9 tot 5 niet aan de orde is, want werk en hobby lopen in elkaar over. We hebben passie. We hebben een visie op het ondernemerschap. We voeden miljoenen mensen met onze producten. We zijn sociaal. We zijn internationaal. En we zijn maar liefst goed voor 3% van de werkgelegenheid in Nederland. Tekst: Ellen van den Manacker / Illustratie: Henk van Ruitenbeek Maar niet lang meer. Door onder andere vergrijzing is er in 2025 een ‘overall’ tekort van een miljoen arbeidskrachten in Nederland. Hierdoor verkeert onze sector in competitie met andere sectoren om voldoende en goed geschoolde werknemers. Het is daarom belangrijk dat de agrarische sector aantrekkelijk blijft voor alle leeftijden en dat mogelijkheden voor groen onderwijs gestimuleerd worden.

Werkgelegenheid Rond 1950 werkten meer dan een half miljoen mensen, destijds ongeveer 15% van de beroepsbevolking, in de Nederlandse landen tuinbouw. Door automatisering, mechanisering en robotisering is de vraag naar arbeid gedaald, wat resulteerde in een meting van 200.000 werknemers 4

BNDR

in 2006. Verwacht wordt dat deze daling tot 2020 doorzet met 20%. Een reden hiervoor is dat de sector onvoldoende rendement oplevert om te voldoen aan de beloningseisen, die zeker in een arbeidsmarkt met een tekort aan krachten, hoog zijn.

‘Vroeg opstaan, zwaar werk en vieze handen’ Ook in de vraag naar agrarische opleidingen, vooral op het VMBO en MBO, is een dalende lijn te zien. Jongeren associëren werk in de landen tuinbouw met vroeg opstaan, zwaar werk en vieze handen. Deze dalende lijn is voornamelijk een probleem voor de tuinbouw als grootste werkgever binnen de agrarische sector. Tegelijkertijd worden de eisen die aan personeel gesteld worden, door de opkomst van innovatieve ontwikkelingen als modernisering, schaalvergroting en multifunctionele landbouw, steeds hoger.

Oost-Europese kracht Het tekort aan (vakbekwaam) personeel, en dan vooral flexibele krachten voor seizoenswerk, wordt tegenwoordig opgevuld met arbeidskrachten uit nieuwe lidstaten. In 2007 was de schatting dat meer dan 120.000 buitenlandse krachten werkzaam waren in de agrarische sector. Ook het aanbod van deze (tijdelijke) arbeidsmigranten wordt de komende jaren onzeker. Dit is afhankelijk van de ontwikkeling van de arbeidsmarkt in deze nieuwe lidstaten: als de arbeidsmarkt in eigen landen aantrekt, zullen migranten terugtrekken naar het land van herkomst.

Aantrekkelijk Werken in de agrarische sector moet aantrekkelijker worden en jongeren moeten gemotiveerd worden om een agrarische opleiding te gaan

tHeMA

rken wassen?

innova tief of zwaar en vermoeiend? Wist je dat…

> er in de agrarische sector ruim 84.000 bedrijven actief zijn? > 46% van de agrarische bedrijven één of meer personeelsleden in dienst heeft? > er gemiddeld 112.000 banen in de landbouw zijn? > circa 3% van de Nederlanders werkzaam is in de agrarische sector? > ongeveer 2% van het bruto binnenlands product afkomstig is uit de agrarische sector? > de meeste agrarische banen te vinden zijn in de akker- en tuinbouw (ruim 60.000)? > er in de veesector ‘maar’ 12.000 banen zijn? In deze sector worden werkzaamheden vooral door zelfstandige boeren uitgevoerd. > er in de agrarische sector verhoudingsgewijs veel vacatures zijn waar geen ervaring wordt gevraagd? > het werk in de agrarische sector in de meeste gevallen op tijdelijke basis is? > er relatief vaker dienstverbanden voor meer dan 32 uur in de week worden verstrekt? > meer mannen dan vrouwen worden aangenomen in de agrarische sector? > de aangenomen kandidaten vaak jonger zijn dan 25 jaar?

volgen. NAJK stimuleert dit door onder andere: > het project ‘Baan Buiten Bedrijf’, zie pagina 9; > gesprekken te voeren met MBO’s en HBO’s over de invulling van het groene onderwijs; > gesprekken te voeren met staatssecretaris Bleker over de aansluiting tussen onderwijs en praktijk; > in begeleidingscommissies van projecten deel te nemen om agrarisch onderwijs te versterken en beter aan te laten sluiten bij de praktijk; > de ‘onderwijsbijlage’ in elke BNDR die in december uitkomt; > vacatures te plaatsen op de website www.najk.nl; > uitnodigingen van o.a. open dagen van agrarisch onderwijs te plaatsen op website, nieuwsbrief en sociale media; > samen te werken met CAH Dronten op de agrarische beurzen.

Vacatures Uit onderzoek van UWV is af te leiden dat 5% van de vervulde vacatures in Nederland afkomstig is uit de agrarische sector, hierbij gaat het om 45.000 vacatures. Op dit moment staan er nog 1.700 agrarische vacatures open. CAO De agrarische sector heeft zijn eigen cao’s (te vinden op www.caoweb.nl). Daarin staan afspraken over beloning, vakantiedagen en bijvoorbeeld scholing. De arbeidsvoorwaarden in de agrarische sector worden als ‘goed’ bestempeld en op verreweg de meeste agrarische bedrijven met werknemers is sprake van een professioneel personeelsbeleid. Boeren en tuinders die zich niet aan de regels houden, worden daarop aangesproken. Daarvoor bestaat een gedragscode met bijbehorende sancties. Ziekteverzuim Het ziekteverzuim in de landen tuinbouw behoort met 2,7% tot het laagste van Nederland. In andere sectoren is dat gemiddeld 4-6%. Voor een deel heeft dit percentage te maken met het feit dat op kleine bedrijven met veel zelfstandigen het ziekteverzuim gemiddeld lager is dan op grote bedrijven. Daarnaast speelt de relatief goede gezondheid van de agrarische bevolking een rol in het lage ziekteverzuimcijfer.

Een baan zoeken Voor banen in de agrarische sector zijn de meeste vacatures te vinden in regionale kranten en via uitzendbureaus. Op internet staat ook een groot aanbod van agrarische vacatures, maar vraag ook rond in jouw netwerk en omgeving naar beschikbare banen. Neem voor meer informatie over werken in de landen tuinbouw een kijkje op de volgende websites: > www.groenwerkt.nl: informatie over werken in de tuinbouw. > www.agriholland.nl: een agrarische nieuwssite met online agrarische vacaturebank. > www.ltozzp.nl: wil jij zelfstandige zonder personeel (ZZP) worden in de agrarische sector? Raadpleeg dan deze site voor alle tips, tricks en informatie. > www.agriwerker.nl: website die agrarische werkgevers en werknemers met elkaar verbindt.

Werken in de agrarische sector

De beloning van arbeid door ondernemers komt tot uitdrukking in de winst, zij het dat die winst ook de beloning is voor het eigen vermogen. Arbeid is in de advisering van minder gewicht. Ondernemers hebben minder moeite met een uurtje meer werken. Ons standpunt is dat arbeid ondergewaardeerd wordt. Een paar voorbeelden: vleesvarkens kosten aan werk globaal een uur per gemiddeld aanwezig dier. Als de winst bij honderd procent vreemd vermogen € 20,- per dier is, is de beloning dus dat bedrag per uur. Voor dat geld kun je zelden vakbekwaam personeel aantrekken. Een marginale melkkoe gehouden op basis van leasemelk, levert hoegenaamd geen winst op, maar kost wel zo’n twintig uur arbeid. Met deze informatie kun je concluderen dat intensieve veehouderij een hogere beloning per uur oplevert dan grondgebonden dierhouderij en dat het bedrag per uur relatief laag is. Informatie om over na te denken en over door te praten met uw adviseur.

BNDR

NieuWs

Win een limousinetrip naar EUROTIER!

op naar NAJK: een sterke

varkenshouderij

NAJK is tevreden met de aanbevelingen uit het rapport ‘De Nederlandse varkensvleesketen richting 2020; Van speelbal tot speler’ van de nationale werkgroep varkensketen. “Het is goed om te constateren dat de hele varkensvleesketen het belang ziet van een betere positie voor de primaire sector. Het is nu echter zaak om te zorgen dat de primaire sector in 2020 niet de hardwerkende, ondergewaardeerde verdediger is, maar de op handen gedragen middenvelder die volledig in het spel wordt betrokken”, aldus Tom van Horrik, dagelijks bestuurder NAJK. Om dit te bereiken moet de Nederlandse varkenssector zich verder richten op de behoefte van de consumenten in NoordwestEuropa. “Dit betekent niet langer bulk voor een zo laag mogelijke prijs, maar vlees en vleeswaren die beter inspelen op de behoefte van de consumenten op het gebied van smaak, gezondheid, gemak en dierenwelzijn.” Hiervoor is volgens NAJK een verdere integratie van de keten nodig en moeten nieuwe waarde- en verdienmodellen worden ontwikkeld met een sterkere relatie tussen productiekosten en opbrengstprijzen.

DLG Benelux, organisator van EUROTIER, stelt 8 kaarten inclusief vervoer per limousine naar de EUROTIER in Hannover beschikbaar voor de leden van NAJK. EUROTIER inclusief BioEnergy Decentral is met meer dan 1900 standhouders uit 14 landen ’s werelds grootste internationale beurs op het gebied van dierhouderij en management. Dit jaar is de beurs inclusief de World Poultry Show. Agrarische ondernemers uit tal van landen komen hier bijeen om de nieuwste innovaties en trends te zien en om verschillende standpunten te bediscussiëren. Ook zal er dit jaar op 15 november een Young Farmers Party georganiseerd worden. Wil jij deze beurs niet missen en kans maken om met 7 vrienden de EUROTIER per limousine gratis te bezoeken? Zoek dan het logo van NAJK op de website van EUROTIER: www.eurotier.com en stuur deze link voor 15 augustus naar binder@najk.nl.

is enthousiaste Boer uitstervend ras NAJK-leden!

Delaval zoekt

Herd Navigator van DeLaval is het enige mini laboratorium wat daadwerkelijk alles uit jouw melkkoeien haalt! Door het meten van verschillende parameters in de melk, is Herd Navigator in staat om in een extreem vroeg stadium de gezondheid van jouw melkkoeien te volgen en waar nodig acties voor te stellen. De resultaten van de testbedrijven zijn vanaf begin bijgehouden en frequent getoetst. Deze resultaten zijn overweldigend. Nu wil DeLaval met NAJK-leden een vervolgstap maken onder de noemer ‘haal alles uit jouw melkkoeien’. DeLaval zoekt 10 melkveebedrijven welke met hun (toekomstige) DeLaval melkstal of Vrijwillig Melk Systeem VMS alles uit hun melkkoeien willen halen met Herd Navigator. Deze 10 bedrijven zullen intensief begeleidt worden door Vetvice als onafhankelijke coach. Daarnaast is de succesgarantie van toepassing! Dit houdt in dat wij garant staan voor rendement en tevredenheid! Kijk voor meer informatie over deze actie op www.najk.nl, onder het kopje ‘nieuws’.

Nieuwe samenwerking NAJK en

AgroTechniek Holland

Dit jaar zal NAJK nauw samenwerken met AgroTechniek Holland BV om deze populaire agrarische beurs, met 450 merken, 3.000 machines, toekomstpaviljoens en demonstraties, te verwezenlijken. Van 5 tot 8 september 2012 wordt het beursterrein van 18 hectare bij Walibi Biddinghuizen opengesteld voor heel agrarisch Nederland. Alle grote, toonaangevende aanbieders in de landbouwmechanisatie zijn aanwezig en pakken groots uit met de nieuwste trekkers, werktuigen, oogstmachines, alles op het gebied van melktechniek, stalinrichting, onderdelen, ICT en dienstverlening, op de tweede editie van dit grootste agrarische vakevenement van Nederland. Kijk voor meer informatie over AgroTechniek Holland op http://www.agrotechniekholland.nl/.

BNDR

NAJK heeft op donderdag 26 april voor pers en publiek een tipje van de sluier opgelicht over hoe de landbouw eruit zal zien na 2013. “De boeren zijn een uitstervend ras” aldus Wilco. “Dit zal grote gevolgen hebben voor de voedselzekerheid, voedselveiligheid en de kwaliteit in de supermarktschappen.” Volgens NAJK liggen de oplossingen in de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. “Het is noodzakelijk om de boeren die nog verder willen en kunnen een steun in de rug te geven”, aldus Wilco. “Daarom is het nodig om bedrijfsovername te stimuleren, jonge boeren te ondersteunen in de eerste zware jaren na overname en om innovaties en investeringen te versnellen”, aldus Wilco. NAJK pleit daarom voor een verplichte ondersteuning van jonge boeren in de eerste en de tweede pijler van het toekomstige GLB. “De topup voor jonge boeren in de eerste pijler stimuleert bedrijfsopvolging en bedrijfsontwikkeling en geeft de jonge ondernemer wat lucht in de financieel zware jaren na bedrijfsovername.” NAJK pleit ervoor om 2% van het landbouwbudget voor jonge boeren vast te leggen. Daarnaast kan de subsidie voor investeringen uit de tweede pijler een jonge ondernemer ondersteunen die gerichte investeringen wil doen. NAJK zal ook in 2014 strijden voor behoud van het Nederlandse budget van de Jonge Landbouwersregeling.

NAJK maakt kennis met het

ministerie van Financiën

Voorzitter Wilco de Jong en vice-voorzitter Ramon Klaassens van NAJK hebben 28 maart een kennismakingsbezoek gebracht aan het ministerie van Financiën. Zij hebben hier de ideeën van jonge boeren, over financiële onderwerpen als landbouwvrijstelling, durfkapitaal en fiscale regelingen, naar voren gebracht. Bijvoorbeeld over durfkapitaal: NAJK is groot voorstander van de Tante Agaathregeling. Nu wil de overheid inzetten op durfkapitaal: “Een vernieuwde invulling van de Tante Agaath-regeling past hier prima in”, aldus Ramon. Daarnaast ging Wilco in op de onrust die is ontstaan nadat er signalen waren dat de landbouwvrijstelling zou worden afgeschaft. Met het ministerie van Financiën heeft NAJK afgesproken om hier in de toekomst duidelijker over te communiceren. “Een geslaagd gesprek”, aldus Wilco. “Dit is belangrijk bij het behartigen van de belangen van de jonge boeren en tuinders. Hierdoor kunnen we onze leden bovendien beter informeren over nieuwe ontwikkelingen.”

Foodpoliticseu van start! FoodPoliticsEU is een nieuw initiatief van NAJK, YFM, Netwerk Platteland en het ministerie van EL&I. Op www.foodpolitics.eu worden alle discussies over de toekomst van onze landbouw, ook op Europees niveau, bij elkaar gebracht en verbonden. “De discussies over voedsel en landbouw worden op veel plekken gevoerd, zowel online als offline. Jonge boeren en tuinders zijn de ondernemers van de toekomst. Het is daarom belangrijk dat we ons in deze discussie mengen. De toekomst van ons voedsel ligt namelijk in onze handen”, aldus Wilco de Jong, voorzitter NAJK. De website www.foodpolitics.eu werd zaterdag 17 maart gelanceerd en is een platform voor ideeën, ervaringen en wensen over landbouwbeleid. “We staan voor grote veranderingen in het Europese landbouwbeleid”, aldus Wilco, “nu is het moment om onze stem te laten horen.” Surf daarom ook naar foodpolitics.eu en doe mee met de discussie!

De laatste weken van….

Voorzitter Wilco de Jong (3 melkveehou1)deris en woonac g in Nijeholtwoldheti(F r).

Wilco de jong Sinds juni 2008 ben ik lid van het dagelijks bestuur (DB) van NAJK. Vanaf het begin vervul ik de functie als voorzitter van NAJK. Ik combineer het voorzitterschap met ons melkveebedrijf in Nijeholtwolde, die ik samen run met mijn ouders. Op dit moment zijn we bezig met de planning en inpassing van de bedrijfsovername en daarom neem ik per 28 juni afscheid van mijn voorzittersfunctie bij NAJK.

Mijn week: Maandag: Bijna elke dag begin ik met het melken van de koeien. Na een uur komt mijn vader me versterken: hij voert de koeien en de kalveren. Als de ochtendwerkzaamheden klaar zijn, vertrek ik meestal naar een bijeenkomst of vergadering. Vandaag staat de ALV van CEJA in Brussel op het programma. Een mooie dag met veel jonge collega’s uit alle Europese landen. Dinsdag: Na het ontbijt ga ik op weg naar een interview voor het Melkveemagazine. Met name het persmoment van NAJK ‘De jonge boer sterft uit’ heeft veel mediaaandacht opgeleverd. Een goede zaak, het resultaat is terug te lezen in veel agrarische bladen. In de middag schuif ik aan bij een dubbelinterview met LTO-voorzitter Albert Jan Maat over het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Dat interview is in deze BNDR terug te lezen op pagina 24. Woensdag: Na het melken heb ik een interview, dat geplaatst wordt in de Bloembollenvisie. Een goed interview en het bevestigt het mooie van mijn functie: ik ontmoet allerlei mensen uit het vak. Voor de derde keer deze week ga ik op de foto voor bij het artikel. Thuis houd ik het weerbericht regelmatig in de gaten. We willen graag maaien, maar dat laat met dit weer nog even op zich wachten. Dus besluit ik om andere klussen op te pakken in en rond de melkstal. Donderdag: Vandaag staan er geen activiteiten voor NAJK op de planning. Ik werk mijn mail bij en bel enkele mensen terug. Op het bedrijf houd ik me bezig met het kunstmest strooien in de percelen waar de koeien hebben gelopen en strooi ik Kali-60 op ons maïsland, met opkomend maïs van de #maischallenge. Vrijdag: De NAJK-planning en het weerbericht passen deze maand niet goed bij elkaar, waardoor het een rustige maand is. Met mijn vader besluit ik uiteindelijk om zaterdag gras te maaien en maandag te kuilen. Hopen dat het lukt.

BNDR

NAJK-leden gezocht: Enthousiaste veehouders die alles uit hun melkkoeien willen halen met Herd Navigator

Herd Navigator van DeLaval is het enige mini-laboratorium dat daadwerkelijk alles uit uw melkkoeien haalt! DeLaval zoekt 10 melkveebedrijven die met hun (toekomstige) melkstal of VrijwilligMelkSysteem VMS alles uit hun melkkoeien willen halen met Herd Navigator. Deze 10 bedrijven zullen intensief begeleid worden door Vetvice als onafhankelijke coach. Daarnaast is de succesgarantie voor dit product van toepassing, wat inhoudt dat wij garant staan voor tevredenheid en rendement! Geïnteresseerd? Ga naar www.delaval.nl voor het aanmeldformulier en meer informatie rondom deze actie.

Scan de QR-code en bekijk de film “Smart Farmers aan het woord - Familie Van Hoven over VMS en Herd Navigator ” op YouTube.

DeLaval BV - Steenwijk - 0521 537 500 - info.nl@delaval.com - www.delaval.nl

project

Baan Buiten Bedrijf Een baan zoeken of doorstuderen, de wereld verkennen of op het ouderlijk bedrijf aan de slag. Het kan tegenwoordig allemaal vrij makkelijk. Of toch niet? Een baan zoeken, oké. Maar aangenomen worden, dat is nog niet zo simpel. En is het eigenlijk wel interessant zo’n baan naast het bedrijf thuis? Het NAJK project ‘Baan Buiten Bedrijf’ speelt hier op in met een interessante training. Tekst: Agaath Timmerman Illustratie: Henk van Ruitenbeek

Verborgen jeugdwerkloosheid Je zou het niet zeggen, maar binnen de agrarische sector is jeugdwerkloosheid aan de orde van de dag. Dit is meer een verborgen jeugdwerkloosheid: want wanneer na de studie een baan uitblijft, gaan agrarische jongeren met een ouderlijk bedrijf vaak thuis aan de slag. Daar is helemaal niks mis mee. Maar als je echt aan de slag wilt buiten het ouderlijk bedrijf, dan is het van belang dat je blijft zoeken en je niet verzandt in het ritme thuis. Als je thuis niet aan de slag kan, dan is het helemaal belangrijk om een geschikte baan te vinden.

Ervaring opdoen NAJK is groot voorstander van het opdoen van ervaring buiten het bedrijf. Is het niet via een baan, dan wel via een bestuursfunctie of op een andere leerzame manier. Een baan geeft natuurlijk naast de ervaring ook een financieel voordeel. Dit voordeel kan uiteindelijk positief uitpakken bij een eventuele toekomstige bedrijfsovername. Maar hoe zit dat dan fiscaal gezien? En hoe groot is het voordeel eigenlijk? In het eerste deel van de training ‘Baan Buiten Bedrijf’ wordt dit uitgelegd.

Agrarische werkbemiddelaar Agrarische werkbemiddelaars ontmoeten iedere week diverse werkzoekenden in de agrarische sector en heeft diverse gesprekken met passende werkgevers. Hij weet als geen ander welke vaardigheden je nodig hebt tijdens de zoektocht naar een baan. Hoe

vind je een baan die bij je past? Hoe maak je vervolgens een goede indruk? En hoe moet je netwerken? Dit zijn enkele onderwerpen die naar voren zullen komen in het leuke en leerzame tweede deel van de training gegeven door een ervaren agrarische werkbemiddelaar. De vaardigheden die je daar opdoet zijn niet alleen interessant voor werkzoekenden, maar iedereen kan hier zijn voordeel mee doen.

Jonge werknemer Tijdens de gehele training is een jonge werknemer, die thuis ook een agrarische bedrijf heeft, aanwezig om te vertellen over zijn gemaakte keuzes. Hoe dacht hij erover op school, welke keuzes heeft hij daarna gemaakt en wat heeft hem dat opgeleverd? Al met al een leerzame en ook leuke training, die NAJK gaat geven op scholen en tijdens avonden bij zijn afdelingen.

Avondje ‘Baan Buiten Bedrijf ’? Van september tot december 2012 kan je als afdeling een avondje ‘Baan Buiten Bedrijf’ aanvragen. Voor de pauze gaat de avond over wat het je aan ervaring en financieel oplevert en hoe je dit kan combineren met een bedrijf thuis. Het tweede deel na de pauze wordt gevuld door een ervaren werkbemiddelaar. Een interessante avond waar de zaalhuur, hapjes en drankjes deels door NAJK worden gefinancierd. Meer info: atimmerman@ najk.nl

BNDR

‘uw betrouwbare pa John Beeren teelt asperge-, prei- en aardbeienplan ‘Beeren Plantproducts is een gepassioneerde en betrouwbare producent van kwalitatief hoogwaardige asperge-, prei- en aardbeiplanten. Vanuit de grote betrokkenheid met de markt en onze klanten en de expertise in asperge- en preiplanten is Beeren Plantproducts uw betrouwbare partner in de markt’, zo kopt de folder ‘Welkom bij Beeren Plantproducts’ die bij aankomst door de 33-jarige John Beeren wordt overhandigd. John is eigenaar van Beeren Plantproducts BV en zit samen met zijn vader, die in dienst is van, in de directie. Tekst en beeld: Ellen van den Manacker

“Mooie arbeidsﬁlm” Het 135 hectare tellende tuinbouwbedrijf in het Limburgse Neer van John Beeren is vooral gericht op plantenopkweek. Om de gewasrotatie in stand te houden teelt John ook asperges, suikerbieten, granen, conservegroenten en betelen ze voor een zadenleverancier een wortelproefveld. “Het grootste gedeelte van ons bedrijf is gewijd aan asperge-, aardbeien preiplanten. Het mooie van die combinatie is dat we gedurende het jaar een mooie arbeids-

film hebben en niet werken met overdreven pieken. In maart/april worden de aspergeplanten geoogst, in mei/juni/juli de preiplanten en in november/december de aardbeienplanten”, vertelt John. “We hebben een aantal maanden dat het rustiger is. In die maanden staan we op beurzen en bezoeken we een aantal van onze klanten.”

In dienst van… Op 1 januari 2010 is John eigenaar van Beeren Plantproducts BV geworden. “Ik ben altijd in dienst geweest bij mijn ouders. Toen we met de overname begonnen heeft de accountant een aantal scenario’s geschetst, waarvan het in één keer overnemen van het bedrijf de meest gunstige was voor ons. Nu is mijn vader weer in dienst bij mij, samen vormen we de directie van het bedrijf”, legt John uit. “De samenwerking met mijn vader gaat erg goed, we hebben wel discussies, maar dat houdt elkaar scherp.”

Koploper In Nederland zijn meer plantenkwekers gericht op asperges, aardbeien en prei, maar volgens John is Beeren Plantproducts met 800 klanten wel één van de leidende bedrijven. “We beleveren elk jaar ongeveer 400 klanten. Op al die verschillende wensen van de klant moeten we inspelen, daarom hebben we 25 rassen prei, 12 rassen asperges en 2 rassen aardbeien”, vertelt John. “Vooral de afgelopen jaren zijn we internationaler te werk gegaan. Toen mijn vader en moeder het bedrijf nog leidden, zaten we voornamelijk met onze afzet in Nederland, Duitsland, België en Frankrijk. De laatste jaren zijn we verder uitgevlogen: we zijn op zoek gegaan naar nieuwe klanten 10

BNDR

en nieuwe markten. Daarom zijn we gaan werken met verkoopagenten in verschillende landen.” Het voordeel van verkopers op locatie is dat ze de taal perfect spreken, aldus John. “Met Engels en Duits kan ik me prima redden, maar er zijn bepaalde punten waar ik het niet red: onderhandelen is in elke cultuur anders, daar spelen de agenten perfect op in.”

“Als je een bedrijf hebt met deze omvang, dan kun je het niet meer alleen” De klant is koning Inspelen op de vraag van klanten vindt John belangrijk in de bedrijfsvoering. “Het systeem is simpel: als de klanten een bepaald ras willen, dan gaan wij dat telen. Er zijn natuurlijk rassen die we niet kunnen telen, rassen uit Californië bijvoorbeeld, daar is het hier te koud voor. Wij bieden dan een alternatief aan en proberen een middenweg te vinden.”

Werving en huisvesting “Als je een bedrijf hebt met deze omvang, dan kun je het niet meer alleen doen”, vertelt John. “Of je blijft klein en je doet alles zelf of je groeit en je neemt personeel aan.” Op het bedrijf zijn vier vaste medewerkers en veertig Poolse seizoensarbeiders. De werving en huisvesting voor de Poolse seizoensarbeiders heeft John in eigen beheer. “We hebben ieder jaar voor 90% dezelfde mensen. Het voordeel is dat deze groep al jaren bij ons komt en precies weet wat

rtner in de markt’

ten voor 800 klanten in Europa ze te wachten staat: ze weten wat voor werk ze doen, wat voor loon ze krijgen en waar ze slapen.” Het Poolse personeel werven gaat met het jaar makkelijker: “Onze Poolse ‘voorwerker’ regelt de werving en de contacten met onze Poolse medewerkers. De lonen en de verzekering gaan via payroll. Er kunnen hier op het bedrijf dertig mensen gehuisvest worden. Als er een bijloopt waar ik de naam niet van weet, dan loopt er een te veel.”

John Beeren 33 jaar Plantenkweker in Neer Lid van AJK Helden-Leudal

Verantwoordelijkheden De taakverdeling op het bedrijf van John is heel helder. “We hebben vier vaste medewerkers: mijn vrouw Ingrid doet de administratie en personeelszaken, we hebben een personeelslid puur voor het trekkerwerk, een jongen is bezig met de teeltverzorging en één is verantwoordelijk in de loods voor het sorteren, verpakken en de kwaliteitscontrole van het product”, vertelt John. “De Poolse medewerkers helpen met de oogst en verwerking van onze producten.” Samen met zijn vader stuurt John het bedrijf aan: “Het verkoop van het plantmateriaal doen we bijvoorbeeld samen. Mijn vader richt zich op Nederland en Duitsland en ik op landen als Engeland en Scandinavië.”

Vertrouwen Het werkgeverschap op zo’n jonge leeftijd is ‘even wennen’, zoals John dat noemt: “Het vertrouwen als werkgever moet groeien. Er worden veel dingen aan mijn vader gevraagd, maar er komen ook steeds meer mensen naar mij.” Het werkgeverschap moet groeien: “Tien jaar geleden stond ik op een beurs met vragen waar ik geen antwoord op wist, dat is nu wel anders. Ik kan het in alle talen vertellen. Hoe meer kennis je hebt, hoe meer vertrouwen je krijgt van de medewerkers, maar ook van de klanten.”

Vrijheid “Het mooie van het agrarische bedrijf vind ik de vrijheid en de afwisseling: je komt elke dag nieuwe uitdagingen tegen. Daarnaast komen we over heel Europa bij onze klanten, daardoor heb ik meer kennis van ons product en weet ik wat er in de wereld speelt”, vertelt John. Kwaliteit van het plantmateriaal en daarbij een goede binding met de klant, dat vindt John belangrijk om op verder te borduren. “Ik denk dat we nog licht kunnen groeien in de drie planttypes, maar we hebben geen behoefte aan stevige groei. We willen zelf het hele bedrijf kunnen managen, nu en in de toekomst.”

Geschiedenis Beeren Plantproducts De opa van John was een van de eerste, na de Tweede Wereldoorlog, die voor eigen gebruik begon met het telen van aspergeplanten. Hij hield aspergeplanten over en zo begon de verkoop van aspergeplanten. In de jaren 70 nam de vader van John het bedrijf over. Hij zag dat veel boeren in de buurt zomers asperges en ’s winters prei teelden en dat leek ook hem een mooie combinatie. Zo werd de preiplantenteelt toegevoegd aan het assortiment van Beeren Plantproducts. In 1995 kwam daar de teelt van aardbeienplanten bij. “Een mooie combinatie van seizoensproducten”, vertelt John. In 2010 heeft John het bedrijf volledig overgenomen van zijn ouders. Samen met zijn vader in de directie, vier vaste personeelsleden en veertig Poolse seizoensarbeiders belevert John onder de naam ‘Beeren Plantproducts’ meer dan 400 klanten per jaar.

BNDR

leden

werken buiten de deur

Jonge boeren en tuinders over Thomas Jongsma | ZZP’er | Sierteelt | FAJK “Specialisatie is een goede manier om werk te houden als ZZP’er”

Marco Boon | Werknemer en bedrijfsopvolger | Kalverhouderij | GAJK “Het voordeel van werknemer zijn is de zekerheid”

Bram Joostema | Loonwerker en bedrijfsopvolger | Akkerbouw | AJF “Als loonwerker moet je alles aanpakken en geen nee proberen te verkopen.”

Karin van der Drift | Subsidieadviseur | HAJK “Ik vind het afwisselend en het blijft een uitdaging” 12

BNDR

Adri van Bergen | Payrolling | Melkvee en akkerbouw | DAJK “Wel de lusten, niet de lasten”

Lars Smit | Werknemer | Sierteelt | HAJK “Ik kan me de hele dag focussen op de kas en de werkzaamheden daar omheen.”

De producten die we voor onze klanten en uiteindelijk de consument maken, worden steeds complexer. De vraag uit de markt is verschoven van simpel plantje, naar kant en klaar arrangement met barcode erop. Dit vereist steeds meer van ons personeel. Ondanks de financiele crisis waarbij veel mensen op straat komen te staan, valt het niet mee gekwalifi ceerde medewerkers te vinden. De waardevolle werknemer houden bedrijven natuurlijk vast, want die is zelfs nu geld waard, en iedereen met een beetje opleiding gaat natuurlijk niet in de tuinbouw aan de slag: daar is geen droog brood te verdienen. Helaas word ik hier continu mee geconfronteerd, terwijl we wel degelijk wat kunnen bieden. Zo zijn onze bedrijven juist erg divers met gemiddeld 10 productgroepen, waarvan de producten van zaadje tot arrangement op eigen locatie worden geproduceerd: dit houdt in zeer afwisselend werk. Ook de marketing en verkoop van de producten worden zelf gedaan of samen met de klanten opgezet. De productontwikkeling wordt opgepakt met collega-bedrijven en klanten. Hoezo geen interessante sector? We zijn juist heel bruisend en innovatief bezig. Maar toch lukt het niet om gekwalifi ceerde mensen aan te trekken en vooral niet onder de 30 jaar. Als iemand wel weet waar of hoe deze te vinden zijn, dan hoor ik het graag!

joHAN

Vooruitstrevend personeel gezocht! Johan Jans producent van viensu(27) is kelijke tuinplanten.eel aantrekde productie van Hij heeft arrangement in eizaadje tot en zit rechtstreeks gen hand eindafnemer om mtaet zijn fel.

BeDRijFsoVeRNAMe

jonge landbouwersregeling Jaarlijks wordt de Jonge Landbouwersregeling geëvalueerd door Dienst Regelingen en NAJK. Ook dit jaar heeft NAJK weer teruggeblikt op de Jonge Landbouwersregeling van 2011 met Dienst Regelingen. Uit de evaluatie kwam onder andere naar voren dat veel aanvragen nog steeds onvolledig ingediend worden. Een aantal feiten van de Jonge Landbouwersregeling 2011 op een rij: > In 2011 zijn er 700 aanvragen binnengekomen. > Hiervan zijn 540 toegewezen, 137 afgewezen en 23 niet in behandeling genomen. > De 540 toegewezen aanvragen zijn goed voor een bedrag van € 12,5 miljoen. > Dit komt neer op een gemiddelde van € 23.148 per aanvraag. > Van de 137 afgewezen aanvragen lopen een aantal bezwaarschriften. > De meeste aanvragen kwamen uit Noord-Brabant en Overijssel.

Landbouwersregeling 2012. De belangrijkste verandering is dat het subsidiabel bedrag van € 100.000 is verlaagd naar € 80.000 per aanvraag. Dat houdt in dat de maximale bijdrage ook daalt per aanvraag van € 25.000 naar € 20.000. Vergeleken met de € 12,5 miljoen die er in 2011 beschikbaar werd gesteld, is er dit jaar € 5,3 miljoen beschikbaar, hierdoor zullen er fors minder aanvragen gehonoreerd worden. De regeling zal in 2012

opengesteld worden van 1 oktober tot 26 oktober. De aanvraagperiode is dus in vergelijking met 2011 verkort is van 6 weken naar 4 weken.

Contact Voor meer informatie over de evaluatie van de Jonge Landbouwersregeling 2011 en een vooruitblik op de regeling van 2012 kun je terecht op www.bedrijfsovernameportal.nl of kun je contact opnemen met Ramon Klaassens (rklaassens@najk.nl).

Illustratie: Henk van Ruitenbeek

Evaluatie 2011

2011-2012

Vooruitblik 2012 Tijdens de bijeenkomst is ook vooruitgeblikt naar de Jonge

BNDR

‘JE VEE MANAGEN VANAF DE KEUKENTAFEL’ IN JUNI INTRODUCEERT CRV DE VEEMANAGER APP Met de VeeManager App manage je altijd en overal je veestapel, gewoon op je smartphone of tablet. Ideaal voor veehouders die op zoek zijn naar nog efficiëntere managementtools en een besparing van arbeidstijd. Ook je vee managen vanaf je keukentafel? Ga naar www.crv4all.nl

BETTER COWS | BETTER LIFE

CRV4ALL.NL

In het hooi met… Jeroen en Margriet Karstenberg van

Agriwerker.nl

Hoofd Ellen van derendacMteanur stelt prikkelende vr acker Aan boeren en bu agen. In het hooi. Gedre rgers. passie, boude bew venheid, Het komt allemaa eringen. In het hooi ml etaa…n bod.

Samen met zijn broer runt Jeroen Karstenberg (31) een akkerbouwbedrijf in het Drentse Nieuw-Dordrecht. 65 hectare beplant met zetmeelaardappelen, consumptieaardappelen, suikerbieten, zomergerst, gras voor hooi en een nevenhandel in hooi, stro, paardenvoeders en strooisels brachten nog niet voldoende brood op de plank. Met zijn vrouw Margriet (32) besloot Jeroen toen om zich naast het agrarische bedrijf te storten op arbeidsbemiddeling. Onder de vlag van Agriwerker.nl opereren Jeroen en Margriet sinds oktober 2010 als arbeidsbemiddelaar in de provincies Groningen, Drenthe en Overijssel.

Dicht bij de boer staan… één van jullie kwaliteiten? “Wij als bemiddelaars zijn verbonden met de markt, we spreken de taal. Wij proberen alles heel persoonlijk te houden. In elke opdracht die we krijgen, steken we veel tijd. We moeten zelf de kar trekken, dus we moeten er ook zelf voor vechten.”

ekst: Ellen van den Manacker / Foto: Ilonka Ekelmans

Wat maakt het vak leuk? “De vrijheid en uitdaging en toch heel direct met het agrarische bezig te zijn. Het is mooi als je een klik maakt. Sommige jongens kunnen zichzelf slecht verkopen, maar leveren prima werk af. Als wij dat zetje in de rug kunnen geven, dan geeft dat voldoening.”

Agriwerker.nl, vertel! “Agriwerker.nl is sinds 2009 een landelijk bemiddelingsbureau voor werknemers en werkgevers in de agrarische sector en agribusiness. Via www.agriwerker.nl kunnen werkzoekenden een profiel plaatsen en werkgevers een vacature. In 2010 wilden de eigenaren van Agriwerker.nl het bedrijf een gezicht geven, daarom zijn er acht arbeidsbemiddelaars op franchisebasis aangesloten bij Agriwerker.nl.”

Wat voor vacatures bieden jullie aan? “Alles in de agrarische sector: van tuinbouw, varkens, hoveniers, transport, tot agribusiness. Zowel vakkrachten en bedrijfsleiders als administratief medewerkers en vertegenwoordigers. Fulltime en parttime, voor een aantal maanden of voor langere tijd. We hebben ook vacatures over de grens. Zo werden we laatst gebeld door een bedrijf uit Denemarken. Een kennismaking met het bedrijf zit er dan voor mij niet in. Maar er zijn altijd wel avonturiers die die kant op willen.”

Hoe verloopt zo’n bemiddelingsproces? “Opdrachtgevers -boeren, tuinders, loonbedrijven, hoveniers en bedrijven in de agribusiness- bellen mij op met de vraag voor een werknemer. Dat kan zijn voor een aantal dagen, maar ook voor vaste uren in de week. Ik ga bij de opdrachtgever langs om kennis te maken en de sfeer te proeven van het bedrijf, zo weet ik wie ik voor me heb en kan ik op zoek naar een geschikte medewerker.”

Hoe hebben jij en Margriet de taken verdeeld? “Ik ga de boer op, maak de contacten. Het papierwerk eromheen regelt Margriet. Met zijn tweeën zijn wij meer dan vijftig uur kwijt per week. Het mooie van dit werk is dat het te combineren is met de agrarische werkzaamheden. Op de trekker telefoneer ik en soms kunnen sollicitatiegesprekken tussen de bedrijvigheden door.”

Die werknemers liggen vervolgens voor het oprapen? “Wij maken gebruik van de database op de website, daar staan landelijk meer dan 3000 profielen op. Tussen de werkzoekende profielen ga ik op zoek naar een geschikt profiel. Meestal nodig ik er dan een aantal uit voor een gesprek. De geschikte kandidaat laat ik kennismaken met de opdrachtgever. Als er een klik is tussen de boer en werknemer, gaan we contracten opstellen, prijsafspraken maken en verzekeringen regelen.”

En… bevalt het? “Het bevalt zeker, maar het is niet makkelijk: je moet bij de boer binnenkomen, je moet een juiste klik vinden voor de boer en je moet alles juist afhandelen. Ik vind eerlijkheid en duidelijkheid heel belangrijk. Onze valkuil in het begin is wel geweest van die boer ken ik en ik heb een match, dus ik haal wat van de prijs af. Maar daar zijn we onszelf wel tegengekomen.”

Wat is het verschil tussen werken als arbeidsbemiddelaar en het werk op de boerderij? “Het werk op de boerderij is veel constanter. Bij het werk als arbeidsbemiddelaar hebben we meer te maken met pieken en dalen. Wat we de ene week aan uren hebben uitgezet, kan de week daarna gehalveerd of verdubbeld zijn. Het mooie van het arbeidsbemiddelingsvak is dat het we aan tafel zitten in alle uithoeken van de agrarische sector.”

Wil je meer informatie over Agrikwerker.nl of jezelf aanbieden als werkgever of werknemer? Ga dan naar www.agriwerker.nl.

Payrolling is ook een van jullie diensten… “Klopt, puur payroll is als een bedrijf zelf een arbeider heeft, maar die via een payrollbureau betaalt. Het bedrijf hoeft de werknemer alleen maar aan het werk te houden. Alle uren, verzekeringen worden uitbetaald en geregeld via ons. Het voordeel van payroll is dat je als werkgever de rompslomp omtrent de salarisadministratie niet hebt.” BNDR

Gevels van huizen kleuren oranje, straten raken onbegaanbaar door eindeloze linten met oranje en rood-wit-blauwe vlaggetjes, bedrijven komen stil te liggen omdat de voetbalpoule alle aandacht opeist en de supermarkten zijn klaar voor weer een slag om de Oranje-consument. Nederland is een oranje massa geworden en voor de spannende sportmomenten zit iedereen deze dagen aan de buis gekluisterd. Voetbal, gevolgd door de Olympische Zomerspelen. Ook de paardensector wordt in deze Olympische Spelen vertegenwoordigd. Ines Kessels (27) is eigenaar van ‘Kessels Stables’ en runt daarmee in het Brabantse Asten een bedrijf gericht op in- en verkoop, opleiding en revalidatie van springpaarden. Ooit droomt Ines ervan om haar paard terug te zien op de Olympische spelen.

olympisch goud

Ines Kessels droomt ervan om haar springpaard terug te zien op de Olympische Spelen Tekst en beeld: Ellen van den Manacker

Eigen bedrijf Vijf jaar geleden koos Ines voor het Topklas Ondernemen-traject binnen haar opleiding. Een bijzondere afstudeervariant van HAS Den Bosch, waarin de student in het afstudeerjaar een eigen bedrijf opzet. “Via het Topklas Ondernemen-traject heb ik in een jaar met behulp van coaches, lessen en een onderne-

mersplan ‘Kessels Stables’ opgericht”, vertelt Ines. “Bij het behalen van mijn diploma, had ik gelijk een eigen bedrijf. Toen ik begon trainde ik alleen paarden van derden, maar al gauw na mijn afstuderen heb ik zelf ook een aantal paarden aangekocht.”

komen, verder kunnen ze nog niet zoveel.”, aldus Ines. “De duur van de training is afhankelijk van het paard en de eigenaar. De ene keer train ik een paard twee weken, de andere keer twee jaar. In de paardenhandel kan dat soms heel snel gaan.”

Opleiden

Inkoop en verkoop

“Ik ben begonnen met het opleiden en de in- en verkoop van springpaarden”, vertelt Ines. “De paarden zijn zadelmak als ze bij mij

Naast het opleiden van springpaarden voor derden, heeft Ines ook eigen paarden. “Kessels Stables richt zich op de verkoop van

Werkgroep Paardenhouderij Naast eigenaar van ‘Kessels Stables’ is Ines Kessels voorzitter van Werkgroep Paardenhouderij van het BAJK. Drie jaar geleden heeft Ines, samen met een vierkoppig bestuur, de werkgroep Paardenhouderij opgericht. “Werkgroep Paardenhouderij focust op persoonlijke ontwikkeling van leden, visievorming van de eigen onderneming en belangenbehartiging van de sector. Bij ons komen hippische ondernemers en jongeren in de leeftijd van 16 t/m 35 jaar met passie voor de paardenhouderij samen voor kennisuitwisseling, informatieverschaffing, gezelligheid en om te netwerken.” Bij de werkgroep Paardenhouderij zijn vijfentwintig jonge BAJK’ers aangesloten. “De werkgroep zet zich in voor het versterken van de economische en maatschappelijke positie van hippische ondernemers en biedt ondersteuning bij de opstart van eigen bedrijven in Brabant”, vertelt Ines. Wil jij je aansluiten bij de werkgroep Paardenhouderij van BAJK, mail dan naar paardenhouderij@bajk.nl.

BNDR

Ines Kessels / 27 Eigenaar van ‘Kessejaar Stables’ / In- en ve ls opleiden van sprin rkoop, en paardenrevalidgpaarden Lid van AJK De atie Peel

bodem vlak is en de paarden worden verplicht om in dezelfde tact te blijven lopen.”

Crisis “We merken in de paardensector dat door de crisis de markt terugloopt: de mensen zijn voorzichtiger met geld uitgeven”. Ondanks de crisis heeft Ines goede hoop in haar eigen bedrijf. “De combinatie van dieren, opleiden en ondernemen vind ik heel mooi. Doordat handelaren minder snel bieden, draag ik een groter risico. Als het paard een blijvende blessure krijgt, is het paard minder waard”, aldus Ines. “Ik heb dat weleens gehad, daar moet ik mee dealen en het compenseren met de goede tijden.”

Ziektes Dat ‘roeien met de riemen die je hebt’ een gevolg is tot creatief denken, bewijst ook Ines: “Tegenwoordig kan ik ziektes in een vroeg stadium al voorkomen. Dat doe ik door de hartslag van het paard dagelijks te meten.” De rusthartslag, de hartslag die het paard heeft als hij uit zijn box komt, is het eikpunt voor deze techniek. “Als die hartslag een aantal dagen afwijkt van de gangbare hartslag, dan merk ik dat er iets met het paard aan de hand is en kan ik op voorhand blessures voorkomen”, vertelt Ines. “In deze sector wordt veel op gevoel gedaan, maar ik denk dat er veel meer met apparatuur gemeten kan worden. Doordat ik nu de hartslag meet, kan ik de paarden nog specifieker trainen.”

Concours

“Met het revalideren op de loopband zijn wij heel uniek in de paardensector” hoogwaardige springpaarden. Om deze doelstelling te halen koop ik voornamelijk drie- en vierjarige paarden in. Deze jong volwassen paarden zijn ingereden, waardoor goed bepaald kan worden of het paard aan de selectiecriteria voldoet”, vertelt Ines. De selectiecriteria waar Ines waarde aan hecht bij de inkoop van paarden zijn: springtechniek, karakter, gezondheid en uiterlijk. “Bijna al mijn paarden komen uit Nederland. De paardenfokkerij is heel centraal in Nederland, België, Duitsland en een deel van Frankrijk. Wat dat betreft zit ik hier qua locatie heel goed”, vertelt Ines. “Tussen de in- en verkoop ga ik het paard optimaal trainen. Ik verkoop een paard op het moment dat de opleiding zover gevorderd is dat de klant in staat is het paard verder te trainen.”

Revalidatie Afgelopen januari heeft Ines nog een nieuwe tak aangesneden op haar bedrijf: revalidatie. Dit doet Ines in samenwerking met trainingsstal Johan Klein Zieverink. “Paarden met een pees- of spierblessure krijgen een behandelplan van de dierenarts, waarmee ze vervolgens bij ons komen.” De blessures worden op dit moment behandeld door middel van een loopband, maar Johan en Ines zijn ook bezig met een nieuwe techniek om doorbloeding te stimuleren. “Hoe meer doorbloeding er is, hoe beter de blessure geneest”, vertelt Ines. “Met het revalideren op de loopband zijn wij heel uniek in de paardensector. De revalidatietechnieken die er nu zijn, worden uitgevoerd in het water, maar dat heeft niet elk paard nodig. Een groot voordeel van de loopband is dat de

In het kader van de opleiding van paarden doet Ines ook wekelijks mee aan concours. “Ik doe mee aan springwedstrijden op landelijk niveau, in de klasses B tot en met Z. Ik ga niet specifiek op concours voor de winst: voor de paarden is dit een onderdeel van de opleiding. De paarden moeten ook in andere maneges ontspannen kunnen lopen en leren omgaan met vreemde situaties.

Droom Tijdens de Olympische Spelen is Ines een aandachtig supporter van de paardensport. “Ik denk dat dit een moeilijk jaar wordt voor Nederland. De beste Nederlandse paarden zijn verkocht, waardoor de combinatie ruiters en paarden minder sterk is”, legt Ines uit. “Duitsland, Frankrijk en Amerika zijn landen die bovenaan meedraaien. Nederland zit daar ook vaak bij. Ons land heeft kwalitatief hele goede ruiters. Ons land heeft kwalitatief goede ruiters, maar de goede paarden worden te snel doorverkocht. Je ziet ook steeds meer Arabische landen die met minder ervaren ruiters en goede paarden heel ver komen”, vertelt Ines. “Mijn droom is om ooit een paard te hebben opgeleid die meestrijdt naar een Olympisch titel. Maar ik moet echt geluk hebben met de aankoop van zo’n toppaard.” BNDR

een toekomst voo

NAJK’ers zetten hun kwaliteiten meest veelbelovende sectoren als het gaat om werkgelegenheid voor plattelandsjongeren in ontwikkelingslanden.

Ontwikkelingssamenwerking: hulp van rijke landen aan arme landen in de vorm van samenwerking, bedoeld om een betere levensstandaard te creëren voor derdewereldlanden en hun inwoners. Een simpele uitleg, maar toch blijft het voor velen een vage term waar weinig aandacht aan wordt geschonken. NAJK vindt het wel belangrijk dat niet alleen zijn eigen leden, maar ook jonge boeren in ontwikkelingslanden een betere toekomst krijgen. Samen met Agriterra maakt NAJK zich daarom hard voor jonge agrariërs in ontwikkelingslanden.

Jongeren in ontwikkelingslanden Wereldwijd woont driekwart van de mensen die onder de armoedegrens leven in plattelandsgebieden. De helft van deze kwetsbare groep bestaat uit jongeren. Toch krijgen deze jongeren in ontwikkelingslanden, en dan met name jongeren boven de 18, vaak weinig speciale aandacht. Voor hen is het extra moeilijk om aan leningen of aan kennis te komen. Scholings- en trainingsprogramma’s in ontwikkelingslanden richten zich vaak op jongeren die in de stad wonen. Volgens de Food en Agri-

Krachten bundelen NAJK draagt graag een steentje bij aan het creëren van perspectieven voor deze jongeren. Daarom heeft NAJK in 1997 samen met LTO,

cultural Organisation (FAO) van de Verenigde Naties krijgen ongeveer een half miljard plattelandsjongeren geen kans om hun capaciteiten te ontwikkelen.

Creëren van werkgelegenheid Toch is er hoop. Het creëren van werkgelegenheid voor jongeren is één van de subdoelen van de millenniumdoelstelling ‘uitbannen van honger en extreme armoede’. Volgens het International Fund voor Agricultural Development (IFAD) is de landbouw zelfs een van de

Een betrokken sponsor en ervaren adviseur in één Bij Alfa hebben we iets met jonge ondernemers in

Bij Alfa heb je te maken met adviseurs die je passie

de agrarische sector. Daarom zijn we stersponsor van

delen. En die ook graag hun kennis met je delen.

NAJK. En we hebben ook iets vóór jonge onderne-

Maak gerust een afspraak.

mers: een compleet pakket aan diensten. We helpen je op weg, nemen alle administratieve zaken uit

www.alfa-accountants.nl

handen en zijn er om je continu te wijzen op verbeterpunten.

Alfa is stersponsor van NAJK. We zijn vooral actief in de agrarische sector en in het midden- en kleinbedrijf. Met ruim 850 professionals en 31 vestigingen zijn we thuis in elke regio van Nederland.

Binder februari 185x124_fc.indd 1

BNDR

Volg ons: AlfaAccountants

De ondernemende mens centraal 6-2-2012 16:40:52

r iedereen

over de grens in! de NCR en SSVO de organisatie Agriterra opgericht. Hierin worden de krachten van de Nederlandse boeren gebundeld en gebruikt om boeren in ontwikkelingslanden van kennis te voorzien. Boeren praten met boeren over allerlei landbouwtechnische zaken, maar ook over het nut van coöperaties en de noodzaak van belangenbehartiging. Via Agriterra krijgt NAJK allerlei adviesvragen speciaal gericht op jonge boeren.

Meer informatie Neem voor meer informatie over Agriterra contact op met Matilde Thomin: mthomin@najk.nl, kijk op www.najk.nl of volg @NAJK_Int op Twitter.

Waarom vind je het leuk om op missie te gaan? “De eerste keer dat ik op missie ging, was naar de Filippijnen. Naast het ‘goede doel’ vond ik dat vooral ook zelf interessant: ik zag veel van een compleet andere wereld. Nu vind ik het belangrijkste dat ik echt wat kan betekenen voor anderen, vanuit mijn bevoorrechte positie hier in Nederland.” Wat ga je in Moldavië doen? “Er wordt in Moldavië hard gewerkt om een Moldavische jonge boeren- en tuindersvereniging van de grond te krijgen. Er bestaat nu alleen een ‘oudere’ organisatie, maar ze willen juist ook aandacht geven aan de belangen van jongere boeren. Ik mag mijn kennis die ik heb opgedaan als algemeen secretaris van NAJK, gebruiken om de jongeren daar te helpen om op te starten.” Waarom hebben de boeren in ontwikkelingslanden onze hulp nodig? “Vaak hebben de boeren wel een beeld bij wat ze willen, maar ontbreekt het ze aan kennis en middelen om het te realiseren. Vanuit de Nederlandse landbouw hebben we, als boeren, deze kennis afgelopen eeuw ontwikkeld en kunnen anderen daar nu ook bij helpen. Het is belangrijk om daarbij niet stil te zitten, anders verdwijnen de boeren in dergelijke landen van het toneel en wordt hun plaats ingenomen door internationale investeerders, zoals we nu veelal in Afrika zien gebeuren.”

Zou je het anderen aanraden? “Als de kans voorbij komt, dan kan ik het zeker aanraden. Wij hebben kennis die voor ons vanzelfsprekend is, maar voor boeren in ontwikkelingslanden gaat er vaak een wereld open. Verder verbreedt het je eigen kijk op de wereld en de gehele voedselproductie wereldwijd.”

In 2000 spraken de leden van de Verenigde Naties af om in de komende vijftien jaar vooruitgang te boeken op het gebied van armoede, onderwijs, gezondheid en milieu. Die afspraken zijn vastgelegd in acht millenniumdoelen:

NAJK-leden met kennis van zaken reizen dan af naar Afrika, Azië of Zuid-Amerika om lokale ondernemers daar te helpen met hun vraag.

Peter de Regt is een jonge akkerbouwer uit Dronten. Hij vertrekt op 10 juni naar de boerenorganisatie NFFM in Moldavië.

Hoe organiseer je jouw eigen bedrijf, als je in het buitenland zit? “Ons akkerbouwbedrijf run ik samen met mijn broer, die vangt dat deels op en we kunnen indien nodig extra mensen inhuren. Vanuit Agriterra krijg ik daar een vergoeding voor. Maar het is wel druk, we zitten nog midden in onze bedrijfsverhuizing en zijn een aantal schuren aan het bouwen, dat vraagt de nodige aandacht. Toch blijft het de moeite waard.”

Millenniumdoelen

Om deze doelen te halen is er nog een enorme inspanning nodig van arme én rijke landen. Alles over de millenniumdoelen en over de voortgang ervan kun je vinden op de website van de Verenigde Naties: www.un.org/millenniumgoals. Bron: NCDO

Agriterra

Agriterra steunt boerenorganisaties in ontwikkelingslanden in hun strijd tegen armoede. Dit doen ze met behulp van deskundigen uit de Nederlandse agrarische wereld, waaronder NAJK-leden, en met geld van de Nederlandse overheid. Door middel van kennisoverdracht van boer tot boer werkt Agriterra aan een duurzame economische ontwikkeling van het platteland in derdewereldlanden. Lees alles over Agriterra op www.agriterra.org. Bron: Agriterra

Training ‘Omgaan met cultuurverschillen’

Op 8 en 9 juni konden een aantal NAJKleden kennismaken met het werk van Agriterra. In Apeldoorn kregen vijftien deelnemers een training over het omgaan met cultuurverschillen. Door middel van oefeningen als ‘Building Bridges’ en ‘Kwinkslag’ ervoeren ze hoe het is om te werken in een andere cultuur. De training werd gegeven door het Institute of Cultural Affairs (ICA).

BNDR

ouD

Bedrijfsgegevens Maatschap Blom Didam ‘Stille vennootschap’ 3 vennoten 5 kalverstallen 560 blankvleeskalveren 720 rosékalveren 1,84 hectare

Tekst en beeld: Ellen van den Manacker

“Doordat Bert op veel bedrijven komt, kunnen wij

weloverwogen beslissingen

maken op ons bedrijf” Na een studie Agrarisch Ondernemerschap in Dronten zag Bert Blom (28) zijn toekomst op het ouderlijk bedrijf tegemoet. Het tij keerde toen Bert vlak voor zijn afstuderen benaderd werd door ForFarmers voor een baan als voorlichter vleesveehouderij. Zijn ouders Gijs (58) en Nel (54) moedigden hem aan om eerst een aantal jaren zijn voeten onder de tafel van anderen te steken. Het bedrijf met 560 blankvleeskalveren en 720 rosékalveren in Didam (Gld) kunnen zij de eerst aankomende jaren nog met zijn tweeën aan. Geschiedenis Gijs: “Op mijn 21e heb ik mijn eigen bedrijf opgestart. Ik heb negen melkkoeien gekocht en heb later ook het melkveebedrijf van mijn ouders overgenomen. Tot 1991 hebben wij altijd melkkoeien gehad, daarna zijn we overgegaan op kalveren. Het aantal koeien dat wij hadden, was te weinig voor de toekomst. Het melkquotum hebben we toen verkocht, waardoor we een buffer hadden om een nieuw bedrijf aan te kopen. Zo zijn we destijds van Drenthe naar Gelderland verhuisd: in Didam hebben we een bedrijf aangekocht met 540 vleeskalveren in 1992. In 1996 hebben we hier een nieuwe stal bijgebouwd, waardoor we op 1000 kalveren 20

BNDR

zaten. Uiteindelijk hebben we in 2011 één stal weggehaald en twee nieuwe stallen neergezet en gevuld met rosékalveren.”

Buitenshuis Bert: “Naast dat ik in maatschap zit met mijn ouders, werk ik 40 uur in de week bij ForFarmers als voorlichter vleesveehouderij. De bedoeling was om gelijk na mijn studie op het ouderlijk bedrijf aan de slag te gaan, maar vlak voor mijn afstuderen werd ik benaderd door ForFarmers. Mijn vader had bij onze veevoerleverancier laten vallen dat ik bijna afgestudeerd was en zo is het balletje gaan rollen. Ik werd gebeld of ik interesse had in

een baan. Aangezien ik, naast werken op het eigen bedrijf, ook graag buitenshuis wilde kijken, heb ik deze kans gepakt. Inmiddels ben ik 3,5 jaar werkzaam bij ForFarmers. Ik kan het iedereen aanraden om een aantal jaar buiten de deur te werken.” Nel: “Ons bedrijf is goed gemechaniseerd, dus de aankomende jaren kunnen Gijs en ik de kalveren samen nog aan.” Gijs: “Ook wij hebben er voordeel van dat Bert buiten de deur werkt. Hij komt op veel bedrijven en ziet daar wat goed gaat en wat niet goed gaat. Hij leert daardoor veel verschillende kanten van de kalverhouderijsector kennen en hij heeft op deze manier ook zijn

NieuW

Bert B Voorlichlotemr vlees ForFarvmeeehouderij bij rs / Lid van 28 jaar AJK de Lie mers

buitenshuis

“ik wilde graag kijken”

Aanraden

eigen inkomen, waardoor hij zelf een buffer kan creëren voor de toekomst.” Bert: “De komende jaren wil ik nog werken als voorlichter vleesveehouderij bij ForFarmers, dit heeft geen gevolgen voor de samenwerking binnen de maatschap. Op dit moment worden beslissingen op het bedrijf altijd samen genomen, mijn mening telt daarin net zo goed als die van mijn ouders.”

Nieuwe stal Gijs: “We hadden eerst alleen blankvleeskalveren. Door zijn werk ziet Bert de toekomst van de vleesveehouderij. Hierdoor kwam het houden van rosékalveren ter sprake. Na oriëntatie hebben we vorig jaar een oude stal gesloopt en twee nieuwe stallen voor rosékalveren neergezet.” Bert: “De manier van voeren en ondernemen is anders bij rosékalveren. Bij rosékalveren hebben we meer vrijheid in ondernemen. Nu kunnen we bijvoorbeeld ons eigen voer inkopen. Dat spreekt mij meer aan.” Gijs: “Het idee om het bedrijf uit te breiden was er al. Bert was geïnteresseerd in het houden van rosékalveren en heeft ons toen meegenomen naar twee bedrijven, waar hij via zijn werk komt. We stonden er zeker niet negatief tegenover, we moeten meegaan met de markt.”

Nel: “Of we de blankvleeskalveren helemaal wegdoen? Dat is totaal afhankelijk van de markt.” Gijs: “Rosékalveren komen om de 10/11 weken, dus de bouw van de nieuwe stallen moest binnen dat tijdsbestek af zijn. In februari werd de oude stal gesloopt, in maart begon de bouw van de eerste nieuwe stal en in juni stonden de eerste kalveren in deze stal.” Bert: “De grootste uitbreiding en investering hebben we nu achter de rug. Investeringen die we nu en in de nabije toekomst doen zijn om het werk te verlichten. Zoals het voer kruien bijvoorbeeld, dat is zwaar en tijdrovend werk. Dit kan efficiënter, dus hebben we een voerkar gekocht, waarmee het werken makkelijker en sneller gaat.”

Maatschap Gijs: “We zitten nu twee jaar in een ‘stille vennootschap’. Voordat we in maatschap gingen, hebben we het bedrijf laten taxeren. Alle investeringen die we sindsdien doen, doen we met zijn drieën.” Bert: “Naast mijn fulltime baan bij ForFarmers werk ik zoveel mogelijk mee op het bedrijf. Zeker in de weekenden, maar ook in drukke tijden spring ik bij. In het plannen van afspraken kan ik flexibel zijn. Bij drukte thuis plan ik in overleg met klanten van ForFarmers en mijn ouders mijn agenda.”

Bert: “Ik kan het absoluut aanraden om voordat je in daadwerkelijke maatschap gaat, eerst bij een ander bedrijf aan de slag te gaan. Je leert zo veel, je hebt een inkomen buitenshuis en je steekt je voeten ook bij een ander onder de tafel, waardoor je veel ervaringen meekrijgt. Daarnaast bouw je een groot netwerk op, waar je ook zeker in de toekomst en op je eigen bedrijf wat aan hebt.” Gijs: “Wij kunnen het ook zeker aanraden. Bert doet een heleboel mensenkennis op en dat is heel belangrijk. Omdat hij op veel bedrijven komt, kunnen wij de weloverwogen beslissingen maken op ons bedrijf en staan we voor in de rij qua marktontwikkelingen.”

Taakverdeling Gijs: “Wij doen de voornaamste zaken van de bedrijfsvoering. Bert helpt mee bij drukke werkzaamheden en berekent het voer voor de rosékalveren, maar we doen ook veel in overleg. De kalveren moeten bijvoorbeeld veelal gesorteerd worden, dat doen we in goede harmonie: beslissingen met betrekking op de bedrijfsvoering nemen we altijd samen.”

Passie Bert: “Continuïteit op het bedrijf vind ik belangrijk: het moet allemaal blijven doordraaien. Je moet proberen om bij elk kalf het onderste uit de kan te halen en zorgen dat iedereen daar tevreden mee is: vennoten, maar ook toeleveranciers en handelaren.” BNDR

D a sy careeirr

New Zealan d GUARANTEED JOBS ON NEW ZE

ALAND DAIRY FARM S

YOUR DAIRY CAREER STARTS HERE!

Your once in a lifetime opportunity to live the dream, learn from the worlds best dairy farmers, earn top money, have a chance to win a scholarship, plus discover residency and farm ownership opportunities in New Zealand.

DAIRY MANAGEMENT TRAINING PROGRAMME AVAILABLE NOW...

Our Dairy Management Training Programme is a practical two-year residential dairy internship programme based in New Zealand that pays you top money to learn from the best farmers in the world. Learn industry best practice and earn recognised qualifications in: • • • • • •

World leading farm practices Smart farm technology Smart farming techniques World leading dairy systems Efficient and sustainable practices Industry best practice.

Guaranteed Jobs: the NZ Dairy Management Training Programme includes travel, guaranteed full time paid employment, accommodation, care and study. Further university study and New Zealand residency options available.

ENQUIRE NOW - Full details on our website! www.lutgo.nl

Or contact our representative in the Netherlands: Christine van der Klei: c.vanderklei@lutgo.com, 06-18061110 Geert Houwers: g.houwers@lutgo.com, 06-11432931

www.NZDairyCareers.co.nz

BE IN TO WIN

Live, Learn & Earn in New Zealand

 

  







a University Scholarship at a premier New Zealand Agricultural University.

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 



 

  

    

  22

BNDR 



AjK

“Een ervaring om mee te nemen naar je thuissituatie!”

veebeoordelen!

Inform Datum: 30atdieecacemtiviteit Onderwerp: Lokbaaer 2011 Veebeoordelen l Door: AJK Alblass Vijfheeren landerenwaard Aanwezig: 26 dee lnemers

Voor de echte liefhebber… Ieder jaar organiseert NAJK voor de echte koeienliefhebbers het Nationaal Kampioenschap Veebeoordelen. Maar ook op provinciaal en lokaal niveau worden wedstrijden veebeoordelen georganiseerd. Dat kan zijn als voorbereiding op het NK Veebeoordelen, als plaatselijke wedstrijd of gewoon voor het plezier. Zo organiseert AJK AlblasserwaardVijfheerenlanden traditiegetrouw ieder jaar in december een wedstrijd veebeoordelen.

Tekst: Ilonka Ekelmans / Beeld: Ellen van den Manacker

Interesse AJK Alblasserwaard-Vijfheerenlanden beslaat van oudsher een gebied met veel melkveehouderij. “De melkveehouders zijn heel geïnteresseerd in koeien, de fokkerij en het bezoeken van keuringen. Voorheen hielden we de veebeoordelingswedstrijd bij gerenommeerde fokkers, tegenwoordig houden we de wedstrijd tussen kerst en oudejaarsdag op het bedrijf van één van onze leden”, vertelt Gerrit de Groot, voorzitter AJK AlblasserwaardVijfheerenlanden. Zo werd afgelopen jaar de wedstrijd bij de familie Schakel in Brandwijk georganiseerd.

De eerste ronde De wedstrijd begint na de middag en bestaat uit twee rondes. In de eerste ronde, de schriftelijke ronde, is het de bedoeling dat de deelnemers vijf vaarzen op volgorde van exterieur zetten, om er vervolgens punten aan te geven. “De koeien worden op volgorde gezet en beoordeeld op het frame, robuustheid, uier, beenwerk en tenslotte algemeen voorkomen. Hoe beter de koe, hoe meer punten.”

De tweede ronde Na een korte pauze, waarin de tussenstand wordt uitgerekend en de oliebollen natuurlijk niet mogen ontbreken, volgt de tweede, mondelinge ronde. “In deze ronde moeten de beste tien deelnemers wederom vijf koeien op volgorde zetten en hun keuze mondeling toelichten aan de deskundige jury. Hierbij

moeten ze aangeven wat ze goed vinden en waarom ze de ene koe beter vinden dan de andere, toegespitst op een aantal specifieke punten”, vertelt Gerrit. “Heel belangrijk is dat de deelnemers positief blijven. Het is niet de bedoeling een koe de grond in te boren, maar juist aan te geven wat voor verbetering je zou willen zien.”

Deskundige jury “Twee deskundige juryleden bepalen vooraf wat de goede volgorde is”, legt Gerrit uit. De ingevulde formulieren van de deelnemers worden vergeleken met die van de jury. Het is de bedoeling zo dicht mogelijk bij het oordeel van de jury in de buurt te komen. “Na afl oop van iedere ronde volgt een toelichting van de jury, is er ruimte voor vragen en mogelijkheid tot discussie.”

De winnaar Uiteindelijk worden alle punten bij elkaar opgeteld, waarna de winnaar bekend wordt gemaakt. “De beste drie ontvangen een beker. Daarnaast is er een aanmoedigingsprijs voor diegene die voor de eerste keer meedoet en het hoogste eindigt”, vertelt Gerrit. Uiteindelijk draait het veebeoordelen bij AJK Alblasserwaard-Vijfheerenlanden vooral om plezier en eer: “De winnaars worden genoemd in het persbericht en bij de eerst volgende AJK-avond.”

Leerzaam “Naast een kijkje nemen op het bedrijf van een collega, spreek je op zo’n dag natuurlijk veel mensen. Daarnaast kunnen jonge mensen leren

om kritisch naar een koe te kijken, een ervaring die in hun thuissituatie van pas kan komen. Onze leden leren tijdens het veebeoordelen hoe ze naar een koe moeten kijken en waar ze op moeten letten, daar kunnen ze profi jt uit halen voor hun eigen bedrijf”, aldus Gerrit.

Presentatie Maar Gerrit noemt nog een reden: “Ook van het mondeling toelichten leer je veel. Er staan natuurlijk toeschouwers te kijken en dan moet jij vertellen wat je van een koe vindt. Je leert dan niet alleen te spreken in het openbaar, maar ook hoe je jezelf moet presenteren en hoe je een keuze moet toelichten. Als melkveehouder ben je altijd met koeien bezig, dan is het ook belangrijk te weten hoe een goede koe eruit ziet.”

Belangrijke functie Gerrit heeft als voorzitter een belangrijke functie bij deze activiteit: “Als voorzitter zorg ik dat alles in goede banen wordt geleid. Ik ken veel mensen uit de fokkerijwereld, daarom regel ik al jaren achtereen het veebeoordelen en de jury voor deze dag. Op de dag zelf tel ik samen met de secretaris van onze AJK de scores bij elkaar op. Daarnaast verzorg ik de opening en maak ik met iedereen een praatje.” Kortom, een gezellige en leerzame dag met een fl inke opkomst en mooie discussies.

Nationaal Kampioenschap Veebeoordelen 2012 Wat: Nationaal Kampioenschap Veebeoordelen Wanneer: 29 september 2012 van 10.00 uur tot 16.00 uur (onder voorbehoud) Waar: provincie Limburg Meer info: www.najk.nl

BNDR

Een beleid voor de Dubbelinterview Albert Jan Maat en Wilco de Jong De hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) is na de gedane voorstellen in oktober als een ruwe diamant: de scherpe kantjes zijn eraf, nu moet het nog een definitieve vorm krijgen. LTO-voorzitter Albert Jan Maat en NAJK-voorzitter Wilco de Jong geven hun visie op deze ruwe diamant en de manier waarop die geslepen moet worden om het ‘nieuwe’ GLB te laten schitteren voor Nederland. Tekst: Ellen van den Manacker / Beeld: Sjef Prins

Huidige voorstellen Wilco: “NAJK is enthousiast over de gedane voorstellen, maar wel met een grote ‘maar’. We zien dat Ciolos kiest voor jonge boeren en daar ook beleid voor wil maken. Aan de andere kant zijn we teleurgesteld in de gestelde prioriteiten binnen het GLB. Ambities als innovatie en duurzaamheid, vertaald in biodiversiteit, water- of luchtkwaliteit, dierenwelzijn of gewasbescherming komen niet terug in de gedane voorstellen.” Albert Jan: “LTO is teleurgesteld in de voorstellen. Vooral de vergroeningsmaatregelen vallen ons tegen. We stellen de 30% niet ter discussie, maar zijn wel voor een andere invulling daarvan. Wij kiezen voor vergroening door middel van innovatie: leg de boeren een keuzemenu van vergroeningsmaatregelen voor en laat ze zelf kiezen wat ze doen. Daarnaast zijn we het niet eens met de herverdeling van het geld over Europa, waarbij Nederland veel meer moet inleveren dan onze buurlanden.”

Besluitvorming Wilco: “Gezien het kabinet gevallen is, zitten we qua besluitvorming in een onzekere periode. Het GLB loopt daarentegen gewoon door, in juni worden al een aantal besluiten genomen. Wij zien het liefst ondersteuning voor jonge boeren in de eerste pijler via een hectarebetaling en in de tweede pijler als bijdrage via duurzame investeringen. Dit steuntje in de rug geeft lucht in de eerste jaren na bedrijfsovername en geeft een jonge boer de kans zijn innovatieve visie meteen te ontwikkelen en niet pas over tien jaar.” Albert Jan: “De besluitvorming omtrent het GLB hangt ook af van hoe Europa zich verder ontwikkelt. De euro is van beslissende invloed op het budget dat wij houden voor het GLB. Qua besluitvorming zien wij dat er met de alternatieven die wij voor vergroening hebben aan24

BNDR

gedragen bij Eurocommissaris Ciolos en het Europees parlement beweging komt in Brussel. Maar het is nog een hardnekkig proces. Op het gebied van overleg en financiën verwacht ik daarom ook dat we, in dit tempo, de start van het nieuwe GLB in 2014 niet gaan halen.”

Jonge boeren Albert Jan: “Jonge boeren zijn de toekomst. Ik ben onder de indruk van de vernieuwingsdrang die daar heerst: er wordt vooral innovatief naar de toekomst gekeken.” Wilco: “Dat is onze doelstelling ook. Wat ons betreft hebben we in het GLB dan ook over een dubbele vergroening: investeren in de toekomst van de agrarische sector door verjonging én verduurzaming van de sector zelf. Jongeren nemen het bedrijf over, daar moet enorm geïnvesteerd worden om aan te haken bij nieuwe marktvragen en potentiële markten.” Albert Jan: “Daar kunnen wij ons goed in vinden. Alles wat helpt om nog meer boeren en tuinders te motiveren het bedrijf over te nemen, dat willen wij stimuleren. Wij zijn echter niet overtuigd van het feit dat één of twee procent uit het beleidspotje investeren aan jonge boeren leidt tot een golf nieuwe boeren. Passie voor het vak is veel belangrijker.” Wilco: “Waarom waren jullie eerst in strijd met de steun voor jonge agrariërs?” Albert Jan: “Met onze achterban hebben we daarover discussies gevoerd. Het knelpunt lag bij het feit dat als het er bij de één op gaat, het er bij de ander af gaat. De vraag ‘ga je voor het bestaande of kijk je naar de toekomst?’ was daarin heersend. Wij zien de steun aan jonge boeren inmiddels als symbolische waardering.”

Ondernemen-plus Albert Jan: “Boer zijn is ondernemen-plus. Het ondernemerschap met een echte passie ernaast. Die groene passie mag wat mij betreft meer uitgestraald worden. De mens

achter het product wordt steeds belangrijker. In de toekomst moet er een brug geslagen worden tussen stad en platteland: streekproducten, multifunctionele landbouw en stadslandbouw zijn daar al goede voorbeelden van.” Wilco: “Het uitleggen van het GLB speelt daarin ook een belangrijke rol. Vanuit de maatschappij wordt gevraagd waarom er zoveel geld in de landbouw wordt gestoken. Door het bedrijf open te stellen, kun je dat laten zien.” Albert Jan: “Als het produceren van voedsel en groen niet beter in beeld komt, dan zal dat op den duur een kaalslag in verschillende sectoren betekenen.”

Samen sterk Wilco: “In de lobby sta je met gezamenlijke besluitvorming heel sterk. NAJK werkt daarom nauw samen met LTO wat betreft het GLB. Zo zitten we in samenspraak in de regiegroep GLB en proberen we het over alle uitingen die we op basis van het GLB doen zoveel mogelijk eens te zijn.” Albert Jan: “LTO wil niets liever dan een gezamenlijke inzet van NAJK en LTO. Daarom betrekken we NAJK bij zoveel mogelijk besluiten. Voor alle overleggen die we met de staatssecretaris hebben, is NAJK bijvoorbeeld ook uitgenodigd en op 29 juni zijn zowel NAJK als LTO betrokken bij een gezamenlijke conferentie over het nieuwe GLB.”

Overgangsperiode Albert Jan: “Wij streven naar een overgangsperiode van het ‘oude’ naar het ‘nieuwe’ GLB van zeven jaar. Er zijn bedrijven die meer dan tweederde van hun premies en toeslagen kwijtraken. Dat is heel ingrijpend en daar moet de tijd voor worden genomen.” Wilco: “Voor ons is in de overgangsfase duidelijkheid heel belangrijk. Duidelijkheid over hoe het straks wordt. Jonge boeren die aan de rand van een bedrijfsovername staan, moeten

toekomst

weten waar ze aan toe zijn en welke keuzes ze moeten maken inzake het nieuwe beleid.” Albert Jan: “Die bijdrage uit het GLB is voor sommige bedrijven heel belangrijk. Als agrosector zijn wij goed voor een export van circa 72 miljard euro. Het aandeel in de nationale economie is, net zoals voor de werkgelegenheid, zo’n tien procent. De sector is de grootste agrosector van Nederland. Daarvoor krijgen we 900 miljoen uit Brussel, ik vind dat een acceptabel bedrag voor een vooruitstrevende sector. Met het nieuwe beleid moeten we in feite een drieslag maken: met de vergroening hebben we draagvlak om een behoorlijk budget te houden, alhoewel we flink moeten knokken voor dat budget. Daarnaast moet het nieuwe GLB ervoor zorgen dat we meer en beter produceren met minder energie en grondstoffen, wat ons uiteindelijk financieel sterker zal maken.” Wilco: “In de ideale wereld zouden we zonder subsidies leven, maar in de markt zoals die nu is, kan dat niet. Een goed GLB is de kracht van een goede economie.”

Veranderingen

De belangrijkste veranderingen voor boeren en tuinders in de laatst gedane voorstellen (oktober 2011): > Het historische model van toeslagrechten verdwijnt. In plaats daarvan ontvang je een basisbetaling per hectare. Je hebt recht op deze basisbetaling als je in 2011 een toeslagrecht hebt benut. Het benutten van één toeslagrecht is voldoende om in 2014 voor je hele areaal voor de basisbetaling in aanmerking te komen. > Niet het hele budget van de directe betalingen zal bestemd worden voor die basisbetaling: 30% daarvan wordt gereserveerd voor vergroening (het verduurzamen van de agrarische sector en het bijdragen van die sector aan natuur en natuurbeheer). Je ontvangt dit bovenop de basisbetaling, maar er worden wel eisen gesteld: > Het aandeel permanent grasland moet gehandhaafd blijven; > Akkerbouwers moeten 7% van het bedrijfsoppervlak reserveren voor ecologisch beheer; > Akkerbouwers moeten gewasdiversificatie toepassen. > Als je niet aan de vergroening wilt voldoen, ontvang je niet de 30% vergroeningspremie, maar waarschijnlijk ook niet de basisbetaling per hectare. > Jonge boeren kunnen straks bovenop de basisbetaling en de vergroeningspremie nog een extra toeslag ontvangen, ter ondersteuning van de eerste jaren na de bedrijfsovername.

BNDR

“We doen het

altijd zo…”

Als je vroeger, toen ik klein was, vroeg wat ik wilde worden was het altijd: ‘Ik wil een eigen supermarkt’. Hiervoor heb ik dan ook alle opleidingen gevolgd. Totdat ik erachter kwam dat een echte eigen supermarkt een illusie is. Onder een formule kun je alles, maar dat was juist wat ik niet wilde. Toen ik verder ging kijken, kwam ik op de boerderij terecht. Met de groeiende interesse voor het boerenbedrijf, volgde ik een bedrijfskundige opleiding aan de CAH. Maar wat ik altijd miste, thuis en op de opleiding, was echte vakkennis. Natuurlijk heb ik heel veel thuis geleerd over het boerenbedrijf en over het vak. Alleen wanneer ik vroeg: ‘Waarom doe je het zo?’, dan was het altijd: ‘We doen het altijd zo.’ Zo ging het ook jaren met maïs zaaien. Vaak krijg je boekjes van leveranciers en zijn er informatieavonden. Wanneer ik dan vroeg wat voor ras wij gingen zaaien, was het antwoord: ‘De loonwerker zoekt dat al jaren uit dus nu ook, dat is net zo makkelijk.’ Tja, daar moest ik het dan mee doen. Toch werd ik wel nieuwsgierig: Waarom zijn er zoveel rassen? Wat is het verschil? Wat zijn de verschillen in opbrengsten? Gelukkig voor mij kwam er een nieuwsbrief langs van NAJK. Hierin stond onder meer dat er in samenwerking met veredelings- en zaaizaadbedrijf Limagrain een MaïsChallenge werd georganiseerd. Een wedstrijd waarbij je maïs verbouwt en op verschillende onderdelen punten kan scoren, zodat er na de oogst van de maïs een winnaar bekend kan worden gemaakt met het beste teeltmanagement én de beste maïsopbrengst/kwaliteit. Dat leek me nou een leuke manier om meer over maïs telen 26

BNDR

te leren. Vandaar dat ik me heb opgegeven. In totaal hebben 41 deelnemers zich opgegeven, allemaal onder de 35 jaar. We hebben inmiddels de eerste bijeenkomst gehad. Hier werd verteld wat Limagrain precies doet, hoe de wedstrijd in elkaar zit en wat we kunnen verwachten. Het belangrijkste was natuurlijk het krijgen van het maïszaad. Iedere deelnemer heeft voor drie hectare maïszaad gekregen. Het is een nieuw ras LG 30.224 Animal Nutrition, een VEM-topper die kandidaat is voor de Rassenlijst 2013. Op het land zijn we ook begonnen, we hebben vaste mest uitgereden, daarnaast nog aangevuld met varkensmest. Vervolgens was er een discussie of we het land zouden gaan ploegen of spitten. Omdat de loonwerker kan spitten en zaaien in één werkgang hebben we hiervoor gekozen. Het leuke is dat het hele zaaiproces veel bewuster gebeurt en met veel meer enthousiasme. Mijn vader heeft nog nooit zo bewust naar de grondmonsters gekeken, de loonwerker heeft nog nooit zo bewust drie hectare maïs gezaaid en ik ben nog nooit eerder zo

bewust bezig geweest met de teelt van maïs. Maar ondanks dat we allemaal bewust bezig zijn met de maïsteelt is er maar één ding waar we echt voor gaan: winst! Suzanne Ruesink deelneemster MaïsChallenge 2012

Maïschallenge

In nauwe samenwerking met maïs-veredelaar Limagrain (LG) organiseert NAJK een MaïsChallenge onder melkveehouders. 41 jonge veehouders, verspreid over heel Nederland, gaan komend seizoen de strijd aan en proberen het maximale uit hun maïsteelt te halen. Daarvoor krijgen zij de beschikking over de allernieuwste plantgenetica in de vorm van 3 hectare LG 30.224 Animal Nutrition. Ze worden nauwlettend gevolgd door de ruwvoerspecialisten van Limagrain, van het zaaibedbereiden tot het inkuilen en zowel op de grond als via de satelliet. Diegene die zijn of haar maïsmanagement het beste voor elkaar heeft, komt eind 2012 als winnaar uit de bus. Volg de MaïsChallenge op www.limagrain.nl/maischallenge of www.facebook.com/maischallenge.

“Personeel wordt steeds belangrijker” Ruud Huirne, directeur Food&Agri Rabobank, over werkgevers en werknemers in de agrarische sector Bedrijven worden groter, ondernemers veranderen in managers en personeel krijgt een prominente plek op het agrarische bedrijf. Goed ondernemerschap is geen kwestie van een recept voorschrijven en de juiste pillen slikken, goed ondernemerschap is kunnen omgaan met alle spelende facetten op een bedrijf, waaronder een sterk personeelsbeleid. Ruud Huirne, directeur Food&Agri van Rabobank Nederland, onderschrijft dat.

Tekst: Ellen van den Manacker Welke rol speelt personeel nu en in de toekomst in de agrarische sector? “In heel veel sectoren wordt personeel steeds belangrijker. Instroom van gemotiveerd en geschoold personeel is heel bepalend voor de toekomst van de sector. Dat komt onder andere door schaalvergroting, maar ook door automatisering: dit vergt steeds meer vakkennis.” Zijn die gemotiveerde en geschoolde mensen nog te vinden in Nederland? “Ze zijn er zeker wel, maar om ze voor de sector te behouden, moeten we wel aan het imago van de sector werken. We zien nu dat er een tekort is in alle facetten van het bedrijf, van mbo tot academisch niveau. Mensen die theorieën om kunnen zetten naar praktijk, daar is de agrarische sector groot mee geworden. Op dit moment kiezen steeds minder scholieren voor een agrarische opleiding.” Wat doet de Rabobank om het imago van de agrarische sector te verbeteren? “Wij vinden het heel belangrijk dat er meer aandacht komt voor het imago van de sector en het aantrekkelijk maken van agrarische opleidingen, maar we vinden niet dat we de eerste stap moeten zetten. Daarom ondersteunen wij Human Capital Agenda’s van de topsectoren Agrofood en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen, scholen en koepelorganisaties, zoals NAJK.”

Waarom is geschoold personeel op agrarische bedrijven belangrijk voor de Rabobank? “Het is een direct belang voor onze klanten, maar wij zijn ook gebaat bij een aantrekkelijke bloei in de sector: het zal bijdragen aan een beter rendement van de bedrijven, maar ook aan een grotere maatschappelijke acceptatie. Wij hopen dat de food- en agrisector over dertig jaar nog steeds een toonaangevende sector is. Personeel is heel belangrijk voor goede bedrijfsresultaten, dat moeten we niet vergeten.” Is het een gevaar dat het aantal werknemers daalt? “De sector krimpt elk jaar een beetje, de bedrijven die afvallen worden meestal overgenomen. De arbeid van dat bedrijf wordt direct overgenomen of vervangen door kapitaal. We zien steeds meer automatisering, modernisering en robotisering.” Moedigen jullie die modernisering aan? “Wij moedigen dat niet specifiek aan. Maar als dat de analyse van het bedrijf is, waarin het bedrijf het beste naar voren komt, dan kan het een verstandig onderdeel van het investeringsplan zijn. Wij zijn daarin neutraal, net zoals de inzet van buitenlandse werknemers: als zij flexibel zijn en goede vakkennis hebben, dan is dat geen enkel probleem, mits ze goed betaald worden en een fatsoenlijke huisvesting aangeboden krijgen.”

Wat kunnen bedrijven doen om werknemers aan te trekken? “Werkgevers moeten met respect met hun personeel omgaan. Om het beste uit hun personeelsleden halen, moeten bedrijven inspelen op hun behoeftes. Dit kan bijvoorbeeld door ze bij de bedrijfsvoering te betrekken, ze verantwoordelijkheden te geven en ze de kans te geven zichzelf te kunnen door ontwikkelen als ze dat willen.”

De 6 succesfactoren

van goede ondernemers Voor jonge ondernemers is het belangrijk een concreet beeld te schetsen onder welke voorwaarden ze een bedrijf willen overnemen, vindt Ruud: “Stippel je route goed uit en kijk wat je daar onderweg kan tegenkomen.” Zes facetten vindt Rabobank Nederland daarin voor ondernemers heel belangrijk: > Bezinning van de positie in de keten; > Oog hebben voor voldoende rendement; > Nadenken over het afdekken van risico’s; > Oog hebben voor maatschappelijk draagvlak in de omgeving; > Als ondernemer moet je onderneming voldoende flexibel zijn; > Do what you can do best, outsource the rest.

Ruud Huirne: nieuwe directeur Food&Agri Rabobank

Ruud Huirne (49) is geboren en getogen op een gemengd bedrijf op de grens van de Achterhoek en Twente. Hij studeerde ‘Bedrijfseconomie’ in Wageningen en bekleedde vervolgens verschillende functies binnen Wageningen UR. “Mijn laatste functie was algemeen directeur bij LEI”, vertelt Ruud. “Dat heb ik vier jaar gedaan.” In februari 2012 is Ruud overgestapt van zijn wetenschappelijke, beleidsondersteunende functie naar de bancaire sector. “Ik zocht na 25 jaar Wageningen UR een nieuwe uitdaging. De kans om als directeur Food&Agri bij Rabobank Nederland aan de slag te gaan vind ik uniek. Rabobank is een hele grote en mooie speler in de Food&Agri.”

BNDR

Project Klimaat Neutraal Produceren zoekt deelnemers

Berkelland

Nieuw leven in

Het AJF-project ‘Klimaat Neutraal Produceren’ biedt de mogelijkheid aan AJF-leden die verdieping willen, mee te doen aan een praktijknetwerk rondom een bepaald thema. Het eerste netwerk over ‘Energiebesparing en energieopwekking’ start in juni 2012. Het tweede netwerk is gepland na de zomer en draagt het thema ‘Mest, mineralen- en CO2 kringloop’. De groepen, bestaande uit 8 tot 10 deelnemers per groep, eindigen oktober 2013. Het gaat om zes bijeenkomsten waarbij op de eerste avond een plan per deelnemer en daarnaast ook een doel en planning per groep wordt opgesteld. Voor het vervolg is een budget beschikbaar voor vijf experts. De eigen bijdrage is € 150,- per deelnemer. Beide praktijknetwerken zullen worden begeleid door Andries van der Meer, cliëntadviseur agrarisch bij LTO Noord Advies/Flynth. Wil je je opgeven of heb je vragen mail/bel dan naar Margret Wieldraaijer, mwieldraaijer@ajf.najk.nl (0512-501620). Kijk ook op www.ajfriesland.nl voor een uitgebreider overzicht van de mogelijke onderwerpen.

De AJK in de gemeente Berkelland heeft een nieuw leven gekregen. Onder aanvoering van Jong Gelre Eibergen werd eind maart de eerste avond georganiseerd. Deze avond stond in het teken van het thema ‘imago’. Sprekers waren Jos Sloot (bekend van Boer zoekt Vrouw) en Inge Rameijer (bestuurder NAJK). Ook in het nieuwe seizoen zullen avonden worden georganiseerd. De naam van de AJK is op dit moment nog onbekend, maar ze zitten in de omgeving van Eibergen en Borculo. Houd je brievenbus dus in de gaten!

Alfa houdt AJF met

beide benen op de grond

Woensdag 16 mei jl. hebben Alfa Accountants en Adviseurs in Friesland en de AJF een sponsorovereenkomst getekend. Met een handtekening bekrachtigden directeur Agro, dhr. Rick Hoksbergen, namens Alfa en AJF-penningmeester, Piet Jan Thibaudier, de afspraken die zijn gemaakt voor de samenwerking de komende 3 jaar. De overeenkomst is een nauwere samenwerking tussen Alfa Accountants en AJF. “AJF is trots en blij dat Alfa Accountants zich wil verbinden aan de toekomst van jonge boeren en tuinders in Friesland,” aldus AJF-voorzitter Jorrit Postma.

in gesprek

LAJK met CDA

In april is een delegatie van CDA Limburg op gesprek geweest bij het LAJK-bestuur. In Sittard heeft LAJK zich gepresenteerd en zijn LAJK en CDA Limburg in gesprek gegaan over actuele zaken. Deze ontmoeting wordt wat LAJK betreft zeker herhaald en zal de lijnen richting de politiek korter maken.

Bestuurswissel

voor het GAJK Tijdens de Algemene Ledenvergadering van GAJK hebben drie bestuursleden afscheid genomen. Arjan Klein, Teunis Bultman en Geraldine Haverkamp zijn door Tom Keuper (voorzitter) bedankt voor hun inzet de afgelopen jaren. Naast het afscheid heeft GAJK ook vijf nieuwe bestuurders verwelkomd. Met Beli den Hartog, Dirk Slagman, Lisette Arends, Niek Groot Wassink en Suzanne Ruesink gaat GAJK de komende tijd weer nieuwe, leuke activiteiten organiseren voor alle jonge agrariërs in Gelderland.

BNDR

ZAJK organiseert

‘Kansen in de Keten!’

Op woensdag 20 juni vindt in Colijnsplaat de jaarlijkse open dag op proefboerderij Rusthoeve plaats. Speciaal voor jonge ondernemers organiseert ZLTO in samenwerking met ZAJK, CZAV, Rabobank en Edudelta Collega een bijeenkomst over kansen in de keten met inspirerende sprekers van Hutten Catering, Agrimarkt, Verscentrum ZeeuwsVlaanderen en Lekker Regionaal Product. Het programma start om 9.00 uur met een smakelijk ‘Guyt’-ontbijt. Opgeven kan via www.zajk.nl.

GrAJK’ers maken klimaatplannen Meer dan vijftig jonge Groningse boeren gaan komende maanden aan de slag met het klimaat. In groepsverband, een zogenaamd klimaattraject, werken de Groningse deelnemers aan een klimaatplan voor hun bedrijf. Ze kunnen daarbij expertise inhuren om hun kennis te vergroten en zich laten adviseren over welke maatregelen lonend zijn om uit te voeren. De onderwerpen waar de trajecten zich op richten, zijn zeer uiteenlopend: van spuittechnieken tot alternatieve energiebronnen en van bodembewerking tot energiebesparing. Uiteindelijk maakt ieder traject een ‘top 10’ van klimaatmaatregelen, waarmee ook nog eens een leuke prijs te winnen valt! Bovendien komen alle ‘best practices’ ook beschikbaar voor anderen, zodat iedereen met klimaat op zijn/haar bedrijf aan de slag kan! Volg Klimaatbestendig Produceren op twitter (@ GrAJKKlimaat) en blijf op de hoogte van klimaatnieuws en updates over het project.

bestuur

Het bestuur van…werkgroep intensief OAJK/GAJK

Roy Tomesen is na zijn studie Veehouderij aan de HAS Den Bosch bestuurlijk actief geweest bij zowel AJK de Liemers als bij GAJK. Inmiddels zit hij 12 jaar in de werkgroep intensief van OAJK en GAJK, wat goed past bij zijn achtergrond. Roy runt namelijk een pluimveebedrijf met 125.000 scharrelkippen. Komend seizoen heeft de werkgroep intensief zich als doel gesteld om meer promotie te krijgen voor de discussieavonden. Waarom zit je in het bestuur van de werkgroep intensief OAJK/GAJK? “Sinds ik bestuurslid werd van AJK de Liemers was ik vandaaruit afgevaardigde voor de werkgroep intensief. Vanaf komend seizoen ga ik samenwerken met OAJK’er Jan Doeschot om de werkgroep op nieuwe poten te zetten. De afgelopen jaren hebben we gezien dat de animo terugliep. Daarom willen we nu door middel van een koerswijziging proberen de belangstelling voor de werkgroep te versterken.” Wat willen jullie hiervoor veranderen? “Mensen hebben veel te doen en er worden veel avonden georganiseerd, als wij ons dan niet kunnen onderscheiden is het heel lastig om iets te doen wat toegevoegde waarde heeft. We willen daarom insteken op kwaliteit in plaats van kwantiteit: we hebben liever een avond minder, dan teveel avonden zonder toegevoegde waarde.”

Wat is je functie binnen de werkgroep intensief? “Wij willen proberen om tijdens onze discussieavonden sprekers uit te nodigen die dieper in de materie zitten, zo kunnen wij goede en duidelijke adviezen doorgeven aan NAJK. We willen standpunten innemen waar we wat mee kunnen om de intensieve sectoren weer op de kaart te zetten. Als we met zulke sprekers de discussie aangaan, dan wordt ons gezichtsveld veel breder. We zijn geen gezelligheidsclub, het is voor onszelf om wat te leren als beginnend varkens- of pluimveehouder.” Wat doet de werkgroep intensief OAJK/ GAJK voor haar leden? “Jaarlijks organiseren we voor onze leden vijf avonden die een aanvulling vormen op hun lidmaatschap bij de AJK. Afgelopen jaar hebben we bijvoorbeeld de gezondheidsdienst op bezoek gehad, die ons informeerde over aller-

lei zaken die in de varkens- en pluimveehouderij spelen. Ook hebben we een ondernemer uit Duitsland op bezoek gehad, die zijn eigen ervaringen met ons deelde.” Wat hoop je verder nog te bereiken met de werkgroep? “Het belangrijkste wat ik hoop te bereiken met de werkgroep is een serieus klankbord te zijn voor NAJK. NAJK moeten van onderaf geïnformeerd worden over zaken die in de praktijk spelen zodat zij hierop in kunnen spelen. Daarnaast willen we ook voor aankomende ondernemers een platform bieden waaruit ze wat op kunnen steken en waarbinnen ze hun visie kunnen verbreden .”

Nieuwe bestuursleden voor

Nijsen/Granico

nieuwe sponsor LAJK

Het familiebedrijf Nijsen/Granico B.V. is sinds kort de nieuwe sponsor van LAJK. Nijsen/ Granico is een diervoederfabrikant gelegen in Veulen, Noord Limburg en streeft het unieke Food-for-Feed concept na, waarmee Nijsen/ Granico het verschil maakt ten opzichte van traditioneel geproduceerde voeders. Nijsen/ Granico biedt een goede ondersteuning voor LAJK en de varkenssector: “Het is goed om te zien dat jonge varkenshouders hun krachten bundelen en collectief inzetten op een rooskleurige toekomst. Men verlangt dat de varkenshouder op een maatschappelijk verantwoorde manier zijn bedrijf runt. In de strijd om een positief imago zijn duurzaam ondernemen en innovatie sterke wapens. Bij die verduurzaming van de varkensvleesketen spelen ook de toeleveranciers een belangrijke rol.”

GrAJK

Donderdag 19 april heeft GrAJK tijdens de ALV afscheid genomen van Detmer ten Have (provinciaal bestuurder) en Douwe ter Veer (penningmeester DB). Beiden gaven aan dat het GrAJK een enorme verrijking voor hen is geweest en dat zij iedereen aanraden actief te worden binnen het AJK. Ook heeft voorzitter Bart Ensink twee nieuwe bestuursleden geïntroduceerd: Steven de Weerd en Hans Broekhuyse. Zowel Steven als Hans gaat het dagelijks bestuur van GrAJK versterken. Tot slot bedankte het dagelijks bestuur al haar leden voor het vertrouwen en alle partners voor de prettige samenwerking.

Schuurfeest Siegerswoude op

15 september 2012

Op zaterdag 15 september 2012 zal voor de derde keer het Schuurfeest Siegerswoude worden georganiseerd. Het doel van dit feest is om tegen lage kosten een gezellig en sfeervol feest te geven. Natuurlijk zou dit niet mogelijk zijn geweest zonder sponsoring en giften van plaatselijke en landelijke bedrijven die dit initiatief steunen. Omdat het feest de afgelopen jaren alleen maar meer bezoekers kent, is ook de organisatie aangepast en uitgebreid. Ook dit jaar wordt het feest gehouden in de schuur van Loonbedrijf Siegerswoude. Quotation (coverband van STATUS QUO) en Burdy zullen hierbij als artiesten aanwezig zijn. Met DJ Fireking erbij, zal de avond een bruisend en schuimend feest worden. Genoeg reden dus om deze zaterdagavond vrij te houden. De schuur is geopend vanaf 21:00 uur. Zie ook: www.schuurfeest-siegerswoude.nl BNDR

www.cahdronten.nll

De ondernemer staat centraal Marijn Schreurs studeert Agrarisch ondernemerschap ,,Mijn keuze voor de studie Agrarisch ondernemerschap was niet zo moeilijk. Ik wil later graag het bedrijf van mijn ouders overnemen. Om een onderneming te kunnen runnen, heb je verschillende competenties nodig en die ik leer ik tijdens deze studie. Mijn vooropleiding, mao, sluit goed aan op deze studie. De modules zijn afwisselend en volledig gericht op het agrarisch bedrijf met een duidelijk accent op de financiële kant van een onderneming. De meerwaarde van deze studie is de perfecte combinatie van theorie en praktijk; voldoende aandacht voor zowel technische als financiële vakken. Zo moet je bijvoorbeeld de lesstof terugkoppelen naar het eigen bedrijf en krijg je specifieke ondernemerschapsmodules. Na

mijn studie wil ik eerst nog een aantal jaar werken bij bijvoorbeeld een bank of accountant.’’

Coco Bruyère kiest voor Dier- en veehouderij ,,De melkveehouderijsector interesseert mij enorm. Kenmerkend voor de studie Dier- en veehouderij is de combinatie van praktijk en theorie. Naast de lessen moet je voor elke module wel een opdracht op een praktijkbedrijf uitoefenen, de theoriekennis doe je op deze manier nog beter op. De meerwaarde van mijn opleiding is dat ik niet alleen kan kiezen voor het ondernemerschap, maar ook voor de richting technisch adviseur of specialist. Je leert

veel over het onderzoeken van problemen op de bedrijven en hoe je daarmee om moet gaan. Ondernemers vragen ook vaak om de inzet van studenten voor bepaalde problemen op hun bedrijf. De ondernemers willen de studenten graag iets leren en voor de ondernemers zelf is het weer een voordeel dat ze op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen in de sector.’’

Arjan Ottens studeert Financiële dienstverlening agrarisch ,,Ik kom niet van een agrarisch bedrijf, maar deze sector interesseert mij enorm. Met deze studie breng je continu de opgedane financiële en agrarische kennis in de praktijk. De meerwaarde van een afgestudeerde die Financiële dienstverlening agrarisch heeft gevolgd, is volgens mij dat een ondernemer iemand aan tafel krijgt die weet wat er in de markt speelt. Hij kan de risico’s in kaart brengen, is financieel goed onderlegd, kent de belastingfaciliteiten en nog wel het meest belangrijke: een vertrouwenspersoon die de taal van de agrarisch ondernemer spreekt. Na mijn studie wil ik graag bij een accountantskantoor werken en me opwerken tot een agrarisch bedrijfsadviseur. Ook een baan als termijnmarktspecialist of marktspecialist lijkt mij erg interessant.’’

Meer weten?

Kijk op www.cahdronten.nl

De Drieslag 4, 8251 JZ Dronten, tel. 088 - 020 60 00

strip sudokoe

Vul de puzzel zo in dat in elke rij, in elke kolom en in elk blok van negen vakjes nooit dezelfde koeien staan. De oplossing is de naam van de koe in het gekleurde vakje. Stuur of mail je oplossing v贸贸r 24 augustus naar binder@najk.nl of naar: Redactie BNDR Postbus 816 3500 AV Utrecht Vergeet niet je adres te vermelden, want wie weet win jij de heerlijke slagroomtaart die wordt verloot onder de juiste inzendingen! Joke van Eck uit Werkhoven puzzelde uit dat koe Sjef de oplossing was van de vorige Sudokoe. Zij heeft daarmee de taart gewonnen.

Karel

Hans

Piet

Jochem

Erwin

Dirk

Tom

Liesbeth

Kees BNDR

Het wordt helemaal jouw bedrijf. Dat is het idee. Als je het bedrijf van je ouders gaat overnemen, wordt het steeds meer jouw bedrijf. Met ruimte voor je eigen ideeën en aanpak. Maar de tijd ontbreekt vaak om je blik op de horizon te richten. Het Rabo Opvolgers Perspectief brengt je een stap vooruit. Je ontdekt waar je eigen kracht ligt en wat je financiële mogelijkheden zijn. Ontwikkel net als Jan Pennings een strategie die past bij jou en je bedrijf. En bepaal jouw plek op de horizon.

Ontwikkel je eigen strategie met het Rabo Opvolgers Perspectief. Rabobank. Een bank met ideeën.