Ontwikkeling eigen vermogen Het geconsolideerd eigen vermogen van de Erasmus Universiteit Rotterdam is in totaliteit met M€ 11,9 toegenomen tot M€ 212,5. De stijging wordt nagenoeg geheel verklaard door het jaarresultaat van M€11,9. Het verschil wordt veroorzaakt door het overboeken het aandeel in het resultaat van de andere participanten in het Tinbergen Instituut (VU en UVA) naar de lange termijn schulden. De ontwikkeling en samenstelling van het eigen vermogen is als volgt: M€
250,0 212,5 200,6 200,0
150,0
100,0
50,0
0,0
2010
2011
Wettelijke Reserve Privaat
0,8
0,9
Wettelijke Reserve Publiek
0,0
0,0
Bestemmingsfonds
0,5
0,6
Bestemde Reserve Privaat
22,5
21,9
Bestemde Reserve Publiek
97,5
106,4
Algemene Reserve Decentraal
32,3
42,8
Algemene Reserve Centraal
47,0
39,9
De wettelijke reserve publiek heeft betrekking op geactiveerde zelfontwikkelde immateriële vaste activa. De wettelijke reserve privaat betreft het vermogen van geconsolideerde stichtingen. Het bestemmingsfonds betreft het 50% aandeel van de EUR in de reserve van het Tinbergen Instituut. De resterende middelen zijn onder de langlopende schulden opgenomen. De bestemde reserve privaat betreft het vermogen van de EUR holding, RSM BV en Beleggingen BV. De daling van het private vermogen wordt veroorzaakt door: 1. dividenduitkeringen van M€ 1,5; 2. toevoeging van het reguliere jaarresultaat van M€ 0,9. Onder de bestemde reserve publiek zijn centrale reserves waar een specifieke bestemming op rust. De grootste bestemde reserves betreffen de huisvestingsreserves en de strategische reserve. De algemene reserve is opgesplitst in een decentrale reserve en een centrale reserve. De decentrale reserve betreffen de reserves van de faculteiten, SSC’s, UB en de staf. De sterke stijging in deze reserve wordt mede veroorzaakt doordat het negatieve vermogen van de stafafdelingen aan het eind van 2011 is weggeboekt naar de algemene reserve. In totaal is een bedrag van M€ 6,4 overgeboekt.
-61-